Klokkenluidersregeling. Volkshuisvesting Arnhem

Vergelijkbare documenten
Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand (Klokkenluidersregeling) Amsterdam, 1 juli 2007

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand

KLOKKENLUIDERSREGELING WOONINVESTERINGSFONDS

Klokkenluidersregeling

Klokkenluiderregeling Stichting Woonplus Schiedam Maart 2009

KLOKKENLUIDERREGLEMENT

1. de directeur-bestuurder van de Sleutels van Zijl en Vliet, mevrouw M.J.A. Visser, hierna te noemen directeur-bestuurder

Klokkenluidersregeling. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand

KLOKKENLUIDERSREGELING. Versie 2

Regeling melding misstanden. Inhoudsopgave

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling

Klokkenluiderregeling Woonwijze. September 2013

Klokkenluidersregeling

BATENBURG TECHNIEK REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden. van een misstand (klokkenluiderregeling)

Klokkenluidersregeling

Regeling melding misstanden Heliomare (Klokkenluidersregeling)

Regeling melding misstanden

KLOKKENLUIDERSREGELING CIZ

Regeling ter bescherming van klokkenluiders bij de Universiteit Maastricht (klokkenluidersregeling)

Klokkenluiderregeling. Stichting Wonen Wierden Enter.

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen het Emelwerda College.

Regelingen Bestuur en Toezicht Stichting Vakinstelling SVO. Klokkenluidersregeling Raad van Toezicht, vastgesteld 30 juni 2016

KLOKKENLUIDERSREGELING LANDELIJK BUREAU VLUCHTELINGENWERK NEDERLAND

KLOKKENLUIDERSREGELING

Klokkenluidersregeling High Five Intenz Groep B.V.

Klokkenluidersregeling

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Ons Middelbaar Onderwijs. ( Klokkenluidersregeling )

REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN ERNSTIGE MISSTAND BINNEN DE STICHTING PCOU. Preambule

KLOKKENLUIDERREGELING COOP HOLDING BV

Kwaliteitsbeleid. Doel Het bieden van mogelijkheden om het vermoeden van een misstand te melden.

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen het Berechja College.

Klokkenluidersregeling Scala College en Coenecoop College 1

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand (Klokkenluidersregeling)

Regeling melding misstanden

Klokkenluidersregeling Stichting Wellant

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling/ Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand

Klokkenluidersregeling. van de Universiteit van Amsterdam en de Hogeschool van Amsterdam

Klokkenluidersregeling

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand (Klokkenluidersregeling Voortgezet Onderwijs)

39. Klokkenluidersregeling

KLOKKENLUIDERSREGELING HOGESCHOOL LEIDEN

VHL Klokkenluidersregeling

MELDREGELING VERMOEDEN MISSTANDEN. Een regeling voor het op een veilige manier melden van misstanden

MELDINGSREGELING ONREGELMATIGHEDEN EN MISSTANDEN SSMA. Hoofdstuk 1: Definities

SOVOR JTC. Klokkenluidersregeling JTC. (deze regeling is gebaseerd op de modelregeling van de VO-Raad, april 2008)

Klokkenluiders regeling

KLOKKENLUIDERSREGELING CSG HET NOORDIK. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand

Klokkenluidersregeling SVOL

Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden.

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand ( Klokkenluidersregeling PO )

Klokkenluidersregeling Kalorama

Scalda. Klokkenluidersregeling Scalda Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen Scalda. Versie: oktober 2016

Klokkenluidersregeling SG Spinoza. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand

Alle personen die al dan niet in dienst zijn geweest of werkzaam zijn geweest ten behoeve van Amphia

Klokkenluidersreglement; versie 1.0; 8 december 2017 Pagina 1 van 7

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand (Klokkenluidersregeling Medelijk Dalton Lyceum)

Klokkenluidersregeling Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand

Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden.

