Inventaris

Inventaris 226. 1614-1624 Levering Oesvaetten. Blz. 1. 14-03-1614, is verschenen Johan Hendriksen wonende te Vorden en bekent voor zichzelf en zijn vrouw dat hij een bedrag van 45 gulden heeft ontvangen van zijn plaatsgenoot Willem Willemse en dat hij beloofd heeft hiervoor drieduizend Oesvaetten van goede koopmanskwaliteit te leveren binnen een termijn van 4 jaar. Betekenis oesvatt (oesfat, oesfatt): hoosvat Twee stukken land in Mossel. Blz. 3. 05-04-1614, is verschenen Berent te Berenpas voor zichzelf en ook als gevolmachtigde van zijn vrouw Egberta Sweverinx en bekent voor een geldsom te hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Johan Sweverinx en diens vrouw Marrie en erven, wonende op het Blockhuis in de Wildenborch, hun 1/5 eigendom van drie percelen land. Twee van deze percelen, genaamd Dorspland en Galgengoor, zijn gelegen in de buurtschap Mossel, kerspel Vorden en het derde, genaamd Haegbroek, in Warken, kerspel Warnsveld. Stuk land het Nijland. Blz. 5. 26-04-1614, is verschenen Reindt Smeinck met zijn vrouw Marija en bekennen voor henzelf en erven dat zij een bedrag van 100 daalders hebben geleend en ontvangen van Gerrit op Wunderinck, waarvoor zij geven als borg en dus als onderpand een stuk land genaamd het Nijlandt, gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden. Erve en goederen Groot Hammink. Blz. 8. 17-06-1614, zijn verschenen Mr. Hendrick Lubbertsen met zijn vrouw Geertruidt Geretzen, en Berentjen Willemsen de weduwe van Bart van Greijsen geassisteerd door haar oudste zoon Engelbert van Greijsen, en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Jacob Hoberdinck en diens vrouw Margareta Claesen en erven de erve en goederen Groot Hamminck, met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden en zoals aangekocht van Abraham Vinck en zijn vrouw. Harmen de Venelts hoijmaethe. Blz. 15. 19-01-1615, zijn verschenen Johan Fruijsinck en zijn vrouw Fenne en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Herman Fruijsinck en diens vrouw Bertha en erven hun ⅓ deel van een weiland genaamd de Harmen de Venelts hoijmaethe gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden. Het Nordestucke. Blz. 17. 07-02-1615, zijn verschenen Berent Smeinck s weduwe Catharina Smeinck geassisteerd door Johan Jansen, en Johan ook voor zichzelf en zijn vrouw Mechtelt, en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij hebben op- en overdragen aan Reint Smeinck en zijn vrouw Marrie en Johan Smeinck en zijn vrouw Eefse Goijkers ieder de helft van een stuk land genaamd het Nordestucke, gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden en grenzend aan de weide van de overleden Noordinck, en dat volgens een akte van magescheijt uit 1576 was toebedeeld aan Catarina Smeinck de weduwe van Berent Smeinck. Erve Leemreisse. Blz. 23. 29-06-1615, is verschenen Rutger op Brandenborg in Linde voor hemzelf en voor zijn vrouw en bekent een bedrag van 20 daalder schuldig te zijn dat zijn overleden vader Warner op Brandenborg en diens vrouw Wijsse in het jaar 1581 hadden geleend van Gerrijt Sarris en zijn vrouw Elsken en dat als obligatie geregistreerd staat. Geeft als borg en dus als onderpand zijn persoonlijke goederen en zijn erve Leemreisse. Erve Nijenhuis. Blz. 24. 04-07-1615, zijn verschenen Lambert Cosman voor zichzelf en voor zijn vrouw Fenne, Harmen Cosman voor zichzelf en voor zijn vrouw Jacoba, Johan Cosman, Jorgen Jansen voor zichzelf en voor zijn vrouw Stijne, Johan Elsinck voor zichzelf en voor zijn vrouw Catarina Cosman, en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Henrick Lansinck en diens vrouw Mechteld en erven elk hun 1/8 deel, totaal 5/8 deel van de erve en goederen het Nijenhuis met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. 1

Hofstede de Voskuijlle. Blz. 27. 26-07-1615, zijn verschenen Agnes te Langekamp geassisteerd door Berent van Deventer, en dezelfde Berent met zijn vrouw Frederiksken Langekamp en Guliam Hendriksen met zijn vrouw Lijsebet Langekamp, die voor henzelf en hun erven bekennen dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Warner Corenbleck en zijn vrouw Stijne en Berent Roloffs op Jebbekinck en zijn vrouw Jenneken en erven beiden een gelijk deel van een hofstede genaamd de Voskuijlle, met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Mossel, kerspel Vorden, met het ene einde grenzend aan het land van Hissinck en het andere aan de Menckhorst en met beide zijden aan de markegronden. Vrij van lasten uitgezonderd de tiende, die behoort aan degene die daar recht op heeft. Hofstede de Voskuijlle. Blz. 28. 26-07-1615. is verschenen Warner Corenbleck en bekent dat hij aan zijn schoonzoon Berent Rolofs op Jebbekinck en zijn vrouw Frederisken Langekamp heeft beloofd dat na zijn overlijden de overige erfgenamen de hofstede de Voskuijlle zullen verlaten en dat het aankoopbedrag van 250 gulden die Berent Rolofs voor het erfhuis had betaald onder deze erfgenamen mogen worden verdeeld. Hofstede de Maete. Blz. 31. 