gebruikers (verzamelaars) vervoerders

Vergelijkbare documenten
Fiche voor de toepassing van de bepalingen van artikel 17 van verordening. Voor onderzoek en diagnose bestemde monsters

(Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3

Gearchiveerd op 01/01/2017

TRA 3190 oleochemie - DIERLIJKE BIJPRODUCTEN NHC [3190] v1

Gearchiveerd op 01/01/2017

Kanalisatie van dierlijke bijproducten bij slagerijen en poeliers

TRA 3132 petfoodfabrikant - DIERLIJKE BIJPRODUCTEN NHC [3132] v1

Toelatingsvoorwaarden voor opslagbedrijven voor producten afkomstig van categorie 2- en 3 materiaal

Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres :

(Voor de EER relevante tekst)

VERZAMELCENTRUM EN LEERLOOIERIJ

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Omzendbrief betreffende de hygiëne en de verplichtingen inzake de traceerbaarheid van vrij wild en verklaringen van wildbewerkingsinrichtingen

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum juli 2016

Infoblad dierlijke bijproducten in de eiersector

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum januari 2017

Handleiding intracommunautair handelsverkeer van dierlijke bijproducten

PRI 2563 Productie van voedermiddelen andere dan voor eigen gebruik op het landbouwbedrijf en andere dan akkerbouwgewassen - Traceerbaarheid [2563] v2

Gearchiveerd op 01/01/2017

November Infoblad dierlijke bijproducten in de zuivelsector. Wettelijk kader

Vertaling. Overwegende:

TRA 3047 Uitsnijden, uitbenen en (opnieuw) onmiddellijk verpakken van vers vlees - TRACEERBAARHEID [3047] v1

Omzendbrief met betrekking tot particuliere slachtingen

Informatieblad Transport van levensmiddelen, diervoeders en dierlijke bijproducten.

Publicatieblad van de Europese Unie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(VO 183/2005 Bijlage III) De productie-eenheid is zo ontworpen dat zij adequaat kan worden gereinigd.

1. AANGIFTE IN DE GIP 2 2. CONTROLES 2 3. VERVOER NAAR SCHEEPSBEVOORRADER 3 4. ERKENNINGSVOORWAARDEN VOOR SCHEEPSBEVOORRADER 3

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Export van verwerkte dierlijke eiwitten en producten die verwerkte dierlijke eiwitten bevatten

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Gearchiveerd op 01/01/2017

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

van mest en mestproducten: TOELICHTING TRACES

Omzendbrief met betrekking tot meststoffen/bodemverbeterende middelen die dierlijke bijproducten bevatten

Omzendbrief met betrekking tot de traceerbaarheid bij het verzenden van levensmiddelen van dierlijke oorsprong.

Hierbij gaat voor de delegaties document D048570/03.

Omzendbrief met betrekking tot slagerijscholen

2. Vleeshandel, vleesvervoer, vleesbereiding en vishandel

3328 PRI-TRA-DIS Food - VERVOER [3328] v1

PRI 2440 Vlees - Verpakking en etikettering (inclusief handelsnormen) [2440] v4

NCAE. Toelichting handelsnormen voor eieren - verzamelaars november 2013

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

IB.ZA juli Productomschrijving GN-code Land Vers vlees van gevogelte Zuid-Afrika Separatorvlees van gevogelte.

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

2002R1774 NL

Gearchiveerd op 23/12/2010 1

PRI 3050 Konijnenbedrijven - geneesmiddelen en bedrijfsbegeleiding [3050] v1

Omzendbrief met betrekking tot meststoffen/bodemverbeterende middelen/teeltsubstraten die dierlijke bijproducten bevatten

Bijlage III Inrichtingen waarvan de activiteiten onderworpen zijn aan een toelating door het Agentschap

Erkenningsvoorwaarden voor embryoteams en embryoproductieteams voor paarden VANAF 01/09/2010

Veel gestelde vragen (FAQ) Identificatie van paarden

Zaaknummer 17/397, 17/398, 17/399, 17/400, 17/401 en 17/402

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

hulpmiddel voor exploitanten die dierlijke bijproducten hanteren

Voor dierlijke producten verwijst dat begrip naar het land waarin het product geheel is verkregen, hetgeen, toegepast op vlees, betekent: het land waa

