Revalidatiecentra. Accidenteel bloedcontact

Vergelijkbare documenten
Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Accidenteel bloedcontact

Accidenteel bloedcontact

Revalidatiecentra. Opslag steriele materialen

Ziekenhuizen. Contactisolatie

Revalidatiecentra. Dialyse (CAPD/CCPD)

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Persoonlijke beschermingsmiddelen

Ziekenhuizen. Aërogene isolatie kinderen

Ziekenhuizen. Contactisolatie kinderen

Ziekenhuizen. Microbiologische veiligheid onderhoud aan medische- en laboratoriumapparatuur

Ziekenhuizen. Druppelisolatie kinderen

Ziekenhuizen. Strikte isolatie

Revalidatiecentra. Verzorging van wonden

Ziekenhuizen. Aërogene isolatie

Ziekenhuizen. Onderzoek en behandeling van geïsoleerde patiënten

Microbiologische veiligheid onderhoud aan medische- en laboratoriumapparatuur

Ziekenhuizen. Sondevoeding op de afdeling Neonatologie

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Veilig werken in de jeugdgezondheidszorg

Ziekenhuizen. Beschermende isolatie

Ziekenhuizen. Strikte isolatie kinderen

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Epidurale en spinale pijnbestrijding

Revalidatiecentra. Veilig werken voor kappers

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Dialyse (CAPD/CCPD)

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Veilig werken in de fysiotherapie en de ergotherapie

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Veilig werken bij uitleen verpleegartikelen

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Toediening van medicijnen

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Verzorging van wonden

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Opslag steriele materialen

Ziekenhuizen. Waterpokken

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Voeding in verpleeghuis en woonzorgcentrum

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Huisdieren

Revalidatiecentra. Persoonlijke beschermingsmiddelen

Revalidatiecentra. Handhygiëne medewerkers

Ziekenhuizen. Bewaren en transporteren van gebruikt instrumentarium voor sterilisatie

Ziekenhuizen. Veilig werken in de verloskunde

Ziekenhuizen. Accidenteel bloedcontact

Prik-, snij-, bijten/of spataccidenten

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Handhygiëne

Ziekenhuizen. Veilig werken in de kindergeneeskunde

Persoonlijke beschermingsmiddelen

Ziekenhuizen. Veilig werken in de fysiotherapie

Ziekenhuizen. Accidenteel bloedcontact

Wat te doen na een prik of snij-ongeval

Ziekenhuizen. Strikte isolatie

Ziekenhuizen. Veilig werken in de dermato-venereologie

Wat te doen na een Prik of Snij-ongeval

Prik-, snij-, bijten/of spataccidenten

Bescherming van de medewerker tegen bloed overdraagbare aandoeningen.

Ziekenhuizen. Desinfectie van huid en slijmvliezen

Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9

Intraveneuze toedieningen

Preventie van accidenteel bloedcontact (concept voor 2e landelijk commentaar)

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Intraveneuze toedieningen

Margriet Tensen 3 november 2012

Algemeen Aangemaakt: Documentbeheerders. Beoordeling. Opmerkingen. Hyperlinks (migratiegebruiker) (Timmermans, Manon)

Ziekenhuizen. Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker

Ziekenhuizen. Babyvoeding

Toediening van medicijnen

Infectiepreventie binnen de huisartsenpraktijk

PROTOCOL TER PREVENTIE VAN BLOEDOVERDRAAGBARE AANDOENINGEN. Met instemming PGMR mei 2013 MET INSTEMMING

Veilig werken in de fysiotherapie en de ergotherapie

Ziekenhuizen. Cytomegalovirusinfecties bij zwangeren

Reiniging en desinfectie anesthesie

PROCEDURE BIJ PRIK-, SNIJ-, SPAT- EN BIJTWONDEN

Ziekenhuizen. Preoperatieve handdesinfectie

Ziekenhuizen. Hydrotherapie

PROCEDURE BIJ PRIK-, SNIJ-, SPAT- EN BIJTWONDEN

Verzorging van wonden

Ziekenhuizen. Veilig werken op de longafdeling

Ziekenhuizen. Veilig werken op de longafdeling

Doel: Het benoemen van maatregelen om het risico van overdracht van micro-organismen van medewerkers van Hap t Hellegat naar patiënten te verminderen.

