Generatie Ik? We doen na wat iedereen doet

Vergelijkbare documenten
2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Eerste lezing: Habakuk 3:1-3,16-19 Evangelielezing: Lukas 17:1-10

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

FOUT VRIENDJE? PAS OP! Hulp. Internet. Heb je vragen? Bel dan naar Meldpunt Jeugdprostitutie, tel.:

Dat we hier vanavond bij elkaar zijn wordt vooral bepaald door de wereldse kalender. En niet de kalender van de christelijke feesten.

Gevaarlijke liefde. Weet jij wie die jongen is? Zit hij ook bij ons op school? Mooi hè, Kim? Maar wel duur! Ik geloof dat hij Ramon heet!

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

Er zijn mensen nodig met nieuwe fantasie

Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: <Katelyne>

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

Er is toch niemand die jou aardig vindt. SUKKEL.

Denkfouten. hoofdstuk 6. De pretbedervers. De zwarte bril

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Info. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde

Les 3 - maandag 3 januari De Wilgenstam kleutergroep van meester Jasper

Tekst: Job 16: 20 Thema: Doge jo wol? Bijzonderheden: Tweede zondag in de 40-dagentijd. Beste mensen,

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

Hoe je je voelt. hoofdstuk 10. Het zal je wel opgevallen zijn dat je op een dag een heleboel verschillende gevoelens hebt. Je kunt bijvoorbeeld:

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

15. eten moet je toch

Jaar Werkboek 4 weken Challenge

Stil blijft Lisa bij de deur staan. Ook de man staat stil. Ze kijken elkaar aan.

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

WERKBOEK. Durf te doen wat je raakt..

speciaal onderwijs lesbrief gokken UITGAVE: STICHTING VOORKOM! T (030) STICHTING@VOORKOM.NL

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Lucas 10: Mag Jezus jouw naaste zijn?

Wat? Ambers mond valt open. Krijg ik dertigduizend euro? De notaris knikt. Dat klopt. Gefeliciteerd. Liz weet ook niet wat ze hoort.

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

De gelijkenis van de verloren zoon.

STELLING HET SOCIALE LEVEN VAN JONGEREN ER IS NIKS MIS MEE OM VEEL OVER HET IS NIET GEVAARLIJK OM JE JEZELF OP MSN TE ZETTEN.

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

Liturgie voor de scholendienst 2015

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Inhoud. Mijn leven. de liefde en ik

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Je bent jong en je wilt wat!

Knabbel en Babbeltijd.

Vanjezelfhouden.nl 1

tientallen miljoenen euro s per jaar. Ook een vrijwilliger heeft zo een economische waarde.

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Openingsgebeden INHOUD

Wijs Worden. werkboek. deel 1 DAMON

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Zwart = tekst van verhaal Rood = de vragen die de voorlezer tussendoor stelt Blauw = de antwoorden die de kinderen kunnen geven

Gemeenteviering rond Jesaja 9:5b

ONDERNEMEN IS VOOR HELDEN

Ze moet wel twee keer zo veel eten als Anne, en altijd weer die pillen vooraf.

Luisteren: muziek (A2 nr. 3)

Lesbrief. Introductie

Inhoud. Aan jou de keuze 7. Niet alleen maar een boek 187. Auteurs 191. Dankwoord 197

Lesbrief 14. Naar personeelszaken.

In de eeuwigheid van het leven waarin ik ben is alles volmaakt, heel en compleet en toch verandert het leven voortdurend. Er is geen begin en geen

1 Ben of word jij weleens gepest?

Mijn nieuwe school, een nieuwe start.

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Wat kan ik voor u doen?

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis.

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Oud wit Prins de Vos. Ik wil je.

Privacy instellingen voor Facebook Alles wat je op Facebook zet is openbaar. Wil je dat ook?

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

Voel je vrij en liefdevol 7 oefeningen

Wie zijn jouw vrienden? Opdracht:

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Hoe lang duurt geluk?

HET BELANGRIJKSTE OM TE WETEN OM MEER ZELFVERTROUWEN TE KRIJGEN

VRIENDSCHAP EN RELATIES

SOCIALE VAARDIGHEDEN EN CREATIVITEIT

Om mee te beginnen: boekfragment en opdrachten

Kanjerkrant maart 2015

De Nationale Stichting ter Bevordering van Vrolijkheid

En rijke mensen werken niet. Die kunnen de hele dag doen wat ze leuk vinden.

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!

