iii Historische hebreeuwse gevelstenen in Amsterdam



Vergelijkbare documenten
Waarom doet Hij dat zo? Om de diepste bedoeling van Gods geboden aan te geven. Daar kom ik straks op terug. Hij geeft in de Bergrede de beloften en

1. Gods eigendom. Op Toonhoogte 265

Hebreeuws op Straat Opschriften in het openbaar

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

Jezus, het licht van de wereld

18. Evangelist in eigen land 19. Onder Jezus zegen Een bereide plaats 20. Water 21. Een gebed om de Heilige Geest Doorwaai mijn hof 22.

1. De God van Jakob. Lezen: Psalm 146

BIJBELSTUDIES VOOR JONGE GELOVIGEN LES 1. Les 1 - De oorsprong van de Bijbel. In deze bijbelstudies wordt gebruik gemaakt van de NBG-vertaling

God dus we kunnen zeggen dat het Woord er altijd is geweest. Johannes 1:1/18

3. Jezus is een Jood Romeinen 15:7-13, Mattheüs 5: De verwachting van de Messias in het Oude Testament...

Openluchtdienst! speelruimte om te leven!

Gemeente. Zijspoortje. De Bijbelse Encyclopedie leert ons dat het woord kerk afgeleid is van het Griekse woord [kuriakè], dat des Heren betekent.

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

Is Jezus de Enige Weg? Is het christendom de enig ware religie?

Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het jodendom. Naam:

LEVITICUS 23:40. etrog en lulav

De kern van het christelijke geloof

zus van Maria, de moeder des Heren. Dat blijkt uit Johannes 19:25 waar staat: Johannes, de discipel die Jezus liefhad.

Sexualiteit en de Bijbel

10 redenen voor de komst van de Heere Jezus

GOD TEST ABRAHAM S LIEFDE

NOTA EFEZIËRS 1,7-10 IN DE NIEUWE BIJBELVERTALING

Bezinningsbijeenkomst H.A. d.d. 11 september 2014.

De brief aan de Hebreeën. C. Noorlander

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

En bij het kruis van Jezus stonden Zijn moeder, de zuster van Zijn moeder, en Maria, de vrouw van Klopas, en Maria Magdalena.

Paasmorgen 2011 in de Open Hof te Drunen Voorganger ds. M. Oostenbrink Organist dhr. B. Vermeul Mmv zanggroep Joy. De tuin van de Opstanding

HC zd. 6 nr. 32. dia 1

LIEDERENBLAD TIME 2 SING 18 september 2011 Thema: Je steentje bijdragen. Refrein

Succesvolle gemeenten

Mag ik jou een vraag stellen?

Uitvaart. Orde I Gebedsdienst. Allen staan terwijl de gestorvene wordt binnengedragen Kaarsen kunnen worden aangestoken

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente

Orde I Schrift, zegen en gebed

Geloof Brengt Verandering Toets 1 - antwoorden

Doel van Bijbelstudie

DIENST VAN SCHRIFTLEZING EN GEBED. 11 januari Eerste Zondag na Epifanie De doop van de Heer in de Jordaan

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Zaak A 98/2 Campina Melkunie / Benelux-Merkenbureau

Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker, verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

INHOUD. Citaten : Statenvertaling 1977 Aanbevolen websites: www:mybrethren.org/index.html

DE HEILIGE GEEST OVERTUIGD VAN RECHTVAARDIGHEID

Zondag 28 gaat over het Heilig Avondmaal (1)

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

Memoriseer elke dag een tekst. Dit heb ik u geschreven, die gelooft in de naam van de Zoon Gods, opdat gij weet, dat gij eeuwig leven hebt.

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. A. Prins (Vriezenveen)

Welkom! Wat fijn dat u bij ons in de kerk bent! Met dit kleine boekje willen we u graag vertellen wie we zijn, hoe we dingen doen en wat ons drijft.

Jezus volgen! Echt? Het evangelie naar Johannes 6: dinsdag 2 juni 2015

Vijf redenen waarom dit waar is

De Bijbel zegt JHWH, de Vader, is de enige God!

