BEPALINGEN PER TOESTEL NTS 2017 TURNEN DAMES

Vergelijkbare documenten
BEPALINGEN PER TOESTEL NTS 2013 TURNEN DAMES

BEPALINGEN PER TOESTEL NTS TURNSTERS

Voorgenomen aanpassingen wedstrijdzaken, juryzaken en oefenstof Turnen Dames 2018

SPRONG NIVEAU INSTAP NATIONAAL VOORGESCHREVEN OEFENSTOF

in te schrijven in het loket van de KNGU. Het inschrijfgeld bedraagt 25,00 per team.

HELPDESK. voorgeschreven oefenstof

HELPDESK voorgeschreven oefenstof

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 3 e divisie

Plaatsingsregeling landelijke wedstrijden Turnen Dames

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 3 e divisie

Werkboek Turnen Heren Noord K B O TURNEN HEREN NOORD

Reglement teamwedstrijden

Plaatsingsregeling landelijke wedstrijden Turnen Dames

HELPDESK. Keuze oefenstof

HELPDESK. Keuze oefenstof

Nederlandse Studenten Turn Bond

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 5e en 6 e divisie

Werkboek Turnen Heren Noord K B O TURNEN HEREN NOORD

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 5 e en 6e divisie

Regionale Technische Commissie. Turnen Dames Midden Nederland

Uitnodiging Turn Totaal Breda Cup

Plaatsingsregeling landelijke wedstrijden Turnen Dames

HELPDESK keuze oefenstof

24 e OBTK Een wedstrijd voor de ere- t/m zevende divisie, pré-instappers, senioren plus en recreanten.

5. De indeling geschiedt op basis van de uitslagen van het afgelopen wedstrijdseizoen. Alle ploegen dienen elk jaar opnieuw te worden ingeschreven.

Reglementen Jong Talenten Wedstrijden District ZUID-HOLLAND

CLUBTEAM WEDSTRIJDEN REGIO MIDDEN NEDERLAND. DOO/K&V Utrecht

INSTAP t/m JEUGD1 D5. Rayon Rotterdam Zuid

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 5 e en 6 e divisie

23 e OBTK Een wedstrijd voor de ere- t/m zesde divisie, pré-instappers, senioren plus en recreanten.

Verder zijn in de voorgeschreven oefenstof een aantal aanpassingen, mede naar aanleiding van de opgevraagde feedback uit het land.

Turnen. Inleiding. Toestellen. Vierkante mat. De brug

Plaatsingsregeling Individuele Kampioenschappen toestel turnen 2015

Nederlandse Studenten Turn Bond Damesreglement 2015

TECHNISCH REGLEMENT TURNEN

Alles FIG gecertificeerd indien van toepassing het cetrificaat dient overlegt te worden

25 e OBTK Een wedstrijd voor de ere- t/m zevende divisie, pré-instappers, senioren plus en recreanten.

Regiowedstrijd divisie N1 N2 N3 N4 GTV AMMERZODEN

Programma. Introductiebijeenkomst TD1 Jurycursus NTS Voorgeschreven Oefenstof Niveau D2/D3. Opbouw van de cursus. Programma.

EVENWICHTSBALK NIVEAU JEUGD 1 DISTRICT 3 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF

DEEL IV ELEMENTENTABEL. Toegevoegde A-elementen

Praktijkdag Sprong - Brug TD1 Jurycursus NTS Voorgeschreven Oefenstof Niveau D2/D3

SPRONG NIVEAU D3 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF. Categorie Toestel Sprong D-score Sprongnummer. Zweefrol 4.00 B. Ophurken gevolgd door rol voorover

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 5e divisie

SPRONG NIVEAU PUPIL 1 DISTRICT 4. Categorie Toestel Sprong D-score Sprongnr. PUPIL 1 * Verhoogd vlak (0.90 m) Handstandoverslag tot ruglig 4.

