Flora- en faunaquickscan aan de Vosseven te Wanssum in opdracht van J. Versteegen. In opdracht van: dhr. J. Versteegen

Vergelijkbare documenten
Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Flora- en faunaquickscan aan de Vosseven in opdracht van G.G.J. Frederix te Wanssum. In opdracht van: dhr. G.G.J. Frederix

Faunaconsult. Flora- en fauna-inspectie locatie Kerkplein 8 te Mesch door: ir. Hans Hovens, Faunaconsult in opdracht van: L.

Flora- en faunaquickscan voor de bouw van een varkensstal aan Over de beek 1a te Tienray. In opdracht van: Arvalis

Flora- en faunaquickscan op de hoek Schoolstraat/Industriestraat te Belfeld (Gemeente Venlo) In opdracht van: Woonservice Urbanus Belfeld

Flora- en fauna-inspectie locatie Heerweg-Berkenstraat te Blitterswijck door: ir. H. Hovens en ir. G. Hovens in opdracht van: Venterra

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg BTW nr: NL B01

Faunaconsult. Flora- en fauna-inspectie Maaijkantsestraat te Ulicoten door: ir. Hans Hovens, Faunaconsult in opdracht van: H.

Manstal Vleesproductie BV t.a.v. dhr. Johan van Schipstal Ericaweg NM Sint Hubert Belfeld, 18 maart 2014

Flora- en fauna-inspectie Gelderdijk 15 te Sevenum (Gemeente Horst aan de Maas) door ir. Hans Hovens, Paul op het Veld en ir. G.

RAPPORT Flora- en faunaquickscan Nerhovensestraat 4-6 te Gilze - AM

Flora- en faunaquickscan voor nieuwbouw op de sportaccommodatie aan de Bossestraat 56 te Schaijk. In opdracht van: DAW (Bossestraat 56 Schaijk)

Flora- en faunaquickscan aan de Kerkstraat 4-6 te Oldenzaal. In opdracht van: Geofox Lexmond bv. oktober 2012 J.P.M. Hovens en G. Hovens.

Flora- en faunaquickscan locatie Dammerich te Voerendaal. In opdracht van: Gemeente Voerendaal. 28 maart 2013 J.P.M. Hovens en G.

RAPPORT Quickscan Flora- en Fauna onderzoek op locatie Suytkade/Groenkwartier te Helmond

RAPPORT Flora- en faunaquickscan Park Krayenhof fase 4 te Uithoorn - AM

Flora- en faunaquickscan aan de Energieweg 15 te Nijmegen. In opdracht van: Visser Advies & Management. oktober 2011 J.P.M. Hovens en G.

RAPPORT Flora- en faunaquickscan Legmeer West fase 3 te Uithoorn - AM

Flora- en faunaonderzoek in plangebied Op den Beete te Blitterswijck. In opdracht van: BRO. oktober 2008 J.P.M. Hovens en G. Lenstra.

Ordito Gilze B.V. t.a.v. dhr. C. van Kuijk Postbus ZH GILZE

Flora- en faunaquickscan voor de uitbreiding van Tuincentrum Leurs aan de Straelseweg 370 in Venlo. In opdracht van: Tuincentrum Leurs B.V.

Flora- en faunaquickscan aan het Hennenstraatje te Weert. In opdracht van: Beusmans & Jansen. maart 2010 J.P.M. Hovens en G. Lenstra.

Flora- en faunaonderzoek op locatie aan de Rijksweg te Gaanderen. In opdracht van: Geofox-Lexmond bv

Flora- en faunaonderzoek aan de Sint Jorisstraat 1 te Oirschot

RAPPORT Flora- en faunaquickscan locatie Veenzoom te Soest

Flora- en faunaquickscan aan de Staarterstraat 3 te Sevenum. In opdracht van: Arvalis. november 2010 J.P.M. Hovens en G. Hovens.

Flora- en faunaquickscan voor de bouw van 5 woningen aan de Rillaersebaan in Goirle. In opdracht van: Plan&Project. 16 juni 2015.

RAPPORT Flora- en faunaquickscan op een locatie tussen de Donkerstraat en de Waalbandijk te Varik - AM

Ordito Gilze B.V. t.a.v. dhr. C. van Kuijk Postbus ZH GILZE

RAPPORT Flora- en faunaquickscan locatie Ganzetrek in Soest

Flora- en faunaquickscan aan de Lichtenvoordseweg 51 te Groenlo. In opdracht van: Geofox-Lexmond bv. maart 2011 J.P.M. Hovens en G.

Ordito Gilze t.a.v. dhr. C. van Kuijk Postbus ZH GILZE

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg BTW nr: NL B01

Flora- en faunaquickscan Oude Melkfabriek te Leunen (Gemeente Venray) In opdracht van: Hoex-Maessen V.O.F. 27 mei 2016 J.P.M. Hovens en G.

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg BTW nr: NL B01

Flora- en faunaonderzoek op twee locaties in Boven-Leeuwen. In opdracht van: C.M. Broekman. november 2009 J.P.M. Hovens en G. Lenstra.

