Gewijzigd Raadsvoorstel(voorheen RA )

Vergelijkbare documenten
Bomenverordening gemeente Emmen 2011

Bomenverordening Giessenlanden 2014

Wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Venray 2012

GEMEENTEBLAD. Nr Bomenverordening 2016 Groene Kaart Model

Gemeente Heerlen - Bomenverordening gemeente Heerlen college van burgemeester en wethouders.

BOMENVERORDENING GEMEENTE HEERLEN Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder:

Concept. Bomenverordening 2011

GEMEENTE SCHERPENZEEL. Raadsvoorstel

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 februari 2016, nr. 190;

Hoofdstuk 4 Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de Gemeente Haaren

Bomenverordening Delft 2013

Bomenverordening Sliedrecht 2009

gestreefd wordt naar vermindering en vereenvoudiging van regelgeving;

ARTIKEL 1: Begripsomschrijvingen In deze afdeling wordt verstaan onder:

Ontwerp Bomenverordening 2019

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 september, 2015.

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 20 september 2016;

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

artikel 2.2 eerste lid onder g van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

Raadsvoorstel 97 (RIS _15-SEPT-2010)

Gezien het voorstel van het college van de gemeente Albrandswaard met kenmerk , 29 november 2011;

dat voor het kappen/vellen van zieke en dode bomen vrijwel altijd vergunning wordt verleend;

BOMENVERORDENING 2012 BEUNINGEN

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 31 augustus 2010;

medegedeeld aan Arrondissementsparket d.d. 19 oktober 2010

Wijzigingsverordening Algemene Plaatselijke Verordening Tynaarlo 2010 (Kapverordening 2014) B E S L U I T:

Bomenverordening gemeente Mill en Sint Hubert 2015

CVDR. Nr. CVDR37753_1. Bomenverordening Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

dat besloten is tot het verminderen van administratieve lasten van burgers; dat middels het instellen van een bomenlijst dit doel bereikt kan worden;

Verordening op het bewaren van houtopstanden

Verweerschrift naar aanleiding van de bezwaarschriften tegen de kapvergunning voor 21 beuken met kenmerk

Gemeente Zeist Bomenverordening Zeist gelezen het voorstel van het college van Burgemeester & Wethouders;

Verordening op het bewaren van houtopstand in de gemeente

GEMEENTEBLAD. Nr Bomenverordening Stichtse Vecht besluit vast te stellen de BOMENVERORDENING STICHTSE VECHT 2015

Raadsbesluit. De raad van de gemeente Hof van Twente; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; besluit:

Bomenverordening Gemeente Papendrecht 2017

Bomenverordening gemeente Landerd De raad van de gemeente Landerd;

Bomenverordening stadsdeel Oost/Watergraafsmeer Artikel 1 Begripsomschrijving

Bomenverordening Verordening vastgesteld: In werking getreden:

Gemeente Baarn - Bomenverordening Gemeente Baarn 2016

Inhoudsopgave BOMENVERORDENING GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

BOMENVERORDENING GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

MELDINGSFORMULIER HOOFDSTUK V LANDSCHAPSVERORDENING PROVINCIE UTRECHT 2011 (LSV), VELLEN VAN BOMEN

P.86 BOMENVERORDENING Vastgesteld bij raadsbesluit van 9 juli 1996, nr Bekend gemaakt op 12 juli 1996.

Zundertse Regelgeving

Bomenverordening gemeente Margraten 2010

Gelet op het bepaalde in artikel 2.2, eerste lid onder g van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 147 van de Gemeentewet

MELDINGSFORMULIER HOOFDSTUK 5.5 VERORDENING NATUUR EN LANDSCHAP PROVINCIE UTRECHT 2017 (VNL), VELLEN VAN BOMEN

Voorstel tot wijziging Algemene Plaatselijke Verordening De Ronde Venen 2012

Raadsbesluit. BOMENVERORDENING Bussum De raad van de gemeente Bussum;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 25 mei 2004, nr.100/04; b e s l u i t : BOMENVERORDENING OEGSTGEEST 2004

Toelichting Bomenverordening 2012

Wijziging Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Bergen 2013

Bomenverordening Stadsdeel Zuid 2012

Overzicht wijzigingen ten opzichte van de Bomenverordening Vlaardingen 2005

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 augustus 2010, nr. 85/10; b e s l u i t : BOMENVERORDENING OEGSTGEEST 2010

a. Voorziening Herplantplicht Bomen: een voorziening voor de uitbreiding en handhaving van in de gemeente bestaande houtopstanden;

GEMEENTEBLAD. Nr Bomenverordening gemeente Meierijstad

GEMEENTEBLAD. Nr Bomenverordening Leerdam maart Officiële uitgave van gemeente Leerdam.

Wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Venray 2012

Overwegende dat het wenselijk is regels vast te stellen voor de bescherming van de bomen en houtopstanden.

Artikelgewijze toelichting Bomenverordening gemeente Eijsden-Margraten 2015

Onderwerp Omgevingsverordening bijzondere bomen en -groene structuren Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein

MONUMENTENVERORDENING GEMEENTE HAARLEMMERMEER 2004

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 4 juli 2017;

gemeente Eindhoven Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Verordening bomen draagt bij aan de uitvoering van het Bomenbeleidsplan

Gelezen het voorstel van de burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2006, nr.

