WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS



Vergelijkbare documenten
WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden.

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 2. Entrent en vigueur le 1 er janvier 2007 :

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

36930 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE SERVICES DU PREMIER MINISTRE DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER

49188 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

21396 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

7172 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN FINANCIEN MINISTERE DES FINANCES

76142 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

22306 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden.

Formeel advies van de Planningscommissie Medisch aanbod. Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 8. Le présent arrêté entre en vigueur le 1 er septembre 2014.

33662 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages

MINISTERE DES FINANCES MINISTERIE VAN FINANCIEN

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

62112 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

36152 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

65372 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

64360 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

77220 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

87378 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE

40816 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

46434 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

30548 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 3 MONITEUR BELGE SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE

57936 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

EINDBESLISSING (B) CDC-1231

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

16002 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS

EINDBESLISSING (B) CDC-1251

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN

80806 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE. Percentage betrekkingen toe te wijzen. Pourcentage d emplois à attribuer

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

45462 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

4732 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

47398 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

42250 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

78116 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N Numéro tél. gratuit :

Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, De Brusselse Hoofdstedelijke Regering,

EINDBESLISSING (B) CDC-1272

EINDBESLISSING (B) CDC-1478

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

550 MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

Transcriptie:

BELGISCH STAATSBLAD 23.08.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE 37193 WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN N. 2002 2932 [C 2002/11314] 16 JULI 2002. Koninklijk besluit betreffende de instelling van mechanismen voor de bevordering van elektriciteit opgewekt uit hernieuwbare energiebronnen II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. MINISTERE DES AFFAIRES ECONOMIQUES F. 2002 2932 [C 2002/11314] 16 JUILLET 2002. Arrêté royal relatif à l établissement de mécanismes visant la promotion de l électricité produite à partir des sources d énergie renouvelables II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, inzonderheid op artikel 7; Vu la loi du 29 avril 1999 relative à l organisation du marché de l électricité, notamment l article 7; Gelet op het overleg met de Gewestregeringen van 20 november 2001; Vu la concertation avec les gouvernements des Régions tenue le 20 novembre 2001; Gelet op het advies van de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas van 28 juni 2001; Vu l avis de la Commission de Régulation de l Electricité et du gaz du 28 juin 2001; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 27 november 2001; Vu l avis de l Inspecteur des Finances du 27 novembre 2001; Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 2 mei 2002, bij toepassing van artikel 84, eerste lid, 1 van de gecoordineerde wetten op de Raad van State; Vu l avis du Conseil d Etat; donné le 2 mai 2002 en application de l article 84, alinéa 1 er, 1, des lois coordonnées sur le Conseil d Etat; Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer en van Onze Staatssecretaris voor Energie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. Definities en toepassingsgebied Artikel 1. 1. De definities bepaald in artikel 2 van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, hierna «de wet» genoemd, zijn van toepassing op onderhavig besluit. 2. Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder : 1 «groene stroom» : elektriciteit geproduceerd met aanwending van hernieuwbare energiebronnen; 2 «keuringsinstelling» : instelling erkend door de minister overeenkomstig artikel 3; 3 «certificaat van oorsprongsgarantie» : het document dat de oorsprongsgarantie van groene stroom aantoont overeenkomstig artikel 4 van dit besluit; 4 «groenestroomcertificaat» : een immaterieel goed dat aantoont dat een producent een aangegeven hoeveelheid groene stroom heeft opgewekt binnen een bepaalde tijdsduur; 5 «databank» : de databank bedoeld in artikel 13 van dit besluit, gecentraliseerd en beheerd door de commissie, die de toegekende groenestroomcertificaten evenals de erin opgenomen gegevens verzamelt; 6 «decreten en ordonnantie elektriciteit» : het geheel gevormd door het decreet van 17 juli 2000 van het Vlaams Parlement houdende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, het decreet van 12 april 2001 van de Waalse Raad betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt en de ordonnantie van 19 juli 2001 van de Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Sur la proposition de Notre Vice-Première Ministre et Ministre de la Mobilité et des Transports et de Notre Secrétaire d Etat à l Energie et de l avis de Nos Ministres qui en ont délibéré en Conseil, Nous avons arrêté et arrêtons : CHAPITRE I er. Définitions et champ d application Article 1 er. 1 er. Les définitions contenues dans l article 2 de la loi du 29 avril 1999 relative à l organisation du marché de l électricité, dénommée ci-après «la loi», s appliquent au présent arrêté. 2. Pour l application du présent arrêté, il faut entendre par : 1 «électricité verte» : l électricité produite à partir de sources d énergie renouvelables; 2 «organisme de contrôle» : organisme agréé par le ministre conformément à l article 3; 3 «certificat de garantie d origine» : le document attestant la garantie d origine de l électricité verte conformément à l article 4 du présent arrêté; 4 «certificat vert» : bien immatériel attestant qu un producteur a produit une quantité déterminée d électricité verte, au cours d un intervalle de temps déterminé; 5 «banque de données»: la banque de données visée à l article 13 du présent arrêté, centralisée et gérée par la commission, reprenant les certificats verts émis ainsi que les données reprises sur ces certificats; 6 «décrets et ordonnance électricité»: l ensemble formé par le décret du 17 juillet 2000 du Parlement flamand relatif à l organisation du marché de l électricité, le décret du 12 avril 2001 du Parlement wallon relatif à l organisation du marché régional de l électricité et l ordonnance du 19 juillet 2001 du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale relative à l organisation du marché de l électricité en Région de Bruxelles-Capitale.

