SNI. Uitgebreide gebruiksaanwijzing en installatie handleiding. Versie 3.0c. CAN-bus naar Ethernet interface

Vergelijkbare documenten
Inhoudsopgave. SNI handleiding. Inhoudsopgave

MotorControl gebruiksaanwijzing V3 vanaf softwareversie 2.0e

Inhoudsopgave. Scankey3 handleiding. Inleiding

Gebruiksaanwijzing stroomprint JGA i. Inhoudsopgave

Gebruiksaanwijzing stroomprint JGA1009D 1.0L

Inhoudsopgave. Handleiding: MC v2.0a. Pagina - 1 -

Boutronic BV Installatie handleiding CAN-bus. Beschrijving voor het aanleggen van een CAN-bus

Inhoudsopgave. Boutronic s-gravenzande 1

Handleiding: BTST v1.1k

Boutronic BV Installatie handleiding CAN-bus. Beschrijving voor het aanleggen van een CAN-bus

1. Inleiding Taghandelingen Onthouden en ophalen taghandeling Selectie urenregistratie Instellingen menu...

INHOUDSOPGAVE... 1 INLEIDING...

Deze applicatie nota legt uit hoe u een Net2 datalijn verbonden aan een TCP/IP netwerk, via een TCP/IP interface moet verbinden.

IP VIDEOFOON 2 draads SNEL AAN DE SLAG

Productinformatie. SmartLink-(RM) Communicatie-interface (Remote+ module)

Basis installatie handleiding TempWeb

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave. Keylock handleiding INHOUDSOPGAVE...1 INLEIDING...2 ALGEMENE WERKING...3 EXTRA OPTIES... 3

KNX INTEGRATIE MODULE int-knx-2_nl 03/15

Stroomprint JGA1009 gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave. Handleiding: KL v1.11. Pagina - 1 -

LOG GEBRUIKEN UITLEZEN VAN LOG UNIVERSEEL DISPLAY MENU... 16

Installatiehandleiding

EW-7416APn v2 & EW-7415PDn Macintosh Installatiegids

Siemens SE551. Handleiding Flits Thuis

SHINELINK Stappen installeren ShineLink Growatt HANDLEIDING. Installeren ShineLink

Installatiehandleiding CEMM basic+, voor Modbus meters

SPRAAK MODULE INT-VG. 1. Eigenschappen. 2. Specificaties

De verklaring van overeenstemming kan worden geraadpleegd op

SNEL HANDLEIDING KIT-2BNVR2W

Genexis Platinum modem handleiding

Instellingen voor de C100BRS4 met Wanadoo kabel Internet.

IVS-Basic 4.4 IVS-Professional 4.4 IVS-PowerPoint 1.1

DIN-RAIL UITBREIDING int-iors_nl 10/14

Koppelen Centix Datacollecter aan RS-485 device d.m.v. de W&T 58631

Handleiding voor installatie en gebruik van

CAP1300 Beknopte installatiehandleiding

Gebruikers- & Installatie Handleiding CEMM basic

IP-Com. AnB - Rimex sa. 28 maart 2013 B Installatiehandleiding voor de IP-Com. De IP-RS485 interface voor BiBus, MiniDo, MaxiDo en D2000i

1. Laad de software voor de camera van op het menu

Gebruikershandleiding

Koppelen Centix Datacollecter aan RS-485 bus d.m.v. de Moxa 5150.

Voor je met de installatie begint controleer of alle benodigde onderdelen aanwezig zijn. In de verpakking dient aanwezig te zijn:

Snel aan de slag Installatiegids (versie 1.0)

b r o a d b a n d r o u t e r 4 p o r t s 1 0 / m b p s

Voor je met de installatie begint controleer of alle benodigde onderdelen aanwezig zijn. In de verpakking dient aanwezig te zijn:

Quick Start Guide for Mxstream. In de Nederlandse taal

Monitoring activeren - P. 1

Handleiding Faxdiensten

(2) Handleiding Computer Configuratie voor USB ADSL modem

SIM plaatsen rode en groene LED

GEBRUIKERSHANDLEIDING

INHOUDSOPGAVE... 1 INLEIDING...