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg BTW nr: NL B01

RAPPORT Flora- en faunaquickscan Rijksweg 14 en 16 te Schaijk - AM

Flora- en faunaquickscan Natuurpoort 'Het Landgoed' te Esbeek. In opdracht van: Praedium Cooperatie U.A. 19 september 2014 J.P.M. Hovens en G.

Flora- en faunaonderzoek in Stekkenberg-West te Groesbeek. In opdracht van: Oosterpoort. concept. september 2009 Toon Rijkers en Hans Hovens

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg BTW nr: NL B01

Flora- en faunaquickscan Egyptische Poort te Bladel. In opdracht van: Kragten. februari 2012 J.P.M. Hovens en G. Lenstra.

RAPPORT Flora- en faunaquickscan Doolhofstraat 14 te Weert

Flora- en fauna-inspectie Heide 1a te Roggel. In opdracht van: Sandra Aarts. 6 januari 2015 J.P.M. Hovens en G. Hovens.

RAPPORT Flora- en faunaquickscan en aanvullend vleermuisonderzoek op een locatie aan Doktersdreefje 2 te Steenbergen - AM

Flora- en faunaquickscan voor de bouw van 23 woningen aan de Koningin Wilhelminastraat te Hedel

Flora- en faunaquickscan aan de Bovenbergweg 4 te Markelo. In opdracht van: R.J.W. Nijenhuis. 1 oktober 2012 J.P.M. Hovens en G. Lenstra.

Flora- en faunaquickscan voor de aanleg van een nieuwe drinkwaterkelder aan de Susserweg te Maastricht. In opdracht van: Pouderoyen Compagnons

RAPPORT Flora- en faunaonderzoek aan de Middelweg 49 te Moordrecht - AM

Flora- en fauna-inspectie Zwarte Plakweg te America (Gemeente Horst aan de Maas) door ir. Hans Hovens, Paul op het Veld en ir. G.

Flora- en faunaonderzoek op locatie Jonas 19 te Wenum Wiesel. In opdracht van: NedVastgoed bv. juni 2011 J.P.M. Hovens, G. Lenstra.

de klinker Flora- en faunascan ten behoeve van de ontwikkeling van een woningbouwproject Plan "De Brummelhof" te Azewijn

Flora- en faunaquickscan Project Hoeve Overhuizen in Bocholtz. In opdracht van: Rabo Eigen Steen. 15 juli 2013 J.P.M. Hovens en G.

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

RAPPORT Flora- en faunaquickscan De Bosruiter te Sprundel AM12145

RAPPORT Quickscan Natuurwetgeving Udenseweg 45 te Zeeland

Flora- en faunaquickscan de Belaeving te Helden. In opdracht van: Van Gerwen Advies. 18 februari 2016 J.P.M. Hovens, P. op het Veld en G.

Flora- en faunaquickscan voor de uitbreiding van VIDAR, KCT en TOR. In opdracht van: Project &Proces Consultancy

Flora- en faunaonderzoek voor Project West End te Loosdrecht. In opdracht van: De Plassen bv. definitief. 12 maart 2009 J.P.M. Hovens en G.

Flora- en faunaonderzoek voor landgoedvorming te Aalten

Flora- en faunaonderzoek voor de herinrichting van de Spoorzone te Deurne

Bureaustudie natuurwaarden Nijverheidstraat te Nederhemert

RAPPORT Flora- en faunaquickscan voor de uitbreiding van een bedrijventerrein aan de Venrayseweg te Horst AM13334

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen

RAPPORT Flora- en faunaquickscan op 4 inbreidingslocaties in Gouderak (Gemeente Ouderkerk) - AM

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen

Nieuwe bedrijfslocaties

Toets flora en fauna. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader. Pastoor Attendorenstraat Gemert

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter

RAPPORT Flora- en faunaquickscan voor de realisatie van Natuurbegraafplaats De Utrecht

Toets flora en fauna Kolping te Nijmegen

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

Quickscan samenvatting twee percelen Staphorst

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken

Toets flora en fauna President Verhofstadtstraat Groeskuilenstraat en Virmundtstraat te Gemert

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg

Bureauonderzoek Flora en fauna

Quickscan samenvatting Stephensonstraat Harderwijk

Toets flora en fauna Tempeliersweg 46 te Haaren

Toets flora en fauna Molenstraat 59c te Gemert

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren

Verkennend natuuronderzoek herinrichting Venlo-Noord

Toets flora en fauna Den Hoek 1 te Cromvoirt

RAPPORT Flora en Fauna onderzoek Gosewijnstraat te Valkenburg AM09135

Notitie flora en fauna

Onderzoek flora en fauna

P a r a g r a a f e c o l o g ische inventa r is a tie J a d e A en C B e i len

Flora- en faunaonderzoek voor de ontwikkeling van een ecologische verbindingszone te Groesbeek. In opdracht van: BRO Boxtel.