Meten van mediawijsheid. Bijlage 6. Interview. terug naar meten van mediawijsheid

D E P A U L U S C A K E of de suiker is niet méér waard dan het zout

1) De ongelovige is blind gemaakt door Satan (2 Korintiërs 4:4).

Documentaire vrijheid Depressie

Bevriend met Bram of met een autist

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Lieve mensen van de Hofkerk, gasten, gemeente van Jezus Christus

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Interview Rob van Brakel

JUST BE YOU.NL. Het mooiste wat je kunt worden is jezelf! 23 tips voor direct meer zelfvertrouwen. Marian Palsgraaf -

Preek Psalm 78: september 2015 In het spoor van Opening winterwerk Spiegelbeeld I

Heilig Jaar van Barmhartigheid

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

H E T V E R L O R E N G E L D

Transcriptie:

Afgelopen vrijdag Generatie Ik? We doen na wat iedereen doet Generatie Ik In Boek van de doden beschrijft Philip Huff (1984) zijn generatie. Dertigers van nu houden de hele tijd in de gaten wat iedereen doet en doen dat ook: oké, dan maar dit. Het leven overkomt hen. THOMAS DE VEEN Oké. Vandaag verschijnt de nieuwe roman van Philip Huff, Boek van de doden. Die gaat over een Amsterdamse man van dertig. Een schrijver. Ongelukkig in de liefde. Hij verdooft zich voortdurend met cocaïne, verliest zich op feestjes, dwaalt door de stad. Het is de week voor Kerst, de wereld is donker. Het is De avonden, maar dan in het nu. Oké. Ja? Oké? Het is een persoonlijk boek dus? De Amsterdamse schrijver Philip Huff, nog twee weken negenentwintig, twijfelt. Preciezer dan: was het uitgangspunt, de motivatie om dit boek te schrijven persoonlijk? Ik schrijf boeken over dingen die mij bezighouden, ik merk dat dat gewoon gebeurt, zegt Huff, op een terras in het centrum van Amsterdam. Hij woont verderop aan de gracht. Hij begint te lachen: Omdat ik het leven als een probleem zie nou ja, sóms - probeer ik dat probleem schrijvend in kaart te brengen. Ik breng ordening aan in alles wat mij omringt. Als ik het teruglees denk ik dat ik een soort kaart heb getekend van het landschap waarin ik me bevind. Verder: als je het wilt hebben over de biografische details... Je flirt met je biografische details. Je telefoonnummer staat er zelfs in. Haha, of dat verstandig is weet ik niet. Maar het staat er niet in als mijn telefoonnummer... Eigenlijk is dat wel een goed voorbeeld van hoe ik te werk ga. Ik gebruik de biografische gegevens eigenlijk uit gemak. En uit zorgvuldigheid. Als ik schrijf heb ik één regel: dat het moet kloppen. Het soort mensen waar ik over schrijf moet zeggen: ja, zo is het. En het enige waar ik echt expert in ben is mijn eigen leven. Maar hopelijk... het is niet de bedoeling dat het alleen over dit leven gaat. Oké. Maar waarom kies je er nou voor om te schrijven over een dertiger in deze stad? Is dat niet een wat beperkte ambitie? En je hoort de critici kreunen: wéér zo n navelstaarder uit

