Van t Broek (1) Eerder gepubliceerd in: Voskuilen, een buurtschap onder Woudenberg en Leusden, door H.M. van Woudenberg, 2006. Deel II: Genealogieën, genealogie nr. 19, blz. 194-201. I Johan Stevensz van Westerveld, tr. Marien van Scherpenseel, dr. van Otto van Scherpenseel en Styne van de Gruuthuys Johan Stevensz van Esteveld beleend door opdracht van Rutger van Hugenbossch met Hugenbossch. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol.18; 11-06-1477). Johan Stevensz van Esteveld lijftocht zijn vrouw Marien met Hugenbossch. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol.18vo; 11-06-1477). In 1482 genoemd als getuige bij de belening van Veenschoten: Johan van Westeveld, zwager van leenheer Gairt van Scherpenzeell (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 21; 08-02-1482). 1. Willem Jansz van Westevelt, geb. ca. 1450, volgt II II Willem Jansz van Westervelt, geb. ca. 1450, tr. NN Willem Jan Stevenssoen van Westevelt beleend na dode van zijn vader met Hugenbosch. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 24vo; 16-11-1485). 1. Peter Willemsz, geb. ca. 1480, volgt III III Peter Willemsz, geb. ca. 1480, tr. NN Peter Willems, op HuijgenBosch, betaalt tijns uit Huijgenbosch (Tijnsboek van Barneveld. Veluwse Geslachten 223, nr. 1498. Er worden geen jaartallen vermeld). 1. Johan Petersz, geb. ca. 1505, volgt IV IV Johan Petersz, geb. ca. 1505, tr. NN 1505 Johan Peters betaalt tijns uit Huijgenbosch (Tijnsboek van Barneveld. Veluwse Geslachten 223, nr. 1498. Er worden geen jaartallen vermeld). 1. Peter Jansz, geb. ca. 1530, volgt V V Peter Jansz, geb. ca. 1530, tr. NN Peter Jansen betaalt tijns uit Huijgenbosch (Tijnsboek van Barneveld. Veluwse Geslachten 223, nr. 1498. Er worden geen jaartallen vermeld). Anthonis Petersz, geb. ca. 1555, volgt VI VI Anthonis Petersz, geb. ca. 1555, ov. voor 1620, tr. Marigen Jordensdr In 1608 worden Anthonis Petersz en Marigen Jordensdr beleend met Huijgenbosch onder Scherpenzeel. Testament 1608: ieder kind evenveel, oudste zoon f 50,= extra (Huis Scherpenzeel 141, f. 100vo; 22-12-1608).
1. Cornelis Toenisz, ov. voor 1633, tr. NN Mogelijk dezelfde als Cornelis Thonis (zie genealogie Van Manen (1). In 1620 wordt Cornelis Toenisz beleend met Huijgenbosch door opdracht van zijn broers en zusters Peter Tonisz, Jorden Tonisz, Anna Tonisdr x Cornelis Jansz, Jantgen Tonisz x Derck Jordensz, Cornelis Jansz namens Cornelisgen Toenisdr, Wilhem Toenisz, Aeltgen Toenisdr x Toenis Jobsz met het zeven achtste deel van Huijgenbosch, waarvan het achste deel aan hun broer Cornelis Toenisz toebehoort. Zij erfden het van hun ouders Toenis Petersz x Marrijtgen. (Huis Scherpenzeel 141, f. 137; 02-02-1620). 1. Jan Cornelisz, geb. na 1608 In 1633 wordt Jan Cornelissen, onmondig, beleend met Huigenbosch in 1633 (Huis Scherpenzeel 141, f. 189vo; 20-05-1633). 2. Peter Thonisz In 1624 eist Peter Thonissen betaling van elf maten wol van Franck van Overeem (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, f. 11vo; 22-11-1624). 3. Jorden Thonisz, volgt VII In 1633 treedt Jorden Thonisz op namens zijn onmondige neef Jan Cornelissen, zoon van Cornelis Toenissen, bij de belening van Huigenbosch in 1633 (Huis Scherpenzeel 141, f. 189vo; 20-05-1633). 4. Anna Thonisdr, tr. Cornelis Jansz Lidm. lijst Scherpenzeel 09-12-1610: Cornelis Janssen. Lidm. Scherpenzeel 09-12-1610: Anna Cornelis Janssen huisvrouw. 5. Jantgen Tonisz, tr. Derck Jordensz 6. Cornelisgen Toenisdr 7. Wilhem Toenisz Mogelijk is dit Willem Thonisz, die de wol van twee schapen moet betalen aan Harmen Geurtsz, zijn herder, die 50 schapen voor hem hoedt (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, f. 30; 18-06-1629). 8. Aeltgen Toenisdr van Huijgenbosch, tr. Scherpenzeel 19-09-1619 Toenis Jacobsen/Jobsz, van Biesen, ov. voor 1638 Lidm. Scherpenzeel Kerst 1626: Anthonis Joppen, ov. (voor 1657). Lidm. Amersfoort 13-07-1633: Antoni Joppen, in de Peperstraet, met attestatie van Scherpenzeel. 1. Willem Thonisz Willem Thonisz, van Amersfoort, wordt gevorderd om een obligatie van 45 gl. van zijn ov. vader Anthonis Jopsen te betalen (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, f. 78vo-84 en nr. 2, f. 92vo; 03-12-1638; 21-10/09-12-1639). 9. Jan Thonisz van Huigenbosch, tr. NN 1. onbekend, 1639 onmondig Hermen Jansz, ged. Scherpenzeel 24-09-1615, zn. van Jan Thonisz en Buijsgen NN. Goerts Jansz, momber van de onmondige zoon (geen naam genoemd) van Johan Thonissen van Hugenbusch beleend dode van zijn vader met Hugenbusch. (Leenboek Huis Scherpenzeel 141, fol. 199vo; 19-03-1639). 8. Franck Petersen beleend door opdracht van Goerts Jansz, momber van de onmondige zoon (geen naam genoemd) van Johan Thonissen van Hugenbusch met Hugenbusch. (Leenboek Huis Scherpenzeel 141, fol. 200,201; 19-03-1639). VII Jorden Thonisz, geb. ca 1585, ov. voor 1642, tr. Engelgen Jans Langelaer, geb. ca. 1590 In 1633 treedt Jorden Thonisz op namens zijn onmondige neef Jan Cornelissen, zoon van Cornelis Toenissen, bij de belening van Huigenbosch (Huis Scherpenzeel 141, f. 189vo; 20-05-1633). In 1634 voeren Hendrickje Thonissen x Willem de bakker proces tegen Henrijck Egbertsz, borgen: Jorden Thonisz en Cornelis Jansz van Santen wegens een obligatie (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 51vo; 03-03-1634). In 1636 wordt Jorden Thonisz voor het gerecht gedaagd voor het betalen van 4 gl. 10 st. loon aan Gijsbert Egbertsz. Borg: Cornelis Jansz, zwager (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, f. 42-48vo; 25-01/21-03-1636).
