GEBRUIKSAANWIJZING REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR. MicroMax. Art.nr. F21009201. IBC control Made in Sweden



Vergelijkbare documenten
IBC control. MicroMax750 GEBRUIKSAANWIJZING. Since EMC-schroefverbanden zijn optioneel REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR

IBC control. MicroMax180 GEBRUIKSAANWIJZING. Met instelbare boost-functie en drempelwaarde. Since EMC-schroefverbanden zijn optioneel

GEBRUIKSAANWIJZING REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR. VariMax100. Art.nr. F IBC control Made in Sweden

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR

AANSLUITINGS- VOORSCHRIFT

MONTAGEHANDLEIDING WINDBEVEILIGING EOLIS 2

Multi Purpose Converter 20A

Air Trade Centre NV, Hoogstraat 180, 1930 Zaventem, België

Installeren van de FOREST SHUTTLE AC

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

SAMENVATTING VAN DE HANDLEIDING VAN DE FREQUENTIEREGELAAR ECO VOOR TOEPASSINGEN MET VARIABEL KOPPEL

II PROGRAMMEERBARE STURING

GA-1 Alarmtoestel vetafscheider Installatie- en bedieningsinstructies

Technische handleiding Versie 01/11 SERVER-CONTROL

1. BESCHRIJVING. "-" aansluiting. power LED. ventilator "+" aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2.

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR

MGC OpenTherm regelaar

1. BESCHRIJVING. power LED. sigarettenplug. ON/OFF schakelaar. ventilator. AC uitgangsstopcontact. zekering 2. AANSLUITINGEN

GA-2 Alarmtoestel vetafscheider met twee sensoren Installatie- en bedieningsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. LB-management. Power DALI-taststuureenheid TW

ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27

Montage- en gebruiksaanwijzing

1. Fundamentele veiligheidsinstructies 4 2. Bedoeld gebruik 4

1. Funddamentele veiligheidsinstructies

Aanvulling op de technische handleiding MOVIFIT basic omkeerstarter MBS2RA

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

Elektra H GB... 9 NO

MOD-I-XP. Vooraanzicht. Kenmerken. MOD-I-XP_ _NL Technische wijzigingen voorbehouden Pagina 1 van 8. Modem voor externe gegevensoverdracht

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-1000 STEKKERDOOSSCHAKELAAR

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. Systeem DALI-Power-besturingseenheid inbouwbasiselement

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN

Gebruikershandleiding

1. Funddamentele veiligheidsinstructies

1. Fundamentele veiligheidsinstructies 4 2. Bedoeld gebruik 4

MONTAGE & INSTALL ATIE. MultifunctioneleBUVA. Ergo-Motion MFB. besturingsmodule

Technische handleiding Versie 11/11. PLC-INTERFACE (slave)

1. Fundamentele veiligheidsvoorschriften

F O R E S T S H U T T L E S / L

RF658RGY. Gebruiksaanwijzing

1. Fundamentele veiligheidsinstructies 3 2. Bedoeld gebruik 3

1. Fundamentele veiligheidsinstructies 3

1. Fundamentele veiligheidsvoorschriften

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi

Gebruikershandleiding

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid Universeel AC 230 V ~ Art. nr. 232 ME. Bedieningshandleiding

Sinthesi Deuropenermodule

Dohse Aquaristik GmbH & Co. KG

Calortrans CT3845(M) Handleiding.

URN 2. Gebruiksaanwijzing Netvoedingsapparaat URN 2

Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN

Gebruikershandleiding

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

Emotron M20 Asbelastingsmonitor

Handleiding AT1G Toegangscontrole Module. rev ver1

Bedieningshandleiding. Vloerverwarmingsthermostaat

HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000

Elektronische transformatoren Gebruiksaanwijzing

ALGEMENE MODULE SPECIFICATIES. Voedingsspanning module V DC (tussen klemmen 11 & 12)

Gebruikershandleiding

50 meter wireless phone line. User Manual

HQ-PURE150/12 (F) HQ-PURE150/24 (F) 150 WATT DC NAAR AC ZUIVERE SINUSGOLF INVERTER

Gebruikershandleiding

Handleiding. Pompsturing 1 pomp

SWF Krantechnik GmbH Postbox Mannheim Germany. Boehringer Straße Mannheim Germany

voorschrift Voor de installateur Interface 0-10 V --> ebus AAN DE INSTALLATEUR

Toetselement onder lang indrukken: het licht wordt met minimale lichtsterkte ingeschakeld.