Waar in de Bijbel vraagt God aan Abraham om een opmerkelijk offer? Genesis 22. Abraham wordt door God op de proef gesteld!

Heilige Mis ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie in de St.Lambertuskerk te Swalmen

De schepping van de mens Studieblad 6

De Heer is God! Dertien Bijbelstudies bij Psalm 100

Romeinen 3: Wat is dan het voorrecht van de Jood, of wat is het nut van de besnijdenis? 2 Velerlei in elk opzicht. In de eerste plaats [toch]

VAN SYNAGOGE VIA PAKHUIS NAAR SJOELBRIELLE Riet de Leeuw van Weenen-van der Hoek

Terug naar de Essentie

De hemel geeft wie vangt die heeft. God is een royale en gevende God. En aan ons mensen geeft Hij de keus, om Zijn gaven aan te nemen of niet.

Geloof tegenover gevoelens

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

OM TE BEGINNEN Welkom en mededelingen Muziek Allen gaan staan. Genade zij u en vrede van God onze Vader en van Jezus Christus, onze Heer!

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 dinsdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

- 1 - Zeven belangrijke woorden des levens. Wie het leven wil liefhebben en goede dagen wil zien hij wijke van het kwade en doe het goede.

Wie is er nou blind? Het evangelie naar Johannes 9:

Stel jezelf niet onder de Wet!

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14

De Heilige Geest in het Oude Testament

De Bijbel open (12-10)

GROTE VERRASSING Efeze 3:9; Colosse 1:26

Thema: Waar religie en wetenschap elkaar ontmoeten, deel 2: de Bijbel als medicijn.

Het nieuwe verbond. Stap in je geloof

Tjimmie van der Wal: Zodra iedereen binnen is beginnen we met:

Een Persoonlijke Bijbelstudie

Doctrine van de Heilige Geest. Wie is de Heilige Geest?

Voor christenen is de Bijbel met name een geloofsboek. Dat betekent

Jezus en jij. Tekst: Willem de Vink. Illustraties: Arjan Wilschut, Timo Visser en Willem de Vink

Gods verbondsbeloften aan Abraham deel 1

ESTAMEN E TESTAM KTISCH HEMA TORAAL UEEL GEREN BESPREKIN 42 focus

De handschriften van Ets Haim/Livraria Montezinos en de boekcultuur van de Amsterdamse Sefardim

Het nieuwe verbond. Stap in je geloof

Plaatsingslijst van de collectie Gemeentecommissie van de Hervormde gemeente te Leiden

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

ZONDAG 17 november Wie is arm wie is rijk?

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. I. Pauw (Eindhoven)

EEN BIJBEL DIE GODS NAAM EERT

De gelijkenis van de verloren zoon.

Handreiking bij 40 DAGEN GEBED voor groep 4-8 van de basisschool

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

Neem nu even tijd om de Heilige Geest te vragen je te helpen bij deze studie en inzicht te geven in zowel het Woord als in je eigen leven.

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. L.P. Blom

Heer, U zocht mij, toen ik was weggegaan U bracht mij veilig in Uw gezin U vergaf mij, mijn schuld is weggedaan U gaf mijn leven een nieuw begin

Preek Psalm 78: september 2015 In het spoor van Opening winterwerk Spiegelbeeld I

Liturgie avonddienst Westerkerk zondag 30 augustus 2015 Zingen (staande): Psalm 62 : 1,4 (NB) 1.Mijn ziel is stil tot God mijn Heer, van Hem verwacht

Bijbelteksten Feest van Genade

Met welk doel wil God Zijn kinderen leiden?

In welk Bijbelverhaal lezen wij over de geboorte van Izak? Waar kunnen wij in de Bijbel vinden dat Sara onvruchtbaar was?

Wie kwaad smeden, komen zij niet op een dwaalweg? Wie goed doen, oogsten zij geen liefde en trouw?

