ORDE VAN DIENST VOOR DE VIERINGEN IN DE STILLE WEEK 2016 Stille zaterdag 26 maart 2016 medewerkers voorgangers: Ds. Tineke Boekenstijn, Ds. Elbert Grosheide, Herma van der Veen muziek (piano): Jaap Morgenstern De afbeeldingen in dit boekje komen uit het boek: Aarden in geloof, thema Lente.
16 Liturgie voor de Stille Zaterdag In stilte beginnen we de dienst in de kerkzaal Uit de diepten van de dood lezen Jona 2: 3 10, een psalm uit de diepten psalm 130: 2, 3
17 3 Ik heb mijn hoop gevestigd op God die Heer die hoort. Mijn hart, hoezeer onrustig, wacht zijn verlossend woord. Nog meer dan in de nachten wachters het morgenlicht, blijf ik, o Heer, verwachten uw lichtend aangezicht. Openingstekst naar psalm 27 De Levende is mijn licht, mijn heil Wie zou ik vrezen? Bij de Eeuwige is mijn leven veilig. Voor wie zou ik bang zijn? Lof van het Licht In het duister zijn wij hier gekomen, maar de duisternis heeft het licht niet in zijn macht kunnen krijgen. Er kwam een mens van God gezonden, Hij was het licht der wereld. Hij heeft de duisternis van de dood overwonnen, en het voor ons tot Licht gemaakt. Op weg naar buiten vragen we om het lichtend vuur dat nooit meer dooft. En als we de Paaskaars als teken van het Licht van Christus hebben aangestoken, danken wij God voor dát ene Licht. Op weg naar buiten wij:
18 Op weg naar binnen wij: De kaarsen worden in bakken op tafels geplaatst door leden van de liturgiegroep. Daarna gaat ieder zitten, zoveel mogelijk aansluitend aan elkaar, in de eerste vier rijen. Het licht in de kerk gaat aan. Tijdens het wordt de Tafel gedekt. Het zwarte antependium (teken van lijden en dood) wordt dan vervangen door het witte antependium (teken van het Licht van Christus). Ook het witte doopkleed wordt opgehangen. lezen Genesis 1: 1-3 lied 513: 1 en 4 4 God staat aan het begin en Hij komt aan het einde. Zijn woord is van het zijnde oorsprong en doel en zin.
19 lezen Exodus 14: 19 22 lied 655: 1, 3, 4 3 Een lied van uw verwondering dat nóg uw naam niet onderging, maar weer opnieuw geboren is uit water en uit duisternis. 4 De hand van God doet in de tijd tekenen van gerechtigheid. De Geest des Heren vuurt ons aan de heil ge tekens te verstaan. Doopgedachtenis Het water wordt in de doopvont gegoten. Dit is de nacht waarin wij gedenken hoe God - zijn Naam zij geprezen - ons telkens weer heeft willen bevrijden uit het duister van dood en doem. En toen wij geboren werden en de dood onze laatste toekomst leek heeft Hij ons in de doop verenigd met deze gezegende mens en ons deel gegeven aan zijn leven dat onvergankelijk is.
20 Dát moeten wij gedenken in deze nacht en daar moeten wij van, altijd weer, want wij zijn het volk dat in duisternis wandelt, en als God, onze God - zijn Naam zij geprezen niet naar ons had omgezien en ons niet bij de hand had gevat, dan waren wij in het donker gebleven en hadden wij geleefd zonder hoop. Daarom loven wij zijn naam met heel zijn kerk, ontsteken wij het licht ter ere van hem die ons licht is en wij onbekommerd ons halleluja voor en na. Daarom herdenken wij onze doop in deze nacht, en herinneren ons zo dat God ook óns redt en bevrijdt, dat hij ons optilt uit het water van de dood en dat wij steeds opnieuw tot leven worden geroepen. lied 350: 1, 3, 5 3 Tot ondergang zijn wij gedoemd, als God ons niet bij name noemt, maar God-zij-dank, Hij doet ons gaan door t water van de doodsjordaan. 5 Met Noach en zijn regenboog, Mozes die uit Egypte toog en Jona uit het hart der zee, bidt heel uw kerk aanbiddend mee.
21 Geloofsbelijdenis ieder gaat (zo mogelijk) staan voorganger IK-ZAL-ER-ZIJN is onze God God over de goden Schepper van hemel en aarde, die ons de aarde heeft toevertrouwd, Vader van zijn volk onderweg, Moeder van alle levenden. Dat geloof ik. voorganger Zijn vrederijk is nabijgekomen in Jezus van Nazareth, de Gezalfde Hij roept ons hem te volgen. Dat geloof ik. voorganger De Geest is het die levend maakt, die ons leidt in de waarheid, ons lokt met het visioen van een wereld waar het menselijk toegaat, die met ons gaat naar de toekomst! Dat geloof ik. de gaat weer zitten Woorden van opstanding lezen het Paasevangelie uit Lukas 24: 1 6a lied 630: 1, 3
22 3 Al wat ten dode was gedoemd mag nu de hoop herwinnen; bloemen en vogels, alles roemt Hem als in den beginne. Keerde de Heer der schepping weer, dan is het tevergeefs niet meer te bloeien en te minnen. Gaven om te delen en te ontvangen collecten tafelgebed voorganger voorganger voorganger tafelgebed voorganger De Heer zal bij u zijn de Heer zal u bewaren verheft uw harten wij zijn met ons hart bij de Heer. laten wij danken de Heer, onze God. het past ons de Heer te danken. vervolg... die in dezelfde nacht, dat Hij is overgeleverd, het brood nam, het zegende en brak en zei: Dit is mijn lichaam voor U, doet dit tot mijn gedachtenis. En evenzo na de maaltijd, nadat hij de drinkbeker genomen en gedankt had: deze beker is het nieuwe verbond in mijn bloed; doet dit, zo dikwijls gij die drinkt, tot mijn gedachtenis.
23 gebed Want zo dikwijls gij dit brood eet en deze beker drinkt, verkondigt ge de dood des Heren, totdat Hij komt. Onze Vader Wij wensen elkaar de Vrede van Christus. delen van brood en wijn lied 643: 1, 2, 7 2 Diep in de donk re aarde ging t lichaam van onze Here om als het woord der opstanding levend terug te keren. 7 Zingt het de hoge hemel rond! t Woord aan de dood ontsprongen werd weer een kracht in onze mond, brandend met vuren tongen. zegen allen