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost

azsv DOS Eck en Wiel

Algemene Districtsvergadering

INDIVIDUEEL SPRINGEN ZWN

EVENWICHTSBALK NIVEAU PUPIL 2 DISTRICT 3 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF. = opsprong. = afsprong

EVENWICHTSBALK NIVEAU PUPIL 2 DISTRICT 2 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF. = opsprong. = afsprong

Rayon Delfland. Oefenstof. Recreatie Wedstrijd

Plaatsingsregeling landelijke wedstrijden Turnen Heren

3-4 Kamp recreatie TD MN

Clubteamwedstrijden District Oost

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Gelderland Midden 1. TOESTELTURNEN DAMES 4e divisie

Oefenstof Vaardigheidseisen

Dames 6 Uitleg & voorbeeldoefeningen

District Oost. Toestelkampioenschappen. 9 en 10 juni Organisatie: Districts Technische Commissie Turnen i.s.m.

SPRONG NIVEAU D4 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF. Categorie Toestel Sprong D-score Sprongnummer. Zweefrol 4.00 B. Ophurken gevolgd door rol voorover

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Oost & Gelderse Vallei

Praktijkdag Balk - Vloer TD1 Jurycursus NTS Voorgeschreven Oefenstof Niveau D2/D3

EVENWICHTSBALK NIVEAU JEUGD 1 DISTRICT 1 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF

District Oost. Toestelkampioenschappen. 11 en 12 juni Organisatie: Districts Technische Commissie Turnen Dames i.s.m. YPSILON DOETINCHEM

SPRONG NIVEAU PUPIL & JEUGD 1 DISTRICT 4 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF

NTS Reglement. voorgeschreven oefenstof. Deel 3 Sectie 10 t/m 13 TOESTELLEN

Nederlandse Studenten TurnBond

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 5 e en 6 e divisie

District Oost. Toestelkampioenschappen. 1 en 2 juni Organisatie: Districts Technische Commissie Turnen i.s.m. Turn Centrum Twente

Reglement Turnen Dames Handleiding Turnsters en Train(st)ers

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Gelderland Midden 2. TOESTELTURNEN DAMES 4e divisie

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Gelderland Midden Gelderland Oost, Gelderse Vallei, Randmeren. TOESTELTURNEN DAMES 4e divisie

EVENWICHTSBALK NIVEAU Pupil 1 DISTRICT 3 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF

EVENWICHTSBALK NIVEAU INSTAP DISTRICT 2 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF

EVENWICHTSBALK NIVEAU PUPIL 2 DISTRICT 1 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF. = opsprong. = afsprong

Je kunt bij turnen de kleren aandoen zoals een T shirt met een broekje een turnpakje of een dun T shirtje zonder mauwen met een dunne lange broek.

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Midden 3. TOESTELTURNEN DAMES 6e divisie

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Midden. TOESTELTURNEN DAMES 5 e en 6 e divisie

Wedstrijdinformatie. Turnen Dames District Zuid Zuid West Nederland. Clubteamfinale 2018

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Gelderland Midden Veluwezoom, Gelderse Vallei, Randmeren. TOESTELTURNEN DAMES 4e divisie

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Gelderland Oost & Gelderse Vallei

District Oost. Toestelkampioenschappen. 10 en 11 juni 2017

Wedstrijdinformatie. Turnen Dames District Zuid Limburg

Supplement A Senioren Div. 1 D Score

Bijlage. Activiteitenboek. Regionale Technische Commissie Turnen Dames Midden Nederland

Reglement NTS voorgeschreven oefenstof. Deel 2 Sectie 6 t/m 9. Deel 2 Sectie 6 t/m 9 Voorgeschreven oefenstof NTS 2013 LTCTD (aug14)

Programma Praktijkdag Balk - Vloer TD1 Jurycursus NTS Voorgeschreven Oefenstof Niveau D2/D3

BIJLAGE 4 TECHNISCH REGLEMENT GROEPSSPRINGEN. D/E reglement WEDSTRIJDREGLEMENT

Programma. Praktijkdag Sprong - Brug TD1 Jurycursus NTS Voorgeschreven Oefenstof Niveau D2/D3. Programma.

NTS Helpdesk Voorgeschreven Oefenstof

TECHNISCH REGLEMENT TURNEN

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost

Zaterdag 07 en zondag 08 december Sportcomplex T-kwadraat, Tilburg.