29-09-1615, zijn verschenen Albert Marrienborch en zijn vrouw Catarina Huistings en verklaren voor henzelf en hun erven dat zij vanwege een schuld van 150 gulden hun 3/8 deel van de hofstede Maete in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden, hebben verpand aan Gerrit op Paradijs en zijn vrouw Hendersken, die dit mogen gebruiken en behouden tot de schuld is afgelost. 19-09-1625. Verschenen Hendersken weduwe van Gerrit op Paradijs en geassisteerd met haar zoon Tonnis en verklaren dat de schuld van 150 daalders is voldaan en dat hiermee de akte is geannuleerd. Erve Daerachter. Blz. 34. 08-11-1615, is verschenen Mr. Hermen Kistemacker als gevolmachtigde van Rudolph van Raesfelt van de Wiersche en diens vrouw Anna van Walraven genaamd Kenderich, en verklaart dat hij in vanwege een schuld van 400 Rijksdaalders in onderpand heeft gegeven aan Henrick Muller, burger van Borculo, en diens vrouw Geertruit en erven zijn een huis in Borculo en het erve Daerachter gelegen bij de Wiersche in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. Erve den Bramel en de tienden van de goederen Ubbekinck, Enserick en Burlo. Blz. 35. 06-12-1615, zijn verschenen Berent te Grotenhuis, Albert van Till voor zichzelf en als gevolmachtigde van zijn broer Diederick van Till en diens vrouw Juffer Veheren. De drie partijen verklaren dat zij elk recht hadden op 1/9 deel van de erve en goederen den Bramel en op de tienden uit de goederen Ubbekinck, Enserick en Buerlo, zijnde lenen van Bronckhorst en gelegen in de kerspel van Vorden. Verklaren tevens dat zij met Laurens Veheren tot een akkoord zijn gekomen en hiervoor ook betaald zijn, zodat laatstgenoemde nu het genoemde 3/9 gedeelte in eigendom heeft. Erve Eelmerinck. Blz. 35. 29-12-1615, is verschenen Lubbert Eelmerinck en bekent voor zichzelf, zijn vrouw en erven dat zijn broer Gosen Eelmerinck hem zijn kindsdeel uit de nalatenschap van zijn ouders heeft uitbetaald en dat hierdoor zijn aandeel van de erve en goederen het Eelmerinck nu ook nu toebehoort aan Goosen Eelmerinck, die daarmee het totale erve met alle toebehoren en rechten in zijn bezit heeft. Groot Garmel of Schimmelguet. Blz. 38. 02-02-1616, is verschenen Jonker Joost van Heeckeren tot Ruurlo en bekent voor zichzelf en zijn erven dat hij heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Diederick Biermans, secretaris van de stad Zutphen, en diens vrouw Johanna Brakelmans en erven zijn 50% eigendom van de erve en goederen Groot Garmmel of Schimmelguet, met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden en voor de andere helft in bezit van de weduwe van Derck Bredde. Hofstede de Huerne. Blz. 42. 22-05-1616, zijn verschenen Sweer Keijser met zijn vrouw Willemken Ruitersen en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Johan op de Ockhorst en zijn vrouw Geertien, en aan Lubbert op Lanckhorst en zijn vrouw Mechtelt en hun erven elk de helft van een hofstede genaamd de Huerne, met alle rechten en toebehoren gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden en grenzend met het huis aan de gemeentegrond en tevens rondom aan de Kleyne en Groote Buirlo. Vrij van lasten, behalve de tiende. 2

Hofstede in het dorp en stuk land in Mossel. Blz. 46. 10-08-1616, zijn verschenen Jan Pauen burger van Lochem voor zichzelf en voor zijn vrouw Griete, Jochum Duijmen de burgemeester van Lochem en Lambert te Berenpas als voogden van Wolter te Berenpas, de minderjarige zoon van Griete in huwelijk verwekt met de overleden Helmich te Berenpas en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Dersken Sweverincks de weduwe van Johan Sweverincks en Gerrit Sweverinck, diens vrouw Geesken en erven ieder de helft van een hofstede met hof, gelegen in het dorp van Vorden tussen de hofstedes van Jonker Ripperda en Frederick Rutgers. Daarnaast ook ieder de helft van 3 molder land genaamd het Grote Mollerstuck in de buurtschap van Mossel, kerspel Vorden en belast met een rentebrief uit het jaar 1568 ter waarde van 9 daalder, jaarlijks af te lossen met 1½ daalder, te betalen aan de erve en goederen het Kamphuis nu eigendom van Gerard van Brinckhorst, eveneens gelegen in de buurtschap van Mossel, kerspel Vorden. Hofstede in het dorp en stuk land in Mossel. Blz. 46. 10-08-1616, Johan Sweverincks weduwe Dersken Sweverincks en Gerrit Sweverinck met zijn vrouw Geesken en erven bekennen dat zij vanwege de aankoop van een hofstede hof en een stuk land bedrag van 150 daalder schuldig zijn aan Jochum Duijmen burgemeester van Lochem en Lambert te Berenpas als voogden van Wolter te Berenpas, de minderjarige zoon van Griete in uit haar huwelijk met de overleden Helmich te Berenpas. De erve Buirlo en Allercamp. Blz. 55. 