SPRAYTRONIC (met QDS)

Vergelijkbare documenten
MC 785D-6p in- en opbouw

MC 785 EASY. in- en opbouw. Gebruiksaanwijzing. Omschrijving : MC 785 EASY Thermostaat Doc.nr.:

MC 785D -50/+100 O C per 0,5 O C

MC 785 AL KLIMA. Gebruiksaanwijzing (Opbouw) Omschrijving : MC 785 AL KLIMA Alarm Thermo/Hygrostaat Doc.nr.:

MC 795D. Gebruiksaanwijzing In- en opbouw uitvoering. Omschrijving : MC 795D Hygrostaat Doc.nr.:

MC 785 KLIMA O C Gebruiksaanwijzing (Opbouw en Inbouw)

MC 785T-DF in- en opbouw

MC 785-DF ALFANET in- en opbouw

MC 785-DF ALFANET met toegangscode in- en opbouw

KLIMA 500 TOPLINE. Gebruiksaanwijzing. Omschrijving : Klima 500 Topline (Alfanet) met of zonder aan/uit schak. Doc.nr.:

MC 785T-DF en MC 785T-DF ALFANET in- en opbouw

MC 885 HL CMP Hoog/Laag Brander Thermostaat

Gebruiksaanwijzing DSC785 Dry/Store Controller

Handleiding. 24Vdc -50/+50 C

MC 585 MC 585 Alfanet

Gebruiksaanwijzing ALFA-45 Bedien-unit Koel / Ontdooi thermostaat met ventilator sturing.

Handleiding ALFA(NET) 71 0/+100 C

Alfanet PC-interface 2e gen.

VDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C

Spraytronic II. Gebruiksaanwijzing. Omschrijving : Spraytronic II Doc.nr.: Soort: HANDLEIDING Aantal bladen: 23 Versie: v1.

GR2511 Geerlofs. Gebruiksaanwijzing In- en opbouw uitvoering. Omschrijving : Geerlofs GR 2511 thermostaat Doc.nr.:

MC 585 +NETWERK. opbouw. Gebruiksaanwijzing. Omschrijving : MC NETWERK Opbouw thermostaat Doc.nr.:

Gebruiksaanwijzing TTA /+150 C (1) VDH doc Versie: V1.1 Datum:

Gebruiksaanwijzing ALFA 85 Koel Thermostaat met fanen ontdooisturing

Slimline. opbouw uitvoering. Installatie/gebruiksaanwijzing. Soort: INSTALLATIE GEBRUIKSAANWIJZING Aantal bladen: 10 Versie: V1.6

Gebruiksaanwijzing LMS Controller 8x Digitaal-in Module t.b.v. ALFANET

MC 745-CC SMEVA opbouw

Gebruiksaanwijzing ALFA 55 24Vdc Koel/Ontd. Thermostaat met ventilator-sturing.

Gebruiksaanwijzing ALFA-45A Koel / Ontdooi thermostaat met ventilator sturing en waakalarm.

Gebruiksaanwijzing TTA DEUR. Typenummer (meting per 0,1C)

Gebruiksaanwijzing ALFANET TEMPLOGGER 16x PT1000 Module

Gebruiksaanwijzing ALFANET 95 met deurcontact

MC 585 MC 585 Alfanet

ALFA(NET) 75 RTDF. Handleiding -50/+50 C. 1 Functie. 2 Installatie. 3 Bediening. 4 Bekijken/veranderen setpoint

Gebruiksaanwijzing ALFANET 75 Koel/Ontd. Thermostaat met ventilator-sturing

Gebruiksaanwijzing ALFANET 95

Gebruiksaanwijzing ALFA 57 Pa en ALFANET 57 Pa

Gebruiksaanwijzing ALFANET 95

MC 785-DF KLIMA ALFANET-uitvoering

Gebruiksaanwijzing LMS Controller Module Remote-Switch t.b.v. ALFANET

Gebruiksaanwijzing ALFA-45 en ALFANET-45

Alfanet PC-interface 2e gen. RS485 naar RS232 of USB met of zonder extra geheugen

Handleiding ALFANET 70-Clock

Alfanet IP-interface RS485 naar Ethernet

Gebruiksaanwijzing ALFA 75 RTDF

VDH FC785D-PH. Gebruikers aanwijzing. (in- en opbouw uitvoering) Omschrijving: FC785D/PH (In- en Opbouw) Fruitthermostaat Doc.nr.