In 1643 is Roeloff Sarren/Sanders, op 't Willer borg voor de erfgenamen van zal. Jorden Thonisz. samen met Cornelis Cornelisz Jongelangelaer erfgenamen van zal. Cornelis Jansz Ouwenlangelaer, erfhuis. (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 99vo; 19-03-1643. Na fol. 99vo; na 17-04-1643). 1. Aeltgen Jordens, ged. Scherpenzeel 21-02-1611, getuige: Cornelis Jansen 2. Thonis Jordensz/Jansz, ged. Scherpenzeel 01-05-1614, won. op de Hoef onder Barneveld, otr. Barneveld 09-04-1637 Marijtje Sanders, won. op Willer onder Scherpenzeel, dr. van Sander Jansz en Maria Roelofs 1. Jorden Teunisz van der Hoeve, ged. Barneveld 21-02-1638, tr. Renswoude (otr. Barneveld) 08-11-1674 Jannetje Aertsen, van Lunteren. Jannetje Aertsen, won. op de Hoef, tr. (2) Renswoude (otr. Barneveld) 27-10-1689 Rutger Rengersz, won. Putten Een erff ende goet gen[aem]t de Groote Hoeff in den Carspel van Barnevelt Glijnder Boijhoeck mit huijs, hoff hooghe ende laage landerien en daer oostwaerts de Cleijne Hoeff, zuijtw[aerts] de Locht, westw[aerts] de Glindt ende noortwaerts Walderveen naest gelegen is, soo Jorden Teunissen gebruijckt, toebehoerende Willem en Antoni van Zetten cum suis voor 3/4 parten en Brant Evertsen voor 1/4 part. (ORA Barneveld 0203, boek 835, Glinde, folio 1, dd. 07-09- 1679). 1. Gijsbertje Jordens, geb. op de Groote Hoeve, ged. Scherpenzeel 01-01-1678 2. Marrijtje Jordens, ged. Barneveld 22-08-1680 3. Gerrit Jordens, ged. Barneveld 22-08-1680 2. Engeltje Teunis, ged. Barneveld 22-09-1639 3. Sander Teunisz, geb. op de Hoef, ged. Scherpenzeel 05-03-1648, won. de Oude Maat, tr. Renswoude (otr. Barneveld) 09-12-1677 Grietje Dircks Timmer 1. Dirckje Sanders, ged. Renswoude 13-10-1678 2. Gerritje Sanders, ged. Renswoude 31-05-1680, van de Oude Maet onder Barneveld, tr. (1) Barneveld (otr. Woudenberg) 09-04-1713 Jacob Cornelisz (van Beek), van Klein Vlastuin 3. Marrij Sanders, ged. Barneveld 02-07-1682 4. Engeltje Sanders, ged. Barneveld 31-08-1684 5. Teunis Sandersz, ged. Barneveld 01-01-1689 6. Dirck Sandersz, ged. Barneveld 09-09-1691 4. Hendrick Teunisz, ged. Barneveld 01-11-1640 5. Jan Teunisz, ged. Barneveld 10-02-1650 3. onbekend, ged. Scherpenzeel 28-04-1616 ; mogelijk Trijntje Jordens, van Barneveld, otr. Barneveld 01-06-1634 Jan Gerritsz, van Scherpenzeel, zn. van Gerrit Gijsbertsz 4. onbekend, ged. Scherpenzeel 15-03-1618; mogelijk Beatrix Jordens, van Barneveld, otr. Barneveld 29-11-1640 Roelof Sandersz (van t Willaer), wed. Willemgen Aerts Tijmansdr 5. Jacob Jordensz, tr. Willempgen Hendriks. Willemtgen otr. (2) Leusden (gerecht) 14-10- 1669 Gerrit Adriaensz, won. Stoutenburg, zn. van Adriaen Thonisz Huw. voorw. tussen Gerrit Adriaensz, jm van Stoutenburg, en Willemtgen Henricx, wed. Jacob Jordens, won. Snorrenhoef, geass. door broer Simon Henricksz, won. Amersfoort en broer Thonis Henricksz, won. Voscuijlen (Klein Romselaar) (AT015b002; 14-10-1669). Uit het 1 e huw.: 1. Jorden Jacobsz In 1687 is Jorden Jacobsz is getuige bij huw. van broer Willem Jacobsz. 2. Willem Jacobsz, tr. Leusden (gerecht) 21-11-1687 Annitje Jans, van Lokhorst In 1682 is Willem Jacobsz is getuige bij huw. van zus Lijsgen Jacobs. 3. Oth Jacobsz 4. Gerbrecht Jacobs
5. Henrickje Jacobs, otr. Leusden gerecht 11-02-1670 Gerrit Henricksz, wed. Jannitgen Thonis Eiser Hendrickje Gerrits en haar moeder contra gedaagde Jan Cornelisz, op Hamersveld. Hendrickje had nog 1-4-0 gulden, 3 1/8 el linnen voor een hemd en 7-6-10 gulden voor vier maanden loon, tegoed. Uitgesteld wegens afwezigheid van de gedaagde. Voortgezet d.d. 04-06- 1696. Jan wil niet alles betalen omdat Hendrickje zonder zijn toestemming is vertrokken. Uitspraak: 8-10-10 betalen. Getekend door Hendrickje Jacobs, vrouw van Gerrit Hendricksz. (Dorpsgerecht Leusden 1044;12-03-1696). 6. Merry Jacobs, tr. Jan Rijcksz 7. Lijsgen Jacobs, won. Asschat, tr. (1) Leusden (gerecht) 20-10-1682 Thonis Geurtsz, won. Stoutenburg, tr. (2) tr. Leusden (gerecht) 01-07-1698 Evert Jansz 6. Merritje Jordens, op de Hoef onder Barneveld, otr. Barneveld 28-07-1646 Wolter Gerritsz, van Scherpenzeel, zn. van Gerrit Woltersz 7. Peter Jordensz, van Barneveld, otr. Barneveld (tr. Lunteren) 03-11-1650 Gerbrecht Willems, van Lunteren, dr. van Willem Geurtsz VIII Theunis Jordensen van t Broeck, ged. Scherpenzeel 01-05-1614, ov. 27-06-1690, tr. Fijtien Jacobs, ov. tussen 1668-1673, dr. van Jacob Jansz x Fijcken Het is niet zeker dat deze Theunis Jordensen de zoon is van bovengenoemde Jorden Thonisz x Engelgen. De datum kan kloppen. Verder is er geen Theunis Jordensen bekend. Maar zijn tweede dochter zou eigenlijk Engeltje moeten heten, naar zijn moeder. Fijtien Jacobs, ged. ca. 1620; haar zuster Meritgen ged. Scherpenzeel 11-02-1616. In 1639 eist Thonis Jordensz, namens zijn schoonvader Jacob Jansz, betaling van een obligatie van 100 gl. van Cornelis Cornelissen, borg: Jan Evertsz als erfgenaam van zijn vader (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, f. 78vo en nr. 2, f. 82-85; 03-12-1638 en 04-02-1639). In 1639 treedt Thonis Jordensz namens zijn schoonmoeder op tegen Cornelis Otten, op Berkhorst (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, f. 94-96vo; 21-10/09-12-1639). In 1653 staat Thonis Jordensz genoemd in de Slaperdijkslijst 1653/55. Er staat geen boerderijnaam genoemd, maar hij staat na de boer op het 2 e Broek vermeld. Tonis Jordensen genoemd als contribuant voor een nieuw leidak op de kerk te Scherpenzeel 21-01-1665. Lidm. Scherpenzeel 24-12-1670: Theunis Jordensen, op het Broeck. Genoemd in de lijst van 1673. Inwonerslijst Woudenberg 1675: Thonis Jorensz met sijn vrouw in een kamer op Broeck voorn In 1677 lenen Jan Gerritsen van Wijck x Jantije Dircx f 300,= van Theunis Jordensz. Onderpand: 3 morgen land in het Lege Erf onder Renswoude. Marge: deze lening moet nu voldaan worden aan Peter Dircksz Doornweert, wed. Fijtje Thonis, dr. van Teunis Jordensz zal.. geroyeerd op 14-03-1698 (Recht. Arch. Renswoude 1800; 14-02-1677). In 1677 wordt Theunis Jordensz beleend met drie hoven in t Voorde onder Woudenberg (Leenhof 109, f. 268; 08-09-1677. Bel. Holevoet nr. 13a). In 1682 wordt Conelis Jansen Ouwens voor het gerecht gedaagd als een van de erfgenamen van zijn vader Jan Evertsen Ouwens die in leven borg was voor een lening van Teunis Jordensen aan Gerrit Jansen van Wijck (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 11-12-1682). In 1686 wordt Theunis Jordensz genoemd als eig. van het Derde Broek met 4 m land. In 1696 is dat zijn schoonzoon Jorden Theunissen (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97c). In 1686 is Theunis Jordensz eigenaar en bruiker van Klein Egdom onder Woudenberg met 17 m. land. (Oudschildgeld Woudenberg nr. 110b). In 1692 verkoopt Theunis Jordensz Klein Egdom aan zijn schoonzoon Jorden Thonisz (Oudschildgeld Woudenberg nr. 110b). 1. Gerrittien Teunissen van het Broek, volgt IX 2. NN, ged. Scherpenzeel 10-09-1642; mogelijk Fijgen Teunissen van t Broeck, ov. Scherpenzeel 13-09-1690, tr. Scherpenzeel 19-10-1662 Peter Dercksen Doorweert, ged. Scherpenzeel 01-01-1639, snijder/kleermaker, won. Scherpenzeel, zoon van Derck Petersen en Phlipsgen Lubbers
