Stadsbestuur Rhenen, (152)

Vergelijkbare documenten
Stadsbestuur Rhenen, (152)

NT00067_42. Nadere Toegang op inv.nr 42. uit het archief van het. Stadsgerecht Wijk bij Duurstede, , (67) H.J. Postema

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Nadere Toegang op inv. nr 388

Stadsbestuur Rhenen, (152)

NT00066_394. Nadere Toegang op inv. nr 394. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

NT00066_416. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Nadere Toegang op inv.nr 44

NT00066_414. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00066_411. Nadere Toegang op inv. nr 411. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Nadere Toegang op inv. nr 390

Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst,

NT00066_413. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00064_2007. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

Nadere Toegang op inv. nr 387

Nadere Toegang op inv. nr 389

NT00064_152. Nadere Toegang op inv. nr 152. uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64) H.J. Postema

NT00066_418. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Nadere Toegang op inv. nr 487

NT00066_419. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst,

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00066_410. Nadere Toegang op inv. nr 410. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

NT00066_409. Nadere Toegang op inv. nr 409. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00066_415. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00064_2004. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

NT00103_38. Nadere Toegang op inv. nr 38. uit het archief van het. Gerechtsbestuur Houten en t Goy, (103)

Nadere Toegang op inv. nr 162

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Nadere Toegang op inv. nr 45

Gerechtsbestuur Tull en t Waal,

NT00066_412. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00063_2064. Nadere Toegang op inv. nr uit de notariële archieven tot 1896, (1930) (63) H.J. Postema

Nadere Toegang op de inv. nrs Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00066_402. Nadere Toegang op inv. nr 402. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00063_2055. Nadere Toegang op inv. nr uit de notariële archieven tot 1896, (1930) (63) H.J. Postema

NT00066_401. Nadere Toegang op inv. nr 401. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00063_2056. Nadere Toegang op inv. nr uit de notariële archieven tot 1896, (1930) (63) H.J. Postema

6. Fragmenten. 6.1 Cornelis: Nieuwkoops fragment (ca. 1550) I. Cornelis, tr. waarsch. Emmetgen? / Geertgen?...

Nadere Toegang op de inv. nrs 1-2, 6-7, 10, 17, 23 uit het archief van het Gerechtsbestuur

NT00064_733. Nadere Toegang op inv. nr 733. uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

NT00064_2489. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00066_400. Nadere Toegang op inv. nr 400. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Nadere Toegang op inv. nr 100

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00066_398. Nadere Toegang op inv. nr 398. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00063_171. Nadere Toegang op de inv. nr 171. uit de Notariële archieven tot 1896, (1930) (63) H.J. Postema

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Nadere Toegang op inv. nr 516

Nadere Toegang op inv. nr 161

NT00064_124_132. Nadere Toegang op inv. nrs uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64) H.J. Postema

Nadere Toegang op inv. nr uit de Notariële archieven tot 1896,

NT00066_395. Nadere Toegang op inv. nr 395. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsbestuur Rhenen, (152)

NT00066_396. Nadere Toegang op inv. nr 396. uit het archief van het. Stadsgerecht Rhenen, (66)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Nadere Toegang op inv. nr 385

Oudarchieven voor 1811 Groot Ammers

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00063_2057. Nadere Toegang op inv. nr uit de notariële archieven tot 1896, (1930) (63) H.J. Postema

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, (1)

Stadsgerecht Rhenen, (66)

NT00064_510. Nadere Toegang op inv. nr 510. uit het archief van de. Dorpsgerechten (64)

Nadere Toegang op de inv. nrs uit de Notariële archieven tot 1896,

Ewoud- en Elisabethgasthuis te Wijk bij

NT00103_33. Nadere Toegang op inv. nr 33. uit het archief van het. Gerechtsbestuur Houten en t Goy, (103)

NT00063_2058. Nadere Toegang op inv. nr uit de notariële archieven tot 1896, (1930) (63) H.J. Postema

NT00063_177. Nadere Toegang op de inv. nr 177. uit de Notariële archieven tot 1896, (1930) (63)