2015 VERDUIDELIJKINGEN BIJ NTS NIVEAU 15 T/M 03. Ingangsdatum

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie District Oost Regio Gelderland Oost

INHOUD: Jurering pagina 1,2 Indelingen divisies, leeftijden en niveaus pagina 2 Doorstroming pagina 3 Organogram KNGU pagina 4

Oefenstof Onderlinge wedstrijden meisjes

EVENWICHTSBALK NIVEAU Pupil 1 DISTRICT 2 VOORGESCHREVEN OEFENSTOF

Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Gelderland Midden 2. TOESTELTURNEN DAMES 4e divisie

Wedstrijdinformatie. Turnen Dames District Zuid Brabant Oost Div. 4, 5 en 6 + D1,D2 en D3

Transcriptie:

BEPALINGEN PER TOESTEL NTS 2017 TURNEN DAMES

Inhoudsopgave 1 TOESTELSPRINGEN 2 1.1 Belangrijke maten en eisen 2 1.2 Algemene bepalingen 5 2 BRUG ONGELIJK 6 2.1 Belangrijke maten en eisen 6 2.2 Algemene bepalingen 9 3 EVENWICHTSBALK 10 3.1 Belangrijke maten en eisen 10 3.2 Algemene bepalingen 11 4 MAT / VLOER 12 4.1 Belangrijke maten en eisen 12 4.2 Algemene bepalingen 13 Augustus 2017 Toestelbepalingen blz. 1 LTC Turnen

1 TOESTELSPRINGEN 1.1 Belangrijke maten en eisen 1. Springplank met veren: Lengte : 1.20 meter Breedte : 0.60 meter Hoogte : 0.20 meter 1. Indien gebruik wordt gemaakt van een springplank van het merk Janssen-Fritsen dan bevat de springplank type Zacht FIG vijf zilveren of blauwe veren en de springplank type Hard FIG acht gouden of rode veren. Het is niet toegestaan om veren van planken toe te voegen, te herschikken of te verwijderen. 2. Bij het gebruik van andere springplanken dient het aantal veren goedgekeurd te worden door de wedstrijdleiding. Het is niet toegestaan om de veren van springplanken te verwisselen of te verwijderen. 3. Het meenemen van een eigen springplank is niet toegestaan, tenzij de wedstrijdorganisatie van tevoren nadrukkelijk aangeeft dat het meenemen van een eigen springplank wel is toegestaan. De wedstrijdleiding bepaalt onder welke voorwaarden een eigen springplank mag worden gebruikt. Alle turnsters in dezelfde categorie dienen deze springplank te gebruiken. 2. Trampolineplank: De maten van het frame zijn (bij benadering) : 1.20 x 0.60 meter De maten van het springdoek zijn (bij benadering) : 0.90 x 0.40 meter Hoogte van de trampolineplank: matzijde : laagste stand (ongeveer 28 cm) aanloopzijde : laagste stand Randen en veren moeten ter bescherming zijn bedekt. Het meenemen van een eigen trampolineplank is niet toegestaan, tenzij de wedstrijdorganisatie van tevoren nadrukkelijk aangeeft dat het meenemen van een eigen trampolineplank wel is toegestaan. De wedstrijdleiding bepaalt onder welke voorwaarden een eigen trampolineplank mag worden gebruikt of de hoogte van de trampolineplank aangepast mag worden (indien bij de insprong de grond geraakt wordt). 3. Minitrampoline: De maten van het frame van de minitrampoline zijn (bij benadering) : 1.10 x 1.10 meter De maten van het springdoek v.d. minitrampoline zijn (bij benadering) : 0.60 x 0.60 meter Hoogte van de minitrampoline: matzijde : minimaal 0.44 meter en maximaal 0.55 meter aanloopzijde : minimaal 0.33 meter en maximaal 0.38 meter Randen en veren moeten ter bescherming zijn bedekt. Augustus 2017 Toestelbepalingen blz. 2 LTC Turnen