SP-1101W/SP-2101W Quick Installation Guide

Installatiehandleiding

Webrelais Product-Counter 5 digits 57mm. Algemene informatie. Configuratie. versie 8.6P DHCP / STATIC

EnGenius/Senao ECB/SCB-8610S HANDLEIDING Firmware

Snel aan de slag met de Mini Squirrel datalogger

ARA-pro Installatie Dupline bus

Watcheye AIS op ipad

Installatie & Snelstart Gids iais Wireless(draadloos) AIS Ontvanger en NMEA Server

EnGenius/Senao ECB/SCB-3220 HANDLEIDING Firmware

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

Hoofdstuk 1 De Router op het internet aansluiten

Tool Gebruikershandleiding E46 Mods

Het installeren van de software.

TA72 Configuration Manager

Instellingen voor de C100BRS4 met Chello kabel Internet.

BIPAC-7402 / 7402W (Draadloze )ADSL VPN Firewall Router met 3DES Accelerator Snelle Start Gids

Met de functie 'Bind IP to MAC' heeft u meer controle over het gebruik en vastleggen van LAN IPadressen die in het netwerk worden gebruikt.

EnGenius/Senao ECB/SCB-3610S HANDLEIDING Firmware

N150 Wi-Fi-router (N150R)

L /2008 rev 0 BE.PROXY BE.READ INSTALLATIEHANDLEIDING

Domotica in drie stappen: Systeem omschrijving: DDNET:

Remote Powercontrol for TCP/IP networks

BIPAC 7402G g ADSL VPN Firewall Router. Snelle Start Gids

BIPAC 5102 / 5102S / 5102G

Installatiehandleiding

Nederlandse versie. Inleiding. Hardware installatie. LC201 Sweex Powerline Ethernet Adapter 200 Mbps

BENQ_ESG103QG_DU.book Page i Tuesday, July 30, :05 PM. Inhoudsopgave

Inleiding. Inhoud van de verpakking. Nederlandse versie. LC Sweex Wireless Broadband Router 11g

Installatie en configuratie VCDS HEX-NET

Koppelen Centix Datacollecter aan RS-232 device d.m.v. de W&T 58631

INSTALLATIE HANDLEIDING

BIPAC 7100SG/7100G g ADSL Router. Snelle Start Gids

Instellingen voor de C100BRS4 met Wanadoo kabel Internet.

PoE IP Camera. Quick Start Guide QG4_A

Met de functie 'Bind IP to MAC' heeft u meer controle over het gebruik van LAN IP-adressen die in het netwerk worden gebruikt.

ZoneFlex n Point to Point Wireless Bridge Handleiding

Software-installatiehandleiding

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 2 en Color Player receiver.

BIPAC-7100S / ADSL Modem/Router. Snelle Start Gids

Beknopte handleiding 1

Sweex Broadband Router + 4 poorts 10/100 Switch

Di-Control HANDLEIDING Di-Control versie: 2.6

Edimax Gemini Upgradepakket Wi-Fi-roaming voor thuis RE11 Snelstartgids

INSTALLATIE HANDLEIDING Nauticwifi USB Router in combinatie met de Nauticwifi USB buitenantenne

Cloud handleiding Versie: 1.0 Datum:

HP luidsprekertelefoon. Gebruikershandleiding

Getting Started. AOX-319 PBX Versie 2.0

Transcriptie:

SNI CAN-bus naar Ethernet interface Uitgebreide gebruiksaanwijzing en installatie handleiding Versie 3.0c

Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE...1 BOUTRONIC STUDIO 2...3 AANSPRAKELIJKHEID EN GARANTIE...3 PRINT AANSLUITINGEN...4 AANSLUITSCHEMA S...5 VIA COMPUTERNETWERK...5 VIA BOUTRONIC USB DONGLE...6 SNI ACTIVEREN IN DE BOUTRONICSTUDIO2...7 ZOEKEN IN STUDIO...7 NETWERK INSTELLINGEN WIJZIGEN...8 APPARATEN KOPPELEN AAN DE NIEUWE SNI...9 APPARATEN KOPPELEN BIJ EEN NIEUWE SNI DIE EEN OUDE SNI VERVANGT...11 BOUTRONIC CAN-BUS NETWERK...12 NETWERK INSTELLINGEN...13 AUTOMATISCH (DHCP)...13 HANDMATIG...13 TUNNEL...14 PLUG AND PLAY TUNNEL...14 SMART FILTER...15 1 OP 1 TUNNEL...15 TIJDSERVER...16 LICENTIES...16 TOEVOEGEN LICENTIES...16 TECHNISCHE SPECIFICATIES...17 BEHUIZING (ABS)...17 ELEKTRISCHE SPECIFICATIES...17 COMMUNICATIE...17 INGANGEN...17 OVERIG...17 AANSLUITKABELS...17 BIJLAGE A: PROBLEEMOPLOSSING...18 Aan deze gebruiksaanwijzing kunnen geen rechten worden ontleend. streeft ernaar zijn producten steeds verder te verbeteren. Zowel de specificaties van de SNI als de gegevens in de gebruiksaanwijzing kunnen daardoor zonder kennisgeving vooraf aan verandering onderhevig zijn. Handleiding: SNI20140624 v3.0 2

Inleiding De SNI maakt een brug tussen uw PC en de CANbus. Hierdoor ziet u in de Studio 2 al uw apparaten in één overzicht, kunt u gemakkelijk instellingen wijzigen en aanpassen en informatie tussen de producten delen. De SNI beschikt over diverse handige functies welke in dit document beschreven worden. De SNI verbindt u, via de CAN-bus, met alle aanwezig apparaten zoals in hoofdstuk CAN-bus Netwerk besproken wordt. De verbinding tussen de SNI en de PC kan op twee manieren gerealiseerd worden: 1. Via het TCP/IP netwerk 2. Via de dongle (USB of RS232) Met de Studio 2 voegt u de SNI toe aan de studio. (Apparaten -> apparaat instellingen -> linkerzijde SNI s toevoegen). Nadat de SNI toegevoegd is kunnen de apparaten toegevoegd worden. (Apparaten -> apparaat instellingen -> rechterzijde Apparaten toevoegen). Alle apparaten welke aangesloten zijn op de CAN-bus zijn zichtbaar in deze lijst. Nadat u de apparaten toegevoegd hebt kunt u de apparaten benaderen. Studio 2 Om instellingen van de SNI te kunnen wijzigen gebruikt u de Studio 2. Deze is gratis te downloaden vanaf www.boutronic.nl. Aansprakelijkheid en garantie Elke SNI wordt door vóór verzending gecontroleerd op correcte uitvoering én werking. Daarom hanteert een garantietermijn van 1 jaar. De garantie vervalt indien: - het defect veroorzaakt is door grove nalatigheid of door ondeskundige installatie, - zonder toestemming van reparaties en/of wijzigingen aan de SNI zijn uitgevoerd. is op geen enkele wijze aansprakelijk voor schade berokkend als direct of indirect gevolg door het gebruik van de SNI. Handleiding SNI November 2017 Vanaf softwareversie 3.2a www.boutronic.nl 3

