Basisschool Rehoboth

Vergelijkbare documenten
Pestprotocol. Pestprotocol CBS De Hoeksteen

Pestprotocol Jenaplanschool De Regenboog

BURG. DE RUITERSCHOOL

April Anti pestbeleid met protocol

Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven:

Pestprotocol basisschool Eben-Haëzer

PESTPROTOCOL. Pestprotocol BS. St. Lambertus Zonnehof 2, 5721 AZ W :

Pestprotocol Burg. W.A. Storkschool

Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven:

Alle kinderen mogen zich in hun basisschoolperiode veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Pestprotocol. 2. Doel pestprotocol

Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven:

Pestprotocol OBS De Wildschut. Pesten is geen spelletje

'Pesten ik pik het niet meer' protocol

Pestprotocol OBS Piet Mondriaan

Pestprotocol April 2015

Pestprotocol Dalton basisschool. 1. Plagen of pesten? Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen kun je zo aangeven:

Pestprotocol De Tandem

Pestprotocol basisschool De Kerneel Het fundament voor een veilige school

Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus aan willen pakken.

Omgangsprotocol. t Kruisrak

DAT KINDEREN EEN ANDER PLAGEN IS HEEL GEWOON, MAAR BIJ PESTEN IS ER EEN SLACHTOFFER WAAROVER EEN KIND OFMEER KINDEREN DE BAAS SPELEN.

Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven:

Als pesten optreedt, moeten leerkrachten (in samenwerking met de ouders) dat kunnen signaleren en duidelijk stelling nemen.

plagen Pest protocol obs Jules Verne 2012 Inleiding.

Als pesten optreedt, moeten leerkrachten (in samenwerking met de ouders) dat kunnen signaleren en duidelijk stelling nemen

Inhoud gedragsprotocol

Anti- pestprotocol basisschool De Crayenester

Pestprotocol. Plagen en pesten. Pesten op school, hoe gaan we er mee om?

Pestprotocol. 1.Plagen of pesten? (Zie ook toelichtende tekst: De grens tussen plagen en pesten)

Pestprotocol O.B.S. Het Bolwerk

Anti - pestprotocol. Aanpak van de ruzies en pestgedrag in vier stappen:

Op het Palet hanteert en aanvaardt iedereen de drie uitgangspunten van het Moreel Kompas:

Pestprotocol SWS FROUBUURT

Als pesten optreedt, moeten leerkrachten (in samenwerking met de ouders) dat kunnen signaleren en hierin duidelijk stelling nemen.

Pestprotocol basisschool De Regenboog. 1.Plagen of pesten? Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven:

Pestprotocol Wiardaskoalle

Pestprotocol o.b.s. 't Heidemeer:

1.Plagen of pesten? Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven: Hetzelfde slachtoffer

Pestprotocol De Triangel. Pestprotocol. Versiedatum: oktober Status: versie 1 vastgesteld

Pesten op school Hoe gaan we hiermee om?

Pestprotocol basisschool De Horizon

Pestprotocol basisschool CNS

Pestprotocol basisschool

rkbs De Rietvest tel.: info@derietvest.nl directeur: Peter van Hassel Pestprotocol basisschool De Rietvest

PESTPROTOCOL DE POLDERRAKKERS

Pestprotocol. cbs Johan Friso te Dordrecht

Anti-pest Protocol De Reiger

Pestprotocol Basisschool de Duif April 2012

Pesten kun je echter nooit helemaal uitsluiten, daarom dit pestprotocol. Het is een handreiking hoe om te gaan met pestgedrag binnen onze school.

Pestprotocol basisschool De Schatkist

Pestprotocol Bs. St. Jozef

PROTOCOL RUZIE EN PESTEN OP OPENBARE BREDESCHOOL DE SCHATKAMER

Pestprotocol O.B.S. Giessen-Oudekerk

Schoolomgangsprotocol Instituut Schreuder

rkbs De Rietvest tel.: directeur: Peter van Hassel Pestprotocol basisschool De Rietvest

PESTPROTOCOL CBS De Borgh

Dit PESTPROTOCOL heeft als doel: Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Pestprotocol CBS Nieuwoord.

Pestprotocol Jansenius de Vriesschool Juni 2011

DIT PESTPROTOCOL HEEFT ALS DOEL: - Alle kinderen mogen zich in hun basisschoolperiode veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen.

