OPENBARE VERGADERING. 1. Secretariaat / OCMW Jaarrekening 2012 Kennisname

Vergelijkbare documenten
dienst financiën R E G L E M E N T

Bekendmaking volgens art. 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur.

ONDERWERP: Algemeen reglement inzake al de gemeentelijke belastingen. Aanpassing vanaf DE GEMEENTERAAD,

Belasting op leegstaande gebouwen en woningen voor de periode

Reglement. Gemeentebelasting op de vestiging van nietcommerciële. Vastgesteld door de gemeenteraad op 22 oktober 2015

Reglement: algemene gemeentelijke heffing voor bedrijven

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/011

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 juni 2016 houdende het heffen van een belasting op de marktrechten;

Belasting op onbebouwde percelen

Gecoördineerd reglement : Gemeentebelasting op de meldingen en aanvragen van omgevingsvergunningen.

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/012

Belasting op vaste reclameinrichtingen. aanplakborden voor publieksdoeleinden

Belastingsreglement op het indienen of melden van omgevingsvergunningen en andere ruimtelijke attesten of vergunningen

Belasting op het niet optimaal afkoppelen van de privé waterafvoer

Financiën - Goedkeuren van het reglement vermindering op de algemene gemeentebelasting voor gezinnen

GEMEENTERAAD - ONTWERPBESLUIT

Algemeen reglement betreffende de vestiging en de invordering van gemeentebelastingen. Datum van de beraadslaging van de gemeenteraad: 26 juni 2014

Voor de aanslagjaren 2015 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de inname van de openbare weg door:

Goedkeuring aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting voor het dienstjaar 2009

Voor de aanslagjaren 2017 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de inname van de openbare weg door:

AANGIFTEFORMULIER. Verspreiding niet-geadresseerde reclamedrukwerk of gelijkgestelde producten.

Belastingreglement van 30 december 2013 op tijdelijke of permanente inname openbaar domein

dienst financiën: Gemeentebelastingen - Algemene gemeentebelasting juridisch kader

11. BELASTING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN IN WOONGEBIED EN OP ONBEBOUWDE KAVELS (ACTIVERINGSHEFFING)

Dorpsstraat SINT-LAUREINS Tel (09) Fax (09)

Aangifte aanslagjaar 2016 (toestand van t/m )

BELASTINGREGLEMENT AANGAANDE TWEEDE VERBLIJVEN

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

Uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad Zitting van 16 december 2015

12. Belasting op verschillende categorieën van horeca- en aanverwante bedrijven (2013): goedkeuring.

Taksreglement betreffende het gebruik van een woonplaats door een bewoner die niet in de bevolkingsregisters is ingeschreven.

Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging;

Reglement houdende het heffen van een belasting op niet-bebouwde gronden en percelen.

BELASTING OP HET BEZETTEN VAN HET OPENBAAR DOMEIN

DEEL 1: BELASTING OP DE HORECAGELEGENHEDEN

BELASTINGREGLEMENT AANGAANDE DE INNAME VAN OPENBAAR DOMEIN

BELASTING OP LEEGSTAND EN VERWAARLOZING VAN BEDRIJFSRUIMTEN

BELASTINGREGLEMENT BETREFFENDE DE LOZING VAN HEMEL- EN AFVALWATER IN DE OPENBARE RIOLERING

dienst financiën: Gemeentelijk belastingsreglement inzake de activeringsheffing op onbebouwde percelen en kavels ( )

GOEDGEKEURD Besluit Zitting van 19 december 2016 Wonen - Woondienst _GR_00151 Reglement belasting op tweede verblijven - Ter beslissing

OP DE AFGIFTE VAN ADMINISTRATIEVE STUKKEN VOOR HET AANSLAGJAAR 2018 EN 2019

Goedkeuring reglement heffing op leegstand van woningen en gebouwen voor het aanslagjaar 2017

Belasting op het gebruik van privaat of publiek domein voor de uitoefening van ambulante activiteiten voor de dienstjaren

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE

ACTIVERINGSHEFFING OP NIET BEBOUWDE PERCELEN GELEGEN IN NIET-VERVALLEN VERKAVELINGEN ALSOOK OP NIET BEBOUWDE GRONDEN GELEGEN IN EEN WOONGEBIED

Ontwerpbesluit Zitting van 18 december 2017 ONDERSTEUNING

Financiën: belasting op de afgifte van administratieve stukken

Gemeentebestuur Assenede Gemeenteraadszitting van

BELASTINGREGLEMENT OP DE VERSPREIDING VAN NIET GEADRESSEERDE DRUKWERKEN

Belastingreglement van 30 december 2013 op de leegstand van gebouwen en woningen

Voor de aanslagjaren 2015 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de vestigingen.

GEMEENTE ANDERLECHT BELASTING OP DE TOERISTISCHE LOGIES. Artikel 1. Definities. In de zin van het huidig reglement, verstaat men onder :

De werken worden uitgevoerd, hetzij door de stadsdiensten, hetzij door een openbare of private onderneming, op last van het stadsbestuur.

