Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Vergelijkbare documenten
Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR. INBURGERING. WONEN. GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR. INBURGERING. WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR. INBURGERING. WONEN. GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRI J DING

Vlaamse Regel"ing.:~~. =

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

"J'" Vlaamse Regering.

~aam.e Regering ~ door de toezichthouder met betrekking tot de toewijzing van de woning gelegen naast zich neer te leggen.

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN ENERGIE, WONEN, STEDEN EN SOCIALE ECONOMIE,

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN ENERGIE, WONEN, STEDEN EN SOCIALE ECONOMIE,

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR. INBURGERING. WONEN. GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Vlaamse Regering ~~~ = }~ =,n-

.~": -- tot de verloning van de directeur. Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN ENERGIE, WONEN, STEDEN EN SOCIALE ECONOMIE,

.. J' Vlaamse Regering i

Ministeriële uitspraak in de beroepsprocedure met toepassing van artikel 47, 1, van de Vlaamse Wooncode betreffende de beslissing van de sociale

~ - de doelstellingen van 2011 en de toekenning van een managementtoelage aan de algemeen directeur. Uitspraak nr. WB

Vlaamse Regering. --

Ministeriële uitspraak in de beroepsprocedure met toepassing van artikel 29bis, 5, van de Vlaamse Wooncode betreffende de beslissing van de sociale

Vlaamse Regering :~~< " '.~

Vlaamse Regering ~~~ = ~= n-

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR. INBURGERING. WONEN. GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRI J DING

Ministeriële uitspraak in de beroepsprocedure met toepassing van artikel 47, 1, van de Vlaamse Wooncode betreffende de beslissing van de sociale

Ministeriële uitspraak in de beroepsprocedure met toepassing van artikel 29bis, 5, van de Vlaamse Woon code betreffende de beslissing van de sociale

Vlaamse Regering. - Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN ENERGIE, WONEN, STEDEN EN SOCIALE ECONOMIE,

Vlaamse Regering : - l -

Vlaamse Regering. Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN ENERGIE, WONEN, STEDEN EN SOCIALE ECONOMIE,

TYPEHUUROVEREENKOMST (sociale verhuurders uitgezonderd sociale verhuurkantoren)

Besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van het Vlaams Woninghuurdecreet

Ministeriële uitspraak in de beroepsprocedure met toepassing van artikel 29bis, 5, van de Vlaamse Wooncode betreffende de beslissing van de sociale

VR DOC.0849/5

VR DOC.0818/3

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

Klachten en verhalen van sociale (kandidaat-) huurders: Waar kunnen ze terecht?

VR DOC.1537/1BIS

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Aankoop sociaal beheersrecht informatie 20 september 2011 SOCIAAL BEHEERSRECHT

VR DOC.0854/2BIS

Gemeente Dentergem Toewijzing zoals bepaald door het Sociaal Huurbesluit. Een eigen lokaal toewijzingsreglement

VR DOC.0265/1

over de vernieuwde Vlaamse renovatiepremie

TOEWIJZINGSREGLEMENT SOCIALE KAVELS

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding; BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 18 december 2017;

DECREET. tot wijziging van artikel 92, 93, 95, 98 en 102bis van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode VERWIJZINGEN*

VR DOC.1537/2BIS

VR DOC.0854/1BIS

DE BEROEPSINSTANTIE. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VR DOC.0490/2BIS

TYPEHUUROVEREENKOMST (sociale verhuurkantoren)

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding; BESLUIT:

houdende wijziging van diverse decreten met betrekking tot wonen

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding; BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 14 oktober 2016 houdende wijziging van diverse decreten met betrekking tot wonen, artikel 49;

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

VR DOC.0265/2

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

TOELICHTING BIJ DE INSCHRIJVING, TE LEZEN EN TE BEWAREN DOOR DE KANDIDAAT-HUURDER

Milieuhandhavingscollege

TOEWIJZINGSREGLEMENT SOCIALE KOOPWONINGEN

Inhoud. trst_. Lokaal toewijzingsreglement voor ouderen Goedgekeurd in de gemeenteraad van Zemst van 26 april 2018

INTERN HUURREGLEMENT VOOR HET HUREN VAN GARAGES, STANDPLAATSEN EN CARPORTS

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Hoe staan deze cijfers ten opzichte van de cijfers van vorige jaren? Wat is hier volgens de minister een mogelijke verklaring voor?