Wesleyaanse geloofsfundamenten voor de 21 e eeuw

Bewaar uzelf in de liefde Gods

- 1 - Wie het leven wil liefhebben en goede dagen zien die moet zich afkeren van het kwaad en het goede doen. Zeven belangrijke woorden des levens

OPENING VAN DE VIERING

Transcriptie:

de inwijding plaats. De naam van de initiatiefnemer voor de bouw van de synagoge, de in Portugal geboren opperrabbijn Ishac Aboab da Fonseca, zit verborgen in de laatste twee woorden:. Te mooi om nog te veranderen! In de inventarisatie van Hebreeuwse opschriften waaraan dit boekje is gewijd komen vele chronogrammen voor; ze komen zowel van monumenten als van ingangspartijen en gevelstenen op synagogen. Na wat hierboven is uitgelegd kunnen ze voor de lezer geen geheimen meer hebben. Wim Delsman iii Historische hebreeuwse gevelstenen in Amsterdam Dr. Marcus Boas interesse voor historisch Joods Amsterdam NB: Technische beperkingen noodzaakten ons in onze teksten het vocalisatieteken van de cholem (o) te gebruiken voor de markering van de chronogrammen. Zoals verschillende afbeeldingen laten zien, zijn de teksten zelf daarin vaak veel duidelijker. Literatuur B. Grothues, Het excellente chronogram, ao-reeks nr. 1694, Stichting ivio; Lelystad 1977. h e b r e e u w s o p s t r a a t 24