Gezondheidscertificaat voor de export van pluimvee- en kalkoenvlees en separatorvlees naar de Republiek Cuba

Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres :

TRA 3028 Vlees en afgeleide producten - TRACEERBAARHEID [3028] v1

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

Omzendbrief betreffende de controle op de radioactieve besmetting van levensmiddelen en diervoeders van oorsprong uit of verzonden vanuit Japan

DIS 3006 Vleeswinkel -TRACEERBAARHEID [3006] v1

(Voor de EER relevante tekst)

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID

Omzendbrief betreffende het grensoverschrijdende handelsverkeer in niet-onthuid grof vrij wild

februari 2017 Productomschrijving GN-code Land Vers varkensvlees 0203 Zuid-Afrika

PRI 3045 Dierlijke producten (rauwe melk) - geneesmiddelen en bedrijfsbegeleiding [3045] v1

Omzendbrief met betrekking tot materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen.

Februari ,

TRA 3255 Uitsnijderij van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3255] v1

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Verificatielijst specifieke eisen voor slachthuis pluimvee en lagomorfen

Verificatielijst gehakt, vleesbereidingen en separatorvlees

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst)

Uw brief van Uw kenmerk Ons Kenmerk Bijlagen Datum PCCB/S2/MGX/PPS/CKS/

Bijlage III - Inrichtingen waarvan de activiteiten onderworpen zijn aan een toelating door het Agentschap

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van 12 januari 2011.

INSPECTIELIJST. Scoreberekening Lijst verstuurd Openbaar maken

Hoofdstuk II. Specifieke voorschriften voor bepaalde producten van dierlijke oorsprong Afdeling III. Vlees van vrij wild

Omzendbrief betreffende de informatie over de voedselketen voor pluimvee

Certificaat voor de intracommunautaire handel Deel I: Informatie betreffende de aangeboden zending

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Omzendbrief betreffende de controle op de radioactieve besmetting van levensmiddelen en diervoeders van oorsprong uit of verzonden vanuit Japan

Toelatingsvoorwaarden voor opslagbedrijf voor materiaal afkomstig van categorie 3-materiaal

Omzendbrief met betrekking tot de afkeuring van rundernieren

L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Omzendbrief met betrekking tot het in de voedselketen brengen van duiven.

Omzendbrief betreffende de controle op de radioactieve besmetting van levensmiddelen en diervoeders van oorsprong uit of verzonden vanuit Japan

Transcriptie:

Fiche voor de toepassing van de bepalingen van artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 Voeder voor dierentuindieren, circusdieren, dieren in meutes, in asielen voor honden en katten of in pelsdierfokkerijen 1. Juridische basis Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1774/2002 (verordening dierlijke bijproducten); Verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG van de Raad wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn; Koninklijk besluit van 4 mei 2015 betreffende dierlijke bijproducten bestemd voor onderzoek, onderwijs, het voederen van niet-voedselproducerende dieren en voor de vervaardiging en het in de handel brengen van sommige afgeleide producten. 2. Toepassingsgebied Deze fiche is van toepassing op het hanteren van dierlijke bijproducten en afgeleide producten bestemd voor het voederen van de dieren bedoeld in artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 en die gehouden worden door gebruikers die geregistreerd zijn door de FOD VVVL. Het is ook van toepassing op niet-verwerkte dierlijke bijproducten die op de markt worden gebracht voor het voederen van reptielen, roofvogels en ongewervelde dieren die niet bestemd zijn om als levensmiddel te worden gebruikt en die door individuen worden gehouden. 3. Registraties De gebruikers moeten geregistreerd zijn door de FOD VVVL. Ze mogen de bijproducten bestemd voor de dieren die zij houden zelf verzamelen en vervoeren. De verzamelcentra (verzamelaars) en de vervoerders moeten ten minste in toepassing van artikel 23 van verordening (EG) nr. 1069/2009 geregistreerd zijn door de FOD VVVL. Materiaal van dierlijke oorsprong, bestemd voor het voederen van dieren mag afkomstig zijn van fokkerijen, slachthuizen, de voedingsindustrie of supermarkten. Deze inrichtingen worden geregistreerd, gemachtigd of erkend door het FAVV en een bijkomende registratie bij de FOD VVVL is niet vereist. 4. Erkenningen Exploitanten die niet verwerkte dierlijke bijproducten opslaan en hanteren (versnijden, verwijderen van huiden of van gespecificeerd risicomateriaal, opsplitsen of hergroeperen van loten, koelen of invriezen) met de bedoeling deze te verkopen of af te staan aan derden voor het gebruik bedoeld in artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 moeten erkend zijn (in toepassing van artikel 24.1.h) en i) van verordening (EG) nr. 1069/2009). 1

