versie d.d. 27-09-2018 Huishoudelijk reglement als bedoeld in artikel 11 lid 9 van de statuten van de vereniging: Beroepspensioenvereniging Huisartsen, statutair gevestigd te Utrecht, hierna: de Beroepspensioenvereniging. Huishoudelijk reglement, als bedoeld in artikel 11 lid 9 van de statuten van de Beroepspensioenvereniging, vastgesteld door het bestuur van de Beroepspensioenvereniging op 30 augustus 2006 en goedgekeurd door de vergadering van afgevaardigden op 26 september 2006, aanpassing goedgekeurd in de VvA-vergadering van 10 december 2009, 14 juni 2012, 26 maart 2015, 22 september 2016, 14 december 2017 en laatstelijk 27 september 2018. Begrippen. Artikel 1. De in dit huishoudelijk reglement gehanteerde begrippen hebben dezelfde betekenis als in de statuten van de Beroepspensioenvereniging, tenzij het tegendeel uitdrukkelijk blijkt. Representativiteitstoets. Artikel 2. 1. In verband met het bepaalde in artikel 2 lid 2 sub c van de statuten heeft het bestuur van de Beroepspensioenvereniging tot taak te bevorderen dat zoveel mogelijk huisartsen, die vallen onder de verplichtgestelde pensioenregeling die wordt uitgevoerd door SPH, en ten behoeve van wie pensioen wordt opgebouwd, zich als lid aanmelden dan wel lid blijven. 2. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging zal in verband met het bepaalde in lid 1, doch minimaal eens per vijf jaar, nagaan of het ledental voldoet aan de in de representativiteitstoets gestelde eisen. In verband hiermede zal het bestuur de in de vorige zin bedoelde leden periodiek informeren of de vereniging een zodanig aantal leden heeft dat aan de representativiteitstoets wordt voldaan en de gevolgen die het heeft wanneer niet aan die toets wordt voldaan. Ledenadministratie. Artikel 3. 1. Leden dienen zich schriftelijk tot wederopzegging aan te melden als lid van de Beroepspensioenvereniging. 2. De leden zijn geen contributie of kostenbijdrage verschuldigd. 3. De ledenadministratie wordt gevoerd door het secretariaat van de Beroepspensioenvereniging. 4. Per lid is een "dossier" aanwezig waarin ten minste is opgenomen een ondertekend inschrijvingsformulier met voldoende gegevens om een koppeling te kunnen maken met de deelnemersadministratie pensioenen zoals gevoerd door of namens SPH. 5. Periodiek zal het secretariaat een (zo mogelijk geautomatiseerde) vergelijking dienen te maken tussen de eigen ledenadministratie en de deelnemersadministratie van SPH. 6. Het secretariaat zal de ledenadministratie op zodanige wijze voeren dat de accountant in staat is een verklaring inzake de representativiteit af te geven. Clusters. Artikel 4. 1. De leden van de Beroepspensioenvereniging die vrijgevestigd huisarts zijn, worden ingedeeld in zes clusters conform artikel 7 lid 2 van de statuten. Deze clusters worden als volgt gevormd:
2 cluster 1 bestaat uit de postcodegebieden 1000-1199, 1441-1499, 1500-2130, 2166-2199 en 2300-2490. cluster 2 bestaat uit de postcodegebieden 1200-1440, 2131-2165 en 3400-4299 cluster 3 bestaat uit de postcodegebieden 2200-2299, 2491-2498, 2500-3399 en 4300-4699 cluster 4 bestaat uit de postcodegebieden 4700-6499 cluster 5 bestaat uit de postcodegebieden 6500-7799 en 8000-8199 cluster 6 bestaat uit de postcodegebieden 7800-7999 en 8200-9999 Ieder cluster kiest uit zijn midden afgevaardigden die hem vertegenwoordigen in de vergadering van afgevaardigden, met een totaal van 28 afgevaardigden uit deze clusters. 2. De leden van de Beroepspensioenvereniging die huisarts in dienstverband zijn, vormen één (landelijk) cluster, cluster 7. Dit cluster kiest uit zijn midden drie afgevaardigden die hem vertegenwoordigen in de vergadering van afgevaardigden. 3. De leden van de Beroepspensioenvereniging die waarnemend huisarts zijn, vormen één (landelijk) cluster, cluster 8. Dit cluster kiest uit zijn midden negen afgevaardigden die hem vertegenwoordigen in de vergadering van afgevaardigden. 4. De buitengewone leden van de Beroepspensioenvereniging die behoren tot de gepensioneerden, vormen één (landelijk) cluster, cluster 9. Dit cluster kiest uit zijn midden tien afgevaardigden die hem vertegenwoordigen in de vergadering van afgevaardigden. 