19-10-1616, zijn verschenen Tonnis Allercamp met zijn vrouw Aelken ten Buirlo en Bartoldt Jansen met zijn vrouw Harmken de dochter van voornoemde Aelken ten Buirlo en wijlen haar eerste echtgenoot Johan ten Buirlo, en hebben allen als mede-erfgenamen in goed overleg besloten dat Harmken ten Buirlo zal mogen behouden de gehele erve en goederen Buirlo met alle toebehoren en rechten, zoals dit in eigendom was van hun ouders Johan en Aelken ten Buirlo. Uitgezonderd is een stuk land in de Lindensche Enk van 1 molder groot dat haar moeder Aelken is toegevallen als tucht van haar huidige man Tonnis Allercamp, waarin hun zoon Johan mede zijn gerechte aandeel zal hebben. Voorts is besloten dat de erve en goederen Allercamp met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Delden en kerspel Vorden zullen worden toebedeeld aan voorgenoemde zoon Johan en diens erven, en tevens hebben Tonnis Allercamp en zijn vrouw Aelken nog 100 daalder betaald aan Bartoldt Jansen s vrouw Harmken. Hofstede Nijland. Blz. 62. 25-02-1617, is verschenen Reint op Smeinck en bekent voor zichzelf en zijn vrouw dat hij een bedrag van 106 daalders tegen een jaarlijkse rente van 6% schuldig is aan Agnes te Langekamp en erven, en geeft hiervoor als borg en dus als onderpand zijn hofstede het Nijland met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden. 06-04-1624. Betaald en akte geannuleerd. Hofstede Hackerie of het Nijland. Blz. 63. 24-03-1617, is verschenen Tonnis Hacken van Ruurlo mede als gevolmachtigde voor zijn vrouw Catharina en bekent dat hij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Johan Lamberts, diens vrouw Geertien en erven het ⅓ eigendom van de hofstede en goederen genaamd de Hackerie of het Nijland, dat met alle toebehoren en rechten is gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden. Erve Hissinck. Blz. 64. 17-04-1617, is verschenen Johan Goesens de boer op Hissinck in Vorden en bekent voor zichzelf en zijn erven dat hij schuldig is aan Casper van Dijckhuisen en zijn vrouw een bedrag van 41 gulden, waarvoor met zijn persoon en goederen borg staat. 19-10-1619. Lening voldaan en akte geannuleerd. Erve Eelmerinck. Blz. 65. 27-05-1617, is verschenen Johan Menttinck voor zichzelf en ook voor zijn vrouw Hendersken Eelmerinck en bekent dat zij hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Berent ten Broecke en zijn vrouw Tonnisken een obligatie van 50 daalder rustend op de erve en goederen Eelmerinck en te verhalen op haar broer Gosen Eelmerick en diens vrouw Grietken Eggincks en erven, die Hendersken als haar kindsdeel had ontvangen in januari 1616. 3

Weideland Bramelsmaete. Blz. 73. 23-06-1617, zijn verschenen Lauwerens Veheren met zijn vrouw juffer Gerardina van der Cappellen en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Henrick van Eck lid van de raad van Zutphen en zijn vrouw, een stuk weideland de Bramelsmaete genaamd en gelegen in de buurtschap van Mossel, kerspel Vorden, grenzend aan het land van Schimmelpennincks en het land van Jebbekinck. Erve Hellinger. Blz. 74. 28-07-1617, zijn verschenen Reint tho Menckhorst met zijn vrouw Geesken tho Hellinger en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij schuldig zijn aan Margarieta Sluiters de weduwe van Johan van Munster en ook aan Mr. Johan Lulofs de stadstimmerman en zijn vrouw Lutgert Sluiters, elk voor de helft, een bedrag van 64 daalders vanwege een obligatie op de erve en goederen Hellinger in Vorden. Verklaren tevens dat laatstgenoemden dit bedrag bij eventuele wanbetaling mogen verhalen op hun persoon en goederen. 29-04-1620. 64 daalder zijn betaald en akte geannuleerd. Erve Onstedinck. Blz. 78. 10-10-1617, is verschenen Jonker Joost van Heekeren van Ruurlo en bekent voor zichzelf en zijn erven dat hij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Wichbold de Rode van Heeckeren, diens vrouw Juffer Agnes van Heeckeren en erven het recht op vier molder rogge en vier molder haver uit de erve en goederen Onstedinck, die volgens bijgaande oorkonde jaarlijks aan hem moest worden afgedragen. Eelmerinck. Blz. 79. 10-10-1617, is verschenen Goosen Eelemerinck voor zichzelf en voor zijn vrouw Geertien en verklaart 133 daalders schuldig te zijn aan Swinder Fredericks, diens vrouw Cumme Eggincks en erven in het dorp van Vorden. Sweverinck. Blz. 82. 29-12-1617, is verschenen Gerrit Sweverinck en bekent voor zichzelf, zijn vrouw Jenneken? en erven dat hij een bedrag 53 daalder schuldig is aan Berent op Hummell als voogd van de drie nagelaten kinderen van wijlen Johan op de Borch in huwelijk verwekt bij voornoemde Jenneken. 01-02-1620. Lening voldaan en daarmee de akte geannuleerd. Drie stukken land in Veldwijk. Blz. 83. 29-12-1617, is verschenen Tonnis Boinck en bekent voor zichzelf en zijn erven dat hij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Johan Gerritts de boer op Grouwel, diens vrouw Jenneken en erven zijn aandeel in 3 van zijn ouders geëerfde stukken land genaamd Cremerstuck, Terinckstuck en Eemerstuck gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden. Erve Kremers Buirkamp. Blz. 85. 