Verkennend natuuronderzoek locatie Smitterijhof te Haaksbergen

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele

Transcriptie:

Flora- en faunaquickscan aan de Vosseven te Wanssum in opdracht van J. Versteegen In opdracht van: dhr. J. Versteegen 27 augustus 2013 J.P.M. Hovens en G. Lenstra Faunaconsult Tegelseweg 3 5951 GK Belfeld Tel: 077-4642999 www.faunaconsult.nl

Inhoud 1 Inleiding... 2 2 Beleidskader... 3 2.1 Inleiding... 3 2.2 Flora- en faunawet... 3 2.3 Natuurbeschermingswet 1998... 4 3 Werkwijze... 6 3.1 Beschrijving van het plangebied... 6 3.2 Veldinventarisatie... 6 4 Resultaten inventarisatie... 8 4.1 Resultaten beleidsinventarisatie... 8 4.2 Resultaten veldinventarisatie... 11 5 Effecten van de voorgenomen ingreep... 14 5.1 De ingreep... 14 5.2 Effecten op algemene beschermde soorten in het plangebied... 14 5.3 Effecten op de das... 14 5.4 Effecten op vogels... 14 5.5 Effecten op de EHS en beschermde natuurgebieden... 14 6 Consequenties vanuit de wet- en regelgeving... 15 6.1 Flora- en faunawet... 15 6.2 Overige regelgeving... 16 Literatuur... 17 Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 1

1 Inleiding Onderzoeksvragen Arvalis heeft namens dhr. J. Versteegen aan ecologisch adviesbureau Faunaconsult opdracht gegeven voor het uitvoeren van een flora- en faunaquickscan op een locatie aan de Vosseven te Wanssum. Op deze locatie zullen een bedrijfsloods voor bloementeelt en een bedrijfswoning worden gebouwd. Faunaconsult is gevraagd het volgende aan te geven: - welke beschermde dieren en planten komen voor in het plangebied - welke effecten heeft de voorgenomen ingreep - kunnen negatieve effecten zoveel mogelijk worden gemitigeerd (verzacht) - welke eventuele gevolgen zijn er met betrekking tot de Vogel- en Habitatrichtlijn, de Natuurbeschermingswet en de EHS en op welke wijze kunnen die worden gecompenseerd. Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt een beschrijving gegeven van het huidige beleidskader en van de Flora- en faunawet. Hoofdstuk 3 beschrijft het plangebied en de werkwijze van de inventarisaties van de natuurwaarden. In hoofdstuk 4 worden de resultaten van de beleids- en veldinventarisaties weergegeven en in hoofdstuk 5 de effecten van de voorgenomen ingreep op de aanwezige natuurwaarden. Hoofdstuk 6 behandelt de consequenties van wet- en regelgeving. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 2

2 Beleidskader 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt een toelichting gegeven op het natuurbeleid van de diverse overheden, dat van belang is bij de voorgenomen herinrichting van het plangebied. Het natuur- en soortenbeleid is in Nederland geregeld in de Wet op de Ruimtelijke Ordening, de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Hiermee wordt onder andere invulling gegeven aan de Europese wet- en regelgeving, zoals de Vogel- en Habitatrichtlijn. 2.2 Flora- en faunawet De Flora- en faunawet (Stb. 1998, 402) is op 1 april 2002 in werking getreden. Deze wet bundelt onder meer de bepalingen over soortenbescherming die voorheen in verschillende wetten waren opgenomen, namelijk de Vogelwet 1936, de Jachtwet, (de oude) Natuurbeschermingswet, de Nuttige Dierenwet 1914 en de Wet bedreigde uitheemse dier- en plantensoorten. De Flora- en faunawet richt zich op de bescherming van circa 500 plant- en diersoorten. Het gaat hierbij om alle inheemse zoogdieren (uitgezonderd bruine rat, zwarte rat en huismuis), alle inheemse vogelsoorten, alle amfibieën en reptielen, een aantal vissen en enkele bij AMvB (Stb. 523, 2000) speciaal aangewezen plant- en diersoorten. Uitgangspunt van de wet is het nee, tenzij - beginsel. Slechts voor een beperkt aantal handelingen kan op basis van artikel 75 van de Flora- en faunawet ontheffing worden verleend van de verboden uit artikel 8 t/m 11 van de wet (voor zover hiervoor niet reeds op basis van een ander artikel vrijstelling of ontheffing kan worden verleend). Voorwaarde daarbij is dat met de voorgenomen activiteit geen afbreuk wordt gedaan aan een gunstige staat van instandhouding van de soort. Kort gezegd worden de onder de Flora- en faunawet beschermde plant- en diersoorten in drie categorieën opgedeeld, met elk een ander regime wat betreft ontheffingen: algemene soorten (FF1); overige soorten (FF2); streng beschermde soorten (FF3). De categorie algemene soorten zoals mol en konijn - is voor de meeste activiteiten vrijgesteld voor een ontheffingsaanvraag. De categorie overige soorten is eveneens voor de meeste activiteiten vrijgesteld voor een ontheffingsaanvraag, mits die activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) goedgekeurde gedragscode. In zo'n code geeft een sector zelf aan welke gedragslijnen men volgt om het schaden van beschermde soorten zo veel mogelijk te voorkomen, bijvoorbeeld: altijd eerst inventariseren waar de soorten precies voorkomen en daar met de werkzaamheden rekening mee houden, bijvoorbeeld door een hol af te schermen of de standplaats van planten aan te geven. Voor ingrepen waarvoor geen goedgekeurde gedragscode bestaat, moet ten aanzien van verblijfplaatsen van beschermde soorten uit de categorie overige soorten, een ontheffing worden aangevraagd. Daarbij kan worden volstaan met een zogenaamde lichte toetsing. Dat houdt in dat de voorgenomen maatregelen geen afbreuk doen aan gunstige staat van instandhouding van de soort. De categorie streng beschermde soorten omvat de soorten die worden genoemd in bijlage 4 van de Habitatrichtlijn of bijlage 1 van AMvB artikel 75 van de Flora- en faunawet. Voor de categorie streng beschermde soorten wordt slechts in een beperkt aantal situaties een vrijstelling verleend. Voor bijlage 1 soorten wordt getoetst aan de volgende drie criteria (Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 2005): 1) er wordt geen afbreuk gedaan aan de gunstige staat van instandhouding van de soort 2) er is geen goed alternatief 3) de activiteit past binnen een van de hierna genoemde belangen: Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 3