4. Kast: lengte : 1.26 meter breedte : 0.43 meter hoogte, tenzij anders vermeld : 1.12 meter vanaf de vloer Waar in de oefenstof staat vermeld kast min 1 deel, mag één segment van de kast worden verwijderd tot een hoogte van bij benadering 1.00 meter. 5. Springtoestel volgens FIG-norm: lengte : 1.20 meter breedte : 0.95 meter hoogte leeftijdscategorieën instap, pupil 1, pupil 2 en jeugd 1, zoals vermeld in onderstaande tabellen, gemeten vanaf de vloer. Instap Sprong 1 Sprong 2 Springtoestel Landingsvlak Springtoestel Landingsvlak N1 1.05 m 0.60 m Verhoogd vlak 0.60 m 0.60 m N2 1.05 m 0.30 m --- 0.30 m N3 1.05 m 0.30 m --- 0.30 m D1 Kast -1 deel 1.00 m 0.90 m --- 0.30 m D2 Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m D3 Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m Pupil 1 Sprong 1 Sprong 2 Springtoestel Landingsvlak Springtoestel Landingsvlak N1 1.10 m 0.90 m Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m N2 1.10 m 0.60 m Verhoogd vlak 0.60 m 0.60 m N3 1.10 m 0.30 m --- 0.30 m D1 Kast -1 deel 1.00 m 0.30 m --- 0.30 m D2 Kast -1 deel 1.00 m 0.90 m Kast -1 deel 1.00 m 0.90 m D3 Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m Pupil 2 Sprong 1 Sprong 2 Springtoestel Landingsvlak Springtoestel Landingsvlak N1 1.20 m 1.20 m Verhoogd vlak 0.90 m 0.90 m N2 1.20 m 0.90 m Verhoogd vlak 0.60 m 0.60 m N3 1.20 m 0.60 m Verhoogd vlak 0.60 m 0.60 m D1 Kast 0.30 m --- 0.30 m D2 Kast -1 deel 1.00 m 0.30 m Kast -1 deel 1.00 m 0.30 m D3 Kast -1 deel 1.00 m 0.90 m Kast -1 deel 1.00 m 0.90 m Oktober 2017 Toestelbepalingen blz. 3 LTC Turnen

Jeugd 1 Sprong 1 Sprong 2 Springtoestel Landingsvlak Springtoestel Landingsvlak Eredivisie 1.25 m 0.30 m 1.25 m 0.30 m N2 1.25 m 0.30 m 1.25 m 0.30 m N3 1.25 m 0.30 m 1.25 m 0.30 m N4 1.25 m 0.30 m 1.25 m 0.30 m D1 1.20 m 0.30 m 1.20 m 0.30 m D2 Kast 0.30 m Kast 0.30 m D3 Kast 0.30 m Kast 0.30 m In de leeftijdscategorie instap, pupil 1, pupil 2 en jeugd 1 worden alle sprongen uitgevoerd met de trampolineplank, tenzij dit anders is aangegeven. De hoogte van het landingsvlak bestaat uit een mattenstapel, eventueel met dempingmat. Indien enkel met landingsmatten met een hoogte van 0.30 meter gewerkt wordt, is bij een sprong tot ruglig een dempingmat verplicht. Jeugd 2 Junior Senior 1 e divisie 1.25 m 1.25 m 1.25 m 2 e divisie 1,25 m 1.25 m 1.25 m 3 e divisie 1.25 m 1.25 m 1.25 m 4 e divisie 1.20 m 1.25 m 1.25 m 5 e divisie 1.20 m 1.25 m 1.25 m 6 e divisie 1.10 m 1.20 m 1.25 m Indien gebruik wordt gemaakt van een minitrampoline moet het springtoestel 0,10 meter hoger gezet worden. 6. Landingsmat: breedte : minimaal 2.00 meter lengte : minimaal 3.00 meter hoogte : maximaal 0.30 meter Oktober 2018 Toestelbepalingen blz. 4 LTC Turnen