Installatie- en bedieningsinstructie. Table Stand DS (2018/08) nl

Installatie-instructie

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AFR-060 FITTING-ONTVANGER

HANDLEIDING. Scheidingstransformatoren. Scheidingstransformator 7000 W 230V/32A Artikel nummer: ITR

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

Handleiding Electro - visapparaat

W & K LEVEL CONTROL SYSTEMS

ROGER Belgium SCHUIFHEK OPENER R30 TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN AFMETINGEN R30 MODELLEN R30/ R30/ R30/ R30/1209

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. LB-management. Draaidimmer Standaard led

AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR. 2x 3x

AT1G rev Toegangscontrole Module AT1G Handleiding. thinks outside the box!

PROGRAMMEERBARE STURING

Pompensturing 2 pompen

Microstap Stappenmotor Eindtrap HP5056

Technische Handleiding Versie 07/05. CompTrol Signal 1. Signaalkabel

Serie 7L - LED-lampen

Installatie instructies

Gumax Terrasverwarmer

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11

Wind, Sun & Rain Sensor Instructions

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

Intelligente Zonne-energie Regelaar Solar30

SBP /24. Gebruiksaanwijzing

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

Bedieningsmodule Type ABS CP

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

Beknopte handleiding alarmeringssysteem voor olieafscheiders type WGA 01

Lader van 5A. Loodzuuracculader Gebruiksaanwijzing

Draai de schroeven goed aan zodat u een optimale verbinding bekomt.

MATRIX STURING VOOR INDUCTIELUSSEN

Transcriptie:

GEBRUIKSAANWIJZING REGELEENHEID VOOR ROTERENDE WARMTEWISSELAAR MicroMax Art.nr. F21009201 IBC control Made in Sweden

INHOUDSOPGAVE Installatievoorschriften 2 Montage 2 Veiligheidsvoorschriften 3 Conformiteitsverklaring 4 Functiebeschrijving 5 Technische specificatie 6 Functies 6 - DIP-schakelaar 7 - Bedrijfsindicaties 7 - Alarm 8-9 - Instelling met de potentiometer 9 - Drukknop 9 Aansluitschema 10 Aansluitingen 10 Inspectie voordat de regeleenheid op voedingsspanning wordt aangesloten 11 Inbedrijfstelling van de uitrusting 11 EMC-installatie 12 EMC-wartel 12 Notities 13

INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN Waarschuwingsindicatie De regeleenheid mag alleen in perfecte technische staat worden gebruikt. Beschadigingen die de veiligheid in gevaar kunnen brengen, moeten onmiddellijk worden verholpen. Onderhoud/Reparatie Verwijdering en recycling De werking van de regeleenheid dient regelmatig te worden gecontroleerd. Storingzoekprocedures en reparatie mogen alleen door hiertoe opgeleid personeel worden verricht. Er dient onder alle omstandigheden aan de voorgeschreven veiligheid ten aanzien van de elektrische installatie te worden voldaan. Indien componenten moeten worden vervangen, of voor het geval de regeleenheid in zijn geheel moet worden vervangen, verzoeken wij u onderstaande raadgeving te volgen: Er dient te worden gestreefd naar een maximale recycling van de inbegrepen materialen, met behoud van een zo gering mogelijke invloed op het milieu.elektrische componenten of elektronica-afval mogen onder geen voorwaarde in het gewone huishoudafval worden weggegooid. Maak altijd gebruik van de hiertoe bedoelde recyclingcontainers. Zie erop toe dat de verwijdering, al naar gelang de techniek dit toelaat, op zo milieuvriendelijke wijze wordt uitgevoerd. MONTAGE Boutgat 5 ø Boutgat 5 ø 2

VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN In deze beschrijving zullen de hierna volgende symbolen en verwijzingen worden toegepast. Deze belangrijke instructies zijn van toepassing op de persoonlijke bescherming en technische veiligheid tijdens bedrijf. Veiligheidsvoorschrift, instructies die er toe dienen om het gevaar voor persoonlijk letsel te vermijden en om beschadiging aan de uitrusting te voorkomen. Levensgevaar! Elektrische componenten waar stroom op staat! N.B. Voordat de afdekking wordt verwijderd, moet eerst de voedingsspanning worden uitgeschakeld. Elektrische componenten of stekkers nooit aanraken zolang de voedingsspanning is ingeschakeld. Gevaar voor elektrische stoten met gevaar voor persoonlijk letsel of de dood als gevolg. Aangesloten aansluitblokken hebben nog steeds spanning, ook nadat de voedingsspanning is uitgeschakeld. 3

