wao innovation for life Notitie Ilse van den Aker (Ministerie van SZW) Suzanne Spaan, Ko den Boeft, Peter Tromp, Jan Tempelman, Jody Schinkel

Vergelijkbare documenten
Achtergrond. Ministerie van SZW. Suzanne Spaan, Jody Schinkel, Peter Tromp

1. definitie voor asbestverontreiniging ( besmetting )

FAQ n.a.v. de wijzigingen in de grenswaarde van asbest amfibolen en de risicoklassen. Achtergrond. Risicoklassen

Verkennende risicobeoordeling conform NEN 2991

Rapport NEN 2991 blootstellingsonderzoek inkaderingsonderzoek

Reden hiervoor is de aanname dat de toegepaste producten bij het stralen van de brug mogelijk verontreinigd zijn met asbest.

Rondetafelbijeenkomst Asbestsaneerders. Heeswijk 19 april 2012

Innovatieve saneringsmethoden in de asbestbranche. Jody Schinkel en Ko den Boeft

INTERPRETATIEDOCUMENT VOOR NEN 2990 (2012) LUCHT EINDCONTROLE NA ASBESTVERWIJDERING

Rapport NEN2991 (Risicobeoordeling) Rozenstraat 15 te Zutphen

Eindbeoordelaar Asbestlaboratoria Luchtmetingen van de Eindbeoordeling

Eindbeoordelaar Asbestlaboratoria Basiskennis en visuele inspectie van de Eindbeoordeling

Prins. Milieu Consultancy. Plan van aanpak voor het deels ontgraven van een puinpad. op een bosperceel aan de Veenburgerweg te Zwartebroek

WELKOM! BIJ DE WORKSHOP VAN DE FENELAB TECHNISCHE COMMISSIE ASBEST

Rapport LUCHT- en KLEEFMONSTER ONDERZOEK ASBEST conform NEN 2991

INTERPRETATIEDOCUMENT VOOR NEN 2990 (2012) LUCHT EINDCONTROLE NA ASBESTVERWIJDERING

Stasco Environmental Research B.V. Tav: dhr D. Hendriks Aalscholverstraat VP Purmerend. Uw kenmerk Ons kenmerk Rotterdam

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Arbeidsomstandighedenregeling wordt als volgt gewijzigd:

ONTWIKKELINGEN WET- EN REGELGEVING januari 2017

Werken met de SCi-547 en SCi-548. Jody Schinkel, Suzanne Spaan, Ko den Boeft, Jan Tempelman

CERTIFICAAT EINDCONTROLE NA ASBESTVERWIJDERING

Van de regen in de drup of van de drup in de regen?

Asbestinventarisatie SC-540 type A ABN AMRO FMS Milieu- en Brandveiligheiddesk ABN AMRO filiaal (HAAA20) Andalusië 13, 2037 AT te Haarlem

NEN-2991 Onderwerp en toepassingsgebied

Grenswaarden worden door overheid én bedrijfsleven gebruikt bij het toetsen van blootstelling aan schadelijke

Grenswaarden worden door overheid én bedrijfsleven gebruikt bij het toetsen van blootstelling aan schadelijke

Kleefmonstername conform NEN Straatsburgflat Omgeving Straatsburgflat te Uithoorn

ONTSTAAN EN GEBRUIK VAN DE SCI-547 EN SCI-548. Aandachtspunten voor de praktijk Suzanne Spaan

Inventarisatie van Quick wins van wet- en regelgeving en uitvoeringspraktijk in de asbestsector

Noordeind 88 Emmen. Sanitas Metingen & Inspecties B.V. Zuideinde LK Barendrecht Tel: RvA certificaat code: I-185

De recente aanpassingen van de grenswaarden zijn onderdeel van een pakket aan maatregelen. Een andere belangrijke

IDDS. Wijzigingen asbestwetgeving

DE ROL VAN GOEDE PRAKTIJKEN IN DE NEDERLANDSE ASBEST PRAKTIJK JODY SCHINKEL

WELKOM. ASCERT SYMPOSIUM 5 december 2013

Plan van Aanpak. Validatie metingen conform SC-548 bij proefsanering gevelpuien en destructief onderzoek binnengevelpuien in containment