IX Gerrittien Teunissen van het Broek, ov. ca. 1720, tr. Scherpenzeel 04-11-1661 en t Zand Amersfoort (RK) 30-07-1662, Jorden Theunissen van Ronseler, ov. 1718 op Groot Romselaar. In 1660 lijftochten Gerritje en Jorden elkaar (Not. N. de Cruijff, Utrecht; 02-04-1660). Zij wonen na hun huw. op Groot Romselaar en gaan dan naar t Broek onder Woudenberg. In 1680 keren zij terug naar Groot Romselaar. In hun testament van 1680 wordt dochter Jannichgie Jordens geprelegateerd met 500 gl. uit een gedeelte van het erf Het Broek (Not. N. de Cruijff, Utrecht; 29-03-1680; Octrooi 26-03-1680). In hun testament van 1689 wordt dochter Maria Jordens geprelegateerd met 500 gl. (+ 300 gl. door haar grootvader aan haar beloofd) en aan dochter Jannichjen 800 gl. uit het erf t Broeck, enige erfgenaam: zoon Jordanus Jordensz (Not. N. de Cruijff, Utrecht; 30-03-1689). Op 10-02-1692 koopt Jorden Teunisz, won. Ronsselaer het erf Klein Egdom met 17 m. van zijn schoonvader. Hij verhuurt het aan Willem Jansz, op Egdom. In 1706 is zijn zoon Jordanus Jordensz eigenaar (Oudschildgeld Woudenberg nr. 110b). In hun testament van 1694 wordt dochter Maria geprelegateerd met 700 gl. (+ 300 gl. door haar grootvader aan haar beloofd) en aan dochter Jannitje 1000 gl. uit het erf t Broeck. Erfgenamen: de drie kinderen Maria, Jannitje en Jordanus Jordensz (AT013a001; 20-07-1694). Herroepen in 1701, als hun testament van 1689 weer van kracht wordt (AT013a003; 04-07-1701). In 1695 koopt Jorden Teunissen voor 600 gl. seeckeren maeten met het huys, hoff en hofstede, item de duyventil met een laegh campje daer ten einde aen, item noch omtrent een half margen lands op het hoeckje gelegen... in de helft van een vierde part van seecker goede genaempt ten Broeck (AT013a003; 25-11-1695). In 1696 stelt Jorden Thonis, won. Ronselaer zich borg voor Hendrikje Gerrits, won. Hamersveld, voor gekocht linnen (Recht. Arch. Leusden 1052; 03-07-1696). In 1696-1716 is Jorden Teunisz, won. Ronsselaer eigenaar van het Derde Broek onder Woudenberg. In 1725 zijn zijn schoonzoon Rijk Claassen en zoon Jordanus de eigenaar (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97c). In hun testament van 1703 wordt aan Jannitje Jordens 300 gl. geprelegateerd en de rest gelijk verdeeld (AT024e001; 08-11-1703). Herroepen in 1707, waarbij ieder kind een gelijk deel krijgt (AT027a001 f. 85; 18-02-1707; afschrift in 024a001, fol. 19). Herroepen in 1712. Nu lijftochten zij elkaar (AT027a001, fol. 101; 02-09-1712). In 1707 staat Jorden Teunisz, won. Ronsselaer borg voor zijn zoon Danus Jordens, won. Oijevaarshorst onder Leusden wegens schulden van ongelden (Not. Amerongen 172; 12-07-1707). Van 1680-1710 pacht Jorden Teunisz het erf Groot Romselaar, waarna hij opgevolgd wordt door zijn schoonzoon Rijck Claassen. 1. Teunis Jordensz, ged. Scherpenzeel 13-07-1662, op Ronseler, ov. voor 1720 2. Jantien Jordens, ged. Scherpenzeel 25-06-1665, op het Broeck, ov. febr. 1719, ongehuwd. In 1680 wordt Jannichgie Jordens geprelegateerd met 500 gl. uit een gedeelte van het erf Het Broek (Not. N. de Cruijff, Utrecht; 29-03-1680; Octrooi 26-03-1680). In 1689 wordt Jannichjen Jordens door haar ouders geprelegateerd met 500 gl. uit een gedeelte van het erf Het Broek en van haar grootouders krijgt ze 300 gl. (Not. N. de Cruijff, Utrecht; 30-03-1689). In 1694 wordt Jannichjen Jordens door haar ouders geprelegateerd met 1000 gl. uit een gedeelte van het erf Het Broek (AT013a003; 20-07-1694). Herroepen in 1701, als het testament van 1689 weer van kracht wordt (AT013a003; 04-07-1701). Bij testament van haar ouders in 1703 wordt aan Jannitje Jordens 300 gl. geprelegateerd en de rest gelijk verdeeld (AT024e001; 08-11-1703). Herroepen in 1707, waarbij ieder een gelijk deel krijgt (AT027a001 f. 19; 18-02-1707). Herroepen in 1712. Nu lijftochten de ouders elkaar (AT027a001, f. 101; 02-09-1712). Lidm. Scherpenzeel 27-03-1701: Jantje Jordens van Romseler, jd. Genoemd in de lijst van 1715. In 1719 bestaat de erfenis van Jantje Jordens uit een derde deel in de helft van het Broek, totaal 27 m. land, voor 200 gl. Idem uit een derde deel in de helft van het Broek, groot 3 m, voor 33 gl. (Recht. Archief Woudenberg 2346; 30-03-1719). 3. Marij Jordens, ged. Scherpenzeel 25-06-1665, op het Broeck, ov. voor 1670. 4. Jordanus Jordensz, ged. Scherpenzeel 29-12-1667, op het Broeck, volgt Xa 5. Marijtien Jordens, ged. Scherpenzeel 10-04-1670, op t Broeck, volgt Xb
6. Jacob Jordensz, ged. Scherpenzeel 19-10-1673, ov. voor 1720 Xa Jordanus/Danus Jordensz van Ronselaar, ged. Scherpenzeel 29-12-1667, op het Broeck, ov. 1720-1728, jm. van Romselaar, tr. Scherpenzeel 22-08-1697, att. van Leusden, met Willemijntje Geurts Verschuur, jd. van t Heetveld, won. Stoutenburg, dr. van Geurt Hendriksz Verschuur en Maritje Willems. Willemijntje tr. (2) Leusden (gerecht) 03-09-1736 Evert Gerritse, jm. van Bruinenburg onder Ede In 1694 krijgt Danis Jordensen van Rontselaer 6 herenponden boete wegens vechten ten huize van Jan Loeft in Scherpenzeel. Borg is zijn neef Anthonij Petersen Doorwaert (Recht. Arch. Scherpenzeel4; 05-09-1692; 23-01-1693; 29-01-1694). In 1697 worden huw. voorw. gemaakt tussen Jordanis Jordens, won. Ronselaer en Willemijntje Geurts Verschuer, won. Stoutenburg. Jordanis: Klein Egdom, geërfd van zijn grootvader. Willemijntje: 500 gl. (AT023b002; 30-07-1697). In 1705 vindt er een boedelscheiding plaats tussen Geurt Hendrickse Verschuer, de vader van Willemijntje, en de kinderen. De boedel bedraagt 1087 gl. (AT013a003; 24-03-1705). In 1706 is Jordanus Jordensz eigenaar van (Klein) Egdom met 17 mr. land volgens koop op 10-02-1692. Hij verkoopt het voor 1716 (Oudschildgeld Woudenberg nr. 110b). In 1706 leent Jordanus Jordens van Ronselaar 400 gl. van Grietje Craan, wed. Isaacq Jacobsz van de Bick te Amersfoort. Onderpand: 1/5 deel van de Kortenijp onder Stoutenburg. Willemijntjes vader was eigenaar van ½ van Kortenijp en was ca. 1700 ov. (Jaarboek CBG dl. 32, blz. 290). In 1707 staat Jorden Teunisz, won. Ronsselaer borg voor zijn zoon Danus Jordens, won. Oijevaarshorst onder Leusden wegens schulden van ongelden (Not. Amerongen 172; 12-07-1707). In 1717 stellen Rijck Claassen van de Vliert en Jannetje Jordens zich borg voor Jordanis Jordens van Rontselaar wegens pachtschuld van 460 gl. van het erf genaamd De 18 Dammaten in de Laak onder Duist, t.b.v. de erven