37194 BELGISCH STAATSBLAD 23.08.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE Art. 2. In uitvoering van artikel 7 van de wet bedoeld om maatregelen vast te stellen voor een tegen een minimumprijs verzekerde afzet op de markt, van een minimumvolume elektriciteit geproduceerd met aanwending van hernieuwbare energiebronnen, worden de volgende maatregelen ingevoerd : 1 een procedure voor de toekenning van certificaten van oorsprongsgarantie voor productie-installaties van groene stroom geproduceerd overeenkomstig artikel 6 van de wet; 2 een procedure voor het toekennen en afleveren van groenestroomcertificaten voor elektriciteit geproduceerd door de houders van domeinconcessies bedoeld in artikel 6 van de wet; 3 de bepaling van minimumprijzen voor de productie van groene stroom. HOOFDSTUK II. Bijzondere bepalingen betreffende de toekenning van groenestroomcertificaten voor elektriciteit geproduceerd door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet Afdeling I. Erkenning van de Keuringsinstellingen Art. 3. 1. Om erkend te worden dient een keuringsinstelling aan de volgende voorwaarden te voldoen : 1 beschikken over de rechtspersoonlijkheid en onafhankelijk zijn van elke producent, tussenpersoon of elektriciteitsleverancier; 2 geaccrediteerd zijn op basis van de criteria van de NBN EN45004 -norm voor de activiteiten voorzien in dit besluit, overeenkomstig het accreditatiesysteem ingesteld in toepassing van de wet van 20 juli 1990 betreffende de accreditatie van certificatie- en keuringsinstellingen alsmede van beproevingslaboratoria, of door een gelijkwaardig accreditatiesysteem ingesteld in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte. 3 zich ertoe verbinden verslagen, opgemaakt in het kader van de bezoeken gebracht aan de productie-installaties van groene stroom die betrekking hebben op het certificaat van oorsprongsgarantie, aan de minister en aan de commissie over te maken. 2. De aanvraag tot erkenning wordt ingediend bij de minister en vergezeld van de nodige bewijsstukken. Deze kent de erkenning toe of weigert ze na onderzoek van de aanvraag en na advies van de commissie. De erkenning wordt toegekend voor een hernieuwbare periode van drie jaar. 3. De intrekking van de erkenning wordt door de minister beslist : 1 wanneer de keuringsinstelling niet meer voldoet aan de voorwaarden voor erkenning bepaald in 1 van dit artikel; 2 wanneer de keuringsinstelling het onderwerp uitmaakt van een intrekking van haar accreditatie; 3 wanneer herhaaldelijke fouten zijn vastgesteld bij de uitoefening van haar opdrachten. De beslissing van intrekking wordt gemotiveerd. Zij wordt pas genomen nadat de instelling behoorlijk door de minister of zijn afgevaardigde werd opgeroepen. 4 : De keuringsinstelling is belast met het afleveren van het certificaat van oorsprongsgarantie en het uitoefenen van een periodieke controle, minstens jaarlijks, op de conformiteit van de gegevens opgenomen in de oorsprongsgarantie. Afdeling II. Oorsprongsgarantie van groene stroom geproduceerd door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet Art. 4. 