GEMEENTEBLAD. Nr Boomverordening Onderbanken

Vergelijkbare documenten
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 31 augustus 2010;

dat besloten is tot het verminderen van administratieve lasten van burgers; dat middels het instellen van een bomenlijst dit doel bereikt kan worden;

Bomenverordening Sliedrecht 2009

Verordening op het bewaren van houtopstanden

Gemeente Heerlen - Bomenverordening gemeente Heerlen college van burgemeester en wethouders.

Hoofdstuk 4 Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de Gemeente Haaren

gestreefd wordt naar vermindering en vereenvoudiging van regelgeving;

Verordening op het bewaren van houtopstand in de gemeente

Bomenverordening Verordening vastgesteld: In werking getreden:

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

dat voor het kappen/vellen van zieke en dode bomen vrijwel altijd vergunning wordt verleend;

Bomenverordening Giessenlanden 2014

CVDR. Nr. CVDR37753_1. Bomenverordening Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Gezien het voorstel van het college van de gemeente Albrandswaard met kenmerk , 29 november 2011;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 augustus 2010, nr. 85/10; b e s l u i t : BOMENVERORDENING OEGSTGEEST 2010

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 februari 2016, nr. 190;

P.86 BOMENVERORDENING Vastgesteld bij raadsbesluit van 9 juli 1996, nr Bekend gemaakt op 12 juli 1996.

Bomenverordening stadsdeel Oost/Watergraafsmeer Artikel 1 Begripsomschrijving

BOMENVERORDENING GEMEENTE HEERLEN Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder:

Wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Venray 2012

Bomenverordening gemeente Emmen 2011

GEMEENTEBLAD. Nr Bomenverordening 2016 Groene Kaart Model

BOMENVERORDENING GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

Wijzigingsverordening Algemene Plaatselijke Verordening Tynaarlo 2010 (Kapverordening 2014) B E S L U I T:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 25 mei 2004, nr.100/04; b e s l u i t : BOMENVERORDENING OEGSTGEEST 2004

Inhoudsopgave BOMENVERORDENING GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 september, 2015.

Concept. Bomenverordening 2011

Officiële naam regeling Bomenverordening Tilburg 2007 Citeertitel Bomenverordening Tilburg 2007

Bomenverordening Delft 2013

a. Voorziening Herplantplicht Bomen: een voorziening voor de uitbreiding en handhaving van in de gemeente bestaande houtopstanden;

artikel 2.2 eerste lid onder g van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 20 september 2016;

Raadsvoorstel 97 (RIS _15-SEPT-2010)

Bomenverordening gemeente Mill en Sint Hubert 2015

Voorstel tot wijziging Algemene Plaatselijke Verordening De Ronde Venen 2012

Verweerschrift naar aanleiding van de bezwaarschriften tegen de kapvergunning voor 21 beuken met kenmerk

GEMEENTE SCHERPENZEEL. Raadsvoorstel

Onderwerp Omgevingsverordening bijzondere bomen en -groene structuren Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein

Bijlage 3 Boombeleid Artikel 1 Begripsomschrijvingen

CVDR. Nr. CVDR87143_1. Bomenverordening gemeente Rijnwaarden

ARTIKEL 1: Begripsomschrijvingen In deze afdeling wordt verstaan onder:

Ontwerp Bomenverordening 2019

Zundertse Regelgeving

Raadsbesluit. De raad van de gemeente Hof van Twente; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; besluit:

BOMENVERORDENING 2012 BEUNINGEN

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht, de Boswet en de Gemeentewet;

BOSWET. Wet van 20 juli 1961 Stbl. 256/1961

Wijziging Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Bergen 2013

BOMENVERORDENING GEMEENTE DOETINCHEM 2015

medegedeeld aan Arrondissementsparket d.d. 19 oktober 2010

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken.

Gemeente Raalte Wijziging Algemene plaatselijke verordening

GEMEENTEBLAD. Nr Bomenverordening Stichtse Vecht besluit vast te stellen de BOMENVERORDENING STICHTSE VECHT 2015

MONUMENTENVERORDENING GEMEENTE HAARLEMMERMEER 2004

Raadsbesluit. BOMENVERORDENING Bussum De raad van de gemeente Bussum;

Bomenverordening 2014 voor heel Amsterdam?

