COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD

Vergelijkbare documenten
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Ontwerp VERORDENING (EG) NR. /2001 VAN DE COMMISSIE

Ontwerp. VERORDENING (EG) Nr. /2008 VAN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Ontwerp. VERORDENING (EG) Nr. /2005 VAN DE COMMISSIE

L 296/22 Publicatieblad van de Europese Unie

EUROPESE CENTRALE BANK

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213,

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Publicatieblad van de Europese Unie L 294/5

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

COMMISSE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft:

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

Statistisch Product. Geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Fiche 1: Verordening betreffende geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen en tot intrekking van Verordening (EG) nr.

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de analyse van en de samenwerking inzake valse euromunten

Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD inzake geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen /* COM/94/674DEF - CNS 95/0009 */

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 december 2002 (OR. en) 14052/2/02 REV 2 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD)

Publicatieblad van de Europese Unie L 337/1. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Publicatieblad van de Europese Unie L 5/3

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 8 december 2008 (OR. fr) 16242/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0058 (C S) LIMITE FISC 171

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 maart 2002 (13.03) (OR. fr) 7122/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0056 (ACC) PECOS 68 PECHE 61

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

Publicatieblad van de Europese Unie L 97/3

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE BANK

A8-0313/ Voorstel voor een verordening (COM(2014)0724 C8-0283/ /0346(COD)) AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT *

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213,

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE 97/0155 (COD) PE-CO S 3608/99 C4-0172/99 ECO 106 UD 43 CODEC 147

Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad inzake korte termijn statistieken /* COM/97/0313 def. - CNS 97/0171 */

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

UITVOERINGSBESLUIT (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Statistisch Product. Residentiële vastgoedprijsindex

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

DE EUROPESE TOEZICHTHOUDER VOOR GEGEVENSBESCHERMING

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 juni 2012 (12.06) (OR. en) 11197/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0145 (COD)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Richtsnoeren Samenwerking tussen autoriteiten die zijn onderworpen aan de artikelen 17 en 23 van Verordening (EU) nr. 909/2014

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 maart 2006 (29.03) (OR. en) 7813/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0037 (CNS)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

-...,..>. a... (do? de Commissie ingediend)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en)

VERORDENING (EG) Nr. 1893/2006 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. van 20 december 2006

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 september 2001 (25.09) (OR. fr) 12015/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0206 (ACC) M 28 PECHE 177

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/9 VAN DE COMMISSIE

Roberto Gualtieri Harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (COM(2017)0329 C8-0192/ /0134(COD))

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Transcriptie:

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 22.07.1999 COM(1999) 377 def. 99/0164 (CNB) Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD houdende gedetailleerde regels voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad wat de minimumnormen voor de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende producten in het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen betreft (door de Commissie ingediend)

TOELICHTING 1. Ingevolge artikel 5, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad publiceerde Eurostat op 7 maart 1997 de eerste reeks geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (GICP's). GICP's zijn ontworpen om internationale vergelijkingen van de inflatie van de consumptieprijzen mogelijk te maken. Zij vormen de grondslag voor het indexcijfer van de consumptieprijzen voor de Monetaire Unie (MUICP), dat onder meer door de Europese Centrale Bank wordt gebruikt om de inflatie in de Economische en Monetaire Unie te kunnen volgen en de convergentie van de inflatie te kunnen beoordelen. 2. In het kader van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad heeft de Commissie tot dusverre vier gedetailleerde verordeningen goedgekeurd met specifieke uitvoeringsmaatregelen voor de productie van het GICP. De eerste, Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie inzake initiële uitvoeringsmaatregelen, bestrijkt zes technische gebieden: initiële dekking, onlangs belangrijk geworden goederen en diensten, elementaire aggregaten, alsmede minimumnormen voor aanpassingen wegens kwaliteitswijziging, voor steekproeven en voorprijzen. De tweede, Verordening (EG) nr. 2214/96 van de Commissie, betreft het GICP en de subindexcijfers daarvan die naar Eurostat gezonden en door deze verspreid worden. De derde, Verordening (EG) nr. 2454/97 van de Commissie, geeft minimumnormen voor de kwaliteit van GICP-wegingen en de vierde, Verordening (EG) nr. 2646/98, minimumnormen voor de behandeling van tarieven in het GICP. Ook is in het raam van bovengenoemde kaderverordening van de Raad Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie ten aanzien van de dekking tweemaal gewijzigd bij uitvoeringsverordeningen van de Raad. Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad breidt de goederen- en dienstendekking uit, terwijl Verordening (EG) nr. 1688/98 van de Raad de dekking, geografisch en wat de populatie betreft, uitbreidt en bovendien de uiteindelijke definitie van "monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens" bevat. 3. Ingevolge Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad, en meer in het bijzonder ingevolge artikel 3 en bijlage Ia, moet de dekking voor de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming in december 1999 worden uitgebreid, waarna deze uitgebreide dekking in werking moet treden met ingang van het indexcijfer van januari 2000. Bovendien moeten de methoden voor de opneming worden gespecificeerd volgens de procedure van artikel 14 van de kaderverordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad. Het tijdschema voor de opneming van diensten van ziekenhuizen, van diensten op het gebied van de sociale bescherming die thuis worden verleend, en van bejaardentehuizen en tehuizen voor mensen met een handicap moet volgens dezelfde procedure worden gespecificeerd. 2