NT00063_172. Nadere Toegang op inv. nr 172. uit de Notariële archieven tot 1896, (1930) (63)

Lexmond en Achthoven, regesten rechterlijk archief

Oudarchieven voor 1811 Nieuwerkerk a/d IJssel

uit het archief van de Dorpsgerechten,

Gerechtsbestuur Dwarsdijk of Nijendijk, 1701-

NT00064_546. Nadere Toegang op inv. nr 546. uit het archief van de. Dorpsgerechten (64)

Lijst van Ambachts- en neringslieden van Veenendaal 1615 Archief van het Veenraadschap der Gelderse en Rhenense veenen

Nadere Toegang op inv. nr 386

NT00064_148_151. Nadere Toegang op inv. nrs uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64) H.J. Postema

Gerechtsbestuur Schalkwijk, (105)

Transcriptie:

NT00152_815 Nadere Toegang op inv. nr. 815 uit het archief van het Stadsbestuur Rhenen, 1337-1851 (152) H.J. Postema Juni 2017

Inleiding Dit inventarisnummer bevat regesten op concepten en minuten van plechten van de weesmeesters over de periode 1607-1735. Er zitten ook diverse pachtcontracten en enkele transportakten tussen. 2

Regesten 16-1-1607 Jan Fransz bekent schuldig te zijn wegens geleende penningen aan Evert Dionijssen en Jan Zweeren Verhuet als weesmeesters 88 gulden. Hij consenteert dat de weesmeesters dit geld zullen ontvangen van 159-9-4 die hij ten achteren is aan de boedel van zaliger Wessel Jansz en hem door het gerecht van de Marsch toegewezen zijn om te mogen ontvangen van de termijn kooppenningen van het huis van Wessel Jansz. Op 17-1-1607 stelt de secretaris zich borg voor Jan Fransz. 26-5-1616 Jacob Roelofsz, metselaar, bekent schuldig te zijn aan de weesmeesters 106-5 wegens geleend geld. 29-7-1631 Gerrit Jansen Ruemelaer, schepen van Rhenen, bekent schuldig te zijn aan Peter de Bruijn, camelaar-weesmeester, ten behoeve van het weeshuis 212-10 wegens geleend geld. Op 13-1-1651 heeft Jan Gerritsz Reumelaer, burger en kleermaker te Rhenen, voor zichzelf en namens zijn zusters en broers, dit kapitaal gevestigd in zijn huis naast het huis van Jan Toll, waar de Koning van Denemarken uit hangt. 26-3-1632 Thijman van Leuwen en Dirck Vonck van Lienden als ooms en voogden van Gerrit van Amerongen, geassisteerd met de weesmeesters, Steven Gillisz en Thijman van Leuwen als ooms en mombers van de onmondige kinderen van Willem Gillisz en Aeltgen van Amerongen, geassisteerd met de weesmeesters, mitsgaders Thijman van Leuwen en diens vrouw Maria van Amerongen, tezamen erfgenamen van Henrick van Amerongen, hun gewezen grootvader en vader, bekennen schuldig te zijn aan jonker Everhardt Freijs van Dolre, maarschalk van het land van Montfoort, een jaarlijkse losrente van 50 gulden wegens een rentebrief door Aelt van Amerongen als principaal en Henrick van Amerongen als borg op 22-9-1612 t.b.v. Everhardt Freijs van Dolre gepasseerd, inhoudende de hoofdsom van 800 gulden. Zij stellen tot onderpand 5 morgen hooiland in Velderbroek, bepaald oostwaarts de Bisschopskamp, westwaarts het convent alhier, zuidwaarts de Weteringsteeg en noordwaarts de gemene leigraaf, mitsgaders nog een morgen hooiland op de Heest, bepaald oostwaarts de maarschalk Rhien, westwaarts het convent alhier, zuidwaarts de gemene Maatsteeg en noordwaarts de gemene leigraaf, wezende vrij eigen goed. Hiervan is een kopie gemaakt op 10-11-1645. 20-1-1635 Fransken Henricks, weduwe Huijbert Gijsbertsen, voor zichzelf en als last hebbende voor Henrick Huijbertsz, Jan Huijbertsz en mede voor het gedeelte van Lijsbetgen Gijsberts, nagelaten dochtertje van Gijsbert Huijbertsen zaliger, tezamen nagelaten kinderen van Huijbert Gijsbertsen, heeft verkocht aan Cornelis Jan Peterse haar huis aan de 3

