I. Samenvatting. 1 Redenen voor publicatie

Vergelijkbare documenten
Richtsnoeren inzake de verslaglegging over interne afwikkeling op grond van artikel 9 van de CSDR

Richtsnoeren Samenwerking tussen autoriteiten die zijn onderworpen aan de artikelen 17 en 23 van Verordening (EU) nr. 909/2014

Richtsnoeren Regels en procedures bij wanbetaling van deelnemers van CSD

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2016) 7147 final/2 van

RICHTSNOEREN BETREFFENDE BEROEPSAANSPRAKELIJKHEIDSVERZEKERING UIT HOOFDE VAN PSD2 EBA/GL/2017/08 12/09/2015. Richtsnoeren

Richtsnoeren voor bevoegde autoriteiten en beheerders van icbe s

Richtsnoeren inzake de methoden voor de bepaling van de marktaandelen met het oog op rapportage

Richtsnoeren betreffende de marginmaatregelen ter beperking van procyclische effecten voor centrale tegenpartijen van EMIR

Richtsnoeren. Afstemming van handelsonderbrekers en publicatie van handelsonderbrekingen volgens MiFID II 27/06/2017 ESMA NL

Richtsnoeren MAR Uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap

EBA-richtsnoeren. inzake de benchmarkexercitie voor beloningen EBA/GL/2012/4

inzake paspoortmeldingen voor kredietbemiddelaars uit hoofde van de richtlijn inzake woningkredietovereenkomsten

Richtsnoeren. inzake klachtenprocedures met betrekking tot vermeende inbreuken op de Richtlijn Betalingsdiensten 2 EBA/GL/2017/13 05/12/2017

(Voor de EER relevante tekst)

Beloningsbeleid en beloningspraktijken (MiFIDrichtlijn): tenuitvoerlegging door de FSMA

Richtsnoeren voor de behandeling van verbonden ondernemingen, waaronder deelnemingen

RICHTSNOER (EU) 2016/1993 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

Richtsnoeren. betreffende de openbaarmaking van bezwaarde en niet-bezwaarde activa. 27 juni 2014 EBA/GL/2014/03

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

EUROPESE CENTRALE BANK

Richtsnoeren voor de behandeling van klachten door de effectensector (ESMA) en de bankensector (EBA)

Definitieve richtsnoeren

FSMA_2016_12 dd. 4/08/2016

Definitieve richtsnoeren

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Circulaire FSMA_2012_12 dd. 20/06/2012

Richtsnoeren en Aanbevelingen

JC May Joint Committee Richtsnoeren voor de behandeling van klachten door de effectensector (ESMA) en de bankensector (EBA)

EBA-richtsnoeren. inzake het verzamelen van gegevens over grootverdieners EBA/GL/2012/5

(Niet-wetgevingshandelingen) BESLUITEN

EIOPA-17/651 4 oktober 2017

Richtsnoeren en aanbevelingen

Artikel 1. Wijzigingen

Richtsnoeren bij de Verordening marktmisbruik (MAR)

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

EBA richtsnoeren inzake achterstallige betalingen en gedwongen verkoop

FSMA_2018_04 dd. 24/04/2018

Richtsnoeren inzake aanvullend vermogen

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Ontwerp. VERORDENING (EG) Nr. /2005 VAN DE COMMISSIE

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Richtsnoeren inzake de tenuitvoerlegging van de langetermijngarantiemaatregelen

(Voor de EER relevante tekst)

BIJLAGEN. bij de GEDELEGEERDE VERORDENING VAN DE COMMISSIE

RICHTSNOEREN VOOR TESTS, DOORLICHTINGEN OF EXERCITIES DIE KUNNEN LEIDEN TOT STEUNMAATREGELEN EBA/GL/2014/ september 2014

(Voor de EER relevante tekst)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Richtsnoeren. Richtsnoeren met betrekking tot centrale begrippen van de AIFMD ESMA/2013/611

