goed zien. Het zou best een knuffel kunnen zijn. Sander zoekt ook. Ze kijken overal maar ze zien



Vergelijkbare documenten
1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Stil blijft Lisa bij de deur staan. Ook de man staat stil. Ze kijken elkaar aan.

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Vlucht AVI AVI. Ineke Kraijo Veerle Hildebrandt. Kraijo - Hildebrandt Vlucht De Vier Windstreken. De Vier Windstreken AVI

Adam en Eva eten van de boom

ze terug in de la. Dan haalt ze de pannen van het fornuis en zet ze op de onderzetters. Thomas vouwt zijn handen en doet zijn ogen dicht.

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Ik heb een nieuw horloge, zegt papa. Kijk.

1 Kussen over mijn hoofd

Het is woensdagmiddag. Hij heeft alle tijd. Wat zal hij

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

Micha kijkt Ruben aan. Hij trekt een gek gezicht. Micha houdt niet van puzzelen, want de puzzels die oma maakt, zijn altijd heel erg moeilijk.

Lotte is er erg blij mee. Ik wilde altijd al een huisdier voor mezelf, zegt ze tegen opa. En nu heb ik er opeens een heleboel.

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Het nachtmerrieneefje

ik heb t! Gerard van Midden Noëlle Smit

Rianne haalt haar hand door Jochems haar terwijl ze naar de kamer loopt. Kijk eens wie we daar hebben? roept ze als ze uit het raam kijkt.

Eva geeft geen antwoord. Ze leest samen met Lieke in het kookboek. Nu moet er suiker en boter bij, zegt Lieke. En een snufje

Rivka voelt tranen in haar ogen. Vader aait over haar wang. Hij zegt: Veel plezier, prinsesje. Vergeet je nooit wie je bent? Dan draait vader zich

De boekenbeer Module dans groep 1-2

Poekie is verdrietig. Want zijn papa en mama gaan scheiden. Geschreven door. Mariska van der Made. Illustraties van. Dick Rink

Muis heeft tikkertje gespeeld met Draak. Het is al donker als ze naar huis wil. Muis moet nog een heel eind door het bos.

Miauw! Miauw!

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Ze moet wel twee keer zo veel eten als Anne, en altijd weer die pillen vooraf.

Jacques Vriens. De avonturen van Tommie en Lotje deel 1. Met illustraties van Kees de Boer. Van Holkema & Warendorf

Herman gaat met zijn dochter Lies naar de dierentuin. Joppie de hond gaat ook mee. Ze gaan gelijk naar de apen, die dicht bij de ingang zijn.

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.

De twee zaken waarover je in dit boek kunt lezen, zijn de meest vreemde zaken die Sherlock Holmes ooit heeft opgelost.

Het speelhuis van Lotte en Nina

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

DOLLY IS EEN SUPERHELD

Vivian den Hollander. Kaarsjes. blazen. met illustraties van Alex de Wolf. Uitgeverij Ploegsma Amsterdam

De dieren in de dierentuin bereiden zich voor op het Kerstfeest. Mevrouw Nijlpaard neem nog even een bad voordat ze aan het kerstdiner gaat en meneer

Tornado. Maartje gaat voor het eerst logeren. s Nachts belandt ze met haar vriendinnetje Eva in een tornado en beleven ze een heel spannend avontuur.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Dat kreeg ik van mijn opa. Ik werd toen negen jaar. Hij gaf het op mijn verjaardag. Ik lees in een sprookjesboek.

De Nationale Stichting ter Bevordering van Vrolijkheid

En rijke mensen werken niet. Die kunnen de hele dag doen wat ze leuk vinden.

KIND TOCH! Een bad op straat

Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: <Katelyne>

vandaan. Hij loopt ermee naar de grote tafel voor het raam. Ziet u wel? zegt hij tegen opa die net de kamer inloopt. U hebt echt wel spelletjes.

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

In de ene hand draagt hij een koffer, in de andere een kistje. Bok is de nieuwe buurman van Kip. Hij is een professor, zegt Kat. Iemand die heel veel

Een van de agenten komt naar hem toe. Nou, het is me het dagje wel, zegt hij. Nu zijn er toch rellen in de stad.