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

VR DOC.0849/6

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Uitspraak nr. WB DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

4. ALGEMENE TOEPASSING 5. GOEDKEURING EN WIJZIGINGEN 6. BEKENDMAKING 7. INWERKINGTREDING

Omzendbrief RWO/WO/2014/03

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Overeenkomst over de afbetaling van de huurachterstal en de begeleiding van de huurder door het OCMW

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 20/12/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/226

BIJLAGE I VAN HET OVERDRACHTENBESLUIT VAN 29/9/2006 TOEWIJZINGSREGLEMENT SOCIALE KOOPWONINGEN

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

VR DOC.1619/2

TOEWIJZINGSREGLEMENT SOCIALE KOOPWONINGEN (28/11/2014)

over goedkope woonvormen zoals de tiny houses

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2013/12/ / 30 SEPTEMBER alwaar keuze van woonplaats wordt gedaan,

Gemeente MEULEBEKE Toewijzing zoals bepaald door het Sociaal Huurbesluit. Een eigen lokaal toewijzingsreglement

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

Besluit van de Vlaamse Regering tot instelling van een tegemoetkoming aan het OCMW ter bestrijding van uithuiszettingen

namens de Commissie voor Wonen, Armoedebeleid en Gelijke Kansen uitgebracht door Marc Hendrickx

4988 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN DECREET. van de heren Marc Olivier, Jacques Timmermans en Carl Decaluwé c.s.

Transcriptie:

~\"..\ Vlaa~se '~'t2 \ Regenng Ministerieel besluit betreffende de beroepsprocedure met toepassing van artikel 29bis, 5, van de Vlaamse Wooncode betreffende de beslissing van de sociale huisvestingsmaatschappij met betrekking tot de weigering van een woning door Uitspraak nr. WB 609-01-70-02 DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING In zake: de sociale huisvestingsmaatschappij met zetel gevestigd te met ondernemingsnummer hierna de sociale huisvestingsmaatschappij genoemd. I. Voorwerp van het beroep Op 11 april 2016 beslist het directiecomité van de sociale huisvestingsmaatschappij om de weigering van een woning door hierna de kandidaat-huurder genoemd, als ongegrond te beschouwen. Op 19 april 2016 vernietigt de heer beslissing. hierna de toezichthouder genoemd, deze Het beroep ingesteld op 2 mei 2016 strekt tot hervorming van bovenvermelde vernietigingsbeslissing van de toezichthouder. 11. Ontvankelijkheid van het beroep De vernietigingsbeslissing van de toezichthouder dateert van 19 april 2016. Op grond van artikel 29bis, 5 van de Vlaamse Wooncode, moet de sociale huisvestingsmaatschappij binnen de dertig dagen na de vernietiging beroep aantekenen. De laatste nuttige dag is 19 mei 2016. Het beroep dateert van 2 mei 2016, waardoor het tijdig is ingesteld.

Artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode, bepaalt dat het beroep, op straffe van onontvankelijkheid, moet gericht worden aan de minister op het adres van de afdeling Woon beleid. Artikel 2, 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, verleent mevrouw Liesbeth Homans de bevoegdheid voor het beleidsveld woonbeleid. Het beroep is op het juiste adres en aan de bevoegde minister gericht. 111. Feiten De kandidaat-huurder weigert een woonaanbod omdat de woning vochtig is en zij longpatiënt is. De sociale huisvestingsmaatschappij beschouwt dit op 21 maart 2016 als een ongeoorloofde weigering. De kandidaat-huurder tekent bezwaar aan tegen deze beslissing bij de toezichthouder. Die beoordeelt het verhaal gegrond. In haar vergadering van 11 april 2016 beslist het directiecomité om de weigering van de woning door de kandidaat-huurder nog steeds als ongeoorloofd te beschouwen. Op 19 april 2016 vernietigt de toezichthouder die beslissing. IV. Onderzoek van de middelen Stand. Dunt van de toezichthouder Als de kandidaat-huurder gegronde redenen kan aanvoeren, kan zij de verhuurder vragen om de weigering niet in rekening te brengen voor de schrappingsgrond. De kandidaat-huurder heeft aan de sociale huisvestingsmaatschappij gevraagd om de woning te mogen bezichtigen. Hierop heeft zij een negatief antwoord gekregen. De toezichthouder stelt dat een verzoek tot bezichtiging een redelijke eis is. In het antwoord op de schriftelijke vraag nr. 188 van Marc Hendrickx van 10 december 2015 heeft ook de minister gesteld dat het een redelijk verzoek is van een kandidaat-huurder om een woning te mogen bezichtigen alvorens een beslissing te nemen of men ingaat op een aanbod. Volgens de toezichthouder betekent het feit dat een voorafgaandelijke bezichtiging een redelijk verzoek is niet dat de sociale huisvestingsmaatschappij een bezichtigingsmoment moet organiseren. Het houdt wel in dat het niet kunnen bezichtigen moet worden beschouwd als een gegronde reden tot weigering. De kandidaat-huurder kan dan niet gesanctioneerd worden met de registratie van een weigering en/of schrapping. 2