4. In de voorgestelde verordening van de Raad worden de methoden voor de opneming van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten vastgesteld, m.a.w. hoe deze producten in het GICP moeten worden behandeld, alsmede het tijdschema voor opneming wat bovengenoemde uitzonderingen betreft. 5. In het voorstel wordt bevestigd dat het bij de aankoopprijzen van de tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten die in het GICP moeten worden gebruikt, in overeenstemming met de vaste normen( 1 ) en het ESR 1995 moet gaan om de bedragen die de consumenten moeten betalen na aftrek van vergoedingen. De betrokken GICPsubindexcijfers moeten worden berekend aan de hand van een formule die in overeenstemming is met de formule van het Laspeyres-type die ook voor andere subindexcijfers wordt gebruikt, d.w.z. zij moeten de prijswijziging weergeven op basis van de veranderde uitgaven voor handhaving van het consumptiepatroon van de huishoudens en de samenstelling van de consumentenpopulatie in de basis- of de referentieperiode. 6. In deze ontwerp-verordening wordt in overeenstemming met het Laspeyresprincipe en de betreffende bepalingen van Verordening (EG) nr. 2646/98 van de Commissie over tariefprijzen ook meer specifiek voorgesteld wijzigingen in de aankoopprijzen die het gevolg zijn van veranderingen in de regels aan de hand waarvan ze worden vastgesteld, in het GICP als prijswijzigingen aan te geven en wijzigingen in de aankoopprijzen die het gevolg zijn van veranderingen in het inkomen van de inkopers in het GICP ook als prijswijzigingen aan te geven. 7. Uit de voorgestelde verordening blijkt evenwel duidelijk dat de lidstaten gedurende een overgangsperiode procedures kunnen gebruiken die afwijken van die welke hierboven zijn beschreven, op voorwaarde dat zij de Commissie (Eurostat) een beschrijving van de gekozen procedures verschaffen voordat ze worden gebruikt. De lidstaten moeten Eurostat op diens verzoek voldoende informatie verstrekken om de uitvoering van deze procedures te kunnen beoordelen. Eurostat is voornemens het resultaat van deze beoordeling te verwerken in het verslag dat de Commissie ingevolge artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1688/98 van de Raad bij de Raad moet indienen. 8. De bepalingen van deze verordening moeten door de lidstaten in december 1999 ten uitvoer worden gelegd, waarna ze vanaf het indexcijfer voor januari 2000 in werking treden, met uitzondering van onderstaande bepalingen, die in december 2000 ten uitvoer moeten worden gelegd, waarna ze vanaf het indexcijfer voor januari 2001 in werking treden: a) diensten van ziekenhuizen (COICOP/GICP 06.3); b) diensten op het gebied van de sociale bescherming die thuis worden verleend, zoals schoonmaken van het huis, maaltijden, vervoer van personen met een handicap (deel van COICOP/GICP 12.4.0); c) bejaardentehuizen, tehuizen voor personen met een handicap (deel van COICOP/GICP 12.4.0). ( 1 ) Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad. 3

9. Wat de vaststelling en de behandeling van de prijzen betreft (art. 4 van het voorstel), vond de stemming in de werkgroep plaats na een bespreking van de relatieve voordelen van elk van de alternatieven die waren uitgewerkt door de task force over de "behandeling van de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming in het GICP" en door de werkgroep zelf. 10. De werkgroep en haar task forces hebben drie jaar lang in talrijke vergaderingen vele uren besteed aan de behandeling van prijzen in de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming. Alle opties werden tijdens de vergadering van de werkgroep van maart uitgebreid besproken. Het onderhavige voorstel leek echter het enige dat de steun van de meerderheid zou kunnen halen. Bijna alle leden van de GICP-werkgroep, met inbegrip van de belangrijkste gebruikers, DG II en de ECB( 2 ), stemden in met het voorstel. ( 2 ) Formeel is de ECB evenwel nog niet om advies gevraagd. 4

Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD houdende gedetailleerde regels voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad wat de minimumnormen voor de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende producten in het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen betreft (Voor de EER relevante tekst) DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad van 23 oktober 1995 inzake geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen( 3 ), inzonderheid op artikel 4 en artikel 5, lid 3, Gezien het voorstel van de Commissie, Na raadpleging van de Europese Centrale Bank( 4 ), (1) Overwegende dat ingevolge artikel 5, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 2494/95 iedere lidstaat verplicht is een geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen (GICP) vast te stellen, te beginnen met dat voor januari 1997; (2) Overwegende dat in Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie( 5 ), zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1687/98( 6 ) en (EG) nr. 1688/98 van de Raad( 7 ) de dekking voor het GICP wordt gedefinieerd als de goederen en diensten die deel uitmaken van de monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens; dat tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten deel uitmaken van de GICP-dekking; dat de uitgaven van in institutionele huishoudens wonende personen ook deel uitmaken van de monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens; ( 3 ) PB L 257 van 27.10.1995, blz. 1. ( 4 ) Advies uitgebracht op ( 5 ) PB L 229 van 10.9.1996, blz. 3. ( 6 ) PB L 214 van 31.7.1998, blz. 12. ( 7 ) PB L 214 van 31.7.1998, blz. 23. 5

(3) Overwegende dat ingevolge Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie, inzonderheid ingevolge artikel 3 en bijlage Ia, in december 1999 een uitgebreide dekking van de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming ten uitvoer moet worden gelegd, die in werking moet treden vanaf het indexcijfer voor januari 2000, waarbij de methodologische aspecten van de opneming moeten worden gespecificeerd overeenkomstig de procedure van artikel 14 van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad; dat het tijdschema voor de opneming van diensten van ziekenhuizen, van diensten op het gebied van de sociale bescherming die thuis worden verleend en van bejaardentehuizen en tehuizen voor personen met een handicap overeenkomstig dezelfde procedure moet worden vastgesteld; (4) Overwegende dat er veel ruimte is voor procedurele verschillen in de behandeling in het GICP van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten; dat er een geharmoniseerde methodiek voor dergelijke goederen en diensten nodig is om ervoor te zorgen dat de op basis hiervan berekende GICP's voldoen aan het in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 2494/95 genoemde vergelijkbaarheidsvereiste; (5) Overwegende dat de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten in overeenstemming is met de in het Europees systeem van rekeningen (ESR) 1995( 8 ) neergelegde definities; (6) Overwegende dat het Comité statistisch programma niet binnen de door de voorzitter gestelde termijn advies heeft uitgebracht; dat een voorstel voor de beoogde maatregelen in overeenstemming met artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2494/95 door de Commissie zonder uitstel aan de Raad moet worden voorgelegd, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Doel Deze verordening heeft ten doel minimumnormen voor de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten in de geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (GICP's) vast te stellen, teneinde ervoor te zorgen dat zij betrouwbaar en relevant zijn en voldoen aan het vergelijkbaarheidsvereiste van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 2494/95. ( 8 ) Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad (PB L 310 van 13.10.1996). 6