Onderzoek en onderwijs; Repopulatie en herintroductie; Bescherming van flora en fauna; Veiligheid van het luchtverkeer; Volksgezondheid of openbare veiligheid; Dwingende redenen van openbaar belang; Voorkomen van ernstige schade aan vormen van eigendom; Belangrijke overlast veroorzaakt door dieren; Uitvoering van werkzaamheden in het kader van bestendig beheer en onderhoud in de landbouw en bosbouw; Bestendig gebruik; Uitvoering in het kader van ruimtelijke inrichting of ontwikkeling. Deze drie criteria vormen de zogenaamde uitgebreide toets en aan alle drie moet worden voldaan. Als het gaat om een ontheffingsaanvraag in het kader van ruimtelijke inrichting of ontwikkeling en het gaat om streng beschermde soorten en/of vogels, dan wordt extra getoetst op een vierde criterium: 4) de werkzaamheden moeten zodanig uitgevoerd worden dat er sprake is van zorgvuldig handelen Voor ruimtelijke maatregelen kan men ten aanzien van streng beschermde soorten uit Bijlage IV van de Habitatrichtlijn ontheffing krijgen op grond van belangen die zijn opgenomen in de Habitatrichtlijn. Dat zijn: Bescherming van flora en fauna Volksgezondheid of openbare veiligheid Dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard, en voor het milieu wezenlijke gunstige effecten. Voor ruimtelijke maatregelen kan men ten aanzien van vogels ontheffing krijgen op grond van belangen die zijn opgenomen in de Vogelrichtlijn. Dat zijn: Bescherming van flora en fauna Veiligheid van het luchtverkeer Volksgezondheid of openbare veiligheid. 2.3 Natuurbeschermingswet 1998 Natuurbeschermingswet 1998 beschermt verschillende soorten gebieden De eerste Natuurbeschermingswet in Nederland dateert van 1967, deze wet maakte het mogelijk om natuurgebieden en soorten te beschermen, onder andere door het aanwijzen van Beschermde Natuurmonumenten. Deze oorspronkelijke natuurbeschermingswet is in 1998 vervangen en sindsdien richt de wet zich nog uitsluitend op de bescherming van gebieden. De bepalingen van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn (tezamen genoemd Natura 2000 ) zijn geïmplementeerd in de Natuurbeschermingswet. Zodoende is het Europese beleid ten aanzien van natuurbescherming in de Nederlandse wet verankerd. De Natuurbeschermingswet regelt de aanwijzing en bescherming van de volgende soorten gebieden: Vogel- en Habitatrichtlijngebieden (samen zijn dit de Natura 2000-gebieden); Beschermde Natuurmonumenten; Wetlands (RAMSAR Conventie). De Vogelrichtlijn De Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG) richt zich op de bescherming van alle natuurlijk in het wild levende vogelsoorten en in het bijzonder op de leefgebieden van bedreigde en kwetsbare vogelsoorten. In de richtlijn worden nadere regels gesteld aan de bescherming, het beheer en de regulering van vogelsoorten. Een aantal gebieden is hierbij aangewezen als speciale beschermingszone. Deze Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 4