Bepaling van de vezelconcentratie in de lucht na asbestsanering

Wat komen laboratoria tegen in de praktijk. Welkom op de workshop Even voorstellen!!

html

Schema Revisienummer Datum SCi maart SCi-548

Randvoorwaarden en doelvoorschriften bij alternatieve verwijderingsmethoden

Volledige asbest inventarisatie type A Conform SC 540

METING TEN BEHOEVE VAN RISICOCLASSIFICATIE CONFORM SCi-548 RPS / A00. Verwijdering asbesthoudende coating doormiddel van

Volledige asbest inventarisatie type A Conform SC 540

ASBESTINVENTARISATIE. Aanbouw van een woning

Asbest Jan W.C. van Willigenburg (beleid en communicatie) BME Asbestconsult BV Vianen

De processtap Voorbereiding (2.2) is uitgewerkt in de vormen 3.1 t/m De processtap Uitvoering (2.4) is uitgewerkt in de vormen 4.1 t/m 4.11.

Validatiemetingen tijdens het trekken van Asbesthoudende meszekeringen uit een laagspanningskast conform SC-548

vakmanschap uiteen hoe Ascert in het nieuwe jaar in wil spelen op hoofdconclusies uit

Asbest Totaal Nieuwenhuizen HK Giessen

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Validatiemetingen tijdens het trekken van asbesthoudende meszekeringen uit een Laagspanningsrek

Asbestinventarisatie rapport

Door middel van een visuele inspectie en luchtmeting bepalen of het gebied zonder gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen kan worden betreden.

2015 no. 58 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Procedure voor het aanvragen van een SCi 547 beoordeling.

PRESENTATIE NVVA-SYMPOSIUM Asbest doorgeslagen?

ONTWIKKELINGEN ONDERBOUWINGEN ASBEST RISICO S


ASBESTINVENTARISATIERAPPORT Volledige TYPE A CONFORM SC-540

Sanering van asbest(daken) op agrarische bedrijven

Rapportage Asbestinventarisatie Type A

SC-548. Handleiding Metingen ten behoeve van risicoklasse-indeling als aanvulling op SMA-rt

Asbestinventarisatie conform procescertificaat asbestinventarisatie Molenstraat 45 te Diessen Project

Informatiebijeenkomst Schemawijzigingen. (Tom Troquay en Sijmen Versteegt) 30 mei Eindhoven 5 juni Rotterdam 11 juni Zwolle

TNO-rapport. Earth, Life & Social Sciences Princetonlaan CB Utrecht Postbus TA Utrecht. T

Brouwersstraat 1 te Beneden-Leeuwen. Opdrachtgever: Woonstichting De Kernen

Ravelstraat XK Nieuwegein

Asbestinventarisatie conform SC540 type A

Asbest Totaal Nieuwenhuizen HK Giessen

Stichting Swalm & Roer t.a.v. de heer ing. F. Rubel Postbus AP Roermond. Geachte heer Rubel,

Volledige asbest inventarisatie type A Conform SC 540

Rapportage Asbestinventarisatie TYPE A Aengwirderwei 309 te Tjalleberd

Marco Pololaan GM Utrecht

Asbestinventarisatie rapport

Advies van de Bezwaarschriftencommissie Ascert inzake het bezwaar van [bezwaarmaker]

Rapportage Onvolledige asbestinventarisatie Type A conform SC-540

innovation for life Aanleiding Notitie kaart te brengen en de benodigde maatregelen te treffen bij de bedrijven die

Neckardreef CL Utrecht

Asbest is emotie (?) NVvA-symposium, 12 april Presentatie opgesteld door: René Bekman, voorzitter Stichting VIA Geke van Meer

ASBESTINVENTARISATIE TYPE A CONFORM SC 540 RPS/ A00. Keuken van een woning Doctor Ariënsstraat TP Valkenswaard. Datum: 11 augustus 2015

ASBESTINVENTARISATIE TYPE B. liftmachinekamer klooster Raadhuisstraat 26 te Berkel-Enschot projectnummer AS september 2015