1 Een productie-installatie van elektriciteit zoals bedoeld in artikel 6 van de wet zal enkel beschouwd worden als productieinstallatie van groene stroom indien haar een certificaat van oorsprongsgarantie, afgeleverd door een erkende keuringsinstelling, toegekend werd. 2. Het certificaat van oorsprongsgarantie toont aan dat de effectief geproduceerde elektriciteit groene stroom is en dat de geproduceerde hoeveelheid berekend wordt volgens de geldende meetnormen. Het vermeldt minstens het volgende : de bron(nen) met aanwending van dewelke de elektriciteit geproduceerd wordt; de technologie gebruikt voor de productie; de technologie gebruikt voor de berekening van de productie; Art. 2. En application de l article 7 de la loi visant à prendre des mesures en vue d assurer l écoulement sur le marché, à un prix minimal, d un volume minimal d électricité produite à partir de sources d énergie renouvelables, les mesures suivantes sont introduites : 1 une procédure d octroi de certificats de garantie d origine pour les installations de production d électricité verte produite en conformité avec l article 6 de la loi; 2 une procédure d octroi et de délivrance des certificats verts pour l électricité produite par les titulaires de concessions domaniales visées à l article 6 de la loi; 3 l établissement de prix minima pour la production d électricité verte. CHAPITRE II. Dispositions particulières relatives à l octroi de certificats verts pour l électricité produite à partir des installations visées à l article 6 de la loi Section I re. Agrément des Organismes de contrôle Art. 3. 1 er. Pour être agréé, un organisme de contrôle doit remplir les conditions suivantes : 1 disposer de la personnalité juridique et être indépendant de tous producteurs, intermédiaires ou fournisseurs d électricité; 2 être accrédité sur base des critères de la norme NBN EN45004 pour les activités prévues dans le présent arrêté, conformément au système d accréditation mis en place en exécution de la loi du 20 juillet 1990 concernant l accréditation des organismes de certification et de contrôle, ainsi que des laboratoires d essais ou par un système d accréditation équivalent établi dans un pays membre de l Espace économique européen; 3 s engager à transmettre au ministre et à la commission les rapports réalisés suite aux visites des installations de production d électricité verte relatives au certificat de garantie d origine. 2. La demande d agrément est introduite auprès du ministre, accompagnée des pièces justificatives y afférentes. Celui-ci accorde ou refuse l agrément à l issue de l examen de la demande, et après avis de la commission. L agrément est délivré pour une période renouvelable de trois ans. 3. Le retrait d agrément est décidé par le ministre : 1 lorsque l organisme de contrôle ne satisfait plus aux conditions d agrément fixéesau 1 er du présent article; 2 lorsque l organisme de contrôle fait l objet d un retrait de son accréditation; 3 lorsque des erreurs répétées sont constatées dans l exercice de ses missions. La décision de retrait est motivée. Elle n est prise qu après que l organisme ait été dûment convoqué par le ministre ou son délégué. 4. L organisme de contrôle est chargé de délivrer le certificat de garantie d origine et d exercer un contrôle périodique, au minimum annuel, sur la conformité des données de la garantie d origine. Section II. Garantie d origine de l électricité verte produite à partir des installations visées à l article 6 de la loi Art. 4. 1 er. Une installation de production d électricité visée à l article 6 de la loi ne sera considérée comme installation de production d électricité verte que si un certificat de garantie d origine délivré par un organisme de contrôle agréé lui a été attribué. 2. Le certificat de garantie d origine atteste que l électricité effectivement produite est de l électricité verte et que la quantité produite est calculée selon les normes de mesures en vigueur. Il mentionne au moins : la ou les sources à partir desquelles l électricité est produite; la technologie utilisée pour la production; la technologie utilisée pour comptabiliser la production;