20-01-1618, zijn verschenen Willem te Nijenhuis of genaamd Noortwijck en zijn vrouw Geesken en verklaren voor henzelf en hun erven dat zij ontvangen hebben van Gerrijtt Sweverinck en erven een bedrag van 1015 gulden vanwege de aankoop door Gerrit Sweverinck van de erve en goederen genaamd Kremers Buirkamp en daarnaast een stuk land genaamd de Buirkampse Maete gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. Voor het land en bij behorende zaken werd 915 Keijser guldens ontvangen en voor het huis 100 Keijser guldens. 26-11-1618. Gerrit Sweverinck en Willem tho Noortwijck verklaren dat de goederen geleverd zijn en dat daarmee akte is gepasseerd. Hofstede Oldenhof. Blz. 86. 31-01-1618, is verschenen Berendt van Lochem een burger van Zutphen als gevolmachtigde van de Henrico Vordimino de Deken van de kerk St. Plechelmus van Oldenzaal en verklaart voor een geldsom te hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Wilhelm tho Noortwijck, diens vrouw Grietien en erven een huis en hofstede met daarbij behorend een stuk bouwland genaamd de Kremersstukke, een kampje bij de Bijvanck en een stuk groenland genaamd de Kremers, alles gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. Opmerking: Oldenhof staat in de index. 4

Erve en goederen Hissinck. Blz. 89. 09-03-1618, is verschenen Joncker Lambert Stuirman voor zichzelf en als gevolmachtigde van zijn vrouw Geertruidt Vhraden, met een volmacht verstrekt op 08-11-1617 door de koninklijke stad Riga en verklaart dat hij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Berendt Pluckerose en zijn vrouw Jenneken en ook aan Lucas Moller, diens vrouw Tonnisken en hun erven, elk de helft van zijn derde deel in de erve en goederen het Hissinck met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. Erve Hiemkersbrink. Blz. 94. 30-04-1618, is zijn verschenen Lauwrens Vehren voor zichzelf en als gemachtigde voor van zijn vrouw juffer Gerendina van der Cappellen, en Laurens van Till mede gemachtigd door Henrick van Till en diens vrouw Allegonde Veheren, met een volmacht verstrekt op 5-11-1617, en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Willem Tjoistinck en zijn vrouw Geertien en aan Berent Roloffs en diens vrouw Jenneken en erven beiden het gelijke deel van de erve en goederen Hiemkersbrink met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden. Vrij van lasten. Erve Ontstedinck. Blz. 103. 25-08-1618, is verschenen Jonker Wigbold van Heeckeren voor zichzelf en als gemachtigde van zijn vrouw Agnes van Heeckeren en verklaart dat hij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee overgedragen aan Jonker Hartger van Stockum ( vaandrig ) en zijn vrouw Sophia van Oldeniell de afdracht van vier molder rogge en vier molder haver die volgens oorkonde jaarlijks aan hem moest worden afgedragen uit de erve en goederen Onstedinck, gelegen bij het land van voorgenoemde van Stockum. Hofstede Kremer. Blz. 105. 26-11-1618, is verschenen Willem te Noortwijck voor zichzelf en voor zijn vrouw Geertien en bekent dat hij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Derksken Sweverincks de weduwe van Johan Sweverinck en erven een huis en hofstede genaamd de Kremerstede bij de kapel en een kampje bouwland bij het Bijvanck gelegen in de buurtschap van Veldwijk (eigenlijk Linde), kerspel Vorden, zoals door Henrico Vordimino de Deken van de kerk St. Plechelmus van Oldenzaal aan hen was verkocht. Erve Bijvanck. Blz. 108. 19-12-1618, zijn verschenen Lambert Evert van Geijn voor zichzelf en zijn vrouw, evenals Herman Becker mede als gevolmachtigde van Coert ten Dam s echtgenote Margje Nordincks en voor de broers Andries en Gerrit en zuster Berentjen ten Dam, en als laatsten Geertken en Jenneken ten Dam. Bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee open overgedragen aan Berent ten Menckhorst en zijn vrouw Joanne van Luchteren van voorgenoemde Lambert het zestiende deel en van de anderen het achtste deel van de erve en goederen Bijvanck, waarvan de kopers reeds de helft bezaten en dat met alle toebehoren en rechten is gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. De Craenenborgermaete Blz. 113. 23-02-1619, zijn verschenen Lambert Cosman mede als gevolmachtigde van zijn vrouw Jenneken van Berken, en Jorgen Jansen mede als gevolmachtigde voor zijn vrouw Sijntje Lohmans en als voogd van het minderjarige kind van de overleden Herman Cosman, en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Jonker Hartger van Stockum, diens vrouw Sophia van Oldeniell en erven een stuk groenland of weide genaamd de Craenenborgemaete gelegen in de buurtschap van Mossel, kerspel Vorden. De koper geeft als garantie voor het betalen van de koopsom als borg en dus als onderpand zijn erve en goederen Coninck gelegen in de buurtschap van Warken, kerspel Warnsveld. 21-02-1626. Akte geannuleerd vanwege volledige betaling Stuk land de Voorstemaete Blz. 119. 15-07-1619, is verschenen Jonker Vridach van Eck heer tot Medler voor zichzelf en als gemachtigde van zijn vrouw Odilia van Dorth en verklaart dat volgens een overeenkomst van eigendom gesloten tussen hen en de heer Jacob Ripperda heer tot Farsum en diens vrouw juffer Anna Catharina van Munster zij aan laatstgenoemden hebben overdragen een stuk land genaamd de Voorste Maete en gelegen in de buurtschap van Mossel, kerspel Vorden, met de ene zijde grenzend aan de Mollenbruggeslach en met de andere aan de Veltcamp. 5