Installatiehandleiding Bedien-unit luxe Warmte Terug Win unit

Gebruiksaanwijzing ALFA 55 RTDF en ALFANET 55 RTDF

Gebruikershandleiding Heinen en Hopman Airco FC400

LMS RS485 Modbus Interface

MC Traps Thermostaat (3x Relais en 1x Analoog-uit)

Smartline. Opbouw en inbouw uitvoering. Installatie/gebruiksaanwijzing. Soort: INSTALLATIE GEBRUIKSAANWIJZING Aantal bladen: 16 Versie: V1.

HANDLEIDING SMARTLINE-PLUS

MC 785-MP. Gebruiksaanwijzing Opbouw en Inbouw uitvoering. Omschrijving : MC 785-MP Doc.nr.: Soort: HANDLEIDING Aantal bladen: 28 Versie: V2.

Installatiehandleiding

VALIO XP KLOKTHERMOSTAAT

Gebruiksaanwijzing ALFANET 88 PID 15Vac/dc

T6590B1000 FANCOIL REGELAAR KENMERKEN TOEPASSINGEN PRODUCT GEGEVENS

MC 785-SC in- / opbouw

handleiding master aansluitmodule 6 zones - 230V/24 V

2HEAT PID: intelligence digital temperature control instrument

2HEAT DHT: OPBOUW DIGITALE THERMO- en HYGROSTAAT

MS Fancontroller. Gebruiksaanwijzing / /F

T6590B1000 FANCOIL REGELAAR KENMERKEN TOEPASSINGEN PRODUCT GEGEVENS

Ruimtetemperatuur voelers MODBUS, SHT-A1-MB(-LCD) Ruimte MODBUS. Omschrijving

Draadloze zoneregelaar HCE80. Handleiding bij het inleren

[MONTAGE EN BEDIENINGS- HANDLEIDING]

GEBRUIKSAANWIJZING HD Microprocessor Volledig vrij instelbare controller

PROBA 50 Gebruiksaanwijzing (Opbouw en Inbouw)

MotorControl gebruiksaanwijzing V3 vanaf softwareversie 2.0e

FC 785-PC. Gebruiksaanwijzing (Opbouw en Inbouw) Omschrijving : FC 785-PC Fruitthermostaat Doc.nr.:

All-in-one warmtepomp water verwarming BOI-200/260

DF405_V5 Universele uitlezing opbouw

Inhoudsopgave. Handleiding: MC v2.0a. Pagina - 1 -

HANDLEIDING PROGRAMMAREGELAAR 40/16 SE

Technische handleiding

Handleiding MH1210B temperatuurregelaar

Weersafhankelijke regelaar SAM 2100

Productinformatie. ORION-VA Klimaatcomputer met centrale regelingen (IRIS)

CENTRALE CONVENTIONELE GASDETECTIE G8

TOMA. De TOMA regelaar is gebouwd volgens de strenge Europese veiligheidseisen en voorzien van een CE keurmerk.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. Systeem 3000

Gebruikershandleiding. Brandmeldcentrale JUNO-NET EN54

Weersafhankelijke regelaar SAM 2100

HANDLEIDING. SCU209DE / basis ontvanger. Inhoud;

Gebruikershandleiding. Bedienpaneel MINI-REP

Thermostaat met display

HANDLEIDING. De SAS1000WHB-7DF klokthermostaat wordt in combinatie met de SCU209-DF ontvanger gebuikt om 1 of meerdere actuators aan te sturen.

FAQ en HANDLEIDINGEN. MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET

FAQ en HANDLEIDINGEN. MEER HANDLEIDINGEN: kijk op faq.koba-groep.com

Weersafhankelijke regelaar SAM 2200

Gebruikershandleiding. Brandmeldcentrale JUNO-NET EN54

Stappenplan installeren UMR Vario

Configuratieoverzicht en storingscodes Carrier splitsystemen met Xpower + regeling (toerengeregelde compressor)

HEATTHERM AGRO-PID: intelligence digital temperature control instrument

Room Controller NEW BEDIENING 40KMC---N 42HMC---N 42VMC---N 40SMC---N I S O

BRANDCENTRALE GMC+ ARGINA TECHNICS

RFI 1000 / RFI Magnetische sleutellezer INSTRUCTIEHANDLEIDING

LE10 Draadloze ontvanger

Transcriptie:

SPRAYTRONIC (met QDS) Gebruiksaanwijzing Omschrijving : SPRAYTRONIC Doc.nr.: 96559 Soort: HANDLEIDING Aantal bladen: 12 Versie: V2.9 Bestand: Do96559 Spraytronic QDS v29 NL.wpd Software: SPRAYTRONIC Versie: V1.2 Door: BJ Datum: 125211 VDH Products BV Roden Holland Paraaf: Kast: Doc'97

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 2 van 12 Inhoudsopgave 1. Technische specificaties...3 1.1 Algemeen...3 1.2 Front...3 1.3 In en Uitgangen... 4 2. Functionele specificaties...5 3. Bediening...6 3.1 Aan/uit zetten van de Spraytronic.... 6 3.2 Uitlezen van de kanaal temperatuur....6 3.3 Bekijken van de spuit en droogsetpoint.... 6 3.4 Instellen van het spuit of droogsetpoint.... 6 3.5 Uitlezen van PI uitgang....6 3.6 Uitlezen en instellen van Setpoint Delta....6 3.7 Instellen van de droogtijd....6 3.8 Starten van het drogen.... 6 3.9 Uitlezen van de drooguren....7 3.1 Uitlezen van de bedrijfsuren....7 3.11 Inschakelen energiestand....7 3.12 QDS = Quick Dry System....7 3.13 Bedrijfs verwarming....7 3.14 Master / Slave werking....7 4. Programmeren interne instellingen...8 4.1 Parametertabel.... 8 5. Werking Temperatuur regeling....9 6. Voeler calibratie...9 7. Relaistest...9 8. Alarmeringen...9 9. Frontaanzicht...1 1. Aansluitschema...11 11. Maatgegevens...12 Bij de samenstelling van dit document is met de meeste zorg te werk gegaan en de informatie hierin wordt geacht betrouwbaar te zijn. VDH Products BV aanvaardt echter geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele fouten of vergissingen en behoudt zich het recht voor dit document zonder kennisgeving aan te passen of te wijzigen.

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 3 van 12 1. Technische specificaties 1.1 Algemeen Type : SPRAYTRONIC Huis : Inbouw paneel Materiaal : Plaatstaal zilvergrijs gespoten Afmetingen : 217 x 155 x 85mm (bhd) Paneel uitsparing : min. 28 x 146mm (bh) Front : Polycarbonaat (IP44) Bereik : /+15 C per,5 C Voeding : 23 Vac; 5/6 Hz (1/+5%). Opgenomen vermogen : 9 VA Werktemperatuur : 2/+5 C Opslag temperatuur : 2/+6 C Werk RH : 1/+9 % RH niet condenserend Nauwkeurigheid : ±,5 % van het bereik 1.2 Front Display : 4cijferig digitaal display voor cabinetemperatuur 4cijferig digitaal display voor temperatuur setpoint 4cijferig digitaal display voor spuituren teller 4cijferig digitaal display voor droogtimer Led's : >, HOOG = Brander hoog (modulerend) <, AAN = Brander aan, laag modulerend TOEVOER = Toevoer ventilator aan AFZUIG = Afzuig ventilator aan SPUITEN = Setpoint display geeft spuitsetpoint DROGEN = Setpoint display geeft droogsetpoint IRS SPUITEN = SPRAYTRONIC in spuitstand IRS WACHTTIJD = SPRAYTRONIC in wachttijd spuiten IRS RECIRCULATIE = SPRAYTRONIC in recirculatiestand DROGEN = SPRAYTRONIC in droogstand NAKOELEN = SPRAYTRONIC in stand nakoelen Toetsen : QDS = Quick Dry System aan/uit toets met LED indicatie SETP = Setpoint toets PI = Uitlezen PIuitgang met LED = Down toets = Up toets KANAAL TEMP = Uitlezen kanaal temperatuur met LED SETP DELTA = Setpoint delta temperatuur met LED DROOG TIJD = Instellen droogtijd met LED DROOG UREN = Uitlezen drooguren met LED BEDR. UREN = Uitlezen bedrijfsuren met LED ENERGIE SCHAK. = Uitschakelen van IRS (hand spuiten) START DROGEN = Starten van droog timer