Artikel 1: Algemene bepalingen

Uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad Zitting van 16 december 2015

BELASTINGREGLEMENT OP FILM- EN EROTISCHE VOORSTELLINGEN

De werken worden uitgevoerd, hetzij door de stadsdiensten, hetzij door een openbare of private onderneming, op last van het stadsbestuur.

GEMEENTERAAD - ONTWERPBESLUIT

BELASTINGREGLEMENT OP VASTE EN MOBIELE RECLAME, RECLAMESTANDS EN STEIGERDOEKRECLAME

BELASTINGREGLEMENT OP HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN VERGUNNINGEN EN ATTESTEN OP HET VLAK VAN STEDENBOU EN MILIEU

2. Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen: a) een aangetekend schrijven; b) een afgifte tegen ontvangstbewijs.

Zone I Kleiner of gelijk aan 10 m² 38,57 39,34 40,13 40,93 41,75 Groter dan 10 m² 38,57 39,34 40,13 40,93 41,75

4. Gemeentebelastingen: e. Belasting op de verspreiding van niet-geadresseerd reclamedrukwerk en daarmee gelijkgestelde producten: invoering

Belastingreglement van 1 juli 2014 ter inning van de Algemene Gemeentelijke Belasting

Gemeente Anderlecht. Belastingreglement op het gratis verspreiden van niet-geadresseerd. reclamedrukwerk aan huis.

BELASTINGREGLEMENT OP VASTE EN MOBIELE RECLAME, RECLAMESTANDS EN STEIGERDOEKRECLAME

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE INVENTARISATIE VAN EN BELASTING OP TWEEDE VERBLIJVEN VOOR DE PERIODE

Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;

DE GEMEENTERAAD, BESLUIT:

Belasting op de voor het publiek toegankelijke ruimten van commerciële vestigingen in het centrum van Kortrijk (2016/2020)

BELASTING OP HET INDIENEN VAN AANVRAGEN TOT OMGEVINGSVERGUNNING

Belasting op het gebruik van motoren voor de periode

BELASTINGREGLEMENT BETREFFENDE DE LOZING VAN HEMEL- EN AFVALWATER IN DE OPENBARE RIOLERING (GR 23/01/2019).

2. Kavel: het in een verkavelingsvergunning van een niet vervallen verkaveling afgebakende perceel.

GEMEENTERAADSZITTING VAN 30 december 2013 TE 19uur

2 beveiligde zending: een van de hiernavolgende betekeningwijzen, hetzij een aangetekend schrijven, hetzij een afgifte tegen ontvangstbewijs

Besluit van de gemeenteraad van 19 december 2013

Gelet op artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet ;

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD. Zitting van 18 december 2014

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

MODELVERORDENING GEMEENTELIJKE ACTIVERINGSHEFFING

Uittreksel uit de notulen van de Gemeenteraad van de stad Kortrijk Zitting van 18/11/2013 Type behandeling: openbaar

BELASTINGREGLEMENT OP DE OPSLAGPLAATSEN

Punt 1 Het artikel 3 van het belastingreglement op het straatparkeren als volgt te wijzigen met ingang van 1 februari 2016:

Gelet op artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet ;

ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN EN KAVELS EN BELASTING OP BRAAKLIGGENDE INDUSTRIEGRONDEN

GEMEENTE Overzichtslijst overgemaakt op 3 DECEMBER 2013 KNOKKE-HEIST

DEEL 1: BELASTING OP DE HORECAGELEGENHEDEN

GEMEENTE SINT-GILLIS BELASTING OP DE INSTELLINGEN VAN HET TYPE HOTEL, APARTHOTELS EN GEMEUBELDE LOGIES. VERNIEUWING. WIJZIGINGEN.

01. Goedkeuring verslag vorige vergadering De gemeenteraad van Vorselaar, Keurt eenparig het verslag van de raadszitting van 7 november 2016 goed.

Voor de aanslagjaren 2017 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de vestigingen.

De raad. Gelet op het gemeentedecreet;

BELASTINGREGLEMENT AANGAANDE RECLAMEDRUKWERK

GEMEENTE SINT-GILLIS. BELASTING OP DE LEEGSTAANDE VERWAARLOOSDE OF ONAFGEWERKTE GEBOUWEN EN VERWAARLOOSDE GRONDEN. Hernieuwing DE GEMEENTERAAD,

Verwaarloosde woningen en gebouwen registratie en belasting ( )

Uittreksel uit de notulen van. gemeenteraad. Vergadering van 26 juni 2017

GEMEENTERAAD VAN 18 NOVEMBER 2013

Taksreglement betreffende het tijdelijk bezetten van het openbaar domein.