(Voor de EER relevante tekst)

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Richtsnoeren inzake doorkijkbenadering

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0295),

VERORDENING (EU) 2015/534 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 17 maart 2015 betreffende rapportage van financiële toezichtinformatie (ECB/2015/13)

Richtsnoeren. ter specificatie van de voorwaarden voor de financiële steun binnen de groep uit hoofde van artikel 23 van Richtlijn 2014/59/EU

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Richtsnoeren EBA/GL/2018/01 16/01/2018. Bijlage Circulaire NBB_2018_07

BESLUIT (EU) 2018/546 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

inzake kredietwaardigheidsbeoordeling

Aanbevelingen tot wijziging van Aanbevelingen EBA/REC/2015/01

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V.

(Voor de EER relevante tekst)

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Definitieve richtsnoeren

Richtsnoeren voor de omgang met markt- en tegenpartijrisico s in de standaardformule

Publicatieblad van de Europese Unie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

M1 RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

BESLUIT (EU) 2017/935 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

10/01/2012 ESMA/2011/188

2/6. 1 PB L 158 van , blz PB L 335 van , blz PB L 331 van , blz

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Publicatieblad van de Europese Unie

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2010 (OR. en) 13033/10 ENV 547 ENT 102

RICHTSNOEREN INZAKE DE MINIMUMLIJST VAN DIENSTEN EN FACILITEITEN EBA/GL/2015/ Richtsnoeren

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE

Transcriptie:

Richtsnoeren betreffende de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst 28/03/2018 ESMA70-708036281-67 NL

Inhoudsopgave betreffende de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst... 0 I. Samenvatting... 2 1 Redenen voor publicatie... 2 2 Inhoud... 5 3 Volgende stappen... 5 II. Richtsnoeren betreffende de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst... 6 1 Toepassingsgebied... 6 2 Definities... 6 4 Naleving en rapportageverplichtingen... 7 4.1 Status van de richtsnoeren... 7 4.2 Rapportageverplichtingen... 7 5 Richtlijnen betreffende het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst... 8 5.1 Reikwijdte van de gegevens die door CSD's moeten worden gerapporteerd... 8 5.2 Algemeen proces voor het verzamelen van gegevens en informatie en het berekenen van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst...10 5.3 Initieel proces voor het verzamelen van gegevens en informatie en het berekenen van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst...11 6 Bijlage...13 6.1 Modellen voor het verzamelen van gegevens voor de indicatoren van substantieel belang...13 2

I. Samenvatting 1 Redenen voor publicatie 1. In artikel 24 van Verordening (EU) nr. 909/2014 1 (CSDR) worden verschillende samenwerkingsmaatregelen tussen de bevoegde autoriteiten van lidstaten van herkomst en lidstaten van ontvangst vastgesteld indien een CSD haar diensten grensoverschrijdend aanbiedt. Meer specifiek bepaalt artikel 24, lid 4, van de CSDR dat de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst en de lidstaat van ontvangst en de relevante autoriteiten van de lidstaat van herkomst en de lidstaat van ontvangst formele samenwerkingsmaatregelen treffen voor het toezicht op een CSD indien de activiteiten van de CSD van substantieel belang [zijn geworden] voor de werking van de effectenmarkten en de bescherming van de beleggers in de lidstaat van ontvangst. 2. In Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie 2 worden de criteria gespecificeerd op basis waarvan de activiteiten van een CSD in een lidstaat van ontvangst kunnen worden beschouwd als van substantieel belang voor de werking van de effectenmarkten en de bescherming van de beleggers in de lidstaat van ontvangst. Om op basis van deze criteria de relevante indicatoren te berekenen, moeten de bevoegde autoriteiten geaggregeerde gegevens op EU-niveau gebruiken. Afzonderlijke bevoegde autoriteiten kunnen echter moeilijkheden ondervinden bij het verzamelen en aggregeren van alle relevante gegevens van CSD's uit de hele EU. Daarnaast kan een dergelijke benadering leiden tot dubbel werk voor de bevoegde autoriteiten en tot risico's vanwege het gebruik van inconsistente gegevens. 3. Gezien de noodzaak tot het gebruik van consistente gegevens die op EU-niveau zijn geaggregeerd voor de berekening van de indicatoren op basis van de criteria die zijn gespecificeerd in Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie, heeft ESMA besloten tot het uitgeven van richtsnoeren betreffende het verzamelen, verwerken en aggregeren van de gegevens en informatie die benodigd zijn voor de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst. 4. Gezien de taak van ESMA om bij te dragen aan de consistente toepassing van wettelijk bindende handelingen van de Unie, met name door bij te dragen aan een gemeenschappelijke cultuur van toezicht door middel van de vestiging van consistente, 1 Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (PB L 257 van 28.8.2014, blz. 1). 2 Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie van 11 november 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de parameters voor de berekening van geldboetes voor mislukte afwikkelingsoperaties en de bedrijfsactiviteiten van CSD's in lidstaten van ontvangst (PB L 65, 10.3.2017, blz. 1 8) 2

