NPB Legal PENSIOEN EN SCHEIDING. Actualiteitencursus op 18 juni 2019 georganiseerd door

Vergelijkbare documenten
PENSIOEN EN SCHEIDING

PENSIOEN EN SCHEIDING

PENSIOEN EN SCHEIDING VAN DE DGA

DGA, PENSIOEN EN SCHEIDING. Acualiteitencursus voor Pensioenbalie familierecht van Nederlands Pensioenbureau op 4 oktober 2017

Relatievermogensrechtjournaal. November 2015

FP Pensioen, scheiding en fiscus Inleiding De civiele regeling: Wet VPS Fiscale aspecten verevening

Inhoudsopgave. Voorwoord / 11. Afkortingenlijst / 13

Adviesrapport pensioen en echtscheiding. Gegevens verzekerde. Grondslagen algemeen. Grondslagen verdeling. Grondslagen actuarieel. Versie

Pensioenreglement. van AEGON Levensverzekering N.V. voor de werknemers op wie van toepassing was de pensioenregeling van:

PENSIOEN(DELING): CIVIELE EN LOONBELASTINGASPECTEN. Dr. A.H.H. Bollen-Vandenboorn 22 MEI 2013

Mr. Ruben Stam cpl Assen, 16 maart Pensioen & echtscheiding

Pensioenopbouw na de opgegeven datum is niet meer het resultaat is van de gezamenlijke inspanning van beide partners.

MFP Alumni. Uitfasering Pensioen Eigen Beheer. Coen van den Bedem Kenniscentrum Van Lanschot

Artikel Pensioen en echtscheiding: de tombola van de rechtspraak

Pensioenreglement. van AEGON Levensverzekering N.V. voor de werknemers op wie van toepassing was de pensioenregeling van:

Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 4 april 2018) Inleiding

Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 13 oktober 2017)

Wet verevening pensioenrechten bij scheiding

Wat moet ik doen met mijn pensioen?

Webinar Jurisprudentie P en F uitspraken Hoge Raad 27 oktober uur. Mr A.A.M. Ruys-van Essen

Artikelen. Pensioen en alimentatie. Mr. W.P.M. Thijssen 1. Algemeen

4. De beoordeling. 5 De beslissing

PENSIOEN EN ECHTSCHEIDING

Kamervragen verrekening pensioenrechten na echtscheiding die plaatsvond voor

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Artikel Pensioen Magazine: Pensioen en echtscheiding, de lijn in de jurisprudentie

1. Pensioenstelsel in Nederland

Artikelen. Pensioenverrekening nader uitgewerkt. Mr. W.P.M. Thijssen 1. Rechtskarakter van het recht op pensioenverrekening

PENSIOEN EN ECHTSCHEIDING. 1 Inleiding

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Mededeling van scheiding in verband met verdeling van ouderdomspensioen

Uitfasering pensioen in eigen beheer

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Vanaf 1 juli 2017 kunt u als DGA niet langer pensioen opbouwen binnen uw eigen onderneming. Wat zijn de alternatieven?

Uit elkaar. Alles over de verdeling van pensioenrechten bij echtscheiding. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars

Wie beheer(s)t Pensioen in Eigen beheer. Bert Faber

PENSIOENBEREKENING-DGA Mr R. Touw RB

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

ECLI:NL:GHDHA:2017:1563

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

REGLEMENT FLEXIBELE AANVULLINGSREGELING (FAR)

Artikel Pensioenmanagzine: Fiscale en civieljuridische gevolgen van echtscheiding voor pensioen in eigen beheer

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Vereniging voor Pensioenrecht 21 januari 2015

PENSIOENOVEREENKOMST (MIDDELLOON) in het kader van de Wet VMO. voor de DGA opgesteld door LNBB actuarissen + pensioenconsultants

Mededeling van scheiding in verband met verdeling van ouderdomspensioen

WET VEREVENING PENSIOENRECHTEN BIJ SCHEIDING

Toetstermen RFEA particulier: kennis

Het wel en wee van het pensioenafstortingstracé

Mededeling van scheiding in verband met verdeling van ouderdomspensioen

Voorbeeld Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Model 1A <Uitkeringsovereenkomst> <Premieovereenkomst>

Huwelijksvermogensrecht journaal. September 2015

Bijlage 1 bij de pensioenovereenkomst

Klik hier om het document te openen in een browser venster Instantie: Hof Amsterdam Datum: 12 februari 2013