jhr. Jordaan van Westreenen (AT028b005; 29-01-1717). In 1717 huurt Jorden Jordens van Rontselaar voor 150 gl. (voor 1 jaar!) van de erfgen. Jacob Jordaen van Westreenen het erf genaamd De 18 Dammaten in de Laack, met huis, hof, berg en schuur onder Duijst, tegenwoordig door de huurder bewoond (AT028b005; 10-10-1717). In 1720 lenen Jordanus Jordens en zijn zwager Rijk Claassen als erfgenamen van hun (schoon)ouders 600 gl. van Samuel Heshusius. Onderpand: het Broek (Recht. Archief Woudenberg 2127; 22-04-1720; dit is een afschrift uit het leenboek van het Huis Beverweerd. AE; Stadsarchief 148, ontv. 40 e penning; 12-04-1720). In 1722 regelen Jordanus Jordensz, won. aan de Laak onder Zevenhuizen en Maria Jordens, won. Ronselaar de nalatenschap van hun ouders. Jordanus krijgt Het Broek en betaalt daarvoor 350 gl. aan zijn zoon wegens uitkoop van een 22-jarig huurcontract dat hij van zijn grootouders had; 963 gl. aan de Mansconventen wegens pachtschuld van Groot Romselaar van zus Maria; 600 gl. aan zijn zus Maria. Het Broek kost hem dus 1913 gl. (030b003; 03-02-1722). Van 1722-1728 verhuurt Jordanus Jordensz Het Broek aan Cornelis Petersz, won. Klein Orel onder Scherpenzeel (030b003; 23-02-1722). Van 1728-1734 verhuurt Willemijntje Geurts Verschuer, wed. Jordanus Jordensz, won. Hoogland de helft van Het Broek aan Cornelis Petersz, won. Het Broek (AT030a002, f. 31vo; 26-03-1728). In 1725 is Jordanus, samen met zijn zwager Rijk eigenaar van het Derde Broek, met 4 m. land en de keut van het Derde Broek, met 1 m. land (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97cd. Dit is onjuist. Zij hebben een maatje en een akkertje van Het Broek gemeenschappelijk, de rest is van Jordanus Jordens, zie 26-03-1728). In 1730 doet Willemijntje Geurts Verschuer, won. Calveen, afstand van de lijftocht die zij had in t Broeck t.b.v. haar kinderen. De kinderen betalen daarvoor haar pachtschuld van het erf De Laak en enkele andere schulden, totaal 207 gl. Haar inboedel is inmiddels verkocht. (AT030b005; 23-04-1730). In 1735 heeft Jordanus de helft van het Broek verkocht aan zijn zwager Rijk Claesz. De andere helft, die hij nog samen met zijn zwager bezit, wordt gebruikt door zijn zoon Theunis Danissen (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97c1). Tot 1728 woont Willemijntje op De Laak, daarna wordt de huur overgenomen door Gerrit Maassen en Arrisje Jans. Zij had een pachtschuld van 490 gl. (AT035a001; 19-03-1728 en 25-01-1728). In 1730 woont Willemijntje op Calveen onder Hoogland. Na ov. van Jordanis Jordensen, haar man, is de boedel onverdeeld gebleven. Er is een pachtschuld ontstaan. De schuldeisers hebben geen geduld. Daarom doet zij afstand van de lijftocht die zij had op Het Broek t.b.v. haar kinderen. Die betalen voor haar de 164 gl. pachtschuld van het erf De Laak en nog wat andere pachten, totaal 270 gl. (AT030b005; 23-04-1730).
In 1735 woont Willemijntje op de Kortenijp. In datzelfde jaar wordt haar zoon Aalt bruiker van dit erf. 1. Teunis (Jor)Danissen, ged. Scherpenzeel 10-10-1697, op Romseler, won. De Groep, tr. Leersum 25-10-1733 Maayke de Jong ook wel geheten Maatje Jans van Ginkel, wed. Thijs Jansz van Ginkel/van Kolfschoten, won. De Groep, ged. Woudenberg 08-01-1693, begr. Woudenberg 11-05-1771 (Scarpenzele 3 e jg. Nr. 2), dr. van Jan Thijsz van Ginkel en Merritje Lammerts Lagerweij. Zij tr. (1) Woudenberg 03-05-1711 Thijs Jansz van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 06-02-1676, zn. van Jan Rutgers van Ginkel en Heiltje Evers Teunis Jordanussen huurt het Broek van zijn grootouders van moeders kant Jorden Teunis en Gerritje Thonis vanaf 1725 voor 22 jaar, volgend huurcedulle van 07-07-1718. Op dat moment woont hij bij zijn grootouders van vaderszijde op Groot Romselaar. In 1719 doet hij afstand van dit recht en wordt voor 350 gl. uitgekocht door zijn broer Jordanus Jordens. In 1722 woont hij in Scherpenzeel (030b003; 03-02-1722). Van 1740-ca. 1754 is Teunis Danisse bruiker van Klein Loeveseijn onder Leusden. In 1730 woont Theunis Jordanissen in Leersum. Hij is ongehuwd (AT030b005; 23-04-1730). Aelt Jordanissen, me jm., schenkt zijn ¼ deel van t Broeck aan zijn broer Theunis Jordensen (AT026c001 f. 276; 07-01-1734). In 1735 is Theunis Danissen de bruiker van 2 m. of de helft van het Derde Broek, in eigendom bij zijn vader en oom Rijk Claassen. Zelf is hij eigenaar en bruiker van de helft van de keut van het Broek (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97d1,c1). In 1754 gaat Maatje Jans van Ginkel als weduwe met haar zonen Jan en Thijs van Kolfschoten en Jan en Jacob Teunisz van Ronselaar in Woudenberg wonen (Recht. Arch. Woudenberg 1054, acte van indemniteit; 02-07-1754; idem in Recht. Arch. Leusden 1053). Kinderen uit het huw. van Thijs Jansz van Kolfschoten en Maatje Jans van Ginkel 1. Heiltje Thijssen van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 29-10-1713, tr. Woudenberg 17-06-1736 Klaas Cornelisz van Ginkel 2. Jan Thijssen van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 05-05-1715, tr. Woudenberg 13-04-1760 Maagje Lammerts van Ginkel, ged. Woudenberg 15-01-1730, dr. van Lammert Jansz van Ginkel en Evertje Hendriks 3. Marije Thijssen van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 15-11-1716, aan de Haar, tr. Doorn 30-12-1742 Jan Roelofsz 4. Evert Thijs van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 13-11-1718, onder Leersum, tr. Woudenberg 14-03-1745 Johanna Wulfers van Overeem, ged. Woudenberg 19-04- 1722, dr. van Wulphert Jansz Overeem en Reijertje Roelofs van Methorst Landbouwer op Altena onder Maarsbergen. 5. Gerrit Thijssen van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 09-04-1721, op de Haar 6. Teunis Thijssen van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 18-10-1722, onder Leersum 7. Jantje Thijssen van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 05-04-1724, aan de Haar onder Leersum 8. Arien Thijsz van Kolfschoten, ged. Scherpenzeel 24-02-1726, aan de Haar onder Leersum 9. Thijs Thijssen van Kolfschoten, ged. ca. 1728, ov. Woudenberg 27-03-1807 Kinderen uit het huw. van Teunis Jordanissen en Maatje Jans van Ginkel 10. Jacob Theunisz van Ronselaar, ged. Doorn 08-04-1735 11. Jorden Theunisz van Ronselaar, ged. Doorn 06-01-1737 12. Gijsbert Theunisz van Ronselaar, ged. Doorn 15-06-1738 2. Hendrijntje/Hendrikje Jordanis, ged. Scherpenzeel 21-07/01-08-1700, op Klein Egdum In 1730 ongehuwd won. op Groot Krachtwijk (AT030b005; 23-04-1730). 3. Geurt (Jor)Danissen, ged. Scherpenzeel 24-09-1702, op Klein Egdum, jm. won. Stoutenburg, tr. Stoutenburg (gerecht) 11-04-1735 en RK Hamersveld 18-04-1735 Peternelletje Dirks, jd. geb. Barneveld, won. Stoutenburg. In 1730 won. op t Gooyland onder Hoogland(AT030b005; 23-04-1730).