Stuk land de Hackfortslach. Blz. 120. 15-07-1619, is verschenen de heer Jacob Ripperda heer tot Farmsum mede voor zijn vrouw juffer Anna Catharina van Munster en verklaart dat volgens een overeenkomst van eigendom gesloten tussen hen en Jonker Vridach van Eck heer tot Medler en diens vrouw Odilia van Dort dat zij aan laatstgenoemden hebben overdragen een stuk land genaamd het Hackfortslach en gelegen in de buurtschap van Mossel, kerspel Vorden, met de ene zijde grenzend aan de Ketelsleghe (aan de Wildenborchse kant) en met de andere aan de Beeke. Erve Kleijn Ontstedinck. Blz. 122. 16-10-1619, zijn verschenen Gerlich van Langen als gevolmachtigde van de weledele Anne Helena van Holthausen weduwe van Arnollt van Wachtendonck en ook van haar kinderen Hans Arnoltts en Reinolt van Wachtendonck, als erfgenamen van Johan van Wachtendonck, met een volmacht verstrekt door de stad Kampen, die bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Hartger van Hasselholt genaamd Stockum, diens vrouw Sophia van Oldeniell en erven de erve en goederen Kleijn Ontstedinck met de daarop staande spijcker en schuppe en met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. Huis en hof in dorp van Vorden. Blz. 127. 08-02-1620, is verschenen Derck Warnsinck voor zichzelf en zijn vrouw Anna en bekent dat hij zijn huis en hof in Vorden in de buurtschap Veldwijk bij de Weme heeft verpacht aan Lucas ter Waerle en diens vrouw Jenneken en dat hij die dag de pachtsom ook heeft ontvangen. 08-02-1620, is verschenen Armgardtt Markelinck de moeder van Derck Warnsinck en laat vastleggen dat haar inwonende zoon Welmer en zijn vrouw Jenneken gebruik zullen mogen blijven maken van een kamer en het halve hof van het huis en hof aan de Weme in Vorden. Erve Fruissinck. Blz. 128. 08-02-1620, is verschenen Johan van Meerkeren als gevolmachtigde van Gertruid van Valkenborch weduwe van Jacques Kuddel en van haar zoon Willem Kuddel, met een volmacht verstrekt door de stad Nijmegen op 3 februari 1620, en verklaart dat hij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Jenneken Woelties de weduwe van Aelbert Kreijenvenger en erven het ¼ deel van de erve en goederen Fruissinck met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden. Vrij van lasten, uitgezonderd de jaarlijkse afdracht van 15 pond haver en elf car. guldens die aan het erve Bloemendaal moet worden betaald en de tiende is voor degene dit het recht daartoe heeft. De Hondestucken. Blz. 131. 11-03-1620, zijn verschenen Reindt Smeinck en zijn vrouw Marie Sloemers en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij jaarlijks schuldig zijn aan Marrie Goykers en erven 6 Rijders gulden uit de helft van 2 stukken land genaamd de Hondestucken gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden; af te kopen met 100 Rijder guldens. 31-08-1638, de schuld is voldaan en de akte hiermede geannuleerd. Stuk bouwland het Mollerstuksken. Blz. 135. 16-05-1620, is verschenen Agnes tho Langkamp geassisteerd door haar zoon Winolt Langkamp en bekent voor zichzelf en haar erven dat zij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Gerrijt Egberts op Sweverinck, diens vrouw Aelken en erven een stuk bouwland genaamd het Mollerstuksken, gelegen bij de windmolen van Vorden en grenzend aan het huis en hof dat verkoopster en haar zoon zelf in gebruik hebben. Vrij van lasten. Erve Eelmerinck. Blz. 136. 18-05-1620, bevestiging van de gedane jaarlijkse afdracht van rogge, haver en toegeld aan het kapittel van Utrecht door Goosen Jansen Eelmerinck en zijn vrouw Geertien, als erfpacht van de erve en goederen Eelmerinck. Erve Eelmerinck. Blz. 137. 18-05-1620, zijn verschenen Gosen Jansen Eelmerinck en zijn vrouw Geertien en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij schuldig zijn aan Derck Valcke, diens vrouw Johanna van Duren en erven een bedrag van 1000 daalders, waarvoor zij geven als borg en dus als onderpand hun erve en goederen Eelmerinck gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden. 23-05-1626. Akte geannuleerd vanwege overeenkomst dat Gosen Eeelmerinck als compensatie voor de schuld de Eelmerinckmaete heeft overgedragen aan Derck Valcke. 6