ASBESTINVENTARISATIE PLANGEBIED ODIJK-WEST

Volledige rapportage Asbestinventarisatie opzet voor individuele adressen

VOORBEELD Elementen voor een offerte verzoek Asbestinventarisatie inclusief risicobeoordeling nietsloopsituatie

chrysotiel chrysotiel 0,1-2% 2-5% Opmerkingen

Aanvullende asbestinventarisatie type A ten behoeve van renovatie

Agaatdrift BT Nieuwegein

RISICOBEOORDELING conform NEN2991. Wolfsdonk 6 te Chaam projectnummer RB november 2013

woningen Nassaukade 158 Amsterdam

OVER DE OPDRACHTGEVER ONDERZOEKSGEGEVENS SANERING SANERINGSMETHODE

BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp

Zwolseveste BK Nieuwegein

Onderzoek naar de bruikbaarheid van stripmonsters als onderdeel van de eindcontrole na asbestverwijdering (Ontwerp NEN 2990)

Beoordeling van het blootstellingsrisico aan asbest bij handelingen met asbestcement waterleidingbuizen

DE ERFENIS VAN HET ASBESTGEBRUIK II: ASBEST IN EN OP GEBOUWEN EN IN DE GROND JODY SCHINKEL

Volledige rapportage Asbestinventarisatie Type A

Transcriptie:

wao innovation Notitie Aan Ilse van den Aker (Ministerie van SZW) Van Suzanne Spaan, Ko den Boeft, Peter Tromp, Jan Tempelman, Jody Schinkel Earth, Life & Social Sciences Utrechtseweg 48 3704 HE Zeist Postbus 360 3700 AJ Zeist www.tno.n1 T +31 88 866 60 00 F +31 88 866 87 28 Onderwerp Quick wins asbestregulering Verzwaarde eindbeoordeling na risicoklasse 3 asbestsanering (finale versie) Inleiding De overheid streeft naar het vereenvoudigen en kosteneffectiever (doelmatig) maken van de asbestregelgeving, -schema's, -normen en -praktijk zonder het risico op het introduceren van onverantwoord hoge blootstelling. In deze notitie wordt gepoogd een aantal concrete vragen van het ministerie van SZW met betrekking tot de 'verzwaarde eindbeoordeling na asbestsanering in risicoklasse 3' (ook wel hoog-risico saneringen genoemd) te beantwoorden. E-mail E-mail suzanne.spaan@tno.nl Doorkiesnummer +31 88 866 18 21 Doorkiesfax +31 88 866 87 28 De notitie is als volgt opgebouwd: A. Te beantwoorden vragen/nadere duiding; B. Antwoorden/nadere duiding (in het kort); C. Onderbouwing antwoorden en toelichting op de antwoorden. Deze notitie kan worden gezien als een eerste fase van een later uit te breiden inventarisatie van mogelijke 'quick wins' in asbestregulering, die bijdragen aan het bovenbeschreven doel. Deze inventarisatie wordt in 2016 voortgezet. A. Te beantwoorden vragen/nadere duiding 1. Leidt de verplichting van het meten (het uitvoeren van asbestvezelconcentratie-metingen in de lucht) in aan het containment grenzende ruimten als onderdeel van verzwaarde eindbeoordeling van hoogrisico asbestsaneringen (zoals omschreven in artikel 4.54 van het Arbobesluit), in de praktijk tot afkeur van vrijgave van saneringswerken? 2. Het onderzoek moet per mogelijke wijziging een indicatie geven van het verwachte draagvlak.