BELGISCH STAATSBLAD 23.08.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE 37195 het netto-ontwikkelbaar vermogen van de installatie; eventuele tegemoetkomingen of subsidies toegekend voor de constructie of de werking van de productie-installatie, of voor elektriciteitsproductie door deze productie-installatie; de voorziene datum van indiensttreding van de installatie; de productieplaats. Art. 5. Elke aanvraag voor een certificaat van oorsprongsgarantie wordt geadresseerd aan een behoorlijk erkende instelling overeenkomstig artikel 3 van dit besluit. In geval van wijziging van de meetinstrumenten of van elk element opgenomen in het certificaat van oorsprongsgarantie, meldt de houder van het certificaat dit aan een erkende keuringsinstelling binnen de vijftien dagen. Deze laatste zal, in voorkomend geval, een nieuw certificaat opmaken. Art. 6. De commissie kan ten allen tijde van een erkende keuringsinstelling vereisen dat zij een controle verricht en nagaat of de elementen opgenomen in het certificaat van oorsprongsgarantie met de werkelijkheid overeenstemmen. Zoniet wordt het certificaat van oorsprongsgarantie ingetrokken. Afdeling III. Voorwaarden voor het toekennen van groenestroomcertificaten opgewekt door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet la puissance nette développable de l installation de production; les aides et subsides éventuels octroyés pour la construction ou le fonctionnement de l installation de production, ou pour la production d électricité par cette installation; la date de mise en service projetée de l installation; le lieu de production. Art. 5. Toute demande de certificat de garantie d origine est adressée à un organisme dûment agréé conformément à l article 3 du présent arrêté. En cas de modification des instruments de mesures ou de tout élément repris dans le certificat de garantie d origine, le titulaire de ce certificat en informe, dans les quinze jours, un organisme de contrôle agréé. Ce dernier procède, le cas échéant, à l élaboration d un nouveau certificat. Art. 6. A tout moment, la commission peut requérir d un organisme de contrôle agréé qu il procède à un contrôle et examine si les éléments repris dans le certificat de garantie d origine correspondent à la réalité. Dans le cas contraire, le certificat de garantie d origine est retiré. Section III. Conditions d octroi des certificats verts pour l électricité verte produite à partir des installations visées à l article 6 de la loi Art. 7. 1. Groenestroomcertificaten worden door de commissie toegekend aan producenten die houder zijn van een concessie bedoeld in artikel 6 van de wet evenals van een certificaat van oorsprongsgarantie bedoeld in artikel 4 van dit besluit. 2. De groenestroomcertificaten worden toegekend op basis van zowel de nettoproductie van groene stroom verbruikt door de producent als de netto productie van groene stroom geleverd aan het transmissie- of distributienet, of overgebracht door middel van directe lijnen, gemeten vóór eventuele transformatie. De netto-elektriciteit is de geproduceerde elektriciteit verminderd met de elektriciteit verbruikt door de functionele installaties van de productie-installatie. De netbeheerder registreert de productie van groene stroom op basis van de meetbare gegevens die hem maandelijks ter beschikking zijn gesteld door de producent. De producent van groene stroom moet deze productie meten door middel van een elektriciteitsmeter afgescheiden van de rest van de installatie. Maandelijks maakt de netbeheerder deze meetgegevens per productiesite over aan de commissie. 