efficiënte en effectieve toezichtspraktijken, neemt ESMA een coördinerende rol op zich in het proces van het centraliseren en aggregeren van de gegevens die zij ontvangt van CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden. De bevoegde autoriteiten voeren de berekeningen voor de indicatoren uit op basis van de gegevens die door ESMA zijn gecentraliseerd en geaggregeerd. 5. Hoewel de indicatoren niet worden berekend voor centrale banken die als CSD optreden (aangezien deze uit hoofde van artikel 1, lid 4, van de CSDR zijn vrijgesteld van bepaalde CSDR-vereisten) is het van belang dat centrale banken die als CSD optreden de relevante gegevens verzenden die gebruikt worden om de waarden voor de noemers vast te stellen, opdat er een volledig beeld wordt verkregen van de activiteit op EU-niveau voor de respectieve indicatoren. 6. Met het oog op een consistente toepassing van de relevante bepalingen van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie verduidelijken de richtsnoeren de reikwijdte van de gegevens die moeten worden gerapporteerd om de relevante indicatoren te berekenen. Dit gebeurt door het geven van voorbeelden van typen transacties en activiteiten die moeten worden opgenomen, alsmede voorbeelden van typen transacties en activiteiten die niet moeten worden opgenomen. 7. Ten behoeve van dezelfde doelstelling, en met name om te zorgen voor een geharmoniseerde en consistente benadering voor het rapporteren van gegevens voor alle CSD's ten behoeve van de berekening van de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in artikel 6, lid 1, onder a) en b), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie, worden in deze richtsnoeren gemeenschappelijke parameters voorgesteld voor het rapporteren van afwikkelingsinstructies (d.w.z. zonder dat afwikkelingsinstructies dubbel worden meegeteld afhankelijk van de vraag of deze al of niet via CSD-koppelingen worden afgewikkeld). Deze parameters hebben geen invloed op de toepassing van materiële afwikkelingsregels, ook niet met betrekking tot Richtlijn 98/26/EG en nationale wetgeving op het gebied van effecten en eigendom. 8. Gelet op de datum van inwerkingtreding van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie beschrijven deze richtsnoeren een algemeen proces dat vanaf 1 januari 2018 moet worden gebruikt voor het verzamelen en berekenen van gegevens voor de indicatoren, en daarnaast een initieel proces dat in 2017 moet worden gebruikt voor de eerste toepassing van het algemene proces over de verslagperiode vanaf 1 januari tot 31 december 2016. 3