Print aansluitingen 1. DIP Switches 2. Debug aansluiting ON 1 2 3 4 SNI JGA155C TXT BOUTRONIC BV 's-gravenzande uc FIRMWARE 3. Programmeer poort CAN1 CAN2 FRMW 4.Jumpers CAN 2 CAN 1 LAN STATUS PWR LAN POORT GND CAN2 H CAN2 L GND IN2 IN1 GND CAN1 H CAN1 L 10-30VDC GND 5. CAN 2 aansluiting (optie) 6. Digitale ingangen 7. CAN 1 aansluiting 8. LAN poort 9. Status leds 10. Voeding in Figuur 1: Schematische weergave van de SNI print 1. DIP switches Met de DIP switches kunnen speciale functies in de SNI aanroepen worden: a. DIP 1 wordt gebruikt voor testdoeleinden in de fabriek. Voor de juiste werking van de SNI dient deze uitgeschakeld te zijn. b. DIP 2 en 3 hebben geen functie. c. DIP 4 wordt gebruikt voor het terugzetten van het huidige IP-adres naar een dynamisch IP-adres. U dient DIP 4 voor 10 seconden op ON te zetten. Na 10 seconde moet DIP 4 weer terug naar OFF. De SNI start opnieuw op en staat nu op AUTO IP (de SNI vraagt aan de router een IP adres). 2. Debug aansluiting Deze aansluiting wordt gebruikt voor testdoeleinden in de fabriek. 3. Programmeer poort Via deze aansluiting kunt u de SNI aansluiten op de computer. Dit kan met behulp van een USB dongle. (Deze is los te verkrijgen bij ) Let op: Gebruik alleen een Dongle om de SNI rechtstreeks te verbinden met de computer! 4. Jumpers CAN1: Jumper om de afsluitweerstand te plaatsen op CAN-bus 1. CAN2: Jumper om de afsluitweerstand te plaatsen op CAN-bus 2. (indien aanwezig) PROG: Jumper om de SNI in firmware update stand te zetten. 5. CAN 2 aansluiting (optioneel) Dit is de aansluiting om de CAN-bus aan te sluiten op de SNI. 6. Digitale ingangen Deze ingangen hebben momenteel geen functie. 4

7. CAN 1 aansluiting Dit is de aansluiting om de CAN-bus aan te sluiten op de SNI. 8. LAN poort Dit is de netwerkaansluiting van de SNI. Hiermee sluit u de SNI aan op uw ethernet netwerk. De twee LED s op de LAN poort branden of knipperen groen als er verbinding is met het Ethernet. Als er geen Ethernet verbinding is knippert de rechter LED oranje. 9. Status LED s Deze LED s geven de status weer van de SNI: PWR: Deze LED geeft aan of de juiste voedingspanning aanwezig is. STATUS: Deze LED geeft de status van de SNI aan. LAN: Knippert wanneer er communicatie is vanuit het netwerk. Staat uit als er langere tijd geen communicatie is. CAN1: Brand of knippert onregelmatig wanneer er communicatie is via CAN-bus 1. Knippert langzaam als de CAN-bus niet aangesloten is Staat uit als er een kortsluiting aanwezig is. CAN2: Brand of knippert onregelmatig wanneer er communicatie is via CAN-bus 2. Knippert langzaam als de CAN-bus niet aangesloten is Staat uit als er een kortsluiting aanwezig is. 10. Voedingsaansluitingen Hier sluit u de 12 of 24V voeding (bv adapter) op aan. Standaard wordt er een adapter meegeleverd en aangesloten. Aansluitschema s De SNI realiseert de koppeling tussen de PC en de apparaten. De verbinding tussen de SNI en de apparaten wordt gemaakt via de CAN-bus, de verbinding tussen de SNI en PC kan op twee manieren gemaakt worden: 1. Via het computer netwerk 2. Via de USB dongle Optie 1 wordt in de meeste gevallen toepast. Als er een verbinding is tussen de SNI en de PC kunnen onder andere ook de instellingen van de SNI bekeken en gewijzigd worden. Een voorbeeld hiervan is het IP adres. Via computernetwerk Om de communicatie via het computernetwerk te kunnen realiseren moeten de SNI en PC met hetzelfde netwerk verbonden worden. Gewenst is dat het computernetwerk minimaal een router bevat met een DHCP server. In de afbeelding hieronder is de verbinding via het computernetwerk uitgewerkt. 5

Pc met Studio 2 ROUTER Apparaat [001] Apparaat [002] SNI [800] Apparaat [...] GND CanH CanL Via USB dongle Om de communicatie via de USB dongle te kunnen realiseren wordt de SNI via een USB dongle verbonden met de PC. De dongle wordt via de Firmeware aansluiting verbonden met de SNI. De andere zijde van de USB dongle connect u in uw computer. Let op: Wanneer u wilt verbinden via een dongle en u wilt de apparaten op de CAN-bus vinden. Moet u controleren of de functie Uart naar CAN aan staat. Deze is in de SNI via de Studio 2 te vinden op het tabblad Verbindingen. In de afbeelding hieronder is de verbinding met de dongle uitwerkt. Pc met Studio 2 USB dongle Apparaat [001] Apparaat [002] SNI [800] Apparaat [...] GND CanH CanL 6