Artikelen. Pensioenverrekening. Mr. W.P.M. Thijssen Inleiding. 2. Terug naar af: de reikwijdte van het Boon/Van Loon-arrest

Voorbeeld Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Model 1 <Uitkeringsovereenkomst> <Premieovereenkomst>

Verdeling van ouderdomspensioen

Stichting Pensioenfonds Holland Casino. Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino. Inhoudsopgave:

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

voor de pensioenregeling van Henkel Nederland B.V. gevestigd te Nieuwegein

Eigen beheer vanaf 2017

ECLI:NL:GHSGR:2005:AU9743

REGLEMENT STICHTING PENSIOENFONDS PON RING A

Advieswijzer Pensioen in eigen beheer afgeschaft. Welke keuze maakt u?

Pensioenadvies. Pensioenverdeling bij scheiding. De heer A. Voorbeeld Mevrouw B. Test. P a g i n a 1

PENSIOEN IN HET ARBEIDSRECHT. Wim Thijssen. Pensioenadvocaten.nl en VU Expertisecentrum Pensioenrecht

Huwelijksvermogensrecht journaal. Januari 2015

Uitfasering pensioen in eigen beheer

Foederer. Advieswijzer Pensioen in eigen beheer afgeschaft: welke keuze maakt u? 2018

Oudedagregelingen. 6b.19 6b.20 6b.21 6b.22 6b.23 6b.24 6b.25 6b.26 6b.27 6b.28 6b.29. 6b.30 6b.31. 6b.32. 6b.33 6b.34 6b.35

informatiebrief over uitfaseren pensioen in eigen beheer

Foederer. Advieswijzer Pensioen in eigen beheer afgeschaft: welke keuze maakt u nu? Pension & Benefits Consultants Member Crowe Horwath International

Juridische complexiteit van streefregelingen

Bijlage A2 PENSIOENREGLEMENT a.s.r.

REGLEMENT voor Anw-hiatenpensioen. van. Stichting Pensioenfonds Haskoning. Nijmegen. Reglement ANW-hiatenpensioen, versie januari 2012

VRAGEN STEEDS STELLEN s.v.p.

ADDENDUM inzake AOW-compensatie behorende bij de pensioenreglementen van Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.

DGA-pensioen afgeschaft Opgepast! De fiscus geeft korting

REGLEMENT ANW-PENSIOEN PENSIOENFONDS RECREATIE

No.W /III 's-gravenhage, 15 augustus 2019

Let op! Het is aan u welke mogelijkheid u kiest. Laat u hierover goed adviseren, want alle drie de mogelijkheden kennen zo hun eigen voor- en nadelen.

A. Voorbeeld. Contractnummer 1111 Polisnummer , Referentienummer 12345

DNB en AFM zijn op grond van de Europese pensioenrichtlijn (2003/31/EG) verplicht om te dit overzicht te publiceren.

Pensioenbijspaarreglement van Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam

Artikel Beursbengel: Einde deelname aan de pensioenregeling vóór pensioendatum

Het pensioen in eigen beheer wordt afgeschaft. Wat nu?

Prepensioenreglement van Stichting Pensioenfonds Jacobs Nederland. versie 1 oktober 2014

Pensioen in eigen beheer wordt afgeschaft! Wat nu?

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Gebruiksvergoeding. mr. L.S. Timmermans SmeetsGijbels

zaaknummer / rekestnummer: C/01/ / FA RK Beschikking d.d. 8 juli 2019 betreffende de echtscheiding in

ECLI:NL:HR:2015:1871. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:589, Gevolgd

Reglement ANW-hiaatverzekering. van. Pensioenfonds Deloitte

Artikelen. Pensioenverevening. Mr. W.P.M. Thijssen 1. Pensioenverevening bij scheiding. Uitsluiten van pensioenverevening. Het begrip pensioen

Transcriptie:

PENSIOEN EN SCHEIDING Actualiteitencursus op 18 juni 2019 georganiseerd door NPB Legal Mr. W.P.M. Thijssen, advocaat bij Pensioenadvocaten.nl en verbonden aan het VU Expertisecentrum Pensioenrecht

Deze presentatie is te vinden op www.thijssen-pensioen-informatie.nl onder de tab Lezingen

Pensioenverrekening

Pensioenverrekening 1: HR 7 oktober 1959, ECLI:NL:HR:1959:AY0928, BNB 1959, 355: pensioenrechten vallen niet in een huwelijksgoederengemeenschap HR 27 november 1981, ECLI:NL:HR:1981:AG4271, NJ 1982, 503: pensioenrechten vallen wel in een huwelijksgoederengemeenschap Waardeverrekening Per datum scheiding of voorwaardelijk/uitgesteld

