Western compacte design wandunit Type ASSOLO



Vergelijkbare documenten
Portable airconditioners Type WAP-25 en WAP-35

VRF Systemen Type MDS-WADR4A Kanaal binnendeel

Western Free Joint System airconditioners Type FJS-WAD xx R4A

ARONA ventilatorconvectoren voor kanaalmontage

Multi Splitsystemen Type FJS-WAWECO Hogewand binnendeel

VRF Systemen MDS-WAWR4A-S Hogewand binnendeel

VRF Systemen Type MDS-WAFR4A Lagewand/plafond binnendeel

Samengeperst gas, n.e.g. 70% stikstof, 30% kooldioxide UN-nummer: 1956 Opslagmethode: omgevingstemperatuur en hoge druk (> 150 bar)

VRF Systemen Type MDS-WACZ4R4A(RF) Cassette binnendeel

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Pagina 1

PRISMA-EC. Ventilatorconvectoren voor hogewandmontage. Technische handleiding

Chemische naam van de stof : Ammoniak oplossing, formule: NH4OH (waterige oplossing) Synoniemen : Ammonia

TOSTI APPARAAT GEBRUIKSAANWIJZING

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

Tel.nr.voor : Nationaal Vergiftigingen Centrum Tel.nr: Bestanddelen Gewicht % CAS-Nr. EINECS-Nr. Ammonia <

Western Free Joint System airconditioners Type FJS-WAM xx R4A

BAKKER-HAVU B.V. Storm van s-gravensandeweg JL WASSENAAR - tel Samenstelling/informatie over de bestanddelen

Muren en plafonds binnenshuis

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Op basis van richtlijn 91/155/EEG van de Commissie der Europese Gemeenschappen

12/2014. Mod: DRINK-38/SE. Production code: CEV425

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *

VERWARMING «RED HOT» Ref 93475

2.2 : Niet brandbaar, niet giftig gas.

GIDS VOOR DE GEBRUIKER

Professional Supplies BORDENWARMKAST. Modelnr.: * * * CaterChef 60

Gebruiksaanwijzing elektrische sfeerhaard

Dit product wordt niet als gevaarlijk beschouwd volgens de wettelijke bepalingen. Bijgevolg

AC2400 Mobiele Caravanairco

Rolkachel infrarood Chauffage mobile infrarouge Gasheizung Mobil infrarot Mobile gasheater infrared. Model: GRT-508

PERFECTCOOL Gebruikershandleiding

VEILIGHEIDSINFORMATIE BLAD Herziene uitgave nr : 1. Symbool 2.1 : F+ : Zeer licht T : Vergiftig

ALVORENS DE KOOKPLAAT TE GEBRUIKEN Blz. 19. ADVIEZEN VOOR MILIEUBESCHERMING Blz. 19. WAARSCHUWINGEN EN ALGEMENE WENKEN Blz. 19

Afzuigkap Gebruiksaanwijzing

Productveiligheidsblad volgens 91/155/EEG Bladzijde 1/5

Productnaam Zône Brandspiritus 85%

Producent/leveranciers informatie. Straat/postbus: Zonnebaan 56. Telefoon: Telefax:

Bedankt voor uw vertrouwen in SUBESTA en tot ziens. Pagina 1 van 6

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD STIKSTOF

Western Airconditioning splitsysteem airconditioners Type WAW-xxINHP-ECO in warmtepomp uitvoering

LARVANEM Laatste herziening: 10/06/2014, Versie 1.0 pagina 1 / 5

Model EF-2000W Handleiding

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

Veiligheidsinformatieblad (MSDS)

Veiligheidsinformatieblad

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD volgens 2001/58/EG. Vanish Oxi Action Vlekverwijderaar. RECKITT Datum: BENCKISER Pag. : 1 van 5.

2.2 : Niet brandbaar, niet giftig gas.

Gumax Terrasverwarmer

MONTAGE HANDLEIDING ROLLUIK

SALAMANDER Gebruiksaanwijzing

* /1 * /1 * x40

Texaco Ruitensproeier antivries concentraat

Veiligheidsinformatieblad Volgens EG-richtlijn 2001/58/EG

Chemische naam van de stof : Azijnzuur formule: CH3C00H. Bestanddelen Gewicht % CAS-Nr. EINECS-Nr. Azijnzuur <

Veiligheidsinformatieblad Volgens EG-richtlijn 2001/58/EG

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Herziene uitgave nr : : Niet brandbaar, niet giftig gas.