Artikel 2 Definitie 1. Vergoedingen heeft betrekking op betalingen aan huishoudens door overheidsinstellingen, wettelijke-socialeverzekeringsinstellingen en instellingen zonder winstoogmerk (IZW's) ten behoeve van huishoudens, die rechtstreeks voortvloeien uit aankopen van individueel gespecificeerde goederen en diensten die in eerste instantie door de huishoudens zijn betaald. 2. Uitkeringen van verzekeringsinstellingen, met uitzondering van wettelijkesocialeverzekeringsinstellingen, aan huishoudens zijn geen vergoedingen. 3. Andere volledige of gedeeltelijke betalingen aan huishoudens door overheidsinstellingen, wettelijke-socialeverzekeringsinstellingen of IZW's ten behoeve van huishoudens, in de vorm van een ondersteuning ter vermindering van de huishouduitgaven, zoals huursubsidie of betalingen ingeval van ziekte, handicap, de zorg voor oudere familieleden of studiebeurzen voor studenten, worden beschouwd als sociale uitkeringen in geld. Zij worden behandeld als inkomensoverdrachten aan huishoudens en zijn geen vergoedingen. Artikel 3 Dekking 1. Tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten die deel uitmaken van de monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens vallen onder het GICP en worden ingedeeld overeenkomstig de COICOP/GICP zoals vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2214/96 van de Commissie van 20 november 1996 inzake geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen: indiening en verspreiding van subindexcijfers van het GICP( 9 ). 2. Alle verstrekkers van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten, zoals overheidsinstellingen, particuliere instellingen, IZW's ten behoeve van huishoudens of als zelfstandige werkzame particulieren, worden door het GICP bestreken, ongeacht hun rechtspositie. Individuele personen of groepen individuele personen die goederen en niet-financiële diensten produceren die uitsluitend voor eigen finaal gebruik bestemd zijn, blijven derhalve buiten beschouwing. 3. In overeenstemming met de COICOP/GICP omvat Onderwijs (afdeling 10) uitsluitend onderwijsdiensten. Indien een all-inprijs in rekening wordt gebracht voor onderwijsdiensten in combinatie met onderwijsmateriaal of onderwijsondersteunende diensten, moeten de componenten worden ( 9 ) PB L 296 van 21.11.1996, blz. 8. 7

gescheiden en bij de betrokken COICOP/GICP-klassen worden ingedeeld. Indien een all-inprijs niet in de prijs van de betrokken componenten kan worden gescheiden, wordt de all-inprijs ingedeeld bij afdeling 10 van de COICOP/GICP. 4. Grensgevallen tussen onderwijsdiensten op het niveau van het kleuteronderwijs en socialebeschermingsfaciliteiten op het gebied van de kinderverzorging, zoals crèches en speelscholen, moeten worden ingedeeld in afdeling 10 van de COICOP/GICP indien het kind bij de toelating niet jonger dan drie jaar was en de activiteiten bestaan in georganiseerde instructie in een op een school gelijkende omgeving, ter overbrugging van de kloof tussen de thuis- en de schoolomgeving. Wanneer de belangrijkste doelstelling daarentegen niet pedagogisch van aard is, maar het er vooral om gaat hulp en steun bij de kinderverzorging te bieden, moet de betrokken dienst worden ingedeeld in klasse 12.4.0 van de COICOP/GICP. 5. Indien ziekenhuizen behalve de in COICOP/GICP 06.3 omschreven basisdiensten ook andere goederen en diensten beschikbaar stellen voor hun intramurale patiënten en deze afzonderlijk in rekening worden gebracht, moeten deze goederen en diensten niet worden ingedeeld in klasse 06.3.0, maar in de desbetreffende COICOP/GICP-klassen. Artikel 4 Prijzen 1. De betrokken GICP-subindexcijfers worden berekend aan de hand van een formule die in overeenstemming is met de formule van het Laspeyres-type die voor andere subindexcijfers wordt gebruikt. Zij geven de prijswijziging weer op basis van de veranderde uitgaven voor handhaving van het consumptiepatroon van de huishoudens en de samenstelling van de consumentenpopulatie in de basis- of de referentieperiode. 2. (a) De aankoopprijzen van de tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten die in het GICP worden gebruikt, zijn de bedragen die de consumenten moeten betalen na aftrek van vergoedingen. (b) Wijzigingen in de aankoopprijzen die het gevolg zijn veranderingen in de regels aan de hand waarvan ze worden vastgesteld, worden in het GICP als prijswijzigingen aangegeven. (c) Als de aankoopprijzen zijn gekoppeld aan een index, worden wijzigingen als gevolg van veranderingen in de index in het GICP als prijswijzigingen aangegeven. (d) Wijzigingen in de aankoopprijzen als gevolg van veranderingen in het inkomen van de inkopers, worden in het GICP als prijswijzigingen aangegeven. 8

