Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Vergelijkbare documenten
Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Randmeren uit Zwolle. Datum: 11 april Rapportnummer: 2011/105

Rapport. Rapport over een klacht over Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid uit Dordrecht. Datum: 23 december Rapportnummer: 2011/367

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Halderberge. Datum: 24 mei Rapportnummer: 2013/057

1. zich niet heeft gehouden aan de afspraak gemaakt in de mediationovereenkomst met verzoekster;

Verzoeker klaagt erover dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) in strijd met:

Rapport. Datum: 17 februari Rapportnummer: 2011/055

Rapport. Datum: 10 december 2007 Rapportnummer: 2007/301

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Tilburg. Datum: 10 augustus Rapportnummer: 2011/243

"Ik woon nu bijna 3 jaar in Wassenaar en ben zeer verbolgen over de wijze waarop u met uw burgers omgaat:

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/049

Rapport. Rapport over een klacht over Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen. Datum: 14 mei Rapportnummer: 2012/082

Rapport. Datum: 31 januari 2011 Rapportnummer: 2011/032

Rapport. Datum: 15 september 2005 Rapportnummer: 2005/266

Rapport. Datum: 15 december 2008 Rapportnummer: 2008/303

Rapport. Datum: 25 november 2010 Rapportnummer: 2010/335

Rapport. Datum: 27 augustus 2007 Rapportnummer: 2007/181

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie-eenheid Den Haag. Datum: 2 maart 2015 Rapportnummer: 2015/047

Rapport. Datum: 30 juni 2003 Rapportnummer: 2003/200

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van het College voor zorgverzekeringen. Datum: 10 mei Rapportnummer: 2012/078

hem niet heeft gehoord, ondanks zijn uitdrukkelijke verzoek daartoe;

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

4. Op 13 januari 2008 wendde verzoeker zich tot de Nationale ombudsman omdat hij nog geen nieuw besluit van de PUR had ontvangen.

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de directeur Belastingdienst/Zuidwest uit Roosendaal. Datum: 1 juni Rapportnummer: 2011/163

Beoordeling. h2>klacht

Een onderzoek naar het nakomen van een afspraak door de gemeente Houten.

ke/- ombudsman de Nationale De Gemeenteraad van Delft T.a.v. contactpersoon Nationale ombudsman De heer mr. R. Verduijn Postbus ME DELFT

3. Verzoekers konden zich met het voorgaande niet verenigen en dienden bij brief van 11 april 2007 een klacht in.

Rapport. Datum: 25 januari 2007 Rapportnummer: 2007/012

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Bodegraven-Reeuwijk. Datum: 4 augustus 2011

Rapport. Rapport over een klacht over de hoofdofficier van justitie te Den Haag. Datum: 3 juni Rapportnummer: 2014/044

Een onderzoek naar de handelwijze van de Stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) uit Rijswijk

Rapport. Datum: 3 december 2010 Rapportnummer: 2010/344

Trage klachtbehandeling belemmert inburgering Gemeente Amsterdam Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling

Rapport. Datum: 10 oktober 2006 Rapportnummer: 2006/347

Rapport Gemeentelijke Ombudsman

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Dienst voor het kadaster en de openbare registers uit Apeldoorn. Datum: 23 mei 2011

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/047

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/241

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van de Huurcommissie uit Den Haag. Datum: 9 mei Rapportnummer: 2012/077

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/053

Rapport. Datum: 6 juni 2007 Rapportnummer: 2007/109

Rapport. Rapport over een klacht over de gemeente Heerlen. Datum: 9 augustus Rapportnummer: 2011/244

Rapport. Datum: 22 augustus 2007 Rapportnummer: 2007/174

Rapport. Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens. Datum: 29 december Rapportnummer: 2011/368

Een onderzoek naar de afhandeling van een schadeclaim door het openbaar lichaam Bonaire (OLB)

Rapport. Datum: 2 mei 2006 Rapportnummer: 2006/178

Beoordeling. h2>klacht. Verzoeker klaagt er over dat:

Naar aanleiding van de beslissing van de gemeente van 16 maart 2007 wendde verzoekster zich opnieuw tot de Nationale ombudsman.