Gebruiksaanwijzing Mini Salt

Montage-instructie. Rolluik RV40 - RV41

Gebruiksaanwijzing RTW100

GEBRUIKSAANWIJZING (NL)

AT Multifunctioneel luchtbehandelingsapparaat

Western Splitsysteem airconditioners Type WAW-xxHPR4A warmtepomp uitvoering

VOGELVLUCHT Laatste herziening: 16/10/2007, Versie 1.0 pagina 1 / 5

Nederlands 3 English 7 Français 11 Deutsch 15 Español 19 Italiano 23

Multi Splitsystemen Type FJS-WAC(RF)ECO Cassette binnendeel

ZETTEX CLEANING WIPES

WHIRLPOOL AKR643GY. Gebruiksaanwijzing

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD volgens 2001/58/EG. Silvo Zilverglans. Datum: BENCKISER Pag. : 1 van 5.

VEILIGHEIDS- INFORMATIE- BLAD

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET

Handleiding. AirQlean H luchtfiltersysteem voor montage aan het plafond

ROBUUST BASIC. Elektrische Convector W

DROOGPLATEAU. Handleiding

Gumax Terrasverwarmer

Elektrische convectoren BMS (standaard) BMT (met timer) BMH (met beugel)

Handleiding Plextalk PTN1. Handleiding Daisyspeler Plextalk PTN1

Veiligheidsinstructies Belangrijk: Lees deze instructies zorgvuldig voor u de heater in elkaar zet en gebruik neemt, en volg ze na.

GEBRUIKSAANWIJZING (NL)

Handelsnaam: * Identificatie van het product * - Aard van het product: dispersie op waterbasis

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

VEILIGHEIDS INFORMATIE BLAD

GEBRUIKSAANWIJZING S T E R Y D R Y STERILISATOR EN DROGER. Bewaar deze gebruksaanwijzing goed voor eventueel later gebruik.

Veiligheidsinformatieblad volgens richtlijn 91/155/EEG

VEILIGHEIDSINFORMATIE BLAD

Voltaweg AZ Veghel Nederland. Dit product is te beschouwen als een preparaat in overeenstemming met EG-richtlijnen en GHS.

W.H.B.: ARBO. 1. Identificatie. 2. Samenstelling. 3. Risico/identificatie. 4. Eerste-hulp-maatregelen. File: Magkal Pagina: 1 van 5

TAFELMODEL KOOKPLAAT ROND

*** VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD ***

Tip-It Siliconenpakking Zwart

GEBRUIKSAANWIJZING WAND AFZUIGKAPPEN

2.2 : Niet brandbaar, niet giftig gas.

INLEIDING. Deze handleiding is bedoeld voor model VAC DYNAMIC van het merk SACH.

WHIRLPOOL AKM331. Gebruiksaanwijzing

1 IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN DE VENNOOTSCHAP / ONDERNEMING.

Dit Veiligheidsinformatieblad is samengesteld overeenkomstig de REACh Verordening (EG) Nr. 453/2010 Uitgiftedatum: Revisiedatum:

Belangrijke instructies

GEBRUIKERSHANDLEIDING

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

ELECTRA. Bedieningsvoorschriften Nederlands ELECTRA

Veiligheidsinformatieblad volgens Verordening (EG) 1907/2006

Transcriptie:

Western compacte design wandunit Type ASSOLO Montage- en gebruikershandleiding Ref: ASSOLO_2011 05/01/2011 1

Inhoudsopgave. Blz. 3 Algemeen, Ontvangst goederen, Garantie en Wetgeving. Blz. 3 t/m 5 Afbraak apparatuur, CE markering en Algemene veiligheidswenken. Blz. 6 Inleiding en waarschuwing. Blz. 7 Overzicht met afbeeldingen voor montage van de airconditioner Blz. 8 Montagetekening Blz. 9 Lijst met accessoires Blz. 9 Technische gegevens Blz. 10 en 11 Montage van de airconditioner Blz. 12 t/m 17 Omschrijving en werking van afstandsbediening Blz. 18 Verseluchtsysteem Blz. 18 Installeren van de batterijen Blz. 19 Onderhoud Blz. 19 Storingen Blz. 20 en 21 Koudemiddel R410A veiligheidsbladen 2