gebieden maken onderdeel uit van Natura 2000, het ecologische netwerk van natuurgebieden in Europa. Voor beschermde vogelsoorten kan geen ontheffing worden aangevraagd voor uitvoering van werkzaamheden. De Habitatrichtlijn De Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) richt zich op de instandhouding van natuurlijke habitats, habitats van soorten en de bescherming van plant- en diersoorten, met uitzondering van vogels. In bijlage I van deze richtlijn worden speciale beschermingszones aangewezen voor kwetsbare, bedreigde of zeldzame habitattypen. Bijlage II vermeldt de kwetsbare, bedreigde of zeldzame dier- en plantensoorten die beschermd moeten worden door speciale beschermingszones aan te wijzen. Bijlage IV vermeldt in het wild voorkomende kwetsbare, bedreigde of zeldzame dier- en plantensoorten die strikt beschermd moeten worden. Natura 2000 De Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn vormen samen Natura 2000. Alle lidstaten van de Europese Unie wijzen beschermde natuurgebieden aan die waardevol zijn voor het behoud van biodiversiteit in Europa. Nederland zal aan de hand van een vergunningenstelsel de zorgvuldige afweging maken rond projecten die gevolgen kunnen hebben voor Natura 2000-gebieden. Deze vergunningen worden verleend door de provincies of door de minister van LNV. Daarnaast zal Nederland in de komende jaren voor alle gebieden die samen Natura 2000 vormen, beheersplannen opstellen. Deze beheersplannen maken duidelijk welke activiteiten wel en niet mogelijk zijn in en om die gebieden. Beschermde Natuurmonumenten Met de aanwijzing van Natura 2000-gebieden zullen Beschermde Natuurmonumenten die overlappen met zo'n aanwijzing komen te vervallen. De buiten de Natura 2000 gebieden gelegen Beschermde Natuurmonumenten blijven bestaan. Beschermde Natuurmonumenten zijn als zodanig aangewezen vanwege de aanwezigheid van grote ecologische waarden. Wetlands (RAMSAR Conventie) De Ramsar-conventie is een internationale overeenkomst inzake watergebieden (draslanden) die van internationale betekenis zijn, in het bijzonder als woongebied voor watervogels. Een groot deel van deze beschermde wetlands is in Nederland ook al als Natura 2000 gebied aangewezen. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 5

3 Werkwijze 3.1 Beschrijving van het plangebied Het plangebied is ongeveer 7000 m 2 groot en is weergegeven in figuur 1. Figuur 1. Het plangebied (rood ingekleurd). Het plangebied bestaat grotendeels uit een akker die tijdens het veldbezoek werd gebruikt voor de teelt van maïs. Daarnaast is aan de oostzijde een strook van circa 5 meter breed ingeplant met walnoten en haagbeuken (zie foto linksboven op de voorzijde van dit rapport). En er is een kleine poel die is begroeid met grote lisdodden en een treurwilg (zie foto rechtsonder voorzijde). In het plangebied groeien inlandse grassen en kruiden als kropaar, bijvoet, reukloze kamille, perzikkruid, klein streepzaad, speerdistel, avondkoekoeksbloem, perzikkruid, kruipende boterbloem, akkerdistel, Jacobskruiskruid en varkensgras. Het noordwestelijk deel van het plangebied bevat een rij chamaecyparissen en een enkele tamme kastanje. Ten zuidwesten van het plangebied bevindt zich een rij laanbomen (ratelpopulieren en zomereiken). Ten noordoosten van het plangebied bevinden zich enkele paardenweitjes. De rest van de omgeving van het plangebied bestaat uit akkers en weilanden. 3.2 Veldinventarisatie Op 13 augustus 2013 heeft Faunaconsult het plangebied en directe omgeving bezocht. Daarbij werden de aanwezige biotopen beoordeeld op hun geschiktheid als habitat voor beschermde diersoorten. Alle beschermde planten in het plangebied zijn in kaart gebracht. Tevens werd er gezocht naar (tekenen van aanwezigheid van) beschermde zoogdieren, reptielen en amfibieën. Met betrekking tot zoogdieren werd speciaal gelet op pootafdrukken, krabsporen, wissels, uitwerpselen, haren, graafsporen, holen, en potentieel geschikte verblijfplaatsen. Aan de hand van relevante verspreidingsgegevens (Limpens et Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 6

al., 1997; Bos et al., 2006; Limpens et al., 1997; RAVON, 2001, 2003, 2004, 2006, 2007, 2010 en 2011; Huizenga et al., 2010; Van Roomen et al., 2000 en SOVON Vogelonderzoek Nederland, 2002, Van Buggenum et al., 2009 en www.waarneming.nl) is vervolgens ingeschat welke beschermde soorten mogelijk in het plangebied voorkomen. Omdat er tijdens het veldbezoek twee dassenwissels aan de noordwestzijde van het plangebied werden aangetroffen, is de omgeving van het plangebied in een straal van 500 meter afgezocht naar dassenburchten. Daarnaast is aan een omwonende agrariër gevraagd of er dassenburchten in de directe omgeving van het plangebied bekend zijn. De door hem beschreven burchtlocatie op circa 440 meter ten noordoosten van het plangebied is daarop bezocht. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 7

4 Resultaten inventarisatie 4.1 Resultaten beleidsinventarisatie Het plangebied bevindt zich buiten de EHS (Ecologische HoofdStructuur). Het dichtstbijzijnde onderdeel van de EHS bevindt zich op circa 340 meter ten noordoosten van het plangebied; het dichtstbijzijnde onderdeel van de POG bevindt zich op circa 480 meter ten noordoosten van het plangebied. Zie figuur 2. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 8

Figuur 2. Ligging van het plangebied (roze omlijnd) ten opzichte van de EHS, POG en andere beschermde gebieden. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 9

Het dichtst bij het plangebied gelegen Natura 2000-gebied is 'Boschhuizerbergen' (zie figuur 3). Dit ligt circa 3,5 kilometer ten noordwesten van het plangebied. Figuur 3. Ligging van het plangebied (rood omlijnd) ten opzichte van Natura 2000 gebied 'Boschhuizerbergen' (geel weergegeven). Natura 2000-gebied Maasduinen ligt op circa 4,3 kilometer ten noorden van het plangebied (zie figuur 4). Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 10