Informele klachtbehandeling en de wettelijke termijn Een onderzoek. naar de voortvarendheid van klachtbehandeling door het college van

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de gemeente Beek. Datum: 21 september Rapportnummer: 2012/154

Rapport. Vergoeding griffierecht na bijna één jaar uitbetaald. Oordeel

Rapport. Datum: 13 september Rapportnummer: 2012/149

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen uit Utrecht. Datum: 22 november Rapportnummer: 2011/346

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. belang bij klachtbehandeling klacht over het college van burgemeester en wethouders van Boskoop. Datum: 7 juni Rapportnummer: 2012/096

Beoordeling. h2>klacht

1. Op 17 november 2009 diende mevrouw S. bij de Nationale ombudsman een klacht in.

Rapport. Zeggen wat je doet en doen wat je zegt

Langdurig geschil over de renovatie van panden gemeente Amsterdam stadsdeel Centrum

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/242

Rapport. Datum: 28 september 2006 Rapportnummer: 2006/337

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van de Huurcommissie. Datum: 10 mei Rapportnummer: 2012/079

Rapport. Rapport over een klacht over de heffingsambtenaar van de gemeente Uithoorn (Belastingen Amstelland).

Rapport. Datum: 30 juni 2003 Rapportnummer: 2003/199

Rapport. Rapport over een klacht over IND uit Utrecht. Datum: 10 maart Rapportnummer: 2011/090

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Datum: 6 november 2007 Rapportnummer: 2007/240

Rapport. Datum: 27 februari 2007 Rapportnummer: 2007/041

Rapport. Datum: 22 mei 2003 Rapportnummer: 2003/144

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over de gemeente Schiermonnikoog deels gegrond.

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen ingediend door mr. C. Berendse, advocaat te Amsterdam. Datum: 20 juni 2012

2. Verzoeker diende bij SenterNovem een subsidieaanvraag in voor de productie van energie door middel van fotovoltaïsche zonnepanelen.

Rapport. Oordeel. Datum: 18 april 2017 Rapportnummer: 2017/053

Lantaarnpaal staat in de weg Gemeente Weesp Beheer en beleid

Rapport. Datum: 1 februari 2007 Rapportnummer: 2007/021

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) uit Rijswijk

Rapport. Wob-verzoek per . Een onderzoek naar de manier waarop de gemeente Delft met een e- mailverzoek is omgegaan.

Rapport. "Hooggespannen" verwachtingen bij de burger. Een onderzoek naar het nakomen van afspraken door de gemeente Voorschoten.

Geen handhaving bij te hoge schutting Stadsdeel West

Q-p}/ t*c op 2 2^ 2 2 JUN de Nationale ombudsman. ^Gemeen

Rapport. Datum: 21 oktober 2005 Rapportnummer: 2005/320

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Functioneel Parket. Publicatiedatum: 26 november Rapportnummer: 2014 /175

Een onderzoek naar de klachtbehandeling door de Gemeenschappelijke Regeling Servicecentrum MER.

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de provincie Zuid-Holland te Den Haag. Datum: 6 december Rapportnummer: 2013/182

Rapport. Datum: 8 mei 2007 Rapportnummer: 2007/087

Beoordeling. h2>klacht

Rapport naar aanleiding van een klacht over de politie-eenheid Den Haag. Publicatiedatum 9 september 2014 Rapportnummer 2014/098

Een onderzoek naar een klacht over de gang van zaken rond de intrekking van een aanvraag.