Algemeen. Deze montage en bedieningshandleiding omvat gegevens voor montage van de apparatuur. Western Airconditioning is niet verantwoordelijk voor verkeerde en/of ondeugdelijke montage van de apparatuur en de daaruit voortvloeiende storingen alsmede garantieclaims welke worden veroorzaakt door eerder genoemde punten. Ontvangst van de goederen. Tijdens ontvangst van de apparatuur dienen de goederen gecontroleerd te worden op schade. In geval van schade moet dit op de vrachtbon genoteerd worden en aan Western Airconditioning worden gemeld binnen 24 uur. Bel hiervoor tel. 0900 22 55 787( 0,50 p/m). Indien na levering schade in de unit wordt geconstateerd moet dit binnen 7 dagen na levering van de goederen aan Western Airconditioning worden gemeld. Melding later dan genoemde periodes of niet aantekenen op de vrachtbon betekent dat de schade niet binnen de garantie van Western Airconditioning valt. Garantie. Op de geleverde apparatuur is een garantietermijn van 12 maanden na levering apparatuur van toepassing, geheel conform de algemene leveringsvoorwaarden van Western Airconditioning. Deze garantie is geldig voor alleen de onderdelen van de standaard apparatuur. Schade welke veroorzaakt wordt door modificatie van de unit(s) en/of verkeerd gebruik vallen niet binnen de garantie van Western Airconditioning. LEES EERST DEZE GEBRUIKSAANWIJZING GEHEEL DOOR ALVORENS TE STARTEN MET HET INSTALLEREN VAN DE AIRCONDITIONER. Afbraak van de apparatuur. Indien de apparatuur na de werkzame periode wordt gedemonteerd en afgevoerd, moet dit gebeuren volgens de Wet Chemische Afvalstoffen (WCA in Staatscourant 1981, 696) en WEEE 2002/96/EG. Dit betekent o.a. dat éérst eventueel koelmiddel uit het koelsysteem verwijderd moet worden en olie uit de koelcompressor(en). CE markering. Western volgt de Europese wetgeving ten aanzien van de machinerichtlijn 2006/42/EEG welke tot doel heeft om veilige apparatuur te produceren en te leveren aan de gebruikers. Deze wetgeving geldt voor apparatuur welke geproduceerd is na 1 januari 1995. U kunt dit herkennen aan een CE label of sticker op de unit. Tevens wordt een bijbehorende 11.1.A verklaring bijgesloten. 3

Algemene veiligheidswenken. Gaarne uw attentie voor de volgende veiligheidsadviezen ten aanzien van het gebruik van de apparatuur zoals omschreven in dit instructieboekje. Lees deze adviezen goed door net als de andere onderwerpen genoemd in dit instructieboekje. 1 Houd het werkgebied op orde. Een wanordelijke werkomgeving leidt tot ongelukken. Voorkom dit en zorg ervoor dat de apparatuur goed bedienbaar en bereikbaar is zonder dat u op of over obstakels moet stappen. 2 Houd rekening met omgevingsinvloeden. Stel de apparatuur niet bloot aan weersinvloeden als deze daar niet voor geschikt is (bijvoorbeeld tijdens tijdelijke opslag of gedurende de montage van de apparatuur). Dit geldt natuurlijk ook voor de opstelling van de apparatuur op de uiteindelijke opstelling plaats. 3 Voorkom een elektrische schok. Zorg ervoor dat de apparatuur elektrisch goed geaard wordt volgens de geldende voorschriften. 4 Houd "andere" personen uit de buurt. Laat andere personen (welke niets te maken hebben met de montage of bediening van de apparatuur) niet bij het werkgebied van de apparatuur. 5 Sluit de apparatuur af. Zorg ervoor dat de apparatuur altijd in afgedekte of gesloten toestand wordt achtergelaten. Dit geldt tijdens montage van de apparatuur, maar ook tijdens onderhoud of normaal gebruik. 6 Overbelast de apparatuur niet. Gebruik de apparatuur binnen de aangegeven grenzen zoals omschreven in dit instructieboekje. Dit voorkomt overbelasting van de apparatuur. 7 Gebruik de juiste gereedschap. Gebruik geen gereedschap dat niet geschikt is voor het monteren, onderhouden of bedienen van de apparatuur. 8 Gebruik geschikte werkkleding. Dit geldt tijdens de montage en onderhoud van de apparatuur. Bijvoorbeeld: - handschoenen ter bescherming van scherpe randen. - goede niet slobberende werkkleding zodat u niet ergens achter kunt blijven hangen of gegrepen kan worden door draaiende onderdelen. - veiligheidsschoenen zodat vallende objecten uw voeten niet beschadigen. 9 Gebruik een veiligheidsbril. Zorg voor een goede bescherming van uw ogen, tijdens verspanende-, las- of andere voor de ogen mogelijk gevaarlijke werkzaamheden aan de apparatuur, door gebruik te maken van een veiligheidsbril. 10 Let op de elektriciteitskabels. Monteer de elektrische voedingskabels volgens de geldende veiligheidsvoorschriften en let erop dat de kabels niet onder mechanische spanning staan en/of bloot gesteld worden aan hitte, scherpe kanten of olie. 11 Klem de apparatuur vast. Zorg ervoor dat de apparatuur goed gemonteerd wordt op de uiteindelijke opstelling plaats, dat de constructie waaraan of waarop de apparatuur wordt gemonteerd de apparatuur kan "houden" en dat de apparatuur niet onverhoeds kan losraken. 4