Pensioenverrekening 2: HR 20 oktober 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA7690: toeslag vormt onderdeel te verrekenen pensioen zodat deze in het kader van verrekening per datum scheiding moet worden gewaardeerd HR 6 oktober 2006, ECLI:NL:HR:2006:AW6163: bij uitgestelde pensioenverrekening rekening houden met toeslagverlening Wat weten we nog niet, althans niet zeker: wel of niet rekening houden met toeslagverlening in uitstelperiode (verrekeningsplichtige is nog deelnemer; is geen deelnemer meer)

Ouderdomspensioen: pensioenverevening Partnerpensioen: afsplitsen bijzonder partnerpensioen

Bijzonder partnerpensioen (art. 57 PW; voor de DGA met peb art. 3a WVPS): Tijdsevenredig vóórhuwelijks en huwelijks partnerpensioen Semi dwingend recht: uitsluiting mogelijk bij huwelijkse Voorwaarden of schriftelijke overeenkomst met het oog op de scheiding + instemming pensioenuitvoerder (instemmingseis niet voor DGA met peb) Vervreemding bijzonder partnerpensioen mogelijk bij notariële akte + pensioenuitvoerder bereid + onherroepelijk (niet voor DGA met peb) Aanwas na vooroverlijden bijzondere partner indien pensioenregeling dat bepaalt (niet voor DGA met peb)

Verevening ouderdomspensioen: Standaard verevening Recht op uitbetaling jegens pensioenuitvoerder indien mededelingsformulier tijdig ingezonden door één van de (ex-)partners Recht op uitbetaling jegens de (ex-)partner indien mededelingsformulier niet (tijdig) is ingezonden of bij buitenlandse pensioenuitvoerder Afwijkende verevening Afwijkende periode Afwijkend percentage Conversie: Van OP en PP Uitsluitend van OP (?)

Pensioenverdeling (vanaf 2021)

Consultatievoorstel 1: Wet pensioenverdeling bij scheiding 2021 Regelend recht, of nauwkeuriger: semi dwingend recht Geen pensioenverdeling: Uitsluiting bij overeenkomst = huwelijkse voorwaarden OF schriftelijke overeenkomst met het oog op de scheiding Gering ouderdomspensioen Hertrouwen (let op de definitie!) binnen 6 maanden na scheiding

Consultatievoorstel 2: Conversie wordt hoofdregel: Helft tijdens huwelijk opgebouwde ouderdomspensioen + helft tijdens huwelijk opgebouwde partnerpensioen Zelfstandige aanspraak op OP voor verdelingsgerechtigde Let op: recht op bijzonder partnerpensioen vervalt Automatisch door koppeling pensioenuitvoerder met GBA Pensioenuitvoerder informeert beide partijen Uitzondering: binnen 6 maanden gewaarmerkte overeenkomst houdende afwijkende afspraken aan pensioenuitvoerder doen toekomen

Consultatievoorstel 3: Indien verdeling door middel van verevening in plaats van verdeling door conversie wordt overeengekomen: oude systeem verevening recht op uitbetaling jegens de pensioenuitvoerder met dien verstande dat geen mededelingsformulier behoeft te worden ingezonden Scheiding niet in GBA opgenomen: oude systeem verevening met recht op uitbetaling jegens de (ex-)partner, tenzij de scheiding binnen een jaar aan de pensioenuitvoerder wordt gemeld

Consultatievoorstel 4: Afwijkende afspraken: Verdeling (= verdeling door conversie en verdeling door verevening) uitsluiten Verdeling door verevening in plaats van door conversie Afwijkende periode bij verdeling, mits voor OP en PP gelijk Afwijkend percentage bij verdeling Overeenkomst + toezending gewaarmerkt exemplaar aan pensioenuitvoerder

Consultatievoorstel 5: DGA: Bijzonder partnerpensioen beperkt tot tijdens het huwelijk opgebouwde partnerpensioen Geen bijzonder partnerpensioen bij verdeling/conversie