De kandidaat-huurder heeft de woning geweigerd omdat zij aan de buitenkant condens zag. Als zij de woning had kunnen bezichtigen. had zij misschien een andere beslissing genomen. De toezichthouder begrijpt dat het niet haalbaar is voor de sociale huisvestingsmaatschappij om telkens een pand te laten bezichtigen maar stelt andere oplossingen voor. Zo kan de huurder afspreken met de huidige bewoner om de woning te kunnen bezoeken of kan hij i.g.v. leegstand. mits het betalen van een waarborg. de sleutel vragen aan de sociale huisvestingsmaatschappij. Verder haalt de toezichthouder het artikel 20 van de Vlaamse Wooncode (VWO aan. dat bepaalt dat een woning moet voldoen aan de minimale vereisten. niet alleen bij de aanvang van de huur. maar zodra de woning te huur wordt gesteld. De toezichthouder heeft er begrip voor dat de sociale huisvestingsmaatschappij eerst een woning in orde laat brengen door de technische dienst om leegstand te vermijden. Als de kandidaathuurder dan weigert omdat hij niet weet of de woning wel in orde gaat zijn op het ogenblik dat hij de woning huurt. moet dit als een gegronde weigering worden beschouwd. Standpunt van de sociale huisvestingsmaatschappij De sociale huisvestingsmaatschappij stelt dat een woning in opzeg niet kan bezichtigd worden. De sociale huisvestingsmaatschappij heeft een uitgestrekt werkgebied en beschikt niet over voldoende personeel en middelen om bezichtigingen te organiseren. Bovendien worden panden niet altijd in goede staat achtergelaten en worden deze steevast geweigerd indien er niet eerst een technische dienst langskomt. Daarom wordt elk pand nadat de huurder vertrokken is. gedurende 1 maand ter beschikking gesteld van de technische dienst. Van 2004 tot 2015 werd de betreffende woning aan één en dezelfde persoon verhuurd. Er werd toen nooit een klacht ingediend wegens vochtproblemen. De condensatie die de kandidaat-huurder opgemerkt heeft aan de buitenkant van de woning. komt vermoedelijk doordat de woning in de winter leeg stond en er geen verwarming was. De kandidaat-huurder heeft in een vorige kandidatuur reeds tweemaal een woning geweigerd. waarna ze geschrapt werd. Haar dochter en kleinzoon woonden toen bij haar en de woning was te klein voor 3 personen. Nochtans had de kandidaat-huurder zich alleen kandidaat gesteld. Destijds was er nooit sprake van longproblemen. De woningen die toen aangeboden werden. waren gelegen in dezelfde wijk. Volgens de sociale huisvestingsmaatschappij wenst de kandidaat-huurder niet in deze wijk te wonen. In 1 van de 2 gemeenten waarvoor betrokkene zich kandidaat heeft gesteld. heeft de sociale huisvestingsmaatschappij weinig panden. Daarom verplicht zij de kandidaat-huurder om zich kandidaat te stellen voor de hele gemeente. De sociale huisvestingsmaatschappij haalt aan dat zij geen vochtige panden verhuurt. De sociale huisvestingsmaatschappij stelt dat het feit dat betrokkene al dan niet de woning kon bezichtigen er niet toe doet. gezien zij geweigerd heeft omdat de woning volgens haar vochtig was. Ook al heeft de sociale huisvestingsmaatschappij gesteld dat zij geen vochtige panden verhuurt. toch heeft betrokkene geweigerd. 3

