waterwegwijzer voor architecten



Vergelijkbare documenten
SCHEMA REGENWATERPUT

waterwegwijzer voor architecten

Hemelwater, een duurzame oplossing!

Bijlage 4: regenwater, een duurzame oplossing

Regenwaterhergebruik in Vlaanderen

AANDACHTSPUNTEN VOOR ARCHITECTEN, BOUWERS en VERBOUWERS

Afkoppelen: naar een

WINFORMATIE OVER REGENWATERGEBRUIK.doc

Regenwatergebruik bij woningen

Filters Hemelwaterput 4 september 2017

Gescheiden riolering voor bestaande woningen

Informatieavond riolerings- en wegeniswerken. Bloemekeswijk Fase II

Raming totaalproject: EUR

Technische Fiche Reni MAXI BETON (+) pakket

VERSLAG ADVIES AFKOPPELING

Infovergadering project: Betonweg Ellikom. Doortocht centrum Ellikom

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning of een melding

Opvang en afvoer van regenwater Een bevraging bij huishoudens in Vlaanderen

Technische Fiche Reni MAXI BETON pakket

Pidpa Riolering in Malle: Leegstede - Eertbolweg - Aanleg riolering -

Technische Fiche Reni ADVANCED BETON pakket

Technische Fiche Reni MAXI KUNSTSTOF pakket

Je aansluiting op het rioleringsnet

AFSCHAFFING MET GROTE GEVOLGEN

Voor de volledigheid vermelden we nog twee oplossingen die in deze fiche niet aan bod komen.

Technische Fiche Reni ADVANCED KUNSTSTOF (+) pakket

Subsidiereglement betreffende de afkoppeling van hemelwater afkomstig van particuliere woningen

VEELGESTELDE VRAGEN M.B.T. SEPTISCHE PUT, IBA, REGENWATERPUT, INFILTRATIE- VOORZIENING EN SCHEIDING RWA/DWA.

Aanvraagformulier voor het bekomen van een gemeentelijke premie voor de aanleg van een individuele zuiveringsinstallatie te Wingene

Nieuwe regelgeving voor bouwers en verbouwers. Slim omgaan met regenwater

Pidpa Riolering in Zoersel: Wijk Kapellenhof - Aanleg riolering -

Infovergadering. Project: Kleine Kruisstraat te Herk-de-Stad

Info-avond Riolerings- en wegeniswerken DOM-270/11/216-Z Borstekouterstraat - Fonteinstraat. Afkoppelingswerken op perceelsniveau

Infovergadering project Hogeweg. Afkoppelen hemelwater

SUBSIDIE-AANVRAAG AANLEG REGENWATERPUT

Riolering en wegeniswerken Doortocht HERTSBERGE

Ontsluiting regenwater Bloemekeswijk. Lisa Vanhaute Bram Quaghebeur

Gemeentelijk subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen voor woningen en lokalen van verenigingen 1

Al aan riolering gedacht?

Addendum B25 Verordening hemelwater

Pidpa Riolering in Zoersel: De Blokskens - Berkenlaan - Aanleg riolering -

Technische Fiche Reni PLUS BETON pakket

zo doet u dat! Regenwater afkoppelen? De gemeente voert in uw buurt een afkoppelproject uit. U kunt meedoen door de regenwaterafvoer

12/02/2014. Bewonersvergadering Bouwen waterzuiveringsinstallatie omgeving Herentalsebaan en Dijkstraat te Zandhoven

Technische Fiche Reni PLUS BETON Z (+) pakket

GR punt 18: Leefmilieu wijziging subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties voor woningen - goedkeuring

Milieu. Subsidiereglement voor het plaatsen van een hemelwaterinstallatie. Art. 1.- Definities:

Informatieavond Riolerings- en wegeniswerken Rozenlaan Resedalaan. Afkoppelingswerken op perceelsniveau

PREMIEAANVRAAG VOOR DE AANLEG VAN EEN HEMELWATERINSTALLATIE EN/OF INFILTRATIEVOORZIENING

Technische Fiche Reni MAXI BETON Z (+) pakket

Rioleringsproject Oostendse Steenweg, tussen Blankenbergse Steenweg en Tempelhof Hendrik Waelputstraat (gedeelte) Rustenburgstraat (gedeelte)

Technische Fiche Reni ADVANCED BETON pakket

Code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen. Deel 2: Afwateringssysteem

stad brugge woondienst

REGENWATER AFKOPPELEN

Rioleringsproject Gentstraat, Sint-Jozefstraat en Broekstraat te Tielrode Gemeente Temse. Aki Jungbluth

Technische Fiche Reni ADVANCED KUNSTSTOF pakket

FICHE 2 TERUGSLAGKLEPPEN EN OVERLATEN

Stedelijk aanmoedigingsreglement inzake de aanleg van een hemelwaterinstallatie bij bestaande particuliere gebouwen

Regenwater een hemels geschenk. Subsidiemogelijkheden voor hergebruik en afkoppeling afvoer

Herent afgekoppeld Juli 2008

STEDELIJK AANMOEDIGINGSREGLEMENT INZAKE DE AANLEG VAN EEN HEMELWATERINSTALLATIE BIJ BESTAANDE PARTICULIERE GEBOUWEN

Bewonersvergadering Afkoppeling bedrijven in de Industrieweg, Energieweg, Nijverheidsstraat, Ambachtsstraat, Industriezone en De Delften te Malle