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

Gemeenteraad 10 december 2018 Bekendmaking 20 december Belasting op het straatparkeren - aanslagjaar 2019

Transcriptie:

Gemeenteraad van 28 AUGUSTUS 2013 Toelichting bij de agenda OPENBARE VERGADERING 1. Secretariaat / OCMW Jaarrekening 2012 Kennisname OCMW Stekene diende op 24 juni 2013 hun jaarrekening 2012 in. Bijlage Jaarrekening ocmw Aan de raad wordt voorgesteld om: Kennis te nemen van de jaarrekening 2012 van het OCMW zonder opmerkingen. 2. Secretariaat / Centraal kerkbestuur Stekene Budgetwijzigingen 2013 Aktename Het Centraal Kerkbestuur heeft op 21 juni 2013 en op 12 augustus 2013 de budgetwijzigingen ingediend van de kerkfabrieken Heilig Kruis Stekene, Sint Jacobus Kemzeke en OLV Onbevlekt Ontvangen Klein Sinaai. Gemeenteraadsbesluit van 29 augustus 2012 betreffende goedkeuren gewijzigde meerjarenplannen 2008 2013 en opnieuw vaststellen gemeentelijke toelagen. Gemeenteraadsbesluit van 28 mei 2013 betreffende aktename budgetwijziging 2013 van kerkfabriek Kemzeke. Enkel volgende gemeentelijke toelagen worden gewijzigd: kerkfabriek Klein Sinaai exploitatietoelage: 1 801,00 euro (ipv 9 881,00 euro) investeringstoelage: geen (ipv 25 000 euro) De investering voorzien voor de aankoop van nieuwe tapijten en kerkstoelen is geschrapt en wordt opgenomen in het meerjarenplan 2014 2019. Als de gemeentelijke bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag, opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan, neemt de gemeenteraad hiervan akte (art. 48 decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten). Gunstige adviezen van de bisschop voor de kerkfabrieken Heilig Kruis Stekene en OLV Onbevlekt ontvangen Klein Sinaai, ontvangen op 31 juli 2013. Aan de raad wordt voorgesteld om: Akte te nemen van de budgetwijziging 2013 van de kerkfabriek Heilig Kruis Stekene vastgesteld als volgt: Exploitatie Ontvangsten 59 135,00 euro

Uitgaven Tekort Overschot vorige dienstjaren Gemeentelijke toelage Overschot Investeringen Ontvangsten Waarvan gemeentelijke toelage: Uitgaven Overschot/tekort 72 036,00 euro 12 901,00 euro 30 064,84 euro 0 euro 17 163,84 euro 0 euro 0 euro 0 euro 0 euro Akte te nemen van de budgetwijziging 2013 van de kerkfabriek Sint Jacobus Kemzeke vastgesteld als volgt: Exploitatie Ontvangsten 44 090,00 euro Uitgaven 78 730,00 euro Tekort 34 640,00 euro Overschot vorige dienstjaren 43 097,00 euro Gemeentelijke toelage 0 euro Overschot 8 457,00euro Investeringen Ontvangsten 570 000,00 euro Waarvan gemeentelijke toelage: 220 765,00 euro Uitgaven 574 159,00 euro Tekort 4 159,00 euro Overschot vorige dienstjaren 4 159,00 euro Overschot/tekort 0 euro De investeringstoelage betreft de bouw van een jeugdlokaal. Akte te nemen van de budgetwijziging 2013 van de kerkfabriek OLV Onbevlekt Ontvangen Klein Sinaai, vastgesteld als volgt: Exploitatie Ontvangsten 10 379,00 euro Uitgaven 33 125,00 euro Tekort 22 746,00 euro Tekort vorige dienstjaren 1 801,00 euro Gemeentelijke toelage 1 801,00 euro Overschot 0 euro Investeringen Ontvangsten 0 euro Waarvan gemeentelijke toelage: 0 euro Uitgaven 13 775,98 euro Tekort 13 775,98 euro 3. Beleids & organisatieopvolging / Gemeentelijk organogram Wijziging en opnieuw vaststellen 1.Beleidsvisie Het nieuwe bestuur formuleerde onder andere volgende beleidsmatige wensen: inrichten van een evenementenloket door natuurlijke afvloeiingen de personeelskosten onder controle houden flexibeler inzetten van personeel, over de diensten heen tijds en middelenverspillende handelingen reduceren snellere doorstroming van informatie van leidinggevenden naar de medewerkers betere communicatie tussen de administratie en de technische buitendiensten

betere samenwerking via de juiste overlegstructuren eenpersoonsdiensten moeten worden opgevangen in een team 2. Afstemming BBC Afstemmen organogram op de Vlaamse beleidsdomeinen en de gemeentelijke beleidsdomeinen zoals vastgelegd in de gemeentelijke beleids en beheerscyclus goedgekeurd in de gemeenteraad van 18 december 2012. 3. Oprichting van 13 teams. Elk team heeft zijn teamverantwoordelijke en bestaat uit verschillende diensten. De teamverantwoordelijke ondersteunt zijn diensten bij de realisatie van de beleidsdoelstellingen en actieplannen (binnen de vooropgestelde personele en financiële grenzen). Hij staat in voor de permanente verbetering van de dienstverlening binnen zijn team en ondersteunt de medewerkers in zijn team bij de klantgerichte, vlotte en correcte dienstverlening aan de burger. Hij zet medewerkers van het team flexibel in, om zo een tijdelijk grotere werklast op te vangen en dienstpermanentie te verzekeren. Team Financiën Team Beleids en Organisatieopvolging Team Facility Team Communicatie Team Personeelszaken Team Mobiliteit en Wegen Team Natuur en Milieu Team Veiligheid Team Lokale economie, Toerisme en Werk Team Ruimte, Wonen en Groen Team Cultuur, Sport en Vrije tijd Team Burgerzaken, Leren en Onderwijs Team Gezin, Welzijn en Gezondheid 4. Belangrijke wijzigingen bij de diensten: oprichting van een dienst Evenementen 5. Op de gemeentelijke werkplaats wordt er een verantwoordelijke aangeduid voor het Team Ondersteuning en een teamverantwoordelijke voor het Team Omgeving. Dit alles resulteert in een nieuw organogram. Vanaf 1 september worden de wijzigingen stapsgewijs doorgevoerd. Bijlage Organogram Het organogram te wijzigen en opnieuw vast te stellen. Het gemeenteraadsbesluit van 26 januari 2013 betreffende de vaststelling van het organogram op te heffen. In uitvoering van artikel 253 1 van het gemeentedecreet een voor eensluidend afschrift van dit besluit over te maken aan de provinciegouverneur, Gouvernementstraat 1, 9000 Gent. 4. Financiën / Vaststellen algemene gemeentebelasting Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de leeftijd in de categorieën gezin bestaande uit personen die allen al dan niet de leeftijd van 60 jaar hebben bereikt, op te trekken naar 65 jaar.