12 Zorg voor een veilige houding. Vermijd een abnormale lichaamshouding en zorg voor een stabiel evenwicht tijdens montage, onderhoud aan of bediening van de apparatuur. 13 Onderhoud de apparatuur zorgvuldig. Houd de apparatuur schoon en volg de onderhoudsvoorschriften en adviezen zoals vermeld in dit instructieboekje. Controleer regelmatig de aansluitingen en houd handgrepen vetvrij. 14 Verwijder de voedingsspanning. Zorg hiervoor voordat onderhoud gepleegd wordt of onderdelen worden verwisseld aan de apparatuur of voor welk ander doeleinde de apparatuur wordt opengemaakt. 15 Laat geen gereedschappen achter in of op de machine. Controleer dit voordat de apparatuur voor het eerst wordt ingeschakeld of nadat onderhoud is gepleegd. 16 Wees opmerkzaam. Let steeds op de werkzaamheden, ga met verstand te werk, gebruik de apparatuur niet voordat deze goed gecontroleerd is. 17 Attentie! Gebruik in het belang van persoonlijke veiligheid alleen toebehoren en eventuele hulpapparaten die in de gebruiksaanwijzing worden omschreven. Het gebruik van andere dan de vermelde toebehoren of hulpapparaten kan verwondingsgevaar opleveren. 18 Reparaties alleen door erkende reparateurs. Ter voorkoming van ongevallen mogen reparaties of onderhoudswerkzaamheden alleen uitgevoerd worden door de daarvoor erkende reparatiebedrijven en personen. 5

Inleiding. Wij danken u voor het vertrouwen dat u in ons gesteld heeft door deze airconditioner te kopen. Wij zijn ervan overtuigd dat u de juiste keuze gemaakt heeft omdat u nu in het bezit bent van één van de modernste en geraffineerdste airconditioner installaties die er op de markt zijn. Met behulp van onderstaande aanwijzingen zult u de eigenschappen van het apparaat optimaal kunnen benutten. Wij adviseren u derhalve deze aanwijzingen nauwkeurig op te volgen en met name de waarschuwingen in acht te nemen, zodat u een zomer tegemoet gaat waarin u kunt genieten van alle comfort die dit apparaat u biedt. Waarschuwing. Controleer of gordijnen en dergelijke geen belemmering vormen voor de luchtaanzuigfilters in airconditioner. Sluit de airconditioner uitsluitend op elektrische stopcontacten aan de geaard zijn. Om een goede werking van de airconditioner te garanderen dient u minimaal drie maal per koelseizoen de filters te reinigen. LET OP: Dit artikel bevat stoffen die schadelijk zijn voor de ozonlaag; vóórdat de airconditioner (voor afbraak) uit elkaar gehaald wordt, moet het koelmiddel verwijderd worden uit het systeem. Neem hiervoor contact op met uw leverancier. Plaats de units altijd tegen een stabiele muur of wand. Transporteer de units altijd in staande (verticale) positie. Houdt minimaal 100 cm afstand tussen de units en meubilair of gordijnen. Ga niet op de unit zitten of plaats er geen voorwerpen op. Zorg ervoor dat de luchtstroming van de units niet wordt geblokkeerd. Raak de unit niet aan met vochtige handen of blootsvoets. Zorg ervoor dat er geen contact met chemicaliën met de unit plaats kan vinden. Gebruik de units niet in een omgeving met vluchtige stoffen zoals alcohol, pesticiden etc. Stel de units niet bloot aan atmosferische omstandigheden zoals regen of direct zonlicht. De unit mag nooit worden gebruikt in vochtige ruimtes zoals badkamers. Zorg ervoor dat de unit wordt aangesloten op een voedingsspanning van correcte waarde. Gebruik de stekker nooit voor het aan- of uitschakelen van de unit. Schakel de unit uit indien niet gebruikt. Verwijder altijd de stekker uit het stopcontact voordat werkzaamheden aan de unit wordt verricht. Trek nooit aan de elektrakabel van de unit en leg de kabel nooit in de buurt van warmtebronnen. Indien de voedingskabel beschadigd is moet deze worden vervangen. Gebruik de unit nooit zonder filter. Western Airconditioning B.V. wijst elke vorm van verantwoordelijkheid af indien bovengenoemde voorschriften niet worden gehanteerd. Tips voor besparen van energie: Gebruik de units in de daarvoor bestemde ruimteafmeting. Gebruik de units niet op een wijze waardoor objecten de luchtstroming kunnen blokkeren en/of beïnvloeden. Houdt gordijnen en zonwering dicht tijdens zonnige dagen. Houdt de filters van de unit schoon. Stel de temperatuur in op een normale waarde van bijvoorbeeld 24ºC, niet lager. 6