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 4 van 12 1.3 In en Uitgangen Voelers : Cabine sensor (Pt1, 3leider volgens DIN/IEC 751) Kanaal sensor (Pt1, 3leider volgens DIN/IEC 751) IRS sensor (2draads +/) Digitale inputs : In1 Bedrijf aan ingang (potentiaal vrij ingangscontact) In2 Nakoel thermostaat aan (potentiaal vrij ingangscontact) In3 Brandervrijgave actief bij modulerende branderregeling In4 Deurkontakt (t.b.v. Master/Slave bedrijf inschakelen), Start QDS of Bedrijfsverwarmingsthermostaat ingang Analoge uitgang : /+1Vdc, Analoge uitgang (Rbmin 1Kohm) T.b.v. Proportionele branderklep sturing, vrijgave brander of bedrijfsverwarming Relais : RY1 Brander hoog/laag, Hmod. (C/NO/NC, 25Vac/1A niet inductief) Volgende relais hebben gemeenschappelijke common; RY2 Brander aan/uit, Lmod. (NO, 25Vac/1A niet inductief) RY3 Toevoerfan aan/uit (NO, 25Vac/1A niet inductief) RY4 Afvoerfan aan/uit (NO, 25Vac/1A niet inductief) RY5 Spuitluchtvrijgave, QDS (NO/NC, 25Vac/1A niet inductief)

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 5 van 12 2. Functionele specificaties De SPRAYTRONIC beschikt over de volgende funkties: Een regelthermostaat voor de verwarming. Er kan een setpoint voor spuiten en een setpoint voor drogen worden ingesteld. De thermostaat heeft een hoog/laag stand voor de brander, en beschikt over een P(I) uitgang voor een proportionele aansturing. De brander wordt alleen aangezet als de toevoerfan draait. De toevoerfan draait altijd. Temperatuurregeling vindt plaats middels de cabine sensor. Is ook een kanaal sensor aangesloten, dan wordt tijdens het spuiten op de kanaal sensor geregeld. Deze zorgt ervoor dat de cabine sneller op temperatuur komt. Er zijn 4 verschillende brandertypes in te stellen n.l.; Aan/uit brander regeling met RY2relais als brander aan/uit. Hoog/laag brander regeling met RY2relais als brander aan/uit en RY1relais als hoog/laag wisselkontakt. Links/rechts modulerende brander regeling met RY2relais als laagmodulerend sturing en RY1relais als hoog modulerend sturing, waarbij geen aparte aan/uit relais meer aanwezig is. Proportionele (Integrerende) branderklep sturing met 1Vdc uitgang en RY2relais als brander aan/uit sturing. Tevens is regelaar te gebruiken voor bedrijfsverwarming (alleen bij aan/uit of hoog/laag brandertype) als de SPRAYTRONIC uit staat. Hierbij doet de kanaalvoeler dienst als maximum thermostaat (via parameters P7 en P71). Via de externe bedrijfsschakelaar wordt de SPRAYTRONIC in de recirculatie stand gebracht. De cabine wordt op spuit temperatuur gehouden en de toevoerfan draait. Is de optionele IRS sensor aangesloten en is de energie schakelaar uit, wordt gedetecteerd of er daadwerkelijk wordt gespoten. Als er wordt gespoten, wordt dit door de IRS gedetecteerd en schakelt de SPRAYTRONIC naar spuiten. Nu gaat ook de afvoerfan draaien. Na het spuiten schakelt de IRS in wachttijdmode. Er kan direkt verder worden gespoten. Is de IRS wachttijd afgelopen, schakelt de SPRAYTRONIC terug naar recirculeren. Is de energie schakelaar aan, dan staat de SPRAYTRONIC altijd in de stand spuiten. Er kan altijd met de energieschakelaar tussen spuiten en recirculeren worden gekozen (mits bedrijfsschakelaar aan), ook als er geen IRSsensor is aangesloten. Nadat de droogtijd is ingesteld, kan het drogen worden gestart. De SPRAYTRONIC schakelt naar drogen en alleen de toevoerfan is aan. Als na het drogen de bedrijfsschakelaar nog steeds aan staat, regelt de SPRAYTRONIC de temperatuur terug naar de spuittemperatuur + setpoint delta. Deze functie is altijd aktief in de recirculatie stand. Is de bedrijfsschakelaar uit, blijven de toe en afvoerfans aan, totdat de externe nakoelthermostaat ze uitschakelt.