Gemeentelijk subsidiereglement voor het plaatsen en gebruiken van regenwaterputten door particulieren plaatsing vanaf 01/01/2009

DOSSIER INFOBOX EEN GOED REGENWATERSYSTEEM REGELGEVING REGENWATER

Verbindingsriolering Langestraat, Winkelveldbaan Katrin Duerinckx - bekkenverantwoordelijke Joan Deckers - Projectleider

09/06/2015. Bewonersvergadering Wegenis- en rioleringswerken in de Akkerstraat (deel) te Malle

Beter omgaan met hemelwater

GEMEENTELIJKE VERORDENING INZAKE HEMELWATERPUTTEN, INFILTRATIEVOORZIENINGEN, BUFFERVOORZIENINGEN, GESCHEIDEN LOZING VAN AFVALWATER EN HEMELWATER

Bijlagen bij politiereglement betreffende het afvoeren en lozen van afvalen hemelwater

Infovergadering. Project: Grote Markt, Gen. Bar. Jacquesstr e.a. Diksmuide

Werkblad voor de leerling

nr. 306 van GWENNY DE VROE datum: 9 februari 2018 aan JOKE SCHAUVLIEGE Gescheiden rioleringen - Stand van zaken

OM MEER TE WETEN OVER DE INRICHTINGEN

Regenwater leid je niet om de tuin!

Infovergadering 17 november Weg naar Opoeteren Weg naar Opitter Groenstraat - Waterlozestraat

leeft......met water Regenwater gescheiden afvoeren

Addendum B25 Aanstiplijst hemelwater. 1 Vul de aanstiplijst hemelwater in.

Formulier voor het bekomen van een premie voor de aanleg van een individuele zuiveringsinstallatie

1. Rioleringssystemen

Rioleringsproject Kiezel

Rioleringsproject Gemeente Waasmunster. Infovergadering gemeente Waasmunster 1

12/02/2014. Bewonersvergadering Bouwen waterzuiveringsinstallatie omgeving Herentalsebaan en Dijkstraat te Zandhoven

UITTREKSEL uit de notulen van de Gemeenteraad

Veelgestelde vragen over afkoppelen

Riolerings- en wegeniswerken Gontrode Heirweg/ Vijverwegel/ Varingstraat

Technische Fiche Reni ADVANCED BETON Z (+) pakket

Infovergadering bewoners woensdag 19 januari

Doornbergstraat De Egdstraat, Hamerstraat, Grote Meur, Langdorpsesteenweg, Testeltsesteenweg, Peperstraat, Buikpoelstraat & Broekstraat

De brongerichte aanpak van de waterproblematiek Visie vanuit de gewestelijke overheid

Aquafin - leerpakket. werken aan zuiver water WERKBLAD VOOR DE LEERLING NIVEAU 1 - MEERKEUZEVRAGEN

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens

BERGBEZINKBASSIN (BBB) WEERSELO

BUFFEREN EN INFILTRATIE VAN REGENWATER. Buffertanks Infiltratieblokken

Sanering Sint-Katarina-Houtem Infoavond 1

Installatie voor het gebruik van hemelwater in woningen

Handleiding bij het invullen van de onderdelenlijst

Afkoppelen van regenwater: praktijkvoorbeelden uit Nijmegen en Vlaanderen. VVSG 22 oktober 2013

Subsidiedossier Hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening

EEN BODEM VOOR WATER

Transcriptie:

waterwegwijzer voor architecten Informatie van de Vlaamse overheid een handleiding voor duurzaam watergebruik in en om de particuliere woning

Deze brochure wordt uitgegeven door de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). De tekst over de regelgeving is opgesteld door Leentje De Backer en Michiel Van Peteghem van de VMM, het gedeelte over het regenwatergebruik en de afkoppeling, buffering en infiltratie van regenwater is opgesteld door Willem Creffier en Guido Vaes van het Laboratorium voor Hydraulica van de Katholieke Universiteit Leuven, de tekst over individuele behandeling van afvalwater (IBA s) is opgesteld door Christiaan Vlerick van de Hogeschool Gent in samenwerking met Aquafin en Karel Rausch van de gemeente Bierbeek. Vlario werkgroep 2 + 3 met betrekking tot "het concept en de keuze van het rioleringsstelsel" onder voorzitterschap van Jean Berlamont en Jan Vandenbossche heeft het ganse project begeleid en gestuurd. Vlario werkgroep 4 met betrekking tot "riolering en afvalwaterzuivering in landelijke gebieden" onder voorzitterschap van Geert Du Pont heeft het gedeelte over IBA s mee begeleid. Guido Vaes en Willem Creffier verzorgden de eindredactie onder supervisie van Jean Berlamont (KULeuven). Inge Miseur verzorgde de opmaak. De coördinatie vanuit de VMM gebeurde door Michiel Van Peteghem en Leentje De Backer. De verantwoordelijke uitgever is Johan Janda, afdelingshoofd Informatie van de VMM. Vlaamse Milieumaatschappij A. Van de Maelestraat 96 9320 Erembodegem tel.: 053 / 72 64 45 fax: 053 / 71 10 78 e-mail : info@vmm.be http://www.vmm.be Vlario, WEL v.z.w. St.-Bernardsesteenweg 1126 2660 Hoboken tel : 03 / 827.51.30 fax : 03 / 289.01.40 e-mail : wel@pandora.be http://www.wel.be Laboratorium voor Hydraulica Katholieke Universiteit Leuven de Croylaan 2 3001 Heverlee tel.: 016 / 32 16 63 fax: 016 / 32 19 89 http://www.bwk.kuleuven.ac.be/bwk/hydraulics 0 Fotomateriaal: VMM, K. Michielsen (Keramo), F. Van Hertum (gemeente Overpelt), C. Bollen (Libost), G. Coolens (Antwerpen), fabrikanteninformatie Gedrukt op 100 % kringlooppapier. D/2000/6871/002