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Handhygiëne

Ziekenhuizen. Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Dialyse (CAPD/CCPD)

Als het misgaat. calamiteiten in de huisartsenpraktijk

Epidurale en spinale pijnbestrijding

Ziekenhuizen. Puncties

Prik- of spatletsel opgelopen tijdens het werk

Wie Wat Document. Voldoende beschermd of patiënt HBsAG negatief Inschatten risico voor HCV en HIV Indien laag risico: GEEN ACTIE ONDERNEMEN

9.3.1 HANDREIKING GENEESMIDDELENVERSTREKKING EN MEDISCH HANDELEN

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Handhygiëne

Prikaccidentenprotocol

Opslag steriele materialen

Afval Handhygiëne Beschermende kledij

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Veilig werken bij kraamzorg en partusassistentie

Handhygiëne medewerkers

Ziekenhuizen. Hygiënemaatregelen bij toediening van medicatie en vloeistoffen via injectie

Revalidatiecentra. Lichaamsverzorging revalidant

Preventie van accidentele bloedcontacten In het ziekenhuismilieu Brussel, 12 maart 2009

Risicoanalyse ongevallen scherpe voorwerpen

Jeugdgezondheidszorg (JGZ) Infectiepreventie in het consultatiebureau Jeugdgezondheidszorg (JGZ)

Risico-inventarisatie & evaluatie

MRSA in verpleeghuis en woonzorgcentrum

Infectiepreventie in de huisartsenpraktijk

Hoofdstuk 2: Hygiëne, veiligheid en afvalregeling

Infectiepreventie binnen de huisartsenpraktijk (deel 2)

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Huisdieren

Infectiepreventie in de huisartsenpraktijk

Protocol prikaccidenten. voor schoonmaakwerkzaamheden

Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Checklist Ambulancediensten

Veilig werken voor pedicures en podotherapeuten

Transcriptie:

Revalidatiecentra Accidenteel bloedcontact Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: oktober 2008 Revisie: oktober 2013

Aan de samenstelling van deze richtlijn werd, behalve door leden en medewerkers van de WIP, bijgedragen door: de heer dr. G.I. Andriesse (artsmicrobioloog), Amphia Ziekenhuis, Breda; de heer drs. J.M. Kruitbosch (revalidatiearts), Revalidatiecentrum De Hoogstraat, Utrecht; mevrouw M. van Rijen (hygiënist), Amphia Ziekenhuis, Breda en mevrouw N. Tuinman (coördinerend verpleegkundige), De Vogellanden, Centrum voor Revalidatie, Zwolle. Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits de Werkgroep Infectie Preventie (WIP) als bron wordt vermeld. Controleer altijd of dit de meest recente versie van de richtlijn is (zie www.wip.nl). De WIP acht zich na het verschijnen van een update niet meer verantwoordelijk voor gedateerde versies van de richtlijn. Opmerkingen over deze richtlijn ontvangen wij graag via stwip@wip.nl. DISCLAIMER De geplande revisiedatum van deze richtlijn is verlopen. Dit kan betekenen dat de richtlijn (op onderdelen) niet meer up-to-date is. De gebruiker dient daarom zelf na te gaan of deze richtlijn nog up-to-date is. Werkgroep Infectie Preventie p/a Leids Universitair Medisch Centrum Kamer C7-P-131 Postbus 9600 2300 RC Leiden T 071 52 66 756 E stwip@wip.nl I www.wip.nl

Inhoudsopgave Inleiding... 1 1 Preventie van accidenteel bloedcontact... 1 2 Handelwijze na accidenteel bloedcontact... 2 Bijlage A. Literatuur... 3