afbeelding IV afbeelding V Op de gouden medaille die de Universiteit van Amsterdam in 1903 aan Marcus Boas (1879-1941) toekende voor zijn inzending over de klassiek Griekse dichter Simonides thans in bruikleen bij het Koninklijke Penningen Kabinet, Geldmuseum, Utrecht prijkt aan de ene kant het wapen van de Stad Amsterdam en aan de andere kant de naam van de prijswinnaar Marcus Boas Amstelodamensis, van Amsterdam. Amsterdammer was hij en zou hij zijn leven lang blijven. In 1906 promoveerde hij, voortbouwend op het onderwerp van de prijsvraag, op een proefschrift getiteld De Epigrammatis Simonidei. Later bleek ook dat de wetenschappelijke verdienste van de privaatdocent klassieke talen, die hij werd, op het gebied van de klassieke filologie zou liggen. Hij was niet voor niets een vooraanstaand lid van de Philologische Kring. En het was voor hem vanzelfsprekend dat hij ook lid was van het Genootschap Amstelodamum en van het Genootschap voor de Joodse Wetenschap in Nederland. Zijn belangstelling voor de Amsterdamse gevelstenen en in het bijzonder die met een Hebreeuwse tekst concretiseerde zich in artikelen in maandblad en jaarboek Amstelodamum. Zijn dochters maakten beiden melding van zijn verdiensten op dit gebied. In het artikel over Hebreeuwse gevelstenen in Amsterdam dat dr. Marcus Boas in 1938 voor het Jaarboek Amstelodamum schreef gaan zijn genoemde interessegebieden samen. Het artikel heeft een wat breedvoerige stijl en daarom vatten we het hier samen. Aanleiding voor zijn bijdrage was een zeer summier bericht over een nieuwe Hebreeuwse gevelsteen in de Amsterdamse Sint-Luciënsteeg, voorjaar 1937. Deze steen van 1662 bevindt zich thans in de muur van de toegangspoort van de Synagoge van de Portugees-Israëlietische Gemeente (pig), de befaamde Esnoga of Snoge aan het Mr. Visserplein in Amsterdam. Dat geldt ook voor drie andere gevelstenen die Boas noemt. De twee laatste die hij vermeldt bevinden zich respectievelijk in het oorspronkelijke pand in de Nieuwe Kerkstraat, en in de collectie van het Joods Historisch Museum. 1 De gevelsteen van Abraham en Isaac Pereyra (5422/1652) Boas schrijft : De Hebreeuwse tekst (...) van den steen behelst vier woorden, en wel de eerste woorden, tevens het eerste hemistichium van het bijbelvers Ps. 16 vs. 8, dat in zijn geheel ( ) in de Statenvertaling Ik stel mij den Heer geduriglijk voor mij; omdat hij aan mijne regterhand is, zal ik niet wankelen ( ) luidt. Ik stel mij den Heer voortdurend voor oogen was dus het richtsnoer zijns levens, dat de bouwheer in den gevel van zijn huis deed plaatsen. Fraai zijn de letters, harmonisch de plaatsing der vier woorden ten opzichte van elkander. De spil der inscriptie vormt het tweede woord van het vers, des Heeren naam, die door slechts één letter, ten teken van afkorting door twee stippen gekroond, wordt geschetst: zomin als de orthodoxe Jood overeenkomstig het voorschrift der wet den verheven naam onnodig of overbodig uitspreekt, schrijft hij hem evenmin voluit, althans voor profaan gebruik. (Vgl. het volledige tetragrammaton in de gevelsteen van (ooit) Bergstraat 14, Amstelodamum, maandblad, p. 137) ( ) Voorts is alleen op de tweede regel het laatste woord der spreuk, het bijwoord van tijd tamid steeds geplaatst, geflankeerd door de jaaraanduiding ann [boven de tweede N een minuscuul kleine o] 5422: men krijgt de indruk, dat de steenhouwer slechts ternauwernood daarvoor aan weerszijden van het tekstwoord de nodige ruimte vond. Vervolgens behandelde Boas de herkomst van de steen, uit het huis Waterlooplein 13 (vroegere benaming en nummering: Houtgracht Q 233). De oorspronkelijke bezitters van de panden 13 en 11 waren bekend. Stichters van beide huizen waren vermogende en invloedrijke Portugees-Israëlietische kooplieden Abraham en Isaac [de] Pereira, die beide percelen lieten bouwen, om in perceel 11 een suikerraffinaderij en in perceel 13 hun woonhuis te vestigen. ( ) Abraham Pereyra was o.a. in 1675 een der bouwheren van de Portugees-Israëlietische Synagoge. Maar hij was ook, voegen we nu toe, een van de stichters van een jesiba, zeg maar studiehuis, in Hebron (1659). Hij hechtte zo veel geloof aan de messiaanse pretenties van Sjabtai Tsvi uit Smyrna dat hij uit Amsterdam vertrok op weg naar het Heilige Land, maar in Italië een tijd bleef steken en weer terugkeerde naar Amsterdam, toen het drama was afgelopen. Boas ging op zoek naar meer gegevens over de Pereyra s en raadpleegde J.S. da Silva Rosa (1886-1943), de bibliothecaris van Ets Haim, waardoor hij te weten kwam dat er twee Spaanse werken van Abraham bekend zijn, te weten: een uit 1666(!): La Certeza del Camino. Compuesta por Abraham Pereyra. Dedicada al Senor Dios de Israel, en Lugar de sacrificio sobre su Ara, por expiacion de peccados del Autor. Amsterdam 5426 [=1666] ( De Zekerheid van de Weg. Samengesteld door Abraham Pereyra, opgedragen aan de Heer de God van Israel als een offer op zijn altaar, ter verzoening voor de zonden van de auteur ). De toevoeging op het titelblad zou kunnen doen vermoeden dat er een relatie tussen de auteur en zijn geloof in Sjabtai Tsvi zou bestaan, maar volgens Gershom Scholem, de autoriteit op dit gebied, is er geen sprake van enige zinspeling op een verband. Het tweede Spaanse werk van Abraham Peryra is van 1671: Espejo de la Vanidad del Mundo ( Spiegel van de ijdelheid der wereld ). In dit laatste werk vindt Boas dan aan het eind van de dertien artikelen van het Joodse geloof Pereyra s volgende vermaning: en opdat gij beter begrijpt tegen wie gij schandelijk h e b r e e u w s o p s t r a a t 26 historische hebreeuwse gevelstenen in amsterdam 27