Consultatievoorstel 6: Bijzonder partnerpensioen: Regeling voor bijzonder partnerpensioen beperkt tot 50% van het tijdens huwelijk opgebouwde partnerpensioen Geen bijzonder partnerpensioen bij conversie Verschil met huidige regeling: bijzonder partnerpensioen omvat volledige tijdens het huwelijk opgebouwde partnerpensioen en tevens het vóórhuwelijkse partnerpensioen Recht op uitruil gering bijzonder partnerpensioen in ouderdomspensioen op pensioendatum, ook op initiatief pensioenuitvoerder, indien betrokkene instemt

Consultatievoorstel 7: Overgangsrecht: Directe werking Pensioenuitvoerder bevoegd om klein bijzonder partnerpensioen afgesplitst < 2021 te laten vervallen Pensioenuitvoerder bevoegd om gering bijzonder partnerpensioen uit te ruilen in ouderdomspensioen met instemming bijzondere partner

Partnerpensioen: uniformering partnerbegrip

Partnerpensioen: wat is het probleem: Wel of geen Anw-hiaatpensioen in tweede pijler pensioenregelingen Partnerpensioen op opbouwbasis, risicodekking of een mengvorm (spelt met name bij overgang van opbouw naar risicodekking) Bij risicodekking geen bijzonder partnerpensioen Bij opstellen huwelijkse voorwaarden financiële planning bij leven/overlijden goed doordenken Bij opstellen scheidingsconvenant: idem Partnerbegrip in aanvullende pensioenregelingen voor niet geregistreerd partnerpensioen zeer divers

Voorstel STAR, Pensioenfederatie en Verbond van Verzekeraars: Uniform partnerbegrip voor regeling omtrent partnerpensioen bij niet-geregistreerd partnerschap: Duurzame gezamenlijke huishouding Zelfde adres (NB: gehuwden hebben geen samenwoonplicht) Twee personen Beiden ongehuwd, geen geregistreerd partnerschap of andere gezamenlijke huishouding Geen bloed- of aanverwant in de eerste of tweede graad Notariële overeenkomst voor onbepaalde tijd houdende de bepaling dat de partner voor toep[assing van de pensioenregeling als zodanig is aangewezen Meldplicht bij pensioenuitvoerder

Verruiming: Gezamenlijk ondertekende verklaring in plaats van notariële overeenkomst In plaats van notariële overeenkomst minimaal 6 maanden (of langer) op eenzelfde adres wonen Tweede graads verwanten toelaten Aanmeldingseis laten vervallen

Actuele rechtspraak DGA met peb

Rechtbank Rotterdam 15 maart 2017, ECLI:NL:RBROT:2017:2456 Rubriek: pensioen en scheiding/dga Samenvatting: aansprakelijkheid DGA voor externe uitvoering van de pensioenrechten van zijn ex-partner ten laste van zijn BV bij ernstig persoonlijke verwijtbaarheid; op grond van onaanvaardbaarheidsnorm geen externe uitvoering ten laste van inkomen gegenereerd na beëindiging van het huwelijk Annotatie: zie PJ 2017/87

HR 14 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:693 Rubriek: pensioen en scheiding/dga Samenvatting: de ex-partner van een DGA deelt mee in het dekkingstekort in een BV die pensioen in eigen beheer uitvoert in het kader van externe uitvoering van de rechten van de ex-partner op het pensioen van de DGA (pensioenverevening en bijzonder partnerpensioen); BV dient naast de fiscale pensioenvoorziening ook het fiscale eigen vermogen in te zetten ter dekking van de pensioenverplichtingen Annotatie: zie PJ 2017/87

Rechtbank Amsterdam 31 januari 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:1755; PJ 2018/82 Rubriek: Pensioen en scheiding/dga (omzetting peb in ODV) Pensioen en scheiding/alimentatie ( verboden alimentatie) Samenvatting: Ex-partner verplicht om de fiscaal vereiste medewerking te verlenen aan omzetting van pensioen in eigen beheer in een oudedagsverplichting, mede omdat de ex-partner bij zijn alimentatieverzoek geen rekening wenst te houden met de dividendklem voor het opnemen van dividend voor de financiering van alimentatie. Zie mijn annotatie in PensioenJurisprudentie bij PJ 2018/82

Gerechtshof Den Haag 28 maart 2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:799 Rubriek: pensioen en scheiding/dga (externe uitvoering en instemming met stopzetten pensioenopbouw in het kader van de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer)

