Inspectierapport Peutertuin (KDV) Juliana van Stolbergstraat 7 7009 BC Doetinchem Registratienummer 202732782 Toezichthouder: GGD Noord en Oost Gelderland In opdracht van gemeente: Doetinchem Datum inspectie: 29-09-2015 Type onderzoek : Onderzoek na registratie Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 14-10-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 6 Veiligheid en gezondheid... 7 Accommodatie en inrichting... 8 Inspectie-items... 9 Gegevens voorziening... 12 Gegevens toezicht... 12 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 13 2 van 13
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd onderzoek na registratie. Op 29 september 2015 is er een onaangekondigd inspectiebezoek gebracht aan De Peutertuin van Kinderopvang Kindernet. Dit inspectiebezoek betreft een onderzoek na registratie. Dit onderzoek heeft binnen drie maanden na registratie plaatsgevonden. Beschouwing Kinderdagverblijf De Peutertuin maakt onderdeel uit van kinderopvang-organisatie Kindernet. De teamleider en de beroepskrachten zijn verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op deze locatie. Het kindercentrum is recent gestart. Op deze locatie zijn peuters aanwezig. De beroepskracht vertelt dat het kinderaantal aan het groeien is en dat er binnenkort een tweede beroepskracht deel gaat uitmaken van De Peutertuin. De beroepskracht vertelt met passie over haar werk. De Peutertuin voldoet aan de voorwaarden van de Wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 13
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende pedagogische basisdoelen geobserveerd en beoordeeld: waarborging emotionele veiligheid: ontwikkeling van persoonlijke competentie: ontwikkeling van sociale competentie: overdracht van normen en waarden. Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleid voldoet aan de eisen. De verschillende voorwaarden zijn terug te vinden in het pedagogisch beleid en het pedagogisch werkplan. Pedagogische praktijk Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk is een observatie uitgevoerd. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk 0-4 jaar. Het volgende is onder andere geobserveerd ten aanzien van de pedagogische basisdoelen (waarbij de schuingedrukte tekst uit het veldinstrument is overgenomen en de tekst daarna een uitwerking daarvan is in zoals deze is geobserveerd in de praktijk): Het bezoek vindt plaats op een dinsdagochtend, er zijn 8 peuters aanwezig met 1 beroepskracht en een stagiaire. De kinderen zijn vrij aan het spelen, op een later moment gaan ze in de kring om een activiteit te doen. Zorgdragen voor het waarborgen van emotionele veiligheid De beroepskracht is sensitief en responsief. In de kring worden de kinderen enthousiast benaderd, de beroepskracht kijkt de kinderen aan en heeft expressie. De kinderen reageren enthousiast. De beroepskracht geeft uitleg over wat er gaat gebeuren. De sfeer is aangenaam en de kinderen voelen zich op hun gemak. De kinderen durven zich buiten de gewaande paden te begeven en maken een grapje of zijn ondeugend. De beroepskracht grapt mee en enthousiasmeert de kinderen op rustige vriendelijke toon. Op die manier hoeft ze kinderen niet te corrigeren met het woordje '' nee''. Zorgdragen voor de ontwikkeling van persoonlijke competenties De beroepskracht sluit aan bij het niveau en ontwikkelingsniveau van de kinderen. De beroepskracht benadert elk kind op eigen ontwikkelingsniveau. Een kind vindt de kring met de opdrachtjes wat moeilijk en verkiest een eigen inbreng. De beroepskracht anticipeert hierop. Als in de kring de concentratie minder wordt, constateert de beroepskracht dit en anticipeert ook hierop. Ze geeft een andere draai aan het plan wat ze had. In de kring komen leermomenten naar voren; ''welke dag is het vandaag '', ''wat voor weer is het '', en de kleuren van de bladeren komen aan bot, bij het thema ''herfst.'' Dit alles met aanschouwelijk materiaal ( bladeren, een paraplu ). 4 van 13
Zorgdragen voor de ontwikkeling van sociale competenties De beroepskracht sluit aan bij de persoonlijke eigenheid van de kinderen. In de kring benadert de beroepskracht de kinderen naar eigenheid. Ze ziet de eigenheid van de kinderen en gaat hierop in. Een kind wat nog jong is en zijn eigen plan trekt, laat ze even gebeuren, na een poosje komt hij zelf weer terug in de kring. Op die manier is de interactie positief en niet op basis van waarschuwingen. Spelactiviteiten gebeuren gezamenlijk, op die manier ontmoeten kinderen elkaar in de kring en aan tafel voor het drinken en fruit eten. Er ontstaan korte kleine gesprekjes aan tafel. Kinderen worden op elkaar gewezen door de beroepskracht. Zorgdragen voor de overdracht van normen en waarden Afspraken worden gehanteerd. De afspraken die er zijn worden aan de kinderen herinnerd en uitgelegd op vriendelijke toon. ''Ga maar even zitten, we eten en drinken even ''. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Observaties Website Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch werkplan 5 van 13