Overzicht van het initiële proces (toe te passen in 2017) CSD's NBA's ESMA NBA's ESMA CSD's sturen gegevens over voorafgaand jaar naar hun nationale bevoegde autoriteit NBA's sturen de van de CSD's ontvangen gegevens naar ESMA, na de gegevens getoetst te hebben ESMA stuurt NBA's de geaggregeerde gegevens en de van elke afzonderlijke NBA ontvangen gegevens NBA's berekenen de indicatoren en sturen de resultaten naar ESMA ESMA deelt alle resultaten die van de afzonderlijke NBA's zijn ontvangen met alle NBA's Vier weken na publicatie van ESMA-richtsnoer Zes weken na publicatie van ESMA-richtsnoer Acht weken na publicatie van ESMArichtsnoer Negen weken na publicatie van ESMArichtsnoer Tien weken na publicatie van ESMA-richtsnoer Overzicht van het algemene proces (toe te passen vanaf 1 januari 2018) CSD's NBA's ESMA NBA's ESMA CSD's sturen gegevens over voorafgaand jaar naar hun nationale bevoegde autoriteit NBA's sturen de van de CSD's ontvangen gegevens naar ESMA, na de gegevens getoetst te hebben ESMA stuurt NBA's de geaggregeerde gegevens en de van elke afzonderlijke NBA ontvangen gegevens NBA's berekenen de indicatoren en sturen de resultaten naar ESMA ESMA deelt alle resultaten die van de afzonderlijke NBA's zijn ontvangen met alle NBA's Uiterlijk 31 jan Uiterlijk 25 feb Uiterlijk 31 mrt Uiterlijk 15 apr Uiterlijk 30 apr 4

2 Inhoud 9. Hoofdstuk II omvat de volledige tekst van de richtsnoeren betreffende de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst. 3 Volgende stappen 10. De richtsnoeren in hoofdstuk II zullen worden vertaald in de officiële talen van de Europese Unie en op de website van ESMA worden gepubliceerd. 5

II. Richtsnoeren betreffende de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst 1 Toepassingsgebied Wie? 1. Deze richtsnoeren zijn van toepassing op bevoegde autoriteiten die zijn aangewezen op grond van Verordening (EU) nr. 909/2014 3 (CSDR). Wat? 2. Deze richtsnoeren zijn van toepassing met betrekking tot het proces voor het verzamelen, verwerken en aggregeren van de gegevens en informatie die benodigd zijn voor de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor de werking van de effectenmarkten en de bescherming van de beleggers in een lidstaat van ontvangst, in overeenstemming met artikel 24, lid 4, van de CSDR. Wanneer? 3. Deze richtsnoeren worden van kracht op 28/03/2018. 2 Definities 4. De in deze richtsnoeren gebruikte termen hebben dezelfde betekenis als in de CSDR en in Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie 4. 3 Doel 5. Het doel van deze richtsnoeren is te zorgen voor een gemeenschappelijke, uniforme en consistente toepassing van de bepalingen van artikel 24, lid 4, van de CSDR. De richtsnoeren zijn met name gericht op het proces voor het verzamelen, verwerken en aggregeren van de gegevens en op de informatie die benodigd is voor de berekening van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor de 3 Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (PB L 257 van 28.8.2014, blz. 1). 4 Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie van 11 november 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de parameters voor de berekening van geldboetes voor mislukte afwikkelingsoperaties en de bedrijfsactiviteiten van CSD's in lidstaten van ontvangst (PB L 65, 10.3.2017, blz. 1 8) 6