Figuur 4. Ligging van het plangebied (rood omlijnd) ten opzichte van Natura 2000 gebied Maasduinen. Het dichtstbij gelegen Beschermd Natuurmonument is Rouwkuilen ; dit ligt op circa 10 kilometer ten westen van het plangebied. Het dichtstbij gelegen Wetland is Deurnese Peel dat op circa 13 kilometer ten zuidwesten van het plangebied ligt. 4.2 Resultaten veldinventarisatie Zoogdieren In het plangebied bevinden zich geen holle bomen of gebouwen, waardoor er geen vleermuisverblijven zijn te verwachten. De rij laanbomen (zomereiken en ratelpopulieren) langs de Vossenven (net buiten het plangebied) dient mogelijk als vaste vliegroute voor vleermuizen. Een vaste vliegroute wordt in de Flora- en faunawet beschouwd als een vaste verblijfplaats; verschillende vleermuissoorten zijn daarom in tabel 1 opgenomen. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 11

Tijdens het veldbezoek bevond zich een dassenwissel aan de noordzijde van het plangebied (net buiten het plangebied). Deze komt uit op de greppel ten noordwesten van het plangebied. Daarnaast werden enkele dassensporen, een tweede dassenwissel en een dassenburcht op grotere afstand van het plangebied aangetroffen. De dassenburcht bevatte meer dan 10 goed belopen pijpen en betreft dus duidelijk een hoofdburcht (familieburcht). Alle locaties met dassenwaarnemingen zijn weergegeven in figuur 5. Figuur 5. Waarnemingen van dassen (het plangebied is blauw omlijnd). Sporen, wissels, uitwerpselen etc. van andere overige zoogdieren, die behoren tot de categorieën streng beschermde soorten of overige soorten zijn tijdens het veldbezoek niet aangetroffen. Wel zijn er enkele konijnenholen en vele pootafdrukken van konijn en haas in het plangebied aangetroffen. Tabel 1 geeft de zoogdiersoorten weer die (mogelijk) een vaste rust- en verblijfplaats in het plangebied hebben. Tabel 1. Beschermde zoogdiersoorten die (mogelijk) een vaste rust- en verblijfplaats in het plangebied hebben. De status van de soorten in de Flora- en faunawet is eveneens weergegeven. Nederlandse naam en wetenschappelijke naam FF1FF2FF3 Aardmuis (Microtus agrestis) Bosmuis (Apodemus sylvaticus) Huisspitsmuis (Crocidura russula) Veldmuis (Microtus arvalis) Konijn (Oryctolagus cuniculus) Mol (Talpa europea) Haas (Lepus europaeus) Das (Meles meles) Watervleermuis (Myotis daubentonii) Franjestaart (Myotis natteri) Rosse vleermuis (Nyctalus noctula) Laatvlieger (Eptesicus serotinus) Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 12

Nederlandse naam en wetenschappelijke naam FF1FF2FF3 Gewone grootoorvleermuis (Plecotus auritus) Ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii) Gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus) FF1 = algemene soorten FF2 = overige soorten FF3 = streng beschermde soorten Vogels Omdat er geen bomen met holten en geen gebouwen in het plangebied aanwezig zijn, is het uitgesloten dat er tijdens het broedseizoen omgevingsscansoorten in het plangebied broeden. Omgevingsscansoorten zijn vogels waarvan Dienst Regelingen (2009b) een omgevingsscan eist. Om dezelfde reden en omdat er geen roofvogelkasten etc. aanwezig zijn, is het ook uitgesloten dat er in en rond het plangebied jaarrond beschermde vogelnesten aanwezig zijn. Wel is te verwachten dat er tijdens het broedseizoen diverse akker- en weidevogels in het plangebied broeden. De Provincie Limburg heeft het voorkomen van bijzondere broedvogelterritoria in en rond het plangebied in 2003 in kaart gebracht (www.natuurgegevensprovincielimburg.nl). In het km-hok waarin zich het plangebied bevindt werden daarbij één sperwerterritorium en één buizerdenterritorium waargenomen (zoals gezegd is het uitgesloten dat deze in of nabij het plangebied broeden). Broedvogelterritoria van overige strenger beschermde vogels werden niet waargenomen. Overige beschermde soorten In het plangebied is een met grote lisdodden dichtgegroeide poel aanwezig, waarin tijdens het veldbezoek vrijwel geen water meer aanwezig was en geen amfibieën of hun larven werden aangetroffen. Het is echter mogelijk dat algemene amfibiesoorten de poel eerder in het jaar als voortplantingswater gebruiken. Voor reptielen zijn geschikte habitats afwezig. Tijdens het veldbezoek werden er geen beschermde plantensoorten waargenomen (zie paragraaf 3.1). In 2004 bracht de Provincie Limburg het voorkomen van beschermde plantensoorten in het plangebied in kaart. Beschermde planten bleken toen eveneens afwezig te zijn (www.natuurgegevensprovincielimburg.nl). Overige beschermde soorten zijn eveneens afwezig in het plangebied. Tabel 2 geeft de amfibiesoorten die mogelijk een vaste rust- en verblijfplaats in het plangebied hebben. Tabel 2. (Potentieel) in het gebied voorkomende beschermde amfibiesoorten. De status van de soorten in de Flora- en faunawet is eveneens weergegeven. Nederlandse naam en wetenschappelijke naam FF1FF2FF3 Gewone pad (Bufo bufo) Bruine kikker (Rana temporaria) FF1 = algemene soorten FF2 = overige soorten FF3 = streng beschermde soorten Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 13