CONFORMITEITSVERKLARING De fabrikant Product Typeaanduiding Artikelnummer IBC control AB Brännerigatan 5 A, 263 37 Höganäs (Zweden) Regeleenheid voor roterende warmtewisselaar MicroMax F21009201 EG-richtlijnen die op dit product van toepassing zijn Een door de fabrikant verleende bevestiging dat het product overeenkomt met de in de EMC-RICHTLIJN 2004/108/EG vermelde eisen. Alle regeleenheden voldoen aan de in de EMC-richtlijn 2004/108/EG vermelde eisen, en ze zijn getest volgens de norm EN 61800-3:2004, uitstoot categorie C1 en immuniteit categorie C2. Alle regeleenheden voldoen aan de laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG norm EN 61800-5-1. Alle regeleenheden zijn bedoeld voor montage in omgevingen met vervuilingsgraadd 2 (pollution degree 2). Dit product komt tevens overeen met de RoHS-richtlijn 2011/65/EU. Höganäs 2015-11-01 IBC control AB Christer Persson Directeur 4

FUNCTIEBESCHRIJVING MicroMax maakt deel uit van een serie regeleenheden die zijn aangepast, inclusief de benodigde extra functies, voor optimale regeling van een roterende warmtewisselaar. Deze serie bestaat uit vier afmetingen, MicroMax, MicroMax180, MicroMax370 en MicroMax750. Alle regeleenheden drijven een 3-fasige asynchrone motor aan met bijhorende tandwielkast. De aanduiding op de regeleenheid komt overeen met het motorvermogen. Alle regeleenheden hebben een ingangssignaal van 0-10 V. MicroMax is bedoeld voor rotors tot 1500 mm met een rotorsnelheid van maximaal 12 omw/min. Indien het type rotor een hogere rotorsnelheid vergt (15-25 omw/min), moet de rotordiameter worden verminderd. Het toerental van de warmtewisselaar en zodoende ook het rendement wordt zodanig geregeld dat het toerental van de rotor evenredig is aan het ingangssignaal vanaf de regelcentrale. MicroMax heeft een vast ingestelde drempelwaarde van 0,1 V (hysterese 0,13-0,07 V). Indien het ingangssignaal lager is dan deze drempelwaarde, dan stopt de rotor. MicroMax heeft een rotatieschakelaar (magneet op de rotor met bijhorende magneetsensor) en een geïntegreerde schoonblaasfunctie. De functies kunnen worden uitgeschakeld met een DIP-schakelaar. MicroMax start automatisch na een stroomuitval, en na herstart worden alle alarmmeldingen gereset. Tijdens belasting dienen de motor en de regeleenheid niet te worden gescheiden. 5

TECHNISCHE SPECIFICATIE Voedingsspanning 1x230-240 V +/-15 % 50/60 Hz Overbelasting 1 min/30 min 1,3 A Ingaand max. vermogen 210 W Interne zekering **) 2 AT Ingangsstroom max. Inkomende zekering max. Uitgangsspanning *) 0,9 A 10 A 3x0-230 V Acceleratietijd Retardatietijd Omgevingstemperatuur, geen condensvorming (Vast) 30 sec. (Vast) 30 sec. -20 - +45 O C Min. frequentie (Vast) 4 Hz Veiligheidsklasse IP54 Max. frequentie 40-100 Hz Gewicht 0,9 kg Motorvermogen max. 90 W Afmetingen, HxBxD 158x164x60 mm Motorstroom max. 0,7 A *) Exacte waarde kan niet worden bereikt met een digitaal meetinstrument **) De zekering beveiligt zowel de motor als de elektronica DIP-schakelaar FUNCTIES DIP-schakelaar AAN naar links Bedrijfs-/alarmindicaties Bedrijfsindicaties Alarmindicaties 4 5 1 2 3 Instellingen Drukknop voor Reset 6