werking van de effectenmarkten en de bescherming van de beleggers in een lidstaat van ontvangst. 4 Naleving en rapportageverplichtingen 4.1 Status van de richtsnoeren 6. Het onderhavige document bevat de richtsnoeren op grond van artikel 16 van de ESMAverordening 5. Ingevolge artikel 16, lid 3, van de ESMA-verordening moeten bevoegde autoriteiten en financiëlemarktdeelnemers zich tot het uiterste inspannen om de richtsnoeren en aanbevelingen na te leven. 7. De bevoegde autoriteiten waarop deze richtsnoeren van toepassing zijn, dienen eraan te voldoen door ze in hun toezichtspraktijken op te nemen. 4.2 Rapportageverplichtingen 8. De bevoegde autoriteiten waarop deze richtsnoeren van toepassing zijn, laten ESMA [via: csdr.data@esma.europa.eu] binnen twee maanden na de publicatiedatum weten of zij voldoen of voornemens zijn te voldoen aan deze richtsnoeren, met eventuele opgave van redenen voor niet-naleving. Indien ESMA binnen deze termijn geen antwoord van de bevoegde autoriteiten ontvangt, wordt verondersteld dat zij de richtsnoeren niet naleven. Een model voor de kennisgevingen is beschikbaar op de website van ESMA. Met het oog op een soepele en tijdige uitvoering van het proces voor het verzamelen, verwerken en aggregeren van gegevens voor de berekening van de in deze richtsnoeren bedoelde indicatoren, verdient het evenwel aanbeveling dat de bevoegde autoriteiten ESMA zo spoedig mogelijk, bij voorkeur binnen twee weken na de datum van publicatie van deze richtsnoeren, op de hoogte stellen. 9. De publicatiedatum van deze richtsnoeren is de datum van publicatie ervan op de website van ESMA in alle officiële talen van de EU. 10. Centrale effectenbewaarinstellingen (CSD's) hoeven niet te melden of zij deze richtsnoeren naleven. 5 Verordening (EU) nr. 1095/2010 van 24 november 2010 van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84). 7

5 Richtlijnen betreffende het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst 5.1 Reikwijdte van de gegevens die door CSD's moeten worden gerapporteerd 11. De bevoegde autoriteiten moeten ervoor zorgen dat CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, de relevante gegevens en informatie rapporteren in de indeling volgens de modellen in de bijlage. De lijst van CSD's (waaronder centrale banken die als CSD optreden) die is opgenomen in de modellen in de bijlage, moet jaarlijks door de bevoegde autoriteit worden bijgewerkt. 12. Alle waarden die door CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, worden gerapporteerd, moeten worden uitgedrukt in euro, en de gebruikte wisselkoersen moeten worden gespecificeerd. De gebruikte wisselkoersen zijn de koersen geldend op de laatste dag van het kalenderjaar waarover gegevens worden gerapporteerd. Voor de omrekening van andere valuta's in euro wordt gebruikgemaakt van de wisselkoers van de Europese Centrale Bank, voor zover beschikbaar. 13. Ten behoeve van de criteria zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a) en b), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie moeten CSD's, waaronder centrale banken die optreden als CSD, gegevens gebruiken die betrekking hebben op effecten die geldig zijn op 31 december van het voorafgaande kalenderjaar, waaronder niet begrepen geannuleerde uitgiften van effecten. 14. De bevoegde autoriteiten moeten ervoor zorgen dat CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, voor elke ISIN de marktwaarde gebruiken die van toepassing is op 31 december van het voorafgaande kalenderjaar en is vastgesteld in overeenstemming met artikel 7 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie, wanneer ze de marktwaarde vaststellen ten behoeve van de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a) en b), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie. 15. De gegevens voor de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in artikel 6, lid 1, onder a) en b), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie omvatten waarden van afwikkelingsinstructies die zijn afgewikkeld door elke CSD, op basis van de volgende parameters voor gegevensrapportage: a) De gegevens omvatten absolute waarden van de afwikkeling door elke CSD over het voorafgaande kalenderjaar. b) Alle categorieën afwikkelingsinstructies die door een CSD zijn afgewikkeld worden opgenomen, ongeacht of deze betrekking hebben op transacties die worden uitgevoerd op een handelsplatform of op OTC-basis. 8