7. Dempingmat: breedte : minimaal 2.00 meter lengte : minimaal 6.00 meter (indien niet voorhanden dan 4.00 meter) hoogte : 0.10 meter Bij de voorgeschreven oefenstof is bij een landingsvlak > 0.30 meter een dempingmat toegestaan met de maatvoering: breedte : 2.00 meter lengte : 2.00 meter hoogte : 0.10 meter Bij gebruik van 0.20 meter matten is een dempingmat verplicht. Bij gebruik van een landingsmat van 0.30 meter hoogte is het gebruik van een dempingmat niet toegestaan. Bij Eredivisie Jeugd, Eredivisie Jeugd 1, Jeugd 1 N2 is (indien aanwezig) bij yurchenko en tsukahara sprongen een extra dempingmat op het landingsvlak toegestaan. 8. Aanloop: 1. Een turnster heeft bij voorgeschreven sprongen recht op een aanloop van minimaal 15.00 meter. 2. Bij de aanloop van een yurchenko-sprong in de voorgeschreven oefenstof leeftijdscategorie Instap en Pupil 1 dienen 3 matjes trapsgewijs in de breedte gestapeld voor de trampolineplank geplaatst te worden in verband met de afzet. Deze matjes mogen ook deels over de trampolineplank liggen. 3. Bij de aanloop van een yurchenko-sprong in de voorgeschreven oefenstof leeftijdscategorie Pupil 2 en Jeugd 1 heeft de turnster de keus om: a) 3 matjes trapsgewijs in de breedte gestapeld voor de trampolineplank te plaatsen in verband met de afzet. b) 1 matje in de lengte- of breedte ligging voor de trampolineplank te plaatsen in verband met de afzet. Dit matje mag / Deze matjes mogen ook deels over de trampolineplank liggen. 4. Deze matjes hebben bij benadering de volgende afmetingen: breedte : 1.00 meter lengte : 1.50 of 2.00 meter hoogte : 0.06 meter 5. Bij sprongen in de leeftijdscategorie Instap, Pupil 1, Pupil 2 en Jeugd 1 over het sprongtoestel mag het yurchenko-matje voor de trampolineplank liggen. 1.2 Algemene bepalingen Voor zover hier niet omschreven gelden de FIG-bepalingen. Zie FIG Apparatus Norms, Part I IV. Oktober 2018 Toestelbepalingen blz. 5 LTC Turnen

2 BRUG ONGELIJK 2.1 Belangrijke maten en eisen 1. Brug ongelijk: hoogte lage ligger lengte ligger Diagonale afstand tussen de liggers : 1.70 meter vanaf de vloer tot bovenzijde ligger, gemeten bij diagonale afstand tussen de liggers van 1.80 meter hoogte hoge ligger : 2.50 meter vanaf de vloer tot bovenzijde ligger, gemeten bij diagonale afstand tussen de liggers van 1.80 meter : 2.40 meter : maximaal 1.80 meter 1.80 m Augustus 2017 Toestelbepalingen blz. 6 LTC Turnen

2. Rekstok Lengte ligger : 2.40 meter Hoogte en soort ligger : voor de verschillende niveaus en leeftijdscategorieën geldt onderstaande tabel: Leeftijdscategorie Niveau Hoogte vanaf de vloer Hoogte vanaf de matten Soort ligger (bij 20 cm matten) Instap N1, N2 en N3 2.20 m 2.00 m Rekstokligger met schlaufjes Pupil 1 N1, N2 en N3 2.20 m 2.00 m Rekstokligger met schlaufjes Pupil 2 N1, N2 en N3 2.40 m 2.20 m Brugligger Jeugd 1 N2, N3 en N4 2.40 m 2.20 m Brugligger 3. Springplank met veren: Lengte : 1.20 meter Breedte : 0.60 meter Hoogte : 0.20 meter 1. Indien gebruik wordt gemaakt van een springplank van het merk Janssen-Fritsen dan bevat de springplank type Zacht FIG vijf zilveren of blauwe veren. Het is niet toegestaan om veren van planken toe te voegen, te herschikken of te verwijderen. 2. Bij het gebruik van andere springplanken dient het aantal veren goedgekeurd te worden door wedstrijdleiding. Het is niet toegestaan om de veren van springplanken te verwisselen of te verwijderen. 3. Het meenemen van een eigen springplank is niet toegestaan, tenzij de wedstrijdorganisatie van tevoren nadrukkelijk aangeeft dat het meenemen van een eigen springplank wel is toegestaan. De wedstrijdleiding bepaalt onder welke voorwaarden een eigen springplank mag worden gebruikt. Alle turnsters in dezelfde categorie dienen deze springplank te gebruiken. 4. Bij opsprongen op, aan of over de lage ligger en naar de hoge ligger is het gebruik van een springplank toegestaan. Het is niet toegestaan de springplank tussen de liggers te plaatsen bij de borstwaartsom (wel: de lengterichting van de plank parallel aan de ligger) en het is niet toegestaan een extra onderlaag (mat/plankje) onder de springplank te plaatsen. Augustus 2017 Toestelbepalingen blz. 7 LTC Turnen