4. Aelt (Jor)Danissen, ged. Woudenberg 31-01-1706, jm. won. Korte Nijp, tr. Stoutenburg (gerecht) 01-11-1735 Hendrikje Ellerts, jd. won. Swartegoort onder Stoutenburg, dr. van Ellerd Gosensz en Peternel Jacobs In 1730 won. onder Stoutenburg (AT030b005; 23-04-1730). Aelt Jordanissen, me jm., schenkt zijn ¼ deel van t Broeck aan zijn broer Theunis Jordensen (AT026c001 f. 276; 07-01-1734). Xb Maria Jordens van Rontselaar, ged. Scherpenzeel 10-04-1670, op t Broeck, jd. won. Rontselaar, ov. voor 1744, tr. Renswoude 14-07-1709 (otr. Woudenberg) Rijk Claasz van de Vliert, jm. won. Kleine Vliert onder Renswoude, ged. Renswoude 27-07-1684, zn. van Claas Rijcksz en Evertje Cornelissen van Zelder In 1689 wordt Maria Jordens door haar ouders in 1689 geprelegateerd met 500 gl. uit een gedeelte van het erf Het Broek en van haar grootouders krijgt ze 300 gl. (Not. N. de Cruijff, Utrecht; 30-03-1689). In 1694 wordt Maria Jordens door haar ouders geprelegateerd met 700 gl. uit een gedeelte van het erf Het Broek en van haar grootouders krijgt ze 300 gl. (AT013a003; 20-07-1694). Herroepen in 1701, als het testament van 1689 weer van kracht wordt (AT013a003; 04-07-1701). Lidm. Scherpenzeel 27-03-1701: Marrijtje Jordens van Romseler, jd. Genoemd in de lijst van 1715. Bij testament van haar ouders in 1703 wordt aan Jannitje Jordens 300 gl. geprelegateerd en de rest gelijk verdeeld (AT024e001; 08-11-1703). Herroepen in 1707, waarbij ieder een gelijk deel krijgt (AT027a001 f. 19; 18-02-1707). Herroepen in 1712. Nu lijftochten de ouders elkaar (AT027a001, f. 101; 02-09-1712). In 1717 stellen Rijk Claassen van de Vliert en Maria Jordens van Rontselaar zich borg voor hun zwager/broer Jordanus Jordense van Rontselaar voor zijn pachtschuld (AT028b005; 29-01-1717). In 1717-1719 en 1738 schepen en 1745, 1751 genomineerde schepen van Woudenberg (Recht. Arch. Woudenberg 2346). In 1719 lenen Rick Claassen en Marrijte Jordens, won. Ronselaar 823 gl. van het Mariënhof. Zij hebben een pachtschuld over 1716-1719; deze wordt nu omgezet in een lening. (AT029a001, f. 28vo; 12-12-1719). Rijk Claassen is in 1719, samen met zijn zwager Jordanus Jordens, eigenaar van de keut van het Derde Broek (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97d). Rijk Claassen pacht Groot Romselaar van 1710-1721. Hij heeft in 1721 een pachtschuld van 738-19-12. Tot voldoening van deze schuld wordt de inboedel verkocht en gaan Rijk en Maria in de kamer van de boerderij wonen (AT033a001; 05-08-1721). In 1722 wordt de pachtschuld van 963 gl. 9 st. betaald door zwager Jordanus Jordensz (AT030b003; 03-02-1722). In 1720 lenen Rijk Claassen en zijn zwager Jordanus Jordens als erfgenamen van hun (schoon)ouders. 600 gl. van Samuel Heshusius. Onderpand: het Broek (Recht. Archief Woudenberg 2127; 22-04-1720; dit is een afschrift uit het leenboek van het Huis Beverweerd). In 1722 regelen Jordanus Jordensz en Maria Jordens de nalatenschap van hun ouders. Jordanus krijgt Het Broek en betaalt daarvoor: 1. 350 gl. aan zijn zoon wegens uitkoop van een 22-jarig huurcontract dat hij van zijn grootouders had; 2. 963 gl. aan de Mansconventen wegens pachtschuld van Groot Romselaar van zus Maria; 3. 600gl. aan zijn zus Maria. Het Broek kost hem dus 1913 gl. (030b003; 03-02-1722). Rijck Claesen contra Cornelis Claesen. De eiser zegt dat hij van de gedaagde moest hebben eerst de helft van 200 gl en dan nogh dat wegens hem was borge geworden voor ongelden en bevreest zijnde dat mits vernomen hadde dat denselven meubile goederen begeerde te vervoeren dat deselve alle te saemen verder soude vervoeren (DG Renswoude 1799; 14-01-1723). Cornelis Jordense Soenen bode des gerechts van Renswoude contra Jantje Cornelis wed Gerrit Cornelisse en Rijk Claesen. Cornelis Claesse won op de Kleine Vliert. Zijn goederen zijn gearresteerd en worden verkocht. (DG Renswoude 1799; 07-07-1723). In 1724 wordt Gijsbert Lambartsen beleend met de helft van een gedeelte van het erf De (Kleine) Vliert onder Renswoude, bestaande uit drie kampen land met huis, berg en schuur door opdracht van Rijk Claassen (Huis Amerongen 1186; 01-12-1724). Rijk Claasen huurt in 1729 Het Broek van zijn zwager Jordanus Jordensz (Gem. Arch. Woudenberg 55,56 dl. 3). In 1725 is Rijk Claassen, samen met zijn zwager Jordanus Jordens, eigenaar van het Derde Broek, groot 4 m. en van de keut van het Derde Broek, groot 1 m. (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97cd). Dit is
onjuist. Zij hebben een maatje en een akkertje van Het Broek gemeenschappelijk, de rest is van Jordanus Jordens, zie 26-03-1728). In 1735 is Rijk Claassen, samen met zijn zwager Jordanus Jordens, eigenaar van de helft van het Derde Broek, gebruikt door zijn neef Theunis Danissen (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97c1). Zelf is hij eigenaar en bruiker van de andere helft van het Derde Broek en van de helft van de keut van het Derde Broek (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97c2, 97d2). In 1744 laat Rijk Claessen, wed. Maria Jordens, won. Het Broek, zijn testament maken. Erfgenamen: zijn kinderen Jorden en Maria (Notarieel Woudenberg 2461, fol. 229; 27-04-1744). In 1745 bezit hij het Derde Broek en de keut. In 1775 is zijn zoon Jorden de eigenaar (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97cd). In 1748 is Rijk Claassen, wed. Maria Jordens eigenaar van 23 morgen land. Bij hem woont zijn zoon en een meid (Arch. Woudenberg 15(oud), lijst van huisgezinnen; 1748). 1. Claes Rijksz, ged. Scherpenzeel 06-07-1710, op Romseler 2. Jorden Rijkz van t Broek, ged. Scherpenzeel 06-07-1710, op Romseler, ov. Woudenberg 02-11-1781, tr. Gijsbertje Cornelisz Natuurlijk kind: Martie Jordens, ged. Woudenberg 13-05-1759 In 1775 is Jorden Rijkzen op t Broek in eigenaar en bruiker van het Derde Broek en de keut van het Derde Broek (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97cd). In 1779 moet Jorden Rijksen zijn inboedel op Het Broek verkopen wegens schulden; de schout: 386 gl.; de meid Claasje, 5 jaar loon: 170 gl.; St. Anna Broederschap, 8 jaar uitgang: 18 gl. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, 2351; 10-12-1779). Opgave van de goederen, nagelaten door Jorden Rijksen, ov. Op Het Broek. Het Broek en de Keut t.w.v. 620 gl. (Recht. Arch. Woudenberg 2347; 08-01-1782). 3. Marij Rijks van de Vliert, ged. Scherpenzeel 20-09-1711, ov. Scherpenzeel 25-09-1780, tr. Scherpenzeel 20-03-1740 Peter Gijsbertsen van de Haar, wed. Jantje Berends, ged. Scherpenzeel 23-07-1676, schoenmaker, ov. 1749-1752, zn. van Gijsbert Cornelissen en Fijtje Peters. Peter Gijsbertsen, won. Scherpenzeel, tr. (1) Scherpenzeel 27-11-1718 Jantje Berends, won. Scherpenzeel Peter Gijsbertsen woont van 1721-ca 1750 in Scherpenzeel 1832: Sectie D 337,338. Westeinde zuidzijde. Groot 0.12.40 ha. Hofpacht f 5,25. Daarna van 1752-1780 Maria Ricks van der Vliert, wed. Peter Gijsbertsen van de Haar In 1779 staat Maria Rijksen, wed. Peter Gijsbertsen, borg voor de schulden van haar broer (Recht. Arch. Woudenberg 2347; 10-12-1779). Zie genealogie Glashorst (2). Van t Broek (2) I Jan Jansen, alias de Visscher, tr. NN 1. Teunis Jansz, ged. Scherpenzeel 20-01-1661, volgt II 2. Jan Jansz, ged. Scherpenzeel 27-03-1664 3. Hendrickje Jans, ged. Scherpenzeel 22-11-1668, in de Knaepstraet 4. Geurt Jansz Vis, tr. NN 1. Willem Geurtsz Vis, ged. Scherpenzeel 09-12-1668 Mogelijk de vader van Steven Visch, geb. De Groep, ged. Renswoude 18-12-1701, tr. Maria Ariens van Doorn 5. Hendrick Jansz Visscher