7

8

LIJST MET ACCESSOIRES (zie bladzijde 6 afbeelding P0) 1. Ophangbeugel 2. Infrarood afstandsbediening 3. Houder t.b.v. infrarood afstandsbediening 4. Condensafvoerslag 5. Buitenluchtroosters 6. Luchtaanzuigpijp (160mm) 7. Luchtafvoerpijp (150mm) 8. Schroeven 9. Koord t.b.v. buitenluchtroosters 10. Montage en gebruikershandleiding 11. Papieren montagetekening TECHNISCHE GEGEVENS 9

MONTAGE VAN DE AIRCONDITIONER (zie bladzijde 6 afbeelding P3) Monteer de airconditioner volgens de afbeelding P3 voor een zo goed mogelijke werking en om eventuele problemen te voorkomen. Volg de volgende instructies: Monteer de airconditioner op een buitenmuur zodat de warmte naar buiten kan worden afgevoerd met een minimum van 2 meter vrije ruimte voor zowel de voorzijde als de achterzijde van de airconditioner. De airconditioner dient gemonteerd te worden volgens de papieren montagetekening met de aangegeven vrije ruimtes rondom de airconditioner. De muur waaraan de airconditioner gemonteerd wordt dient vlak en sterk genoeg te zijn om het gewicht van de airconditioner te kunnen dragen. Wanneer de juiste plaats is bepaald om de airconditioner te monteren, controleer dan of er geen leidingen in de muur zitten op de plaatsen waar de gaten geboord worden. Controleer tevens of er geen obstakels voor de roosters aan de buitengevel zitten wat de werking van de airconditioner kan beïnvloeden. PAPIEREN MONTAGETEKENING (zie bladzijde 6 afbeelding P4) Bevestig de montagetekening op de muur nadat de volgende punten zijn gecontroleerd: Boor geen gaten op plaatsen waarvan je niet zeker bent dat ze vrij zijn van leidingen(elektra-, gas- of waterleidingen in de muren), of in de buurt van andere obstakels die de werking van de airconditioner kunnen beïnvloeden. Zorg ervoor dat de airconditioner waterpas wordt gemonteerd. Volg de installatie instructies zoals aangegeven staat op de papieren montagetekening. BOREN VAN DE GATEN IN DE MUUR (zie bladzijde 6 afbeelding P5) Zorg ervoor dat wanneer de gaten worden geboord er aan de buitenzijde de veiligheid in de gaten wordt gehouden i.v.m. de stukken beton die uit de muur kunnen vallen. INBLAAS EN UITBLAAS GATEN Gebruik goed gereedschap met de juiste boren om de gaten te kunnen boren. Bevestig de papieren montagetekening op de muur zodat de aangegeven vrije ruimte kan worden aangehouden en gebruik een waterpas om te airconditioner waterpas te monteren. Maak een markering in het midden van het te boren gat. Gebruik een boor met een diameter van 162mm om de gaten in de muur te boren voor de lucht uitblaas en lucht inblaas. Het is aanbevolen om de 2 pijpen ongeveer 3 tot 5 graden licht naar beneden en naar buiten af te laten lopen. Dit om te voorkomen dat het water terugloopt in de airconditioner en om deze reden in storing kan gaan. 10