4. Gebruik van matten: 1. Voor de veiligheid van de turnsters dient de vloer rondom en onder de brug en de landingsplaats volledig bedekt te zijn met matten van minimaal 0.12 meter of 0.20 meter dikte. 2. Het gebruik van een dempingmat bij de afsprong is verplicht. Indien de opsprong met behulp van een springplank aan dezelfde zijde plaats vindt als de afsprong, dan moet deze op de dempingmat worden geplaatst. 3. Bij afsprongen over of vanaf de hoge ligger is het gebruik van een landingsmat toegestaan. Bij gebruik van een landingsmat is het gebruik van een dempingmat niet toegestaan. 4. Het gebruik van een extra dempingsmat is toegestaan in de categorie Eredivisie Jeugd en Eredivisie Jeugd 1, indien een vluchtelement aan dezelfde ligger en/of een liggerwissel wordt geturnd in de oefening ten behoeve van het betreffende element. 5. In de leeftijdscategorie instap/pupil 1 niveau D1, D2 en D3 is het gebruik van twee landingsmatten onder de lage ligger en tussen de liggers verplicht. Deze komen boven op de verplichte landingsmatten. Het is niet toegestaan de landingsmat te verplaatsen tijdens de oefening. 5. Indien niet voldoende matten in de accommodatie aanwezig zijn, dan bepaald de wedstrijdleiding op welke wijze de toestellen aangepast dienen te worden om de veiligheid van de turnsters te waarborgen. 5. Landingsmat: breedte : minimaal 2.00 meter lengte : minimaal 3.00 meter hoogte : maximaal 0.30 meter Bij gebruik van een landingsmat van 0.30 meter hoogte is het gebruik van een dempingmat niet toegestaan. 6. Dempingmat: breedte : minimaal 2.00 meter lengte : minimaal 4.00 meter hoogte : 0.10 meter Bij gebruik van 0.12 meter of 0.20 meter matten is een dempingmat verplicht. Oktober 2018 Toestelbepalingen blz. 8 LTC Turnen

2.2 Algemene bepalingen 1. Voor zover hier niet omschreven gelden de FIG-bepalingen. Zie FIG Apparatus Norms, Part I t/m IV. 2. De leiding mag indien gewenst overal staan op het podium om bij (moeilijke) elementen te beveiligen; daarbij mag het zicht van de juryleden niet belemmerd worden. 3. Op grond van haar lichaamslengte kan een turnster de wedstrijdleiding voor aanvang van de wedstrijden verzoeken beide liggers van de brug of rekstok 0.05 meter hoger te stellen. Verhoging is enkel aan de orde, indien voeten in hang aan de hoge ligger of heupen in hang aan de lage ligger de mat raken en indien de mogelijkheid daarvoor aanwezig is en de veiligheid van de turnster niet in het geding is. 4. Bij het gebruik van schlaufjes in de leeftijdscategorie instap niveau N1, N2, N3 en pupil 1 niveau N1, N2, N3 is het de turnster toegestaan om een kort turnbroekje te dragen. 5. Het gebruik van handschoenen met bandjes/lussen of bandjes/lussen zonder handschoenen in de leeftijdscategorie instap niveau N1, N2, N3 en pupil 1 niveau N1, N2, N3 is voor risico en verantwoordelijkheid van de turnster. De turnster is zelf verantwoordelijk voor het materiaal. Indien handschoenen met bandjes/lussen of bandjes/lussen zonder handschoenen worden gebruikt is het gebruik van magnesium verboden. De rekstok dient te allen tijde helemaal vrij te zijn van magnesium en volledig glad. 6. Het bevestigen van bandjes / lussen aan de rekstok dient als volgt plaats te vinden: Stap 1: bandjes over de rekstok leggen. Stap 2: handen er door steken. Stap 3: handen onder de rekstok door brengen. Stap 4: in bovengreep vastpakken. Augustus 2017 Toestelbepalingen blz. 9 LTC Turnen