SNI activeren in de Studio2 Zoeken in studio Zodra u de nieuwe SNI heeft geïnstalleerd, aangesloten op het LAN netwerk en de voeding heeft aangezet, start u de Studio 2 en klikt u op Apparaten en vervolgens op apparaat instellingen. U krijgt het volgende scherm te zien. U ziet een overzicht van alle reeds geïnstalleerde apparaten. Links ziet u de reeds geïnstalleerde SNI s. Rechts ziet u de reeds geïnstalleerde apparaten. Om de nieuwe SNI toe te voegen klikt u links onder op SNI toevoegen. Vervolgens krijgt u de keuze hoe u de SNI wilt toevoegen. Selecteer TCP/IP SNI (automatisch) en klik op OK. De Studio 2 start met zoeken naar alle aanwezige SNI s in het netwerk. Zodra de Studio 2 klaar is met zoeken ziet u een overzicht met de gevonden SNI s. 7

Selecteer de gewenste SNI uit de lijst en klik op toevoegen om de SNI daadwerkelijk toe te voegen. (Tip: noteer vooraf het MAC adres van de SNI ter identificatie) Zodra de SNI is toegevoegd ziet u deze staan in het linker scherm. Netwerk instellingen wijzigen Als u het IP adres wilt wijzigen selecteert u de SNI en klikt u in het links midden onder op Wijzigen, u krijgt het volgende venster te zien: 8

Om de netwerk instellingen te wijzigen, klikt u op Wijzigen in het kader Netwerk instellingen. Hier kunt u de netwerk instellingen van de SNI wijzigen. Wanneer u een vast (statisch) IPadres wilt gebruikten selecteert u Handmatig. Vervolgens vult u de netwerk instellingen in en drukt u op OK. Apparaten koppelen aan de nieuwe SNI Om aan in de Studio 2 aan te geven dat de apparaten gevonden kunnen worden via de nieuwe SNI, moet u de aanwezige apparaten op de CAN-bus koppelen aan de SNI. Om dit te doen selecteert u aan de linkerkant de SNI die gebruikt moet worden. Vervolgens klikt u rechts bij Apparaten op Toevoegen Klik bij Communicatie kanaal op Via SNI en selecteer de SNI bij Automatisch (Aanbevolen). Klik hierna op OK. De Studio2 start nu met zoeken op de CAN-bus via de SNI naar alle aanwezige apparaten. 9

Nadat de Studio2 klaar is met zoeken selecteert u alle apparaten die u wilt koppelen en klikt u op Toevoegen. Als u nu op OK klikt in het apparaten overzicht, worden alle wijzigingen opgeslagen en kunt u de apparaten benaderen via de nieuwe SNI. 10

Apparaten koppelen bij een nieuwe SNI die een oude SNI vervangt Indien u een oude SNI vervangen heeft voor een nieuwe SNI moet u de aanwezig apparaten koppelen aan de nieuwe SNI. Om dit te doen selecteert u de SNI. Selecteer u aan de rechterkant alle apparaten die via deze SNI verbonden moeten worden. Vervolgens klikt u op de knop Koppelen aan SNI. De Studio 2 vraagt u om een bevestiging, wanneer u deze bevestigt zijn de apparaten gekoppeld aan de SNI. Als u nu op OK klikt in het apparaten overzicht, wordt het netwerk opgeslagen en kunt u de apparaten benaderen via de nieuwe SNI. 11