de hoofdstad. Ja, oké. Maar ik bepáál dat niet echt. Sorry als dat metafysisch klinkt. Maar ik ben met zo n verhaal dan de hele tijd in mijn hoofd bezig, het moet er dan gewoon komen. Een soort verliefdheid op je boek. Ja, eigenlijk wel. Als je verliefd bent wil je dat meisje, maar je zegt: het moet zo zijn. Zo werkt dit ook. Maar beperkte ambitie... Ik schrijf over een kleine sociale groep, maar ik denk dat de mechanismen en patronen in deze groep ook herkenbaar zijn voor mensen in Urk. Mijn vorige roman Niemand in de stad ging over het Amsterdams studentencorps, waar ik lid van ben geweest. Een vriend van een vriendin zei me: het gaat daar net zoals bij ons op de carnavalsvereniging in Oss. Dezelfde belangrijkdoeners en onzekeren, insiders en outsiders. Ik schrijf over wat ik ken, maar als ik het goed doe, kan ik er universele dingen mee aankaarten. Als mensen over mijn personages zeggen: wat een verwaande elite, wat een kleine kinderen, wéér drank en drugs, denk ik dat ze voor een deel niet begrijpen wat ik wil zeggen. Of ze vinden het moeilijk om in de spiegel te kijken. Ja, in de spiegel kijken. Want je boek gaat over een typisch jong mens van nu? Ja. We leven in een tijd van succes, nee: van de illusie van succes en het uitstralen daarvan. Iedereen staat op een Facebookfoto te springen op een Zuid-Amerikaans strand, en de achtergrond is je geweldige safari. Terwijl je vaker gewoon maar wat op Facebook zit te kijken naar foto s van vrienden van vrienden en denkt: zo leuk is mijn leven niet. We laten ons leven leuker lijken dan het is. Voor mij gaat het boek over het probleem van nihilisme: je wordt geboren, je gaat dood en het heeft eigenlijk geen zin. Je weet wel, dat moment dat je op je bed ligt en denkt: waar doe ik het allemaal voor. Mijn werk is zinloos, ik woon in een kuthuis met een te hoge hypotheek. Mensen hebben cultuur om iets tegenover dat nihilisme te stellen. Op verschillende manieren: sommigen luisteren naar Wagner, sommigen gaan gezellig op de camping staan. Maar we doen die dingen omdat men ze doet zonder dat er ooit iemand nadenkt vóór die groep en zich afvraagt of wat de groep doet goed is. Te veel: nou oké. Exact. Het hele boek is een variatie op de woorden ja, nee en oké. Het gaat over mensen die de hele tijd oké zeggen: dan maar dit. Te weinig nee, dit wil ik niet en te weinig ja, ik wil hier echt voor gáán. Volgens mij is mijn boek een soort schets, of pauzeknop, van wat er de hele dag om ons heen gebeurt en waar we maar oké tegen blijven zeggen. Zodat je daar in een gecondenseerde vorm over kunt nadenken. Ik hoop wel dat mijn boek je dan een bepaalde kant uit wijst. Een heleboel keer oké opgeteld is een nee. Of een nehhhh. Hoe vaker je meedanst met de groep zonder je af te vragen wat je zelf wilt, hoe makkelijker je je die clichés laat overkomen. Dat je op een gegeven moment op de kerkbank zit naast je matig leuke schoonfamilie, terwijl je eigenlijk liever met dat andere meisje met je voeten in het gras had willen staan. We moeten vaker stilstaan?

Het leven overkomt ons. Pas als je wegloopt of terugkijkt denk je: ja, dat was wat het was. Mijn hoofdpersoon zit bij een lezing waar een schrijfster zegt: Wat we vergeten, is dat de manier waarop we naar de wereld kijken niet vanzelf groeit en vaststaat, als een schoenmaat of een nagel. Mijn hoofdpersoon let niet op. Maar we kunnen er wat aan doen. Zelf. Wat je ik wil. Ja, ik. Want de jonge generatie van nu was toch juist individualistisch? Jaja, dat label Generatie Ik bedoel je. Nee, nee, nee, nee! We doen wat men doet. We houden de hele tijd in de gaten wat iedereen doet en doen dat óók. Generaties vóór ons hebben gestreden voor seksuele vrijheden en nu zie je dat het monogame heteroseksuele huwelijk weer steeds populairder en leidender wordt. Heel veel mensen laten de wereld hen vormgeven in plaats van andersom. Het mensbeeld in het boek is dus nogal pessimistisch? Je hoofdpersoon krijgt een bak ellende over zich heen. Ja, als je zijn leven die week zou leven, denk ik dat je je aan het einde ophangt. Schrijvend ben ik pessimist en lezend meer optimist, want ik denk dat het kán, voor deze jongen. Mijn redacteur zei: het is een soort skischans, het gaat naar beneden en beneden, maar er is aan het einde toch een soort buiginkje omhoog. Iemand anders zei: nee hoor, hij kan niet schansspringen en hij stort keihard naar beneden. Ik houd er niet van als een boek eindigt met zo n verlicht inzicht, dan voelt een boek wel heel erg als een constructie. Misschien is dit voor hem het donkerste uur voordat straks de zon opkomt. Maar misschien ook niet. Wie heeft er dan gelijk, de pessimist of de optimist? Tsja. Een glas is natuurlijk eigenlijk noch halfleeg noch halfvol wie er gelijk heeft hangt een beetje van het weer af. Maar ik hoop dat uit het boek spreekt dat je ergens ja tegen moet zeggen. Misschien omdat je jezelf dat graag wilt vertellen? Ja... Worstel je zelf met een oké-leven? Ik had een tijdlang een heel leuk vriendinnetje en zij wilde een stap verder. Een kind. Durf je daar dan ja tegen te zeggen? Of iets kleiners: moet ik ja zeggen tegen een interview in een goed bekeken televisieprogramma, waar je met Jeroen Pauw aan tafel zit en de opzet een kwartiertje snel lalala is? Dan werk je dus mee aan de wereld een plek maken waar je het niet mee eens bent. Namelijk zonder liefde en aandacht. Maar ja... Maar ja is ook niet altijd een succesrecept. De vriend van je hoofdpersoon die in volle overtuiging bankier is geworden, leeft een geweldig leven. Waaraan hij misschien wel kapotgaat. Het is ambivalent, mijn boek is geen succesrecept. Maar het boek wil ook toegeven, tegen de huidige happiness-cultuur in: hoe ouder je wordt, hoe meer levens erbij komen die je ook had kunnen leven, en die je ineens bij de strot kunnen grijpen. Daar mag je best verdrietig over zijn als je maar vrede hebt met waar je ja tegen hebt gezegd. Soms zeg je oké voor de grotere ja. En je weet ook niet wat er morgen gebeurt. Maar die jongen, die is volgens mij niet