wao innovation 3. Het onderzoek moet per mogelijke wijziging aangeven waarom dit naar verwachting niet zal leiden tot het introduceren van (grote) risico's voor de gezondheid. B. Antwoorden/nadere duiding (in het kort) 1. Voor het beantwoorden van deze vraag is het van belang om de beschikking te hebben over meetgegevens. TNO heeft met wisselend succes verschillende partijen benaderd. Omdat de verwachting bestaat dat de meeste meetgegevens beschikbaar zouden zijn bij de laboratoria, heeft TNO de TC Asbest van Fenelab benaderd, wat helaas niet heeft geleid tot het beschikbaar komen van meetgegevens. 2/8 Drie laboratoria hebben echter wel data ter beschikking gesteld afzonderlijk te zijn benaderd. De eerste dataset betreft 778 eindcontroles van risicoklasse 3 saneringen (voor meer details, zie onderdeel C). In 55 van de 778 gevallen is het containment afgekeurd, waarvan in 8 van de 55 gevallen afkeur op grond van luchtmeting/overbeladen filters. In 1 van de 8 gevallen werd de grenswaarde binnen en buiten het containment (in de aangrenzende ruimten) overschreden, en in 1 van de 8 gevallen werd de grenswaarde alleen buiten het containment overschreden. De overige 6 betroffen overbeladen filters. De tweede dataset bevat de gegevens van de luchtmetingen binnen en buiten het containment voor de vrijgave van 95 risicoklasse 3 saneringsprojecten (voor meer details, zie onderdeel C). Van 2 van de 95 projecten is het containment afgekeurd op basis van de resultaten van de luchtmetingen in het containment, maar in alle gevallen lagen de gemeten vezelconcentraties buiten het containment onder de grenswaarde. De derde dataset betreft de gegevens van de luchtmetingen binnen en buiten het containment voor de vrijgave van 45 risicoklasse 3 'projecten' (containments) als onderdeel van een groot saneringsproject (voor meer details, zie onderdeel C). Alle 235 gemeten asbestvezelconcentraties, waarvan 131 van metingen buiten een containment en 104 van metingen binnen een containment, lagen beneden de grenswaarde, en geen van de containments is op basis van andere observaties afgekeurd. De beschikbare gegevens zijn zowel gebaseerd op FCM-analyses (twee sets) als SEM/RMA-analyses (één set). Aangenomen dat de beschikbare meetgegevens representatief (enigszins richtinggevend) zijn voor de vrijgave van RK3 saneringen in het algemeen, zou dit betekenen dat de afkeur van vrijgave van het containment op grond van metingen in ruimten grenzend aan het containment sporadisch voorkomt, en in deze gevallen het containment

REINO innovation ook was afgekeurd op grond van de bijbehorende (parallelle) metingen in het containment zelf. 2. Uitgaande van risicogericht handelen is het draagvlak voor het schrappen van de aanvullende metingen naar verwachting groot. Begrip en inzicht dat meten op niet-zinvolle plaatsen en gedurende de eindcontrole van een sanering wordt voorkomen, werkt draagvlak verhogend. Wellicht speelt mogelijk wel het verlies aan omzet (minder metingen) van de laboratoria een rol. 3/8 3. Het schrappen van de verplichting van aanvullende metingen in aangrenzende ruimten als onderdeel van de verzwaarde eindbeoordeling na asbestsanering in risicoklasse 3 zal waarschijnlijk weinig tot geen impact hebben op de gezondheid van de betrokkenen. Er zullen waarschijnlijk weinig tot geen (nieuwe) risico's worden geïntroduceerd, omdat uit de beschikbare meetgegevens blijkt dat afkeur van een containment op basis van de metingen buiten het containment sporadisch voorkomt, en in die gevallen het containment ook zou zijn afgekeurd op basis van de metingen in het containment. Door het schrappen van deze verplichting worden mogelijk de risico's met iets meer onzekerheid in kaart gebracht. Het is mogelijk dat er tijdens de sanering een besmetting buiten het containment heeft plaatsgevonden door onvoldoende functioneren van het containment. Indien het containment zelf goed wordt schoongemaakt, en zonder problemen kan worden vrijgegeven, maar er geen luchtmetingen worden verricht tijdens deze vrijgave, dan zouden deze situaties over het hoofd kunnen worden gezien. Op basis van de beschikbare gegevens kan echter worden geconcludeerd dat deze situatie niet is voorgekomen, en dus waarschijnlijk in de praktijk (vrijwel) niet optreedt. C. Onderbouwing antwoorden en toelichting op de antwoorden Bestaande verplichting en gerelateerde normering In artikel 4.54 van het Arbobesluit wordt de verplichting tot het doen van aanvullende metingen buiten het containment bij een asbestsanering (binnen situatie) in risicoklasse 3 omschreven.' De wijze waarop deze aanvullende metingen moeten worden uitgevoerd is vastgelegd in de NEN 2990: 2012. 1 Artikel 4.54. Verzwaarde eindbeoordeling (voor risicoklasse 3): In aanvulling op artikel 4.51a (Eindbeoordeling), eerste en tweede lid, wordt er tevens een eindbeoordeling uitgevoerd in de naast de arbeidsplaats gelegen ruimten. Artikel 4.51a, eerste en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing (van kracht sinds 2006)