CAN-bus Netwerk apparaten communiceren via het CAN-bus netwerk. Via dit netwerk kunt u instellingen centraal beheren met uw PC. Het CAN-bus netwerk wordt ook gebruikt door de apparaten om onderling informatie uit te wisselen. Voor het aansluiten gebruikt u minimaal: - bij 100kBit/s (standaard snelheid) : 0,6 mm², twisted pair, max 500 mtr - bij 20kBit/s (instelbaar*) : 0,8 mm², twisted pair, max 1000 mtr *Let op: Alle apparaten op de bus moeten op dezelfde snelheid ingesteld staan. U sluit de afscherming op één punt aan GND. U moet de bus (en afscherming) doorlussen, de bus mag niet afgetakt worden. Een CAN-bus loopt niet rond. De bus is aan beide uiteinden afgesloten met een weerstand (deze plaatst u met de CAN-bus jumper of CAN-bus switch op de print). In de onderstaande figuur is een CAN-bus netwerk schematisch weergegeven. Pc met Studio 2 ROUTER Apparaat [001] Apparaat [002] SNI [800] Apparaat [...] GND CanH CanL CAN-bus afscherming Bij één apparaat van de bus aansluiten. (Het eerste óf laatste apparaat v.d. bus) CAN-bus jumper Alleen plaatsten bij eerste én laatste apparaat op de bus. Bedrading CAN-bus - 100kBit/s : 0,6 mm², twisted pair, max 500 mtr - 20kBit/s : 0,8 mm², twisted pair, max 1000 mtr Aansluiten CAN-bus - Bus doorlussen, bij aftakkingen rekening houden met max. lengte. Tip: Voor meer informatie kunt u onze handleiding CAN-bus aanleggen bekijken, deze is te downloaden vanaf onze website. 12

SNI handleiding Netwerk instellingen Als de SNI op het TCP/IP netwerk aangesloten wordt heeft hij een IP-adres nodig. Dit adres kan op twee manieren ingesteld worden: 1. Automatisch (DHCP) door de router 2. Handmatig Standaard verwacht de SNI dat hij het adres automatisch ontvangt. De netwerk instellingen kunnen gewijzigd worden via de Studio 2, tabblad Netwerk instellingen. Opmerking: Om instellingen te kunnen doen moet er een verbinding zijn tussen de studio en de SNI, zie hiervoor het hoofdstuk aansluitschema s. Automatisch (DHCP) Als de verbinding tussen de SNI en het LAN netwerk gemaakt is, verwacht de SNI een IPadres de router. Als de SNI een IP-adres ontvangen heeft kan hij door de Studio 2 gevonden worden. Tip: Het kan voorkomen dat de router opnieuw opstart en nieuwe IP-adressen uitdeelt. De SNI krijgt daarmee een nieuw IP-adres welke ook in de Studio aangepast moet worden. Om dit te voorkomen wordt geadviseerd om handmatig een IP-adres toe te kennen. Handmatig Door handmatig een IP-adres toe te kennen bepaald de installateur (in combinatie met de ICT er ) via welk IP-adres de SNI communiceert. Om een IP conflict te voorkomen mag een IP-adres maar één keer uitgegeven worden. Om het IP-adres handmatig in te kunnen vullen moet er verbinding gemaakt worden met de SNI. Zoals hiervoor beschreven is kan dit op twee manieren: Via het TCP/IP netwerk of via de dongle. LET OP: Als de SNI voor de IP wijziging al communiceert via TCP/IP raakt hij na het wijzigen van het IP-adres zijn verbinding kwijt. Het oude IP-adres moet gewijzigd worden naar het nieuwe IP-adres. Apparaat overzicht -> selecteer links de SNI en druk op wijzigen 13

