Aan de diensten op de drie dagen van Pasen werken mee Witte Donderdag voorganger organist Goede Vrijdag voorganger organist Paaswake voorganger organist mmv de cantorij olv 19.30 uur ds. Jaap Kappers Jan van den Brand 19.30 uur ds. Henk Boter Co Terwal 22.00 uur ds. Corma Baas Jan van den Brand Jan van den Brand Omslag: 5 e statie van de kruisweg gemaakt door Sieger Köder (3-1-1925 /9-2-2015) uit kathedraal van Silves in Portugal Graag de liturgieboekjes laten liggen! -2-
ORDE VAN DIENST VOOR DE PAASWAKE De kerk is schaars verlicht. Gisteren zijn we immers de kerk uitgegaan terwijl de paaskaars gedoofd was bij het lezen dat Jezus stierf aan het kruis. De kaars die elke keer brandt als wij in de kerk komen als teken dat Jezus het Licht is in ons leven, dat licht het wint van de duisternis, deze kaars ontbreekt nu geheel. Het is donker. Maar wij gaan lezen over opstanding, over nieuw leven. Het wordt weer licht om ons heen en aan de andere kant van het water wacht ons een nieuw bestaan. Zingend geloven 5,72 1 cantorij, 2 en 3 gemeente Wij zouden niet gerust gaan slapen vertrouwend nu de nacht ingaan. Als wij niet steeds uw trouw hervonden die ons als zonlicht op wil gaan. Geef dat wij nieuwgeboren heten wanneer de nieuwe dag begint, ons door het licht geroepen weten en Gij ons aan uw zijde vindt. Uit het gebed van Jona Lied 598 1 e keer cantorij, daarna herhaald door allen -17-
Aanhef door ouderling van dienst: Binnendragen van het Licht Paasnacht vieren wij: nacht van waken, nacht van bevrijding. Aan het duister komt een einde. Opstanding vieren wij. Want zo heeft God ons leven gewild: op liefde gebouwd vergevend, elke keer een nieuw begin. v. Licht van Christus Ronddelen van het licht tijdens het zingen van lied 600 1 en 3 door cantorij 2 Licht, geschapen, uitgesproken, Licht, dat straalt van Gods gelaat, Licht uit licht, uit God geboren, groet ons als de dageraad! 3 Licht, aan liefde aangestoken, Licht, dat door het donker brandt, Licht, jij lieve lentebode, zet de nacht in vuur en vlam. 4 Licht, verschenen uit de hoge, Licht, gedompeld in de dood, Licht, onstuitbaar, niet te doven, zegen ons met morgenrood. 5 Licht, straal hier in onze ogen, Licht, breek uit in duizendvoud, Licht, kom ons met stralen tooien, ga ons voor van hand tot hand!
DE LEZINGEN Genesis 1: 1-5 Lied 513 God heeft het eerste woord. Hij heeft in den beginne het licht doen overwinnen, Hij spreekt nog altijd voort. God heeft het eerste woord. Voor wij ter wereld kwamen, riep Hij ons reeds bij name, zijn roep wordt nog gehoord. God heeft het laatste woord. Wat Hij van oudsher zeide, wordt aan het eind der tijden in heel zijn rijk gehoord. God staat aan het begin en Hij komt aan het einde. Zijn woord is van het zijnde oorsprong en doel en zin. Genesis 32: 23-32a Lied 415: 1 en 2 Zegen ons, Algoede Neem ons in uw hoede en verhef uw aangezicht over ons en geef ons licht. Stort op onze bede in ons hart uw vrede, en vervul ons met de kracht van uw Geest bij dag en nacht -19-
DOOP EN DOOPGEDACHTENIS Doopgedachtenis Uitgieten water in doopvont Lied 42: 1, 3 Dit is de nacht waarin wij worden teruggebracht naar de Bron van ons geloof. De uittocht uit het land van angst -het bijbels Egypteis ons op het lijf geschreven met het water van de doop. Wij zijn opgestaan uit de nacht, kinderen van Abraham geworden en de Zoon van Israël neemt ons mee door water en door duisterniseen nieuwe geboorte met een nieuwe naam genoemd. Evenals een moede hinde naar het klare water smacht, schreeuwt mijn ziel om God te