Inhoudstafel 1. Waarheen wijst de weg van het water? 5 2. Gebruik van regenwater 2.1 Waarom regenwater gebruiken? 2.2 De installatie van een regenwaterput 2.3 Dimensionering van regenwaterputten 2.4 Kosten en baten 15 17 26 29 3. Bufferen en infiltreren 3.1 Waarom regenwater bufferen en infiltreren? 3.2 Onmiddellijke infiltratie in de ondergrond 3.3 Berging en infiltratie in een open voorziening 3.4 Berging en infiltratie in een ondergrondse voorziening 3.5 Dimensionering van infiltratievoorzieningen 3.6 Groen dak 33 34 38 40 41 44 4. Individuele behandeling van afvalwater (IBA s) 4.1 Kleinschalige waterzuivering 4.2 Wat is huishoudelijk afvalwater? 4.3 Overzicht afvalwaterzuivering 4.4 De voorbehandeling 4.5 Compactsystemen voor biologische zuivering 4.6 Plantensystemen voor biologische zuivering 4.7 Systeemkeuze 4.8 Kostprijs 47 48 51 52 55 60 67 70 5. Verklarende woordenlijst 75 6. Nuttige adressen 79 3

De waterhuishouding van de woning Beleidskader De codes van goede praktijk Vuistregels voor opvang en afvoer van afval- en regenwater Verplichte aansluiting op het riool Samenvatting 4

1. Waarheen wijst de weg van het water? Als bouwer of verbouwer van een woning word je vaak vanuit je gemeentebestuur of vanuit het Vlaams Gewest geconfronteerd met tal van richtlijnen voor het lozen van je huishoudelijk afvalwater of van je regenwater. Het is echter niet altijd onmiddellijk duidelijk wat de reden is van die richtlijnen of verplichtingen en hoe je ze in de praktijk kunt toepassen. De "waterwegwijzer voor architecten" wil hierop een antwoord bieden. De titel "waterwegwijzer" slaat op het rationeler en duurzamer omspringen met het water dat in en om de particuliere woning gebruikt wordt. We hebben het in dit geval over de opvang en het gebruik van regenwater. Duurzaam met water omgaan betekent daarnaast ook dat we het afgevoerde water zo weinig mogelijk vervuilen. We geven hierbij aan in welke gevallen particulieren zelf hun afvalwater moeten zuiveren en hoe ze dat kunnen doen. Tenslotte wil de "waterwegwijzer" een praktische gids zijn met voorbeelden en directe antwoorden op de meest voorkomende vragen. De waterhuishouding van de woning Je regenwater dien je gescheiden van je afvalwater af te voeren en zoveel mogelijk in de woning te gebruiken. Op die manier krijgen de rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI s) minder verdund afvalwater binnen, wat hun werking ten goede komt. Hierdoor moeten ook de rioleringen voor afvalwater niet zo groot gedimensioneerd worden. Daarnaast zal het aantal keren dat gemengde rioleringen bij hevige regenval in de waterloop overstorten aanzienlijk verminderen. Het is ook belangrijk dat je het regenwater zo veel mogelijk ter plaatse houdt door het bijvoorbeeld te laten infiltreren. Op die manier wordt de grondwatertafel opnieuw aangevuld. In de eerste plaats kan je vermijden dat het regenwater afstroomt door geen ondoorlatende verharding aan te leggen. Je kan verder het regenwater van het dak opvangen en gebruiken. Zo bespaar je aanzienlijk op de waterfactuur en de waterheffing. Hoe en waar je je huishoudelijk afvalwater moet lozen, is afhankelijk van het gebied waarin je (ver)bouwt. Is er een riolering voor afvalwater, dan ben je verplicht hierop aan te sluiten. Leidt die riolering nu of in de toekomst naar een RWZI, dan loos je bij voorkeur zonder voorbehandeling. In ieder ander geval ben je verplicht zelf je afvalwater te zuiveren. Het spreekt voor zich dat deze bepalingen en verplichtingen heel wat praktische vragen oproepen bij (ver)bouwers en al wie hen daarbij begeleidt. Deze brochure wil tegemoet komen aan deze vragen aan de hand van praktische voorbeelden. 5