Pestprotocol. 1.Plagen of pesten? Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven:

PESTPROTOCOL. Is meestal te verdragen, maar kan ook kwetsend zijn. Is negatief en altijd kwetsend bedoeld

PROTOCOL TEGEN PESTEN

Pestprotocol van de Katholieke Jenaplanschool De Kring De plek om kind te zijn Schouw ZA Lelystad

Pestprotocol Kbs Jacinta

Pestprotocol Prakticon

Pestprotocol Aloysius

Pestprotocol. De Wegwijzer. Christelijke basisschool. Wolvega. Maart Pestprotocol CBS de Wegwijzer

Pestprotocol Hoe gaan we met elkaar om?

CB de Bron Nieuw-Amsterdam PESTPROTOCOL: PESTEN OP SCHOOL HOE GAAN WE ER MEE OM?

Antipestprotocol van de ENMS. Inhoud:

Pestprotocol o.b.s. De regenboog Slagharen

Pesten is niet toelaatbaar en wordt bij ons op school niet geaccepteerd. Wij hebben respect voor onszelf en de ander.

P e s t p r o t o c o l

Anti pestprotocol OBS DE BOUWSTEEN

Pesten komt op iedere school voor; ook bij ons! Het is een probleem dat wij onder ogen zien en serieus willen aanpakken. Vandaar dit protocol.

Protocol Sociale Veiligheid

De piek van het pesten ligt tussen 10 en 14 jaar, maar ook in lagere en hogere groepen wordt gepest.

Pestprotocol. Hoe kun je met pesten omgaan?

Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen stellen we alle kinderen in de gelegenheid om met veel plezier naar school te gaan.

Pestprotocol basisschool De Vlieger

Pestprotocol cbs de Hoeksteen

Pestprotocol OBS Mathenesse Januari 2010

Pestprotocol. Jenaplanschool De Vlieger. Pestprotocol van Jenaplanschool de Vlieger. 1

Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen zou je zo kunnen aangeven:

Pestprotocol basisschool De Regenboog

Basisschool De Octopus

Pestprotocol. PESTEN Het doel van dit PESTPROTOCOL is:

Pestprotocol Prins Johan Frisoschool

Pestprotocol Pesten op school: hoe ga je er mee om?

ANTI - PESTPROTOCOL december 2016

Pestprotocol CBS De Saenparel

Pestprotocol Albert Plesmanschool 2014

1. Doel van dit pestprotocol Het probleem dat pesten heet Voorwaarden waar we met elkaar aan moeten voldoen 5

Bij pesten zijn er altijd 5 partijen: de pester, het slachtoffer, de grote zwijgende groep, de leerkrachten en de ouders.

Pestprotocol. Pestprotocol Basisschool Scharn Maastricht, maart 2014.

Als pesten optreedt, moeten leerkrachten (in samenwerking met de ouders) dat kunnen signaleren en duidelijk stelling nemen

Pestprotocol OBS Over de Brug Zaandam

Pesten op school. hoe gaan we daar mee om?

Transcriptie:

Pestprotocol Basisschool Rehoboth

Dit is het pestprotocol van Basisschool Rehoboth. In dit protocol kunt u lezen hoe wij pesten proberen te voorkomen en hoe wij ermee om gaan. Er is een verschil tussen pesten en plagen. Pesten is het systematisch uitoefenen van psychische en/of fysieke mishandeling door een leerling of groep leerlingen van één of meer klasgenoten, die niet (meer) in staat zijn zichzelf te verdedigen. Pesten gebeurt systematisch en er is sprake van een machtsverschil. Bij plagen gaat het om incidenten en gelijkwaardigheid. 1. Doel van dit protocol Dit pestprotocol heeft als doel om alle kinderen op school zich veilig te laten voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen en met plezier naar school kunnen gaan. 2. Gedragsregels De volgende regels gelden voor de hele school: Stop! Denk! Doe! Jij mag er zijn Ik luister naar jou Ik help Ik pest niet Deze regels hangen in de gangen van de school en in ieder lokaal. 3. Preventief beleid Wij willen als school het pesten zo veel mogelijk voor zijn door preventief aan dit onderwerp te werken. Dit doen wij door de volgende preventieve maatregelen: 1. De leerkracht bespreekt aan het begin van het schooljaar met de leerlingen de algemene schoolregels en maakt samen met de leerlingen eigen gedragsregels die in de groep gelden, zoals als wij iets willen lenen vragen wij dat eerst, wij spreken aardig over elkaar, wij gebruiken fatsoenlijke taal, etc. Leerkrachten zien erop toe dat deze regels goed nageleefd worden. 2. Aan het begin van het schooljaar ondertekenen de kinderen van groep 5 t/m 8 de gedragsregels van de groep. Door het ondertekenen hiervan verklaren zij niet te gaan pesten. 3. Een kwartier voor aanvang van de school en tijdens de pauze wordt er op de schoolpleinen en op het veld pleinwacht gelopen door de leerkrachten volgens een rooster. 4. Op school wordt wekelijks een sociaal-emotioneel onderwerp ter sprake gebracht aan de hand van de methode Kinderen en hun sociale talenten. Onderwerpen als samen spelen en werken, opkomen voor jezelf en omgaan met ruzie komen hierin aan bod. Vanwege onze Christelijke identiteit maken wij ook gebruik van de methode Trefwoord, waarin deze onderwerpen ook worden besproken. 5. Indien de leerkracht aanleiding daar toe ziet (na een incident of plagerijtje), besteedt hij of zij expliciet aandacht aan pestgedrag in een groepsgesprek. 6. Het voorbeeld van leerkrachten (en thuis de ouders) is van groot belang. Er zal minder gepest worden in een klimaat waar duidelijkheid heerst over de omgang met elkaar, waar elkaars eigenheid wordt gerespecteerd en waar ruzies niet met geweld worden opgelost maar worden uitgesproken. 7. In de klas streeft de leerkracht naar een zo goed mogelijk pedagogisch klimaat, zodat de sfeer in de groep goed is en blijft. Hij/zij stimuleert dit onder andere door het samenwerken en spelen te stimuleren in verschillende werkvormen. 8. De leerkracht stelt zich alert op (observaties), zodat hij/zij weet wat er speelt in de groep. 2

9. Goed gedrag van leerlingen wordt beloond d.m.v. complimenten, wanneer een kind eerlijk is, wanneer een kind iets toegeeft, wanneer een kind helpt met het aandragen van een oplossing, etc. 10. Ter signalering op het vlak van de sociaal-emotionele ontwikkeling gebruiken wij PRAVOO in groep 1 en 2 en SCOL in groep 3 t/m 8. Deze instrumenten geven ons een helder en betrouwbaar beeld van de ontwikkelingen op dit gebied. Voor beide instrumenten vullen de leerkrachten digitaal vragenlijsten in. Drie/vier keer per jaar in PRAVOO en twee keer per jaar in SCOL. Vanaf groep 6 vullen ook de leerlingen twee keer per jaar een digitale vragenlijst in. Uit deze vragenlijsten komen resultaten naar voren die worden besproken in de groepsbespreking. 4. Repressief beleid 1. Indien er sprake is van incidenten betreffende pestgedrag wordt dat met de betrokken kinderen besproken door de leerkracht van het kind. Dit gesprek staat niet op zichzelf maar wordt regelmatig herhaald om het probleem aan te pakken. De leerkracht neemt duidelijk stelling in; pesten wordt niet getolereerd. Sancties in deze fase kunnen zijn: - een gesprek: bewustwording wat zijn/haar gedrag met het gepeste kind uithaalt, - één of meerdere pauzes binnenblijven, - nablijven tot alle kinderen naar huis vertrokken zijn, - een schriftelijke opdracht zoals een stelopdracht over de toedracht en zijn/haar rol in het pestprobleem, - is het pesten meer dan een incident, dan worden de ouders telefonisch benaderd. 2. Indien er sprake is van herhaald pestgedrag worden de ouders van de pester, in een gesprek op school met de leerkracht en de intern begeleider, op de hoogte gesteld van de ongewenste gebeurtenissen. Aan het eind van dit oudergesprek worden de afspraken met de pester uitdrukkelijk doorgesproken en ook vastgelegd. Ook de op te leggen sancties bij overtreding van de afspraken worden daarbij vermeld. Gedacht kan worden aan uitsluiting van met name de situaties die zich in het bijzonder lenen voor pestgedrag, zoals buitenspelen, bewegingsonderwijs, excursies, etc. 3. De leerkracht van de leerling(en) zorgt ervoor dat collega s ook op de hoogte zijn van de afspraken, zodat zij er ook op toe kunnen zien. 4. Bij herhaald pestgedrag kan de directeur de ouders op school roepen voor een gesprek. Ook het kind kan in dit eerste directiegesprek betrokken worden. De directeur gaat uit van het opgebouwde archief van de leerkracht en vult dit archief verder aan met het verloop van de gebeurtenissen. 5. Ook de ouders van het gepeste kind (slachtoffer) worden op school uitgenodigd voor een gesprek. In eerste instantie met de leerkracht en eventueel de intern begeleider en indien nodig volgt een gesprek met de directeur. 6. Indien nodig kan er deskundige hulp worden ingeschakeld voor de pester en/of de gepeste, zoals de schoolondersteuners in het SOT (School Ondersteuningsteam, voorheen Breed Zorgoverleg), de schoolarts of de GGZ. 7. Als het pestgedrag van de pester niet aanzienlijk verbetert, en/of de ouders van het kind werken onvoldoende mee om het probleem ook aan te pakken, kan de directeur van de school overgaan tot bijzondere maatregelen te weten: isoleren van de pester of een tijdelijke uitsluiting van het bezoeken van de lessen van de school met een maximum van drie dagen. 8. Deze stappen kunnen ook ondernomen worden als er sprake is van wangedrag door een leerling en waarbij geen sprake is van pesten. 5. Hoe gaan wij er in de praktijk mee om? 5.1 De leraar (signaleren en aanpakken) Groepsniveau Leraren hebben een sleutelrol in de aanpak van het pesten. Zij zijn de eerst verantwoordelijken voor de aanpak van het pesten. Het is belangrijk dat zij pesten vroegtijdig signaleren en effectief bestrijden. De leraren worden ondersteund door de intern begeleider. 3