CONDENSAFVOER (zie bladzijde 6 afbeelding P13 en P14) De airconditioner heeft 2 manieren om het condenswater af te voeren. Lees eerst 2 de mogelijkheden voordat u de airconditioner gaat installeren. 1. Laat de rubber dop zitten in de airconditioner zoals aangegeven staat op afbeelding P14. Het condenswater wordt nu afgevoerd via de lucht uitblaaspijp en wordt op deze manier uit de pijp geblazen. Houdt u er rekening mee dat eventueel uw buren hier geen last van hebben. 2. Indien u een vaste condensafvoer wilt maken, boort u een gat van 30mm door de muur zoals aangegeven staat op de papieren montagetekening. Zorg ervoor dat het gat minimaal 3 graden naar beneden afloopt om op deze manier het condens goed weg te laten lopen. Haal de rubberdop uit de achterzijde van de unit en sluit de rubber condensslang er op aan. U heeft nu een vaste condensafvoer. MONTAGE VAN DE BEVESTIGINGSBEUGEL (zie bladzijde 6 afbeelding P6) Boor 6 gaten om de schroeven te kunnen bevestigen voor de bevestigingsbeugel zoals in zwart aangegeven staat op de montagetekening. Indien de muur niet sterk genoeg is kunt u ook nog extra schroeven gebruiken zoals in grijs aangegeven staat op de papieren montagetekening. Voor de schroeven dient u 8mm gaten te boren. Controleer of u deze schroeven geschikt zijn voor uw muur. Indien u andere schroeven nodig heeft, dient u hier zelf voor te zorgen. MONTAGE VAN DE 2 PIJPEN Nadat de gaten zijn geboord kunnen de pijpen bevestigd worden. De pijp met een diameter van 160mm(lucht aanzuig) moet in het rechter gat worden gemonteerd. De lengte van de pijp moet dezelfde lengte hebben als de diepte van de muur plus 10mm. Zorg ervoor dat de pijp minimaal 3 graden naar beneden afloopt. De pijp(160mm) is bijna even groot als het gat in de muur van 162mm. Daarom zou de pijp wat stroever in de muur kunnen gaan, indien dit zo is gebruik dan een rubber hamer om de pijp op z n plaats te krijgen. Monteer op dezelfde wijze de andere pijp van 150mm(lucht uitblaas) in het linker gat. Omdat deze dunner is als het gat van 162mm zal dit eenvoudiger gaan. Wanneer de pijpen zijn bevestigd kit dan de ruimte tussen de pijp en de muur dicht, dit om vervuiling door weersinvloeden tegen te gaan. MONTEREN VAN DE BUITENLUCHTROOSTERS (zie bladzijde 6 afbeelding P7, P8, P9, P10) Monteer de buitenluchtroosters volgens de bovengenoemde afbeeldingen. Wanneer u bij de buitenzijde kunt komen adviseren wij om de roosters vast te schroeven. Indien dit niet mogelijk is en u wilt de roosters bevestigen via de binnenzijde kunt u dat als volgt doen; aan de roosters kunt u een rubber koord bevestigen om de roosters die aan de buitenkant zitten op zijn plaats te trekken. Het koord kunt u aan de buis vast maken. De roosters dient u verticaal te bevestigen. MONTEREN VAN DE AIRCONDITIONER OP DE BEVESTIGINGSBEUGEL (zie bladzijde 6 afbeelding P11 en P12.) Voordat u de airconditioner wilt gaan bevestigen aan de beugel controleer dan eerst of alle bovengenoemde punten goed zijn uitgevoerd en dat de beugel goed is gemonteerd. Indien dit zo is kunt u de airconditioner bevestigen volgens de genoemde afbeeldingen. Til de airconditioner aan beide zijkanten van de onderzijde op en houdt de airconditioner schuin naar u toe en bevestig de airconditioner aan de beugel. Zorg ervoor dat de 2 flensen aan de achterzijde van de airconditioner in de 2 pijpen in de muur vallen en daardoor goed aansluiten op de pijpen. 11

De airconditioner dient strak tegen de muur te hangen zodat erg geen ruimte tussen de muur en airconditioner is. OMSCHRIJVING DISPLAY INFRAROODAFSTANDSBEDIENING FUNCTIES AFSTANDSBEDIENING 1. Wordt gebruikt om te kiezen uit de volgende functies: Auto: automatische werking Cooling: unit koelt DRY: unit ontvochtigt Fan: unit ventileert Heating: unit verwarmt (warmtepomp) 2. Functie om de airconditioner aan of uit te schakelen 3. Functie om de temperatuur en de tijd te verhogen 4. Functie om de temperatuur en de tijd te verlagen 5. Functie voor het instellen van het ventilator toerental 6. Functie om de timer in te schakelen 7. Functie om de timer uit te schakelen 8. Functie om de klok in te stellen 9. Functie om de uitblaasrichting in te stellen 10. Automatische temperatuurmeting in sleep functie 11. Reset functie 12. Niet gebruikte knoppen 12

FUNCTIE KOELEN FUNCTIE VERWARMEN 13

FUNCTIE ONTVOCHTIGEN 14

FUNCTIE VENTILEREN FUNCTIE SLEEP FUNCTIE AUTO 15

TIMER OFF FUNCTIE 16

17

TIMER ON FUNCTIE 18

VERSELUCHT SYSTEEM Wanneer het verselucht systeem is geopend zal de airconditioner de ruimtelucht automatisch veranderen. De nieuwe schone en verselucht zal in de ruimte worden geblazen. Het verselucht systeem kan op elk moment worden geopend of worden gesloten. Als het verselucht systeem is gesloten zijn de prestaties van de airconditioner beter dan wanneer hij geopend is. Om deze reden is het verstandig om het verselucht systeem enkele minuten per dag te openen. INSTALLEREN EN VERVANGEN VAN DE BATTERIJEN Open het klepje van de afstandsbediening Plaats de 2 AAA batterijen zoals aangegeven Bevestig het klepje op de afstandsbediening Als er na het indrukken van de aan/uit knop geen lampjes op de airconditioner gaan branden plaats dan de batterijen opnieuw. 19