Burny Bos. Knofje. Alle verhalen. Met illustraties van Harmen van Straaten. Leopold / Amsterdam

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

De woonkamer. Er staan veel dozen in de woonkamer, er staat een bank en een kast die half in elkaar gezet is.

Paul van Loon s. en het. Spookhuis. Leopold / Amsterdam

Schaapje Schaap woont op de weide samen met Nina en Osto.

Schoolreis met zwaailicht

Voor jou. Verhalen van mantelzorgers. Anne-Rose Hermer

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

met tekeningen van ivan & ilia

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen.

Storm in het bos. Storm in het bos. Isabel Versteeg Storm in het bos

Niet eerlijk. Kyara Blaak

Hey Russel! EEN BIJZONDERE VRIENDSCHAP. marian hoefnagel

MARIAN HOEFNAGEL. De nieuwe buurt. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren

Het is druk op het schoolplein. Overal zie je kinderen die aan het knikkeren zijn. Joost heeft een grote zware knikkerzak. Hij roept: 'Ik heb de

Appeltje en Eitje Een postpakket uit Spanje

En? zegt mijn moeder, die haar nieuwe zomerjurkje laat zien: Wat vind je ervan? Mooi. Ik zeg niets meer dan dat, want ik weet dat ik er geen verstand

De MS van Tess Als elke dag onzeker is

Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

hebben verzorgde tanden An Melis

Draak trekt haar zwempak aan. Lekker zwemmen, juicht ze. Muis aarzelt. Ga je niet mee? vraagt Draak. Ik wil wel, maar Draak begrijpt het opeens.

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Wat is hij nou onhandig! Eindelijk krijgt hij een lucifer aan.

Het is stil in de klas. Iedereen zit te zweten boven een taaltoets. Een belangrijke, heeft meester Frank gezegd. Tijn legt zijn vel papier op de rand

DE NAAM JON FOSSE. NAMNET (1995) Een toneelstuk. Vertaling Tom Kleijn ********** PERSONEN. Meisje Jongen Zus Moeder Vader Bjarne ***********

Op reis naar Bethlehem

Ga daar dan staan. Hou je meer van geel, dan kies je de kant van de muur. Ga daar dan staan.

Tekening voorkant: Tara van Veen. Tekeningen binnenin: Alette Straathof. Leeftijd: jaar AVI: E3 M4. Lettertype: Dyslexie

Inleiding. Veel plezier!

Gelukkig is er een iemand voor wie hij nooit bang is. Dat is zijn oma. Ze is de liefste oma van de hele wereld. Op vrijdagmiddag komt ze hem altijd

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Marleen loopt met de tijd Mee. Tekeningen en tekst: Dick de Jong

Postbus AJ Wageningen Het ontbijt van Thijs

Pannenkoeken met stroop

Paul van Loon. Allemaal Onzin. Tekeningen Hugo van Look. Leopold / Amsterdam

VERSJES: Mourik lou VADERDAG. Lieve papa, kom eens even met uw hoofd heel dicht bij mij. k wil u graag een zoentje geven en u krijgt daar nog wat bij!

begrijpend lezen werkboek

15. eten moet je toch

Oma Pleuntje en opa Joep

MOEDER zit aan tafel te schrijven. OPA leest in een stoel een boek. MADELIEF staat voor het raam. MADELIEF Opa blijft voor altijd bij ons, hè mam?

Noach bouwt een ark Genesis 6-8

Germa de Vos. Kletsboek. Een vrolijk voorleesboek

Voorzichtig schuift hij het zware gordijn weg. Voor alle kamers hangt zo n goudkleurig gordijn. Om de warmte buiten te houden. Want het is erg warm,

Robin. en het geheim van Dee en Aa

Introductie: Brom en Bram

K a t m e t s l a g ro o m


3 Bijna ruzie. Maar die Marokkanen en Turken horen hier niet. Ze moeten het land uit, vindt Jacco.

De Man van de Toekomst Module Theater Groep 7-8

Transcriptie:

Waar is Bas-Das? Hoei-woei, doet de wind. Hij rukt en trekt aan Bas-Das tot de knijper losschiet. Daar gaat Bas-Das, door de lucht. Hij vliegt over het hegje en valt bij de buren in de tuin. Plof, daar ligt hij. Half onder een struik. Je kunt hem bijna niet meer zien. Als Sander thuiskomt, kijkt hij meteen naar de waslijn. Maar die is leeg. Mam, roept hij, waar is Bas-Das? Buiten toch, antwoordt mam. Nee, gilt Sander. Daar is hij niet. Hij is weg. Een dief heeft hem gepakt! Bas-Das hangt aan de lijn. Hij is net gewassen in de wasmachine. Nu hangt hij buiten te drogen. Dag Bas-Das, zegt Sander. Ik ga naar school. 24 25 Niet wiebelen hoor, anders val je van de lijn. Bas-Das hangt heel stil, maar na een tijdje begint het te waaien. Eerst zachtjes. Bas-Das wiegt op de wind. Dan gaat het harder waaien.

Mama komt naar buiten. Ze zoekt in de tuin. goed zien. Het zou best een knuffel kunnen zijn. Sander zoekt ook. Ze kijken overal maar ze zien Sander holt naar beneden. Hij stormt door de Bas-Das niet. Sander huilt bijna. kamer. Hij rent de tuin in, zomaar op zijn blote Hij komt heus wel weer terecht, zegt mama. voeten en in zijn pyjama. Hij duikt over het Maar dat gelooft Sander niet. Ze hebben toch hegje naar de tuin van de buren en dan overal gekeken. Ik heb hem! roept hij. Mam, ik heb Bas-Das s Avonds is Bas-Das nog steeds niet terecht. gevonden. Hij lag bij de buren. Sander wil niet naar bed. Zonder Bas-Das is zijn Wat een geluk dat je hem zag! zegt mama. bed zo leeg. Mama brengt hem toch naar boven. En nu vlug terug naar bed! Morgen kopen we een nieuwe Bas-Das voor je, Welterusten Bas-Das, fluistert Sander als hij belooft ze. weer onder zijn dekbed ligt. Met de zachte Maar Sander wil geen nieuwe. knuffel tegen zijn wang valt hij vanzelf in slaap. Hij wil zijn eigen Bas-Das. Mama vertelt een verhaaltje. Ze dekt hem toe en ze gaat naar beneden. Als ze weg is, stapt Sander uit bed. Hij gaat naar 26 27 het raam en kijkt naar de tuin beneden. Daar moet Bas-Das zijn. Hij kijkt heel goed, maar hij ziet niets blauws. Of toch? Bij de buren in de tuin ligt iets. Je kunt het niet

Juf is ziek Sander gaat naar school. In het begin bracht mama hem altijd weg. Nu hoeft dat niet meer. Sander is groot genoeg om alleen te gaan. En de school is vlakbij. Hij is lekker vroeg. Hij kan Hee, roept hij naar Tim en Hakkan. Juf is ziek. nog even spelen op het plein. Tim is er ook al, en We mogen naar huis. Hakkan. Ze spelen tikkertje. We moeten toch eerst naar de klas, roept Tim. Het is niet druk op het schoolplein. Bijna alle Om het te vragen. kinderen gaan meteen naar de klas. Vooral de Maar Sander heeft geen zin om iets te vragen. kinderen die worden gebracht. De kleintjes. Misschien mag hij dan niet weg. Omdat hij Sander rent achter Tim aan. Bijna botst hij tegen zonder moeder is. Tot morgen, roept hij en holt Melanie en haar moeder op. Die gaan weer weg. naar huis. Blijf je niet op school vandaag? vraagt Sander Hijgend komt hij even later bij de achterdeur. verbaasd. Die is op slot. Hij gaat naar de voordeur en belt. Juf is ziek. We mogen naar huis, antwoordt Dring dring driiiiing. Maar mama doet niet open. Melanie. Ze is er niet. Wat nu? Het duurt misschien lang Nu ziet Sander nog meer kinderen naar huis voor ze thuiskomt. Hij heeft geen zin om voor de gaan. Met hun vader of moeder. deur te wachten. 28 29