Rijnpoort tussen het huis van burgemeester Vonck en Peter Henrickse messenmaker, met de bedstede, bezwaard met 100 gulden van burgemeester Vonck en 50 gulden van het weeshuis, voor 650 gulden. Op 15-4-1635 heeft Cornelis Jan Petersen de eerste termijn betaald. En op 16-5-1636 de tweede termijn. En met Pasen 1637 de derde termijn van 50 gulden, waartegen Frans Cornelisz nog 50 gulden schuldig is. Op 19-9-1638 wordt gemeld dat Frans Cornelisz nog schuldig is vanwege koop van het huis van Fransken Henricks 50 gulden. Op 26-10-1638 wordt weer 50 gulden betaald. Op 26-9-1642 bekent Jan Huijbertsz ontvangen te hebben van burgemeester Stoutenburg en Adriaen van Leuwen als weesmeesters 50 gulden. Hij verbindt hieraan deze akte. 22-12-1636 Aert Adriaensz Boonsaijer bekent schuldig te zijn aan de weesmeesters 52 gulden volgens obligatie van 2-6-1632 van 68 gulden. 18-6-1624 Kopie van een rentebrief liggende in de weeskist van Rhenen. De Staten van Utrecht bekennen dat zij schuldig zijn aan Rutger Lambertsz en Aelbert van Beeck t.b.v. het onmondige kind van Jan Bremde, ruiter, een erfelijke losrente van 31-5 per jaar. Op 8-6-1636 bekent Anneke Jans van Brelmen dat Johan Muntius, schepen en cameraarweesmeester te Rhenen, uit de weeskist geleverd heeft de originele rentebrief met alle papieren dezen annex zijnde geweest. Zij is nu 24 jaren oud. 4-2-1640 Jan Jansen van Locherberg en zijn vrouw Adriana Voncken bekennen schuldig te zijn aan de weesmeesters 106-5 wegens geleend geld. Op 4-2-1652 heeft Jan Jacobsz van Varick deze last op zich genomen. 6-6-1640 Jan Toll bekent schuldig te zijn aan Herbert Jansz Croll nevens dhr. Stoutenborch en Adriaen van Leeuwen, weestmeesters gesteld tot directeur van de nagelaten boedel van zaliger Jacob Jansz en Maria Elbers 1200 gulden wegens koop van het huis. 8-2-1641 Harman Jansz linnenwever en burger te Rhenen, bekent schuldig te zijn aan Jelis van Stoutenborg, burgemeester, als cameraarweesmeester, 106 gulden wegens geleend geld. Henrick Jansz, bleekmaker, stelt zich borg. Op 31-12-1650 vestigen Hermen Jansz en diens vrouw Metgen Willems op dit bedrag hun huis en hof daar oostwaarts Jan Lubberden, zuidwaarts de stadswal, westwaarts Frans Thomasz en noordwaarts de Visserstraat. Op 18-12-1650 transporteerden zij dit huis aan Gerrit van Rhede en diens vrouw Christina Heurnius. Hierna kocht Hendrick Jansen Visscher dit huis. 12-7-1645 Johan van Dassard (hij tekent als Jan van Dashorst) en zijn vrouw Margaretha Voncken bekennen schuldig te zijn 50 gulden aan het weeshuis. Op 29-11-1650 stelt Gosen van Zuijlen, burger en lakenkoper te Rhenen, zich hiervoor borg. 4