De ouders Als het nodig is zal de leerkracht of de intern begeleider, afhankelijk van de ernst van de zorg, de ouders op de hoogte stellen. Leerkracht(en) en ouders proberen in goed overleg samen te werken aan een bevredigende oplossing. De leerkracht biedt altijd hulp aan het gepeste kind en begeleidt de pester, indien nodig in overleg met de ouders en/of externe deskundigen. 5.2 Hulp aan de pester Algemeen: Er wordt uiteraard met de pester gesproken. Dit kan een probleemoplossend gesprek zijn (op zoek naar de oorzaak) om vervolgens de gevoeligheid voor wat hij met het slachtoffer uithaalt te vergroten, gekoppeld aan afspraken met evaluatiemomenten. Het advies is om de pester even de gelegenheid te bieden om zijn leven te beteren alvorens zijn ouders bij zijn wangedrag te betrekken. Natuurlijk is dit wel afhankelijk van de ernst van het pestgedrag. Begeleiding van de pester - Praten; zoeken naar de reden van het ruzie maken/pesten (baas willen zijn, jaloezie, verveling buitengesloten voelen). - Laten zien wat het effect van zijn/haar gedrag is voor de gepeste. - Excuses aan laten bieden. - In laten zien welke sterke (leuke) kanten de gepeste heeft. - Pesten is verboden in en om de school: wij houden ons aan deze regel; straffen als het kind wel pest belonen (schouderklopje) als kind zich aan de regels houdt. - Kind leren niet meteen kwaad te reageren, leren beheersen, de stop-denk-doe-houding of een andere manier van gedrag aanleren. - Contact tussen ouders en school; elkaar informeren en overleggen. Inleven in het kind; wat is de oorzaak van het pesten? Oorzaken van pestgedrag kunnen zijn - Een problematische thuissituatie. - Voortdurend gevoel van anonimiteit (buitengesloten voelen). - Voortdurend in een niet-passende rol worden gedrukt. - Voortdurend met elkaar de competitie aangaan. - Een voortdurende strijd om de macht in de klas of in de buurt. Eventuele acties - Zoeken van een sport of club; waar het kind kan ervaren dat contact met andere kinderen wel leuk kan zijn. - Inschakelen hulp; sociale vaardigheidstrainingen; Jeugdgezondheidzorg; huisarts; GGD. 5.3 Hulp aan het gepeste kind Uiteraard moet ook hulp aan het slachtoffer worden geboden. Kinderen die voortdurend worden gepest, kunnen op verschillende manieren reageren. De meeste kinderen worden passief en zitten er duidelijk mee. Sommige gepeste kinderen gaan juist zelf uitdagen. Beide vormen van gedrag zijn aangeleerd, in de zin van reacties op uitstoting. Dit gedrag kan ook weer afgeleerd worden. In dit geval zijn bijvoorbeeld sociale vaardigheidstraining, op zelfverdediging of kanjertraining goede interventies. Begeleiding van de gepeste leerling - Medeleven tonen en luisteren en vragen: hoe en door wie wordt er gepest? - Nagaan hoe de leerling zelf reageert, wat doet hij/zij voor, tijdens en na het pesten? - Huilen of heel boos worden is juist vaak een reactie die een pester wil uitlokken. De leerling in laten zien dat je op een andere manier kunt reageren. - Zoeken en oefenen van een andere reactie bijvoorbeeld: je niet afzonderen. - Het gepeste kind in laten zien waarom een kind pest. - Nagaan welke oplossing het kind zelf wil. - Sterke kanten van de leerling benadrukken. 4