3. Bediening SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 6 van 12 Tijdens normaal bedrijf worden in de displays van de SPRAYTRONIC de cabine temperatuur, spuit setpoint, spuituren en droogtijd aangegeven. 3.1 Aan/uit zetten van de Spraytronic. Om de SPRAYTRONIC te aktiveren, dient de externe bedrijfsschakelaar (digitale ingang 1) aan te worden gezet. Het setpoint display toont nu het spuitsetpoint, de spuiturenteller het aantal spuituren en de droogtimer de daarop laatst ingestelde droogtijd. De SPRAYTRONIC schakelt naar de recirculatie stand en de toevoerfan gaat draaien. Dit wordt door de LED's in het display aangegeven. 3.2 Uitlezen van de kanaal temperatuur. Druk op de KANAAL TEMP toets. Indien deze voeler aanwezig is, verschijnt in het temperatuur display de kanaal temperatuur. Na het loslaten van de KANAAL TEMP toets, verschijnt de cabine temperatuur weer in het display. 3.3 Bekijken van de spuit en droogsetpoint. De LED naast het setpoint display geeft aan of het spuit of droogsetpoint wordt getoond. Door op de UP of DOWN toets te drukken kan het andere setpoint worden getoond. De bijbehorende LED gaat knipperen. Na het loslaten van de UP of DOWN toets verschijnt het andere setpoint weer in het display. 3.4 Instellen van het spuit of droogsetpoint. Zorg ervoor dat het setpoint dat gewijzigd moet worden in het display staat en druk vervolgens op de SETP toets. Het setpoint gaat knipperen en kan met de UP en DOWN toetsen worden gewijzigd. Opnieuw op de SETP toets drukken om het nieuwe setpoint te accepteren. 3.5 Uitlezen van PI uitgang. Druk op de PI toets om de waarde van de PIuitgang (1Vdc) in procenten, in het setpoint display, weer te geven. Na het loslaten van de PI toets verschijnt de actieve setpoint waarde weer in het display. 3.6 Uitlezen en instellen van Setpoint Delta. Druk op de SETP DELTA toets. Het delta setpoint verschijnt knippert in het setpoint display. Met de UP en DOWN toetsen kan het delta setpoint worden aangepast. Door opnieuw op de SETP DELTA toets te drukken wordt de nieuwe waarde geaccepteerd. 3.7 Instellen van de droogtijd. Druk op de DROOG TIJD toets. De tijd in het droogminuten display knippert. Met de UP en DOWN toets kan de droogtijd worden ingesteld. Door opnieuw op de DROOG TIJD toets te drukken, wordt de nieuwe tijd geaccepteerd. Tijdens het drogen wordt de resterende droogtijd aangegeven. Deze resterende droogtijd kan eventueel worden aangepast door de DROOG TIJD toets in te drukken. De resterende droogtijd in het drooguren display knippert. Met de UP en DOWN toets kan de resterende droogtijd worden gewijzigd. Door opnieuw op de DROOG TIJD toets te drukken, wordt de nieuwe resterende droogtijd geaccepteerd. 3.8 Starten van het drogen. Nadat de gewenste droogtijd is ingesteld, kan door het drukken op de START DROGEN toets het drogen worden gestart. De SPRAYTRONIC schakelt naar de droogstand, het droog setpoint verschijnt in het setpoint display en de LED drogen gaat branden. Is de droogtijd afgelopen, gaan de toe en afvoerfan aan. Als de bedrijfsschakelaar aan is, wordt de cabine afgekoeld tot spuitsetpoint + setpoint delta. Is de bedrijfsschakelaar uit, worden de fans gestopt door de externe thermostaat.