30-3-1646 Weesmeesters verpachten aan Thonis Aertsz Moll een hofstedeken in de Dijk waar hij momenteel op woont, uitgezonderd het huis dat daarop staat en van de pachter is, voor 6 jaren, voor 20 gulden. 3-12-1646 Weestmeesters verpachten aan Aert Jacobsz een huis en hof in de Dijk, waar zijn moeder gewoond heeft, voor 6 jaren, voor 15 gulden. 6-6-1648 Gerrit van Amerongen, schepen, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis van Rhenen 50 gulden die hij de weduwe van mr. Jan Lindenius schuldig was. 24-8-1648 Extract. Gijsbert Hermensz van Beem gehuwd met Anna van Hoeven bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis een jaarlijkse losrente van 6-17½ wegens 125 gulden kapitaal. Zij stellen als onderpand hun huis waar ds. Diemerbroeck in woont. Op 15-11-1651 heeft Evert Wijnen dit kapitaal afgelost en heeft jonker Johan Vosch, schepen, dit kapitaal over genomen. 1-7-1650 Huijbert Thonisz en zijn vrouw Marrigje Jans bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 100 gulden. Zij stellen als onderpand 1 morgen hooiland te Achterberg daar oostwaarts de Eem, zuidwaarts de commandeur van Rhenen, westwaarts de steeg en noordwaarts de kerk. Op 1-11-1691 bekent Huijbert Thonisse, bouwman op Leeuwendaal, en zijn vrouw Mariken Jans schuldig te zijn aan het weeshuis 125 gulden. Als onderpand stellen zij hun koeien, en andere goederen. 27-11-1650 Thonis Taets is schuldig aan de weestmeesters 500 gulden. 6-1-1651 Hermen Cornelisz van Eede, burger te Rhenen, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 50 gulden die voorheen gestaan hebben op naam van Thonis van Campen, gevende jaarlijks rente 2-15. 10-2-1651 Crijntge Jans, weduwe Dirck van Zetten, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 125 gulden. Zij stelt als onderpand haar huis waarin zij woont aan de Lange Heerstraat tussen het huis van Gerrit Gerritsz van Bronckhorst en Frans Christiaensz staande. 6-3-1651 Jan de Groot en zijn vrouw Ariaentge Cornelis bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 100 gulden. Zij stellen als onderpand hun huis waarin zij wonen in de Gasthuisstraat naast Frans Christiaensz huis. Op 28-11-1635 is door Hermen Jansz en Maijken Marcelis in dit huis nog gevestigd 100 gulden t.b.v. de weduwe en erfgenamen van Jasper Gerritsz van Schaijck. 31-3-1651 Kopie. Merrigje van Wijck, weduwe van Huijbert van Wijck, wonende in de Marsch, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 200 gulden. Huijbert van Wijck, raad en burger te Rhenen, stelt zich borg. Deze obligatie is gelicht door Alert van Laer op 5-6-1689. 5