Bomenverordening Stadsdeel Zuid 2012

Concept Bomenverordening Stadsdeel Zuid 2012

Gemeente Baarn - Bomenverordening Gemeente Baarn 2016

*Z014ED8858E* Verordening op de beplantingen Leiderdorp De volgende begripsbepalingen gelden:

Gemeente Zeist Bomenverordening Zeist gelezen het voorstel van het college van Burgemeester & Wethouders;

artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening De Bilt 2019 gewijzigd vast te stellen.

Bomenverordening gemeente Maasbree

Bomenverordening Gemeente Papendrecht 2017

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 4 juli 2017;

Gelezen het voorstel van de burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2006, nr.

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 16 januari 2004, nr ;

Bomenverordening mei Bomenverordening

Gemeente Tynaarlo - Wijzigingsverordening Algemene plaatselijke verordening Tynaarlo Kapverordening 2014 Gemeente Tynaarlo

MELDINGSFORMULIER HOOFDSTUK V LANDSCHAPSVERORDENING PROVINCIE UTRECHT 2011 (LSV), VELLEN VAN BOMEN

Raadsvoorstel. Onderwerp. Voorstel. Toelichting. Inleiding. Vergunning vellen houtopstanden

Vergunningstelsel voor het vellen van houtopstanden

Toelichting Bomenverordening 2012

gemeente 2 3 JULI 2012 HEEMSTEDE

Bomenverordening Diemen Nr.: 09-14a

~ennet. loklng power further. Verordening (APV) Geacht College,

2. Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen

Bomenverordening Haarlem

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 11 juli 2017;

Omgevingsvergunning gemeente Bronckhorst Behorende bij raadsvoorstel met nummer Z75100/ Raad-00083/9:

Bomenverordening Amsterdam Oud Zuid 2001

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Berkelland houdende regels omtrent bomen Bomenverordening 2019

Bomenverordening Haarlem

Nijverdal, 17 april gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 maart 2012;

GEMEENTEBLAD. Nr Bomenverordening gemeente Meierijstad

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 23 november 2010, Nr. SO/2010/482366;

Bescherming waardevolle houtopstanden gemeente Nieuwkoop betere bescherming met minder regels

Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Begripsbepalingen

Bomenverordening gemeente Landerd De raad van de gemeente Landerd;

gemeente Eindhoven Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Verordening bomen draagt bij aan de uitvoering van het Bomenbeleidsplan

Discussienota Kapvergunning. Onderdeel van project: Weg met de paarse krokodil!

Concept Bomenverordening Oost 2011

BOMENVERORDENING 2002 EN BOMENBELEID

MONUMENTENVERORDENING 2006

Uitvoeringsregels behorende bij: Hoofdstuk 4 Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de gemeente.

Overzicht wijzigingen ten opzichte van de Bomenverordening Vlaardingen 2005

Gemeente J Eergen op Zoom

Bomenverordening Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder:

Transcriptie:

GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Onderbanken. Nr. 4565 11 mei 2 Boomverordening Onderbanken Artikel 1: Begripsomschrijvingen 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. bebouwde kom: de bebouwde kom van de gemeente Onderbanken, vastgesteld ingevolge artikel 1, vijfde lid, van de Boswet (zie bijlage A: de Boswet); b. bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1., eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. c. boom: een houtachtig, opgaand gewas, zowel vitaal als afgestorven, met een dwarsdoorsnede van de stam van minimaal 2 centimeter op 1,3 meter boven het maaiveld. In geval van meerstammigheid geldt de dwarsdoorsnede van de dikste stam. De in het kader van een herplant- of instandhoudingsplicht aangeplante bomen met een dwarsdoorsnede kleiner dan 2 cm. vallen ook onder het begrip boom ; d. boomwaarde: de monetaire waarde van een boom zoals getaxeerd volgens de meest recente richtlijnen van de NVTB (Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen); e. college: College van burgemeester en wethouders van de gemeente Onderbanken; f. conifeer: kegeldragende naaldboom; g. hakhout: één of meer bomen of boomvormers, die na te zijn geveld, opnieuw op de stronk uitlopen; h. hoogstamfruitboom: vruchtboom die op niet aantoonbare, bedrijfseconomische wijze wordt geëxploiteerd én op een hoogte vanaf 1,5 meter vertakt; i. houtopstand: één of meer bomen, hakhout, een houtwal, hoogstamfruitbomen, een landschappelijk element, een grotere (lint)begroeiing van heesters en struiken, een beplanting van bosplantsoen en bijzondere hagen mits deze ouder zijn dan 5 jaar. Coniferen zijn uitgezonderd van houtopstand; j. knotten/kandelaberen: het tot op de oude snoeiplaats verwijderen van uitgelopen takhout bij knotbomen, gekandelaberde bomen of leibomen als periodiek noodzakelijk onderhoud; k. meidoornhaag: op een rij naast elkaar geplaatste meidoornstruiken met een lengte van meer dan 1 meter; l. monumentale boom: bijzondere beschermwaardige houtopstand met een relatief hoge leeftijd en met een bijzondere schoonheid- of zeldzaamheidswaarde, of een houtopstand met een bijzondere functie voor de omgeving; m. vellen: rooien of kappen; n. vruchtboom: boom die eetbare vruchten oplevert. 2. In deze verordening wordt onder vellen mede verstaan rooien, met inbegrip van verplanten, alsmede het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood of ernstige beschadiging of ontsiering van houtopstand ten gevolge kunnen hebben. Artikel 2: Kapverbod 1. Het is verboden om binnen de bebouwde kom, zoals aangegeven in artikel 1, lid 1 sub a van de verordening, zonder vergunning van het bevoegd gezag houtopstanden te vellen of te doen vellen. 2. Het is verboden om buiten de bebouwde kom, zoals aangegeven in artikel 1, lid 1 sub a van de verordening, zonder vergunning van het bevoegd gezag houtopstanden te vellen of te doen vellen indien het betreft: a. houtopstanden op erven en in tuinen; of b. houtopstanden die een zelfstandige eenheid vormen van minder dan 1 are (1 m2) of minder dan 21 bomen in rijbeplanting. 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor houtopstanden, indien het betreft: a. wegbeplantingen en éénrijige beplantingen op of langs landbouwgronden, beide voor zover bestaande uit populieren of wilgen, tenzij deze zijn geknot; b. vruchtbomen en windschermen om boomgaarden; c. kweekgoed; 4. Het is verboden zonder kennisgeving aan het college meidoornhagen te vellen tenzij die meidoornhagen krachtens de Plantenziektewet of krachtens een aanschrijving, of last van het college moet worden gerooid. 5. Houtopstanden binnen de bebouwde kom, aangelegd in het kader van Zorg voor natuur en landschap in de gemeente Onderbanken dienen na velling te worden gecompenseerd door beplanting van dezelfde kwaliteit als bij de aanleg van de houtopstand is gebruikt. Het betreft land- 1