3 EVENWICHTSBALK 3.1 Belangrijke maten en eisen 1. Evenwichtsbalk: lengte : 5.00 meter breedte oppervlak : 0.10 meter dikte van de balk : 0.16 meter hoogte van de balk : voor de verschillende niveaus en leeftijdscategorieën geldt onderstaande tabel. Leeftijdscategorie Instap Pupil 1 Pupil 2 Jeugd 1 Jeugd 2 Junior Senior Hoogte vanaf de vloer 1.00 m 1.00 m 1.00 m 1.25 m 1.25 m 1.25 m 1.25 m De evenwichtsbalk dient bekleed te zijn. De bovenzijde van de evenwichtsbalk dient voorzien te zijn van een zachte toplaag (Soft Top). Een balk zonder soft top mag gebruikt worden op wedstrijden voor: - de leeftijdscategorieën jeugd 2, junior en senior - de leeftijdscategorieën instap, pupil 1, pupil 2 en jeugd 1 in de niveaus D1, D2 en D3 2. Springplank met veren: lengte : 1.20 meter breedte : 0.60 meter hoogte : 0.20 meter 1. Indien gebruik wordt gemaakt van een springplank van het merk Janssen-Fritsen dan bevat de springplank type Zacht FIG vijf zilveren of blauwe veren. Het is niet toegestaan om de veren van planken toe te voegen, te herschikken of te verwijderen. 2. Bij het gebruik van andere springplanken dient het aantal veren goedgekeurd te worden door de wedstrijdleiding. Het is niet toegestaan om veren van springplanken te verwisselen of te verwijderen. Oktober 2017 Toestelbepalingen blz. 10 LTC Turnen

3. Het meenemen van een eigen springplank is niet toegestaan, tenzij de wedstrijdorganisatie van tevoren nadrukkelijk aangeeft dat het meenemen van een eigen springplank wel is toegestaan. De wedstrijdleiding bepaalt onder welke voorwaarden een eigen springplank mag worden gebruikt. Alle turnsters in dezelfde categorie dienen deze springplank te gebruiken. 4. Bij opsprongen is het gebruik van een springplank toegestaan. Het is niet toegestaan een extra onderlaag (mat/plankje) onder de springplank te plaatsen. 3. Gebruik van matten: 1. Voor de veiligheid van de turnsters dient de vloer rondom en onder de evenwichtsbalk en de landingsplaats volledig bedekt te zijn met matten van minimaal 0.12 meter of 0.20 meter dikte. Indien niet voldoende matten in de accommodatie aanwezig zijn, waardoor enkel met matten van 0.05 meter dikte kan worden gewerkt, dient de balk 0.15 meter lager geplaatst te worden. Gemeten vanaf de vloer betreft dit respectievelijk 0.85 meter en 1.10 meter. 2. Het gebruik van een dempingmat bij de afsprong is verplicht. Indien de opsprong met behulp van een springplank aan dezelfde zijde plaats vindt als de afsprong, dan moet deze op de dempingmat worden geplaatst. 3. Bij de afsprong is het gebruik van een landingsmat toegestaan. Bij gebruik van een landingsmat is het gebruik van een dempingmat niet toegestaan. 4. Indien niet voldoende matten in de accommodatie aanwezig zijn, dan bepaald de wedstrijdleiding op welke wijze de toestellen aangepast dienen te worden om de veiligheid van de turnsters te waarborgen. 4. Landingsmat: breedte : minimaal 2.00 meter lengte : minimaal 3.00 meter hoogte : maximaal 0.30 meter Bij gebruik van een landingsmat van 0.30 meter hoogte is het gebruik van een dempingmat niet toegestaan. 5. Dempingmat: breedte : minimaal 2.00 meter lengte : minimaal 4.00 meter hoogte : 0.10 meter Bij gebruik van 0.12 meter of 0.20 meter matten is een dempingmat verplicht. 3.2 Algemene bepalingen 1. Voor zover hier niet omschreven gelden de FIG-bepalingen. Zie FIG Apparatus Norms, Part I IV. Oktober 2017 Toestelbepalingen blz. 11 LTC Turnen