Voor een termijn, aanvang nemend op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een algemene gemeentebelasting te vestigen ten laste van gezinnen en alleenstaanden die op 1 januari van het aanslagjaar op het grondgebied van de gemeente wonen. Onder gezin en alleenstaande wordt verstaan: een gezin, dit is een vereniging van twee of meer natuurlijke personen die, al dan niet door verwantschap aan elkaar verbonden, gewoonlijk in één en dezelfde woning wonen; een alleenstaande, dit is een natuurlijke persoon die voor een woning of woongelegenheid op het grondgebied van de gemeente alleen is ingeschreven in het bevolkingsregister of vreemdelingenregister; Onder wonen in de gemeente wordt verstaan: op 1 januari van het aanslagjaar gedomicilieerd zijn in de gemeente, door inschrijving in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister. De belasting vast te stellen als volgt: a. voor een gezin bestaande uit personen die niet 74,00 euro allen op 1 januari van het aanslagjaar de leeftijd van 65 jaar hebben bereikt b. voor een gezin bestaande uit personen die 37,00 euro allen op 1 januari van het aanslagjaar de leeftijd van 65 jaar hebben bereikt c. voor een alleenstaande 37,00 euro De belasting is ondeelbaar verschuldigd voor het aanslagjaar. De belasting is verschuldigd door de alleenstaande, of door de referentiepersoon van het gezin, d.i. het gezinslid dat gewoonlijk met de administratie in contact staat voor de aangelegenheden die het gezin betreffen. De andere leden van het gezin zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. In geval van overlijden, zijn de erfgenamen van de belastingschuldige hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. De indiening van het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 5. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Gaat over tot de stemming bij handopsteking.

Voor een termijn, aanvang nemend op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een gemeentebelasting op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente te vestigen. 1 Bij het ambtshalve opruimen van sluikstorten door de gemeente wordt het bedrag van deze belasting als volgt vastgesteld: 0,62 euro per kilometer transport van de afvalstoffen 19 euro per arbeidsuur en per arbeider die door de gemeente bij het opruimen van het sluikstort wordt ingezet 38 euro per uur en per ingezet voertuig (vrachtwagen, kraan, ), inclusief chauffeur 0,12 euro per kg opgeruimde afvalstoffen. De voormelde bedragen zijn verschuldigd per aangevangen uur en/of kg. 2 In ieder geval bedraagt de belasting niet minder dan 372 euro. 3 Bij het ambtshalve opruimen van sluikstorten door derden in opdracht van de gemeente wordt het factuurbedrag van deze derde, vermeerderd met een forfaitair bedrag van 75 euro, doorgerekend aan de in artikel 3 vermelde belastingplichtige. De belasting is verschuldigd door iedere persoon die afvalstoffen achterlaat, opslaat of stort op openbare en private wegen, plaatsen en terreinen op een wijze die niet overeenstemt met het decreet van 2 juli 1981 en latere wijzigingen betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, de gemeentelijke politieverordening betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen en andere vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en andere wettelijke bepalingen (veldwetboek, bosdecreet, Vlarem, ed.). De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. De indiening van het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 6. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van markten Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen.