- Belonen (schouderklopje) als de leerling zich anders/beter opstelt. - Praten met de ouders van de gepeste leerling en de ouders van de pester(s). - Het gepeste kind niet overbeschermen bijvoorbeeld naar school brengen of ik zal het de pesters wel eens gaan vertellen. Hiermee plaats je het gepeste kind in een uitzonderingspositie waardoor het pesten zelfs nog toe kan nemen. 5.4 Hulp aan de zwijgende middengroep Om de zwijgende middengroep tot bondgenoot in de strijd tegen het pesten te maken zijn de volgende acties mogelijk: - Pesten aan de orde stellen in de klas bijvoorbeeld door aandacht voor dit pestprotocol en het onderwerp regelmatig terug te laten komen. Telkens in andere bewoordingen en ook gebruikmakend van verschillende werkvormen. (Zie preventief beleid) - Als een leraar met de klas spreekt over pesten, is het raadzaam geen pestsituatie in de klas als uitgangspunt te nemen, maar het onderwerp daar bovenuit te tillen. Gebeurt dit niet dan kan de klas het probleem ontkennen, bagatelliseren, het slachtoffer de schuld geven of zeggen dat het maar een grapje is. Of de pesters gaan het slachtoffer voor zijn klikken bestraffen. - Via rollenspel het buitengesloten zijn aan den lijve ondervinden. 5.5 Hulp aan de ouders In de brochure Pesten op school, hoe ga je er mee om? staan de volgende adviezen: Ouders van gepeste kinderen: a) Houd de communicatie met uw kind open, blijf in gesprek met uw kind. b) Als pesten niet op school gebeurt, maar op straat, probeert u contact op te nemen met de ouders van de pester(s) om het probleem bespreekbaar te maken. c) Pesten op school kunt u het beste direct met de leerkracht bespreken. d) Door positieve stimulering en zgn schouderklopjes kan het zelfrespect vergroot worden of weer terug komen. e) Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport. f) Steun uw kind in het idee dat er een einde aan het pesten komt. Ouders van pesters: a) Neem het probleem van uw kind serieus. b) Raak niet in paniek: elk kind loopt kans een pester te worden. c) Probeer achter de mogelijke oorzaak te komen. d) Maak uw kind gevoelig voor wat het anderen aandoet. e) Besteed extra aandacht aan uw kind. f) Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport. g) Corrigeer ongewenst gedrag en benoem het goede gedrag van uw kind. h) Maak uw kind duidelijk dat u achter de beslissing van school staat. Alle andere ouders: a) Neem de ouders van het gepeste kind serieus. b) Stimuleer uw kind om op een goede manier met andere kinderen om te gaan. c) Corrigeer uw kind bij ongewenst gedrag en benoem goed gedrag. d) Geef zelf het goede voorbeeld. e) Leer uw kind voor anderen op te komen. f) Leer uw kind voor zichzelf op te komen. 5