IV Dr. Marcus Boas (1879-1941) V 1 Zie ook hetgeen Jaap Meijer schrijft naar aanleiding van de gevelsteen in Het verdwenen Ghetto (1948), 18-20. zondigt en wie gij trouw met innige liefde moet dienen, overweeg wat Koning David heeft gezegd: Ik stelde mij de Heer voortdurend voor ogen dat wil zeggen, ik stel mij de hoogste macht van de Oorzaak der oorzaken voor ogen, welke zich verbreidt en uitstrekt over al haar voortbrengselen, en aan deze haar genade en heerlijkheid meedeelt (vertaling Boas). Het lijkt erop dat Pereyra zich na het Sabbatiaanse avontuur weer concentreerde op het klassieke Jodendom en met deze woorden, bewust of onbewust, zijn huistekst als richtsnoer aanbeval. 1 De gebroeders Pereyra kunnen, zo schrijft Boas, in weerwil van hun belezenheid, uiteraard bezwaarlijk als de eigenlijke pioniers gelden, die een bijbelvers of een half bijbelvers, dat zij tot hun lijf- en huisspreuk stempelden, hadden opgedolven. Veeleer mag worden aangenomen, dat wie weet hoe lang te voren reeds het verzelfstandigde hemistichium een gangbare munt was in de Joodse religieuse literatuur. ( ) Anderzijds echter ( ) wordt bij de tot mystiek geneigde Oosteuropese Joden de bewegingskring der verzelfstandigde spreuk ( ) verengd, en hare toepasselijkheid beperkt tot één geestelijke uiting van de mens, zijn gebed: ik stel mij de Heer voortdurend voor ogen bij het gebed. Uit deze opvatting ontwikkelde zich nu het Oosteuropese gebruik, zich de spreuk zelf, in letterlijke zin, voortdurend voor ogen te stellen, hetgeen deze praktische en technische vorm aannam, dat men het gebedenboek van een los perkamenten of papieren inlegblad voorzag, beschreven resp. bedrukt met de onderhavige spreuk als kernspreuk, en verder met andere Bijbelspreuken, veelal getekend in de gedaante van een luchter. Zo werd het Bijbelcitaat in stede van een verzekerdheid van godsvertrouwen een vermaning tot concentratie bij het gebed. De Bibliotheca Rosenthaliana, de Bibliotheek van het Portugees-Israëlietisch Seminarium Ets Haim, zowel als de heer S. Seeligmann bezitten van dergelijke inlegbladen een aantal exemplaren. Noch als bidblad noch als bladwijzer zijn zij op te vatten; op den duur moesten zij bovendien een apotropaeisch karakter erlangen. Dit amulet-achtige gebruik van Psalm 16:8a, dat naar het eerste woord Sjiwwiti is gaan heten, heeft in Oosteuropese synagogen een centrale plaats op de lessenaar van de voorganger gekregen, een gebruik dat men naar elders meenam. En zo heeft de spreuk in haar beperkte betekenis, ook in Amsterdam haar intrede gedaan; men treft haar aldus aan o.a. in het bedehuis met de Oosteuropese ritus, Nieuwe Kerkstraat 149, dat enige tientallen jaren geleden door Russische en Poolse emigranten is gesticht. En Boas wijst dan op het gebruik van de tekst als wandspreuk in de synagoge Linnaeusstraat (1927) en in de Lekstraat Synagoge (november 1937). Ook de Uilenburgersynagoge kent (nu) zo n wandspreuk. Tenslotte valt nu op te merken dat de vorige en de nieuwe liberale Synagoge in Amsterdam ook de tekst gebruikten h e b r e e u w s o p s t r a a t 28 historische hebreeuwse gevelstenen in amsterdam 29