5. Als peildatum voor de verhoudingen tussen de clusters wordt gekozen 1 januari van het jaar waarin de verkiezingen worden gehouden. Er wordt gerekend met het aantal huisartsen per cluster voor de bepaling van het aantal afgevaardigden. Bij de berekening van het aantal afgevaardigden per cluster wordt er bij een uitkomst van 0,50 of hoger afgerond naar boven en bij een uitkomst van 0,49 of lager afgerond naar beneden. De afronding bij de telling en toewijzing van zetels gaat als volgt: bij de verdeling van de aantallen afgevaardigden kan er een plaats voor een afgevaardigde overblijven. Deze valt toe aan het cluster dat bij de bepaling van het aantal zetels het dichtst onder de afronding 0,50 zat. 6. De hiervoor in dit artikel bedoelde afgevaardigden worden gekozen voor een periode van vier jaren en zijn tweemaal herkiesbaar. In afwijking hiervan worden van de per 1 juli 2007 gekozen afgevaardigden tweeëntwintig afgevaardigden gekozen voor een periode van twee jaren en zijn zij tweemaal herkiesbaar. Hiertoe heeft het bestuur een rooster van aftreden vastgesteld waarbij tot uitgangspunt heeft gediend dat in elk cluster de helft van de gekozen afgevaardigden per 1 juli 2009 aftreedt. De afgevaardigden uit de clusters 7 en 8 worden voor het eerst gekozen op 1 juli 2011. In afwijking van het bepaalde in de eerste zin worden van de per 1 juli 2011 gekozen afgevaardigden twee afgevaardigden gekozen voor een periode van twee jaar en zijn zij tweemaal herkiesbaar. Hiertoe stelt het bestuur een rooster van aftreden vast. De extra vijf afgevaardigden uit cluster 9 worden voor het eerst gekozen op 1 juli 2011. In afwijking van het bepaalde in de eerste zin worden van de per 1 juli 2011 gekozen extra afgevaardigden twee afgevaardigden gekozen voor een periode van twee jaar en zijn zij tweemaal herkiesbaar. Hiertoe stelt het bestuur een rooster van aftreden vast. De wijziging van de indeling in de clusters 1 tot en met 3 treedt in werking met ingang van 1 juli 2013 en wordt gehanteerd in de verkiezingen welke daar aan vooraf gaan. De wijziging van de indeling van het aantal afgevaardigden van clusters 1 tot en met 6 ten gunste van de vergroting van het cluster 8 naar negen afgevaardigden treedt in werking met ingang van 1 juli 2017 en wordt gehanteerd in de verkiezingen, welke daar aan vooraf gaan.
3 7. Indien een afgevaardigde tussentijds defungeert, wordt bij de eerstvolgende verkiezingen in de vacature voorzien. 8. De verkiezing van de afgevaardigden van de clusters vindt als volgt plaats. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging informeert de leden van de clusters die het betreft omtrent het periodiek aftreden van de afgevaardigden van het desbetreffende cluster. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging is bevoegd één of meer kandidaten te stellen. Voorts geldt dat de leden van het desbetreffende cluster eveneens bevoegd zijn kandidaten te stellen. Kandidaatstelling door de leden van het desbetreffende cluster is slechts mogelijk, indien deze door ten minste tien leden van het desbetreffende cluster wordt ondersteund en deze voor de door het bestuur van de Beroepspensioenvereniging in de in de tweede zin van dit lid genoemde mededeling vermelde datum plaatsvindt. Iedere kandidaatstelling dient vergezeld te gaan van een schriftelijke verklaring van de kandidaat om, indien hij wordt gekozen, de functie te aanvaarden. Indien er voor iedere vacature slechts één kandidaat wordt voorgedragen, gelden de betrokkenen als gekozen. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging informeert de betrokken leden hieromtrent. Indien er binnen een cluster meer kandidaten worden voorgedragen dan er vacatures zijn houdt het bestuur van de Beroepspensioenvereniging binnen dat cluster een schriftelijke stemming. Als gekozen gelden de kandidaten die de meeste stemmen op zich verzamelen. Vergadering van afgevaardigden, als bedoeld in artikel 10 lid 6 van de statuten. Artikel 5. 1. De in artikel 10 lid 6 van de statuten vermelde vergadering wordt ten minste achtentwintig dagen tevoren door het bestuur van de Beroepspensioenvereniging aangekondigd in een aantal door het bestuur vast te stellen publicaties. De bestuursleden van SPH worden voor deze vergadering uitgenodigd. 2. In de in artikel 10 lid 6 van de statuten vermelde vergadering heeft ieder lid van de Beroepspensioenvereniging het recht het woord te voeren. Vergadering van afgevaardigden. Artikel 6. 