gelukkig. En jij? Ik heb ja gezegd tegen de koers die ik nu vaar, maar het weer kan omslaan, er kunnen dingen kapotgaan op mijn boot, maar de koers is goed. Dus? Tevreden? Ja. Een typische roman van een generatie De derde roman van Philip Huff is inktzwart. Het verhaal speelt zich af in kringen van de jonge rich & famous in Amsterdam: iedereen is mooi of talentvol, de meeste mensen zijn beide. Iedereen wordt geïnterviewd, komt op televisie, schrijft boeken. Iedereen draagt mooie kleren iedereen ziet ook elkaars mooie kleren. Het is een setting die zich had kunnen lenen voor een overzichtelijke plotontwikkeling: eerst wordt de glamoureuze buitenkant geschetst, dan volgen de eerste barstjes, daarna de grote crisis. Waarna we aan het slot een zekere catharsis voorgeschoteld krijgen en de held enigszins gelouterd een volgende levensfase ingaat. Zo lezen we het graag, zo hoort het leven te zijn. Veel van die elementen zitten ook in de tien dagen rond Kerst waarin Boek van de doden zich afspeelt, behalve de vrolijke elementen dan. Want het interessante van Philip Huffs roman is dat we Felix Post, schrijver van beroep en hoofdpersoon, al aan het begin van het boek in de ellende treffen. Hij is nog in diepe rouw over zijn grote, verloren liefde Victoria. Het geld dat hij met zijn boeken heeft verdiend is op, andere opdrachtgevers hoeven hem niet meer, zijn laptop wordt gestolen en hij propt zich vol met coke, heroïne, antidepressiva, pijnstillers, overige chemicaliën en drank. Zo somber zie je het maar zelden en dat maakt Boek van de doden beklemmend: Huff (1984) ketent je vanaf de eerste pagina vast aan zijn ongelukkige hoofdpersoon. De grote kracht van Boek van de doden zit in de ijzeren consequentie waarmee Felix Posts bestaan wordt geschetst, waarbij lichamelijk en geestelijk ongemak gelijke tred houden. Huff is geen man van stilistisch vuurwerk, meer een van efficiënte zinnetjes, zoals een terloops Gewoon, even aanraken uit de mond van Victoria als zij Felix na een jaar weer spreekt. Daar, ongeveer halverwege, komt het verhaal in beweging. Post moet het definitieve verlies van Victoria erkennen, het boek wordt wat lichter, maar verliest ook zijn uitzonderlijkheid. De roman ontwikkelt zich tot een tamelijk conventioneel verhaal over een man die niet weet wat hij het meest moet vrezen: het uitdrogende burgermansbestaan of een geëxalteerde ondergang. Het is verleidelijk om Boek van de doden vooral te lezen als een tijdsdocument, als een typische roman van een generatie. Inderdaad zullen de seks en drugs menig oudere lezer een mild onthutst tjeempie ontlokken. Ook staat alles erin: de glitter en glamour, de mediamaatschappij en de hippe feestjes. Maar uiteindelijk is dat vooral decor. In dat decor dwaalt de arme Felix Post heel ouderwets dood- en doodongelukkig rond.

Arjen Fortuin Fictie Boek van de doden Philip Huff De Bezige Bij, 288 blz. 18,90 4