Het Bagerstixken. Blz. 138. 06-06-1620, zijn verschenen Gosen Jansen Eelmerinck en zijn vrouw Geertien en bekennen voor henzelf en hun erven dat ze voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Johan Lamberts, diens vrouw Geertien en erven een stuk zaailand van 3 schepel groot genaamd het Bagerstixken gelegen in de Weustenenck tussen het land van Wijmelinck en ter Stege in de buurtschap van Veldwijk kerspel Vorden. Het Trouve. Blz. 142. 14-09-1621, zijn verschenen Bernardus van Holle de predikant van Vorden en zijn vrouw Margareta Swane en zij geven in gebruik aan Herbert op de Zelst en zijn vrouw Jenneken een stuk land genaamd het Trouve gelegen in de Deldensche marckt aan de Hissinck Beecke, vanwege een lening van 100 daalders tegen een rente van 6% jaarlijks. Laatstgenoemden mogen dit land gebruiken zolang de lening loopt, en die is af te kopen met 100 daalder. De Hoevelinckmaete. Blz. 144. 12-10-1621, zijn verschenen Gosen Eelmerinck en zijn vrouw Dersken Eggincks en geven vanwege een lening van 200 daalder in gebruik aan Lambert op t Ham en zijn vrouw een stuk land genaamd de Hoevelinckmaete in de buurtschap van Veldwijk en liggende tussen het land van Bijenhof en Hoetinck. 01-06-1630, betaald en akte geannuleerd. Medler etc. Blz. 149. 24-01-1622, is verschenen Joncker Henrick van Eck en vertoont een door de schepenen van de stad Zutphen op 20-04-1620 verzegelde dispositie tussen hem en Vridach van Eck waarin staat dat zij elkaar en op de langstlevende begunstigen met de leengoederen en de helft van de onroerende allodiale en vrije goederen. Daar voornoemde Vridach van Eck op 10-12-1621 te Ramborch was overleden zonder de betreffende goederen te hebben laten omschrijven verklaart eerstgenoemde dat hij hierbij alsnog alles laat beschrijven, te weten het Huis to Medler met zaai en weideland, de Buckhorst, de Laer en diverse stukken land, enz. enz. Nakoming deal. Blz. 151. 19-02-1622, zijn verschenen Bernardt ten Grotenhuis met zijn vrouw Gerardina ten Bourlo en mede als gemachtigde van zijn vrouw s broer Tomas ten Bourlo en zuster Armgartt ten Bourlo en bekennen voor henzelf en voor de volmachtgevers dat zij Laurens Vehren zullen houden aan de afspraak van remuneratie (vergoeding) zoals op 06-12-1615 per akte was vastgelegd. Medler etc. Blz. 152. 23-03-1622, is verschenen de weledele vrouw Odilia van Dorth de weduwe van Vridach van Eck tot Medler en eist dat de akte van 15-10-1606 wordt nagekomen waarin zij elkaar tuchtigen met alle goederen op de langstlevende. Huis te Vorden. Blz. 158. 04-05-1622, is verschenen Henrick van Eck de Burgemeester van Zutphen en bekent dat hij en bedrag van tienduizend keijsers guldens ontvangen heeft uit handen van Christoffel Swaneweuell en Johannes van Swinderen vanwege een transactie tussen hem en zijn neef Joncker Adolph van Ripperda betreffende het Huis van Vorden, gedaan met toestemming van het hof van Gelderland. De Cortencamp. Blz.159. 19-06-1622, zijn verschenen Gosen Eelmerinck en zijn vrouw en geven de helft van een stuk land genaamd de Cortencamp, behorende tot het erve Eelmerinck in de buurtschap van Veldwijk, in gebruik aan Henrick Snijder en zijn vrouw, vanwege een lening van 200 daalder. 05-162, betaald en akte geannuleerd. Erve Allercamp. Blz. 160. 09-07-1622, zijn verschenen Willem te Nijenhuis en Johan Weijenborch als voogden van Berentjen Allercamp de nagelaten dochter van wijlen Berent te Allercamp in huwelijk verwekt bij Elsken Lohman, en verder Aeltien ten Boerloo de weduwe van Tonnis Allercamp. Zijn hier gekomen vanwege een meningsverschil over de erfdeling met Johan ter Allercamp, de zoon van de overleden Tonnis Allercamp en Aeltien ten Boorloo, waarbij de voogden bekennen dat Johan te Allercamp, zoon van Aeltien ten Boerloo, weduwe van Tonnis Allercamp, hen die dag een bedrag van 50 daalder heeft betaald voor een geregistreerde rentebrief, en dat hiermee de schuld is voldaan. 7

Huis en hof het Pauhoen bij de Windmolen. Blz. 172. 05-12-1622, zijn verschenen Gerrit Sweverinck met zijn vrouw Aeltjen en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij verpacht hebben aan Wilhelm Noortwijck en zijn vrouw hun erve en hof met alle toebehoren en het daarbij gelegen land van 3 molder groot bij de windmolen in het dorp van Vorden en genaamd het Pauhoen met de Pauhoenhof, zoals zij van de oude bewoners Jan Pauhoen en zijn vrouw hebben gekocht. De pachter Willem Noortwijck of zijn kinderen mogen bij het huis, hof, brouwhuis, kelder en pitte timmeren (bouwen) zo groot als hij zelf wil en dat het gebouwde bij beëindiging van de pacht, indien de verpachters het niet willen kopen, door een onpartijdige zal worden getaxeerd De pachtsom van 20 daalder dient voor de eerste keer betaald te worden op Petri 1624. Daarnaast zullen de verpachters jaarlijks 3 of 4 molder zaad, hoppe en boekweit laten malen en brouwen, en indien hij nalatig is (in het betalen van de pacht) zal de pachter hiervoor 2 daalder moeten betalen. Het Hogenkamp. Blz. 174. 