8-4-1651 Antonij van Brenck en Haesken Huijberts van Ijsendoorn bekennen schuldig te zijn aan het weesthuis 400 gulden. Huijbert Hendricksz van Ijsendoorn stelt zich borg. Deze obligatie is op 5-8-1667 gecasseerd. 27-5-1651 Johan Gerritsz Reumelaer als principaal en Evert Evertsz Dionijs als borg bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 100 gulden. 29-5-1651 De weduwe van Jan Gerritsz schipper, wonende in de Kruisstraat, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 200 gulden. Als onderpand stelt zij haar huis waarin zij woont daar oostwaarts de Kruisstraat, zuidwaarts Jan Steck en westwaarts de straat achter het stadhuis en noordwaarts Aris Thonisz. 28-10-1651 Corstiaen Huijbertsz schipper en burger te Rhenen, gehuwd met Nieske van Schuijlenburch, als principalen en Jantge Zegers (haar moeder) als borg bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 100 gulden. 17-11-1651 Kopie van akte van 9-5-1640. Cornelis Jacobsz Lam en zijn vrouw Metgen Willems en Fenneken Willems, erfgenamen van Elis Thonisz en diens vrouw Neeltgen Willems, en namens de verdere erfgenamen transporteren aan Jacob Eersten en diens vrouw Susanna Huijbertsdr een huis en erf met schuur staande in de Kruisstraat daar oostwaarts de Kruisstraat, zuidwaarts Rutger van Brenck, noordwaarts Aert Jansz kuiper en westwaarts de gemene steeg. Belast met 335 gulden t.b.v. het weeshuis te Rhenen. 5-2-1652 Jacob Jordensz en zijn vrouw Gerrigje Willems bekennen schuldig te zijn 100 gulden aan het weeshuis, door Jelis willemsz Snack verschuldigd en bij koop van het huis alhier tot zijn last genomen. Tot onderpand stellen zij hun huis in de Kruisstraat tussen Rutger van Brenck en Arien Thonisz. Op 12-6-1624 bekende Jelis Willemsz, burger te Rhenen, schuldig te zijn aan Claes Petersz de Bont als weesmeester 100 gulden. 25-5-1652 Anthonis Arisz Vereest, schrijnwerker en burger te Rhenen, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 250 gulden, die hij tot zijn last genomen heeft van de kinderen van Aert Boonsaijer. 8-6-1652 Roelof Reiniersz van Varick, burger en metselaar te Rhenen, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 50 gulden wegens koop van het huis waar hij in woont. Hij heeft dit tot zijn last genomen voor het onmondige kind van Dirck Jansz 25 gulden, zijnde mede een rest van de kooppenningen van dit huis. 21-9-1652 Weesmeesters verpachten aan Cornelis Jansz Schutter Eekencampje gelegen te Achterberg met de weduwe van de secretaris Harn gemeen gelegen, voor 6 jaren, voor 7 gulden. 21-9-1652 Weesmeesters verpachten aan Thonis Aertsz Mol het hofstedeken waar hij op woont in de Dijk, voor 6 jaren, voor 20 gulden. 6

21-9-1652 Weesmeesters verpachten aan Rijck Jacobsz de hofstede in de Dijk zoals Cornelis Reijersz die in pacht heeft gehad, voor 6 jaren, voor 7 gulden. 21-9-1652 Weesmeester verpachten aan Aert Jacobsz een huis en hofstede met hetgeen daaraan behoort in de Dijk, waarop hij momenteel woont, voor 6 jaren, voor 15 gulden. 1652 Jacob Casembroot, commies, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 700 gulden. 8-2-1656 Matheus Lijster, deurwaarder, en zijn vrouw Jenneke Matheusdr, bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 50 gulden wegens geleend geld. Zij stellen als onderpand hun huis tegenover het stadhuis. 28-7-1656 Anthonis van Brenck, wonende Tiel binnen Rhenen, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 100 gulden, behalve de 400 gulden voorheen van het weeshuis geleend. Deze obligatie is op 5-8-1667 gecasseerd met het overgeven van de plecht op de brouwerij aan de Visserstraat. 18-1-1659 Weesmeesters verpachten aan de weduwe van Cornelis Jansz 1 morgen hooiland, voor 6 jaren, voor 7 gulden. 18-1-1659 Weesmeesters verpachten aan Aert Jacobsz een hofstede in de Dijk. Renversaal akte voor 6 jaren, voor 15 gulden. 18-1-1659 Weesmeesters verpachten aan Cornelis Boonsaijer de hofstede die Rijck Jacobsz voorheen in pacht heeft gehad, voor 6 jaren. 18-1-1659 Weesmeesters verpachten aan Aert Thonisz Moll een hofstede in de Dijk, uitgezonderd het huis dat de pachter toebehoort. Renversaal akte voor 6 jaren voor 20 gulden. 3-6-1659 Weesmeesters verpachten aan Thonis Aertsz Moll een hofstede in de Dijk waarop hij woont, voor 6 jaren, voor 20 gulden. 27-6-1659 Herbert Croll en Gevert Gouda als gestelde curators van de boedel van Matheus Lijster en Jannigje Boesen, nevens Huijbert Hendricksen van Ijsendoorn en Gerrit Gerritsz van Bronckhorst als weesmeesters, transporteren aan Willem Lijster, deurwaarder en diens vrouw Sijtge Cornelis van Hobel een huis op de Mark, Noord- en westwaarts het kerkhof, zuidwaarts de erfgenamen van Steven Jelisz en oostwaarts de Markt bezijden het stadhuis. Op de last van 300 gulden die Jan Toll competeren en 50 gulden die het weeshuis competeert en 100 gulden die Catalina Broeren competeren en 100 gulden die Grietge Lijster daarop gevestigd heeft in 1657. Met verzoekschrift van 10-1-1671 aan het gerecht van Rhenen door Willem Lijster, deurwaarder, dat hij door koop van zijn huis tot zijn last heeft genomen een kapitaal van 300 gulden waarvan het weeshuis het recht heeft verkregen. Hij verzoekt verlaging van de jaarlijkse rente. 7