schapselementen op percelen buiten de sfeer van erven en tuinen:- hoogstamfruitboomgaarden en heggen:- erfbeplantingen Artikel 3: Aanvraag vergunning 1. Onverminderd het bepaalde in of krachtens artikel 2.8, eerste lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, verstrekt de aanvrager in of bij de aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2 een verklaring waaruit de toestemming voor de aanvraag om vergunning blijkt van degene die krachtens zakelijk recht of publiekrechtelijke bevoegdheid, is gerechtigd om over de houtopstand te beschikken, voor zover de aanvrager dat niet zelf is. 2. Wanneer door of namens de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan het bevoegd gezag een afschrift is toegezonden van de ontvangstbevestiging als bedoeld in artikel 2 van de Boswet, beschouwt het bevoegd gezag dit afschrift mede als een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 2. Artikel 4: Weigeringgronden 1. Het bevoegd gezag kan de vergunning om te vellen in specifieke gevallen weigeren dan wel onder voorschriften verlenen. 2. Een vergunning wordt geweigerd als het belang van verlening niet opweegt tegen één of meer van de volgende waarden van behoud van de houtopstand: natuur- en milieuwaarden; landschappelijke waarden; cultuurhistorische waarden; waarden van stads- en dorpsschoon; waarden van recreatie en leefbaarheid; beeldbepalende waarden; boomwaarde. Voor de beoordeling van bovenstaande waarden wordt het in de bijlage B opgenomen sjabloon als hulpmiddel gebruikt. Ongeacht het voorgaande behouden burgemeester en wethouders zich het recht voor, om een kapvergunning te verlenen of te weigeren in specifieke gevallen. 3. Indien het bevoegd gezag de vergunning weigert of onder voorschriften verleent en dat motiveert met de boomwaarde, verwijst het college zoveel mogelijk naar gemeentelijke bestemmingsgroen-, bomen- of landschapsplannen. 4. De burgemeester kan toestemming geven tot het direct vellen, indien sprake is van grote gevaarzetting of vergelijkbaar spoedeisend belang. Artikel 5: Intrekken vergunning De vergunning als bedoeld in artikel 2 kan door het bevoegd gezag worden ingetrokken als hiervan niet binnen één jaar nadat deze onherroepelijk is geworden, volledig gebruik is gemaakt. In het geval de vergunning als bedoeld in artikel 2 betrekking heeft op meer dan één boom, kan deze door het bevoegd gezag worden ingetrokken na verloop van één jaar, ook als in fasen wordt geveld of één boom of enkele bomen al zijn geveld. Artikel 6: Bijzondere vergunningsvoorschriften 1. Het bevoegd gezag kan aan een vergunning als bedoeld in artikel 2 voorschriften verbinden. Tot deze voorschriften kan behoren het voorschrift dat binnen een bepaalde termijn overeenkomstig de door het bevoegd gezag te geven aanwijzingen moet worden herplant. 2. Wordt een voorschrift als bedoeld in het eerste lid gegeven, dan kan daarbij tevens worden bepaald binnen welke termijn niet geslaagde beplanting moet worden vervangen. 3. Indien de vergunningaanvrager een bedrijf of instelling is en er voldoende termen aanwezig zijn om overeenkomstig het bepaalde in lid 1 een herplantvoorschrift te verbinden aan de vergunning, doch uitvoering hiervan in ruimtelijke zin niet mogelijk is naar maatstaven van redelijkheid en onvoldoende compensatie biedt voor het vellen van de houtopstand, kan het bevoegd gezag aan de vergunning voorschriften verbinden. De vergunningaanvrager is alsdan een door het bevoegd gezag te bepalen vergoeding, gebaseerd op de boomwaarde, verschuldigd te storten in de groenreserve van de gemeente die wordt ingezet voor herplant. 4. Tot aan de vergunning te verbinden voorschriften kunnen aanwijzingen behoren ter bescherming van in en rond de houtopstand voorkomende flora en fauna. Artikel 7: Herplant-/instandhoudingplicht 1. Indien de houtopstand waarop het verbod tot vellen als bedoeld in deze verordening van toepassing is, zonder vergunning van het bevoegd gezag is geveld, dan wel op andere wijze teniet is gedaan, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de houtopstand bevond, dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen binnen een termijn van één jaar te herplanten overeenkomstig de door het bevoegd gezag te geven aanwijzingen. 2