Beleidskader VLAREM II is het milieureglement van de Vlaamse regering, dat ingesteld is om onder meer aan de Europese richtlijn inzake behandeling van stedelijk afvalwater te voldoen. Deze richtlijn van de Europese Unie van 21 mei 1991 bepaalt dat de waterzuivering binnen een bepaalde termijn moet uitgebouwd worden. Een systeem van opvang en zuivering van huishoudelijk afvalwater is verplicht sinds 31/12/1998 voor agglomeraties van meer dan 10000 IE (Inwoner Equivalent) en zal verplicht zijn vanaf 31/12/2005 voor iedereen. Om aan deze voorwaarden te voldoen verdeelt Vlarem II de bevoegdheid voor het verzamelen en zuiveren van afvalwater onder het Vlaams Gewest, de gemeenten en de burgers. Deze bevoegdheidsverdeling wordt ook wel het driesporenbeleid genoemd: Het Vlaams Gewest is verplicht de bovengemeentelijke zuiveringsinfrastructuur (RWZI's en collectoren) uit te bouwen binnen de vastgestelde timing. De gemeenten worden geacht hun openbare riolering uit te bouwen, eveneens binnen de aangegeven timing. De gemeenten zijn eveneens verantwoordelijk voor kleinschalige waterzuiveringsinstallaties (KWZI s, 20-500 IE). Waar het technisch niet haalbaar of financieel niet verantwoord is om individuele woningen aan te sluiten op een centrale zuivering, moet de burger zelf instaan voor de zuivering van het afvalwater. De VMM stelt jaarlijks in opdracht van de Vlaamse regering investeringsprogramma's op voor de bouw van RWZI s en toevoerleidingen (collectoren). Deze programma's worden ter goedkeuring voorgelegd aan de Vlaamse regering. Aquafin legt deze bovengemeentelijke zuiveringsinfrastructuur aan en staat in voor het beheer ervan. Daarnaast stelt de VMM ook subsidiëringsprogramma's op voor de gemeentelijke zuiveringsinfrastructuur: rioleringen en KWZI s. 6 De codes van goede praktijk Om het Vlaams Gewest, de gemeenten, de burgers en andere betrokkenen technische ondersteuning te geven bij de concrete uitvoering van de bepalingen in Vlarem II werden een aantal "codes van goede praktijk" uitgewerkt: code van goede praktijk voor de aanleg van openbare riolen en individuele voorbehandelingsinstallaties; code van goede praktijk voor de aanleg van kleinschalige rioolwaterzuiveringsinstallaties (20-500 IE); code van goede praktijk voor regenwaterputten en infiltratievoorzieningen; code van goede praktijk voor de herwaardering van grachtenstelsels. De VMM zorgt voor de coördinatie en eindredactie van deze codes. Er is bovendien een gewestelijke bouwverordening die de minimale eisen in verband met regenwatergebruik bij nieuwbouw en verbouwing oplegt.

Vuistregels voor opvang en afvoer van afval- en regenwater Zuiveringszones De regels van Vlarem II voor de opvang en de afvoer van huishoudelijk afvalwater verschillen naargelang de zuiveringszone waarin men zich bevindt. ZONE A Dit gebied is gerioleerd. Het afvalwater is via de riolering aangesloten op een operationele RWZI. Zuiveringszones ZONE B Dit gebied is gerioleerd. De aansluiting op een operationele RWZI wordt voorzien door het Vlaams Gewest of door de gemeente via een goedgekeurd investeringsprogramma. ZONE C Dit gebied is gerioleerd. De aansluiting op een operationele RWZI wordt niet voorzien door het Vlaams Gewest of door de gemeente. Enkel de gerioleerde gebieden kunnen worden opgedeeld in zuiveringszones. Daarnaast zijn er de gebieden zonder riolering. Hier wordt het afvalwater nog dikwijls geloosd in een oppervlaktewater, een gracht of de bodem. Naargelang het gebied waarin de woning zich bevindt, gelden andere lozingsvoorwaarden. Verplichte lozing op riool Voor elk gerioleerd gebied geldt dat het huishoudelijk afvalwater verplicht in de openbare riolering geloosd moet worden. Het zijn de gemeenten die er moeten op toezien dat iedereen ook effectief en correct aansluit. De gemeente kan voorwaarden opleggen met betrekking tot de manier waarop je moet aansluiten op de openbare riolering. Centrale zuivering in een rioolwaterzuiveringsinstallatie In de zuiveringszones A en B wordt bij voorkeur geen septische put of een andere voorbehandeling geplaatst of wordt deze kortgesloten bij aansluiting op een RWZI. Op die manier komt de volledige vuillast op de RWZI aan en heeft de RWZI een optimaal rendement. Het kan zijn dat de gemeente toch een afscheidingsput voorschrijft om te vermijden dat er materiaal in de riolering gaat bezinken en dat er drijvend vuil in het riool terechtkomt. Dit drijvend vuil kan via de overstorten in de waterlopen terechtkomen en zorgt daar voor een optische vervuiling. Indien een afscheidingsput voorzien wordt, dient deze jaarlijks geruimd te worden en het slib moet naar een RWZI afgevoerd worden. 7