Samenvatting: Externe uitvoering (overweging 17): Het hof stelt het volgende voorop. De verplichting om in beginsel tot afstorting over te gaan is gebaseerd op de eisen van redelijkheid en billijkheid. De beantwoording van de vraag of daarop in een concreet geval aanspraak kan worden gemaakt, moet geschieden met inachtneming van alle omstandigheden van het geval. Daarbij zal de omstandigheid dat onvoldoende liquide middelen aanwezig zijn om de afstorting te effectueren slechts dan tot ontkennende beantwoording van die vraag kunnen leiden indien de vereveningsplichtige stelt en bij betwisting aannemelijk maakt dat de benodigde liquide middelen ook niet kunnen worden vrijgemaakt of van elders verkregen zonder de continuïteit van de bedrijfsvoering van de rechtspersoon en de onderneming waaraan deze is verbonden in gevaar te brengen. (Vgl. HR 9 februari 2007, ECLI:NL:HR:AZ2658). Vaststaat dat de man pensioen in eigen beheer heeft opgebouwd bij [holding 1]. De vrouw heeft recht op de helft van het ouderdomspensioen voor zover opgebouwd tijdens de huwelijkse periode en het bijzonder partnerpensioen. Op basis van commerciële grondslagen dient ten behoeve van de totale pensioenaanspraken van de vrouw een bedrag van 220.185,- te worden afgestort (productie 103 van de man in hoger beroep). Indien het ouderdomspensioen voor de vrouw moet worden afgestort, geldt dat de man recht heeft op eenzelfde bedrag. (Vgl. HR 14 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:693). Naar het oordeel van het hof heeft de man met de door hem overgelegde financiële gegevens voldoende inzichtelijk gemaakt, dat het de vennootschap aan middelen ontbreekt om het pensioen te kunnen afstorten. Zulks volgt ook uit de brief van 25 september 2017 van de adviseur van de man. Daarnaast blijkt uit de overgelegde aangiften inkomstenbelasting van de man dat de aanzienlijke vordering in rekeningcourant die [holding 1] heeft op de man niet is te incasseren, aangezien sprake is van een aanzienlijk negatief vermogen van de man in box 3. De man beschikt dus ook in privé over onvoldoende financiële middelen. Dit brengt mee dat [holding 1] financieel gezien in zwaar weer verkeert. Het verzoek van de vrouw tot afstorting dient derhalve te worden afgewezen.

Instemming met stopzetting pensioenopbouw (overweging 18): wat de door de man verzochte vervangende toestemming tot stopzetting van de pensioenopbouw in eigen beheer betreft, overweegt het hof dat ook de vrouw belang heeft bij die stopzetting. Bij na 1 januari 2017 ongewijzigd voortgezette pensioenopbouw wordt de pensioenaanspraak immers op grond van de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer in één keer belast tegen 52% en is een revisierente van 20% verschuldigd. De vrouw heeft niet gesteld dat zij niet bereid is de vereiste toestemming te geven. Zij klaagt alleen dat de man haar daarover niet heeft benaderd. Het hof gaat er derhalve vanuit dat de vrouw de door de man verzochte medewerking zal verlenen. Het hof is voorts van oordeel dat de onderhavige verzoekschriftprocedure zich niet leent voor een dergelijk verzoek. Het hof zal dit verzoek dan ook afwijzen.

Annotatie: indien een rechterlijke uitspraak in de plaats zou worden gesteld van de fiscaalrechtelijk vereiste instemming, is het maar de vraag of de belastingdienst die uitspraak als instemming accepteert, omdat feitelijk geen sprake is, althans niet hoeft te zijn, van instemming. Zie ook mijn annotatie in PensioenJurisprudentie 2018bij Rechtbank Amsterdam 31 januari 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:1755, PJ 2018/82.

Gerechtshof Den Haag 10 oktober 2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2664 Rubriek: pensioen en scheiding/dga (alimentatie) Samenvatting: bij de berekening van de draagkracht voor betaling van alimentatie door een DGA dient met de (pensioen)toets van art. 2:216 BW voor dividendopnamen rekening te worden gehouden gezien de vergaande fiscale gevolgen die verboden dividendopnamen kunnen hebben voor de continuïteit van de BV en het pensioen in eigen beheer van de DGA. Betaalde alimentatie hoeft niet te worden terugbetaald omdat deze wordt verondersteld consumptief te zijn besteed.