Sander gaat de gang in. Hij vertelt van juf die ziek is. En sturen ze je dan zomaar naar huis? roept mama boos. Sander hangt zijn jas op. Eigenlijk moet hij zeggen dat hij zelf is weggegaan. Zonder te vragen of het mocht. Maar dan wordt mama nog bozer. Daarom zegt hij niks. Ik bel de school, zegt mama. Want dit kan echt niet. Ze pakt de telefoon. O jee, denkt Sander, dit gaat niet goed. Bel maar niet, zegt hij. En hij vertelt precies wat Opeens weet hij wat hij moet doen. Hij gaat naar er is gebeurd. Mama is vreselijk boos op hem. oma. Hij holt het hele stuk naar oma s huis. Bij Maar gelukkig is oma er ook nog. de grote weg kijkt hij goed uit. Eerst naar links Het is goed afgelopen, zegt ze. Dus hou erover en dan naar rechts. op. Eindelijk belt hij aan. Hij is opeens heel bang. Mama moppert nog een beetje. Tot oma de koffie Misschien is oma ook niet thuis. En wat moet hij klaar heeft. Voor Sander schenkt ze sap in. Dan dan? gaat ze met de koekjes rond. Gelukkig hoort hij iets in de gang. De deur gaat Maar mama zegt: Geen koek voor stoute open. Daar staat mama. jongens. Hoe kom jij hier? roept ze. Waarom zit je niet Als ze even niet kijkt, geeft oma hem toch een op school. koekje. Stiekem. 30 31

Naar de maan Oma schiet in de lach. Nee, giechelt ze, naar de maan! Nu moet mama ook lachen. Oma, waarom heb jij geen opa? vraagt Sander. Met een raket? vraagt Sander. Oma lacht. Omdat ik liever alleen ben. Ja, zegt oma, maar ik weet niet of hij wel op Dat snap ik niet, zegt Sander. Het is toch de maan is geland. Ik kan niet zo goed mikken. helemaal niet leuk om alleen te zijn. Dan heb je Misschien is die raket langs de maan gevlogen. niemand om mee te spelen. Dan zit opa nu misschien op een ster. Ik kan heel goed alleen spelen, antwoordt oma. Of op de zon! roept Sander. Daar is het heel Heb je wel eens een opa gehad? Bij Sander in heet. Als jouw opa daar is, dan verbrandt hij. de klas hebben alle kinderen opa s. Sommigen Nee, dat kan niet, zegt oma. De zon was al hebben er wel drie of vier. Hij heeft er maar een onder toen ik opa wegstuurde. en dat is een foto-opa, want die is dood. Een Misschien maakt die raket een rondje, zegt dode opa telt eigenlijk niet. Vooral als je hem Sander. Misschien komt hij op een dag weer nooit in het echt hebt gezien. terug. Heel lang geleden heb ik wel een opa gehad, maar die was niet zo leuk, vertelt oma. Ze lacht Oma schudt haar hoofd. Dat hoop ik niet. 32 33 Ik hoop het wel, zegt Sander. Want dan heb nu niet meer. ik twee opa s. Een dode en een levende. En waar is die nu? Is hij dood? Sander, je moet niet zoveel vragen, zegt mama. Het geeft niet, zegt oma. Hij mag het best weten. Ik heb die opa weggestuurd, omdat hij echt ontzettend vervelend was. Hij was zeker verwend, zegt Sander. Verwende kinderen zijn altijd heel vervelend. En verwende opa s natuurlijk ook. Oma knikt. Waar heb je hem naar toe gestuurd? Naar Amerika?

Sander eet garnalen Ha lekker, garnalen! roept Sander. Mama zet een schaal op tafel. Er liggen garnalen op en vis en mosselen. Theo zit ook aan tafel. Hij mag eerst opscheppen, want hij is de gast. Sander kijkt naar zijn snor en zijn baard. Die wippen op en neer terwijl Theo eet. Theo, zegt papa, jij hebt verre reizen gemaakt. Wat is het raarste dat je ooit hebt gegeten? Ik heb gebakken aap gegeten, vertelt Theo, en geroosterde mieren. En gestoomde slang. Was het een gifslang? vraagt Sander. Ik denk het wel, antwoordt Theo. Bah! roept Sander. Dat lijkt me niet lekker. Ik vond slang lekkerder dan slak, zegt Theo. Slakken, daar houd ik niet zo van. En gebakken wurm? vraagt Sander. Lust je dat? Wurmen moet je niet bakken, zegt Theo. Als je ze bakt, lijken het net verbrande schoenveters. Wurmen eet je rauw. De sappigste wurm die ik ooit heb gegeten, woonde in een tropisch woud. Ik ging eerst met de boot over de rivier. 34 35