1. De voorzitter bepaalt of een vergadering openbaar of besloten is. 2. De secretaris draagt er zorg voor dat de stukken behorende bij de voor de vergadering van afgevaardigden geagendeerde punten tenminste veertien dagen voor de datum van de vergadering per post of per e-mail worden verzonden. 3. De voorzitter van de vergadering van afgevaardigden bepaalt de wijze van stemmen, met dien verstande dat over personen schriftelijk wordt gestemd, tenzij geen van de aanwezige afgevaardigden daar prijs op stelt. Over zaken wordt bij handopsteken gestemd, tenzij ten minste vijf afgevaardigden een schriftelijke stemming verzoeken. Volmacht. Artikel 7. 1. Een volmacht tot het uitbrengen van een stem dient schriftelijk te worden verleend. 2. De volmacht dient door de volmachtgever te zijn ondertekend. De volmacht dient de naam van de gevolmachtigde te bevatten en te vermelden voor welke vergadering deze wordt verleend. De volmacht kan een steminstructie bevatten.
4 De volmacht kan ook de namen van meer afgevaardigden bevatten die naar gelang van hun aanwezigheid en onverminderd het bepaalde in lid 4 achtereenvolgens bevoegd zijn als gevolmachtigde op te treden. 3. De volmacht dient voor de vergadering die het betreft aan de voorzitter te worden overgelegd. De voorzitter van de desbetreffende vergadering beoordeelt of de volmacht aan de vereisten voldoet. 4. Een afgevaardigde kan in de vergadering van afgevaardigden ten hoogste voor twee andere afgevaardigden als gevolmachtigde optreden. Bestuur van de Beroepspensioenvereniging. Artikel 8. 1. In aanvulling op artikel 11 lid 6 van de statuten wordt bepaald dat indien moet worden overgegaan tot benoeming van een bestuurder van de beroepspensioenvereniging namens het cluster van gepensioneerden, het bestuur van de beroepspensioenvereniging een voordracht kan opmaken zodanig dat voor deze vacature één persoon wordt voorgedragen. Voorts geldt dat de leden van het cluster van gepensioneerden eveneens bevoegd zijn kandidaten te stellen. Kandidaatstelling door de leden van het cluster van gepensioneerden is slechts mogelijk, indien deze door ten minste de helft van de leden van het cluster van gepensioneerden wordt ondersteund en deze ten minste zeven dagen voor de datum van de vergadering van afgevaardigden aan het bestuur wordt toegezonden. Iedere kandidaatstelling dient vergezeld te gaan van een schriftelijke verklaring van de kandidaat om, indien hij wordt gekozen, de functie te aanvaarden en deze dient voorzien te zijn van een curriculum vitae van de kandidaat waaruit blijkt dat hij voldoende betrouwbaar en deskundig kan worden geacht om de functie uit te oefenen. Indien er slechts één kandidaat wordt gesteld, is hij gekozen, mits het cluster van gepensioneerden daarmee instemt. Indien er voor één vacature meer kandidaten worden gesteld vinden schriftelijke stemmingen plaats in het cluster van gepensioneerden, waarbij telkens de kandidaat met de minste stemmen afvalt. Indien twee kandidaten resteren en de stemmen vervolgens staken, beslist het lot. 2. In aanvulling op artikel 11 lid 2 van de statuten wordt bepaald dat aspirant-bestuurders in de bestuursvergaderingen geen stemrecht hebben. 3. In aanvulling op artikel 11 lid 5 van de statuten wordt bepaald dat in de beoordeling van een mogelijke belangenverstrengeling door het bestuur, de bestuurder wiens betrokkenheid bij een financiële instelling mogelijk tot belangenverstrengeling leidt geen stem heeft in deze beoordeling. 4. De voorzitter, de secretaris en de penningmeester vormen tezamen het dagelijks bestuur van de Beroepspensioenvereniging. De voorzitter dient lid van de Beroepspensioenvereniging te zijn. 5. Het dagelijks bestuur behartigt de dagelijkse gang van zaken binnen de Beroepspensioenvereniging. 6. Het dagelijks bestuur stelt datum, tijdstip en plaats van de bestuursvergaderingen vast. De secretaris roept de vergaderingen van het bestuur van de Beroepspensioenvereniging bijeen namens het bestuur. De secretaris verzendt de agenda ten minste een week voor de datum van de te houden bestuursvergadering. Bij de agenda worden de te behandelen stukken gevoegd. 7. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging vergadert ten minste viermaal per jaar.