Voor een termijn aanvang nemend vanaf 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019 een belasting op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van markten te vestigen. A. Zaterdagmarkt: per standplaats vaste marktkramer, per dag, per lm per standplaats losse marktkramer, per dag, per lm forfaitair bedrag voor exploitatie winkelbus per standplaats (vaste en losse), per marktdag, per dag dat de winkelbus rijdt, met een maximum van 47 dagen per kalenderjaar. 1,25 euro met een minimum van 3,75 euro 1,50 euro met een minimum van 4,50 euro 1,25 euro B. Jaarmarkten gratis C. Gelegenheidsmarkten (avondmarkten, feestmarkten, e.a.): De organisator bepaalt de forfaitaire standgelden (voor een stand van max. 12 meter) als volgt: Stekense handelaars : Niet Stekense handelaars : Stekense verenigingen zonder drank/eten : Stekense verenigingen met drank/eten : Niet Stekense verenigingen met drank/eten : Café s en handelaars met drank eten : Het bedrag van deze forfaitaire standgelden wordt voorafgaand aan iedere gelegenheidsmarkt vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen. Deze beslissingen worden jaarlijks aan de gemeenteraad voorgelegd ter bekrachtiging. max. 35 euro max. 45 euro 0 euro max. 70 euro max. 80 euro max. 125 euro D. Kerstmarkten gratis De belasting is verschuldigd door de gebruiker van het openbaar domein. De belasting voor de zaterdagmarkt moet contant worden betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs of via overschrijving op basis van een driemaandelijkse factuur. De belasting voor een dagstandplaats moet bij het begin van het plaatsen contant worden betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs of via overschrijving op rekening van de gemeente. Als de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting een kohierbelasting. Deze belasting is van toepassing op al de kramen, verkoopauto s al of niet overdekt en op de platte standen; zij is eveneens van toepassing op de demonstreerders en standwerkers. De opmeting van de ingenomen standplaats geschiedt door het gemeentebestuur. De belasting is eisbaar van het ogenblik af dat het openbaar domein bezet is. Wanneer een marktkramer, bij inbreuk op één van de wettelijke of reglementaire bepalingen terzake, van de markt verwijderd wordt, hetzij tijdelijk, hetzij definitief of wanneer hij zonder geldige reden afwezig blijft, zal de belasting in geen geval, noch geheel, noch gedeeltelijk terugbetaald worden. Afwezigheid van één of meerdere beurten, geeft in geen geval aanleiding tot terugbetaling. Artikel 8 De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. Het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Artikel 9 Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met

9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. 0 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 7. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op de inname van het openbaar domein voor activiteiten Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Voor een termijn aanvang nemend op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019 een belasting te heffen op de tijdelijke inname van het openbaar domein voor activiteiten. De belasting wordt geheven voor de tijdelijke privatisering van het openbaar domein voor activiteiten die niet geregeld zijn via de gemeentebelasting op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van markten. De belasting moet contant worden betaald, tegen afgifte van een betalingsbewijs of via overschrijving op rekening van de gemeente. Bij gebrek aan contante betaling, wordt de belasting een kohierbelasting. De belasting bedraagt voor: Verkoopruimten: verkopen die gebeuren d.m.v. een al dan niet mobiele verkoopruimte (bv. marktwagen groenten, wafelkramen) Per dag en per m² 2,50 euro Koopwaren: (o.a. automaten, ) Gelegenheidstoelatingen : per dag en per m² Bestendige toelatingen : per kalenderjaar en per m² 0,50 euro 124,00 euro Van de belastingen worden vrijgesteld: plaatsen van tijdelijke en vaste terrassen uitstallen van koopwaar voor handelszaken voor verkopen georganiseerd door en met eigen leden van de Stekense verenigingen goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen circus, stunt en tuningsactiviteiten gratis aanbieden van producten en informatie plaatsen van een bus voor medische controles verkopen georganiseerd door scholen in het kader van schoolprojecten (vb. miniondernemingen) toevallige uitstallingen ter gelegenheid van sportmanifestaties rondreizende ambulante handel verkopen ten voordele van jaarlijks terugkerende historische evenementen in Stekene als Den Ommeganck, carnaval broodautomaten

De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, ten minste 1 maand vóór de activiteit moet worden teruggestuurd. Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 6 gestelde termijn of bij onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte kan de belastingplichtige ambtshalve worden belast. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de gemeente beschikt. Voor de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt het college van burgemeester en schepenen de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. Artikel 8 De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. Het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Artikel 9 Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. 0 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 8. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op de inname van het openbaar domein bij het uitvoeren van afbraak, onderhouds, instandhoudings, bouw en andere werken Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Voor een termijn aanvang nemend op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019 een belasting op de tijdelijke inname van het openbaar domein voor werken te vestigen. De belasting wordt geheven voor de tijdelijke privatisering van het openbaar domein voor het uitvoeren van afbraak, onderhouds, instandhoudings, bouw en andere werken door het plaatsen van containers, werfinstallaties, bedrijfsvoertuigen, aanhangwagens, steigers, materialen, werkloodsen, verkoopburelen en andere constructies. De belasting is verschuldigd door de bouwheer vermeld op de stedenbouwkundige vergunning indien er een vergunning werd afgeleverd. Voor de betaling van de belasting zijn desgevallend solidair en in solidum aansprakelijk: de rechtsverkrijgers van de eigenaar, alsmede door de aanvragen van de machtiging: huurder, bewoner, bouwheer, architect, evenals alle andere personen die bij de inname betrokken zijn.

