Vonnisnummer / Griffienummer / Rolnummer rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen Kamer AC...15 oktober 2018 Vonnis Aangeboden op Inzake het Openbaar Ministerie
en BURGERLIJKE PARTIJ(EN) : tegen : ;...In haar hoedanigheid van ouder en wettig beheerder over de persoon en de goederen van..., geboren... wonende te... burgerlijke partij, vertegenwoordigd door Meester..., advocaat te Antwerpen... geboren te... wonende te... van Belgische nationaliteit beklaagde, bijgestaan door..., advocaat te Antwerpen. TENLASTELEGGING : Als dader of mededader in de zin van artikel 66 van het strafwetboek; Aanranding van de eerbaarheid zonder geweld of bedreiging gepleegd te hebben op de persoon of met behulp van de persoon van een kind van het mannelijke of vrouwelijke geslacht beneden de volle leeftijd van zestien jaar. (art. 372 lid 1, 374 en 378 lid 1 Sw) te Antwerpen tussen 18 november 2016 en 15 december 2016, op een niet nader te bepalen datum ten nadele van..., te Antwerpen op. PROCEDURE Gezien de artikelen 1,2,3 en 4 van de wet van 4 oktober 1867, gewijzigd door de wetten van 23 augustus 1919, 19 maart 1956 en de artikelen 46 en 47 van de wet van 11 juli 1994, alsmede het bevel tot dagvaarden uitgevaardigd door de Procureur des Konings te Antwerpen dd..., waarbij verzachtende omstandigheden werden aangenomen voor de feiten waarop criminele straffen zijn gesteld, De bepalingen van de Wet van 15 juni 1935 op het taalgebruik in gerechtszaken werden nageleefd. De rechtbank nam kennis van de stukken van de rechtspleging en hoorde het Openbaar
Ministerie en de aanwezige partijen. 1. Feiten en beoordeling van schuld 1.... wordt vervolgd voor de aanranding van de eerbaarheid van een persoon jonger dan zestien jaar oud, namelijk..., vijftien jaar oud op het ogenblik van de feiten. In een ander strafrechtelijk onderzoek werd. geïdentificeerd als een slachtoffer van mensenhandel met het oog op prostitutie door zogenaamde tienerpooiers (ook wel loverboys genoemd). Op basis van telefoniegegevens werd een lijst met mogelijke klanten van haar opgesteld en vervolgens werden de foto s van deze mogelijke klanten aan haar getoond. In haar verhoor van 5 april 2017 verklaarde zij met betrekking tot een foto van...: Deze persoon herken ik als een klant. Ik heb daar seksueel contact mee gehad, in de zin van penetratie. Hij was niet op de hoogte van mijn leeftijd. 2. In zijn verhoor op... gaf. aan meermaals contact te hebben opgenomen met het telefoonnummer dat het voorwerp uitmaakte van het telefonie-onderzoek, met het oog op het beleggen van een afspraak voor seksuele diensten. Hij herkende ook de dame waar hij mee had afgesproken, door hem gekend als... Zowel in zijn verhoor als getuige op., in zijn verhoor als verdachte op., als bij de behandeling ten gronde stelt... formeel nooit te hebben geweten dat. minderjarig was. 3. Het openbaar ministerie verwijst naar een foto van. in het strafdossier op basis waarvan een potentiële prostitutieklant minstens getwijfeld zou moeten hebben over de leeftijd van... en zich dus van haar meerderjarigheid zou moeten vergewist hebben, bijvoorbeeld door haar identiteitsgegevens te controleren. Het strafdossier bevat een foto van., doch deze foto valt buiten de context van prostitutie en geen enkel dossiergegeven toont aan wanneer deze foto werd genomen. Daar staat tegenover dat uit het strafdossier tevens blijkt dat potentiële prostitutieklanten bij. terechtkwamen via een contactadvertentie onder de naam. met een leeftijd van 21 jaar en/of., 24 jaar. Bijkomend vermeldt de contactadvertentie op naam van. dat ze van Italiaanse afkomst is en studeert aan de Universiteit Antwerpen. 4.. betwist niet dat. slechts vijftien jaar oud was op het ogenblik van het seksueel contact. Hij stelt echter niet geweten te hebben dat ze minderjarig was en beroept zich hiervoor op de onoverwinnelijke dwaling. Een vergissing, dwaling, met betrekking tot een constitutief element van het misdrijf sluit de schuld van de beklaagde slechts uit indien de dwaling onoverwinnelijk is. Dit betekent dat