Individuele zuivering In de gebieden die niet aangesloten worden op een centrale zuivering, dit zijn zuiveringszone C en de niet-gerioleerde gebieden, moet de particulier zelf voor de zuivering van het afvalwater instaan. Voor bestaande lozingen is een goed werkende septische put voldoende. Nieuwe lozingen moeten een grondige, biologische zuivering voorzien: een individuele behandeling van afvalwater (IBA). Voor bestaande lozingen kan dit uiteraard ook gebeuren. Als financiële stimulans voor de aanleg van dergelijke systemen verleent het Vlaams Gewest aan de gebruikers een vrijstelling van de jaarlijkse afvalwaterheffing. Binnen het milieuconvenant tussen de gemeenten en het Vlaams Gewest kunnen gemeenten zich ertoe engageren een subsidie te geven voor individuele afvalwaterzuiveringsinstallaties. Het Vlaams Gewest doet daar dan nog eens een gewestelijke subsidie bovenop. Afkoppelen, gebruiken en infiltreren van regenwater Veel rioolbeheerders zagen vroeger in het aanleggen van riolering dé oplossing voor problemen van wateroverlast in bebouwde zones. Zo werden meestal gemengde rioolstelsels aangelegd: het afvalwater en het regenwater werden samen opgevangen en afgevoerd. In sommige gevallen ging men zelfs verontreinigde beken en grachten inbuizen en aansluiten op de riolering. Het gevolg hiervan is dat in natte periodes regenwater, gemengd met afvalwater, uit de rioleringen overstort in onze oppervlaktewateren. Door het inbuizen van grachten wordt het regenwater te snel afgevoerd en heeft het onvoldoende mogelijkheid om in de bodem te infiltreren. Bij lange droogteperiodes treden dan ook droogteverschijnselen op. Gemengde rioolstelsels voeren vaak ook drainagewater, infiltratiewater en beekwater af. Dit heeft een negatieve invloed op de werking van de RWZI, omdat het afvalwater er sterk verdund toekomt. Daarom streeft men ernaar het regenwater maximaal van het rioolstelsel af te koppelen en het te gebruiken, te infiltreren of vertraagd af te voeren. 8 Vanuit milieuoogpunt is de aanleg van een gescheiden afwateringssysteem de beste oplossing. Water dat van het publieke domein komt (wegen, parkings), wordt bij voorkeur via een grachtenstelsel afgevoerd. Bij het (ver)bouwen van een ééngezinswoning wordt regenwater best gescheiden afgevoerd. Dit kan door de gemeente worden verplicht. Voor een dakoppervlak vanaf 50 m 2 is men verplicht een regenwaterput aan te leggen. De overloop van de put wordt aangesloten op een infiltratievoorziening, een gracht, een oppervlaktewater of een regenwaterafvoerleiding van het gescheiden rioleringsstelsel. Slechts indien deze voorzieningen niet voorhanden zijn, wordt de overloop aangesloten op het gemengd riool. Voor bestaande woningen is de aanleg van een regenwaterput niet verplicht. Wel wil men de aanleg van een regenwaterput of een infiltratievoorziening financieel aanmoedigen. Gemeenten die hiervoor een subsidie geven, kunnen rekenen op een bijkomende premie van het Vlaams Gewest. De gebruiker heeft er trouwens alle baat bij om het regenwater op te vangen en te gebruiken aangezien daardoor de drinkwaterfactuur en de afvalwaterheffing dalen, wat een aanzienlijke besparing oplevert.

Verplichte aansluiting op het riool Ongeveer 80 % van de Vlamingen woont in een gebied waar een riolering en een centrale rioolwaterzuivering is voorzien. Particulieren hoeven daar niet in te staan voor het zuiveren van hun afvalwater. Wel zijn ze verplicht om aan te sluiten op de riolering. Hoe weet ik of ik moet aansluiten op een bestaande riolering? Samen met het Vlaams Gewest bepaalt de gemeente welke zones in aanmerking komen voor centrale rioolwaterzuivering en welke niet. Particulieren richten zich dus best rechtstreeks tot de gemeente om het antwoord te kennen op de bovenstaande vraag. Hoe sluit ik aan op de riolering? Ook de manier waarop moet worden aangesloten op de riolering wordt vaak bepaald door de gemeente. In de schema s op de volgende bladzijde geven we enkele algemene principes voor aansluitingen van de huisafvoerleidingen op het openbaar riool. Scheid de regenwaterafvoer in en om het huis van de afvalwaterafvoer en breng de twee waterstromen gescheiden naar de straat, ook al is er op het ogenblik enkel een gemengd riool. Dit wordt door vele gemeenten nu al opgelegd bij het (ver)bouwen. Op deze manier is het in de toekomst gemakkelijker om bij de heraanleg van het riool een gescheiden rioolstelsel te voorzien. Praktische tips bij de aanleg van de huisriolering Zorg ervoor dat het afvalwaterriool voldoende helling heeft (minimaal 1,5 %) om een goede afvoer van het bezinkbare materiaal te bekomen. De diameter van de afvalwaterleiding moet voldoende groot zijn (minimale diameter 10 cm voor een nuttige huisoppervlakte kleiner dan 500 m2), maar ook niet te groot om de afvoer niet te vertragen. Vermijd rechtstreekse aansluitingen op de riolering vanuit de kelderverdieping. Indien je toch afvalwater produceert in de kelder, gebruik dan bij voorkeur een pomp om dit eerst in de hoger gelegen afvalwaterriool op te pompen. Op deze manier vermijd je dat afvalwater vanuit het riool terugstroomt in je kelder wanneer het gemengd riool onder druk zou komen bij hevige regenval. Bij bestaande installaties in de kelder waarvan het afvalwater niet kan worden opgepompt, kan je een terugslagklep voorzien, alhoewel het oppompen bedrijfszekerder is. Zorg ervoor dat je kelderwanden waterdicht zijn. Vroeger werkten vele riolen vaak als een drainage, omdat ze niet altijd waterdicht waren. Bij heraanleg van de (waterdichte) riolen kan het grondwaterpeil stijgen, wat tot vochtproblemen kan leiden in kelders die niet waterdicht zijn. Ook indien je een infiltratievoorziening aanlegt, is een waterdichte kelder noodzakelijk. 9