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 7 van 12 3.9 Uitlezen van de drooguren. Druk op de DROOG UREN toets. In het spuituren display verschijnen de drooguren. 3.1 Uitlezen van de bedrijfsuren. Druk op de BEDR. UREN toets. In het spuituren display verschijnen de bedrijfsuren. 3.11 Inschakelen energiestand. Door op de ENERGIE SCHAK. toets te drukken schakelt de SPRAYTRONIC in de spuitstand. De LED boven de toets brandt. Door opnieuw op de ENERGIE SCHAK. toets te drukken wordt naar recirculeren terug geschakeld. Deze schakelaar is bedoeld voor continu spuiten of indien er geen IRSsensor is toegepast hand spuiten. 3.12 QDS = Quick Dry System. Het QuickDrySystem is een droogmethode speciaal voor waterdragende lakken. Als de QDS uit staat heeft het geen invloed op de rest van het regelsysteem. Om het QDS systeem aan te zetten moet op de toets QDS gedrukt worden of via externe start QDS (Digitalin.4, mits parameter P9 = ), ten teken dat het QDS actief is gaat de led boven deze toets branden. Nu start de looptijd (P36) van het QDSsysteem en gedurende deze looptijd wordt de cabine naar met een QDSdelta temperatuur (P35) hoger geregeld dan de recirculatie temperatuur (naar bv. 4 C) waardoor het water uit de lak gedroogd wordt. Aan het eind van de looptijd schakelt de regelaar terug naar de recirculatie temperatuur. Tijdens QDS is setpoint delta uitgeschakeld. Als parameter P6 op 1 gezet wordt, is het relais RY5 actief als QDS actief is. 3.13 Bedrijfs verwarming. De SPRAYTRONIC kan als bedrijfsverwarming regelaar gebruikt worden indien interne parameter P9 op 3 = bedrijfsverwarming gezet wordt en mag alleen gebruikt worden bij branderkeuze P5= (A/U) en P5=1 (H/L). De bedrijfsverwarming kan pas actief worden nadat de Bedrijfaan ingang is geopend (regelaar uit), de inschakelvertraging van 1 seconden uitgelopen is en de nakoelthermostaat niet actief is. Dan kijkt de SPRAYTRONIC naar het bedrijfsthermostaatkontakt (digitale ingang 4). Is dit kontakt gesloten dan stuurt de regelaar de analoge uitgang (PI) uit naar 1V, Ry2 (brander aan) aan, Ry1 uit (laag bij H/L brandertype) en Ry3 (toevoerventilator aan) aan. Is dit kontakt geopend dan stuurt de regelaar de analoge uitgang (PI) terug naar V, Ry2 valt af en Ry3 valt af. Als daarna de nakoelthermostaat actief wordt, wordt dit eerst afgehandeld en pas daarna kan de bedrijfsverwarming weer ingeschakeld worden. Schakelt het kontakt bedrijfaan (digitaal in1) weer in dan wordt de bedrijfsverwarming geblokkeerd. 3.14 Master / Slave werking. De SPRAYTRONIC kan ook als master/slave geconfigureerd worden d.m.v. parameter P9. Ook dient hierbij de RS485 netwerkverbinding te zijn gemaakt tussen de master en de slave. Bij het sluiten (deur gaat open) van het deurcontact (digitaalin 4) zal de SPRAYTRONIC welke als Master is geconfigureerd als Master gaan werken, waarbij de Slave de gehele functionele werking van de Master volgt. De Slave is dan niet meer te bedienen. Bij het openen van het deurcontact (deur sluit) zal elke regelaar weer automatisch standalone gaan werken. Het master/slave principe werkt alleen niet indien parameter P9 op 3 = Bedrijfsverwarming staat ingesteld.

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 8 van 12 4. Programmeren interne instellingen Door de DROOGUREN en BEDRIJFSUREN toetsen gedurende 5 seconden gelijktijdig in te drukken, komt men in het Interne Parameters. In het temperatuur display verschijnt een P met daar achter een cijfer. In het setpoint display verschijnt de waarde van de parameter. Met de UP of DOWN toets kan de gewenste parameter worden opgezocht. Als de gewenste parameter is bereikt, kan door gelijktijdig op de SETP en de UP of DOWN toetsen in te drukken, de waarde worden aangepast. Als er gedurende 3 seconden geen toets meer wordt aangeraakt of gelijktijdig op de DROOGUREN en BEDRIJFSUREN toetsen te drukken, springt de SPRAYTRONIC terug naar de normale bedrijfsstatus. 4.1 Parametertabel. Nummer Omschrijving Bereik Eenheid Default P 1 P 2 P 3 P 4 P 5 P 6 P 7 P 8 P 9 P 1 P 11 P 12 P 13 P 2 P 21 P 22 P 3 P 31 P 32 P 35 P 36 P 4 P 41 P 42 P 5 P 51 P 52 P 53 P 54 Differentie spuiten Differentie drogen Offset spuiten Offset drogen Brander hoog aan bij groter verschil van Setpoint Cabinetemperatuur Proportionele band I(ntegratie)tijd (999 geeft alleen P) Delta T differentie MasterSlave configuratie = geen (stand alone) (=Start QDS op Dig.in4) 1 = master 2 = slave 3 = bedrijfsverwarming Kanaal voeler aanwezig Regelen op kanaal voeler Offset cabine voeler Offset kanaal voeler Minimum setpoint Maximum setpoint Maximum temperatuurstijging tijdens drogen IRS sensor aanwezig IRS wachttijd Inschakelvertraging afvoerfan t.o.v. de toevoerfan QDS delta temperatuur verhoging QDS looptijd Resetten spuituren Resetten drooguren Resetten bedrijfsuren Brandertype = aan/uit 1 = hoog/laag 2 = links/rechts mod. 3 = P(I)klepsturing Branderlooptijd Dactie Brander_vrijgave offset (actief bij brandertype = 2 en P9 niet op 3) Brander_vrijgave uitschakelvertraging (actief bij brandertype = 2 en P9 niet op 3) 1..15 1..15 15..+15 15..+15..15 1..+15..99 1..+15..3 = nee, 1 = ja = nee, 1 = ja 1..+1 1..+1..15..15 1..2 = nee, 1 = ja..99..99,..5,..99 = nee, 1 = ja = nee, 1 = ja = nee, 1 = ja..3 1..2..1 1..1..24 minuten /min. minuten seconden minuten seconden % seconden 1 1 2 5 2 1 1 1 1 1 15 15 1 5 5 2 3