Ook het feit dat de kandidaat-huurder een longpatiënt is. is niet relevant. want de sociale huisvestingsmaatschappü verhuurt geen vochtige panden. De weigering van de woning is dus ongegrond. De sociale huisvestingsmaatschappü wenst geen bezichtigingen te organiseren zolang dit niet wettelük geregeld is. De toezichthouder beschouwt een weigering als gegrond indien het pand al te huur wordt aangeboden voor er werken zün uitgevoerd om het pand in orde te brengen. Dit betekent dat de sociale huisvestingsmaatschappü verplicht is na te gaan of kandidaat-huurders een pand mogen bezichtigen en hoe zü dit dan moet organiseren. Een nieuw pand wordt tegelijk aan een 10-tal kandidaat-huurders aangeboden. Deze kunnen allemaal vragen om het pand te mogen bezichtigen. Volgens de sociale huisvestingsmaatschappij zün er dan 3 oplossingen: één bezichtigingsmoment organiseren; vragen dat de kandidaat-huurder zelf een afspraak maakt met de huidige huurder of bü leegstand de sleutel geven aan de kandidaat-huurder; geen bezichtiging organiseren. maar dan moet elke weigering als geoorloofd worden beschouwd. Een bezichtiging houdt het risico in dat het pand wordt geweigerd als het nog niet in orde is. Een dergelüke weigering moet volgens de toezichthouder als geoorloofd worden beschouwd. want het artikel 20 van de vwc stelt dat de woning in orde moet zün op het ogenblik van de inhuurstelling. De sociale huisvestingsmaatschappü is van oordeel dat een woning die geweigerd wordt omdat ze niet in orde is. niet wordt geweigerd omdat ze niet voldoet aan de vereisten van het artikel 5 van de VWc, maar omwille van het algemeen uitzicht en vraagt zich af op welke wettelüke grond de toezichthouder zich baseert. Volgens de sociale huisvestingsmaatschappij heeft de kandidaat-huurder nooit een bezichtigingsmoment gevraagd. ZÜ verhuurt geen vochtige panden. Tevens stelt zü dat. als men eerst een pand in orde brengt vooraleer het te huur aan te bieden. dit leidt tot leegstand. De sociale huisvestingsmaatschappij stelt voor om in de toekomst een schriftelük verslag van de inspectie van de technische dienst op te maken. Volgens de sociale huisvestingsmaatschappü biedt een bezichtiging weinig soelaas. Een weigering zou immers toch als ongeoorloofd moeten worden beschouwd. gezien de sociale huisvestingsmaatschappü enkel panden verhuurt die voldoen aan de minimale vereisten. Pas indien de bezichtiging wordt opgenomen in de regelgeving zal de sociale huisvestingsmaatschappü zich buigen over de organisatie ervan. 4

Beoordeling Artikel 12. 1. vierde lid van het Kaderbesluit Sociale Huur bepaalt: "Als de kandidaat-huurder voor de weigering van een aanbod gegronde redenen kan aanvoeren die geen afbreuk doen aan zijn woonbehoeftigheid, kan hij de verhuurder verzoeken om die weigering niet in rekening te brengen voor de schrappingsgrond, vermeld in het eerste lid, 6~". Verzoek tot bezichtiging De kandidaat-huurder heeft verhaal ingediend bij de toezichthouder. Hierin haalt zij aan dat zij een negatief antwoord gekregen heeft van de sociale huisvestingsmaatschappij op de vraag om de woning te kunnen bezichtigen. Ze stelt ook dat er condens op de ramen is en dat zij als longpatiënt niet in een vochtige woning kan wonen. De toezichthouder beoordeelt het verhaal gegrond omdat de vraag tot bezichtiging een redelijke vraag is. De weigering van een woning omdat men die niet kan bezichtigen. moet volgens de toezichthouder als een gegronde weigering worden beschouwd die niet in rekening kan worden gebracht voor de schrappingsgrond. In mijn antwoord op de schriftelijke vraag nr. 188 van Marc Hendrickx heb ik het volgende standpunt ingenomen: "Het is een redelijk verzoek van een kandidaat-huurder om een woning te mogen bezichtigen alvorens een beslissing te nemen of men ingaat op een aanbod... Het voorzien van een bezichtigingsmogelijkheid is niet expliciet ingeschreven in de regeigeving Ik zal, n.a. v. de evaluatie van het Kaderbesluit Sociale Huur, de wenselijkheid van een explicitering van een bezichtigingsmogelijkheid onderzoeken en dit in samenspraak met de sector." Gezien de aanvraag tot bezichtiging van een woning een redelijk verzoek is. zou de sociale huisvestingsmaatschappij hier in principe dus moeten op ingaan. De sociale huisvestingsmaatschappij brengt echter een aantal elementen aan waarom zij haar kandidaat-huurders toch niet de mogelijkheid geeft de aangeboden woning te bezichtigen: zij heeft een uitgestrekt werkgebied en biedt soms een woning aan 10 kandidaten tegelijk aan. De sociale huisvestingsmaatschappij stelt steeds foto's en grondplannen ter beschikking. zodat de kandidaathuurder zich een beeld kan vormen van de indeling. De kandidaat-huurder kan de woning ook altijd aan de buitenkant bezichtigen. De sociale huisvestingsmaatschappij beschikt niet over de nodige middelen en personeel om telkens een bezichtiging te organiseren. De alternatieve oplossingen voor een bezichtiging. aangehaald door de toezichthouder. vragen ook extra personeelsinzet van de sociale huisvestingsmaatschappij. Ze stelt immers vast dat zittende huurders die gaan verhuizen. niet vaak geneigd zijn om kandidaat-huurders toegang te verlenen tot hun woning zonder dat de sociale huisvestingsmaatschappij er zelf bij is. Aangezien de sociale huisvestingsmaatschappij gemiddeld aan 100 kandidaten per maand een woning toewijst. zou de sociale huisvestingsmaatschappij extra middelen en personeel moeten inzetten. waarover zij niet beschikt. De sociale huisvestingsmaatschappij stelt dat een woning dikwijls in slechte staat wordt achtergelaten waardoor veel kandidaat-huurders de woning bij bezichtiging zouden weigeren ondanks haar belofte om het pand weer in orde te maken. Daarom stelt de sociale huisvestingsmaatschappij de woning eerst een maand ter beschikking van de technische dienst zodat deze herstellings- en onderhoudswerkzaamheden kan uitvoeren. 5