De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebrek aan contante betaling, wordt de belasting een kohierbelasting. De belasting bedraagt voor: - bepalingen van art. 2 met uitzondering van containers dag 1 t.e.m.7/ per m² 0 euro vanaf dag 8 per m² te rekenen vanaf dag 1 0,12 euro minimum aanslag vanaf dag 8 en/of bij inname van afgelijnde parkeerplaatsen bijkomend per dag voor de inname van een afgelijnde parkeerplaats of een deel hiervan vanaf dag 1 aantal m² ruimte om te voorzien in een nood voet of fietspad 25,00 euro 1,25 euro 0 euro - containers dag 1 t.e.m. dag 3/per container 0 euro vanaf dag 4 per dag per container 5,00 euro bijkomend per dag voor de inname van een afgelijnde 1,25 euro parkeerplaats of een deel hiervan vanaf dag 1 Bij de aanslagvoeten waar de tarieven berekend worden op basis van de ingenomen m², wordt elke begonnen m² beschouwd als een volledige m². Van de belastingen worden vrijgesteld: inname voor een verhuiswagen voor 1 dag de tijdelijke inname van het openbaar domein door instellingen die ingevolge bijzondere wetten vrijgesteld zijn van alle gemeentelijke belastingen het oprichten of verbouwen van woongelegenheden door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of een erkende sociale huisvestingsmaatschappij of door haar gewestelijke en/of plaatselijke bouwmaatschappijen werken die uitgevoerd worden door of in opdracht van het gemeentebestuur, OCMW, politie of brandweerzone De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd. Artikel 8 Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 7 gestelde termijn of bij onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte kan de belastingplichtige ambtshalve worden belast. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de gemeente beschikt. Voor de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt het college van burgemeester en schepenen de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. Artikel 9 De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. Het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. 0 Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen

en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. 1 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 9. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op het gebruik van tenten, verplaatsbare caravans of woonaanhangwagens geplaatst buiten kampeerterrein Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Voor een termijn, aanvang nemend vanaf 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een belasting te vestigen op het gebruik van tenten, verplaatsbare caravans en woonaanhangwagens geplaatst buiten kampeerterreinen. Worden beschouwd als verplaatsbare caravans of woonaanhangwagens deze waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is, volgens de bepalingen van artikel 99 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en het besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000 tot bepaling van de vergunningsplichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig, en die van een geldig schouwingsbewijs voorzien zijn, zoniet vallen zij onder de gemeentebelasting op de tweede verblijven. De belasting wordt vastgesteld op 85,00 euro per jaar. De belasting is verschuldigd door de gebruiker van de tent, de verplaatsbare caravan of de woonaanhangwagen. In geval van overlijden zijn de erfgenamen van de belastingschuldige ondeelbaar en hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van deze belasting. Wanneer de plaatsing geschiedt op andermans terrein, is de eigenaar van het terrein hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. De belasting is eisbaar vanaf het plaatsen. Is van de belasting vrijgesteld het gebruik van de in artikel 1 bedoelde installaties: niet bestemd om te bewonen; door kermisexploitanten naar aanleiding van jaarmarkten en kermissen; door jeugdbewegingen; voor minder dan twee maanden. De belastingschuldige is gehouden binnen de 8 dagen na het plaatsen van een in artikel 1 bedoelde installatie daarvan bij het gemeentebestuur aangifte doen. In de aangifte wordt vermeld hoe lang er ter plaatse wordt gebleven. De oorspronkelijke aangifte is behoudens wijziging, geldig tot de opzegging. In geval van vervreemding van het belastbaar goed zal de belastingschuldige het gemeentebestuur daarvan per aangetekend schrijven, in kennis stellen. Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 5 gestelde termijn of bij onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte kan de belastingplichtige ambtshalve worden belast. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de gemeente beschikt. Voor de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt het college van burgemeester en schepenen de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. De overeenkomstig artikel 6 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd. Artikel 8 De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 9 De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. De indiening van het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. 0 Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van de wet van 24 december 1996, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 7 tot 10 (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. 1 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 10. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op de kampeerplaatsen Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Voor een termijn, aanvang nemend vanaf 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019 een belasting op kampeerplaatsen te vestigen, zoals bedoeld in het decreet van 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies en de hierop betrekking hebbende uitvoeringsbesluiten. De belasting wordt vastgesteld op 0,67 euro per vierkante meter nuttige oppervlakte. Onder nuttige oppervlakte wordt verstaan: de plaatsen die voor opstelling van kampeertenten en kampeerwagens kunnen worden gebruikt en de ruimten van de camping die gebruikt kunnen worden, zij het niet steeds permanent, voor het opstellen van tenten en caravans. De belasting is verschuldigd door de exploitant van de inrichting op 1 januari van het aanslagjaar. De eigenaar op 1 januari van het aanslagjaar is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. De belastingplichtige ontvangt van het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend voor de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden om uiterlijk op 15 januari van het jaar volgend op het aanslagjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.

Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 4 gestelde termijn of bij onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte kan de belastingplichtige ambtshalve worden belast. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de gemeente beschikt. Voor de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt het college van burgemeester en schepenen de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. De overeenkomstig artikel 5 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd. De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 8 De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. De indiening van het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Artikel 9 Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van de wet van 24 december 1996, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 7 tot 10 (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen. 0 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 11. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op het plaatsen van kermisinstallaties op privéterrein Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Voor een termijn, aanvang nemend vanaf 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een belasting op het plaatsen van kermisinstallaties op privéterrein te vestigen. De belasting wordt vastgesteld op 0,20 euro per vierkante meter, met een minimum van 3,00 euro per dag. Elk gedeelte van een vierkante meter wordt als een volledige vierkante meter beschouwd. De belasting is verschuldigd door de exploitant van de installatie. De eigenaar van het terrein is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.