Klokkenluidersregeling Reinaerde. WerkWijzer

KLOKKENLUIDERSREGELING HOGESCHOOL IPABO AMSTERDAM/ALKMAAR

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling Lelie zorggroep. Juli 2015

Klokkenluidersregeling Stichting Amstelring Groep

Scalda. Klokkenluidersregeling Scalda Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen Scalda. Versie: 5 november 2012

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen Leeuwenborgh Opleidingen Preambule

Titel: Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling Stichting MeerWonen

Klokkenluidersregeling voor medewerkers

Klokkenluidersregeling OZG

Klokkenluidersregeling Ziekenhuis Gelderse Vallei

Klokkenluidersregeling Zorggroep Amsterdam-Oost

Klokkenluidersregeling ZRTI

Omgaan met melden vermoeden misstand (Klokkenluidersregeling)

Klokkenluidersregeling. Pieter Zandt scholengemeenschap

Klokkenluidersregeling. Voorliggend beleid is bij ongewijzigd ministerieel beleid geldig t/m 31 juni 2023

Titel: Klokkenluidersregeling PSW Januari 2017 / EvG

KLOKKENLUIDERSREGELING

Klokkenluiderregeling Woningstichting Woensdrecht

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling

Klokken luiders regeling

Regeling inzake het omgaan met (een vermoeden van) missstanden en onregelmatigheden (klokkenluidersregeling)

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling Stichting Voortgezet Onderwijs Kennemerland

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen Ons Middelbaar Onderwijs. ( Klokkenluidersregeling )

1.1.2 Onder een vermoeden van een misstand wordt niet begrepen een vermoeden van inbreuk op de wetenschappelijke integriteit.

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand ( Klokkenluidersregeling VO )

Regeling procedure en bescherming bij melding van een vermoeden van een misstand

REGELING MELDING VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND 2016 REGELING MELDING VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND

REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND ("KLOKKENLUIDERSREGELING") ACCELL GROUP N.V.

Regeling Klokkenluiders Open Universiteit

De onderhavige regeling is niet bedoeld voor persoonlijke klachten van betrokkenen.

KLOKKENLUIDERSREGELING

Transcriptie:

Klokkenluidersregeling Volkshuisvesting Arnhem Status: definitief Arnhem, 17 januari 2007 Auteur: Raymond Rensen Vastgesteld door Gerrit Breeman d.d. : 31-1-2007

INHOUDSOPGAVE Vooraf...3 Hoofdstuk 1. Definities...4 Hoofdstuk 2. Interne procedure...5 Hoofdstuk 3. Melding aan het toezichthoudend orgaan...6 Hoofdstuk 4. Melding aan een externe derde...6 Hoofdstuk 5. Rechtsbescherming...7 Hoofdstuk 6. Inwerkingtreding...7 2

Vooraf Volkshuisvesting heeft in haar Strategische Visie haar mens- en maatschappijbeeld opgenomen. Volkshuisvesting hanteert een positief mensbeeld. Wij gaan ervan uit dat de mens zo zelfstandig en autonoom is dat hij de keuzes kan maken en de verantwoordelijkheid kan dragen die leiden tot een aantrekkelijk bestaan. In ons maatschappijbeeld is opgenomen dat wij een betrouwbare partner willen zijn. In deze Klokkenluidersregeling hebben wij geprobeerd een zorgvuldige procedure op te stellen voor situaties waarvan wij hopen dat zich nooit zullen voordoen. In normale omstandigheden zouden wij graag zien dat een betrokkene (definitie zie blz. 4) zijn verantwoordelijkheid neemt en een vermoeden van een misstand zelf direct bespreekt met de verantwoordelijke voor die misstand. De betrokkene zou het vertrouwen en de veiligheid moeten hebben die hiervoor noodzakelijk is. De verantwoordelijke zou onmiddellijk actie moeten ondernemen of duidelijk moeten maken wat er aan de hand is en aan moeten geven dat geen actie noodzakelijk is. Komen beide partijen er niet uit dan moet de lijn worden ingeschakeld. Achtereenvolgens leidinggevenden van de werknemer en de verantwoordelijke, de MT-leden, de directeur/bestuurder tot tenslotte de Raad van Commissarissen zouden zich over het vermoeden van een misstand kunnen en moeten buigen. Dit is de reden dat wij de volgorde van melden iets veranderd hebben en de Raad van Commissarissen (als toezichthoudend orgaan) een rol heeft gekregen in de procedure. Een klokkenluidersregeling is natuurlijk primair bedoeld om de betrokkene en het maatschappelijke belang te beschermen. Om hieraan zo goed mogelijk invulling te geven zijn wij in de basis uitgegaan van een protocol dat is opgesteld door de Stichting van de Arbeid. Hierdoor trachten wij zo goed mogelijk aan te sluiten bij de maatschappelijke normen die gelden over dit onderwerp. In de bescherming van de persoonlijke belangen van de betrokkene zijn wij nog verder gegaan. Wij ondersteunen een betrokkene door ook een melding van een vermoeden van een misstand via een vertrouwenspersoon mogelijk te maken. Daarbij hoort een iets andere afhandeling van de procedure. Het betekent echter niet dat daarmee de taak van een betrokkene makkelijker wordt. We gaan er van uit dat de betrokkene een zorgvuldige afweging maakt tussen persoonlijke (voor zichzelf maar ook voor andere individuen), maatschappelijke, maar ook organisatie belangen en gaan ervan uit dat deze regeling hem of haar zal helpen bij het uitvoeren van zo n moeilijke taak. 3