SNI handleiding Tunnel BEIDE TUNNEL FUNCTIES ZIJN ALLEEN VOOR KLANT SPECIFIEKE TOEPASSINGEN EN NIET VOOR DE STANDAARD BOUTRONIC APPARATEN De tunnel verbindt 2 of meer SNI s met elkaar via het computer netwerk. Dit kan gebruikt worden wanneer apparaten die aangesloten zijn via de CAN-bus met elkaar moeten communiceren. Omdat de CAN-bus te lang wordt, er reeds een LAN verbinding ligt tussen 2 locaties of er teveel apparaten aan 1 CAN-bus netwerk aangesloten zijn. Wanneer het CAN-bus netwerk te lang wordt of er teveel apparaten aangesloten zijn, kan de CAN-bus verlengt worden via het computer netwerken. Dit heet een tunnel. Er zijn 2 soorten tunnels beschikbaar in de SNI. 1. Plug and Play tunnel 2. 1 op 1 tunnel Plug and Play tunnel De Plug and Play tunnel is een tunnel waarbij u niets hoeft in te stellen. Wanneer een SNI een bericht ziet dat bestemd is voor een apparaat dat niet binnen het CAN-bus netwerk aanwezig is*, stuurt hij deze door via zijn Plug and Play tunnel. Andere SNI s in het netwerk ontvangen dit bericht en kijken of het apparaat aanwezig is in zijn CAN-bus netwerk*. Als het apparaat aanwezig is wordt het bericht naar de CAN-bus gestuurd. * Dit wordt bepaald door het Smart Filter van de betreffende SNI. Let op: Deze tunnel werkt alleen juist wanneer het Smart Filter is ingeschakeld. Instellingen U kunt voor deze tunnel instellen via welke UDP poort deze berichten worden verstuurd. Standaard is deze poort 8085. U kunt deze instelling wijzigen op het tabblad Verbindingen. Let op: Als u deze poort wijzigt, moet u bij elke andere SNI in het netwerk deze poort ook wijzigen. Vereisten Wanneer u deze tunnel wilt gebruiken moet u eerst controleren of het netwerk UDP broadcast berichten ondersteund. Ook moet u controleren of er geen andere systemen communiceren op UDP poort 8085. Deze gegevens kunt u navragen bij de systeembeheerder van het betreffende netwerk. 14

SNI handleiding Smart Filter Het Smart Filter beheert welke apparaten aangesloten zit aan de SNI. Dit doet hij door met een interval te kijken welke apparaten er aanwezig zijn op de CAN-bus. Zodra de SNI een apparaat ziet wordt deze toegevoegd in het smart filter. SNI 1 smart Filter SNI 2 smart Filter Ja Bestemming in CAN? Nee Bestemming in CAN? Nee Ja CAN-Bus 1 bericht wordt niet doorgestuurd LAN netwerk LAN netwerk bericht wordt niet doorgestuurd CAN-Bus 2 Ja Bestemming in CAN? Nee Nee Ja Bestemming in CAN? Wanneer een apparaat na een bepaalde tijd geen antwoord meer geeft (apparaat time-out) zal het Smart Filter aangeven dat deze niet meer bereikbaar is in zijn netwerk. Berichten die voor dit apparaat zijn worden niet meer doorgestuurd naar de CAN-bus. Wanneer het smart filter is uitgeschakeld, worden alle berichten doorgestuurd. Instellingen Naam Omschrijving Standaard Ingeschakeld Geeft aan of het Smart Filter ingeschakeld is. Aan Zoek interval Het interval waarmee de SNI kijkt welke apparaten er zijn 30 sec in zijn CAN-bus netwerk. Apparaat time-out Als een apparaat niet binnen deze tijd reageert, zal het Smart Filter aangeven dat hij niet meer bereikbaar is. 70 sec. 1 op 1 tunnel Met een 1 op 1 tunnel maakt de SNI rechtstreeks verbinding met een andere SNI. Deze tunnel stuurt berichten van beide CAN-bussen door. Instellen 1. Beide SNI s instellen op statisch IP-adres (zie Hoofdstuk Netwerk instellingen) 2. SNI 1 instellen als tunnel master op tabblad Verbindingen 3. SNI 2 instellen als tunnel slave op tabblad Verbindingen 4. Reset vervolgens elke SNI op tabblad Verbindingen 5. Apparaten die moeten communiceren via de tunnel instellen op Verbinden via tunnel Wanneer deze tunnel gebruiken? Aangeraden wordt om deze tunnel te gebruiken wanneer u verbinding wilt maken met een SNI dat niet in uw huidige netwerk zit. Ook wanneer u de SNI moet bereiken via een VPN verbinding. (Vaak wordt hierbij UDP broadcast niet ondersteund, waardoor de Plug and Play tunnel niet werkt) 15