In 1689 wordt Hendrick Janssen Visscher beboet met 2 herenponden wegens vechten met Roelof, de knecht van Jan Gerritsen, molenaar, op de begrafenis van Evert Janssen (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 12-02-1689 en 04-03-1689). II Teunis Jansz Visch, ged. Scherpenzeel 20-01-1661, ov. voor 1725, van Ginckel, tr. Scherpenzeel (att. van Amerongen) 10-01-1686 Trijntje Geurtsz van Langelaer, van t Broeck, dr. van Geurt Cornelissen van Langelaer en Aeltjen Rijcx In 1693 is Thonis Jansz Vis bruiker en Johanna van Wolfswinckel eigenaar van t Broek (Haardstedegeld Woudenberg 1693, nr. 104). In 1725 is de weduwe van Thonis Jansze Vis bruiker van 4 morgen van t Broek (Oudschildgeld Woudenberg 97b). In 1696 daagt Anthonij van de Vliert, schout, curator van de boedel van zal. Bessel Evertsen, rademaker Toon Jansen, op het Broeck voor het gerecht wegens betaling van f 0-18 (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 08-06-1696). 1. Geurt Teunisz, ged. Scherpenzeel 16-01-1687, op het Broeck, jong ov 2. Geurt Teunisz Vis, ged. Scherpenzeel 11-12-1687, op het Broeck, volgt III 3. Aeltje Teunissen, ged. Scherpenzeel 16-11-1690, op het Broeck, tr. Scherpenzeel 18-02- 1722 Cornelis Petersz, van Klein Orel, zn. van Peter Petersen (Steenbeek) en Hendrickje Cornelissen Lidm. Scherpenzeel 11-10-1716: Aeltje Teunissen, op t Broeck. Van 1722-1728 verhuurt Jordanus Jordensz Het Broek aan Cornelis Petersz, won. Klein Orel onder Scherpenzeel (030b003; 23-02-1722). Van 1728-1734 verhuurt Willemijntje Geurts Verschuer, wed. Jordanus Jordensz, won. Hoogland de de helft van het Derde Broek en de helft van de Keut van het Derde Broek aan Cornelis Petersz, won. Het Broek (AT030a002, f. 31vo; 26-03-1728). 4. Geertruijd Teunissen, ged. Scherpenzeel 01-01-1694, op het Broeck 5. Jan Teunisz, ged. Scherpenzeel 18-10-1696, op het Broeck 6. Gerrit Teunisz, ged. Scherpenzeel 29-09/10-10-1700, op het Broeck III Geurt Teunisz Vis, ged. Scherpenzeel 11-12-1687, tr. Roelofje Roelofs. Roelofje Roelofs, tr. (2) Woudenberg 01-04-1731 Willem Cornelisz, won. Woudenberg, geb. op Kleijn Bruijnhorst, ged. Scherpenzeel 18/29-8-1700, zn. van Cornelis Gijsbertsen en Jantje Cornelissen In 1735 en 1745 is Geurt Theunisze bruiker van 4 morgen van t Broek (Oudschildgeld Woudenberg 97b). Jorden Willemsz Jordensz, won. Leusden, namens zijn vader Willem Jordensz, won. Leusden, Sander Cornelisz Sandersz, won. Woudenberg, voor zichzelf en namens Rijk Rijksz x Jannetje Cornelis Sandersz, Aart van Manen, won. Groenekan, Jan Willemsen, won. Woudenberg, Jorden Willemsen, won. Renswoude, Reinier van Benthum x Evertje Willems, won. Utrecht, en Jan Willemsz nog namens Cornelis Willemsz, won. Renswoude, Jan Doornebal x Jannetje Willems, won. Scherpenzeel, Jacob Willemsz, won. Leusden, en Roelof Willemsz, won. Woudenberg. En dan nog Cornelis Gijsbertsz Cornelisz, won. Leusden, Gerrit Gijsbertsz Cornelisz, won. Renswoude, Jan Teunisz x Jannetje Gijsberts Cornelis, won. Leusden, en Hendrik Gijsbertsz Cornelisz, won. De Bilt. Allen erfgenamen van Willempje Jordens te Nederlangbroek, hebben eerder al geconstitueerd Willem Quint, schepen te Nederlangbroek, om de boedel te inventariseren. Willempje was gehuwd geweest met Cornelis de Bie. Quint heeft alles voor hen verdeeld en houdt nu afrekening met deze erfgenamen. (RHC ZOU, arch.nr 63, inv.nr 174; 25-11-1773). 1. Trijntje Geurts Vis, ged. Scherpenzeel 06-11-1729, op het Broek Uit het huw. van Willem Cornelisz en Roelofje Roelofs: 2. Cornelis Willemsz, ged. Scherpenzeel 27-09-1733, op het Broek, tr. Annetje Cornelissen Plas
In 1773 woont Cornelis Willemsen in Renswoude. 3. Jan Willemsz van t Broek, ged. Scherpenzeel 11-12-1735, op het Broek, volgt IV 4. Jorden Willemsz, ged. Scherpenzeel 26-01-1738, op het Broek In 1773 woont Jorden Willemsen in Renswoude. 5. Evertje Willems, ged. Scherpenzeel 27-11-1740, op het Broek, tr. Reinier van Benthum In 1773 woont Evertje Willems in Utrecht. 6. Jantje Willems, ged. Scherpenzeel 02-12-1742, op het Broek, tr. Neerlangbroek 10-11-1765 Jan Cornelisz Doornenbal, ged. Rhenen 21-12-1738, landbouwer in de Kromme Hoek, zn. van Cornelis Petersen Doornenbal en Maria Roelofs van Hardeveld 7. Jacob Willemsz van t Broek, ged. Scherpenzeel 15-05-1745, in t Broek, ov. Woudenberg 15-11-1819, tr. Woudenberg 10-02-1788 Maria van Hoevelaken, wed. Gosen Evertsz Pothoven, geb. Woudenberg 21-09-1749, ov. Woudenberg 23-06-1831, dr. van Arnoldus van Hoevelaken en Grietje Arrissen van Heijmenberg Testament op de langstlevende van Jacob Willemsen van 't Broek en zijn vrouw Maria van Hoevelaken, won. op Wellom aan het Heetveld onder Leusden. Gedaan op Wellom aan het Heetveld onder Leusden. getuigen: Arien Zaaren Ravesloot en Teunis Dorresteijn. (Notarieel Woudenberg 2463, Nr. 153, f. 174-175vo; 10-07-1799). 8. Roelof Willemsz van t Broek, ged. Scherpenzeel 09-06-1748, op het Broek In 1773 woont Roelof Willemsen in Woudenberg. Kind: 1. Neeltje, ged. Woudenberg 23-01-1780, begr. Scherpenzeel 11-06-1807 Niet erkend kind bij Maria Cornelissen van de Waerdt. 9. Teunis Willemsz, ged. Scherpenzeel 11-10-1750, op het Broek IV Jan Willemsz van t Broek, ged. Scherpenzeel 11-12-1735, begr. Leusden 12-05-1796, tr. Petertje Jacobs van Loevesijn, ged. Woudenberg 13-11-1757, begr. Woudenberg 21-03-1807, dr. van Jacob Gerrits Loevesijn en Willemijntje Teunissen van de Wetering. Petertje Jacobs van Loevesijn, tr. (2) Amersfoort (otr. Leusden gerecht) 01-02-1798 Peter Hannissen Overloop/van den Broek, geb. Elburg, won. Leusden (Zie Van den Broek (3) 1. Roelofje Jans van t Broek, geb./ged. Woudenberg en Scherpenzeel 11/14-05-1780, aan de Holevoet, get. Maria Jacobs van Loevesijn, ov. Amersfoort 11-07-1851, otr. Leusden (gerecht) 24-11-1804 en tr. Amersfoort 09-12-1804 Gijsbert Gerritsz van t Bovenend, ged. Amersfoort 22-02-1778, zn. van Gerrit Aartsz van t Bovenend en Hendrijntje Jans van Velthuijsen/Hoogevelt/Breij 2. Willemijntje Jans van t Broek, geb./ged. Woudenberg 19/27-01-1782, get. Geertje Jacobs van Loevesijn 3. Willempje Jans van t Broek, geb./ged. Woudenberg 09/22-06-1783, tr. Leusden 27-07- 1833 Gerrit Velthuizen, wed. Geertje/Geertruij Elbertsen van Hoevelaken, geb. Leusden 1778, zn. van Breunis Velthuizen en Aagje Cornelissen 4. Jacobje Jans van t Broek, geb./ged. Woudenberg 14/27-02-1785 Ondertrouw van Reindert Dirkse Hofland, j.m., geb. Nijkerk en Jacobje Jansen van den Broek, j.d., geb. Geresteijn, beide won. Maarsbergen. Trouwen 22-06-1806. (Dorpsgerecht Maarn en Maarsbergen 1420; 31-05-1806). 5. Neeltje Jans van t Broek, geb./ged. Woudenberg 05/26-10-1788, tr. (1) Leusden Wandert Wandertsen, geb. Leusden 1792, zn. van Elbert Wandertsen en Evertje Gerritsen, tr. (2) Leusden 21-12-1832 Gerrit van t Bovenend, geb. Leusden, ged. Amersfoort 01-05-1796, zn. van Jan van t Bovenend en Jannetje Kleinveld