3. Indien de kwaliteit verandert, worden prijzen behandeld overeenkomstig de regels die gelden voor specificatiewijzigingen, in het bijzonder die welke betrekking hebben op kwaliteitswijzigingen overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie. 4. Wanneer voor tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten die consumenten eerst gratis kregen, vervolgens de werkelijke prijs in rekening wordt gebracht, moet deze verandering van een prijs nul naar de werkelijke prijs, en omgekeerd, in het GICP in aanmerking worden genomen. 5. Wanneer tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten die gezamenlijk met andere goederen en diensten worden verstrekt en die consumenten eerst gratis kregen, vervolgens afzonderlijk in rekening worden gebracht, moet deze verandering in het GICP in aanmerking worden genomen. 6. In voorkomend geval is de procedure van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2646/98( 10 ) van de Commissie inzake tarieven van overeenkomstige toepassing. Artikel 5 Basisinformatie De basisinformatie betreft alle aankoopprijzen van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten en de elementen daarvan, alsmede de gewichten die de omvang, het tijdstip en de structuur van de consumptie van die goederen en diensten weergeven overeenkomstig de sociaaleconomische kenmerken die de prijs bepalen. Artikel 6 Bronnen 1. De betrokken GICP-subindexcijfers worden door de lidstaten berekend aan de hand van in artikel 5 omschreven basisinformatie. 2. De statistische eenheden, zoals overheidsinstellingen, wettelijkesocialeverzekeringsinstellingen en IZW's ten behoeve van huishoudens, die door de lidstaten worden aangezocht om mee te werken bij het verzamelen of verstrekken van basisinformatie, zijn verplicht eerlijke en volledige informatie te verschaffen op het tijdstip waarop dit wordt verlangd, en de met de opstelling van officiële statistieken belaste organisaties en instellingen op hun verzoek toe te staan informatie te verzamelen op een dusdanig gedetailleerd ( 10 ) PB L 335 van 10.12.1998, blz. 30. 9

niveau als nodig is voor de beoordeling van de naleving van de vergelijkbaarheidsvereisten en de kwaliteit van de GICP-subindexcijfers. Artikel 7 Vergelijkbaarheid GICP's die zijn samengesteld volgens de in de artikelen 4 en 5 van deze verordening beschreven procedures, dan wel volgens een andere procedure die niet leidt tot een indexcijfer waarvan de systematische afwijking van een volgens de eerstgenoemde procedures samengesteld indexcijfer gemiddeld meer dan een tiende procentpunt per jaar bedraagt, worden vergelijkbaar geacht. Artikel 8 Kwaliteitscontrole 1. De lidstaten kunnen voor de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten procedures gebruiken die afwijken van die welke zijn gespecificeerd in de artikelen 4 en 5 van deze verordening, mits zij de Commissie (Eurostat) een beschrijving van deze procedures verschaffen voordat ze worden gebruikt. 2. De lidstaten verstrekken de Commissie (Eurostat) op haar verzoek voldoende informatie om de uitvoering van de in de artikelen 4 en 5 neergelegde procedures te kunnen beoordelen. Het resultaat van deze beoordeling wordt opgenomeninhetverslagdatdecommissieovereenkomstigartikel2van Verordening (EG) nr. 1688/98 van de Raad bij de Raad indient. Artikel 9 Tenuitvoerlegging De bepalingen van deze verordening worden door de lidstaten in december 1999 ten uitvoer gelegd, waarna ze vanaf het indexcijfer voor januari 2000 in werking treden, met uitzondering van onderstaande bepalingen, die in december 2000 ten uitvoer worden gelegd, waarna ze vanaf het indexcijfer voor januari 2001 in werking treden: a) diensten van ziekenhuizen (COICOP/GICP 06.3); b) diensten op het gebied van de sociale bescherming die thuis worden verleend, zoals schoonmaken van het huis, maaltijden, vervoer van personen met een handicap (deel van COICOP/GICP 12.4.0); c) bejaardentehuizen, tehuizen voor personen met een handicap (deel van COICOP/GICP 12.4.0). 10

Artikel 10 Toepassing Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, op Voor de Raad De Voorzitter 11

FINANCIEEL MEMORANDUM 1. TITEL VAN DE MAATREGEL Verordening (EG) van de Raad houdende gedetailleerde regels voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad wat de minimumnormen voor de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende producten in het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen betreft 2. BEGROTINGSLIJN Artikel B5-6000. 3. JURIDISCHE GRONDSLAG Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad. 4. OMSCHRIJVING VAN DE MAATREGEL 4.1 Algemeen doel Het doel van de verordening is de bespoediging van het werkprogramma dat moet leiden tot geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (GICP's) in overeenstemming met de vereisten die het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap stelt. De GICP's vormen de grondslag voor het indexcijfer van de consumptieprijzen voor de Monetaire Unie (MUICP), dat onder meer door de Europese Centrale Bank wordt gebruikt om de inflatie in de Economische en Monetaire Unie te kunnen volgen. Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad vormt het kader voor gedetailleerde verordeningen van de Commissie, waarbij van de lidstaten wordt verlangd dat ze hun GICP vaststellen aan de hand van de begrippen, methoden en praktijken die zijn voorgesteld door de werkgroep( 11 ) over de harmonisatie van de ICP's en die volgens de procedure van het reglementeringscomité zijn goedgekeurd door het Comité statistisch programma. Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie van 9 september 1996 geeft maatregelen inzake de initiële dekking, de behandeling van onlangs belangrijk geworden goederen en diensten, de minimumnormen voor aanpassingen wegens kwaliteitswijziging, de minimumnormen voor prijzen, de prijsindexcijfers voor elementaire aggregaten en de minimumnormen voor steekproeven. ( 11 ) Groep van deskundigen. 12