5 8. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging is verplicht een bestuursvergadering bijeen te roepen, indien twee of meer bestuursleden daarom verzoeken. Ieder bestuurslid van de Beroepspensioenvereniging heeft het recht punten aan de agenda voor de eerstvolgende bestuursvergadering toe te voegen. 9. Het bestuur stelt in een vergadering waarin alle bestuursleden aanwezig zijn een rooster van aftreden vast. Jaarstukken. Artikel 9. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging stelt een samenvatting van de jaarstukken op en brengt deze ter kennis van de leden. Verkiezing bestuursleden SPH. Artikel 10. 1. Indien in een vacature in het bestuur van SPH voorzien moet worden, roept het bestuur de vergadering van afgevaardigden bijeen voor de verkiezing van een kandidaat. In de bijeenroeping maakt het bestuur van de Beroepspensioenvereniging melding van de vacature. 2. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging is bevoegd voor elke vacature één kandidaat te stellen. Het bestuur van SPH is eveneens bevoegd kandidaten te stellen voor elke vacature. Voorts geldt dat de leden van de vergadering van afgevaardigden bevoegd zijn voor elke vacature kandidaten te stellen. Kandidaatstelling door de leden van de vergadering van afgevaardigden is slechts mogelijk, indien deze door ten minste de helft van de leden van de vergadering van afgevaardigden wordt ondersteund en deze ten minste zeven dagen voor de datum van de vergadering van afgevaardigden aan het bestuur wordt toegezonden. Iedere kandidaatstelling dient vergezeld te gaan van een schriftelijke verklaring van de kandidaat om, indien hij wordt gekozen, de functie te aanvaarden en deze dient voorzien te zijn van een curriculum vitae van de kandidaat waaruit blijkt dat hij voldoende betrouwbaar en deskundig kan worden geacht om de functie uit te oefenen. Iedere kandidaat dient tevens te voldoen aan de voor de desbetreffende bestuursfunctie door het bestuur van SPH opgestelde profielschets. Indien er slechts één kandidaat wordt gesteld, wordt over die kandidaat gestemd door de Vergadering van Afgevaardigden. Deze stemming vindt schriftelijk plaats, tenzij de Vergadering van Afgevaardigden anders beslist. Indien er voor één vacature meer kandidaten worden gesteld vinden schriftelijke stemmingen plaats in de vergadering van afgevaardigden waarbij telkens de kandidaat met de minste stemmen afvalt. Indien twee kandidaten resteren en de stemmen vervolgens staken, beslist het lot. Over de benoeming van bestuursleden wordt door het bestuur van SPH besloten nadat het bestuur van SPH de voorgenomen benoeming van een gekozen kandidaat aan de raad van toezicht heeft voorgelegd. De raad van toezicht kan de voorgenomen benoeming van deze kandidaat beletten indien deze niet voldoet aan de profielschets. Indien het bestuur van SPH een gekozen kandidaat afwijst, verzoekt het de Beroepspensioenvereniging een nieuwe kandidaat te kiezen. Indien een gekozen kandidaat niet door het bestuur van SPH wordt benoemd informeert het bestuur van SPH het bestuur van de Beroepspensioenvereniging zo spoedig mogelijk over de overwegingen hierbij..
6 Deskundigheidsbevordering. Artikel 11. Het bestuur van de Beroepspensioenvereniging heeft tot taak ten behoeve van het bestuur zelf en de vergadering van afgevaardigden een plan tot deskundigheidsbevordering op te stellen en uit te voeren. Wijziging huishoudelijk reglement. Artikel 12. 1. Een besluit tot wijziging van het huishoudelijk reglement dient door de vergadering van afgevaardigden te worden genomen. 2. Een voorstel tot wijziging van het huishoudelijk reglement dient ten minste achtentwintig (28) dagen voor de vergadering, waarin daarover beslist zal worden, ter kennis van de leden van de vergadering van afgevaardigden te worden gebracht. 3. In alle gevallen waarin het huishoudelijk reglement niet voorziet, beslist het bestuur van de Beroepspensioenvereniging.