Samengesteld door: Henk van Woudenberg, april 2013 Van t Broek (3) Mogelijke voorvader: Bart Jansz, tr. Trijntje Claesdr de Cruijff. Trijntje Claesdr de Cruijff, tr. (2) Rijck Morren Zie genealogie Leusden Of Jan Paulusz, tr. NN In 1637 eist Jan Pauwelsen betaling van een obligatie van f 106,= van Gijsbert van Langevelt, borg: Gerret Aertsen (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, fol. 70,71; 11-12-1637, fol. 74; 29-01-1638, fol. 73vo,74; 12-03-1638,. Zal. Gijsbert van Langevelt na fol. 73vo; 30-05-1641). Bart Jansz, tr.? Geertien Gerrits In 1645 krijgt Bert Jansz Pouwelsz, borg: Jacob Gerrets, waard in De Valck boete wegens vechten met Wulffer Francken (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, fol. 215vo; 15-12-1645). In 1645 staat Lubbert Wolberts borg voor zijn zwager Wulfert Francken, die gevochten heeft met Bert Jansz Pouwelsz (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 105vo en 2, fol. 216,218; 15-12-1645). In 1648 krijgt Jacob Jansz f 3,= boete wegens vechten met Bert Jansz Pouwelsz in De Valck. (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 111; 10-07-1648). In 1656 krijgen Huijbert Cornelisz en Bart Jansen, borg: Aert Aertsen 4 herenponden boete wegens vechten met Aelbert Jansz ten huize van Aelbert Aersz (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 04-02-1656). Lidm. reg. Scherpenzeel 1657: Geertien Garritsen, hv. Bart Jansen. I Bart Jansz van Oudenhorst, tr. (1) Scherpenzeel 14-10-1660 Jantien Jans/Jacobs van Oordeel, dr. van Jacob Jacobsz, tr. (2) Scherpenzeel 06-08-1671 Fransje Cornelissen, won. Scherpenzeel. Fransje Cornelissen, tr. (2) Rhenen (att. van Scherpenzeel) 21-11-1680 Cornelis Cornelissen (Langelaar), geb. Achterberg, ged. Rhenen 18-02-1655, zn. van Cornelis Cornelisz en Grietje Teunissen Bart Jansz bouwman op Broek ende sijn vrouw met 2 kinderen onmundig (Huisgezinnen Woudenberg 1675, nr. 80). Van 1685-ca. 1692 is Cornelis Cornelissen landbouwer op Groot Haksvoort onder Maarsbergen. Constitueert Cornelis Cornelisz, wonend op de Maersberchse Meent, als getrouwd hebbende de weduwe van Bart Jansz. (HUA, Hof van Utrecht, inv.nr. 236-3; 09-02-1690. Met dank aan Marcel Kemp). Uit het 1 e of 2 e huw.: 1. Bart Barten, tr. NN Van ca 1692-1703 is Bart Barten landbouwer op Groot Haksvoort onder Maarsbergen. Lidm. Woudenberg ca. 1696: Bart Barten. 2. Thijs/Mathijs Barten van Woudenberg, volgt II 3. Oetje Barten, van Woudenberg, won. Haxfoort, tr. Woudenberg 16-11-1704 Willem Thijsz, van Doorn Lidm. Woudenberg ca. 1698: Outje Barten. Uit het 2 e huw.:
4. Gerritje Barten, ged. Scherpenzeel 15-02-1674 5. Cornelis Barten, ged. Scherpenzeel 27-12-1676 II Thijs/Mathijs Barten van Woudenberg, van Haxfoort, tr. Driebergen (att. van Woudenberg) 08-03-1705 Aaltje Jans Haarman, won. Driebergen, dr. van Jan Jansz Haerman Lidm. Woudenberg ca. 1698: Thijs Barten. Van 1704-ca. 1726 is Tijs Barten landbouwer op Groot Haksvoort onder Maarsbergen. 1. Bart Thijsz Hakvoort, ged. Woudenberg 14-03-1706, get. Oetje Barten 2. Lijsbet Thijs Hakvoort, ged. Woudenberg 25-03-1708, get. Oetje Barten, begr. Utrecht 25-04-1743, tr. (2) Utrecht 03-05-1742 Pieter van Setten. Pieter van Setten, tr. (2) Utrecht 30-10- 1744 Megteld Loosekooth Akkoord tussen Pieter van Setten, wed. Elisabeth Hakfort, met haar erven ab intestato over de verdeling van de boedel. Het gaat om de volgende personen: de broers Bart, Teunis, Gijsbert, Jan Tijssen Hakfort, en zuster Maagje Tijssen Hakfort, en Cornelis van der Eem, gehuwd met zuster Merrigje Tijssen Hakfort. Met kwitantie door Bart Tijssen Hakfort en Teunis Tijssen Hakfort van 2-7-1744. ([HUA, Not. Arch., inv.nr. U184a01102-07-1744). Pieter van Setten, meesterbakker te Utrecht, wed. Elisabeth Hackfort, maakt huwelijkse voorwaarden met Megteld Loosekoot. Er zijn geen kinderen uit een eerder huwelijk. (HUA, Not. Arch., inv.nr. U184a011; 26-10-1744). 3. Merritje Thijs Hakvoort, ged. Woudenberg 06-07-1710, get. Oetje Barten 4. Jan Thijsz Hakvoort, ged. Woudenberg 01-01-1713, get. Oetje Barten 5. Teunis Thijsz Hakvoort, ged. Woudenberg 19-05-1715, get. Oetje Barten 6. Maijtje Thijs Hakvoort, ged. Woudenberg 21-03-1717, get. Oetje Barten 7. Gijsbert Thijsz Hakvoort, ged. Woudenberg 01-09-1720, get. Oetje Barten, tr. De Bilt 17-05- 1750 Willemijntje de Waal, ged. Zeist 23-06-1726, begr. De Bilt 22-02-1803 Arien Claasz van 't Wijkerbroek huurt hofstede met 23 morgen 470 roeden land te De Bilt. Van 2 morgen 350 roeden zijn 1 morgen 363 roeden tiendvrij. Met eventuele overname van de huur door neef Gijsbert Thijssen van Hackford. (HUA, Not. Arch., inv.nr. U169a016; 13-02-1762). Van t Broek (4) I Herman Cornelissen, tr. Evertje Jacobs 1. Teunis Hermansz, geb. Achterberg, ged. Rhenen 27-01-1655, volgt II 2. Evert Hermansz, geb. Achterberg, ged. Rhenen 18-10-1657, jong ov. 3. Cornelis Hermansz, geb. Achterberg, ged. Rhenen 14-10-1660, van Achterberg, won. Kleijn Donckelaer, tr. Scherpenzeel 18-11-1677 Arrisje Aelberts, won. Kleijn Donckelaer, van Nijburg onder Renswoude, get. broer Cornelis Aelbertsz en oom Willem Cornelisz, dr. van Albert Cornelisz Soene (Spikhorst) en Grietgen Arrissen In 1696 daagt Anthonij van de Vliert, schout, curator van de boedel van zal. Bessel Evertsen, rademaker Cornelis en Teunis Hermsen voor het gerecht. Evert Breunissen verklaart dat hij twee wielen bij Cornelis heeft gehaald nadat zijn huis was afgebrand. De twee heeft hij aan Bessel verkocht voor f 4,= en twee nieuwe besteld voor f 10,=, die Teunis zou betalen (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 08-06-1696). In 1696, 1706 en 1716 is Cornelis Harmentsz eigenaar en bruiker van 2 morgen in t Broek. In 1719 en 1725 is hij alleen bruiker (Oudschildgeld Woudenberg 97d).