SNI handleiding Tijdserver De SNI synchroniseert zijn huidige interne tijd elke 15 minuten met de tijd van de PC of met een tijdserver op het internet. Voor deze laatste optie heeft de SNI een verbinding met internet nodig. Indien beide tijden gebruikt worden (PC tijd en internet tijd) krijgt de PC tijd voorrang. Er moet communicatie zijn tussen de Studio 2 en de SNI om de PC tijd te kunnen synchroniseren. Via het tabblad Tijdserver kunnen enkele instellingen aangepast worden: Huidige tijd: Tijdzone (UTC): Gebruik zomer/wintertijd: Tijd interval: Dit is de huidige tijd van de SNI. De UTC tijdzone waarin het apparaat zich bevindt. Automatische aanpassing zomer/wintertijd. Vink is actief. Tijd waarmee de apparaten op de CAN-bus gesynchroniseerd worden met de tijd van de SNI. Vanaf Software versie 3.2m is de tijdserver in de SNI toegevoegd. U kunt uw software versie via de Studio 2 controleren. De software versie wordt weergegeven op tabblad Apparaat info (Software versie Micro). Licenties Een SNI i.c.m. de Studio 2 beschikt over diverse extra mogelijkheden/functies welke geactiveerd worden door een licentie. Voorbeelden hiervan zijn: Multi-User licentie Mobile App licentie Scankey log licentie Scankey urenregistratie Voor meer informatie over de licenties wordt u verwezen naar de catalogus. Toevoegen licenties Voor het toevoegen van een licentie neemt u telefonisch contact op met. Tijdens dit telefoongesprek gaat u via de Studio 2 naar het tabblad Licentie codes. Via dit tabblad voegt de monteur, in samenwerking met, de licentie code(s) toe. Elke licentie hoeft maar één keer aangeschaft te worden en geldt voor een onbeperkte periode. 16

SNI handleiding Technische specificaties Behuizing (ABS) Afmetingen: 160 x 80 x 60mm (L x B x H) Temperatuur: 0 C t/m 70 C IP Bescherming IP20 Elektrische specificaties Voeding (12Vadapter meegeleverd): Communicatie USB: CAN-bus: LAN / Ethernet: Ingangen IN1: IN2: Overig CAN1 jumper: CAN2 jumper: PROG jumper: Aansluitkabels Bedrading CAN-bus: 10...30V DC 38400 BAUD, 8N1 20... 100 kbps (instelbaar) 10 of 100 Mbit/s (RJ45) Deze ingang heeft momenteel geen functie. Deze ingang heeft momenteel geen functie. Jumper om de CAN-bus 1 af te sluiten. Jumper om de CAN-bus 2 af te sluiten. (indien aanwezig) Jumper om de Multicom in 'firmware update stand' te zetten. 100kBit/s : 0,6 mm², twisted pair, max 500 mtr 20kBit/s : 0,8 mm², twisted pair, max 1000 mtr 17

SNI handleiding Bijlage A: Probleemoplossing Probleem De SNI wordt niet gevonden tijdens het zoeken met de Studio 2 Er kan geen verbinding meer gemaakt worden met de SNI en/of producten. Er staat een! teken voor apparaatnaam / apparaatnamen links in de treeview. Mogelijke oorzaak en oplossing Waarschijnlijk is er geen goede verbinding tussen de SNI en PC. Controleer de bekabeling en controleer of de SNI en de PC via hetzelfde netwerk verbinding hebben. Controleer of de voedingsspanning op de SNI correct is. Het groene PWR lampje moet branden. Controleer hoe de SNI verbinding maakt met de PC, via ethernet of via een USB/RS232 kabel. Controleer de fysieke verbinding tussen de SNI en de PC. Indien de SNI via ethernet verbonden is: Controleer of het huidige IP-adres van de SNI overeenkomt met het IP-adres waarmee de SNI ooit is toegevoegd. Het IP-adres is zichtbaar bij het apparatenoverzicht. Door op SNI toevoegen te klikken wordt het netwerk gescand, wordt de SNI gevonden? Komt het IP-adres overeen met het IP-adres in de Studio 2? 18