3. Een groenestroomcertificaat wordt afgeleverd voor een hoeveelheid geproduceerde groene stroom die overeenkomt met één MWh. 4. Als een hoeveelheid van minder dan één MWh overblijft, mogen de overblijvende kwh worden overgedragen naar het volgende kwartaal, bepaald overeenkomstig artikel 11 van dit besluit. Afdeling IV. Procedure voor het toekennen van certificaten voor groene stroom opgewekt door de installaties bedoeld in artikel 6 van de wet Art. 7. 1 er. Des certificats verts sont attribués par la commission aux producteurs qui sont titulaires d une concession visée à l article 6 de la loi et d une garantie d origine visée à l article 4 du présent arrêté. 2. Les certificats verts sont octroyés sur base tant de la production nette d électricité verte consommée par le producteur que de la production nette d électricité verte fournie au réseau de transport ou de distribution, ou transmise au moyen de lignes directes, mesurée avant transformation éventuelle. L électricité nette est l électricité produite, diminuée de l électricité requise par les équipements fonctionnels de l installation de production. Le gestionnaire du réseau enregistre la production d électricité verte sur base des données mesurables mises à sa disposition mensuellement par le producteur. Le producteur d électricité verte doit mesurer cette production au moyen d un compteur d électricité séparé du reste de l installation. Le gestionnaire du réseau transmet mensuellement ces données métrées par site de production à la commission. 3. Un certificat vert est délivré pour une quantité d éléctricité verte produite correspondant à un MWh. 4. En cas de tranche résiduelle inférieure à un MWh, les kwh restants peuvent être reportés au trimestre suivant, déterminés conformément à l article 11 du présent arrêté. Section IV. Procédure d octroi des certificats verts pour l électricité verte produite à partir des installations visées à l article 6 de la loi Art. 8. Een aanvraag voor toekenning van groenestroomcertificaten wordt gericht aan de commissie. Deze aanvraag gebeurt door middel van een formulier opgesteld door de commissie en volgens de door haar bepaalde modaliteiten. De aanvrager voegt bij dit formulier een door de officieel erkende instelling voor eensluidend verklaarde kopie van het certificaat van oorsprongsgarantie dat hem werd toegekend overeenkomstig artikel 4 van dit besluit. Art. 8. Une demande d octroi de certificats verts est adressée à la commission. Cette demande s effectue au moyen d un formulaire établi par la commission et selon les modalités fixées par celle-ci. Le demandeur joint à ce formulaire une copie certifiée conforme par l organisme officiellement agréé du certificat de garantie d origine qui lui a été attribué conformément à l article 4 du présent arrêté. Art. 9. De commissie gaat na of het aanvraagformulier correct en volledig is ingevuld. Indien zij vaststelt dat de aanvraag onvolledig is informeert zij de aanvrager hiervan binnen een termijn van maximum vijftien dagen na ontvangst van het aanvraagformulier. Zij preciseert waarom het formulier onvolledig is en stelt een termijn vast van maximum drie weken waarbinnen de aanvrager verzocht wordt zijn aanvraag te vervolledigen. Art. 9. La commission vérifie si le formulaire de demande est correctement et complètement rempli. Si elle constate que la demande est incomplète, elle en avise le demandeur dans un délai maximal de quinze jours à dater de la réception de la demande. Elle précise en quoi le formulaire est incomplet et fixe un délai, qui ne peut excéder trois semaines, endéans lequel le demandeur est invité à compléter sa demande.