5 Effecten van de voorgenomen ingreep 5.1 De ingreep Op de locatie zullen een bedrijfsloods voor bloementeelt en een bedrijfswoning worden gebouwd. 5.2 Effecten op algemene beschermde soorten in het plangebied Door het bouwrijp maken en bebouwen van het plangebied zal het foerageergebied van enkele algemeen voorkomende beschermde zoogdieren deels (tijdelijk) verdwijnen. Holen en individuen van algemeen voorkomende zoogdieren zullen hierbij mogelijk worden verstoord of verdwijnen. 5.3 Effecten op de das De dichtst bij het plangebied gelegen dassenburcht bevindt zich op zo n 440 meter afstand van het plangebied (zie figuur 5). Doordat de burcht zich in een bos bevindt, dat wordt omringd door tientallen hectaren begraasde weilanden (de voorkeurshabitat van de das) en akkers, is er voldoende voedsel voor de burchtbewoners aanwezig. Het plangebied is slechts gedurende een klein deel van het jaar aantrekkelijk als foerageergebied voor de das (met name op het moment dat de maïs rijp is), omdat ze weinig regenwormen bevatten (Van Eekeren et al., 2013). De wissel nabij het plangebied heeft een functie als verbindingszone tussen de burcht en de westelijk gelegen foerageergebieden: graslanden (en in mindere mate akkers en naaldbos). Alhoewel er meerdere routes vanuit de burcht naar de westelijke gelegen foerageergebieden mogelijk zijn, is het toch belangrijk om de wissel aan de noordwestzijde van het plangebied te behouden. Op welke manier dit dient te gebeuren is uitgelegd in 6.1. 5.4 Effecten op vogels Het foerageergebied van enkele algemeen voorkomende beschermde vogels zal deels verdwijnen. Voor al deze soorten biedt de directe omgeving van het plangebied echter voldoende andere foerageergebieden. Door de vegetatie buiten het broedseizoen (dus buiten de periode 15 maart 15 juli) te verwijderen, wordt schade aan vogelnesten, eieren of jonge vogels voorkomen. 5.5 Effecten op de EHS en beschermde natuurgebieden Het plangebied bevindt zich op ruime afstand van de EHS (circa 340 m) en beschermde natuurgebieden (minimaal circa 3,5 kilometer). Het is daardoor uitgesloten dat de voorgenomen plannen een negatief effect hebben op de natuurwaarden in beschermde natuurgebieden of de EHS. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 14

6 Consequenties vanuit de wet- en regelgeving 6.1 Flora- en faunawet Beschermde dieren uit de categorie algemene soorten : vrijstelling Voor het vernietigen van holen etc. en verstoren van beschermde zoogdieren van de categorie algemene soorten voor ruimtelijke ingrepen, bestaat een vrijstelling op grond van AMvB artikel 75 van de Flora- en faunawet (Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 2005). Er hoeft daarom geen ontheffing te worden aangevraagd. Algemene vogels: geen directe schade Indien de te verwijderen vegetatie buiten het broedseizoen (dus buiten de periode 15 maart 15 juli) wordt verwijderd, wordt schade aan vogelnesten, eieren of jonge vogels voorkomen. Er hoeft voor vogels daarom geen ontheffing te worden aangevraagd. Das: overtredingen op de Flora- en faunawet voorkomen door wissel te behouden Het plangebied heeft als zodanig voor de das geen bijzondere waarde als foerageergebied of voortplantingslocatie. De zone ten noorden van het plangebied, die nu is ingericht als greppel, groen en paardenweitjes, fungeert echter als verbindingszone. Deze zone is eveneens in eigendom van J. Versteegen en zal geschikt blijven als migratiezone voor de das, doordat er geen verharding, gebouwen of raster tot in de grond wordt aangelegd. Ook ten zuiden van de migratiezone wordt verstoring voorkomen, door in het noordelijk deel van het plangebied een 5 meter brede groenstrook aan te leggen (gras o.i.d.), met aan de greppelzijde een 10 meter lange haag van inlandse struiken (b.v. hazelaar, meidoorn en liguster). De haag zorgt er voor dat de bestaande dassenwissel visueel wordt afgeschermd van menselijke activiteiten. Daarnaast zal in het noordelijk deel van het plangebied een 10 meter brede zone vrij blijven van verlichting en uitgangen in gebouwen. Figuur 6 geeft de ligging van de zones weer. Aldus blijft de (buiten het plangebied gelegen) migratiezone voor de das in stand. Conform de soortenstandaard dient deze migratiezone buiten de kwetsbare periode voor de das (dus buiten de periode februari t/m juni) te worden ingericht. Om de wissel te behouden dient daarnaast de inrichting van de zone overdag te worden gerealiseerd: voor zonsondergang, maar niet later dan 19.00 uur. Deze maatregelen komen voort uit de soortenstandaard das (Dienst Regelingen, 2012). Omdat in het plangebied zelf, in de zin van de Flora- en faunawet, geen vaste rust- en verblijfplaats van de das aanwezig is, hoeft er voor de das geen ontheffing te worden aangevraagd. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 15