2. De voorschriften en verplichtingen van dit artikel gelden ook voor bomen kleiner dan de in artikel 1 van deze verordening genoemde minimummaat. 3. Wordt een verplichting als bedoeld in het eerste lid opgelegd, dan kan daarbij door het bevoegd gezag tevens worden bepaald op welke wijze en binnen welke termijn niet-geslaagde beplanting moet worden vervangen. 4. Indien een houtopstand waarop het verbod als bedoeld in artikel 2 van toepassing is, in het voortbestaan ernstig wordt bedreigd kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de houtopstand bevindt dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om overeenkomstig de door het bevoegd gezag te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn voorzieningen te treffen, waardoor die bedreiging wordt weggenomen. Artikel 8: Schadevergoeding Het college beslist op een verzoek om schadevergoeding op grond van artikel 17 van de Boswet (zie bijlage A: Boswet). Artikel 9: Bestrijding van iepziekte en bacterievuur 1. Dit artikel verstaat onder: a. iepziekte: de aantasting van iepen door de schimmel Ophiostoma ulmi (Buism.) Nannf. (syneratocystis ulmi (Buism.) C. Moreau); b. iepenspintkever: het insect, in elk ontwikkelingsstadium, behorende tot de soorten Scolytus scolytus (F.) en Scolytus multistratus (Marsch) en scolytus pygmaeus. 3. a. het is verboden ongeschilde, gevelde iepen of delen daarvan voorhanden of in voorraad te hebben of te vervoeren; b. het verbod is niet van toepassing op geheel ontbast iepenhout of iepenhout met een doorsnede kleiner dan 4 centimeter; c. het college kan ontheffing verlenen van het onder a van dit lid gestelde verbod. 4. Dit artikel verstaat onder: bacterievuur: de aantasting door de bacterie Erwinia amylovora. 5. Indien zich op een terrein één of meerdere aangetaste bomen of struiken bevinden die naar het oordeel van het college gevaar opleveren voor de verspreiding van bacterievuur, is de rechthebbende indien hij daartoe door het college is aangeschreven, verplicht binnen de bij aanschrijven vast te stellen termijn: a. indien de aangetaste bomen en struiken in de grond staan deze te vellen dan wel te snoeien op een zodanige wijze dat verspreiding van de ziekte wordt voorkomen; b. de aangetaste bomen en struiken te vernietigen of zodanig te behandelen dat verspreiding van bacterievuur wordt voorkomen. 6. a. Het is verboden aangetaste bomen en struiken of delen daarvan voorhanden of in voorraad te hebben of te vervoeren; b. Het college kan ontheffing verlenen voor het onder a van dit lid gestelde verbod. 7. Het niet voldoen aan de in het tweede en vijfde lid bedoelde aanschrijving, biedt een basis voor de toepassing van bestuursdwang, waarbij de noodzakelijke werkzaamheden voor risico en voor rekening van aangeschrevene, door of namens de gemeente kunnen worden verricht. Artikel 1: Verhouding tussen kap- en bouw- of aanlegvergunning Het is verboden om voorwerpen en/of grond onder de kroonprojectie van bomen op te slaan, danwel in opslag te houden, al dan niet tijdelijk, op zodanige wijze dat de gesteldheid van die bomen kan verslechteren danwel dat die bomen kunnen worden beschadigd of kunnen afsterven. Artikel 11: Bescherming bomen 1. Het is verboden om openbare houtopstanden te beschadigen, bekladden, beplakken, snoeien of daaraan snoeiwerk te verrichten behoudens door boomverzorgers, ter uitoefening van de hun door of namens de eigenaar opgedragen boomverzorgende taak. 2. Het is verboden om een of meer voorwerpen in of aan een openbare houtopstand aan te brengen of anderszins te bevestigen, behoudens met ontheffing van het college. 3. De voorschriften en verplichtingen van dit artikel gelden ook voor bomen kleiner dan de in artikel 1 van deze verordening genoemde minimummaat. Artikel 12: Uitzicht belemmerende beplanting 1. De rechthebbende op een boom, heg, struik of andere beplanting welke aan het wegverkeer het vrije uitzicht belemmert of daarvoor naar het oordeel van het college op andere wijze hinder of 3

gevaar kan opleveren, is verplicht deze beplanting te snoeien, op te binden of te verwijderen na aanschrijving door het college en binnen een door hen te stellen termijn en overeenkomstig zijn aanwijzingen. 2. Het niet voldoen aan de in het eerste lid bedoelde aanschrijving biedt een basis voor de toepassing van bestuurlijke sancties als bedoeld in de artikelen 5:21 tot en met 5:54 van de Algemene wet bestuursrecht, waarbij de noodzakelijke werkzaamheden voor risico en rekening van aangeschrevene, eventueel door of namens het college kunnen worden verricht. Artikel 13: Strafbepaling 1. Degene aan wie een voorschrift als bedoeld in artikel 4, eerste of derde lid, of in artikel 6 is gegeven of een verplichting als bedoeld in artikel 7 is opgelegd, alsmede diens rechtsopvolger, is gehouden dienovereenkomstig te handelen. 2. Degene die handelt in strijd met artikel 2 lid 3, artikel 1 of artikel 11, lid 1 of lid 2, danwel een voorschrift onderscheidenlijk een verplichting als bedoeld in het eerste lid van dit artikel niet nakomt, kan worden gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie. Tevens kan een rechterlijke veroordeling op grond van dit artikel openbaar worden gemaakt. Bij de strafmaatbepaling kan rekening worden gehouden met de boomwaarde. Artikel 14: Opsporing 1. Met het toezicht op de naleving van de in deze verordening strafbaar gestelde feiten zijn behalve de ambtenaren, genoemd in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering, ook de daartoe bij besluit van het bevoegd gezag aangewezen ambtenaren belast. 2. Met het toezicht op de uitvoering en de handhaving van het bepaalde bij deze verordening zijn behalve de ambtenaren, genoemd in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering, ook de daartoe bij besluit van het bevoegd gezag aangewezen ambtenaren belast. 3. De krachtens het bepaalde in de leden 1 en 2 aangewezen ambtenaren zijn bevoegd, zo dikwijls de zorg voor de naleving van enig voorschrift van deze verordening dit vereist, met medeneming van de benodigde apparatuur, een woning te betreden zonder toestemming van de bewoner. Artikel : Betreden terreinen Zo dikwijls de zorg voor de naleving van enig voorschrift van deze verordening dit vereist, wordt hierbij aan hen die met de zorg voor de naleving daarvan zijn belast of daaraan moeten meewerken, de last verstrekt terreinen te betreden, desnoods tegen de wil van de rechthebbende. Indien er een risico bestaat dan wel redelijkerwijs te verwachten is dat er besmetting van dieren of gewassen kan plaats vinden door betreding van het erf, treedt dit artikel terug. Artikel 18: Overgangsbepaling De kapvergunningaanvragen, die zijn ingediend voor de in artikel 19 genoemde datum van inwerkingtreding, vallen onder de verordening die van kracht was voorafgaande aan deze verordening. Artikel 19: Slotbepaling 1. Deze verordening kan worden aangehaald als Boomverordening Onderbanken. 2. Deze verordening is in werking getreden per 8 april 27. 3. Gelijktijdig vervalt daarmee Afdeling 5, het bewaren houtopstanden, van de Algemene Plaatselijke Verordening. 4. Deze Boomverordening is herzien bij besluit van 1 oktober 21. 5. Deze Boomverordening is herzien bij besluit van 3 april 2 4