4 MAT / VLOER 4.1 Belangrijke maten en eisen 1. Lange mat: lengte : 9.60-10.00 meter breedte : 1.20 meter 2. Verende vloer met de volgende maten: Vloer: : 12.00 x 12.00 meter Veiligheidsrand : minimaal 1.00 meter Markeringsstrepen : 0,05 meter 3. Gebruik vloer / lange mat: 1. Indien geen verende vloer aanwezig is, dan dient een werkvloer van 144 m 2 te worden afgemeten, waarbinnen over beide diagonalen een volledige mattenbaan moet worden gelegd en wel zodanig dat de matten niet over elkaar worden gelegd, daar waar ze elkaar kruisen. Indien aanwezig mogen maximaal 4 kleine matjes bijgeplaatst worden, zo niet dan moet gebruik gemaakt worden van de diagonalen. Richtingsfouten bij voorgeschreven oefenstof worden dan niet afgetrokken. Er mogen geen matten, behorende tot het kruis (en/of onder de lange matten) weggehaald worden. De totale gewenste dikte van de diagonalen bedraagt minimaal 8 cm. 2. Bij lange matoefeningen dient het acrobatisch gedeelte op de lange mat te worden uitgevoerd. Een gymnastisch gedeelte mag vervolgd worden in het verlengde van de mat en rondom de mat. 3. Bij kwalificatiewedstrijden, die leiden naar de landelijke wedstrijden en alle landelijke wedstrijden zelf, is voor alle niveaus een verende vloer verplicht. Augustus 2017 Toestelbepalingen blz. 12 LTC Turnen

4. Diagonale dempingsmat: 1. De diagonale dempingsmat heeft de volgende maten bij benadering Lengte : 7.50 meter Breedte : 1.50 meter 2. Het acrobatisch gedeelte van de vloeroefening dient op de aanwezig diagonale dempingsmat uitgevoerd te worden. Deze diagonale dempingsmat is verplicht voor de leeftijdscategorieën: - Instap N1, N2 en N3; - Pupil 1 N1, N2 en N3; - Pupil 2 N1, N2 en N3. 3. De diagonale dempingsmat ligt op een vaste plaats op de vloer en mag niet verplaatst worden tijdens de wedstrijd. 5. Springplank met veren: Lengte : 1.20 meter Breedte : 0.60 meter Hoogte : 0.20 meter 1. Indien gebruik wordt gemaakt van een springplank van het merk Janssen-Fritsen dan bevat de springplank type Zacht FIG vijf zilveren of blauwe veren. Het is niet toegestaan om de veren van planken toe te voegen, te herschikken of te verwijderen. 2. Bij het gebruik van andere springplanken dient het aantal veren goedgekeurd te worden door de wedstrijdleiding. Het is niet toegestaan om de veren van springplanken te verwisselen of te verwijderen. 3. Het meenemen van een eigen springplank is niet toegestaan, tenzij de wedstrijdorganisatie van tevoren nadrukkelijk aangeeft dat het meenemen van een eigen springplank wel is toegestaan. De wedstrijdleiding bepaalt onder welke voorwaarden een eigen springplank mag worden gebruikt. 4. Gebruik van de springplank is enkel toegestaan in de oefenstof voor leeftijdscategorie instap D2. 6. Gebruik van matten: 1. Het gebruik van een landingsmat of dempingmat is niet toegestaan. 2. Het gebruik van een dempingmat is wel toegestaan in de categorie Eredivisie Jeugd en Eredivisie Jeugd 1, indien dubbelsalto s en/of acroelementen met E-waarde of hoger wordt geturnd in de oefening ten behoeve van het betreffende element. 4.2 Algemene bepalingen 1. Voor zover hier niet omschreven gelden de FIG-bepalingen. Zie FIG Apparatus Norms, Part 1 IV. Oktober 2018 Toestelbepalingen blz. 13 LTC Turnen