De belastingplichtige is gehouden om uiterlijk drie dagen voor het plaatsen van de installatie(s) aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen. Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 4 vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de gemeente beschikt. Voor de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt het college van burgemeester en schepenen de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. De indiening van het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Artikel 8 Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Artikel 9 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 12. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op het afleveren van milieuvergunningen Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Voor een termijn aanvang nemend op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een belasting te heffen op het afleveren van milieuvergunningen voor hinderlijke inrichtingen, waarvan de lijst en de indeling het voorwerp uitmaken van bijlage 1 bij het Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van het Vlaamse Reglement betreffende de Milieuvergunning (Vlarem). De belasting voor het afleveren van milieuvergunningen voor hinderlijke inrichtingen vast te stellen als volgt: Vlarem Inrichting euro/inrichting Klasse 1 voor de inrichtingen door het Vlarem gerangschikt in de eerste 620,00 euro klasse en onderworpen aan een milieu effectrapport en/of veiligheidsrapport Klasse 1 voor de inrichtingen door het Vlarem gerangschikt in de eerste 620,00 euro

klasse Klasse 2 voor de inrichtingen door het Vlarem gerangschikt in tweede 62,00 euro klasse Klasse 1 voor de verandering van de bestaande vergunde inrichting door 31,00 euro het Vlarem gerangschikt in de eerste klasse, waarvoor een mededeling van een kleine verandering volstaat en die aldus geacteerd wordt door de Deputatie Klasse 2 voor de verandering van de bestaande vergunde inrichting door 31,00 euro het Vlarem gerangschikt in de tweede klasse, waarvoor een mededeling van een kleine verandering volstaat en die als dusdanig geacteerd wordt door het college van burgemeester en schepenen Klasse 3 voor de inrichting en/of activiteit door het Vlarem gerangschikt 15,00 euro in de derde klasse De belasting voor het afleveren van milieuvergunningen is op dezelfde wijze verschuldigd voor de gevallen waarbij de inrichting zekere wijzigingen ondergaat waarvoor de milieuvergunning vereist is. De belasting is verschuldigd door de exploitant van de inrichting die gehouden is tot het indienen van de aanvraag of tot het melden van het exploiteren of veranderen ervan. Wat de inrichtingen betreft door het Vlarem gerangschikt in eerste klasse wordt de belasting ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen en uitvoerbaar verklaard. De overige aanvragen moeten contant worden betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs of via overschrijving op rekening van de gemeente. Als de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting een kohierbelasting. De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. Het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Artikel 8 Een voor eensluidend afschrift van dit besluit aan de provinciegouverneur over te maken, overeenkomstig artikel 253, 1, 3 13. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op het niet afkoppelen van hemelwater Het gemeentelijk reglement legt de verplichting op tot optimale afkoppeling van hemelwater in volgende 3 situaties: de gemeente Stekene legt een gescheiden riolering aan en wordt daarvoor gesubsidieerd door de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) die de optimale afkoppeling van de betrokken particuliere eigendommen eist als voorwaarde voor subsidiëring;

de gemeente Stekene legt een 2 DWA riolering aan op het openbaar domein waarbij afkoppeling onafwendbaar is om wateroverlast te vermijden; de aanleg van IBA s door de gemeente Stekene op particulier domein waarbij afkoppeling noodzakelijk is voor de goede werking van de IBA; In de 3 voornoemde situaties neemt de gemeente de afkoppelingskosten integraal ten laste volgens het ontwerpplan, opgemaakt door de afkoppelingsadviseur en goedgekeurd door de gemeente, tenzij het gebouwen betreft waarvoor de bouwaanvraag dateert van nà 17 oktober 1999 en waarbij de riolering gescheiden vergund werd maar in strijd met de vergunning toch gemengd werd uitgevoerd. Voor woningen gebouwd vanaf 17 oktober 1999 en bij grote verbouwingen na 17 oktober 1999 wordt de afkoppeling van hemelwater en afvalwater opgelegd in de stedenbouwkundige vergunningen en/of aangeduid op het goedgekeurde plan dat hoort bij de stedenbouwkundige vergunning. Deze afkoppeling wordt evenwel niet altijd gerealiseerd in overeenstemming met de bouwvergunning. Er dienen fiscale maatregelen te worden genomen tegenover eigenaars die, binnen de zones waar de gemeente de afkoppelingskosten ten laste neemt, zich onttrekken aan de regelgeving door: de afkoppeling te weigeren het rioolstelsel gemengd uit te voeren daar waar de bouwvergunning de verplichting voorziet om een gescheiden stelsel te installeren een wederrechtelijke wijziging installatie gemengde riolering na de optimale afkoppeling door de gemeente door te voeren Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven niet te wijzigen. Voor een termijn, aanvang nemend vanaf 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een belasting te vestigen op het niet optimaal afkoppelen van hemelwater op privé terrein in de door de gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten. Onder afkoppelingsprojecten wordt verstaan de aanleg van een gescheiden riolering in de openbare weg zoals vastgesteld in het raadsbesluit van heden houdende het gemeentelijk reglement dat de tussenkomst van de gemeente regelt in de kosten voor afkoppeling op particulier domein van de hemelwaterafvoer van het afvalwaternet Het betreft de volgende 3 in het reglement vastgesteld situaties : de gemeente Stekene legt een gescheiden riolering aan en wordt daarvoor gesubsidieerd door de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) die de optimale afkoppeling van de betrokken particuliere eigendommen eist als voorwaarde voor subsidiëring de gemeente Stekene legt een 2 DWA riolering aan op het openbaar domein waarbij de afkoppeling onafwendbaar is om wateroverlast te vermijden de aanleg van IBA s door de gemeente Stekene op particulier domein waarbij de afkoppeling noodzakelijk is voor de goede werking van de IBA. De belasting is verschuldigd door : de eigenaar van de woning, waarvan de bouwaanvraag dateert van voor 17 oktober 1999, die bij de uitvoering van de rioleringswerken weigert de afkoppeling zoals bedoelt in artikel 2 van onderhavig reglement te laten uitvoeren de eigenaar van de woning, waarvan de bouwaanvraag dateert van ná 17 oktober 1999, die het hemelwater bij woningen in door de gemeente vastgestelde afkoppelingsprojecten niet afkoppel zoals beschreven in de stedenbouwkundige vergunning en/of aangeduid op het goedgekeurde plan horende bij de vergunning de eigenaar die, nadat de gemeente op haar kosten de optimale afkoppeling heeft gerealiseerd en gefinancierd, zijn riolering zonder schriftelijke toestemming van de gemeente wijzigt en alsnog een gemengde riolering installeert zal eveneens aan de belasting onderworpen worden. De belasting wordt vastgesteld op een forfaitair bedrag van 1.500 euro per jaar voor elk begonnen jaar dat de afkoppeling op het privé terrein niet gerealiseerd is na uitvoering van de rioleringswerken op het openbaar domein.

