Inspectierapport BSO de Blokkendoos (BSO) Ecliptica 26 5175XJ Loon op Zand Registratienummer 177049418 Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente: Loon op Zand Datum inspectie: 21-09-2017 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 28-09-2017
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Overzicht getoetste inspectie-items... 7 Gegevens voorziening... 9 Gegevens toezicht... 9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 10 2 van 10
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Dit rapport is tot stand gekomen aan de hand van onderzoek op basis van risico gestuurd toezicht. Om meer maatwerk bij het toezicht in de kinderopvang mogelijk te maken werken de GGD 'en in Nederland bij de inspectie volgens een model voor risico gestuurd toezicht. Dat betekent dat er intensiever geïnspecteerd zal worden waar nodig en minder intensief waar gebleken is dat dit kan. Bij risico gestuurd toezicht ligt de nadruk vooral op de zaken die het meest direct bijdragen aan de kwaliteit van de kinderopvang. Beschouwing Buitenschoolse opvang (BSO) de Blokkendoos is onderdeel van Stichting Kinderopvang Midden Brabant (KMB) en is gevestigd in basisschool de Blokkendoos in Loon op Zand. De BSO heeft twee lokalen en een ruime gang tot zijn beschikking. Een van de lokalen wordt gedurende de ochtenden gebruikt voor de gelijknamige peuteropvang. De BSO maakt tevens gebruik van de aula en de ruime schoolpleinen aan de voor- en achterzijde van de basisschool. De BSO bestaat uit twee basisgroepen ingedeeld naar leeftijd. In het lokaal waar de peuteropvang gedurende de ochtend speelt, worden tijdens de buitenschoolse opvang de jongere kinderen opgevangen. In het andere lokaal worden de kinderen van 8 jaar en ouder opgevangen. Op dinsdag is er een derde basisgroep geopend, deze kinderen worden opgevangen in de aula. Inspectiegeschiedenis: In 2014, 2015 en 2016 heeft er een onaangekondigd jaarlijks onderzoek plaatsgevonden. Tijdens de inspecties wordt aan alle getoetste voorwaarden voldaan. Huidige inspectie: Op 21 september 2017 heeft er een onaangekondigd jaarlijks onderzoek plaatsgevonden. Tijdens de inspectie wordt aan alle getoetste voorwaarden voldaan. De toelichting op de bevindingen van de toezichthouder kunt u teruglezen in het vervolg van dit rapport. Aan het einde van dit rapport treft u een overzicht aan van de inspectie-items die zijn beoordeeld. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 10
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat De observatie en de beschrijving van de pedagogische praktijk richt zich op de doelen zoals vastgelegd in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen: Het bieden van een gevoel van emotionele veiligheid. De mogelijkheid bieden tot de ontwikkeling van persoonlijke competenties. De ruimte bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties. De mogelijkheid geven om normen en waarden eigen te maken. Pedagogische praktijk Tijdens de observaties van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum (GGD GHOR Nederland/ NJI, 2015). Onderstaande beschrijvingen zijn aan dat instrument ontleend, en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Na de beschrijving uit het veldinstrument volgt eventueel een voorbeeld uit de waargenomen praktijk. Op basis van de observatie kan geconcludeerd worden dat aan de genoemde competenties wordt voldaan. Emotionele veiligheid Kennen/ herkennen (4-12) De beroepskrachten kennen ieder kind in de groep; ze kennen hen bij naam en weten persoonlijke bijzonderheden (bijv. karakter, hobby, allergieën). In het contact met het kind wordt die kennis gebruikt. Praktijk: Uit het personeelsrooster blijkt dat er gewerkt wordt met vaste beroepskrachten. Uit de interacties tussen de kinderen en de beroepskracht blijkt dat zij elkaar goed kennen. Welbevinden (4-12) Het welbevinden van de kinderen is redelijk tot goed. De meeste kinderen zijn ontspannen en bezig met hun spel. De meeste kinderen genieten van de dingen die gebeuren en die zijzelf kunnen; ze tonen blijdschap, plezier en trots. Ze zijn met interesse bezig, alleen of met anderen/vriendjes. Praktijk: Tijdens de observatie is waarneembaar dat alle kinderen ontspannen bezig zijn met hun spel. Er wordt gespeeld in kleine groepjes met diverse spelmaterialen; een groepje speelt samen een gezelschapsspel, anderen zijn aan het kleuren en knutselen en weer anderen spelen buiten op het schoolplein. De beroepskrachten sluiten aan bij de diverse activiteiten. Persoonlijke competentie Kinderen hebben de mogelijkheid om (leer) ervaringen op te doen door middel van de groep, spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting Praktijk: Er is voldoende spelmateriaal aanwezig voor diverse ontwikkelingsgebieden zoals bouwmateriaal, constructiemateriaal, knutselmaterialen, een computer. Ook is er ruimte om even te relaxen en niks te doen in de zithoek. Zelfredzaamheid (4-12) Kinderen krijgen ruimte voor zelfsturing, maar de beroepskracht is voor kinderen beschikbaar als hulp en controlepunt voor wat kan en mag. Kinderen gedragen zich redelijk zelfstandig en zelfverantwoordelijk bij het aangaan en uitvoeren van activiteiten. 4 van 10