de vergissing niet berust op een fout van de beklaagde en dat ieder redelijk en vooruitziend persoon in dezelfde omstandigheden dezelfde vergissing zou hebben kunnen maken. Het openbaar ministerie en de burgerlijke partij stellen dat de omstandigheden van de ontmoeting van. met. hem ertoe hadden moeten brengen zich te vergewissen van haar meerderjarigheid, door haar identiteitskaart te vragen en te controleren. Vooreerst wordt niet aangetoond dat de fysieke kenmerken van.. redelijkerwijze hadden moeten doen twijfelen over haar meerderjarigheid. Verder kunnen niet enkel de officiële identiteitsgegevens van. de dwaling van. onoverwinnelijk maken, maar ook overeenstemmende feitelijke elementen. In deze legde. contact met. via een relatief professionele site voor escorte-diensten, vermeldde de advertentie uitdrukkelijk dat de dame 24 jaar oud was en studeerde aan de universiteit.. verklaarde reeds op. dat... hem vertelde dat ze het geld nodig had voor haar studies. Tevens maakte ze gewag van studies psychologie.. verklaarde uitdrukkelijk dat. niet op de hoogte was van haar leeftijd. In deze omstandigheden staat niet vast dat. niet in een onoverwinnelijke dwaling verkeerde met betrekking tot de leeftijd van., zodat de feiten van de tenlastelegging hem niet kunnen worden toegerekend. 2. Burgerlijke vordering 5. Gelet op de vrijspraak op strafgebied, is de burgerlijke vordering ongegrond. TOEGEPASTE WETTEN De rechtbank houdt rekening met de volgende artikelen die de bestanddelen van de misdrijven en de strafmaat bepalen, en het taalgebruik in gerechtszaken regelen: artikelen 162, 185, 191, 194 van het Wetboek van Strafvordering, artikelen 1, 3, 7 van het Strafwetboek, artikelen 11, 12, 14, 31, 32, 34, 35, 36, 37 en 41 der wet van 15 juni 1935, gewijzigd door de wet van 3 mei 2003; de verordeningen van de Raad van de ministers nr. 974/98 dd. 3/5/1998 en nr. 1103/97 dd. 17/6/1997 en de wetten van 26/06/2000 en 30/06/2000 betreffende de invoering van de euro, artikelen 3 en 4 der wet van 17 april 1878, UITSPRAAK De rechtbank vonnissende op tegenspraak opzichtens. en. in haar hoedanigheid van ouder en wettig beheerder over de persoon en de goederen van de minderjarige., Op strafgebied
Spreekt... voor de tenlastelegging VRIJ en stelt hem buiten zake zonder kosten. Legt de kosten van het geding ten laste van de Staat. Op burgerlijk gebied Verklaart de eis van de burgerlijke partij ontvankelijk doch ongegrond, gelet op de vrijspraak op strafgebied. Verwijst de burgerlijke partij tot de kosten van haar aanstelling. oooo Alles wat voorafgaat is, overeenkomstig de bepalingen der wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, in de Nederlandse taal geschied. Aldus gewezen door de hiernavermelde rechters die de zaak behandeld hebben en aan de beraadslaging hebben deelgenomen, en uitgesproken in openbare terechtzitting door de Voorzitter op vijftien oktober tweeduizend achttien in aanwezigheid van het Openbaar Ministerie en de griffier., voorzitter van de kamer, rechter, rechter,, rechter, Het lid van het openbaar ministerie vermeld in het proces verbaal van de terechtzitting, griffier.