Verordening (EG) nr. 2214/96 van de Commissie van 20 november 1996 definieert de subindexcijfers van de GICP's, die vanaf het indexcijfer voor januari 1997 maandelijks worden geproduceerd, ingediend en verspreid. Verordening (EG) nr. 2454/97 van de Commissie van 10 december 1997 stelt de minimumnormen voor de kwaliteit van de voor de berekening van het GICP gebruikte gewichten vast. Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad van 20 juli 1998 wijzigt Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie ten aanzien van de goederen- en dienstendekking van het GICP vanaf december 1999. Verordening (EG) nr. 1688/98 van de Raad van 20 juli 1998 wijzigt Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie ten aanzien van de dekking, geografisch en wat de populatie betreft, van het GICP vanaf december 1999. De beschikking van de Commissie van 9 september 1996 [ref. nr. C(96)2452] betreft de financiering van een gedeelte van de extra kosten voor de lidstaten als gevolg van de tenuitvoerlegging van bovengenoemde normen. Verordening (EG) nr. 2646/98 van de Commissie van 9 december 1998 bevat gedetailleerde regels voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad wat de minimumnormen voor de behandelingen van tarieven in het GICP betreft. Ingevolge Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad, en meer in het bijzonder ingevolge artikel 3 en bijlage Ia, moet de dekking voor de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming in december 1999 worden uitgebreid, waarna deze uitgebreide dekking in werking moet treden met ingang van het indexcijfer van januari 2000. Bovendien moeten de methoden voor de opneming worden gespecificeerd volgens de procedure van artikel 14 van de kaderverordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad. Het tijdschema voor de opneming van diensten van ziekenhuizen, van diensten op het gebied van de sociale bescherming die thuis worden verleend, en van bejaardentehuizen en tehuizen voor mensen met een handicap moet volgens dezelfde procedure worden gespecificeerd. In de voorgestelde verordening van de Raad worden de methoden voor de opneming van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten vastgesteld, m.a.w. hoe deze producten in het GICP moeten worden behandeld, alsmede het tijdschema voor opneming wat bovengenoemde uitzonderingen betreft. Tegelijkertijd vindt overleg plaats over een ontwerp-verordening van de Commissie tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2214/96 van de CommissiebetreffendedesubindexcijfersvanhetGICP.Bovendien 13

wordt binnenkort een ontwerp-verordening van de Commissie houdende gedetailleerde regels voor de behandeling van verzekeringen in het GICP en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2214/96 van de Commissie naar het secretariaat-generaal gezonden, waarna de schriftelijke procedure kan beginnen. 4.2 Looptijd, wijze van vernieuwing of verlenging De kaderverordening van de Raad schrijft een gefaseerde harmonisatie voor. Voor de eerste fase, in februari 1996, waren bijna geen nieuwe middelen nodig; deze fase was bijna volledig gebaseerd op bestaande indexcijfers van de consumptieprijzen (ICP's). De tweede fase, in januari 1997, vergde daarentegen wel de inzet van veel nieuwe middelen. Dit zal ook het geval zijn voor de derde fase, in december 1999. De opneming van de diensten op het gebied van gezondheid, onderwijs en sociale bescherming maakt deel uit van deze derde fase van de harmonisatie, en sluit aan op Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij de Verordeningen (EG) nr. 1687/98 en 1688/98 van de Raad betreffende de uitbreiding van de dekking. In het financieel memorandum bij deze twee verordeningen is al aandacht besteed aan de financiële gevolgen van de uitbreiding van de dekking in het algemeen. In de voorgestelde verordening van de Raad worden de methoden voor de opneming van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten vastgesteld, m.a.w. hoe deze producten in het GICP moeten worden behandeld, alsmede het tijdschema voor opneming wat bovengenoemde uitzonderingen betreft. 5. INDELING VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN NVU: GK. 6. AARD VAN UITGAVEN EN ONTVANGSTEN Subsidie voor gezamenlijke financiering (66,6%) met de nationale overheid. Huishoudelijke uitgaven - zie punt 10. 7. FINANCIËLE GEVOLGEN 7.1 Wijze van berekening van de totale kosten van de maatregel (verhouding tussen individuele en totale kosten) De voorgestelde verordening is nodig voor een vergelijkbare meting van de inflatie, wat de grondslag vormt voor het indexcijfer van de consumptieprijzen voor de Monetaire Unie (MUICP), waarmee vanaf januari 1999 de inflatie in de Economische en Monetaire Unie wordt gevolgd. Sommige lidstaten zijn beter voor de noodzakelijke wijzigingen van het systeem uitgerust dan andere. 14

De financiële gevolgen van de derde fase, die vanaf december 1999 ten uitvoer moet worden gelegd, is praktisch uitsluitend te wijten aan de uitbreiding van de dekking in het algemeen (geografisch en wat de producten en de populatie betreft). Het onderhavige voorstel voor een verordening van de Raad betreft alleen de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende producten. Hoewel een aantal lidstaten al heeft aangegeven dat zij hierdoor wellicht met extra kosten te maken krijgen, is er geen bewijs voor grote financiële gevolgen ten gevolge van de voorgestelde specifieke behandeling. Ingevolge artikel 13 van Verordening (EG) nr. 2494/95 zijn de lidstaten niet verplicht de ontwerp-verordening uit te voeren tenzij de Commissie (Eurostat) tot het eind van het tweede jaar van de tenuitvoerlegging twee derde van de extra kosten op zich neemt. De orde van grootte van de totale kosten voor de uitbreiding van de GICP-dekking, zoals deze werd gepresenteerd in de financiële memoranda bij de Verordeningen (EG) nr. 1687/98 en 1688/98 van de Raad, ongeveer 1,4 miljoen, moet voldoende zijn om de extra kosten in verband met de voorgestelde maatregel te dekken. 7.2 Uitsplitsing per onderdeel De lidstaten kunnen bij de toewijzing van de beschikbare begrotingsmiddelen een uitsplitsing van de kosten van hun maatregel geven. 8. BEPALINGEN OM FRAUDE TEGEN TE GAAN Er zullen specifieke regelingen met de lidstaten worden getroffen om ervoor te zorgen dat er passende maatregelen worden genomen en dat hiervan behoorlijk rekenschap wordt afgelegd. 9. ELEMENTEN VAN DE KOSTEN/BATENANALYSE 9.1 Specifieke en kwantificeerbare doelstellingen; doelgroep Specifieke doelstellingen: Betere en vergelijkbare indexcijfers van de consumptieprijzen. Doelgroep: De gebruikers van de prijsindexcijfers in de lidstaten profiteren van betere maatregelen. De GICP's vormen de grondslag voor het indexcijfer van de consumptieprijzen voor de Monetaire Unie (MUICP), dat onder meer door de Europese Centrale Bank wordt gebruikt om de inflatie in de Economische en Monetaire Unie te kunnen volgen. 15