De eerste vaststelling gebeurt door de afkoppelingsdeskundige, aangesteld door de gemeente, aan de hand van een proces verbaal opgemaakt door deze afkoppelingsdeskundige en het diensthoofd wegen en goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen. De jaarlijkse controle gebeurt door het diensthoofd wegen aan de hand van een proces verbaal en goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen. De inkohiering gebeurt op basis van de opgestelde processen verbaal. De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. De indiening van het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Artikel 8 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 14. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op de ontgravingen Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de retributie per ontgraving te verhogen van 744,00 euro naar 800,00 euro. Voor een termijn, aanvang nemend vanaf 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een belasting op de ontgraving van stoffelijke overschotten te vestigen. De belasting wordt vastgesteld als volgt: per ontgraving 800,00 euro voor de overbrenging van een asurne uit het columbarium of van de strooiweide naar het urnenveld 50,00 euro De belasting is verschuldigd door de persoon degene die de machtiging tot ontgraving vraagt. De belasting is eisbaar vanaf de dag van de aanvraag tot ontgraving. Geven geen aanleiding tot de toepassing van de belasting, de ontgravingen: 1. die worden verricht in uitvoering van rechterlijke beslissingen 2. die ambtshalve door de gemeente worden verricht 3. van voor het vaderland gestorven militairen. De belasting moet bij de aanvraag contant worden betaald, tegen afgifte van een betalingsbewijs of via overschrijving op rekening van de gemeente. Bij gebrek aan contante betaling, wordt de belasting een kohierbelasting.

De belastingschuldige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn. Het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder de nalatigheid en moratoriumintresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikel 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Artikel 8 Deze verordening aan de provinciegouverneur over te maken overeenkomstig artikel 253, 1, 3 15. Financiën / Vaststellen gemeentebelasting op het openhouden van drankgelegenheden na sluitingsuur Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om de tarieven te wijzigen als volgt: voor een vergunning voor het ganse jaar van 248,00 euro naar 300,00 euro voor een vergunning van 6 maanden van 149,00 euro naar 200, euro voor een vergunning van 3 maanden: schrappen voor een vergunning per nacht van 12,40 euro naar 15,00 euro Voor een termijn, aanvang nemend op 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019, een belasting te vestigen op de drankgelegenheden, wanneer deze openblijven na sluitingsuur, zoals vastgesteld in de politieverordening door de gemeenteraad in zitting van 27 augustus 2008. Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt: A. Voor het openhouden van drankgelegenheden waarvoor een permanente vergunning werd verleend in toepassing van de politieverordening: 1. voor een vergunning voor het ganse jaar 300,00 euro 2. voor een vergunning van 6 maanden 200,00 euro B. voor het openhouden van drankgelegenheden waarvoor geen permanente vergunning werd verleend zoals hierboven beschreven: per nacht 15,00 euro De belasting is verschuldigd door de exploitant van de inrichting. De eigenaar is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. De belasting is niet van toepassing: a. voor de instellingen vermeld in artikel 2B op de dagen van de kermis en jaarmarkt en op kerstmis en oudejaarsavond b. indien de instelling een toestemming werd verleend ter gelegenheid van een vereniging of privéfeest enkel toegankelijk voor leden.