19-12-1622, zijn verschenen Berent Bartolsen de boer op Wonnick en zijn vrouw Elsken Gerritsen en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij een bedrag van 100 keijsers guldens schuldig zijn aan de kuiper Lubbert Hermans en zijn vrouw. Verklaren tevens dat zij dit bedrag op de komende nieuwjaarsdag 1623 te zullen betalen en geven hiervoor als borg en dus als onderpand de helft van een stuk land genaamd de Hogenkamp gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden, grenzend met het ene einde aan de Bargermaete en het andere aan de Bargercamp. De andere helft van de Hogenkamp is in eigendom van Jan Grouwel. 01-04-1630. Akte geannuleerd De Hellercamp. Blz. 175. 05-02-1623, is verschenen Reijner Berentsen mede als gemachtigde voor zijn vrouw Lutger Gerritsen en bekent voor henzelf en hun erven dat zij voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Mr Jan Olthuijs en Claes Gerritsen de molenaar op de Wildenborch en diens vrouw Jenneken ieder de helft van zijn aandeel in de Hellercamp zoals hij dit van zijn overleden moeder Geertjen had geërfd en dat is gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. Vrij van lasten. De Wiersche. Blz. 176. 07-02-1623, is verschenen Juffer Maria van Vorden de weduwe van Kendenich geassisteerd door Bernardus Holle en bekende dat zij uit vriendschap en bewezen diensten uit vrije wil en met warme hand zou schenken aan haar dochters schoonzoon Jonkheer Rogier van Bushof en de dochter van haar dochter Agnes van Raesfelt en hun erven, die na haar overlijden al haar roerende en onroerende goederen zouden bezitten die zij als weduwe op dat moment nog in haar bezit had, zowel hier als verder in het Graafschap gelegen. Hierop verscheen Herman Kistemaker de rentmeester van de Wiersse als gevolmachtigde van Reiner van Raesfelt de voogd van de nagelaten kinderen van Rudolph van Raesfelt, en protesteerde tegen de voorgeschreven donatie aan Jonkheer Rogier van Bushof en Agnes van Raesfelt en hun erven, met als reden voornoemde Juffer Maria door haar ouderdom dit niet zelf meer kon afhandelen. Raesfelt sprak haar hierop aan maar zij vroeg hem waar hij zich mee bemoeide, daar het haar goederen waren die door haar moeder waren nagelaten en dat zij zelf besliste aan wie zij deze naliet. Rechter Johan ten Broeck en de griffier zijn naar de Wiersche gekomen om dit te bekrachtigen en te ondertekenen en hierop werd de akte geëffectueerd. Stuk zaailand bij de Molen. Blz. 177. 15-02-1623, is verschenen Wijse Ruijters de weduwe van Jan Opten Noort, geassisteerd door haar zoon Joost Opten Noort, en bekent voor haarzelf en erven dat zij voor een geldsom heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Wilhelm Noortwijck diens vrouw Geertjen en erven een stuk zaailand gelegen in de Vordensche Enck in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden. Grenzend met de ene zijde en de hoek aan de wind- en rosmolen en met de andere zijde aan het land van Jonkheer van Ripperda en de weg, en met de beide einden ook aan de daar liggende weg. Alles vrij van lasten, uitgezonderd de tiende die aan de rechthebbende toekomt. 8

Transactie Huis Vorden. 29-03-1623, is verschenen Jonheer Henrick van Eck tot Medler mede voor zijn vrouw Agnes Boecop heeft en bekent dat hij de tiende en dus de laatste termijn van 1000 gulden heeft ontvangen van een transactie van 10.000 gulden met zijn neef Jonkheer Doctor Vincent van Ripperda heer van Vorden betreffende het Huis van Vorden, zoals destijds vastgelegd bij het hof van Gelderland, en bedankt hem voor de goede en tijdige betaling Timmermans of Rijvers hofstede. Blz. 179. 10-04-1623, zijn verschenen Rijckman van Eijl, Joost van Eijl met zijn vrouw Jutte, Derck van Eijl met zijn vrouw Trijne te Harckel, Henrick van Eijl met zijn vrouw Gerritjen en als laatste Gijsbert van Eijl en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Mr. Aerent Obbekinck, diens vrouw Jansjen Kemerlings en erven een hofstede genaamd de Timmermans of Rijvers hofstede, tegenwoordig in pacht en gebruik bij Berent Weeninck en met alle toebehoren gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden. Noot BW: Rijvers hofstede wordt nadien Klein Obbekinck hofstede genoemd. Hackenmaetjes. Blz. 179. 08-05-1623, zijn verschenen Gosen Eelmerinck en zijn vrouw Geertjen en bekennen voor henzelf en hun erven dat zij voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Willem Egginck, diens vrouw Trijnte en erven een stuk land genaamd de Hackenmaetjes gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden. Erve Jebbekinck. Blz.181. 30-05-1623, zijn verschenen Tonnis Jans de boer op Jebbekinck en zijn vrouw Heeltjen Gerrits en en zij hierbij geassisteerd door Jacobrim Woeldgers, en leggen vast dat indien voornoemde Tonnis voor zijn vrouw mocht tomen te overlijden, de oude akte waarin was vastgelegd dat zij een bedrag van 300 daalder uit zijn goederen zou krijgen zal worden gewijzigd in een bedrag van 450 daalder. Erve Leemrijse. Blz. 182. 