9.2 Verantwoording van de maatregel Door de kaderverordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad moeten de betrouwbaarheid, de relevantie en de internationale vergelijkbaarheid van de indexcijfers van de consumptieprijzen van de lidstaten verbeteren. Ook zou de verordening ertoe moeten leiden dat de lidstaten expertise over de opstelling van deze indexcijfers uitwisselen. Voornaamste onzekere elementen: De kaderverordening van de Raad biedt enkel een raamwerk waarbinnen in samenwerking met de lidstaten nog veel technische details moeten worden geregeld. 9.3 Follow-up en evaluatie van de maatregel De follow-up komt in de uitvoeringsbepalingen uitgebreid aan de orde, evenals de ontwikkeling van goede indicatoren om het welslagen van de maatregel vast te stellen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van vragenlijsten, terwijl Eurostat ook audits organiseert (zie hieronder voor de kosten). Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad voorziet in een herziening in november 1997 en november 1999. Het rapport voor 1997 is als document COM(1998)104 def. aan de Raad van Ministers voorgelegd. Ook in Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad is sprake van een rapport dat aan de Raad wordt voorgelegd en waarin de werking van met name het begrip monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens in vergelijking met alternatieve concepten ter zake wordt geëvalueerd. 10. HUISHOUDELIJKE UITGAVEN (SECTIE III, DEEL A VAN DE BEGROTING) De feitelijke beschikbaarstelling van de benodigde administratieve middelen hangt af van het jaarlijks besluit van de Commissie betreffende de toewijzing van de middelen, met name gelet op het aantal ambten en de aanvullende bedragen die door de begrotingsautoriteit zullen worden toegestaan. 16

10.1 Gevolgen voor de personeelsformatie Categorie Personeel voor het beheer van de maatregel Herkomst Duur vast tijdelijk van DG of dienst extra personeel 3 jaar Ambtenaren of tijdelijke functionarissen A B C 3½ 2 1 3½ 2 1 Ander personeel Gedetacheerde nationale deskundigen (A-7003) 1 1 Totaal 7½ 7½ De jaarlijkse kosten voor de huidige personele middelen bedragen: Ambtenaren (*) = 108.000 x 6½ x 3 jaar = 2.106.000 euro Gedetacheerde nationale = 37.000 x 3 jaar = 111.000 euro deskundigen (A-1178) (*) Door voor het beheer van de maatregel gebruik te maken van het huidige personeel (voor ambtenaren is de berekening gebaseerd op de titels A-1, A-2, A-4, A-5 en A-7) 10.2 Financiële gevolgen van het extra personeel Geen. 10.3 Andere extra huishoudelijke uitgaven als gevolg van de maatregel Begrotingslijn Bedragen Wijze van berekening A-7031 Werkgroepen van het Comité statistisch programma A-701 Dienstreizen voor audits in de lidstaten 72.000 4 vergaderingen à 6000 voor uitgaven afgevaardigden ( 3 jaar) 95.000 Dienstreizen naar 10 lidstaten; elk drie dagen à 120 per dag + reiskosten ( 3 jaar) Totaal 167.000 De toename van de "andere huishoudelijke uitgaven" vloeit voort uit de harmonisatie als zodanig en is ook behandeld in de financiële memoranda bij de Verordeningen (EG) nr. 1687/98 en 1688/98 van de Raad. 17

EFFECTBEOORDELINGSFORMULIER EFFECTVANHETVOORSTELOPHETBEDRIJFSLEVEN, MET NAME OP HET MIDDEN- EN KLEINBEDRIJF (MKB) TITEL VAN HET VOORSTEL: Voorstel voor een Verordening (EG) van de Raad houdende gedetailleerde regels voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad wat de minimumnormen voor de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende producten in het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen betreft REFERENTIENUMMER VAN HET DOCUMENT: 99009 VOORSTEL: 1. Waarom is, gelet op het subsidiariteitsbeginsel, communautaire wetgeving op dit gebied noodzakelijk en wat zijn de voornaamste doelstellingen? Het doel van de verordening is de bespoediging van het werkprogramma dat moet leiden tot geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (GICP's) in overeenstemming met de vereisten die het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap stelt. GICP's zijn ontworpen om internationale vergelijkingen van de inflatie van de consumptieprijzen mogelijk te maken. Zij vormen de grondslag voor het indexcijfer van de consumptieprijzen voor de Monetaire Unie (MUICP), dat onder meer door de Europese Centrale Bank worden gebruikt om de inflatie in de Economische en Monetaire Unie te kunnen volgen en de convergentie van de inflatie te kunnen beoordelen. Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad vormt het kader voor gedetailleerde verordeningen van de Commissie, waarbij van de lidstaten wordt verlangd dat ze hun GICP vaststellen aan de hand van de begrippen, methoden en praktijken die zijn voorgesteld door de werkgroep ( 12 ) over de harmonisatie van de ICP's en die volgens de procedure van het reglementeringscomité zijn goedgekeurd door het Comité statistisch programma. Volgens artikel 5, lid 3, van de GICP-verordening van de Raad zijn uitvoeringsbepalingen noodzakelijk om de vergelijkbaarheid van de GICP's te verzekeren en om hun betrouwbaarheid te handhaven en te versterken. Tot dusverre heeft de Commissie vier gedetailleerde verordeningen met specifieke statistische normen voor de productie van het GICP goedgekeurd. De eerste, Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie inzake initiële uitvoeringsmaatregelen, bestrijkt zes technische gebieden: initiële dekking, onlangs belangrijk geworden goederen en diensten, elementaire aggregaten, alsmede minimumnormen voor aanpassingen wegens kwaliteitswijziging, voor steekproeven en voorprijzen. De tweede, Verordening (EG) nr. 2214/96 van de ( 12 ) Groep van deskundigen. 18