Zie mijn artikelen: W.P.M. Thijssen, DGA, pensioen in eigen beheer, verboden alimentatie en de rekening-courant (deel 1) (EB 2018/5) W.P.M. Thijssen, DGA, pensioen in eigen beheer, verboden alimentatie en de rekening-courant (deel 2) EB 2018/14)

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 11 oktober 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:8995, PJ 2018/190 Rubriek: pensioen en scheiding/dga (externe uitvoering peb) Samenvatting: voor de berekening van het bedrag gemoeid met externe uitvoering van de rechten van de ex-partner op pensioen in eigen beheer (peb) dient te worden uitgegaan van de commerciële waarde van het peb op de peildatum, niet op de datum waarop externe uitvoering wordt uitgevoerd (o. 2.5); geen rekening gehouden met dividendopname voor gedeeltelijke aflossing rekening-courantschuld waardoor onderdekking van het peb afnam omdat de DGA deze aflossing ook uit privé vermogen had kunnen doen.

Gerechtshof s-hertogenbosch 5 februari 2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:384 Rubriek: pensioen en scheiding/dga/externe uitvoering Samenvatting: ook verplichting tot externe uitvoering van de pensioenrechten van de ex-partner van een DGA die zijn peb laat uitvoeren door een pensioenstichting die wordt bestuurd door een meerkoppig bestuur waarin de DGA aanvankelijk wel zitting had zonder volledige zeggenschap, indien de belangen van de pensioengerechtigden strijdig zijn, het bestuur de belangen van de (potentiële) pensioengerechtigden niet op evenwichtige wijze behartigt en externe uitvoering weigert; verdeling dekkingstekort naar evenredigheid van pensioenhoogte over ouderdomspensioen en partnerpensioen.

Actuele rechtspraak Ontslagvergoeding

HR 23 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:270, PJ 2018/78 Rubriek: pensioen en scheiding/pensioenverrekening (verknochtheid ontslagvergoedingen) Onderscheid ontslagvergoeding stamrecht Overweging 4.2.2: zoals kan worden afgeleid uit HR 26 september 2008, ECLI:NL:HR:2008:BF2295, NJ 2009/40, dient de aanspraak uit hoofde van de stamrechtovereenkomst zelfstandig dus los van de ontslagvergoeding waaruit deze aanspraak is gefinancierd op verknochtheid te worden beoordeeld.

Ontslagvergoeding betaald ineens en ondergebracht in stamrecht-bv ter vervanging inkomen uit arbeid Overweging 4.1.3 (algemeen): art. 1:94 lid 3 (oud) BW bepaalde dat goederen en schulden die aan een van de echtgenoten op enigerlei bijzondere wijze verknocht zijn, slechts in de gemeenschap vallen voor zover die verknochtheid zich hiertegen niet verzet. Bij de op 1 januari 2018 in werking getreden Wet van 24 april 2017, Stb. 2017, 177, tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet teneinde de omvang van de wettelijke gemeenschap van goederen te beperken, is deze regeling omtrent verknochtheid ongewijzigd opgenomen in het huidige art. 1:94 lid 5 BW (vgl. Kamerstukken II 2013-2014, 33 987, nr. 6, p. 16). In dit geding is nog art. 1:94 lid 3 (oud) BW van toepassing.

Ontslagvergoeding betaald ineens en ondergebracht in stamrecht-bv ter vervanging inkomen uit arbeid Overweging 4.1.4 (toegespitst op de ineens betaalde ontslagvergoeding ondergebracht in een stamrecht-bv): volgens vaste rechtspraak is het antwoord op de vragen of een goed dan wel een schuld, wegens het hoogstpersoonlijke karakter daarvan, in afwijking van de hoofdregel van art.1:94 lid 2 (oud) BW aan een van de echtgenoten is verknocht en, zo ja, in hoeverre die verknochtheid zich ertegen verzet dat het goed, respectievelijk de schuld in de gemeenschap valt (art. 1:94 lid 3 (oud) BW) afhankelijk van de omstandigheden van het geval, waaronder met name de aard van dat goed respectievelijk die schuld, zoals deze mede door de maatschappelijke opvattingen wordt bepaald (vgl. HR 7 december 2012, ECLI:NL:HR:2012:BY0957, NJ 2013/141 en HR 24 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1293, NJ 2016/292). Ook een aan een van de echtgenoten verstrekte (aanspraak op een) ontslagvergoeding, dan wel een aanspraak die hiervoor in de plaats treedt, kan verknocht zijn ingeval deze strekt tot vervanging van inkomen uit arbeid dat de echtgenoot bij voortzetting van de dienstbetrekking zou hebben genoten. In zodanig geval moet bij de beantwoording van de vraag of deze aanspraak in de huwelijksgemeenschap valt, onderscheid worden gemaakt tussen de periode vóór en de periode na ontbinding van de huwelijksgemeenschap. Voor zover de aanspraak ziet op laatstgenoemde periode valt deze niet in de gemeenschap, evenmin als de uit een bestaande arbeidsverhouding voortvloeiende aanspraak op loon voor nog te verrichten arbeid. In eerdere uitspraken heeft de Hoge Raad overeenkomstig dit uitgangspunt geoordeeld in een geval waarin een ontslagvergoeding als koopsom voor een stamrechtverzekering onder een verzekeringsmaatschappij was gestort (HR 17 oktober 2008, ECLI:NL:HR:2008:BE9080, NJ 2009/41) en in een geval waarin een ontslagvergoeding was aangewend voor de verwerving van een stamrecht jegens een door de werknemer zelf opgerichte en beheerste B.V. (zie de eerder genoemde beschikking van HR 24 juni 2016).