37196 BELGISCH STAATSBLAD 23.08.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE Art. 10. Binnen een termijn van één maand na ontvangst van het correcte en volledige formulier, gaat de commissie na of de aanvrager aan de voorwaarden voor toekenning van groenestroomcertificaten beantwoordt en maakt zij haar beslissing aan hem bekend. De commissie is verplicht de aanvrager die haar daarom verzoekt te verhoren. Art. 10. Dans un délai d un mois à dater de la réception du formulaire correct et complet, la commission vérifie si le demandeur répond aux conditions d octroi des certificats verts et lui notifie sa décision. La commission est tenue d entendre le demandeur qui en fait la requête. Art. 11. De groenestroomcertificaten worden minstens één keer per kwartaal, in gedematerialiseerde vorm, toegekend door de commissie, na aanvaarding van de aanvraag. De commissie verstuurt, minstens één keer per kwartaal, een document met het aantal groenestroomcertificaten, de code van de oorsprongsgarantie en de productieperiode aan de houder van de domeinconcessie bedoeld in artikel 6 van de wet die de oorsprongsgarantie bezit. De informatie vermeld op de groenestroomcertificaten wordt bijgehouden en beheerd door de commissie in de databank bedoeld in artikel 13 van dit besluit. Elke houder van een groenestroomcertificaat deelt aan de commissie elke wijziging mee van de in het aanvraagformulier voor groenestroomcertificaten opgenomen gegevens, binnen de vijftien dagen, en ten laatste vóór de volgende toekenning van groenestroomcertificaten. Art. 11. Les certificats verts sont octroyés par la commission, sous forme dématérialisée, au moins une fois par trimestre, après acceptation de la demande. La commission envoie au titulaire de la concession domaniale visée à l article 6 de la loi ayant la garantie d origine, au moins une fois par trimestre, un document reprenant le nombre de certificats verts, le code de la garantie d origine et la période de production. Les renseignements mentionnés sur les certificats verts octroyés sont conservés et administrés par la commission dans la banque de données visée à l article 13 du présent arrêté. Chaque titulaire de certificat vert communique à la commission, dans les quinze jours, toute modification des données reprises dans le formulaire de demande de certificats verts et au plus tard avant le prochain octroi de certificats verts. Art. 12. Wanneer de commissie vaststelt dat de voorwaarden voor toekenning van groenestroomcertificaten overeenkomstig artikel 7 van dit besluit niet langer vervuld zijn, informeert zij hiervan de houder van de domeinconcessie, bedoeld in artikel 6 van de wet, die de oorsprongsgarantie bezit. De commissie moet de aanvrager die haar daarom verzoekt, verhoren. De commissie beslist in voorkomend geval om geen groenestroomcertificaten meer toe te kennen voor deze installatie. Art. 12. Lorsque la commission constate que les conditions d attribution des certificats verts visées à l article 7 du présent arrêté ne sont plus remplies, elle en informe le titulaire de la concession domaniale visée à l article 6 de la loi ayant la garantie d origine. La commission est tenue d entendre le demandeur qui en fait la requête. La commission décide, le cas échéant, de ne plus délivrer de certificats verts pour cette installation. Art. 13. 1. De echtheid van groenestroomcertificaten wordt gewaarborgd door de registratie in een databank gecentraliseerd en beheerd door de commissie. De databank bevat voor elk groenestroomcertificaat de volgende gegevens : identificatiegegevens van de houder van de domeinconcessie bedoeld in artikel 6 van de wet die de oorsprongsgarantie bezit; productieplaats; productietechnologie en gebruikte energiebronnen; netto-ontwikkelbaar vermogen van de installatie; datum van inwerkingstelling van de installatie; eventuele tegemoetkomingen of subsidies toegekend voor de constructie of de werking van de productie-installatie, of voor elektriciteitsproductie door deze productie-installatie; jaar en maand van toekenning van het groenestroomcertificaat; identificatiegegevens van de houder van het groenestroomcertificaat; registratienummer van de transactie; verkoopprijs van het groenestroomcertficaat. 2. De databank bedoeld in 1 bevat het register van alle afgeleverde groenestroomcertificaten. Groenestroomcertificaten gelden voor een periode van 5 jaar te rekenen vanaf de datum van hun aflevering. Na die periode wordt de geldigheid van het groenestroomcertificaat automatisch opgeheven en wordt het uit de databank verwijderd. Art. 13. 1 er. L authenticité des certificats verts est garantie par l enregistrement dans une banque de données centralisée et gérée par la commission. La banque de données reprend pour chaque certificat vert les mentions suivantes : coordonnées du titulaire de la concession domaniale visée à l article 6 de la loi ayant la garantie d origine; lieu de production; technologie de production et sources d énergie utilisées; puissance nette développable de l installation; date de mise en service de l installation; aides et subsides éventuels octroyés pour la construction ou le fonctionnement de l installation de production, ou pour la production d électricité par cette installation; année et mois d octroi du certificat vert; coordonnées du titulaire du certificat vert; numéro d enregistrement de la transaction; prix de vente du certificat vert. 2. La banque de données visée au 1 er contient le registre de tous les certificats verts délivrés. Les certificats verts sont valables pendant une durée de 5 ans à partir de la date de leur délivrance. Après cette période, la validité du certificat vert est automatiquement levée et ce certificat est supprimé de la banque de données.