c) Voor verrichtingen die bestaan uit verschillende transacties, waaronder repoovereenkomsten voor effecten of effectenuitleenovereenkomsten, worden na afwikkeling beide zijden gerapporteerd. d) In het geval van afwikkeling binnen een CSD rapporteert de CSD (emittent-csd of belegger-csd) beide zijden van een transactie, d.w.z. zij moet de twee ontvangen afwikkelingsinstructies rapporteren. e) Indien er meer dan één CSD bij de afwikkeling van een transactie betrokken is via standaard, op maat gemaakte of indirecte koppelingen, dient alleen de CSD die de twee zijden van de transactie afwikkelt (emittent-csd of belegger-csd) te rapporteren. De CSD rapporteert de twee ontvangen afwikkelingsinstructies. De belegger-csd die slechts één zijde van de transactie afwikkelt, dient niet te rapporteren. f) In het geval van afwikkeling tussen CSD's door middel van een gemeenschappelijke afwikkelingsinfrastructuur of via interoperabele koppelingen rapporteert elke CSD de enkele afwikkelingsinstructie die zij met betrekking tot een transactie heeft ontvangen. 16. De afwikkelingsinstructies kunnen betrekking hebben op de volgende typen transacties: a) aankoop of verkoop van effecten (waaronder koop of verkoop van effecten op de primaire markt); b) activiteiten in verband met zekerhedenbeheer (waaronder activiteiten met betrekking tot tripartiet zekerhedenbeheer of automatische zekerheidsstelling (auto-collateralisation)); c) uitleningen/leningen van effecten; d) retrocessietransacties; e) overige (waaronder beheersdaden met betrekking tot kasstromen, d.w.z. marktvorderingen en transformaties). 17. De volgende typen transacties hoeven niet gerapporteerd te worden: a) beheersdaden met betrekking tot aandelen, zoals uitkeringen in contanten (bijv. contant dividend, rente-uitkering), uitkeringen in effecten (bijv. dividend in aandelen; uitkering van bonusaandelen), reorganisaties (bijv. omzetting, aandelensplitsing, wederinkoop, aanbesteding); b) primairemarktverrichtingen, d.w.z. het uitgeven van nieuwe effecten; c) uitgifte en wederinkoop van rechten van deelneming in fondsen: de technische uitgifte en wederinkoop van rechten van deelneming in fondsen, tenzij deze uitgifte en wederinkoop van dergelijke rechten van deelneming plaatsvindt door middel van overboekingsopdrachten in een effectenafwikkelingssysteem dat wordt geëxploiteerd door een CSD; d) herwaarderingsactiviteiten. 18. De bepaling van marktwaarden voor free of payment (FOP) afwikkelingsinstructies, zoals bedoeld in artikel 6, lid 1, onder b), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie, moet zijn gebaseerd op de waarden op de dag van afwikkeling van elke afwikkelingsinstructie. 9