28-2-1660 Robbert Stevensz, won. Heusden, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 200 gulden, die Gosen Barten, wonende te Heusden, aan het weeshuis schuldig was. Jan Steck, lakenkoper en burger te Rhenen, stelt zich borg. 8-6-1661 Burgemeesters, schepenen en raden van Rhenen bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 400 gulden. 10-9-1662 Paulus Taets en zijn vrouw Geertge Jans bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 600 gulden wegens geleend geld. 12-9-1684 Weesmeesters verpachten aan Lambert Jansz van der Horst een huisje in de Koningsstraat daar aan de ene zijde Jan Noest en aan de andere zijde het steegje lopende naar de Visserstraat, voor 3 jaren, voor 14-10. 6-2-1688 Weesmeesters verpachten aan Gijsbert van Klinckenberg, wonende in de Marsch, een boomgaard in de Marsch van schepen Ijsendoorn gekomen, voor 7 jaren, voor 28 gulden. 9-4-1688 Weesmeesters verpachten aan Brant van Pothoven een hofstede in de Dijk. Renversaal akte voor 6 jaren voor 7-10. 8-4-1689 Dirck Vonck van Lienden, vendrig onder het regiment van overstede Weede, bekent schuldig te zijn aan het weeshuid 100 gulden. 3-6-1688 Gerrit Bolderman transporteert aan Jan Richolt een huis bij de Gasthuisstraat, gekomen van Kerst Huijbertsz, daar noord- en oostwaarts de gemene straat, westwaarts de ontvanger Wijckerslooth met zijn hof en zuidwaarts Jacob de karman. 10-3-1691 Weesmeesters verpachten aan de weduwe van Jacob aertsz een hof met een huis in de Dijk. Renversaal akte voor 6 jaren, voor 15 gulden. 29-3-1691 Weesmeesters verpachten aan Cornelis Jansen schutter een perceel hooiland te Achterberg genaamd Ecken kampken, gemeen met de weduwe van Alart van Harn, secretaris, voor 6 jaren. 1693 Alard van Laer, kerkmeester van Cunerakerk, bekent schuldig te zijn aan het weeshuid 100 gulden, zoals dit al voor lange jaren bij de kerk van het weeshuis is opgenomen, doch de obligatie daarvan vermist is. 3-10-1693 Anthonis Adriaensz Vereest, burger, weduwnaar van Elisabet Helmerts, bekent wegens rest van kooppenningen van zijn schuur in de Visserstraat, op de hoek van het steegje, schuldig te zijn aan Aert Adriaensz Boonsaijer 250 gulden die dit kapitaal had gecedeerd aan het weeshuis. 6-10-1693 Frans Palmers gehuwd met Anna Geertruijt Boonzaijers bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 800 gulden wegens slot van de rekening van zaliger Aert Boonzaijer, hun vader en schoonvader als gewezen weesmeester. Zij stellen als onderpand ¼ van een uiterwaard genaamd Bruijnsweert gelegen buiten de Westpoort, daar oostwaarts 8

