Liturgie 2 maart 2018. Stilte vooraf. - Laten we stil worden om in Gods aanwezigheid te zijn. Inleiding. Het thema voor dit jaar is Onvoorwaardelijke liefde. Aanstaande zondag de derde zondag in de veertigdagentijd wordt Oculi genoemd. De kerk leest op deze zondag Psalm 25 vers 15 Mijn ogen zijn op U gericht. Maar we lezen ook dat Jezus in de tempel iets heel anders aantreft. De ogen van de mensen zijn gericht op geld en bezit. God roept ons allen op om onze ogen op Hem te richten. Het thema van deze avond is Sterk zijn. Uitleg bij de bloemen. De takken zijn samen gebundeld zodat we sterk mogen zijn samen met God. De bloemen kijken omhoog als onze ogen die op God gericht zijn. Wij leven vol hoop en verwachting Totdat God ons voor altijd bevrijdt Hij brengt ons naar zijn bestemming Voor altijd in Zijn nabijheid Kaarsen aansteken. Bemoediging. God heeft beloofd dat aan de ballingschap een eind zou komen en dat Hij hen terugbrengt naar hun geliefde land. Deze belofte hield hen op de been en gaf hen hoop voor de toekomst. Daardoor kregen vermoeide en onderdrukte mensen weer nieuwe moed. God is de onuitputtelijke Bron van kracht! Als je daar hulp zoekt zul je niet teleurgesteld worden. De hoop die God geeft maakt je sterker dan de sterkste mens. Hoe groot je uithoudingsvermogen ook is, zónder God zal je het niet redden. Maar wie hoopt op de HEER krijgt nieuwe kracht. Nieuwe kracht voor elke dag. Wat een bemoediging voor ons. Zó gaat God met zijn kinderen om. Hij is er niet alleen tijdens het moment van redding. Hij is er juist óók tijdens het wachten. Hij geeft ons hoop voor de toekomst, die hoop mag ons op de been houden. We weten immers zéker dat het werkelijkheid zal worden wat God ons heeft beloofd. 1
Klein Gloria. Ere zij de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Als in de beginne, nu en immer en van eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen. Drempelgebed. LIEFDEVOLLE GOD GEEF ONS EEN RUIM HART OM LIEF TE HEBBEN Geef ons een sterk hart om te strijden. Maak ons tot nieuwe mensen scheppers van een nieuwe geschiedenis, nieuwe mensen die hun bestaan beleven als het risico van een verre tocht. LIEFDEVOLLE GOD, MAAK ONS TOT NIEUWE MENSEN HOOPVOL STIJDEND OP WEG Begerig naar waarheid, nieuwe mensen zonder rem of keten, vrije mensen die vrijheid eisen. LIEFDEVOLLE GOD MAAK ONS TOT NIEUWE MENSEN GRENZELOOS LIEFHEBBEND Niet gebonden aan rassen plaatsen, nieuwe mensen zij aan zij met allen hun brood en onderkomen delen. AMEN. Zingen lied 534 Hij die de blinden weer liet zien hun ogen kleur liet ondervinden is zelf het licht dat ruimte geeft ons levenslicht, de Zoon van God. Hij die de lammen lopen liet hun dode krachten deed ontvlammen is zelf de weg tot waar geluk ons levenspad, de Zoon van God. Hij die de armen voedsel gaf met overdaad hen kwam verwarmen is zelf het brood dat honger stilt ons levensbrood, de Zoon van God. 2
Psalmengebed Psalm 63 vers 2 8 O God, Gij zijt mijn God, U zoek ik, mijn ziel dorst naar U, mijn vlees smacht naar U in een dor en dorstig land, zonder water. Zo heb ik U in het heiligdom aanschouwd, ziende uw sterkte en uw heerlijkheid. Want uw goedertierenheid is beter dan het leven, mijn lippen zullen U roemen. 