De sociale huisvestingsmaatschappü toont afdoende aan waarom zü geen gevolg geeft aan vragen tot bezichtiging. Bovendien is het feit dat de kandidaat-huurder de woning niet kon bezichtigen niet relevant. Als Zü de woning wel had kunnen bezichtigen, had zü geen gegronde reden om de woning te weigeren, gezien die beantwoordde aan haar keuze. Woning moet voldoen aan minimale vereisten De toezichthouder is van mening dat de weigering van een woning die niet voldoet aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woningkwaliteitsvereisten, als een gegronde weigering moet worden beschouwd. Artikel 20 van de VWC bepaalt dat een woning niet alleen bü de aanvang van de huur moet voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woningkwaliteitsvereisten, maar ook van zodra de woning te huur wordt gesteld met het oog op bewoning. Het weigeren van een woning die niet aan de minimale kwaliteitsvereisten opgesomd in het artikel 5 van de VWC voldoet, is bijgevolg een gegronde weigering. Op basis van het dossier kan echter niet vastgesteld worden dat de aangeboden woning niet aan de minimale kwaliteitsvereisten zou voldoen. Het is begrüpelük dat de sociale huisvestingsmaatschappij de woning reeds te huur aanbiedt zodra deze opgezegd is om leegstand te vermüden. Als de woning op dat ogenblik niet voldoet aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woningkwaliteitsvereisten, is de weigering van de woning gegrond. Als de kandidaat-huurder daarentegen de woning weigert, omdat deze niet in goede staat is achtergelaten en de woning nog moet opgefrist worden, zonder dat sprake is van inbreuken op de minimale kwaliteitsvereisten, is de weigering van de woning ongegrond. De werkwüze van de sociale huisvestingsmaatschappü, nl. het pand een maand ter beschikking stellen van de technische dienst zodat deze herstellings- en onderhoudswerkzaamheden kan uitvoeren, is dus correct zolang het over opfrissingswerken gaat, maar niet wanneer het over niet-conforme woningen zou gaan. In casu is de weigering van de woning door de kandidaat-huurder dus ongegrond. Betrokkene kan de sociale huisvestingsmaatschappü niet verzoeken de weigering van het woningaanbod niet in rekening te brengen voor de schrappingsgrond, vermeld in artikel 12, 1, vierde lid van het Kaderbesluit Sociale Huur. 6

BESLUIT: Het beroep van 2 mei 2016. ingesteld door de sociale huisvestingsmaatschappij met betrekking tot de weigering van een woning door wordt ingewilligd. Brussel. 1 6 JUNI 2016 De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur. Inburgering. Wonen. Gelijke Kansen en u soeul HOMANS 7