innovation Onder aangrenzende ruimten wordt verstaan: alle aangrenzende ruimten die aan het containment / de afgeschermde ruimte grenzen en waar personen zich vrij kunnen bewegen. Een dergelijke ruimte moet onder normale omstandigheden vanuit de ruimte waar de asbestsanering heeft plaatsgevonden door middel van een doorgang / opening / plenum 2 zijn verbonden. 4/8 De aanvullende metingen in aangrenzende ruimten bestaan uit een visuele inspectie én luchtmetingen. Het doel van de visuele inspectie 3 is het vast stellen van eventuele aanwezigheid van asbestverdachte resten in de directe nabijheid van de afgeschermde ruimte (het containment). De eis 'stofvrij' is niet op de aangrenzende ruimten van toepassing. Het doel van de luchtmetingen 4 is om vast te stellen of de concentratie aan respirabele asbestvezels in de directe nabijheid van het 'containment' de wettelijke vastgestelde toetswaarde niet overschrijdt. Het aantal te nemen monsters en de plaats waar de monsters genomen dienen te worden wordt hierbij ook aangegeven.' Omdat in de aangrenzende ruimten ten tijde van de sanering sprake kan zijn van een normale gebruikssituatie, waarbij vezelvormige bestanddelen (geen asbestvezels, maar organische vezels, gipsnaalden, textiel, etc.) in de lucht kunnen voorkomen, wordt analyse met SEM/RMA voorgeschreven, om zo specifiek de eventuele aanwezigheid van asbestvezels aan te kunnen tonen. Indien het resultaat van de luchtmeting niet voldoet of asbestverdachte resten worden aangetroffen, dan is er sprake van afkeur. Waarschijnlijk zal in die situatie ook het containment zijn afgekeurd (op grond van de visuele inspectie van, kleefmonsters en luchtmetingen in het containment). Is dit niet het geval, dan is het mogelijk dat tijdens de sanering het containment onvoldoende heeft gefunctioneerd of dat er buiten het containment nog een andere asbestbron bestaat die tijdens de asbestinventarisatie niet aan het licht is gekomen, en moeten door de opdrachtnemer aanvullende maatregelen worden genomen om blootstelling te voorkomen. De praktijk / beschikbare meetgegevens Voor het opstellen van deze notitie werden de volgende rapporten verzameld: 2 Bouwkundige benaming voor de ruimte tussen het 'echte' plafond en een verlaagd plafond of ruimte tussen de 'echte' vloer en de verhoogde vloer 3 Conform NEN 2990:2012, paragraaf 7.2.3: Werkwijze bij inspectie in 'containment' of afgeschermde ruimte Conform NEN 2990:2012, paragraaf 8.2.2: Monsterneming voor analyse met SEM/RMA conform NEN-ISO 14966 (hoog risico sanering) 5 Conform NEN-2990:2012, paragraaf 8.1.6: Aanvullende metingen bij een asbestsanering in risicoklasse 3