2 Zo wil ik U prijzen mijn leven lang, in uw naam mijn handen opheffen. Als met vet en merg word ik verzadigd, mijn mond looft met jubelende lippen wanneer ik Uwer gedenk op mijn legerstede, in nachtwaken over U peins. Want Gij zijt mij een hulp geweest, in de schaduw van uw vleugelen jubel ik. Zingen Psalm 63 vers 1 en 2 Mijn God, Gij zijt mijn toeverlaat, naar U Heer, strekt zich mijn verlangen. Mijn hart wil niets dan U ontvangen, die leven zijt en leven laat. O Heer, mijn ziel en zinnen smachten en dorsten naar U in een land, waarop de zon verzengend brandt, schenk Gij mijn leven nieuwe krachten. Eens zag ik in uw tempelhof U in uw glorie hoogverheven, wiens gunst mij meer is dan het leven, mijn lippen stamelden uw lof. Mijn leven lang wil ik U prijzen, Uw naam aanbidden, want Gij voedt mij met uw kracht, Gij schenkt mij moed. O Heer, ik wil U dank bewijzen. Schriftlezing Johannes 2 vers 13 22 En het Pascha der Joden was nabij en Jezus ging op naar Jeruzalem. En Hij vond in de tempel de verkopers van runderen en schapen en duiven, en de wisselaars, die daar zaten. En Hij maakte een zweep van touw en dreef allen uit de tempel, de schapen en de runderen: en het geld van de wisselaars wierp Hij op de grond en hun tafels keerde Hij 3
om. En tot de duivenverkopers zeide Hij: Neemt dit alles hier vandaan, maakt het huis mijns Vaders niet tot een verkoophuis. En zijn discipelen herinnerden zich, dat er geschreven is: De ijver voor uw huis zal Mij verteren. De Joden dan antwoordden en zeiden tot Hem: Welk teken toont Gij ons, dat Gij dit moogt doen? Jezus antwoordde en zeide tot hen: Breekt deze tempel af en binnen drie dagen zal Ik hem doen herrijzen. De Joden dan zeiden: Zesenveertig jaren is over deze tempel gebouwd en Gij zult hen binnen drie dagen doen herrijzen? Maar Hij sprak van de tempel zijns lichaams. Toen Hij dan opgewekt was uit de doden, herinnerden zijn discipelen zich, dat Hij dit gezegd had, en zij geloofden de Schrift en het woord, dat Jezus gesproken had. Stilte. Muziekaal moment wordt gespeeld door Bram Jaspers op het orgel. Avondlied. k Wil U, o God, mijn dank betalen, U prijzen in mijn avondlied. Het zonlicht moge nederdalen, maar Gij, mijn licht, begeeft mij niet. Gij woudt mij met uw gunst omringen meer dan een vader zorgdet Gij, Gij milde bron van zegeningen: zulk een ontfermer waart Gij mij. Uw trouwe zorg wou mij bewaren, uw hand heeft mij gevoed, geleid; Gij waart nabij in mijn bezwaren, nabij in elke moeilijkheid. Deez avond roept mij na mijn zorgen tot rust voor lichaam en voor geest. Heb dank, reeds van de vroege morgen zijt Gij mijn heil en hulp geweest. Ik weet, aan wie ik mij vertrouwe, al wisselen ook dag en nacht. Ik ken de rots waarop ik bouwe: hij feilt niet, die uw heil verwacht. 4
Eens aan de avond van mijn leven breng ik, van zorg en strijden moe, voor elke dag mij hier gegeven U hoger, reiner loflied toe. Gebed Zie, Heer, ik ben een leeg vat, dat het zeer nodig heeft, gevuld te worden. Mijn Heer, vul het, ik ben zwak in geloof, sterk mij, ik ben koud in de liefde. Verwarm mij, geef mij zoveel vuur dat mijn liefde uitstroomt op mijn naaste. HEER ONTFERM U (zingend 3x) Ik heb geen vast, sterk geloof, soms twijfel ik en kan U niet volkomen vertrouwen. Ach Heer help mij, vermeerder het geloof en vertrouwen. Alles wat ik heb, ligt in U besloten HEER ONTFERM U (zingend 3x) Ik ben arm, U bent rijk en U bent gekomen om U over de armen te erbarmen. Ik ben een zondaar, U bent rechtvaardig. Bij mij heet de ziekte zonde, maar in U is de volheid van gerechtigheid. Daarom blijf ik bij U, aan U moet ik niet geven: Van U kan ik nemen. HEER ONTFERM U (zingend 3x) Stil persoonlijk gebed Wij bidden samen: Onze Vader. Avondlied 248 De dag, door uwe gunst ontvangen, is weer voorbij, de nacht genaakt; en dankbaar klinken onze zangen tot U, die t licht en t duister maakt. 5
Zodat de dank, U toegezonden, op aard nooit onderbroken wordt, maar steeds opnieuw door mensenmonden gezongen en gesproken wordt. Voorwaar de aarde zal getuigen van U, die thans en eeuwig zijt, tot al uw schepselen zich buigen voor uwe liefde en majesteit. Doven van de kaarsen. Collecte. 6