zij het op de buitenmuur. De tekst die de Pereyra s in Amsterdam als motto kozen in 1662, werd in 2010 gekozen als treffende tekst voor de synagogale nieuwbouw; men zie het desbetreffende lemma over de nieuwe liberale Synagoge in deze uitgave. afbeelding VI 2 5531 De tweede gevelsteen waarop Dr. Boas wijst (nu ook in de poort van de pig) is die op Waterlooplein 55-57, waarvan de letters even fraai zijn als die van nr. 13, maar slechts met de Hebreeuwse weergave, resp. vertaling van Anno Mundi 5531 (= 1771/2). Dus: 5531 van de schepping. afbeelding VII 3 Sa adat zeqenim / Sa adas zekeinim De derde gevelsteen die Boas en passant behandelt is de steen die in zijn tijd nog zich bevond in een dubbelpand Rapenburgerstraat 34-36 (het werd gesloopt in maart 1945, de steen bleef bewaard en later ook ingemetseld in de poort van de pig), een steen met het jaartal 17 92 waartussen de beide Hebreeuwse initialen waardoor een pieuse vereniging wordt aangeduid en verder in Hebreeuwse letters zowel de naam der vereniging dat is steun der bejaarden, als het jaartal [5]552. Hier wordt de herinnering bewaard aan een eens invloedrijk krachtig genootschap, dat zelfs in andere steden van ons land filialen bezat. Met name dankzij Carel Reijnders en Shlomo Berger weten we inmiddels meer over dit genootschap, dat in 1754 werd gesticht en waarvan het reglement in het Jiddisch (Amsterdam, 1768, uniek exemplaar in de Bibliotheca Rosenthaliana) bewaard is gebleven. De instelling zorgde voor een klein pensioen voor leden van 60 jaar en ouder, maar werd ook bekend door de inspanningen voor een reizende synagoge (inventaris) in marktplaatsen zonder synagoge. Vooralsnog is het onduidelijk tot wanneer het genootschap functioneerde. (Ons Amsterdam, januari 2000; Gids voor onderzoek naar de geschiedenis van de joden in Nederland, Amsterdam 2000, p. 66-72). VI VII afbeelding VIII 4 Fernandes Nuneshuis Vervolgens vraagt Boas dan aandacht voor het pand Nieuwe Kerkstraat 16. Een [in 1938] nog bestaand hofje, ten behoeve van bedaagde vrouwen der Portugees-Israelietische gemeente, uiterlijk een gewoon woonhuis, met een gevelsteen met Hebreeuwse en Nederlandse tekst. De tekst van de gevelsteen wordt ook hier door een gemarkeerd bijbelvers gevormd, doch draagt in tegenstelling tot de boven h e b r e e u w s o p s t r a a t 30 historische hebreeuwse gevelstenen in amsterdam 31

besproken bijbelcitaten een sterk persoonlijk karakter, gelijk dit in opschriften van hofjes en stichtingen meermalen het geval is. Zie verder over deze steen het desbetreffende lemma in deze publicatie onder Amsterdam, Centrum 7. afbeelding IX 5 Saligheyt De gevelsteen van Zwanenburgwal 38 stamt mogelijk ook uit dezelfde tijd als de eerste hier behandelde steen, want de huizen 40 en 38 vormden oorspronkelijk een geheel en het is merkwaardig, dat ook zij ( ) ten behoeve van een suikerraffinaderij, en wel in het jaar 1657, zijn gesticht eveneens door een Portugeesch-Israëlietisch koopman, Isaac Mocado (bij Da Silva Rosa, p. 31 luidt de naam Mocatta), in wiens familie de perceelen bleven tot in de tweede helft der 18e eeuw ( ). Het bijbelvers, dat hier gebezigd is, treft men aan Gen. 49 v. 18, en de Nederlandsche tekst beantwoordt geheel aan de Statenvertaling. ( ) Voor ons doel kunnen wij volstaan de discrepantie waarop de heer I.L. Seeligmann [de latere Bijbelgeleerde in Jeruzalem, 1907-1982] mijn aandacht vestigde te constateeren tusschen de Joodsche opvatting van het vers, die uiteraard de stichter van den steen voorstond op uw hulp hoop ik, Heer, en de door hem werktuiglijk toegevoegde Nederlandsche Statenvertaling: op uw zaligheid wacht ik, Heer waaruit een Christelijke zin spreekt. Hoewel het nog niet uitgemaakt is dat het bij deze steen inderdaad om een citaat uit de Statenvertaling gaat (hetgeen Boas aanneemt) is het wel typerend dat hier salichheyt wordt gebruikt en dat woord bij de Statenvertalers een christelijke aantekening oplevert: Het Hebreeuwsche woord beteekent of tijdelijke verlossing en behoud, of eeuwige (zie ook Lukas 19:9), of beiden tezamen, gelijk Ps. 37:39, en hier! Juist dát woord en niet bij voorbeeld hulp of uitredding zou inderdaad uit een christelijke context kunnen komen. Maar vooralsnog konden we niet vaststellen uit welke vertaling de Nederlandse tekst op deze steen stamt. De steen, die nu ook in de poort van de PIG is opgenomen, toont duidelijk inhoudelijke verwantschap met de spreuk uit de Psalmen van de eerstgenoemde steen, uit 1662, van Boas artikel. X IX afbeelding X 6 Abrahams offerande De zesde steen. Dr. Boas: Eigenlijk is er nog slechts één gevelsteen over: St. Anthoniebreestraat 23 in vernieuwd perceel (vroeger C 17) met de geliefde voorstelling van Abrahams offerande ( ) met een Hebreeuws onderschrift dat het binden (ten offer) van Izaak betekent. Bij dat laatste verwijst Boas naar de Joods traditionele benaming voor het verhaal van Genesis 22:. VIII h e b r e e u w s o p s t r a a t 32 historische hebreeuwse gevelstenen in amsterdam 33

