de gebiedsfase van de programmatische aanpak stikstof een samenwerking van het Rijk en de Provincies Programmadirectie Natura 2000 van het Ministerie van EL&I oktober 2011
Inhoudsopgave
1. INLEIDING
2. GEGEVENSBASIS
3. DOELREALISATIE
4. ONTWIKKELRUIMTE EN -BEHOEFTE
5. FINANCIËN
6. PROCES IN FASE III
7. ONTBREKENDE INFORMATIE
8. DRAAGVLAK
9. OPMAAT NAAR FASE IV
Bijlage 1: Fase III gebieden per coördinerende provincie Friesland 13 gebieden: Waddenzee; Duinen Terschelling; Duinen Vlieland; Duinen Ameland; Duinen Schiermonnikoog; Noordzeekustzone; Alde Faenen; Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving; Van Oordt s Mersken; Wijnjeterperschar; Bakkeveense Duinen; Rottige Meenthe en Brandemeer; IJsselmeer. Groningen 1 gebied: Lieftinghsbroek. Drenthe 12 gebieden: Bargerveen; Drents Friese Wold & Leggelderveld; Drentsche Aa Gebied; Drouwenerzand; Dwingelderveld; Elperstroomgebied; Fochteloërveen; Havelte-Oost; Mantingerbos; Mantingerzand; Norgerholt; Witterveld. Overijssel 21 gebieden: Aamsveen; Bergvennen & Brecklenkampse Veld; Boddenbroek; Boetelerveld; Buurserzand & Haaksbergerveen; Dinkelland; Landgoederen Oldenzaal; Lemselermaten; Lonnekermeer; Olde Maten & Veerslootslanden; Springendal & Dal van de Mosbeek; Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht; Wieden; Weerribben; Wierdense Veld; Witte veen; Sallandse heuvelrug; Borkeld; Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek; Enbertsdijksvenen. Gelderland 16 gebieden: Veluwe; Landgoederen Brummen; Rijntakken (bestaat uit Gelderse Poort, Uiterwaarden IJssel, Uiterwaarden Neder-Rijn, Uiterwaarden Waal, Loevestein); Korenburgerveen; Wooldse veen; Bekendelle; Teeselinkven; Lingegebied; Bruuk; Binnenveld; Stelkampsveld; Willinks Weust. Flevoland 1 gebied: Zwarte meer Noord-Holland 12 gebieden: Duinen en lage land Texel; Duinen Den Helder Callantsoog; Zwanenwater & Pettemerduinen; Schoorlse Duinen; Noord-Hollands duinreservaat; Kennemerland-Zuid; Eilandspolder; Ilperveld, Varkensland, Ooszanerveld & Twiske; Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder; Polder Westzaan; Oostelijke Vechtplassen; Naardermeer. Utrecht 2 gebieden: Botshol; Kolland & Overlangbroek. Zuid-Holland 14 gebieden: Coepelduynen; Berkheide & Meijendel; Westduinpark & Wapendal; Solleveld & Kapittelduinen; Voornes Duin; Duinen Goeree & Kwade Hoek; Nieuwkoopse Plassen & de Haak; Donkse Laagten; Uiterwaarden Lek; Zouweboezem; Oude Maas; Haringvliet; Hollands Diep; Krammer-Volkerak.
Noord Brabant 14 gebieden: Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen; Brabantse Wal; Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche broek; Kempenland-West; Langstraat; Kampina & Oisterwijkse Vennen; Regte Heide & Riels Laag; Biesbosch; Oeffelter Meent; Groote Peel; Deurnsche Peel en Mariapeel; Leenderbos, Groote Heide & de Plateaux; Strabrechtse Heide & Beuven; Ulvenhoutse Bos. Limburg 20 gebieden: St. Jansberg; Maasduinen; Swalmdal; Boshuizerbergen; Sarsven en de Banen; Weerter- en Budelerbergen; Meinweg; Roerdal; Brunssummerheide; St. Pietersberg en Jekerdal; Geleenbeekdal; Geuldal; Bemelerberg en Schiepersberg; Noorbeemden en Hoogbos; Zelderse Driessen; Leudal; Bunder-en Elsloerbos; Kunderberg; Savelsbos; Grensmaas. Zeeland 7 gebieden: Kop van Schouwen; Manteling van Walcheren; Voordelta; Oosterschelde; Westerschelde & Saeftinghe; Grevelingen; Zwin en Kievittepolder.
Bijlage 2: Gebiedscategorieën Om de ecologische haalbaarheid van de doelen op een juridisch relevante wijze weer weer te geven, zijn de volgende categorieën opgesteld: Categorie 1 Categorie 2 Wetenschappelijk gezien redelijkerwijs geen twijfel dat ISHD niet in gevaar komen. Binnen deze categorie zijn twee subcategorieën te onderscheiden: 1a. Wetenschappelijk gezien is redelijkerwijs geen twijfel dat de instandhoudingsdoelstellingen niet gevaar komen, waarbij behoud is geborgd en, indien relevant, ook verbetering dan wel uitbreiding plaats gaat vinden. 1b. Wetenschappelijk gezien is redelijkerwijs geen twijfel dat de instandhoudingsdoelstellingen niet in gevaar komen waarbij behoud is geborgd en een toekomstige verbetering /uitbreiding niet onmogelijk is. Wetenschappelijk gezien redelijkerwijs twijfel dat ISHD niet in gevaar komen. Er zijn wetenschappelijk gezien te grote twijfels of de achteruitgang gestopt zal worden en er uitbreiding van de oppervlakte en/of verbeteren van de kwaliteit van de habitats plaats zal gaan vinden. Deze categorieën zijn toegekend per habitattype, maar ook aan de gebieden als geheel. Hierbij is het het meest kritische habitat dat de uiteindelijke gebiedsscore bepaalt.
Colofon www.naturelink.nl N Tekst Marco Dekker Vormgeving Inge de Boer