Ontslagvergoeding betaald ineens, niet aangewend voor stamrechtverzekering en niet ondergebracht in stamrecht-bv Overweging 4.1.5: het zojuist genoemde uitgangspunt geldt ook indien een ontslagvergoeding die is uitbetaald in de vorm van een bedrag ineens, niet is aangewend voor de aankoop van een stamrechtverzekering, noch is ondergebracht in een stamrecht-b.v. Anders dan kan worden afgeleid uit HR 22 maart 1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2025, NJ 1996/640, bestaat er onvoldoende grond om te oordelen dat de vergoeding dan geheel in de gemeenschap valt, ook voor zover deze strekt tot vervanging van inkomen uit arbeid dat na ontbinding van de huwelijksgemeenschap zou zijn genoten. Voor dat gedeelte valt de vergoeding, voor zover het daarmee gemoeide bedrag nog redelijkerwijs als zodanig in het vermogen van de echtgenoten is te identificeren, niet in de gemeenschap.

Ontslagvergoeding aangewend voor oudedagsvoorziening Overweging 4.1.6: de hiervoor in 4.1.4 genoemde rechtspraak heeft betrekking op aanspraken strekkend tot vervanging van inkomen uit arbeid dat een echtgenoot bij voortzetting van zijn dienstbetrekking zou hebben genoten. Voor zover de aanspraak ertoe strekt te voorzien in inkomen na pensionering ( oudedagsvoorziening ), valt deze bij niet-toepasselijkheid van art. 1:94 lid 2, onder b, BW in beginsel wel in de gemeenschap. Immers, anders dan aanspraken ter vervanging van inkomen dat na ontbinding van de huwelijksgemeenschap uit arbeid zou zijn genoten, dienen dergelijke pensioenaanspraken die tot uitkering komen na zodanige ontbinding, voor zover zij zijn opgebouwd tijdens het huwelijk, in beginsel mede tot verzorging van de andere echtgenoot.

Actuele rechtspraak Rechtskarakter bijzonder partnerpensioen en recht op uitbetaling van ouderdomspensioen

Gerechtshof Amsterdam 30 oktober 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4028 Rubriek: pensioen en scheiding/bijzonder partnerpensioen Samenvatting: betrokkene heeft aanspraak op partnerpensioen onder aftrek van het aan de eerste partner van de overledene toekomende bijzonder partnerpensioen. Het recht van de eerste partner op bijzonder partnerpensioen vloeit voort uit de wet. Dat de overledene en/of de eerste partner destijds verzuimd hebben om melding te doen van hun echtscheiding aan de toenmalige werkgever van de overledene en/of de toenmalige pensioenuitvoerder, en dat het bijzonder partnerpensioen bij de daarop gevolgde waardeoverdracht(en) niet is afgesplitst en is achtergebleven bij de toenmalige pensioenuitvoerder, doet daar niet aan af. Het pensioenfonds heeft het bijzonder partnerpensioen van de eerste partner aanvankelijk ten onrechte niet in mindering gebracht op het partnerpensioen van betrokkene. Het pensioenfonds heeft de gemaakte fout in dit geval voor de toekomst mogen herstellen.

Rechtbank Midden-Nederland 28 november 2018, ECLI:NL:RBMNE:2018:5853 Rubriek: pensioen en scheiding/pensioenverevening Samenvatting: recht op uitbetaling van ouderdomspensioen voor de ex-partner uit hoofde van pensioenverevening bestaat van rechtswege en gaat over bij waardeoverdracht; aanvankelijk niet uitgevoerde pensioenverevening door aannemende pensioenuitvoerder bij waardeoverdracht mag alsnog worden uitgevoerd (foutherstel mogelijk).