wao innovation 1, - Validatiemetingen project Bronmaatregelen 6 (Stichting Ascert) - Twee eindrapporten m.b.t. uitgevoerde asbestsaneringen in gebouwen in Den Haag en Arnhem die ter beschikking zijn gesteld door de opdrachtgever - Dataset van de eindbeoordeling van 778 projecten (projecten niet met name genoemd) - Dataset van de luchtmetingen binnen en buiten het containment als onderdeel van de eindbeoordeling van 45 projecten - Dataset van de luchtmetingen binnen en buiten het containment als onderdeel van de eindbeoordeling van 95 projecten (projecten niet met name genoemd) 5/8 Verder werd de leden van de Technische Commissie Asbest van Fenelab benadert voor het leveren van concrete cases waarbij meetresultaten van metingen buiten het containment aanleiding waren voor 'afkeur'. Voor de in het kader van het project Bronmaatregelen uitgevoerde validatiemetingen zijn ook een beperkt aantal metingen buiten het containment uitgevoerd. Deze meetresultaten hebben niet tot een 'afkeur' geleid. Na de sanering in het gebouw in Den Haag zijn enkele metingen buiten containments uitgevoerd en geanalyseerd met SEM/RMA. In alle gevallen werd voor deze luchtmonsters de concentratiewaarde 0 asbestvezels/m3 gerapporteerd. In het eindrapport van de sanering van het gebouw in Arnhem wordt melding gemaakt van een meting (lichtmicroscopie) buiten het containment door het stilvallen van een onderdrukmachine wegens stroomuitval. Een citaat uit het rapport: "De aannemer heeft op aangeven van de toezichthouder op eigen kosten een achtergrondmeting uitgevoerd. De uitslag was als verwacht positief. Er is geen asbest vrijgekomen als gevolg van de stilstand van de onderdrukmachine." Drie laboratoria hebben data ter beschikking gesteld. De eerste dataset betreft 778 eindcontroles van risicoklasse 3 saneringen, uitgevoerd in de periode januariseptember 2015, waarbij zowel in als buiten het containment luchtmetingen zijn verricht (met behulp cellulosefilters en analyse met FCM). In 55 van de 778 gevallen is het containment afgekeurd, waarvan in 8 van de 55 gevallen afkeur op grond van luchtmeting/overbeladen filters. In 6 van de 8 gevallen was er sprake van overbeladen filters binnen en buiten het containment, in 1 van de 8 gevallen werd de grenswaarde binnen en buiten het containment (in de aangrenzende ruimten) overschreden, en in 1 van de 8 gevallen werd de grenswaarde alleen 6 Eindrapportage onderzoek bronmaatregelen (Stichting Ascert)

MMO innovation buiten het containment overschreden. In de 47 overige gevallen is het containment afgekeurd op de aanwezigheid van stof of asbestrestanten in het containment. De tweede dataset betreft de gegevens van de luchtmetingen binnen en buiten het containment voor de vrijgave van 95 risicoklasse 3 saneringsprojecten. Dit betreffen alle risicoklasse 3 saneringen die in de periode september t/m december 2015 waarvoor dit laboratorium de eindbeoordeling heeft gedaan (met behulp cellulosefilters en analyse met FCM). De dataset omvat in totaal 218 metingen in een containment en 194 metingen buiten een containment. Voor 2 van de 95 projecten is het containment afgekeurd op basis van de resultaten van de luchtmetingen in het containment (concentraties van beide metingen >0,01 vezels/cm3). In alle gevallen lagen de gemeten vezelconcentraties buiten het containment onder de grenswaarde. De derde dataset betreft de gegevens van de luchtmetingen binnen en buiten het containment voor de vrijgave van 45 risicoklasse 3 'saneringsprojecten' (containments) als onderdeel van een groot saneringsproject. Deze metingen zijn verricht in periode januari t/m oktober 2015, en omvatten 231 metingen met goudbedampte filters die zijn geanalyseerd met behulp van SEM/RMA, en 4 metingen met cellulosefilters die zijn geanalyseerd met FCM. 131 van de 235 metingen betreffen metingen buiten het containment. Voor 10 projecten zijn alleen metingen binnen het containment beschikbaar, voor 13 projecten zijn alleen metingen buiten het containment beschikbaar, en voor 22 projecten zijn zowel luchtmetingen binnen als buiten het containment beschikbaar. Op geen van de geanalyseerde filters zijn asbestvezels aangetroffen, en alle gemeten asbestvezelconcentraties lagen dan ook beneden de grenswaarde. Geen van de containments is afgekeurd. 6/8 Is de verzwaarde eindbeoordeling doeltreffend/effectief? Indien tijdens de visuele inspectie van de aangrenzende ruimte(n) geen asbestverdachte resten worden aangetroffen en/of de concentraties van respirabele asbestvezels (op basis van diverse luchtmonsters) kleiner zijn dan de grenswaarde (of kleiner dan de onderste bepalingsgrens), en zowel de visuele inspectie als de SEM/MRA-analyse correct zijn uitgevoerd, dan zijn de aangrenzende ruimten 'asbestveilig' en kan worden geconstateerd dat de veiligheidsschil (het containment) correct heeft gefunctioneerd. Wordt deze bevinding gecombineerd met een vrijgave van het containment (eventueel na meerdere schoonmaakacties), dan is de toegevoegde waarde van de meetresultaten van de metingen in aangrenzende ruimten beperkt.