Rapport. Rapport over een klacht betreffende het CAK te Den Haag. Rapportnummer: 2012/018

Rapport. Datum: 15 november 2007 Rapportnummer: 2007/259

Rapport. Datum: 21 augustus 2002 Rapportnummer: 2002/246

NMI MEDIATION REGLEMENT 2001

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de gemeente Wierden. Datum: 22 januari Rapportnummer: 2014/004

Onderwerp Rapport Nationale Ombudsman van 23 mei 2011

Transcriptie:

Rapport

2 h2>klacht Beoordeling Conclusie Onderzoek Bevindingen Klacht Verzoekers klagen erover dat de gemeente Voorschoten in december 2008 in het kader van een mediation een overeenkomst heeft getekend, maar een afspraak uit de overeenkomst niet nakomt omdat deze niet bevoegd zou zijn getekend. Rapport en beoordeling Algemeen Verzoekers hebben in 2008 een mediationtraject gevolgd vanwege een geschil met hun buren en de gemeente Voorschoten. Tijdens de mediation zijn ook afspraken gemaakt tussen verzoekers en de gemeente over een grondruil. In de in december 2008 getekende vaststellingsovereenkomst is afgesproken dat verzoekers en de gemeente binnen drie maanden na ondertekening van de overeenkomst de eigendom van grond en water zullen ruilen. Op 15 december 2009 hebben verzoekers er bij de Nationale ombudsman over geklaagd dat de gemeente tot op dat moment de overeenkomst niet had uitgevoerd. I. Rapport Visie verzoekers Verzoekers schrijven na het verstrijken van de in de vaststellingsovereenkomst genoemde drie maanden telefonisch en via e-mail contact te hebben gezocht met de gemeente Voorschoten over het uitblijven van actie. Uiteindelijk heeft de gemeente hen meegedeeld

3 dat de bewuste ambtenaar niet bevoegd was om de vaststellingsovereenkomst te tekenen. Verzoekers hebben op 25 mei 2009 een klacht bij de gemeente ingediend over deze werkwijze. De gemeente heeft de klacht aangehouden en sindsdien niets meer laten horen. Visie gemeente Voorschoten Op 15 januari 2010 heeft de gemeente aan de Nationale ombudsman laten weten dat de ambtenaar die de vaststellingsovereenkomst heeft ondertekend wel gemachtigd was om onderhandelingen te voeren, maar niet om de overeenkomst te tekenen. De burgemeester had daarvoor iemand kunnen machtigen, maar dat is niet gebeurd. Binnen de gemeente heerst de mening dat de mediator dat had moeten weten. Ook bestaat er nog onduidelijkheid over de exacte ligging/grootte van het stuk over te dragen grond en de mogelijkheid van legalisatie van bouwwerken. Dit is een tweede reden dat de overeenkomst nog niet is uitgevoerd. Verder merkt de gemeente op dat het behandelen van de klacht van verzoekers niet maakt dat de overeenkomst wordt uitgevoerd. Over de uitvoering van de overeenkomst zal verzoeker zich, naar de mening van de gemeente, als hij dat nu wenst, tot de civiele rechter moeten wenden. Op 9 april 2010 heeft de gemeente aangegeven dat de klacht van verzoekers van 25 mei 2009 is aangehouden omdat de mediationovereenkomst is getekend door iemand die daarvoor niet bevoegd was. Dit had tot gevolg dat de vaststellingsovereenkomst niet goed is afgesloten. De gemeente Voorschoten heeft vervolgens alles in het werk gesteld om te bekijken of de overeenkomst alsnog kon worden uitgevoerd. Uiteindelijk heeft het college van burgemeester en wethouders in de vergadering van 16 maart 2010 besloten de vaststellingsovereenkomst te bekrachtigen, zodat er tot uitvoering van de afspraken kan worden overgegaan. De gemeente biedt excuses aan voor het feit dat de afspraken niet tijdig zijn nagekomen. Desgevraagd heeft de gemeente op 7 mei 2010 laten weten dat verzoekers over de kwestie in week 19 (beginnend met 10 mei) benaderd zullen worden. Gebleken is dat eind mei 2010 daadwerkelijk contact met verzoekers is opgenomen. II Beoordeling Het vereiste van rechtszekerheid houdt onder meer in dat gerechtvaardigde verwachtingen van burgers en organisaties jegens overheidsinstanties door die overheidsinstanties worden gehonoreerd. Dit houdt in dat wanneer een burger in een officieel mediationtraject een afspraak maakt met een overheidsinstantie, en waarbij beide partijen voor die