Actuele rechtspraak Schuldsanering

Rechtbank Noord-Holland 28 mei 2019, ECLI:NL:RBNHO:2019:4602 Afkoop van afkoopbaar gering bijzonder partnerpensioen in het kader van schuldsanering niet toegestaan Geen hoogstpersoonlijk recht Wel onredelijke benadeling gezien de omstandigheden (door afkoop zou een fiscale toeslag vervallen zodat crediteuren geen voordeel bij afkoop zouden hebben; saniet door arbeidsongeschiktheid geen vooruitzicht op herstel pensioensituatie)

Annotatie: Bod heeft in zijn proefschrift (1979) betoogd dat pensioenrechten hoogstpersoonlijk zijn en daarom uitsluitend door middel van verrekening kunnen worden verdeeld Hoogstpersoonlijk is geen wettelijk criterium Wettelijk criterium is of een goed zodanig is verknocht, dat het niet voor verrekening in aanmerking komt Proefschrift Bod leidde tot het B/vL-arrest. Pensioenrechten niet zodanig verknocht dat ze niet zouden hoeven worden verrekend in het kader van verdeling van een huwelijksgoederengemeenschap In deze zaak gaat het niet om verrekening in het kader van verdeling van een gemeenschap, maar om de vraag of afkoopbaar gering pensioen door bewindvoerder kan worden afgekocht om het te laten strekken tot voldoening van crediteuren Heel ander toetsingskader, te weten dat van onredelijke benadeling (belang crediteuren versus belang saniet) Ander toetsingscriterium dan hoogstpersoonlijk of bijzondere verknochtheid Rechter knoopt zijn oordeel op aan het feit dat bijzonder partnerpensioen sinds 2015 overdraagbaar is. Dat is een nieuw fenomeen Hoewel de rechter een oordeel over hoogstpersoonlijk helemaal niet nodig had om zijn oordeel te komen in het kader van de onredelijke benadelingstoets, toch deze overweging

Actuele rechtspraak Verevening buitenlands pensioen

HR 13 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1219 Rubriek: pensioen en scheiding/pensioenverevening Samenvatting: arbeidsvoorwaardelijke 401(k) regeling naar het recht van de VS kwalificeert als pensioen in de zin van de WVPS omdat de regeling voldoende overeenkomsten heeft met pensioenregelingen naar Nederlands recht en naar de context van het maatschappelijk leven in de VS dezelfde functie heeft als pensioenregelingen in Nederland; het niet bestemmingsgebonden karakter van een 401(k) regeling en de afkoopbaarheid staan hieraan niet in de weg.

Actuele rechtspraak Pensioenverweer

Gerechtshof Amsterdam 22 januari 2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:172 Rubriek: pensioen en scheiding/pensioenverweer Samenvatting: Overweging 5.4: Het pensioenverweer van artikel 1:153 lid 1 BW houdt in dat, indien als gevolg van de door de man verzochte echtscheiding een bestaand vooruitzicht op uitkeringen aan de vrouw na vooroverlijden van de man zou teloorgaan of in ernstige mate zou verminderen en de vrouw daarom tegen dat verzoek verweer voert, de echtscheiding niet kan worden uitgesproken voordat daarover een voorziening is getroffen die, gelet op de omstandigheden van het geval, ten opzichte van beide echtgenoten billijk te achten is. De regeling is beperkt in die zin dat zij slechts betrekking heeft op uitkeringen uit hoofde van een nabestaandenpensioen en daarmee vergelijkbare uitkeringen, zoals die krachtens een levensverzekering of een lijfrenteregeling.

Overweging 5.5: Het hof deelt derhalve het standpunt van de vrouw dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat, voor zover de vrouw recht heeft op een aandeel in het vermogen dat/de bedrijfswinst die door de man kan worden aangewend als pensioen en inkomen, dit bij de verdeling aan de orde kan komen. Het betoog van de vrouw met betrekking tot het vermogen/de bedrijfswinst van de man kan evenwel niet leiden tot het slagen van haar pensioenverweer. Dit verweer ziet immers slechts op (bestaande) vooruitzichten op uitkeringen als hiervoor onder 5.4 omschreven, en derhalve niet op (niet bestaande) vooruitzichten op uitkeringen uit de verkoopopbrengst van de onderneming en uit huuropbrengsten van onroerende zaken.

DANK VOOR JULLIE AANDACHT