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 9 van 12 Nummer Omschrijving Bereik Eenheid Default P 6 P 61 P 7 P 71 P 9 P 91 P 92 Functie relais RY5 = brander vrijgave 1 = QDS actief 2 = Droogstand actief Functie afzuig fan = Alleen aan tijdens spuiten 1 = Alleen uit tijdens drogen Maximaal kanaaltemperatuur bij bedrijfsverwarming Maximaal kanaaltemperatuur differentie bij bedrijfsverwarming Software versie nummer Serie nummer Produktie datum..2..1 2..8 1..2 jaar/wk 5 1 5. Werking Temperatuur regeling. De verwarming schakelt in als de temperatuur lager wordt als setpoint + offset + differentie en schakelt weer uit als de temperatuur gestegen is tot setpoint + offset. Bij brandersturing type 2 (modulerend) schakelt de analoge uitgang t.b.v. brander_vrijgave (via KBR61EI) als volgt: V: Als gedurende de tijd P54 (brander_vrijgave vertraging) de temperatuur hoger of gelijk is aan het setpoint + P53 (brander_vrijgave offset). 1V: Als de temperatuur lager of gelijk is aan setpoint + P53(brander_vrijgave offset) 1 C. Als MasterSlave configuratie op bedrijfsverwarming (P9=3) is ingesteld dan is geen brandervrijgave mogelijk, daar de analoge uitgang (1Vdc) dan voor de halverwarming wordt gebruikt. 6. Voeler calibratie Met de parameters P12 en P13 kunnen de cabine en kanaal sensoren worden gecalibreerd. Wijst een voeler bijvoorbeeld 2 C te veel aan, dan moet de bijbehorende offsetparameter op 2 C worden ingesteld. 7. Relaistest Met de relais test kunnen de relaisuitgangen afzonderlijk worden gecontroleerd. Om in de relaistest mode te komen moet de SPRAYTRONIC spanningsloos worden gemaakt. Houdt de PI toets ingedrukt tijdens het aanbrengen van de voedingsspanning. De regelaar komt nu in de relaistest. Het temperatuur display geeft nu '' aan ten teken dat geen van de relais actief is. Met de UP en DOWN toetsen kan nu een relais worden geselecteerd; '1' = relais1, '2' = relais2 etc. Om de relaistest mode te verlaten moet de voedingsspanning van het apparaat even worden onderbroken. 8. Alarmeringen In het display kunnen de volgende foutmeldingen knipperend verschijnen: E1 = cabine voeler defect. De temperatuurregeling stopt. E2 = kanaal voeler defect. De temperatuurregeling schakelt over naar de cabine voeler. E3 = algemene storing neem kontakt op met uw leverancier/installateur. De foutmelding blijft gedurende de fout in het display staan.

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 1 van 12 9. Frontaanzicht Frontaanzicht SPRAYTRONIC tek. 96693w4

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 11 van 12 1. Aansluitschema Aansluitschema SPRAYTRONIC tek.96694w12

SPRAYTRONIC Klant : Algemeen Pagina : 12 van 12 11. Maatgegevens Maatgegevens SPRAYTRONIC tek.961271 @...