Sociale competentie Begeleiden en feedback (4-12) De beroepskrachten begeleiden ook de positieve interacties tussen kinderen. Zij helpen de kinderen actief om sociale vaardigheden met leeftijds- en/of groepsgenootjes te ontwikkelen (bv. leren delen, naar elkaar luisteren, wachten, helpen). Zij benoemen en belonen het als kinderen een (bijna) conflict zelf hebben opgelost. Praktijk: Wanneer de kinderen en de beroepskrachten aan tafel spelletjes spelen, praten zij gemoedelijk met elkaar over de dingen die hen bezighouden. De beroepskracht stelt vragen en luistert naar wat de kinderen vertellen. De beroepskracht stimuleert de kinderen om naar elkaar te luisteren en om de beurt te praten. De sfeer is ontspannen. Overdracht van normen en waarden Voorbeeldfunctie (4-12) De beroepskrachten geven kinderen het goede voorbeeld van sociale vaardigheden in de omgang met andere kinderen; ze zijn vriendelijk, luisteren, leven mee, troosten en helpen, werken samen. Ze zijn (meestal) consequent in wat ze uitdragen en hoe ze zelf handelen. De beroepskrachten communiceren in heldere taal en met een correcte woordkeuze. Praktijk: De beroepskrachten zijn vriendelijk en behulpzaam en sluiten aan bij de ontwikkeling van de kinderen. Ze hebben aandacht voor het stimuleren van de zelfstandigheid van kinderen. Dit is zichtbaar wanneer de kinderen buiten gaan spelen. De beroepskracht stimuleert één van de jonge kinderen om de jas zelf aan te trekken. Ze begeleidt het kind totdat het zelf de jas aan heeft getrokken. Wanneer het gelukt is geeft ze het kind een complimentje. Er zijn duidelijke regels op de BSO, de kinderen weten waar ze aan toe zijn en wat er van hen verwacht wordt. Positieve sfeer (4-12) De beroepskrachten zetten zich in voor een positieve sfeer door zorg voor de inrichting en aankleding van ruimte en activiteiten. Zij maken grapjes, zijn behulpzaam en hebben aandacht en zorg voor alle kinderen. Kinderen worden aangesproken op hun medeverantwoordelijkheid voor een positieve sfeer en omgang met elkaar. Gebruikte bronnen: Interview (Beroepskrachten) Observaties 5 van 10
Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de medewerkers gecontroleerd op een geldige verklaring omtrent het gedrag en een passende beroepskwalificatie. De beroepskracht-kindratio is gecontroleerd door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Verklaring omtrent het gedrag De beroepskrachten zijn in het bezit van een geldige verklaring omtrent het gedrag. Op het moment van inspectie zijn er geen stagiaires aanwezig. Passende beroepskwalificatie De beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie. Opvang in groepen De kinderen worden opgevangen in twee basisgroepen van maximaal 20 kinderen: Groep Ratjetoe voor maximaal 20 kinderen van de groepen 1, 2 en 3. Groep De Kameraden voor maximaal 20 kinderen vanaf groep 4. De derde basisgroep, groep Aula, is momenteel alleen op dinsdag open. Hier kunnen maximaal 20 kinderen vanaf groep 4 worden opgevangen. Beroepskracht-kindratio Er zijn 16 kinderen aanwezig en er zijn 2 beroepskrachten werkzaam. Er zijn voldoende beroepskrachten ingezet ten opzichte van het aantal aanwezige kinderen. Gebruikte bronnen: Interview (Beroepskrachten) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten (21 september 2017) Personeelsrooster (21 september 2017) 6 van 10
Overzicht getoetste inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het vastgestelde pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven vanaf 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Opvang in groepen De opvang vindt plaats in basisgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en 7 van 10
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en 8 van 10
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : BSO de Blokkendoos Aantal kindplaatsen : 60 Gegevens houder Naam houder : Stichting Kinderopvang Midden-Brabant Adres houder : Postbus 250 Postcode en plaats : 5170AG KAATSHEUVEL Website : www.skcmb.nl KvK nummer : 60135670 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Hart voor Brabant Adres : Postbus 3024 Postcode en plaats : 5003DA Tilburg Telefoonnummer : 088-3686845 Onderzoek uitgevoerd door : Y Vroonland Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Loon op Zand Adres : Postbus 7 Postcode en plaats : 5170AA KAATSHEUVEL Planning Datum inspectie : 21-09-2017 Opstellen concept inspectierapport : 27-09-2017 Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 28-09-2017 Verzenden inspectierapport naar houder : 29-09-2017 Verzenden inspectierapport naar : 29-09-2017 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 20-10-2017 9 van 10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 10 van 10