30-05-1623, is verschenen Wilhelmus Lipper als gevolmachtigde van Wihelm Marienborch doctor in de rechten te Deventer en diens vrouw Geertruijt Astincks, die voor henzelf en hun erven bekennen dat zij voor een geldsom hebben verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Jan van Apeltoin en zijn vrouw Margrieta van Suchtelen en Joost van Eijl en zijn vrouw Judith van Apeltoin de erve en goederen Leemreijse, met alle toebehoren en rechten gelegen in de buurtschap van Linde, kerspel Vorden. Het Cortercamp. Blz. 183. 03-06-1623, zijn verschenen Gosen Eelmerinck en zijn vrouw Geertjen Egginck en verklaren een bedrag van 100 daalder schuldig te zijn aan Hendrick Snijder en zijn vrouw Kunne Luntervus, waarvoor zij geven als borg een ¼ deel in van een stuk land genaamd het Cortercamp behorende tot het erve Eelmerinck, waarvan voornoemde Snijder reeds 50% in borg heeft en dat is gelegen in de buurtschap van Veldwijk, kerspel Vorden. 29-05-1624. Schuld voldaan en akte geannuleerd. Het Woordenschehof en Hoppenhof. Blz. 185.2 28-06-1623, is verschenen Jonker Doctor Vincent van Ripperda tot Vorden en bekent voor zichzelf en zijn erven dat hij voor een geldsom twee hofjes heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Christopher Swanenweull en erven. De ene hof is genaamd het Woordensche en ligt aan de Hostelermathe, met de ene zijde grenzend aan het land van Jan Holsteger en de andere aan de hof van Henrick Rutger in het dorp van Vorden. De andere, recent aangegraven hof is genaamd de Hoppenhof en ligt aan de Voort. Voornoemde Christopher krijgt verder ook nog een smal stuk grond naast het land van Jan Olthuijs in bruikleen. De Smeickhorst. Blz. 188. 13-10-1623, is verschenen Gosen Eelmerinck als gevolmachtigde van Jan Joosten van Vorden, met een volmacht verleend op 07-10-1623 getoond en rechtsgeldig bevonden, en bekent dat hij in opdracht heeft verkocht en daarmee op- en overgedragen aan Lubbert op die Lanckhorst, diens vrouw Mechtelt en erven de halve Smeinckhorst gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden, grenzend met de ene zijde aan het kerspel van Ruurlo en met de andere aan de achterste Smeickhorst en ook nog aan het land van Hacken Martgens. 9

Erve en goederen Langkamp en het Bloemendaal. Blz. 190. 20-12-1623, is verschenen Juffer Eva van Wijhe, weduwe van Derck tho Boehop en geassisteerd door Derck van Ommens en bekent dat zij uit vrije wil en als gift en donatie heeft op- en overgedragen aan haar zoon Berent van Hardewijck en zijn vrouw Sophia van Briener de erve en de goederen Langkamp met daarnaast nog een stuk land De Schatkuele en de erve en goederen Bloemendael, met alle bijbehorende goederen en rechten, huis, hof, wei-, zaai- en hooiland, brink, bos en broek en gelegen in de buurtschap van Delden, kerspel Vorden, met alles wat er toe behoort en niets uitgezonderd, en gepacht en in gebruik is bij Gerrit Henrixsen. Toelichting Archief van het Scholtambt Zutphen (1462-1811) Opdrachten, Vestenissen en andere Voluntaire Akten Kerspel Vorden akten 1614-1624 Archiefnummer: NL-ZuRAZ-0338 Inventarisnummer: 226 Website scans: http://www.regionaalarchiefzutphen.nl/ Blz: verwijzing bij een akte naar de bladzijde in het boek van Protocollen. Borg of onderpand: een goed dat bij niet nakoming van een toezegging in handen valt van de schuldeiser aan wie iets is toegezegd. Gemeente: ongecultiveerde markegronden, voor gemeenschappelijk gebruik van een aantal rechthebbenden. Kerspel: kerkelijke gemeente of parochie, ook wel middeleeuwse landgemeente. Minuut: vastgestelde (klad)versie van een akte. Opdracht: de daadwerkelijke overdracht van onroerende goederen. Protocol: register waarin (minuten van) akten zijn genoteerd. Regest: beknopte samenvatting van een akte of oorkonde. Rentebrief: schuldbrief. Richter: belast met de lage en vrijwillige rechtspraak en het plaatselijk bestuur (tegenwoordig kantonrechter, notaris en burgemeester). Richterambt: rechtskring op het platteland onder leiding van een richter. Scholt: belast met opsporing en vervolging van strafbare feiten en handhaving van de openbare orde. Fungeerde als voorzitter van het gerecht en zorgde voor de ten uitvoerlegging van de vonnissen. Scholtambt: de lokale bestuursvorm van vóór 1794 (de Franse tijd), waarbij ordehandhaving en rechtspraak verenigd waren. De Scholtambt Zutphen omvatte de richterambten Warnsveld/Wichmond, Almen/Gorssel en Vorden. Tuchtigen: begunstigen/vruchtgebruik toekennen. Vestenisse: bevestiging of bekrachtiging, waarbij iemand in bezit wordt gesteld van onroerend goed of een daarop gevestigd zakelijk recht (< veste: bevestiging van hetgeen in een akte beschreven staat). Voluntaire rechtspraak (personen- of familierecht): hierbij is geen sprake van een geding maar van een overeenkomst tussen partijen door middel van een gerechtelijke vaststelling of verklaring. Vruchtgebruik: het recht om een goed waarvan men geen eigenaar is te gebruiken en de vruchten daarvan te innen alsof men zelf de eigenaar was, met de verplichting ervoor te zorgen zodat het goed zelf in stand blijft. Er gelden geen beperkingen op het gebruik van deze transcriptie, behoudens volledige bronvermelding. 10