De verzamelcentra zoals gedefinieerd in punt 53 van bijlage I bij verordening (EU) nr. 142/2011 moeten enkel erkend zijn indien zij de dierlijke bijproducten hanteren. Een registratie volstaat indien ze voorverpakte bijproducten aanschaffen om deze als dusdanig (zonder verdere hantering) door te verkopen aan derden. 5. Indeling van de dierlijke bijproducten Materiaal van dierlijke oorsprong wordt beschouwd als een dierlijk bijproduct van zodra het niet meer bestemd is om als levensmiddel te worden gebruikt. Dierlijke bijproducten worden ingedeeld in 3 categorieën, gedefinieerd in de artikelen 8 tot 10 van verordening (EG) nr. 1069/2009. omvat de bijproducten die de meeste risico s inhouden. De categorie kan niet worden gewijzigd door een behandeling. Indien bijproducten van twee verschillende categorieën vermengd worden, wordt de categorie met het hoogste risiconiveau toegekend aan het mengsel. Wordt beschouwd als categorie 1-materiaal, het materiaal beschreven in artikel 8 van verordening (EG) nr. 1069/2009 en inzonderheid: Karkassen of delen van karkassen van dierentuindieren; Karkassen van herkauwers waarvan het gespecificeerd risicomateriaal niet werd verwijderd. Categorie 2 De dierlijke bijproducten en afgeleide producten bedoeld in artikel 9 van verordening (EG) nr. 1069/2009 en inzonderheid: hele kadavers of delen van dode dieren die niet werden geslacht voor menselijke consumptie; mengsels van categorie 2 en 3. Categorie 3 De dierlijke bijproducten en afgeleide producten bedoeld in artikel 10 van verordening (EG) nr. 1069/2009 en inzonderheid: delen van karkassen van dieren die na een keuring vóór het slachten geschikt zijn verklaard voor menselijke consumptie of; ongeschikt zijn verklaard voor menselijke consumptie maar die geen symptomen van op mens of dier overdraagbare ziekten vertoonden; koppen van pluimvee; waterdieren, met uitzondering van zeezoogdieren; eendagskuikens; knaagdieren en konijnen, behalve indien ze ingedeeld zijn in categorie 2 of 1; levensmiddelen en diervoeders die uit de handel zijn gehaald; keukenafval en etensresten voor zover ze niet afkomstig zijn van internationaal opererende vervoermiddelen en ze bestemd zijn voor het voederen van pelsdieren. 6. Gebruik van dierlijke bijproducten Het gebruik van dierlijke bijproducten van categorie 1 voor het voederen van dieren is verboden. De FOD VVVL kan echter, op verzoek, aan de dierentuinen de toestemming verlenen om overtollige dieren en/of volledige karkassen van herkauwers te gebruiken voor het voederen van de vleesetende dieren die zij houden. 2