4 afspraak in een vaststellingsovereenkomst tekenen, de burger mag verwachten dat de overheid de gemaakte afspraak nakomt. De gemeente heeft aangegeven dat eerst na indiening van de klacht in mei 2009 alles in het werk is gesteld om te bekijken of de overeenkomst alsnog kon worden nagekomen. Het bevreemdt de Nationale ombudsman dat dit eerst in mei 2009 is gebeurd, terwijl de afspraken voor eind maart 2009 nagekomen moesten worden en verzoekers hierover al meermalen contact hadden gezocht. Het is de Nationale ombudsman dan ook onduidelijk waarom de gemeente meer dan een jaar tijd (tot 16 maart 2010) nodig heeft gehad om intern te regelen dat de afspraken uit de mediation alsnog konden worden nagekomen. Daarnaast overweegt de Nationale ombudsman dat nu verzoeker hierover in mei 2009 een klacht heeft ingediend, waarvan de behandeling is aangehouden, het op de weg van de gemeente had gelegen hem regelmatig te informeren over de voortgang van het proces. Dat is niet gebeurd. In een poging het probleem op te lossen heeft de Nationale ombudsman op 4 januari 2010 in het kader van een interventie contact gezocht met de gemeente. In de reactie van de gemeente werd aangeven waarom nog geen oplossing gegeven kon worden. Wat betreft de opmerking dat als verzoeker nu een uitvoering van de overeenkomst wenst, hij zich tot de civiele rechter moet wenden, is de Nationale ombudsman van mening dat deze opmerking ongepast is. Een mediationtraject wordt gevolgd om tot een oplossing te komen en om buiten andere langlopende en dure juridische procedures te blijven. In dit geval waarin de gemeente de oorzaak is van het niet nakomen van de afspraken, en op dat moment al meer dan een jaar nodig heeft om hiervoor een intern probleem op te lossen, is deze opmerking bijzonder ongelukkig. Bovendien is de Nationale ombudsman van mening dat de overheid zich behoort in te spannen om (voor burgers) zoveel mogelijk juridische procedures te vermijden. De Nationale ombudsman stelt met instemming vast dat inmiddels het bevoegdheidsprobleem door de gemeente is verholpen en er concreet is aangegeven wanneer de gemeente contact met verzoekers zal opnemen om de gemaakte afspraken na te komen. Gezien de gang van zaken waarbij verzoekers meer dan een jaar hebben moeten wachten op het nakomen van afspraken waarvoor de gemeente getekend heeft, is er in strijd met het vereiste van rechtszekerheid gehandeld. De gemeente had binnen de afgesproken drie maanden al kunnen beginnen om het interne probleem recht te zetten. De gemeente heeft in dit kader niet duidelijk gemaakt waarom hiervoor een dergelijke lange periode nodig is geweest.

5 Als een bestuursorgaan deelneemt aan een mediation dan dient aan de vertegenwoordiger van de overheid bij de mediation een toereikend mandaat verleend te worden. Verzoeker had er - na afloop van de mediation - dan ook op mogen vertrouwen dat dit in orde was. Het is niet goed dat een burger van dit mandaatprobleem, een intern probleem van de gemeente, de dupe is geworden. Conclusie De klacht over de onderzochte gedraging van de gemeente Voorschoten is gegrond wegens schending van het vereiste van rechtszekerheid. Instemming De Nationale ombudsman heeft met instemming kennisgenomen van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van 16 maart 2010 waarbij de beletselen om uitvoering te geven aan de gesloten vaststellingsovereenkomst weg zijn genomen. Achtergrond 2009.11708