Hoofdstuk 1. Definities Artikel 1. In deze regeling wordt verstaan onder: een vermoeden van een misstand: een op redelijke gronden gebaseerd vermoeden met betrekking tot de organisatie waar betrokkene werkzaam is en waarbij een maatschappelijk belang in het geding is, in verband met: a. een (dreigend) strafbaar feit; b. een (dreigende) schending van regels; c. een gevaar voor de volksgezondheid, de veiligheid of het milieu; d. een (dreiging van) bewust onjuist informeren van publieke organen; e. een (dreigende) verspilling van overheidsgeld; of f. (een dreiging van) het bewust achterhouden, vernietigen of manipuleren van informatie over deze feiten. betrokkene: degene die al dan niet in dienst werkzaam is ten behoeve van de werkgever; raadsman: degene als bedoeld in artikel 4; verantwoordelijke: leidinggevende die direct of indirect zeggenschap heeft over het onderdeel van de organisatie waar betrokkene werkzaam is en/of waarop een vermoeden van een misstand betrekking heeft; leidinggevende: degene die direct leiding geeft aan betrokkene; vertrouwenspersoon: degene die is aangewezen om als zodanig voor de organisatie van de werkgever te fungeren. Volkshuisvesting Arnhem heeft een vertrouwenspersoon bij de Arbo-dienst, die kan worden ingeschakeld als vertrouwenspersoon door betrokkene; hoogst verantwoordelijke: degene die alleen of samen met anderen rechtstreeks de hoogste zeggenschap heeft bij de leiding van de organisatie van de werkgever. Bij Volkshuisvesting Arnhem is dit de directeur/bestuurder; toezichthoudend orgaan: het orgaan dat als taak heeft intern toezicht uit te voeren op de organisatie. Bij Volkshuisvesting Arnhem is het toezichthoudend orgaan de Raad van Commissarissen. externe derde: een externe derde als bedoeld in artikel 7 lid 1; 4