Personeel en groepen Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein Personeel en groepen. Per aspect worden eerst de gegevens beschreven van het kindcentrum. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria. Verklaring omtrent het gedrag De verklaringen omtrent gedrag voldoen aan de eisen. Passende beroepskwalificatie De beroepskwalificatie voldoet aan de eisen. Opvang in groepen De opvang in groepen voldoet aan de eisen. Er is 1 groep bestaande uit peuters. Vooralsnog bestaat de groep uit maximaal 8 peuters. Er is vooralsnog 1 vaste beroepskracht. Beroepskracht-kindratio De beroepskracht-kindratio voldoet aan de eisen. De locatie bevindt zich in een woonwijk, de achterwacht is vastgesteld in het pedagogisch werkplan. De beroepskracht opent en sluit met de vrijwilliger en er is een stagiaire aanwezig. Tevens staat de locatie in verbinding met het andere kinderdagverblijf. Insluipgevaar wordt vermeden door de deur af te sluiten na binnenkomst van de kinderen. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Er wordt Nederlands gesproken, op die manier wordt voldaan aan de eisen. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch werkplan 6 van 13
Veiligheid en gezondheid Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein veiligheid en gezondheid. Per aspect worden eerst de bevindingen beschreven over het kindcentrum. Daarna volgt een oordeel. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De risico-inventarisatie voldoet aan de eisen. De toezichthouder heeft de ruimte binnen en buiten gecontroleerd en het betreft hier een actuele situatie. Vierogenprincipe Het vierogenprincipe voldoet aan de eisen. De beroepskracht geeft de juiste uitleg aan het vierogenprincipe. Het vierogenprincipe staat beschreven in het pedagogisch werkplan. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Observaties Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid Pedagogisch werkplan 7 van 13
Accommodatie en inrichting De houder van een kindercentrum moet zorgdragen voor passend ingerichte ruimtes voor spelen (zowel binnen als buiten) die in overeenstemming zijn met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Binnenruimte De binnenruimte voldoet aan de eisen. Er is 1 groepsruimte, welke passend is ingericht. De ruimte heeft verschillende speelhoeken en verschillend spelmateriaal. Van het constructiemateriaal is recentelijk meer besteld, op die manier is het aanbod nog meer passend. De ruimte bevat mobiele meubels, dit omdat de ruimte wordt gedeeld. In de ochtend maakt de beroepskracht samen met de vrijwilliger de ruimte in orde en aan het einde van de ochtend wordt het meubilair weer op bestemde plek gezet. Buitenspeelruimte De buitenruimte voldoet aan de eisen. De buitenruimte is middels een deur van de groepsruimte te bereiken. De buitenruimte is volledig omheind. Er is een zandbak aanwezig en verder is het betegeld. Er is buitenspelmateriaal aanwezig zoals; rijdend materiaal, zandbakspullen. De beroepskracht geeft aan dat ze de kinderen enthousiasmeren tijdens het buitenspel. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskracht) Observaties Pedagogisch werkplan 8 van 13
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het uitvoeren van het vierogenprincipe overeenkomstig het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a en 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger, is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen 9 van 13
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 en 6 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 11 Regeling kwaliteit kinderopvang en Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. (art 1.55 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen OF Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode. (art 1.55 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen 10 van 13
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en Accommodatie en inrichting Binnenruimte Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en 11 van 13
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Peutertuin Aantal kindplaatsen : 16 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Ja Gegevens houder Naam houder : Kindernet b.v. Adres houder : Marspoortstraat 7 Postcode en plaats : 7201 JA ZUTPHEN KvK nummer : 57177104 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Noord en Oost Gelderland Adres : Postbus 51 Postcode en plaats : 7300 AB APELDOORN Telefoonnummer : 088-4433000 Onderzoek uitgevoerd door : Mevr. C. Stijnman Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Doetinchem Adres : Postbus 9020 Postcode en plaats : 7000 HA DOETINCHEM Planning Datum inspectie : 29-09-2015 Opstellen concept inspectierapport : 13-10-2015 Vaststelling inspectierapport : 14-10-2015 Verzenden inspectierapport naar houder : 15-10-2015 Verzenden inspectierapport naar : 15-10-2015 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 20-10-2015 12 van 13
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 13 van 13