ONDERHOUD (Zie bladzijde 6 met de afbeeldingen P15, P16, P17, P18) Schoonmaken van de filters: De filters dienen regelmatig schoongemaakt te worden voor een goede werking van de airconditioner. Bij regelmatig gebruik dien de filters om de paar weken gereinigd te worden. Haal de stekker uit het stopcontact. Verwijder het frame inclusief filters volgens afbeelding P15 Draai de knop zoals aangegeven staat op afbeelding P17 en verwijder de 2 filters. Reinig de 2 filters met een stofzuiger of eventueel met lauw water (max 40 C) Wanneer de filters schoon en droog zijn kunnen ze terug geplaatst worden in het frame. LET OP: GEBRUIK DE AIRCONDITIONER NIET ZONDER FILTERS. Reinigen van de omkasting: Gebruik een zachte doek voor het reinigen van de omkasting Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen waardoor de omkasting wordt aangetast. STORINGEN Mogelijke storingen die kunnen voorkomen: De airconditioner doet het niet De airconditioner koelt niet voldoende Vreemde geur in de ruimte Er loopt water uit de airconditioner De afstandsbediening werkt niet De airconditioner werkt de eerste 3 minuten niet nadat hij is ingeschakeld. Mogelijke oplossingen en oorzaken: De timer is verkeerd ingesteld / controleer de instellingen Problemen met de stroomvoorziening / controleer of er spanning is De filters zijn vervuild / reinig de filters De temperatuur is niet goed ingesteld / controleer de ingestelde temperatuur Buitenluchtroosters zijn verstopt / controleer en verwijder eventuele obstakels Stof in de ruimte, van muren, vloerbedekking, gordijnen etc. Airconditioner verkeerd gemonteerd Condensafvoer niet goed aangesloten Batterijen zijn leeg Batterijen verkeerd in afstandsbediening gedaan Bescherming van de airconditioner. Wacht 3 minuten en de airconditioner zal weer aan gaan. Indien het elektrasnoer is beschadigd adviseren wij u deze door uw installateur te laten vervangen. Wanneer uw airconditioner na bovengenoemde oplossingen nog steeds niet goed functioneert of in storing is verzoeken wij u contact op te nemen met uw installateur. 20

KOUDEMIDDEL R410A VEILIGHEIDSBLADEN 1 VAN 2. 1. Identificatie van de stof. 1.1 Identificatie van het preparaat: R410A. Synoniem: HFK-32/HFK-125. Formule: Mengsel. EE-No: Difluormethaan (HFK-32): 200-839-4 Pentafluorethaan (HFK-125): 206-557-8 2. Samenstelling / informatie over de bestanddelen. Chemische naam CAS-No Gewicht % Symbolen & phrases R Difluormethaan (HFK-32) 75/10/5 50 R32 Pentafluorethaan (HFK-125) 354/33/6 50 R125 3. Risico s. 3.1 Meest belangrijkste risico s: Onder druk vloeibaar gemaakt gas kan verstikking veroorzaken in hoge concentraties. Contact met ogen kan irritatie veroorzaken. 3.2 Specifieke risico s Versnelde verdamping van vloeibaar gas geeft verhoogde kans op vriesblaren. Kan hartritmestoornissen veroorzaken. 4. Eerste hulp maatregelen. 4.1 Ogen: Huid: Inademing: Inslikken: Algemeen advies: Spoelen met water gedurende minstens 15 minuten. Houd de ogen wijdopen tijdens het spoelen. Als de symptomen blijven dient een arts geraadpleegd te worden. Onder druk vloeibaar gemaakt gas kan vriesblaren veroorzaken. Spoel de directe omgeving van de vriesblaar met overmaat aan water. Verwijder geen kleding. Spoel daarna met warm water. Als de symptomen blijven dient een arts geraadpleegd te worden. Kan verstikking veroorzaken in hoge concentraties. Door het verliezen van het bewustzijn is het slachtoffer zich niet bewust van de verstikking. Verplaats het slachtoffer naar een onbesmette ruimte en gebruik adembescherming alleen indien het slachtoffer niet zelf ademt. Waarschuw een arts. Waarschuw onmiddellijk een arts. Pleeg geen handelingen zonder medisch advies. Raadpleeg een arts na overmatige blootstelling. 5. Brandbestrijdingsmaatregelen. 5.1 Geschikte blusmiddelen: Het product zelf is niet brandbaar. Blus met carbon dioxide, droog chemisch (poeder), schuim of water. Gebruik blusmiddelen welke milieuvriendelijk zijn. 5.2 Blusmiddelen welke niet Geen. moeten worden toegepast in verband met veiligheidsrisico s: 5.3 Specifieke risico s: Blootstelling aan vuur kan de houder doen scheuren of exploderen. De volgende giftige en/of corrosieve dampen kunnen gevormd worden door thermische ontbinding: koolmonoxide, fluorwaterstof en carbonylfluoride. 5.4 Speciale beschermingsmiddelen voor de brandweer: Gebruik persluchtapparatuur en beschermende kleding. 5.5 Specifieke methoden: Indien mogelijk stop de productstroom. Verwijder de houder of koel met water vanuit een beschermde positie. 6. Maatregelen bij ongewild 6.1 Persoonlijke voorzorgsmaatregelen: Evacueer de omgeving. Draag persluchtapparatuur tenzij aangetoond is dat de atmosfeer veilig is. Zorg voor voldoende ventilatie. 21