DIP-SCHAKELAAR Schoonblaasfunctie Rotatieschakelaar Hoog toerental *) Laag toerental *) Schoonblaasfunctie in de stand AAN. Wanneer de rotor gedurende 30 minuten stil heeft gestaan, zal de schoonblaasfunctie worden geactiveerd en draait de rotor gedurende 10 seconden op minimumsnelheid. De rotatieschakelaar in de stand AAN. Wanneer de schakelaar in de stand AAN staat, draait de rotor op het ingestelde maximum toerental. Na het testen dient u er op toe te zien dat de DIP-schakelaar in de stand UIT wordt gezet. Wanneer de schakelaar in de stand AAN staat, draait de rotor op het vast ingestelde minimum toerental. Na het testen dient u er op toe te zien dat de DIP-schakelaar in de stand UIT wordt gezet. *) Handmatig bedrijf (voor testdoeleinden) BEDRIJFSINDICATIES Aan/Alarm Bedrijf Rotatie "Spanningstoevoer aan" brandt met vast licht. Knippert wanneer de regeleenheid is geactiveerd. Brandt wanneer de motor moet draaien, d.w.z. wanneer het ingangssignaal hoger is dan de drempelwaarde. Knippert wanneer de magneet de magneetsensor passeert. Dit ongeacht de stand van de DIP-schakelaar "Rotatieschakelaar". Knippert ook wanneer het ingangssignaal lager is dan de ingestelde drempelwaarde. 7

ALARM Alle alarmmeldingen zijn blijvend. Rotatieschakelaar Alarmeert en reageert indien niet om de 5 minuten een puls wordt verkregen. Waarschijnlijke storingsoorzaak tijdens installatie - Magneet zit verkeerd om - Magneetsensor onjuist aangesloten, zie AANSLUITINGEN pagina 10 - Te grote speling tussen magneetsensor en magneet, max. 15 mm Waarschijnlijke storingsoorzaak tijdens bedrijf Motortemperatuur - Snaarbreuk - Snaar slipt - De rotor is vastgelopen - Defecte magneetsensor of magneet Alarmeert en reageert wanneer de temperatuur van de motorwikkeling te hoog is. De thermoschakelaar in de motor schakelt automatisch terug naar normale stand zodra de temperatuur is teruggelopen. Waarschijnlijke storingsoorzaak Overspanning Onderspanning Kortsluiting / Overstroom Zowel de diodes voor over- en onderspanning branden Zie onder "Overstroom" pagina 9. Alarmeert en reageert wanneer de aansluitspanning gedurende meer dan 4-5 seconden hoger is dan 276 V. Alarmeert en reageert wanneer de aansluitspanning gedurende meer dan 4-5 seconden lager is dan 195 V. Alarmeert en reageert bij kortsluiting fase-fase of fase-massa, en in geval van overstroom. Kortsluiting fase-fase De MicroMax beperkt de stroom bij 1,2 A en reageert daarna na 4-5 seconden. Waarschijnlijke storingsoorzaak - Storing motorwikkeling Meet de motorweerstand, dient gelijk op alle fases te zijn. - Kortsluiting tussen de fases in de kabel Vervolg volgende pagina 8

Vervolg vanaf voorgaande pagina Kortsluiting fase-massa (massastoring) MicroMax reageert direct. Waarschijnlijke storingsoorzaak - Massastoring in motor of kabel Voor een reset van de regeleenheid na een massastoring moet deze spanningsloos worden gemaakt. ------------------------------------------------------------------------------------------------------ Overstroom De MicroMax beperkt de stroom bij 1,2 A en reageert daarna na 4-5 seconden. Waarschijnlijke storingsoorzaak - De motor is te klein in verhouding tot de diameter van de rotor - De rotor loopt traag - Motor defect, bijvoorbeeld een defect lager Meet de stroom. ------------------------------------------------------------------------------------------------------ N.B. Exacte waarden voor spanning en stroom kunnen alleen met een draaispoelmeter worden gemeten. INSTELLING MET DE POTENTIOMETER Maximum toerental Potentiometer voor instelling van maximum toerental. Regelt tussen 40-100 Hz. Fabrieksinstelling van 50 Hz. DRUKKNOP Resetten Resetknop voor het resetten van de regeleenheid. De regeleenheid wordt ook gereset na een stroomonderbreking. In beide gevallen zullen alle alarmen worden gereset. 9