19. Er moet rekening worden gehouden met het land van vestiging van de emittent met betrekking tot het criterium zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie. 20. Er moet rekening worden gehouden met de jurisdictie waar de moedermaatschappij is gevestigd in het geval van deelnemers en andere houders van effectenrekeningen zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder b), en in artikel 6, lid 1, onder b), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie die filialen zijn. 21. Ook de gegevens die betrekking hebben op de diensten die worden verricht met betrekking tot de lidstaat van herkomst moeten door een CSD worden gerapporteerd. Deze gegevens zijn immers benodigd voor het berekenen van de noemers op EU-niveau voor de verschillende indicatoren (bijv. ten behoeve van het criterium zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie omvatten de gegevens die door een CSD moeten worden gerapporteerd effecten die door emittenten zijn uitgegeven uit de lidstaat van herkomst van de CSD, niet alleen effecten die zijn uitgegeven door emittenten uit lidstaten van ontvangst). 5.2 Algemeen proces voor het verzamelen van gegevens en informatie en het berekenen van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst 22. Het algemene proces dat in dit hoofdstuk wordt voorgesteld, moet vanaf 1 januari 2018 worden toegepast. 23. De bevoegde autoriteiten moeten ervoor zorgen dat CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, de relevante gegevens en informatie over het voorafgaande kalenderjaar uiterlijk op 31 januari van elk jaar aan hen rapporteren, hetgeen nodig is voor de berekening van de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in de desbetreffende bepalingen van de artikelen 5 en 6 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie (met andere woorden, de gegevens van 1 januari tot en met 31 december van het voorafgaande kalenderjaar moeten worden gebruikt). 24. De bevoegde autoriteiten moeten ervoor zorgen dat, voorafgaand aan de toepassingsdatum zoals bedoeld in artikel 9, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie (twee jaar volgend op de publicatie van de Verordening in het Publicatieblad van de EU), CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, alleen de informatie die relevant is voor de criteria zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a), en artikel 6, lid 1, onder c), van de verordening aan de bevoegde autoriteiten verzenden. 25. Na toetsing geven de bevoegde autoriteiten de gegevens die zij van CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, hebben ontvangen uiterlijk op 25 februari van elk jaar door aan ESMA. 26. Uiterlijk op 31 maart van elk jaar voert elke bevoegde autoriteit de berekening voor de indicatoren uit op basis van de criteria zoals bedoeld in de artikelen 5 en 6 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie (voor zover van toepassing, 10

met betrekking tot elke CSD waarvoor zij de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst is), bij ontvangst van de volgende gegevens van ESMA: a) alle gegevens die zijn ontvangen van afzonderlijke bevoegde autoriteiten; b) gegevens waarin de waarden worden geaggregeerd voor de noemers van de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in de artikelen 5 en 6 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie, voor zover van toepassing. 27. De bevoegde autoriteiten sturen uiterlijk op 15 april van elk jaar de resultaten van de berekening met betrekking tot de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in de artikelen 5 en 6 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie, voor zover van toepassing, om ESMA in staat te stellen deze informatie uiterlijk op 30 april van elk jaar met alle bevoegde autoriteiten te delen. 28. Het algemene in dit hoofdstuk uiteengezette proces moet ook worden gebruikt wanneer de criteria zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder b), en artikel 6, lid 1, onder a) en b), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie van toepassing zijn in overeenstemming met artikel 8, lid 2, van de verordening. 5.3 Initieel proces voor het verzamelen van gegevens en informatie en het berekenen van de indicatoren voor het vaststellen van het substantiële belang van een CSD voor een lidstaat van ontvangst 29. Voor de eerste toepassing van het algemene proces in 2017, over de rapportageperiode van 1 januari tot en met 31 december 2016, passen CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, en bevoegde autoriteiten het algemene proces toe aan de hand van de volgende termijnen, waarbij elke termijn aanvangt op de datum van publicatie van deze richtsnoeren: a) CSD's, waaronder centrale banken die als CSD optreden, rapporteren de relevante gegevens die nodig zijn voor de berekening van de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a), en artikel 6, lid 1, onder c), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie, binnen vier weken aan de bevoegde autoriteiten; b) De bevoegde autoriteiten verzenden de gegevens die zij van CSD's hebben ontvangen, waaronder centrale banken die als CSD optreden, binnen zes weken aan ESMA om ESMA in staat te stellen de bevoegde autoriteiten binnen acht weken te voorzien van zowel de geaggregeerde gegevens als de afzonderlijke gegevens die zij van elke bevoegde autoriteit heeft ontvangen; c) De bevoegde autoriteiten sturen ESMA binnen negen weken de resultaten voor de indicatoren op basis van de criteria zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a), en 11

artikel 6, lid 1, onder c), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/389 van de Commissie (met betrekking tot elke CSD waarvoor zij de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst zijn), om ESMA in staat te stellen deze informatie binnen tien weken met alle bevoegde autoriteiten te delen. 12

6 Bijlage 6.1 Modellen voor het verzamelen van gegevens voor de indicatoren van substantieel belang 13