* Gescheiden stelsel met twee hoofdriolen; vuilwaterafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA): de huisafvoerleidingen moeten gescheiden op de DWA en RWA afvoerleidingen worden aangesloten (bovenaanzicht). * Gescheiden stelsel met afkoppeling en infiltratie: vuilwaterafvoer (DWA) en afvoer van het regenwater (RWA) naar een regenwaterput, een gracht en/of infiltratievoorziening: de huisafvoerleidingen moeten gescheiden op de DWA afvoerleiding en de regenwatervoorzieningen worden aangesloten (bovenaanzicht). * Gemengd stelsel met ombouwmogelijkheid tot gescheiden stelsel: bij nieuwbouw of verbouwing moeten huisafvoerleidingen gescheiden naar de rooilijn gebracht worden, zodat in een latere fase zonder veel inspanningen kan worden omgeschakeld naar een gescheiden stelsel (bovenaanzicht). 10 De cijfers op de bovenstaande schema s komen overeen met de detailtekeningen op de volgende bladzijde.

1. Verbinding tussen twee verschillende materialen bij middel van speciale hulpstukken. 2. Toezichtspunt op huisaansluiting via een T-verbindingsstuk (langsdoorsnede). 3. Aansluiting op het hoofdafvalwaterriool bij middel van Y-verbindingsstuk (bovenaanzicht). 4. Aansluiting op het regenwaterriool of het gemengd riool via een geboord gat (dwarsdoorsnede). Men dient zich bij de technische dienst van de gemeente te informeren hoe en door wie deze aansluitingen mogen worden uitgevoerd. Deze werken mogen enkel door een gespecialiseerde aannemer met de aangepaste uitrusting en de nodige vakkennis worden uitgevoerd. 5. Regenwateraansluiting op infiltratie voorziening of geherwaardeerde gracht. 6. Samenbrengen van de 2 gescheiden huisafvoerleidingen door middel van hulpstukken en met één leiding verder naar het gemengd rioolstelsel (bovenaanzicht). 11

Samenvatting Afvoer van huishoudelijk afvalwater A ZUIVERINGSZONES B C niet-gerioleerd gebied Definitie Gerioleerd gebied, afvalwater komt terecht in een RWZI Gerioleerd gebied, afvalwater komt in de toekomst terecht in een RWZI Gerioleerd gebied, afvalwater zal niet in een RWZI terechtkomen Niet-gerioleerd gebied, afvalwater komt in het oppervlaktewater of de bodem terecht Aansluiting van huishoudelijk afvalwater op riool Verplicht Verplicht Verplicht Niet van toepassing Septische put Bij voorkeur niet Bij voorkeur niet Enkel voldoende bij bestaande lozingen Enkel voldoende bij bestaande lozingen Individuele zuivering Neen Neen Verplicht bij (ver)nieuwbouw Verplicht bij (ver)nieuwbouw Financiële ondersteuning voor een individuele zuivering Neen Neen Vrijstelling heffing en subsidies bij de bouw (Vlaams Gewest, provincie, gemeente) Vrijstelling heffing en subsidies bij de bouw (Vlaams Gewest, provincie, gemeente) Aanleg van regenwaterputten BESTAANDE WONINGEN (VER)NIEUWBOUW Niet verplicht, wel financieel aangemoedigd: gemeentelijke en gewestelijke subsidies Verplicht 12

ONs water is niet van ons alleen. 13

Waarom regenwater gebruiken? De installatie van een regenwaterput Dimensionering van regenwaterputten Kosten en baten 14

2. Gebruik van regenwater 2.1 Waarom regenwater gebruiken? Milieuvriendelijk Grondwater is maar beperkt beschikbaar. We moeten zorg dragen voor deze bron van drinkwater en de kwaliteit ervan. In verschillende streken in Vlaanderen is het grondwaterpeil al enorm gezakt. Hier zijn twee redenen voor. Enerzijds wordt er permanent grondwater opgepompt door privé-personen, industrie en producenten van drinkwater. Anderzijds wordt het grondwater minder gevoed, omdat er steeds verhard oppervlak (opritten, parkeerterreinen, wegen,...) bijkomt. Het snel afvoeren van het regenwater via de rioleringen leidt ook tot grote problemen in onze riolen, rioolwaterzuiveringsinstallaties en oppervlaktewateren. Bij regenweer kunnen de riolen en waterlopen de grote toevloed niet of nauwelijks aan, waardoor ze soms overstromen. Tijdens droog weer kampen veel waterlopen met een watertekort, waardoor de fauna en flora in en rond de waterloop kan aangetast worden. ons water komt niet uit de kraan Besparend Regenwater is gratis. Leidingwater moet betaald worden. Bovendien wordt de milieubelasting berekend aan de hand van het leidingwaterverbruik. In de nabije toekomst zullen de kostprijs van het leidingwater en de hieraan gekoppelde milieubelasting blijven stijgen. Trouwens, waarom drinkbaar leidingwater gebruiken voor toiletspoeling? Zachter Regenwater is zacht en dus beter voor de wasmachine: er is geen ontkalker nodig en het waspoederverbruik is kleiner. Het leidingwater (dit is meestal grondwater) daarentegen is op zeer veel plaatsen in Vlaanderen hard tot zeer hard. een toilet met spaartoets verbruikt tientallen liters water minder per dag 15