Categorie 2 en 3 Al dan niet verwerkt materiaal van categorie 2 dat afkomstig is van dieren die niet zijn gedood of gestorven als gevolg van de aanwezigheid of vermoede aanwezigheid van een op mens of dier overdraagbare ziekte en categorie 3-materiaal mag worden gebruikt voor het voederen van de vleesetende dieren bedoeld in artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 door daartoe door de FOD VVVL geregistreerde gebruikers. 7. Verpakking en vervoer De algemene regels die van toepassing zijn op het vervoer van dierlijke bijproducten zijn beschreven in bijlage VIII, hoofdstuk I van verordening (EU) nr. 142/2011. Het materiaal moet worden verpakt in nieuwe en verzegelde verpakkingen of in herbruikbare containers of voertuigen die: lekvrij/waterdicht zijn; afgedekt zijn; bestemd zijn voor het vervoer van diervoeders; vóór gebruik proper en droog zijn; na elk gebruik gereinigd en ontsmet worden; specifiek bestemd zijn voor het vervoer van één categorie om kruisbesmetting te voorkomen. 8. Etikettering Niet verwerkte dierlijke bijproducten moeten identificeerbaar zijn vanaf de plaats van herkomst tot aan de plaats van aankomst en dit gedurende het ganse traject. Het etiket moet de vermelding «Categorie (1, 2 of 3)» bevatten, aangevuld met de volgende vermelding al naar gelang het geval: voor categorie 1: Naam en adres van het slachthuis of de dierentuin van herkomst; Bestemd voor het voederen van dierentuindieren; Naam en adres van de dierentuin van bestemming; voor categorie 2: Naam en adres van het verzamelcentrum (of slachthuis) van herkomst; Bestemd voor het voederen van (aangevuld met de naam van de specifieke diersoort waarvoor het materiaal bestemd is); voor categorie 3: Naam en adres van het verzamelcentrum (of slachthuis) van herkomst; Niet bestemd voor menselijke consumptie. Voor verzendingen naar andere Lidstaten, moet gebruik worden gemaakt van de volgende kleurcode: Zwart etiket - categorie 1 (enkel voor vervoer binnen het Belgisch grondgebied) Naam en adres van het slachthuis of de dierentuin van herkomst Bestemd voor het voederen van dierentuindieren Naam en adres van de dierentuin van bestemming Geel etiket - categorie 2 Categorie 2 Naam en adres van het verzamelcentrum (of slachthuis) van herkomst Bestemd voor het voederen van (aangevuld met de naam van de specifieke diersoort waarvoor het materiaal bestemd is) 3

Groen etiket - categorie 3 Categorie 3 Naam en adres van het verzamelcentrum (of slachthuis) van herkomst Niet bestemd voor menselijke consumptie Voor vervoer binnen België mag het etiket een andere kleur hebben, maar in ieder geval moet er voor gezorgd worden dat er geen gebruik wordt gemaakt van kleuren die de gebruiker in de war zouden kunnen brengen. 9. Handelsdocument De zendingen van niet verwerkte dierlijke bijproducten naar gebruikers of verzamelcentra moeten vergezeld gaan van een ingevuld en ondertekend handelsdocument dat te vinden is in bijlage VIII, hoofdstuk III. Een handelsdocument is evenwel niet vereist indien dierenvoeder van categorie 3-materiaal door detailhandelaars wordt geleverd aan eindgebruikers die in België wonen en geen exploitant zijn. (zie bijlage VIII, hoofdstuk III, punt 1 a, van verordening (EU) nr. 142/2011). 10. Intracommunautair vervoer Om materiaal van categorieën 1 en 2, of dierlijke vetten afgeleid van materiaal van categorieën 1 en 2 te verzenden, moet de exploitant de FOD VVVL en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van bestemming op de hoogte brengen door middel van het formulier uit bijlage XVI, hoofdstuk III van verordening (EU) nr. 142/2011. De autoriteit van de lidstaat van bestemming beschikt over een termijn van 20 kalenderdagen, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van de aanvraag, om de verzending toe te staan, te weigeren of aan voorwaarden te onderwerpen. De autoriteit van de lidstaat van bestemming moet op de hoogte worden gebracht van de verzending via het systeem TRACES. Gezondheidscertificaat Een gezondheidscertificaat kan worden vereist voor materiaal van categorieën 1 en 2 en voor materiaal van categorie 3 bestemd voor een andere Lidstaat. De bepalingen uit de verordeningen (EG) nr. 1069/2009 en (EU) nr. 142/2011 zijn integraal van toepassing. Wanneer een gezondheidscertificaat vereist wordt voor een intracommunautair vervoer, wordt dit ingevuld en ondertekend door een officiële dierenarts van het FAVV. 11. In- en uitvoer Materiaal bestemd om te worden gebruikt in toepassing van artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 moet worden in- en uitgevoerd volgens de algemene bepalingen die van toepassing zijn op dierlijke bijproducten. De invoer dient te gebeuren via een door de FOD VVVL erkende verzamelaar. Wanneer een gezondheidscertificaat vereist is voor een uitvoer, wordt dit ingevuld en ondertekend door een officiële dierenarts van het FAVV. 12. Hantering door de verzamelcentra De verzamelcentra zijn verplicht om zich te houden aan de vereisten van bijlage IX, hoofdstuk II van verordening (EG) nr. 142/2011 indien ze verschillende categorieën dierlijke bijproducten opslaan of hanteren. Daarnaast moeten zij ook de specifieke maatregelen, vermeld in artikel 29, 2 van verordening (EG) nr. 1069/2009, in acht nemen. 4