bijlage A de Boswet 5

Tekst: afkomstig uit Boswet Artikel 1, vijfde lid. De gemeenteraad stelt bij besluit vast welke voor de toepassing van deze wet de grenzen van de bebouwde kom of kommen der gemeente zijn. Dit besluit behoeft de goedkeuring van Gedeputeerde Staten. De goedkeuring kan worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Gedeputeerde Staten kunnen voor een door hen te bepalen termijn van deze verplichting ontheffing verlenen. Het ontwerp van het door de gemeenteraad te nemen besluit ligt gedurende dertig dagen ter gemeentesecretarie voor een ieder ter inzage. De burgemeester maakt de nederlegging tevoren in de Staatscourant, in één of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente verspreid worden, en voorts op de gebruikelijke wijze bekend. Artikel 17, juncto artikel 13 vierde lid van de Boswet. Artikel 17 Indien de gebruiker of eigenaar van een houtopstand tengevolge van een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening genomen besluit, houdende een verbod tot vellen van een houtopstand of een weigering tot ontheffing van een verbod tot vellen van een houtopstand, schade lijdt, welke redelijkerwijs niet of niet geheel voor zijn rekening behoort te blijven, kennen de in de provinciale, onderscheidenlijk de gemeentelijke verordening aangewezen organen hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding uit de provinciale, onderscheidenlijk de gemeentekas toe. Artikel 13 1. Onze minister van onderwijs, cultuur en wetenschap en van landbouw, natuur en voedselkwaliteit kunnen ter bewaring van natuur- en landschapsschoon het vellen en doen vellen, anders dan bij wijze van dunning, van bossen en andere houtopstanden telkens voor ten hoogste vijf jaar verbieden. 2. De bekendmaking van een besluit houdende een verbod als bedoeld in het eerste lid, geschiedt door toezending of uitreiking aan de gebruiker van de grond waarop de houtopstand zich bevindt en, indien deze niet de eigenaar van de grond is, tevens aan deze laatste. Van dit besluit wordt mededeling gedaan in de Staatscourant. 3. een verbod als bedoeld in het eerste lid kan niet worden opgelegd in het geval, omschreven in artikel 5, eerste lid. 4. Indien de in het tweede lid bedoelde gebruiker of eigenaar tengevolge van een verbod, als bedoeld in het eerste lid, schade lijdt, welke redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven, kennen Onze in het eerste lid genoemde ministers hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding uit s Lands kas toe. 6