Hoeveel water verbruiken wij? Het gemiddelde dagelijkse waterverbruik per persoon in België en de verdeling over de verschillende verbruiksposten wordt weergegeven in de onderstaande tabel. In het totaal geeft dit een verbruik van 119 liter per persoon per dag. Dit is een gemiddelde waarde waarop een zeer grote spreiding zit. Verdeling van het huishoudelijk waterverbruik over de verschillende verbruiksposten VERBRUIKSPOST (LITER/DAG/PERSOON) % WC Tuin Schoonmaak Was Bad/Douche Vaat Koken TOTAAL 43 5 5 16 39 8 3 119 36 4 4 13 33 7 3 100 Ook de verdeling van het verbruik over de verschillende toepassingen is een gemiddelde waar een grote spreiding op kan zitten (sommige mensen wassen elke week hun auto thuis, anderen nooit). Het verbruik van een gezin is dus niet enkel afhankelijk van het aantal personen, maar ook van de gewoontes. Je kan eenvoudig je verbruik nagaan: lees regelmatig de watermeter af of vergelijk de rekeningen van de watermaatschappij van de laatste jaren. Op deze manier kan je een goede schatting maken van je eigen verbruik. Hoe werkt een regenwaterput? Een goede uitvoering van de regenwaterput is belangrijk om de kwaliteit van het water te garanderen en het onderhoud tot een minimum te beperken. In dit geval zal regenwater, afkomstig van daken van gebouwen en voor gebruik in een regenwaterput opgeslagen, doorgaans voldoen aan de bacteriologische eisen zoals deze gelden voor zwemwater. Schema van een installatie voor regenwatergebruik VOORFILTER BIJVULLING OVERLOOP STURING 16 VLOTTERFILTER NIVEAU-SENSOR REGENWATERPOMP

Het regenwater van het dak wordt opgevangen in een regenwaterput. Een pomp verdeelt het water via een tweede circuit in het huis. Het water dat naar de put geleid wordt, moet eerst gefilterd worden. De regenwaterput is met een overloop beveiligd tegen overstromen. De keuze van het materiaal van de put, de inhoud, de filter vooraf, het type van pomp, de filter aan je pomp en welke oppervlakken je aan de regenwaterput aansluit, zijn allemaal te overwegen in functie van het gebruik van het regenwater. Voor WC spoeling, sproeien van de tuin, wassen van de auto en schoonmaak is het regenwater zo te gebruiken met enkel een voorzuivering. Wanneer je regenwater enkel voor de WC en de tuin gebruikt, kan je 40 % besparen op je leidingwaterverbruik. Wanneer je ook regenwater gebruikt voor de schoonmaak en de was, kan je al meer dan de helft van het leidingwater uitsparen. Het gebruik van regenwater voor de persoonlijke hygiëne is vanuit het oogpunt van de volksgezondheid af te raden. Dit vereist een verregaande zuivering en de permanente kwaliteit valt moeilijk te garanderen in zo een kleinschalig systeem. Je moet er ook rekening mee houden dat een groter regenwatergebruik een grotere regenwaterput en een groter dakoppervlak vereist. Leidingwater blijft noodzakelijk om te koken en om drogere periodes te kunnen overbruggen. Het is af te raden om ook het water van andere verharde oppervlakken dan het dakoppervlak naar de regenwaterput te leiden. De kans is reëel dat het regenwater wordt vervuild met zwevende stoffen, zand of detergenten. 2.2 De installatie van een regenwaterput De voorfilter Vóór de regenwaterput wordt een filter geplaatst om bezinkbare en zwevende stoffen tegen te houden. Je moet vermijden dat er vuil in de regenwaterput komt, want dat kan voor een verkleuring van het water zorgen en de filter aan de pomp belasten. Er zijn twee soorten voorfilters: zelfreinigende en niet-zelfreinigende. Een niet-zelfreinigende filterput is een kleine, ondiepe put aan het oppervlak. Hierin ligt een grof geweven zak gevuld met grind of ander grofkorrelig materiaal. Een dergelijke put moet regelmatig schoongemaakt worden om te vermijden dat het verwijderde organisch materiaal zou beginnen rotten. Bij langdurige vorst moet de put worden leeggemaakt. Omwille van deze nadelen is een niet-zelfreinigende filter af te raden. De zogenaamde zelfreinigende filters zijn volledig onderhoudsvrije systemen. Het water stroomt over een fijne filter in roestvrij staal. Als er dan bladeren of zand op de filter blijven liggen, worden die automatisch weggespoeld door het volgende water. Deze filters hebben twee uitgangen, één met gefilterd water die naar de regenwaterput leidt, de andere uitgang voert ongeveer 10 % van het water met het vuil af. Deze filters komen voor in verschillende vormen, namelijk als een put, als een cycloon of als een verticale filter in de regenafvoerbuis. Zelfreinigende putfilter 17

Cycloonfilters zijn gemaakt van kunststof en worden ingegraven. Ze kunnen het water filtreren van een dak met een oppervlakte tot 500 m 2. Filters in de afvoerbuis (valpijpfilters) bestaan in zink, koper of kunststof en bestaan in verschillende diameters. Voor een cycloonfilter is een minimale inbouwhoogte nodig, waardoor de leiding naar de waterput nogal diep kan komen te liggen. Bij een zelfreinigende filterput is deze inbouwhoogte iets minder groot. Valpijpfilters hebben ook een grote inbouwhoogte, maar worden bovengronds geïnstalleerd, zodat dit geen effect heeft op de diepteligging van de leiding naar de put. Bij het gebruik van valpijpfilters is wel één filter per valpijp nodig. Zelfreinigende valpijpfilter Zelfreinigende cycloonfilter Als je een zelfreinigende filter kiest, moet je natuurlijk ergens naartoe met het afspoelende water met vuil. Je kan het samen met de overloop naar een gracht of infiltratiebekken sturen. Een afvoer naar een ondergrondse infiltratievoorziening is niet mogelijk, omdat het vuil dan verstoppingen zou veroorzaken. Ook als de afvoer naar de riolering gaat via een terugslagklep is het verstoppingsgevaar groot. Er bestaan zelfreinigende filters met een opvangzeef die het vuil opvangt. De zeef kan worden uitgenomen om te worden leeggemaakt. Het verschil met een gewone filterput is dat in dit systeem het vuil zich ophoopt naast de filter en niet ervoor. Er zal ook nooit water blijven instaan, wat het gevaar van opvriezen wegneemt. 18