WI innovation Worden tijdens de visuele inspectie van de aangrenzende ruimte(n) wel asbestverdachte resten aangetroffen en/of zijn de concentraties van respirabele asbestvezels (op basis van diverse luchtmonsters in de aangrenzende ruimte(n)) groter dan de grenswaarde, dan heeft de veiligheidsschil (het containment) gefaald, mits er zich in de aangrenzende ruimten geen andere asbestbronnen bevinden. De aanwezigheid van andere asbestbronnen zou in principe uit de asbestinventarisatie naar voren moeten zijn gekomen, en zouden dus niet moeten kunnen bijdragen de gemeten concentratie asbestvezels, maar hierbij kunnen besmettingen die niet direct (met het blote oog) zichtbaar zijn, zijn gemist. In dit geval is er feitelijk sprake van een ongecontroleerde situatie, te weten geen zicht op de aard en omvang van de asbestverontreiniging die (te) laat wordt ontdekt, waarbij mogelijk personen aan asbestvezels zijn blootgesteld, omdat in de aangrenzende ruimte(n) personen zich vrij kunnen bewegen. Ter illustratie: Een vleugel van een ziekenhuis wordt afgesloten voor een asbestsanering die drie weken duurt, terwijl de naastgelegen transportas (verbinding tussen gebouwdelen) die tijdens de sanering moet blijven functioneren (want het ziekenhuis moet zoveel mogelijk normaal blijven functioneren). Wanneer na de sanering bij de eindbeoordeling blijkt dat ergens tijdens die drie weken het containment niet meer naar behoren functioneert en er een besmetting van de rest van het ziekenhuis is ontstaan, dan is de kans dat in die tussentijd mensen zijn blootgesteld aan asbestvezels aanwezig. 7/8 De 'positionering' van het meten in aangrenzende ruimten is in termen van effectiviteit discutabel. Wordt met het meten in aangrenzende ruimten het monitoren van het saneringsproces beoogd (blijft het asbesthoudende materiaal binnen het containment), dan worden de metingen letterlijk 'te laat' uitgevoerd (er is al sprake van een voldongen feit), omdat als een asbestverontreiniging wordt geconstateerd, er geen mogelijkheid tot correctie tijdens de sanering (de oorzaak van de besmetting) meer beschikbaar is. De sanering is immers afgerond en het containment is door de saneerder aan het laboratorium, dat de eindcontrole uitvoert, overgedragen. Wordt in de aangrenzend ruimten 'niets' gemeten, dan wordt daarmee bevestigd dat tijdens de sanering het asbesthoudend materiaal in het containment is gebleven. Ten opzichte van een vrijgegeven containment is de toegevoegde waarde van deze aanvullende metingen in de aangrenzende ruimte(n) echter beperkt. In het kader van procescontrole en de mogelijkheid tot bijsturing tijdens de sanering zijn er situaties waarin het wenselijk is buiten het containment het saneringsproces te monitoren, met name tijdens saneringen in risicoklasse drie waarbij de sanering plaatsvindt in een ruimte die door middel van

IMO innovation doorgang/opening/plenum zijn verbonden met een ruimte of ruimten waar mensen zich gedurende de saneringsperiode vrij kunnen bewegen. Om in dergelijke situaties het saneringsproces effectief te kunnen monitoren is een snelle (terug)koppeling tussen, monstername, analyse, en eventuele acties naar aanleiding van het analyseresultaat (bijv. onderbreken van de sanering) gewenst. 8/8