BELGISCH STAATSBLAD 23.08.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE 37197 HOOFDSTUK III. Maatregelen bedoeld voor een verzekerde afzet op de markt, tegen een minimumprijs, van een minimumvolume elektriciteit geproduceerd met aanwending van hernieuwbare energiebronnen Afdeling I. Minimumprijzen Art. 14. 1. Om de afzet van een minimaal volume groene stroom tegen een minimale prijs, op de markt te verzekeren, wordt een systeem van minimumprijzen voorzien volgens onderstaande voorwaarden. De netbeheerder is verplicht, in het kader van zijn taak van openbare dienst, certificaten die zijn afgeleverd krachtens dit besluit, de decreten en de ordonnantie elektriciteit, aan te kopen van de producent die hierom verzocht, aan een minimale prijs bepaald in functie van de gebruikte productie-technologie, namelijk : CHAPITRE III. Mesures visant à assurer l écoulement sur le marché, à un prix minimal, d un volume minimal d électricité produite à partir de sources d énergie renouvelables Section I re. Prix minima Art. 14. 1 er. En vue d assurer l écoulement sur le marché d un volume minimal d électricité verte, un système de prix minima de rachat est établi selon les conditions qui suivent. Le gestionnaire du réseau, dans le cadre de sa mission de service public, a l obligation d acheter au producteur d électricité verte qui en fait la demande, les certificats verts octroyés en vertu du présent arrêté ainsi que des décrets et ordonnance électricité, à un prix minimal fixé, selon la technologie de production, à : - off-shore windenergie : 90 S/MWh - énergie éolienne off-shore : 90 S/MWh - on-shore windenergie : 50 S/MWh - énergie éolienne on-shore : 50 S/MWh - waterkracht : 50 S/MWh - énergie hydraulique : 50 S/MWh - zonne-energie : 150 S/MWh - énergie solaire : 150 S/MWh - andere hernieuwbare energiebronnen (waaronder biomassa) : 20 S/MWh - autres sources d énergie renouvelables (dont biomasse) : 20 S/MWh Deze aankoopverplichting begint bij de inwerkingstelling van de productie-installatie voor een periode van tien jaar. 2. De netbeheerder moet op regelmatige tijdstippen deze certificaten op de markt brengen om de kosten verbonden aan deze verplichting te recupereren. De commissie zorgt voor de transparantie en de regulariteit van de verkoop van deze certificaten door de netbeheerder. Het netto saldo dat ontstaat uit het verschil tussen de aankoopprijs van het groenestroomcertificaat betaald door de netbeheerder en de verkoopprijs van dit certificaat op de markt, wordt gefinancierd door middel van een heffing op de tarieven bedoeld in artikel 12 van de wet. Bovenvemelde heffing wordt uitgedrukt in Scent per kwh, geïnjecteerd op het net, uitgezonderd de doorvoer van elektriciteit. Het bedrag van deze heffing wordt, na advies van de commissie, door de Koning vastgesteld, en jaarlijks herzien. De lijst van aangekochte en verkochte groenestroomcertificaten wordt één keer per maand door de netbeheerder aan de commissie meegedeeld. De commissie controleert de verplichtingen van de netbeheerder die uit dit besluit voortvloeien. Afdeling II. Slot- en overgangsbepalingen Art. 15. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2003. Art. 16. De minister wordt belast met de uitvoering van dit besluit. Art. 17. Dit besluit moet bij wet bekrachtigd worden binnen de zes maanden na zijn inwerkingtreding. Gegeven te Brussel, 16 juli 2002. Van Koningswege : De Vice Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT De Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, O. DELEUZE Cette obligation d achat prend cours à la mise en service de l installation de production, pour une période de dix ans. 2. Le gestionnaire du réseau doit offrir ces certificats au marché à intervalles réguliers afin de récupérer les coûts de prise en charge de cette obligation. La commission veille à la transparence et à la régularité des ventes de ces certificats par le gestionnaire du réseau. Le solde net, qui résulte de la différence entre le prix d achat du certificat vert par le gestionnaire du réseau et le prix de vente de ce certificat vert sur le marché, est financé au moyen d une surcharge sur les tarifs visés à l article 12 de la loi. La surcharge précitée est exprimée en Scent par kwh, injectée sur le réseau, hormis le transit d électricité. Le montant de cette surcharge est arrêté par le Roi, après avis de la commission, et revu chaque année. Le gestionnaire du réseau communique une fois par mois à la commission la liste des certificats verts achetés et vendus. La commission contrôle les obligations du gestionnaire du réseau qui découlent du présent arrêté. Section II. Dispositions finales et transitoires Art. 15. Le présent arrêté entre en vigueur le 1 er juillet 2003. Art. 16. Le ministre est chargé de l exécution du présent arrêté. Art. 17. Le présent arrêté doit être confirmé par la loi dans les six mois de son entrée en vigueur. Donné àbruxelles, le 16 juillet 2002. Par le Roi : La Vice-Première Ministre et Ministre de la Mobilité et des Transports, Mme I. DURANT Le Secrétaire d Etat à l Energie et au Développement durable, O. DELEUZE * MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR N. 2002 2933 [C 2002/14201] 15 JULI 2002. Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Leuven en de gemeente Holsbeek van algemeen nut wordt verklaard II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 23 juli 1926 houdende oprichting van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, inzonderheid op artikel 1bis, vervangen door de wet van 21 maart 1991; MINISTERE DES COMMUNICATIONS ET DE L INFRASTRUCTURE F. 2002 2933 [C 2002/14201] 15 JUILLET 2002. Arrêté royal déclarant d utilité publique la prise de possession immédiate de certaines parcelles situées sur le territoire de la ville de Louvain et la commune d Holsbeek II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 23 juillet 1926 créant la Société nationale des Chemins de Fer belges, notamment l article 1 er bis, remplacé par la loi du 21 mars 1991;