AANSLUITSCHEMA L N U V W T T 13 14 15 2 3 9 10 1 2 3 4 5 v br S 3~ 1x 230 V 3x230 V Thermoschakelaar M Alarmrelais (Max 8 A/250 V AC) + Ingangssignal 0-10 V Rotatieschakelaar AANSLUITINGEN De spanningstoevoer moet worden uitgeschakeld voordat werkzaamheden aan de uitrusting worden uitgevoerd. Het aanbevolen aanhaalmoment voor de aansluitblokken is 0,5 Nm, max. aanhaalmoment 0,8 Nm. Voedingsspanning (L-N-PE) Motor (U-V-W) Thermoschakelaar (T-T) Alarmrelais (13-14-15) Ingangssignaal (2-3) Rotatieschakelaar (9-10) 1x230-240 V +/-15 %, 50/60 Hz. N.B. De aarding moet altijd worden aangesloten. 3-fasige asynchrone motor voor 3x230 V (D-aansluiting). Max. 90 W. De draairichting wordt gewijzigd door twee van de fases te wisselen. Teneinde de uitrusting te beveiligen tegen oververhitting moet de thermoschakelaar in de motor worden gebruikt. Moet worden gebeugeld indien geen thermoschakelaar wordt aangesloten. Sluit tussen 14-15 in geval van een alarm of spanningsverlies. Max. 8 A resistieve belasting / 250 V AC. 0-10 V. Plus op aansluitblok 2 en min op aansluitblok 3 aansluiten. Witte kabel op aansluitblok 9 en bruine kabel op aansluitblok 10 aansluiten. De magneet moet met de zuidzijde (S) richting sensor worden gemonteerd. Max. speling 15 mm. 10

INSPECTIE VOORDAT DE REGELEENHEID OP VOEDINGSSPANNING WORDT AANGESLOTEN Controleer of de regeleenheid is aangesloten volgens de aanwijzingen op pagina 10. Voedingsspanning 230-240 V +/-15 %, 50/60 Hz. Controleer of Controleer of Controleer of de motor is aangesloten voor 3 x 230 V. Indien er tussen de regeleenheid en de motor een veiligheidsschakelaar wordt gebruikt, moet de thermoschakelaar van de motor worden aangesloten via de extra aansluiting in de veiligheidsschakelaar. het ingangssignaal 0-10 V bedraagt. de DIP-schakelaar voor de schoonblaasfunctie en de rotatieschakelaar in de stand AAN staat. INBEDRIJFSTELLING VAN DE UITRUSTING Dient in onderstaande volgorde te worden verricht. Controleer of Instelling van maximum toerental Controle van minimum toerental Controle van de schoonblaasfunctie Controle van de rotatieschakelaar Beëindig de controle door de motor de goede kant op draait in verhouding tot de draairichting van de rotor. Indien dit niet het geval is moeten twee van de fases naar de motor worden verwisseld. Zet de DIP-schakelaar voor "Hoog toerental" in de stand AAN. Stel het "Max toerental" zodanig in dat de rotor met 10-12 omw/min draait (of volgens aanwijzing van de fabrikant van de rotor). Na de test moet de DIP-schakelaar weer in de stand UIT worden gezet. Zet de DIP-schakelaar voor "Laag toerental" in de stand AAN. Controleer of de rotor start. Het minimum toerental is vast afgesteld. Na de test moet de DIP-schakelaar weer in de stand UIT worden gezet. Schakel de voedingsspanning uit. Zorg ervoor dat de DIP-schakelaar voor "Schoonblazen" in de stand AAN staat, en dat het ingangssignaal niet is aangesloten. Nadat de voedingsspanning wordt ingeschakeld draait de rotor op het minimum toerental gedurende 10 seconden. Ongeacht de stand van de DIP-schakelaar moet de gele lichtdiode "Rotatie" oplichten wanneer de magneet de magneetsensor passeert. de regeleenheid de rotor te laten regelen op max. en min. toerental en controleer of de snelheid van de rotor goed is. 11

EMC-INSTALLATIE Binnenkomende EKK 3G1,5 Niet afgeschermd Motorkabel Ölflex Classic 110 CY, /7G0,75 Afgeschermd Magneetsensor, LiYCY 2x0,34 Afgeschermd Ingangssignaal, LiYCY 2x0,34/0,5 Afgeschermd Voor afgeschermde kabel moet een EMC-wartel worden gebruikt. Bovenstaande kabels, of gelijkwaardig, moeten worden gebruikt om aan de EMC-richtlijn te voldoen. EMC-WARTEL N.B. Bij de aansluiting van de afscherming op de EMC-wartel is het van belang dat de aansluiting volgens bovenstaande aanwijzingen wordt verricht. 12

NOTITIES 13

F21009901NL Versie 2.0 2015-11-01 IBC control IBC control AB Brännerigatan 5 A 263 37 Höganäs Zweden Tel. +46 42 33 00 10 Telefax +46 42 33 03 75 www.ibccontrol.se info@ibccontrol.se