Inleiding Onder accidenteel bloedcontact wordt verstaan expositie aan bloed of zichtbaar met bloed verontreinigde lichaamsvloeistoffen door een percutane verwonding of door contact met slijmvlies of niet intacte huid [1]. Accidenteel bloedcontact vindt vooral plaats in de volgende situaties: bij het opruimen van een gebruikte naald; bij het terugsteken van een naald in het hoesje; bij het afvoeren van afval of wasgoed waarin gebruikte naalden terecht zijn gekomen; bij het verwerken van afval en/of linnengoed; bij spontane bloedingen, zoals een maagdarmbloeding of een blaasbloeding. Onder hoge werkdruk en met name in acute situaties zal een accidenteel bloedcontact zich eerder voordoen. Deze richtlijn geeft aanbevelingen voor de preventie van accidenteel bloedcontact en eerste hulp na een accidenteel bloedcontact. De landelijke richtlijn Prikaccidenten beschrijft hoe verder moet worden gehandeld, na een accidenteel bloedcontact [1]. 1 Preventie van accidenteel bloedcontact Bij bloedafname worden handschoenen gedragen, tenzij gebruik wordt gemaakt van een gesloten afnamesysteem (bijvoorbeeld een vacuümsysteem). Naalden mogen niet worden gebogen, afgebroken of op een andere manier worden gemanipuleerd. De belangrijkste gedragsregel is om een gebruikte naald nooit terug te steken in het hoesje. Deponeer de naald direct in een speciaal voor dit doel ontworpen container. Dit geldt niet alleen voor naalden die gebruikt zijn om bloed af te nemen, maar ook voor naalden die gebruikt zijn voor intramusculaire of subcutane toediening, bijvoorbeeld de toediening van insuline. De naaldcontainers moeten voldoen aan de United Nations (UN) -wetgeving [2]. De containers zijn van hard plastic en hebben een voorziening die het mogelijk maakt om de naald van de spuit of naaldhouder te scheiden, zonder dat de naald met de handen wordt aangeraakt. De naaldcontainers dienen zodanig afsluitbaar te zijn dat ze niet open kunnen gaan en niet heropend kunnen worden. De containers moeten ondoordringbaar zijn voor naalden en bovendien lekdicht zijn. Naaldcontainers moeten in ruime mate aanwezig zijn. De naaldcontainers worden zodanig op de afdeling geplaatst, dat ze binnen handbereik zijn. Naaldcontainers worden regelmatig vervangen. De naaldcontainers mogen niet gevuld worden boven de op iedere naaldcontainer aangegeven lijn. Gebruikte naaldcontainers worden afgevoerd en verwerkt als scherp afval (zie de WIP-richtlijn: Infectiepreventie bij afvalverwijdering vanuit instellingen voor gezondheidszorg). Accidenteel bloedcontact 1

2 Handelwijze na accidenteel bloedcontact Na accidenteel bloedcontact de wond goed laten bloeden en spoelen met water of fysiologisch zout. De wond wordt gespoeld en gedesinfecteerd met een huiddesinfectans, met uitzondering van de slijmvliezen. Bij besmetting van de slijmvliezen spoelt men direct en zo goed mogelijk met water of fysiologisch zout. Dit water of fysiologisch zout mag niet worden doorgeslikt. Zie voor huiddesinfectantia de WIP-richtlijn in de Ziekenhuis serie: Desinfectie van huid en slijmvliezen. Het accident moet direct beoordeeld worden door een deskundige opdat er adequaat gehandeld kan worden. Elke instelling dient afspraken te maken over het vervolg na een accidenteel bloedcontact. Dit kan op verschillende manieren worden geregeld, bijvoorbeeld via de ARBO-dienst of via de GGD. Het beleid ten aanzien van mogelijke blootstelling aan hepatitis B-virus, hepatitis C- virus en humaan immunodeficiëntievirus (HIV) is beschreven in de landelijke richtlijn Prikaccidenten [1]. Accidenteel bloedcontact 2

Bijlage A. Literatuur 1 L.C.I. Landelijke richtlijn Prikaccidenten. 2007. 2 Gwyther J. Sharps disposal containers and their use. J Hosp Infect 1990; 15:287-294.. Accidenteel bloedcontact 3