De verzamelcentra zijn verplicht om een systeem van zelfcontrole te handhaven om toe te zien op de naleving van de wetgeving betreffende de dierlijke bijproducten. Bovendien moeten zij erop toezien dat geen enkel bijproduct dat niet conform is aan de verordening (EG) nr. 1069/2009 hun inrichting verlaat, behalve om te worden verwijderd. Exploitanten van verzamelcentra die aan eindgebruikers ander materiaal dan dierlijke bijproducten van waterdieren en aquatische ongewervelden leveren moeten ervoor zorgen dat het een van de volgende behandelingen ondergaat (Bijlage VI, hoofdstuk II, afdeling 1, punt 4 van verordening (EG) nr. 142/2011): a) denaturering met een oplossing van een kleurstof. De oplossing moet een zodanige concentratie hebben dat de verkleuring van het behandelde materiaal duidelijk zichtbaar is en niet verdwijnt wanneer het behandelde materiaal wordt ingevroren of gekoeld; het volledige oppervlak van alle stukken materiaal moet met de oplossing behandeld worden door onderdompeling van het materiaal in de oplossing of door de oplossing daarop te spuiten of op een andere manier daarop aan te brengen; b) sterilisatie, dat wil zeggen koken of stomen onder druk totdat elk stuk materiaal volledig doorgekookt is, of; c) elke andere hantering of behandeling die is toegestaan door de FOD VVVL, ingeval enkel bijproducten worden verzonden die bestemd zijn voor de gebruikers bedoeld in artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009. 13. In de handel brengen Niet verwerkte bijproducten mogen in geen geval in de handel worden gebracht via het Internet of door kleinhandelaars; ze moeten rechtstreeks verzonden worden naar de geregistreerde gebruikers voor het voederen van de vleesetende dieren die zij houden. 14. Verwijdering Dierlijke bijproducten die niet conform zijn of die niet zullen kunnen gebruikt worden voor het voederen van de vleesetende dieren bedoeld in artikel 18 moeten worden verwijderd of gebruikt conform de artikelen 12 tot 14 van verordening (EG) nr. 1069/2009. 15. Register / Traceerbaarheid De gebruiker houdt een register bij waarin hij alle ontvangen handelsdocumenten en gezondheidscertificaten bewaart, genummerd en chronologisch gerangschikt volgens datum van ontvangst. Zo nodig bewaart de gebruiker de handelsdocumenten overhandigd door de erkende exploitanten belast met het verwijderen van de niet door de dieren opgegeten dierlijke bijproducten. De gebruiker houdt de bewijzen bij waaruit blijkt dat hij de houder is van de bedoelde vleesetende dieren. De verzamelcentra moeten bovendien: een register van de verzendingen bijhouden; zich ervan vergewissen dat de exploitanten naar wie niet-verwerkte dierlijke bijproducten worden verzonden geregistreerd zijn. In België kunnen ze hiervoor terecht op de website van het FAVV (lijst «Section X»): http://www.favv.be/dierlijkebijproducten/erkendeoperatoren/ beschikken over procedures om de interne traceerbaarheid te garanderen. Aan de hand van de referentie van het inkomende lot, moeten de referenties van het uitgaande lot kunnen worden teruggevonden en omgekeerd. 5