Commissie, betreft het GICP en de subindexcijfers daarvan die naar Eurostat gezonden en door deze verspreid worden. De derde, Verordening (EG) nr. 2454/97 van de Commissie, geeft minimumnormen voor de kwaliteit van GICP-wegingen en de vierde, Verordening (EG) nr. 2646/98, minimumnormen voor de behandeling van tarieven in het GICP. Ook is in het raam van bovengenoemde kaderverordening van de Raad Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie ten aanzien van de dekking tweemaal gewijzigd bij uitvoeringsverordeningen van de Raad. Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad breidt de goederen- en dienstendekking uit, terwijl Verordening (EG) nr. 1688/98 van de Raad de dekking, geografisch en wat de populatie betreft, uitbreidt en bovendien de uiteindelijke definitie van "monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens" bevat. Ingevolge artikel 5, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad publiceerde Eurostat op 7 maart 1997 de eerste reeks geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (GICP's). GICP's zijn ontworpen om internationale vergelijkingen van de inflatie van de consumptieprijzen mogelijk te maken. Zij vormen de grondslag voor het indexcijfer van de consumptieprijzen voor de Monetaire Unie (MUICP), dat onder meer door de Europese Centrale Bank worden gebruikt om de inflatie in de Economische en Monetaire Unie te kunnen volgen en de convergentie van de inflatie te kunnen beoordelen. Ingevolge Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad, en meer in het bijzonder ingevolge artikel 3 en bijlage Ia, moet de dekking voor de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming in december 1999 worden uitgebreid, waarna deze uitgebreide dekking in werking moet treden met ingang van het indexcijfer van januari 2000. Bovendien moeten de methoden voor de opneming worden gespecificeerd volgens de procedure van artikel 14 van de kaderverordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad. Het tijdschema voor de opneming van diensten van ziekenhuizen, van diensten op het gebied van de sociale bescherming die thuis worden verleend, en van bejaardentehuizen en tehuizen voor mensen met een handicap moet volgens dezelfde procedure worden gespecificeerd. In de voorgestelde verordening van de Raad worden de methoden voor de opneming van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten vastgesteld, m.a.w. hoe deze producten in het GICP moeten worden behandeld, alsmede het tijdschema voor opneming wat bovengenoemde uitzonderingen betreft. In het voorstel wordt bevestigd dat het bij de aankoopprijzen van de tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten die in het GICP moeten worden gebruikt, in overeenstemming met de vaste normen( 13 ) en het ESR 1995 moet gaan om de bedragen die de consumenten moeten betalen na aftrek van vergoedingen. De betrokken GICP- ( 13 ) Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1687/98 van de Raad. 19

subindexcijfers moeten worden berekend aan de hand van een formule die in overeenstemming is met de formule van het Laspeyres-type die ook voor andere subindexcijfers wordt gebruikt, d.w.z. zij moeten de prijswijziging weergeven op basis van de veranderde uitgaven voor handhaving van het consumptiepatroon van de huishoudens en de samenstelling van de consumentenpopulatie in de basis- of de referentieperiode. In deze ontwerp-verordening wordt in overeenstemming met het Laspeyresprincipe en de betreffende bepalingen van Verordening (EG) nr. 2646/98 van de Commissie over tariefprijzen ook meer specifiek voorgesteld wijzigingen in de aankoopprijzen die het gevolg zijn van veranderingen in de regels aan de hand waarvan ze worden vastgesteld, in het GICP als prijswijzigingen aan te geven en wijzigingen in de aankoopprijzen die het gevolg zijn van veranderingen in het inkomen van de inkopers in het GICP ook als prijswijzigingen aan te geven. Uit de voorgestelde verordening blijkt evenwel duidelijk dat de lidstaten gedurende een overgangsperiode procedures kunnen gebruiken die afwijken van die welke hierboven zijn beschreven, op voorwaarde dat zij de Commissie (Eurostat) een beschrijving van de gekozen procedures verschaffen voordat ze worden gebruikt. De lidstaten moeten Eurostat op diens verzoek voldoende informatie verstrekken om de uitvoering van deze procedures te kunnen beoordelen. Eurostat is voornemens het resultaat van deze beoordeling te verwerken in het verslag dat de Commissie ingevolge artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1688/98 van de Raad bij de Raad moet indienen. De bepalingen van deze verordening moeten door de lidstaten in december 1999 ten uitvoer worden gelegd, waarna ze vanaf het indexcijfer voor januari 2000 in werking treden, met uitzondering van onderstaande bepalingen, die in december 2000 ten uitvoer moeten worden gelegd, waarna ze vanaf het indexcijfer voor januari 2001 in werking treden: a) diensten van ziekenhuizen (COICOP/GICP 06.3); b) diensten op het gebied van de sociale bescherming die thuis worden verleend, zoals schoonmaken van het huis, maaltijden, vervoer van personen met een handicap (deel van COICOP/GICP 12.4.0); c) bejaardentehuizen, tehuizen voor personen met een handicap (deel van COICOP/GICP 12.4.0). EFFECT OP HET BEDRIJFSLEVEN: 2. Waarop is het voorstel van invloed? welke bedrijfstakken? Voor de opstelling van de GICP's wordt gebruik gemaakt van gewichten en prijzen die worden verzameld bij alle bedrijven die goederen en diensten leveren voor de rechtstreekse bevrediging van de behoeften van de consumenten, voor zover deze binnen het waarnemingsgebied voor de monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens vallen. Deze 20