Deze bijdrage aan Hebreeuws op Straat is een summiere weergave van het lange artikel De nieuwe Hebreeuwsche gevelsteen in de Sint-Luciënsteeg van Dr. M. Boas dat verscheen in het Jaarboek Amstelodamum 1938 (p. 109-122). Het artikel hier is een samenvatting, maar wel zo dat enerzijds de stijl van Dr. Boas enigszins behouden bleef, en anderzijds actuele informatie de lezer van nu niet wordt onthouden. Daarbij gaat speciale dank uit naar de heer Onno Boers, secretaris van de Vrienden van de Vereniging Amsterdamse Gevelstenen; verder naar de heer David Cohen Paraira (Amstelveen) mevrouw Raya Lichansky (Amsterdam) en het Joods Historisch Museum voor de foto s. Merkwaardig blijft dat M. Boas in het artikel geen melding maakte van de tekst op Nieuwe Herengracht 33 ( Mishenet zequenim ). Maar mogelijk viel deze tekst niet onder het begrip gevelsteen ; zie het betreffende lemma bij Amsterdam, Centrum. Tegenwoordig behoort deze steen tot de collectie van het Joods Historisch Museum, inv. nr. 00634, zij het in semi-permanente bruikleen aan het Tropenmuseum. Een kopie van de steen is aangebracht in de hal van de nieuwbouw St. Anthoniebreestraat 27-37. Hommage In Hakehilla, het blad van de Joodse Gemeente Amsterdam, van mei 1994 schreef dr. Henriette Boas (1911-2001) oudste dochter van dr. Marcus Boas, over Amsterdamse gevelstenen gebaseerd op Tenach, mede naar aanleiding van het toen juist verschenen boek De gevelstenen van Amsterdam door Onno W. Boers. Het artikel was ook bedoeld als eerbetoon aan haar vader die op 4 mei 1941 overleed in zijn huis in de Den Texstraat. Behalve een aantal algemene inleidende opmerkingen en een opsomming van de 32 gevelstenen die Boers noemt met betrekking tot Tenach, gaat ze in op gevelstenen van Joodse oorsprong, hetgeen praktisch neerkomt op een zeer korte samenvatting van het artikel van haar vader uit 1938. Uiteraard met enkele aanvullingen, waaronder de mededeling dat in 1955 de steen van Abraham en Isaac Pereyra (1662) van de muur van de St. Luciënsteeg op initiatief van prof. J.A. van Praag overgebracht werd naar de toegangspoort van de PIG en dat die daar werd onthuld door haar moeder, mevrouw J. Boas-Snuyff. Vorig jaar vatte Marcus Boas jongste dochter Paula Frank-Boas (1916) in Haifa het artikel van haar vader in twee pagina s samen voor de lezers van Aleh, het blad van de Irgoen Ole Holland, de Nederlandse immigrantenvereniging in Israël, voorzien van oorspronkelijke illustraties. En zo eerden zijn echtgenote en zijn beide dochters naar aanleiding van zijn studie van Amsterdamse Hebreeuwse gevelstenen de gedachtenis van dr. Marcus Boas, de Amsterdammer. F. J. Hoogewoud iv Twee bijzondere gevallen h e b r e e u w s o p s t r a a t 34