Bijlage B onderverdeling per waarderingskenmerk 7

Bij een totaal van 35 punten of minder mag de boom worden gekapt. A. Onderverdeling groenstructuur: A.1 staat in de hoofdstructuur A.2 staat in de nevenstructuur A.3 staat niet in groenstructuur punten 2 1 B. B.1 B.2 Dorpsschoonwaarden/Onvervangbaar: boom is onvervangbaar boom is te vervangen C. C.1 C.2 C.3 C.4 Esthetisch: boom is esthetisch waardevol en goed te zien vanaf openbaar terrein boom is esthetisch waardevol en nauwelijks te zien van openbaar terrein 1 boom is esthetisch waardevol en niet te zien vanaf openbaar terrein boom is esthetisch niet waardevol 5 D. D.1 D.2 Cultuurhistorisch: boom is cultuurhistorisch waardevol boom is cultuurhistorisch niet waardevol 1 E. E.1 E.2 E.3 Ecologisch: boom heeft grote ecologische waarde boom heeft geringe ecologische waarde boom heeft geen bijzondere ecologische waarde 1 F. F.1 F.2 F.3 F.4 F.5 F.6 F.7 Dendrologisch: boom is genetisch zeer waardevol boom komt in omgeving niet of nauwelijks voor boom is in de directe omgeving uitzonderlijk groot boom is zeer zeldzaam vlgs. de nederlandse dendrologie boom is vrij zeldzaam vlgs. de nederlandse dendrologie boom is algemeen vlgs. de nederlandse dendrologie boom is zeer algemeen vlgs. de nederlandse dendrologie 1 5 G. G.1 G.2 H Educatief: boom is educatief waardevol boom is niet educatief waardevol Recreatie en leefbaarheid: H.1 boom heeft grote waarde voor recreatie en leefbaarheid H.2 boom heeft geringe waarde voor recreatie en leefbaarheid H.3 boom heeft geen waarde voor recreatie en leefbaarheid 1 1 Toelichting waarderingskenmerken A. Groenstructuur: De boom maakt als element onderdeel uit van de architectonische hoofd- of nevenstructuur in het groen. Deze groenstructuur wordt aangegeven in het gemeentelijk beleid of een bestemmings-, bomen-, groen-, of landschapsplan. B. Dorpsschoonwaarden/Onvervangbaar: Is de boom te vervangen? Kan een ander exemplaar op deze plaats of in zijn directe omgeving de functie overnemen, of vervalt bij het wegvallen van de boom ook de groeiplaats voor een nieuwe boom? C. Esthetisch: De vorm en de omvang in relatie tot de standplaats zijn de criteria waarop de esthetische waarde (de schoonheid van de boom) wordt bepaald. Omdat dit een subjectieve benadering is, zal de onderhavige boom in vergelijking met andere bomen meer dan gemiddeld moeten scoren om het predikaat esthetisch waardevol te krijgen. Voorbeelden zijn bomen met een aantrekkelijke bloei, een bijzondere groeiwijze of mooie vruchtdracht. D. Cultuurhistorisch: Een boom is cultuurhistorisch waardevol als deze een rol van betekenis speelt in de geschiedenis van zijn omgeving. Te denken valt hier aan bomen die herinneren aan gebeurtenissen of bomen die een bepaald punt markeren, zoals een herdenkingsboom, markeringsboom, kruis- / kapelboom of een vormboom(leilinden, gekandelaberde bomen), dan wel deel uitmakend van oude(cultuurhistorische) lanen of hoogstamboomgaarden. E. Ecologisch: In feite is bijna iedere boom ecologisch interessant. Een boom is echter ecologisch waardevol als deze extra s toevoegt in het ecosysteem en of deel uitmaakt van de E.H.S. zoals deze is vertaald in het Landschapsbeleidsplan. Als een dergelijke boom wegvalt dan zijn er directe 8

gevolgen voor de naaste omgeving. Voorbeelden zijn nestelplaatsen voor zeldzame vogels, slaapplaats voor vleermuizen en overige schuilplaatsen voor dieren. F. Dendrologisch: Een boom is dendrologisch waardevol als de soort in Nederland zeldzaam of zeer zeldzaam is, volgens de meest recente versie Nederlandse Dendrologie van dr. B.K. Boom. G. Educatief: Een boom is educatief waardevol als hij in het opvoedkundige proces een rol speelt; de boom is onderwijskundig van belang. H. Recreatie en leefbaarheid: Hierbij wordt gedacht aan buitengewone bomen die algemeen gewaardeerd worden vanwege hun schaduw of bomen die een buitengewone dempende werking hebben op hinderlijke (monotone) geluiden van verkeer of industrie. Ook de boomtechnisch lelijke of scheve boom die echter om zijn karakteristieke vorm wordt gewaardeerd, als herkenningspunt in een park dient of een speelplek voor de jeugd accent geeft, is extra beschermingswaardig. 9