verordening betreft de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten. In feite vloeien zowel de uitbreiding van de GICP-dekking tot de monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens als het begrip "aankoopprijzen" voort uit Verordening (EG) nr. 1749/96 van de Commissie, zoals gewijzigd bij de Verordening (EG) nr. 1687/98 en 1688/98 van de Raad. In de voorgestelde verordening van de Raad worden de methoden voor de opneming van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende goederen en diensten vastgesteld, m.a.w. hoe deze producten in het GICP moeten worden behandeld, alsmede het tijdschema voor opneming wat bovengenoemde uitzonderingen betreft. Weliswaar kan de voorgestelde verordening tot gevolg hebben dat sommige lidstaten nieuwe gegevens moeten inzamelen, maar dit zal vermoedelijk geen belangrijke gevolgen voor het MKB hebben, afgezien van de verzameling van extra gegevens ingevolge Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad. Veel van de goederen en diensten die aan het GICP worden toegevoegd, worden verstrekt door de overheid. In het algemeen vindt deelname aan dergelijke enquêtes op vrijwillige basis plaats. welke bedrijfsomvang (met welk aandeel van kleine en middelgrote bedrijven)? De omvang van de bedrijven is alleen in zoverre relevant dat de verzamelde prijzen de prijsontwikkeling van alle bedrijven (voor zover deze binnen het waarnemingsgebied voor de consumptieve bestedingen van de huishoudens vallen) correct moeten weergeven. In beginsel moeten er prijzen worden verzameld in de bedrijven, ongeacht hun omvang, van de leveranciers van de betrokken goederen en diensten. Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel wordt de steekproef van leveranciers van de diensten op het gebied van gezondheid, onderwijs en sociale bescherming envananderedoorhetgicpbestrekengoederenendienstendoorde nationale bureaus voor de statistiek vastgesteld. zijn er bijzondere geografische gebieden van de Gemeenschap waar deze bedrijven voorkomen? Het geografisch gebied is alleen in zoverre relevant dat de verzamelde prijzen de prijsontwikkeling in het gehele economisch gebied van de lidstaten (voor zover dit binnen het waarnemingsgebied voor de consumptieve bestedingen van de huishoudens valt) correct moeten weergeven. Alle lidstaten van de Europese Unie, Noorwegen en IJsland zijn bij het onderzoek betrokken. 3. Wat moeten de bedrijven doen om aan de voorgestelde wetgeving te voldoen? De nationale bureaus voor de statistiek sturen prijsverzamelaars naar de leveranciers. De statistische eenheden, zoals overheidsinstellingen, wettelijkesocialeverzekeringsinstellingen en IZW's ten behoeve van huishoudens, die door de lidstaten worden aangezocht om mee te werken bij het verzamelen of 21

verstrekken van basisinformatie, zijn evenwel verplicht eerlijke en volledige informatie te verschaffen op het tijdstip waarop dit wordt verlangd, en de met de opstelling van officiële statistieken belaste organisaties en instellingen op hun verzoek toe te staan informatie te verzamelen op een dusdanig gedetailleerd niveau als nodig is voor de beoordeling van de naleving van de vergelijkbaarheidsvereisten en de kwaliteit van de GICP-subindexcijfers. 4. Welke economische gevolgen zal het voorstel waarschijnlijk hebben: voor de werkgelegenheid? voor de investeringen en de oprichting van nieuwe bedrijven? voor het concurrentievermogen van de bedrijven? Indirecte gevolgen, omdat de GICP's bestemd zijn voor internationale vergelijkingen van de inflatie van de consumptieprijzen. Zij bieden de statistische grondslag voor de opstelling van het indexcijfer van de consumptieprijzen voor de Monetaire Unie (MUICP), dat de belangrijkste indicator voor het monetaire beleid voor de Europese Centrale Bank is. Een enkele, stabiele munteenheid is een belangrijke stap om de Europese integratie dichterbij te brengen en de economische vooruitgang te stimuleren. Dit heeft belangrijke gevolgen voor de werkgelegenheid, de investeringen en de concurrentie. 5. Bevat het voorstel maatregelen om rekening te houden met de bijzondere situatie van kleine en middelgrote bedrijven (minder zware of andere eisen, enz.)? Vermoedelijk zal de voorgestelde verordening geen belangrijke gevolgen voor middelgrote bedrijven hebben, afgezien van de verzameling van extra gegevens als gevolg van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad. Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel wordt de steekproef van leveranciers van de diensten op het gebied van gezondheid, onderwijs en sociale bescherming en van andere door het GICP bestreken goederen en diensten door de nationale bureaus voor de statistiek vastgesteld. RAADPLEGING: 6. Geef een overzicht van de organisaties die over het voorstel zijn geraadpleegd en zet hun standpunten in grote lijnen uiteen. DG II van de Commissie, de Europese Centrale Bank en de centrale banken van de lidstaten nemen actief deel aan de vergaderingen van de werkgroep( 14 ) over de harmonisatie van de ICP's en zijn task forces. ( 14 ) Groep van deskundigen. 22

AANVULLEND MEMORANDUM BETREFFENDE DE EVA-LANDEN Titel : Voorstel voor een Verordening (EG) van de Raad houdende gedetailleerde regels voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad wat de minimumnormen voor de behandeling van tot de sectoren gezondheid, onderwijs en sociale bescherming behorende producten in het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen betreft Gevolgen voor de EVA-landen De EVA-landen hebben deelgenomen aan de discussies in het Comité statistisch programma en in de Werkgroep harmonisatie van de indexcijfers van de consumptieprijzen. Zij zijn volledig op de hoogte van de voorstellen voor een verordening en er is bij de opstelling van het voorstel rekening gehouden met hun standpunten. Zij zijn voornemens geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (GICP's) overeenkomstig deze verordening op te stellen. 23