Hoofdstuk 2. Interne procedure Artikel 2. Interne melding aan leidinggevende, verantwoordelijke en/of vertrouwenspersoon 1. Tenzij sprake is van een uitzonderingsgrond als bedoeld in artikel 5 lid 2 of 6 lid 2, meldt betrokkene een vermoeden van een misstand intern bij de verantwoordelijke of indien hij melding aan de verantwoordelijke niet wenselijk acht bij zijn leidinggevende of indien hij melding aan zijn leidinggevende niet wenselijk acht bij de vertrouwenspersoon. Melding aan de vertrouwenspersoon kan ook plaatsvinden naast de melding aan de verantwoordelijke of aan zijn leidinggevende. 2. De verantwoordelijke of de leidinggevende legt de melding, met de datum waarop deze ontvangen is, desgevraagd schriftelijk vast en laat die vastlegging voor akkoord tekenen door betrokkene, die daarvan een gewaarmerkt afschrift ontvangt. De verantwoordelijke of de leidinggevende draagt er zorg voor dat de hoogst verantwoordelijke onverwijld op de hoogte wordt gesteld van een gemeld vermoeden van een misstand en van de datum waarop de melding ontvangen is en dat de hoogst verantwoordelijke een afschrift van de vastlegging ontvangt. Indien betrokkene het vermoeden bij de vertrouwenspersoon heeft gemeld, brengt de vertrouwenspersoon eveneens de hoogst verantwoordelijke op de hoogte met vermelding van de datum waarop de melding ontvangen is, zij het op een met betrokkene overeengekomen wijze en tijdstip. 3. Onverwijld wordt een onderzoek naar aanleiding van de melding van een vermoeden van een misstand gestart. De hoogst verantwoordelijke bepaalt door wie en hoe dit onderzoek wordt uitgevoerd. 4. De hoogst verantwoordelijke beoordeelt of een externe derde als bedoeld in artikel 7 lid 1 van de interne melding van een vermoeden van een misstand op de hoogte moet worden gebracht. 5. De hoogst verantwoordelijke stuurt een ontvangstbevestiging aan betrokkene of aan de vertrouwenspersoon die een vermoeden van een misstand heeft gemeld. In de ontvangstbevestiging wordt gerefereerd aan de oorspronkelijke melding en wordt aangegeven of een extern derde is ingeschakeld. 6. Indien de ontvangstbevestiging naar de vertrouwenspersoon is verzonden, verzorgt deze zorgvuldig de onmiddellijke verzending van de ontvangstbevestiging aan de betrokkene. Artikel 3. Standpunt 1. Binnen een periode van acht weken vanaf het moment van de interne melding wordt betrokkene of de vertrouwenspersoon door of namens de hoogst verantwoordelijke schriftelijk op de hoogte gebracht van een inhoudelijk standpunt omtrent het gemeld vermoeden van een misstand. Daarbij wordt aangegeven tot welke stappen de melding heeft geleid. De verantwoordelijkheid of de stappen ook daadwerkelijk worden uitgevoerd ligt bij de hoogst verantwoordelijke. 2. Indien het standpunt niet binnen acht weken kan worden gegeven, wordt betrokkene of de vertrouwenspersoon door of namens de hoogst verantwoordelijke hiervan in kennis gesteld en wordt aangegeven binnen welke termijn hij een standpunt tegemoet kan zien. 3. Bij toezending van stukken aan de vertrouwenspersoon verzorgt de vertrouwenspersoon zorgvuldig de onmiddellijke verzending van de schriftelijke stukken aan de betrokkene. Artikel 4. Raadsman 1. Betrokkene kan een vermoeden van een misstand melden bij een raadsman om hem in vertrouwen om raad te vragen. 2. Als raadsman kan fungeren iedere persoon, die het vertrouwen van betrokkene geniet en op wie een geheimhoudingsplicht rust. Deze geheimhoudingsplicht geldt voor een ieder aan wie in het kader van deze regeling door betrokkene als raadsman om raad is gevraagd. 5