Figuur 6. Maatregelen ten behoeve van de das. Voorkomen doden of verwonden dieren De in de Flora- en faunawet genoemde algemene zorgplicht is ook op beschermde soorten uit de categorie algemene soorten van toepassing. Beschermde diersoorten (ook die van de categorie algemene soorten ) die tijdens het verwijderen van vegetatie en het vergraven van grond worden aangetroffen, moeten direct worden gevangen en in het aangrenzende gebied worden vrijgelaten. 6.2 Overige regelgeving Omdat er geen negatieve effecten op de EHS zijn te verwachten, zijn er op dit punt geen bezwaren vanuit het provinciale natuurbeleid. Omdat er geen negatieve effecten op overige beschermde natuurgebieden zijn te verwachten, is er geen vergunning nodig op grond van de Natuurbeschermingswet (ex artikel 19d lid 1). Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 16

Literatuur Bos, F., M. Bosveld, D. Groenendijk, C. van Swaay, I. Wynhoff. 2006. De dagvlinders van Nederland, verspreiding en bescherming. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, Leiden; European Invertebrate Survey, Leiden. Buggenum, H.J.M. van, R.P.G. Geraeds en A.J.W. Lenders (red.). 2009. Herpetofauna van Limburg. Verspreiding en ecologie van amfibieën en reptielen in de periode 1980-2008. Stichting Natuurpublicaties Limburg, Maastricht. Dienst Regelingen. 2009a. Wijziging beoordeling ontheffing Flora- en faunawet bij ruimtelijke ingrepen. Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit. Dienst Regelingen. 2009b. Bijlage aangepaste lijst jaarrond beschermde vogelnesten. Ontheffing Flora- en faunawet ruimtelijke ingreep. Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit. Dienst Regelingen. 2009c. Uitleg Aangepaste beoordeling ontheffing ruimtelijke ingrepen Flora- en faunawet. Dienst Regelingen. 2012. Soortenstandaard Das Meles meles. Ministerie van Economische zaken. Eekeren, N. van, J. de Wit, J. Deru en N. Poot. 2013. Regenwormen voor waterregulatie onder grasland. V-focus, februari: 24 25. Huizenga, C.E., R.W. Akkermans, J.C. Buys, J. van der Coelen, H. Morelissen en L.S.G.M. Verheggen (red.). 2010. Zoogdieren van Limburg. Verspreiding en ecologie in de periode 1980-2007. Stichting Natuurpublicaties Limburg, Maastricht. Limpens, H.G.J.A., K. Mosterd en W. Bongers. 1997. Atlas van de Nederlandse vleermuizen. Onderzoek naar verspreiding en ecologie. KNNV Uitgeverij, Utrecht. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 2005-A. Buiten aan het werk? Houd tijdig rekening met beschermde dieren en planten! Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Den Haag. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, 2005-B. Algemene Handreiking Natuurbeschermingswet 1998. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Den Haag. RAVON. 2001. Waarnemingsoverzichten. RAVON 4: 61-76. RAVON, 2003. Waarnemingenoverzicht 2001. RAVON, 5: 47-64. RAVON, 2004. Waarnemingenoverzicht 2002. RAVON, 6: 33-48. RAVON, 2006. Waarnemingenoverzicht 2005. RAVON, 24: 46-64. RAVON, 2007. Waarnemingenoverzicht 2006. RAVON, 27: 46-64. RAVON, 2010. Waarnemingenoverzicht 2007 en 2008. RAVON, 34: 61-80. RAVON, 2011. Waarnemingenoverzicht 2010. RAVON, 42: 105-119. Roomen, van, M.W.J., A. Boele, M.J.T van der Weide, E.A.J. van Winden en D. Zoetebier. 2000. Belangrijke vogelgebieden in Nederland, 1993-97. Actueel overzicht van Europese vogelwaarden in aangewezen en aan te wijzen speciale beschermingszones en andere belangrijke gebieden. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen. SOVON Vogelonderzoek Nederland. 2002. Atlas van de Nederlandse broedvogels 1998-2000.Nederlandse fauna 5. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij en European Invertebrate Survey Nederland, Leiden. Vleermuisvakberaad Netwerk Groene Bureaus, Zoogdiervereniging en Gegevensautoriteit Natuur. 2012. Vleermuisprotocol 2012. Gegevensautoriteit Natuur, Netwerk Groene Bureaus en Zoogdiervereniging. Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 17

Flora- en faunaquickscan Vosseven te Wanssum i.o.v. Versteegen 18