de veerwei van de Carthuijzers, zuidwaarts de Rijnstroom, westwaarts de kalkoven en noordwaarts de erfgenamen van burgemeester Gerard Klerck. En ¼ van hun huis en schuur en brouwerij waarin zij wonen, staande te Rhenen, daar oostwaarts en noordwaarts de erfgenamen van Assuerus Anthonisz Vereest en de erfgenamen van Henrick Petersz van der Horst, zuidwaarts de Heerstraat en westwaarts de Molenstraat. En ¼ van het land op en bij de Koerheuvel buiten de Westpoort. 2-6-1694 Schout, burgemeesters, schepenen en raden van Rhenen bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 1747-10, zijnde van zeven distincte kapitalen door de stad van het weeshuis genegotieerd. 9-11-1696 De heren gecommitteerden tot de administratie der kerkengoederen van Rhenen bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 306 gulden, dewelke gelicht zijn uit de kooppenningen die de drie onmondige kinderen van kapitein Hermen van Leeuwen toekwamen en geprocedeerd zijn uit de verkoping van enige goederen te Amerongen, om besteed te worden tot reparatie van de toren van binnen als tot vernieuwing van de uurborden aan die toren. 14-7-1699 Weesmeesters verpachten aan Dries Aertsz de helft van 2 morgen hooiland, waarvan de andere helft secretaris Cornelis Klerck onverdeeld toekomt, voor 6 jaren, voor 8 gulden. 1694 Johan Vonck van Lienden, oud-burgemeester en schepen van Rhenen, bekent schuldig te zijn aan het weeshuis 153-15, door hem enige jaren geleden van het weeshuis geleend, waarvan de obligatie is vermist. 1694 De erfgenamen van schepen Anthonij Taets bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 93-15, volgens rekening van 12-8-1656. 1693 Maria van Beeck bekent tot haar last genomen te hebben en dus aan het weeshuis schuldig te zijn 100 gulden die Gerrit Vonck van Lienden volgens obligatie van 15-12-1655 schuldig was. 10-11-1711 Alart Arisz en diens vrouw Naleken Barrouwen, wonende Achterberg aan het Laareind, bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 500 gulden. Als onderpand stellen zij 4 morgen in de Nude, daar oostwaarts de Wageningse wal, zuidwaarts de weduwe van de majoor, westwaarts Cornelis Verwoert en Jan ter Horst en noordwaarts de Eem. 1727 Weesmeesters verpachten aan de weduwe van Willem Driessen de helft van 2 morgen hooiland, waarvan de andere helft de erfgenamen van secretaris Cornelis Klerck onverdeeld toekomen, voor 6 jaren. 1727 Weesmeesters verpachten aan Hendrik van Prattenburg 2 hont land, genaamd de Del, gelegen buiten de Westpoort. Renversaal akte voor 6 jaren. 9

1727 Weesmeesters verpachten aan Geurt Petersen Mol 2 morgen hooiland te Achterberg in de Horstbranden. Renversaal akte voor 6 jaren. 1727 Weesmeesters verpachten aan Wouter Jacobsen 2 morgen hooiland te Achterberg in de Horstbranden. Renversaal akte voor 6 jaren. 4-12-1735 Claas van Ommeren en diens vrouw Claasje Troost zullen vestigen t.b.v. het weeshuis 1400 gulden. Zij stellen als onderpand een hofstede te Achterberg in de Dijk, groot 3 morgen, en een weitje en 2 morgen hooiland in de Horstbranden en 2 morgen hooiland in de Maten en het geerland groot ½ morgen en de Runakker ook ½ morgen en de benedenste breij, groot 1½ morgen en de bovenste breij, groot 1 morgen en 1/3 morgen op de berg en 4 hont bouwland en 5 hont bouwland en de benedenste bosmergen en het hoekje onder de bijwal en de bovenste bosmergen. 1812 Constantinus van Holst, administrateur van het hospitaal des Orphelins en weesmeester te Rhenen, neemt de hypotheek over van Jasper Aalbertsen en Engeltje Wouters met als onderpand o.a. hun land in de Horstbranden. Franstalige akte. 10