Hoofdstuk 3. Melding aan het toezichthoudend orgaan Artikel 5. 1. Betrokkene kan het vermoeden van een misstand melden bij het toezichthoudend orgaan indien: a. hij het niet eens is met het standpunt als bedoeld in artikel 3; b. hij geen standpunt heeft ontvangen binnen de vereiste termijn, bedoeld in het eerste en tweede lid van artikel 3; c. de termijn, bedoeld in het tweede lid van artikel 3, gelet op alle omstandigheden onredelijk lang is en betrokkene (eventueel via de vertrouwenspersoon) hiertegen bezwaar heeft gemaakt bij de hoogst verantwoordelijke, of d. sprake is van een uitzonderingsgrond als bedoeld in het volgende lid. 2. Een uitzonderingsgrond als bedoeld in het vorige lid onder d. doet zich voor, indien sprake is van: a. acuut gevaar, waarbij een zwaarwegend en spoedeisend maatschappelijk belang onmiddellijke melding noodzakelijk maakt; b. een situatie waarin betrokkene in redelijkheid kan vrezen voor tegenmaatregelen als gevolg van een interne melding; c. een duidelijke dreiging van verduistering of vernietiging van bewijsmateriaal; d. een eerdere interne melding conform de procedure van in wezen dezelfde misstand, die de misstand niet heeft weggenomen; e. een wettelijke plicht of bevoegdheid tot direct melden. 3. Voor de afhandeling van de melding door het toezichthoudend orgaan gelden dezelfde termijnen en werkwijze als genoemd in de artikelen 2 lid 3 tot en met 6 en artikel 3, met dien verstande dat in plaats van de hoogst verantwoordelijke de voorzitter van het toezichthoudend orgaan deze taken uitvoert. Hoofdstuk 4. Melding aan een externe derde Artikel 6. 1. Betrokkene kan het vermoeden van een misstand melden bij een externe derde als bedoeld in artikel 7 lid 1, met inachtneming van het in artikel 7 bepaalde, indien: a. de afhandeling van de gemelde misstand door het toezichthoudend orgaan niet heeft geleid tot een tijdige en/of bevredigende aanpak van de gemelde misstand; b. sprake is van een uitzonderingsgrond als bedoeld in het volgende lid. 2. Een uitzonderingsgrond als bedoeld in het vorige lid onder b. doet zich voor, indien sprake is van: a. acuut gevaar, waarbij een zwaarwegend en spoedeisend maatschappelijk belang onmiddellijke externe melding noodzakelijk maakt; b. een situatie waarin betrokkene in redelijkheid kan vrezen voor tegenmaatregelen als gevolg van een interne melding; c. een duidelijke dreiging van verduistering of vernietiging van bewijsmateriaal; d. een eerdere interne melding conform de procedure van in wezen dezelfde misstand, die de misstand niet heeft weggenomen; e. een wettelijke plicht of bevoegdheid tot direct extern melden. 6

Artikel 7. 1. Externe derde in de zin van deze regeling is iedere organisatie of vertegenwoordiger van een organisatie, niet zijnde de vertrouwenspersoon of een raadsman, aan wie betrokkene een vermoeden van een misstand meldt, omdat dat naar zijn redelijk oordeel van een zodanig groot maatschappelijk belang is dat dit belang in de concrete omstandigheden van het geval zwaarder moet wegen dan het belang van de werkgever bij geheimhouding, en die naar zijn redelijk oordeel in staat mag worden geacht direct of indirect de vermoede misstand op te kunnen heffen of doen heffen. 2. Met inachtneming van het in lid 3 bepaalde, kan betrokkene bij een externe derde als bedoeld in het vorige lid een vermoeden van een misstand melden, indien sprake is van één van de in artikel 6 genoemde gevallen. 3. De melding vindt plaats aan de externe derde die daarvoor naar het redelijke oordeel van betrokkene gelet op de omstandigheden van het geval het meest in aanmerking komt, waarbij betrokkene enerzijds rekening houdt met de effectiviteit waarmee die derde kan ingrijpen en anderzijds met het belang van de werkgever bij een zo gering mogelijke schade als gevolg van dat ingrijpen, voorzover die schade niet noodzakelijkerwijs voortvloeit uit het optreden tegen de misstand. 4. Naarmate de mogelijkheid van schade voor de werkgever als gevolg van de melding bij een externe derde groter wordt, dient het vermoeden van een misstand bij betrokkene, die bij een externe derde meldt, sterker te zijn. Hoofdstuk 5. Rechtsbescherming Artikel 8. 1. Betrokkene die met inachtneming van de bepalingen in deze regeling een vermoeden van een misstand heeft gemeld, wordt op geen enkele wijze in zijn positie benadeeld als gevolg van het melden. 2. Een raadsman als bedoeld in artikel 4 of een vertrouwenspersoon als bedoeld in artikel 1, die in dienst van de werkgever is, wordt op geen enkele wijze benadeeld als gevolg van het fungeren als zodanig krachtens deze regeling. Hoofdstuk 6. Inwerkingtreding Artikel 8. Deze regeling treedt in werking op 1 februari 2007. 7