vinden, die ik ademloos verwacht. Ja, ik zoek zijn aangezicht, God van leven, God van licht. Wanneer zal ik Hem weer loven, juichend staan in zijn voorhoven? Hart, onrustig, vol van zorgen, vleugellam geslagen ziel, hoop op God en wees geborgen. Hij verheft wie nederviel. Eens verschijn ik voor den Heer, vindt mijn ziel het danklied weer. Hij mijn God, Hij heeft mijn leven dikwijls aan de dood ontheven. De apostel Paulus zegt: "Weten jullie dan niet dat wij allen, die in Christus gedoopt zijn, in zijn dood gedoopt zijn? Wij zijn dus met Hem mee begraven door de onderdompeling in de dood, -20-
om- evenals Christus is opgewekt van de doden, door de glorie van de Vaderook zo in een vernieuwd leven onze weg te gaan." Deze avond gedenken wij onze doop. Wij zijn in Gods handpalm geschreven. Daarom bidden wij vanavond dat Zijn licht telkens weer het duister uit ons leven verdrijft en dat wij zullen leven als kinderen die voet aan wal zetten in het land van Gods vrede. Doopgebed Lied 351 (allen staan) 1 cantorij 2 en 3 gemeente -21-
Marcus 16: 1-8 Wij zijn in U begraven, wij staan met U rechtop. Wij zijn niet langer slaven, maar kinderen van God. Een wereld zijn wij oud, maar nieuw als deze morgen, geboren ongeborgen, verloren tot behoud. Die dood van een voor allen werd vruchtbaar in de tijd, het zaaizaad is gevallen, het loopt op oogsten uit. De zondvloed is voorbij, ziedaar de nieuwe oever, een duif koert in het lover dit is de overzij. (allen gaan weer zitten) Psalm 150B door cantorij en gemeente cantorij allen Looft God in zijn heilig domein, looft Hem in zijn groots firmament, looft Hem om zijn daden van macht, looft Hem krachtens zijn mateloze grootheid. Looft Hem met een stoot op de ramshoorn, looft Hem met harp en met citer, looft Hem met handtrom en reidans, looft Hem met snaren en fluit. Looft Hem met slaande cymbalen, looft Hem met klinkende cimbels. Alles wat adem heeft love de Heer! Godlof. Eer zij de heerlijkheid Gods: Vader, Zoon en Heilige Geest. Zo was het in den beginne, zo zij het thans en voor immer; tot in de eeuwen der eeuwen. amen Refrein Refrein Refrein Refrein -22-
Voorbeden Inzameling der gaven Tafelgebed Onze Vader v. De Heer is opgestaan g. De Heer is waarlijk opgestaan v. Gezegend zijt Gij g. Licht der wereld v. Gij die weet wat in mensen omgaat, aan hoop en twijfel... (Tafelgebed 93 uit het dienstboek, tekst Huub Oosterhuis) Vredegroet door het zingen van lied 399: 1x door cantorij, 3x door allen Het delen van brood en beker in een kring Dankgebed -23-
Paasgroet (allen gaan staan) v. Christus is opgestaan g. De Heer is waarlijk opgestaan! Lied 601 1 cantorij 2 allen 3 allen en cantorij Licht dat ons aanstoot in de morgen, voortijdig licht waarin wij staan koud, één voor één, en ongeborgen, licht overdek mij, vuur mij aan. Dat ik niet uitval, dat wij allen zo zwaar en droevig als wij zijn niet uit elkaars genade vallen en doelloos en onvindbaar zijn. Licht, van mijn stad de stedehouder, aanhoudend licht dat overwint. Vaderlijk licht, steevaste schouder, draag mij, ik ben jouw kijkend kind. Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen of ergens al de wereld daagt waar mensen waardig leven mogen en elk zijn naam in vrede draagt. Alles zal zwichten en verwaaien wat op het licht niet is geijkt. Taal zal alleen verwoesting zaaien en van ons doen geen daad beklijft. Veelstemmig licht, om aan te horen zolang ons hart nog slagen geeft. Liefste der mensen, eerstgeboren, licht, laatste woord van hem die leeft. Wegzending en zegen -24-