De erfgenamen van Jantje Jordens verzoeken taxatie van een derde deel in de helft van een huis met ca. drie morgen in het oude gerecht, gebruikt door Cornelis Hermensen. Geschat op 33 gulden. (Dorpsgerecht Woudenberg 2346, fol. 9vo; 30-03-1719). In 1721 verklaart o.a. Hendrickjen x Aert Petersen Bouman dat vader Cornelis Jansz (van t Broeck) op zijn doodbed verklaarde geen schulden te hebben. Met verklaringen van Wulphert Melissen (Wallenburg) en Cornelis Hermsen (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 10-11-1721). 1. Aelbert Cornelisz, ged. Scherpenzeel 03-02-1678 2. Grietje Cornelis, geb. in t Broeck, ged. Scherpenzeel 27-07-1679 3. Reijntje Cornelis, geb. in t Broeck, ged. Scherpenzeel 03-12-1682 4. Aelbert Cornelisz, geb. in t Broeck, ged. Scherpenzeel 22-08-1686 5. Jan Cornelisz van den Broek, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 13-07-1690, tr. Renswoude 20-05-1731 Roelofje Jans, wed. Willem Willemsz de Koning, de jonge 6. Marrijtje Cornelis, geb. in t Broeck, ged. Scherpenzeel 14-10-1694 7. Evert Cornelisz, geb. in t Broeck, ged. Scherpenzeel 29-08-1697 8. Willem Cornelisz, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 07-08-1701 4. Evert Hermansz, geb. Achterberg, ged. Rhenen 21-09-1662 II Teunis Hermansz van Meersbargen/Valkeneng, geb. Achterberg, ged. Rhenen 27-01-1655, begr. Doorn 19-03-1739, tr. Scherpenzeel (otr. Doorn 04-10-1684) 18-10-1684 (aldaar niet gevonden) Jannigje Teunissen, ged. Scherpenzeel 19-11-1665, op het Broeck, begr. Doorn 19-03-1739, dr. van Teunis Arrissen en Otje Gijsberts Voorgeslacht Jannigje Teunissen, zie Genealogie Kouwenhoven (2). In 1696 daagt Anthonij van de Vliert, schout, curator van de boedel van zal. Bessel Evertsen, rademaker Cornelis en Teunis Hermsen voor het gerecht. Evert Breunissen verklaart dat hij twee wielen bij Cornelis heeft gehaald nadat zijn huis was afgebrand. De twee heeft hij aan Bessel verkocht voor f 4,= en twee nieuwe besteld voor f 10,=, die Teunis zou betalen (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 08-06-1696). Tot 1699 woont Teunis Harmsen op t Broeck onder Woudenberg (Oudschildgeld Woudenberg). Van 1699-1739 is Teunis Hermensz landbouwer op Groot Valkeneng onder Maarsbergen. Van 1699 en 1716 is Thonis Harmansen, bruiker van Proosdijland in Maarsbergen (Oudschild nr. 34). Van 1699 en 1716 is Thonis Harmans, bruiker van Proosdijland genaamd Valckenenghe in Maarsbergen (Oudschild nr. 38). Veluwse Geslachten jg 27, nr. 3, 2002, blz. 42. 1. Antonij Teunissen, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 02-08-1685 2. Cornelis Teunissen, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 10-04-1687 3. Evert Teunissen van Dijk, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 11-11-1688, begr. Doorn 13-06-1751, tr. Doorn 08-05-1729 Grietje Teunis, geb. Maarsbergen, begr. Doorn 25-11-1755, dr. van Teunis Aalten en Geurtje Helmichsen van Garderen Van ca. 1732-1751 is Evert Teunissen en van 1751-1755 zijn weduwe landbouwer op Groot Haksvoort onder Maarsbergen. 4. Maria Teunissen, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 07-09-1690, begr. Doorn 29-9-1740, tr. Doorn 13-04-1715 Jan Jansen, van Doorn 5. Teunis Teunissen van Soest, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 21-08-1692 In 1751 treedt Teunis van Soest op als oom en momber van de kinderen van zijn ov. zuster Aeltje van Soest. (Recht. Arch. Scherpenzeel 6, nr. 14-16,18-20; 17-02-1751/03-11-1751 en nr. 82-86; 05-04-1754/26-04- 1757). Het is een raadsel waarom Teunis zich Van Soest noemt. 6. Jan Teunissen van der Broek, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 25-11-1694, tr. Leersum 02-11-1732 Grietje Jansen, wed. Peter Aalbertsz, ged. Scherpenzeel 08-02-1680, aen de Haer, dr. van Jan Cornelisz van Egdom en Willemtje Jansen van Davelaer 7. Geurt Teunissen In 1728 is Geurt Anthonijs getuige bij het huw. van zijn zuster Aaltje.
8. Aaltje Teunissen van Soest, geb. op t Broeck, ged. Scherpenzeel 11-10-1696, tr. Scherpenzeel 07-11-1728 Helmert/Herbert Petersen, won. Klein Oordeel, ged. Scherpenzeel 10-03-1689, ov. ca. 1748, zn. van Peter Petersen en Hendrikje Cornelissen Het is een raadsel waarom Aaltje zich Van Soest noemt. Zie genealogie Steenbeek. 9. Wouter Teunissen Valkeneng, ged. Doorn 15-09-1700, begr. Doorn 20-01-1784, tr. Doorn 04-05-1727 Metje van Loenen, begr. Driebergen 17-03-1769 Woont op de boerderij Valkeneng onder Maarsbergen. 10. Willem Teunissen, ged. Doorn 05-11-1702 Van den Broek (1) In de Nederlandse Leeuw van 1968, blz. 290 ev. staat dit gezin vermeld onder de naam Familie-aantekeningen Heynis en Van den Broek door W. F. Del Campo Harmtak. Dit artikel wemelt van de fouten, die hieronder rechtgezet worden. I Ott Aelbertsz, tr. Fransje Fransen Dolderons, dr. van Frans Dulleren en Belia Jans. Fransje Fransen Dolderons, van Barneveld, otr. (2) Barneveld 28-02-1728 Aart Rijksen, wed. Willempje Aalten, van Barneveld 1. Aalbert Otten, ged. Barneveld 24-09-1702, otr. Barneveld en Doorn 21-01-1730 Willempje Teunis, van Maarsbergen 2. Jan Otten, ged. Barneveld 08-02-1705, volgt IIa 3. Trijntje Otten, ged. Barneveld 23-09-1708 4. Hendrik Otten, ged. Barneveld 27-07-1710, volgt IIb, Van den Broek (2) 5. Beeltje Otten, ged. Barneveld 01-11-1711 6. Reintje Otten, ged. Barneveld 08-12-1715 7. Johanna Otten, ged. Barneveld 26-12-1716 8. Melis Otten, ged. Barneveld 04-12-1718 9. Hanna Otten, ged. Barneveld 09-11-1721 IIa Jan Otten, ged. Barneveld 08-02-1705, tr. Barneveld 08-07-1725 Marritje Rijks, onder Barneveld 1. Jannetje Jans, ged. Barneveld 26-01-1726 2. Oth Jansz, ged. Barneveld 04-01-1728, jong ov. 3. Otto Jansz van den Broek, geb. Voorthuizen, ged. Barneveld 09-07-1730, volgt III 4. Rijk Jansz, ged. Scherpenzeel 02-02-1738, aan den Holevoet 5. Geertje Jans van den Broek, ged. Scherpenzeel 03-07-1740, in de Aghterstraedt, otr. Renswoude 05-12-1766 Bart van de Lagemaat, ged. Woudenberg 05-07-1744, begr. Woudenberg 04-01-1796, zn. van Dirk Barten van de Maat en Aeltje Aerts. Bart van de Lagemaat, tr. (2) Woudenberg 30-04-1775 Trijntje Reijers van t Stroe, ged. Scherpenzeel 01-02-1750, begr. Woudenberg 11-07-1789, dr. van Reijer Jansz en Cornelisje Otten 6. Melis Jans, ged. Scherpenzeel 16-07-1747, in de Aghtr. Str. In t Stight