Toen over een paadje door het bos, tot ik in een Het slaapzandstrand dorp kwam. Ik had een cadeau meegenomen voor de baas van het dorp. Als dank wilde hij mij ook iets geven. Iets heel bijzonders. De baas Het is tijd om naar bed te gaan, zegt mama. van het dorp nam me mee naar een omgevallen Nu al? Ik heb helemaal geen slaap, roept Sander. boom in het bos. Hij haalde een stuk vermolmd Hij zit naast Theo op de bank. Theo is groot en hout weg en daaronder zat de vetste, witte worm sterk en aardig. En hij vertelt spannende dingen. die ik ooit heb gezien. Hij kronkelde langzaam. Sander wil dat horen. Hij wil nog lang niet naar De baas pakte de worm en gaf hem aan mij. bed. Deze is bijzonder lekker, zei hij. Bijzonder lekker. Eet maar op. En heb je dat gedaan? vraagt Sander. Ja. En hoe smaakte hij? Dat weet ik niet, antwoordt Theo. Ik ben vergeten om te proeven, want hij kronkelde nog 36 37 toen hij mijn mond zat en dat was een akelig gevoel. Wie wil er nog wat garnalen? vraagt mama. Sander kijkt naar de garnalen. Hij vindt opeens dat garnalen heel veel lijken op witte kronkelwurmen. Het lijkt wel of ze nog leven, zegt hij. Ik ben dol op levende garnalen, zegt papa. Hij pakt een garnaal en schudt hem heen en weer zodat het net lijkt of hij beweegt. Het ziet er griezelig uit. Sander rilt maar papa steekt dat enge ding in zijn mond en eet hem smakkend op. Daarna schept hij nog meer garnalen op zijn bord. Hij wil Sander ook nog wat geven. Maar Sander hoeft niet meer...

Heb je echt geen slaap? vraagt Theo. Luister! De zee ruist en achter je is een Sander schudt zijn hoofd. diepdonker woud. Hoor je de kikkers fluiten? Kleed je toch maar uit, dan kom ik je dadelijk Ze zitten in de bomen van het woud. wat slaapzand brengen. Er beweegt iets tussen de bomen. Het is de Slaapzand? vraagt Sander. Wat is dat? slaapzandman. Hij sluipt op fluwelen sloffen het Theo lacht geheimzinnig en zegt: Ga vlug naar strand op. Hij doet zijn hand in zijn broekzak boven. Ik kom er zo aan. Theo doet zijn hand ook in zijn zak. Hij haalt er Als Theo boven komt, ligt Sander nog niet in bed. iets uit. Een snuifje slaapzand. Hij legt het op Theo pakt hem op en laat hem vliegen boven zijn platte hand. Dan blaast hij het slaapzand zijn bed, voor de kast langs en over de speelgoeddieren. Sander gaapt. van zijn hand, zo in Sanders ogen. We vliegen naar de andere kant van de wereld, Hoor je de zee zachtjes ruisen, fluistert Theo. zegt Theo. Over Duitsland en Rusland en China. Hoor je de kikkers fluiten? En nu vliegen we over zee. Zie je dat eiland in de Mmmm, mompelt Sander en zijn ogen vallen verte? Een groen eiland met een lang, wit strand. dicht. Daar gaan we landen, op het schildpaddenstrand. Heel voorzichtig want anders schrikken Welterusten, zegt Theo. Heel, heel zachtjes 38 39 sluipt hij de kamer uit. Hij merkt niet dat Sander de schildpadden. op de rug klimt van een wijze schildpad die de Theo laat Sander zachtjes landen in zijn bed. weg weet naar een mooie droom. Voel je hoe warm het zand is? vraagt hij. De hele dag heeft de zon erop geschenen en nu is het lekker warm. We maken een kuiltje voor je rug en een bergje voor je hoofd. We dekken je toe met warm zand. Zie je die donkere bobbels? Daar en daar? Dat zijn stokoude schilpadden. s Avonds komen ze uit het water om hier te slapen. s Morgens zwemmen ze weg, de Stille Zuidzee in. Maar elke avond komen ze weer hier, want dit is het slaapzandstrand.