vrijkomen. 6.2 Reinigingsmethode: Ventileer de ruimte. KOUDEMIDDEL R410A VEILIGHEIDSBLADEN 2 VAN 2. 7. Hantering en opslag. 7.1 Hantering en opslag: Plaats de cilinders zodanig dat deze niet kunnen omvallen. Sluit na gebruik de afsluiter en maak het systeem drukloos. Controleer voor gebruik alle aansluitingen op lekkage. Gebruik nooit geweld bij het openen van een vastzittende afsluiter. Cilinders nooit verhitten of blootstellen aan hoge temperaturen. Binnendringen van vocht in de houder moet worden voorkomen. Voorkom terugstroming in de houder. Gebruik slechts degelijk gespecificeerde apparatuur die geschikt is voor dit product, druk en temperatuur. Raadpleeg uw leverancier in geval van twijfel. Raadpleeg de instructies van de leverancier hoe om te gaan met de houder. Bewaar de houder beneden 50ºC in een goed geventileerde ruimte. 8. Maatregelen bij blootstelling, persoonlijke beschermingsmiddelen. 8.1 Engineering maatregelen om blootstelling te voorkomen: 8.2 Persoonlijke beschermingsmiddelen: Bescherming tegen inhaleren: Bescherming van de handen: Bescherming van de ogen: Bescherming van de huid en het lichaam: 8.3 Limietwaarde voor blootstelling: Zorg voor degelijke ventilatie met name in de voor personen toegankelijke ruimtes. Zie hieronder. In geval van onvoldoende ventilatie dient persluchtapparatuur gebruikt te worden. Gebruik butyl rubber handschoenen. Draag een veiligheidsbril of in geval van abnormale problemen gelaatsbescherming. Draag werkkleding welke voldoende bestand is tegen chemicaliën. Draag veiligheidsschoenen. Difluormethaan: 1000 ppm (TWA) 1-1-1-2-Tetrafluorethaan: 1000 ppm (TWA) Pentafluorethaan : 1000 ppm (TWA)(AIHA) 9. Stabiliteit en reactiviteit. 9.1 Stabiliteit: Stabiel onder normale condities. Geen decompositie indien opgeslagen voor direct gebruik. Decompositie begint bij temperaturen vanaf 250ºC. 9.2 Te vermijden condities: Stel niet bloot aan temperaturen boven 50ºC. Vuur of intense hitte kan vervorming van de verpakking veroorzaken. 9.3 Te vermijden materialen: Alkalimetalen (Na, K), aardalkalimetalen (Ca, Mg), poedervormig aluminium en zink. 9.4 Gevaarlijke ontbinding: Gehalogeneerde samenstellingen, HF, HCI, COCI 2, CO 2 10. Toxologische informatie. 10.1 Acuut toxisch: Diflourmethane: CL50/inhalatie/4 uur/rat=>760ml/l Pentafluorethane (R125): CL50/inhalatie/14 uur/rat=>3480 mg/l 10.2 Plaatselijke effecten: Hoge concentraties, boven TLV waarde kunnen leiden tot verliezen van het bewustzijn. Hoge concentraties van het product in decompositie kan leiden tot onvoldoende beademing. 10.3 Lange termijn effecten: Geen vormen van kanker of andere mutaties geconstateerd bij proeven. 10.4 Specifiek effect: Versnelde verdamping van vloeibaar gas geeft verhoogde kans op vriesblaren. Kan hartritmestoornissen veroorzaken. 22

11. Ecologische informatie 11.1 Effecten verbonden aan ecologische toxiteit: Pentafluorethane (R125): Broeikas effect factor HGWP (R11=1)=0,84. Ozon aantastingsfactor ODP (R11=1)=0. 12. instructies voor verwijdering. 12.1 Restafval en ongebruikte producten: Lever overschot of niet regenereerbare hoeveelheden in bij een erkend afvalverwerkingsbedrijf. Dit in overeenstemming met lokale en nationale regelgeving. 12.2 Gebruikte verpakking. Gebruik geen lege verpakkingen. Lege drukvaten dienen retour gezonden te worden aan de leverancier. 12. Informatie aangaande transport. No. O.N.U. 3163 ADR/RID 3163 Vloeibaar gas, n.o.s., (Difluormethane, Pentafluorethane), 2, ADR. 23