Detail van de toevoer van regenwater naar de put Zelfreinigende cycloonfilter met opvangzeef Dakgoten met een zogenaamde "spin" in de afloop, houden bladeren tegen. Deze goten moeten regelmatig geruimd worden, anders kunnen rottende bladeren de kwaliteit van het regenwater negatief beïnvloeden en de goot kan verstoppen. Met een zelfreinigende filterput daarentegen kan je een mogelijke verstopping van de filter vanop de grond verhelpen. De inkomende leiding in de regenwaterput mag eventueel bezonken slib op de bodem niet opwoelen. Daarom wordt de inlaat verlengd tot beneden in de put, met dan een bochtstuk van 180, zodat het water er zacht instroomt. De overloop van de regenwaterput De regenwaterput is voorzien van een overloop. Deze overloop treedt enkele tientallen keren per jaar in werking, waardoor een verversing van het water optreedt. Het is best om de overloop aan te sluiten op een infiltratieput, een infiltratiekom, een vijver of een gracht. Enkel als het niet anders kan, sluit de overloop aan op de riolering. Indien de overloop naar een gemengde riolering afgeleid wordt, dient een terugslagklep te worden geplaatst om te verhinderen dat er gemengd afvalwater vanuit het riool in de regenwaterput terechtkomt wanneer de riolering onder druk komt. De terugslagklep moet regelmatig worden nagekeken en onderhouden. De ingang van de overloopleiding moet worden uitgevoerd als een sifon, waarvan het uiteinde schuin is afgesneden in de richting van de put. Hier zijn verschillende redenen voor: Als de overloop met een terugslagklep is aangesloten op een riolering, moet de ingang van de overloop hoger liggen dan de hoogte van de buis. Dit is nodig om het water tegen te houden dat al is teruggestroomd voordat de terugslagklep volledig dicht is. Overloop met sifon De sifon werkt als een slot tegen geurhinder en ongedierte. Er treedt een spoeleffect op wanneer de put overloopt, waarbij het vuil dat op het wateroppervlak zou kunnen drijven, wordt weggespoeld. 19

De pomp Er bestaan verschillende soorten pompen, die elk hun voor- en nadelen hebben. De markt van pompen evolueert snel, zodat systemen die vroeger duur waren, tegenwoordig valabele alternatieven zijn. Vroeger werden vaak zuigerpompen gebruikt. Via een zuigermechanisme, aangedreven door een elektromotor, wordt water uit de tank aangezogen en in een drukvat geperst. Momenteel zijn deze pompen betrekkelijk duur en vragen ze veel onderhoud. Om die reden worden ze nauwelijks nog gebruikt. Daarom worden nu meestal centrifugaalpompen gebruikt. Dit zijn pompen waarbij de druk wordt opgebouwd door een schoepenwiel (waaier). Een hydrofoor met centrifugaalpomp is de combinatie van een drukvat met een centrifugaal pomp. In dit drukvat zit een membraan dat het water scheidt van een luchtkussen. De pomp vult het vat tot er een bepaalde druk wordt opgebouwd. Als er water wordt verbruikt, stijgt het luchtvolume en daalt de druk. Beneden een bepaalde druk, wordt het vat terug aangevuld. Dit is een goedkoop en betrouwbaar systeem. Het nadeel is dat de druk aan de ingang niet stabiel is, zodat er eventueel een drukregelaar nodig is. Deze pompen zijn ook eerder lawaaierig. Om het lawaai te beperken, kunnen centrifugaal pompen met meerdere waaiers worden gebruikt. Bij het gebruik van een drukvat kunnen zich bacteriën ontwikkelen op het membraan. Om deze redenen worden pompen met drukvat steeds minder gebruikt. Een pomp met elektronische sturing heeft geen reservoir. Zodra er water wordt verbruikt, daalt de druk een beetje en gaat de pomp hierop reageren. Deze drukgestuurde pompen zijn duurder, maar eisen geen bijkomende drukregelaar en zijn minder luidruchtig. De sturing op druk werkt ook als een beveiliging tegen drooglopen, aangezien de druk op dat moment wegvalt. Een dompelpomp staat op de bodem van de put en zuigt het water rechtstreeks aan. Dit is een duurder systeem dan een gewone pomp, maar het is geruisloos en je spaart plaats uit. Centrifugaalpomp met elektronische sturing De aanzuigleiding van de pomp mag niet van op de bodem vertrekken. Een minimale hoogte van de aanzuigleiding boven de bodem is nodig om eventueel bezonken slib niet mee op te pompen. Bovendien moet het uiteinde van de aanzuigleiding zich altijd voldoende diep onder water bevinden om te vermijden dat lucht wordt aangezogen. 20