37198 BELGISCH STAATSBLAD 23.08.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE Gelet op de wet van 26 juli 1962 gewijzigd bij de wet van 7 juli 1978 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid op artikel 5; Vu la loi du 26 juillet 1962, modifiée par la loi du 7 juillet 1978 relative aux expropriations pour cause d utilité publique et aux concessions en vue de la construction des autoroutes, notamment l article 5; Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid op artikel 10, 2,2 ; Vu la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques, notamment l article 10, 2, 2 ; Gelet op het meerjarig investeringsplan 2001-2012 van de NMBS gehecht aan de wet van 22 maart 2002 houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 11 oktober 2001 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; Vu le plan d investissement pluriannuel 2001-2012 de la SNCB annexé à la loi du 22 mars 2002 portant assentiment à l accord de coopération du 11 octobre 2001 entre l Etat fédéral, les Régions flamande, wallonne et de Bruxelles-Capitale; Overwegende dat de aanleg van een verbindingsbocht tussen de spoorlijn 35 en de spoorlijn 36 ten noordoosten van Leuven nodig is teneinde een rechtstreekse spoorverbinding te bekomen tussen Brussel en Hasselt; Considérant que l établissement d une courbe de raccordement entre la ligne 35 et la ligne 36 au nord-est de Louvain est nécessaire afin d obtenir une liaison ferroviaire directe entre Bruxelles et Hasselt; Overwegende dat een rechtstreekse spoorverbinding een gunstig gevolg heeft voor de reistijd tussen de stations op de lijn 35 en Brussel; Considérant qu une liaison ferroviaire directe a un effet favorable en ce qui concerne le temps de parcours entre les gares, situées sur la ligne 35 et Bruxelles; Overwegende dat een snelle IC-verbinding over de verbindingsbocht te Leuven de bediening van de Luchthaven Brussel-Nationaal ten goede komt; Considérant qu une liaison IC-rapide, par la courbe de raccordement à Louvain, est avantageuse pour la desserte de l Aéroport de Bruxelles- National; Overwegende dat de inbezitneming van de op de plannen nrs. L35/2-104.8 en L35/2-105.8 aangeduide percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Leuven (Wilsele en Kessel-Lo) en de gemeente Holsbeek nodig is voor de aanleg van bewuste verbindingsbocht; Considérant que la prise de possession des parcelles, mentionnées aux plans n L35/2-104.8 en L35/2-105.8 et situées sur le territoire de la ville de Louvain (Wilsele et Kessel-Lo) et la commune d Holsbeek est nécessaire pour l établissement de cette courbe de raccordement; Overwegende dat het technisch aangewezen is deze verbindingsbocht te realiseren tegelijkertijd met de werken op de spoorlijn 36 waar voor het ogenblik de verbinding tussen Brussel en Leuven op vier sporen wordt gebracht; Considérant que d un point de vue technique il est indiqué de réaliser cette courbe de raccordement simultanément aux travaux sur la ligne 36 où, actuellement, la liaison entre Bruxelles et Louvain est portée à quatre voies; Overwegende dat wegens de vooropstaande duurtijd van de vereiste werkzaamheden derhalve de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde percelen ten algemene nutte onontbeerlijk is; Considérant que, compte tenu des délais exigés pour les travaux, la prise de possession immédiate, pour cause d utilité publique, des parcelles en question, est indispensable; Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Het algemeen nut vordert voor de aanleg van een verbindingsbocht tussen de spoorlijn 35 en de spoorlijn 36, de onmiddellijke inbezitneming van de percelen gelegen op het grondgebied van de stad Leuven en de gemeente Holsbeek en opgenomen in de plannen nrs. L35/2-104.8 en L35/2-105.8, gevoegd bij dit besluit. Art. 2. Bij gebrek aan afstand in der minne, worden de voor de werken benodigde en op voormelde plannen aangewezen percelen ingenomen en bezet overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid artikel 5. Art. 3. Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel 15 juli 2002. Sur la proposition de Notre Ministre de la Mobilité et des Transports, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1 er. L utilité publique exige pour l établissement d une courbe de raccordement entre la ligne 35 et la ligne 36, la prise de possession immédiate des parcelles, situées sur le territoire de la ville de Louvain et la commune d Holsbeek et reprises aux plans n os L35/2-104.8 et L35/2-105.8, annexés au présent arrêté. Art. 2. Les parcelles indiquées aux plans ci-dessus visés et nécessaires à l exécution des travaux en question seront, à défaut de cession amiable, emprise et occupée conformément aux dispositions de la loi du 26 juillet 1962 relative aux expropriations pour cause d utilité publique et aux concessions en vue de la construction des autoroutes, et plus spécialement à l article 5. Art. 3. Notre Ministre de la Mobilité et des Transports est chargée de l exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 15 juillet 2002. Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT Par le Roi : La Ministre de la Mobilité et des Transports, Mme I. DURANT