Bomenverordening 2010

Bomenverordening 2014 voor heel Amsterdam?

Concept Bomenverordening Stadsdeel Zuid 2012

2. Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Veendam,

Bomenverordening Diemen Nr.: 09-14a

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 16 januari 2004, nr ;

De raad van de gemeente Capelle aan den IJssel;

RAADSBESLUIT. Datum en nummer 04 juli 2013, nummer. De raad van de gemeente Papendrecht; gelezen het voorstel van het college van 28 mei 2013;

BOMENVERORDENING Gemeente Kollumerland c.a Juli 2010

Erfgoedverordening gemeente Houten

BOMENVERORDENING Gemeente Kollumerland c.a Juli 2010

CVDR. Nr. CVDR87143_1. Bomenverordening gemeente Rijnwaarden

Erfgoedverordening Nissewaard 2016

artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening De Bilt 2019 gewijzigd vast te stellen.

Bomenverordening Vianen 2010

Bomenverordening gemeente Voerendaal

Officiële naam regeling Bomenverordening Tilburg 2007 Citeertitel Bomenverordening Tilburg 2007

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken.

gemeente 2 3 JULI 2012 HEEMSTEDE

- gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

MONUMENTENVERORDENING 2006

Gemeente Raalte Wijziging Algemene plaatselijke verordening

Algemene verordening ondergrondse infrastructuur gemeente Noordwijk 2016

Bescherming waardevolle houtopstanden gemeente Nieuwkoop betere bescherming met minder regels

VERORDENING PEUTERSPEELZALEN OEGSTGEEST gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2004, nr.

1M1.1 Zoetermeer OMGEVINGSVERGUNNING

RAADSBESLUIT. Datum en nummer 04 juli 2013, nummer 048/2013. De raad van de gemeente Papendrecht;

Bomenbeleidsplan Sliedrecht

Raadsvoorstel. jaar stuknr. Raad. categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA B 4 10/142. Onderwerp: Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht

Bomenverordening Amsterdam Oud Zuid 2001

Voorgesteld besluit De Verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen Emmen vast te stellen.

Transcriptie:

Gewijzigd Raadsvoorstel(voorheen RA11.0067) jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2011 RA11.0080 B 3 11/0514 Onderwerp: vaststelling Bomenverordening 2011 en intrekken Bomenverordening 2007 Portefeuillehouder: T. Houwing-Haisma Dienst Gebied Inrichting en beheer Lisette van der Giessen, telefoon ((0591)68 53 41) Aan de gemeenteraad Voorgesteld besluit 1. Intrekken Bomenverordening 2007 (vastgesteld 28 januari 2010) 2. Vaststellen Bomenverordening 2011 Samenvatting De Bomenverordening 2011 gaat in op de wens vanuit de gemeente Emmen naar deregulering voor de burgers. Er wordt alleen maar beschermd wat beschermd moet worden en kapvergunning vrij wat vrij mag zijn. Belangrijke bomen zo als de monumentale bomen, waardevolle bomen en boomstructuren worden nog wel beschermd. De bomen in particuliere tuinen worden voor een groot deel ontheffingsvrij. De gemeente heeft hiermee een instrument in handen om de waardevolle bomen in de gemeente te beschermen en de burgers hebben meer rechten over de eigen bomen. Bijlagen: Stukken ter inzage: Collegevoorstel Bomenverordening 2011 met bijlagen

-2- jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2011 RA11.0080 B 3 11/0514 1. Aanleiding voor het voorstel Op 30 juni 2009 heeft het college ingestemd met de aanpak die leidt tot het beperken van het kapvergunningregime per 1 januari 2010. Vanwege de reacties op dit besluit en vertragingen door bezwarenprocedures is de inwerkingtreding per genoemde datum niet mogelijk gebleken. Vanuit de ontstane situatie en met voortschrijdend inzicht heeft de portefeuillehouder gepleit voor een C-discussie over een nieuwe bomenverordening in de raadscommissie Wonen en Ruimte, voordat door de raad een definitief besluit genomen kan worden. Dit voortschrijdend inzicht heeft er onder andere mee te maken dat het college in de Bomenverordening 2011 het kappen van monumentale bomen onder (zwaarwegende) economische en/of maatschappelijke belangen eventueel toe wil staan. Op 29 november 2010 is in de raadscommissie Wonen en Ruimte een presentatie gegeven onder de titel Bomen over bomen. Aan de hand van drie varianten zijn verschillen zichtbaar gemaakt in de mate van bomenbescherming en deregulering. Het gaat om de volgende varianten: gebaseerd op collegebesluit 30 juni 2009 (1), normvariant (2) en Groene kaart (3). Op 31 januari 2011 heeft in de raadscommissie Wonen en Ruimte een C-discussie plaatsgevonden onder dezelfde titel. De commissie heeft aangegeven een uitwerking te willen zien van variant 1 met een toevoeging van waardevolle bomen en toekomstig monumentale bomen in de gemeente Emmen. 2. Argumentatie/beoogd effect Het streven is een aanpak gericht op een optimale mix van effectieve bomenbescherming, afwezigheid van overbodige regels en voldoende inspraakmogelijkheden voor de bewoners. 3. Relatie met bestaand beleid/eerder genomen besluiten Collegebesluit 30 juni 2009 (BW 09.0780) Uitkomsten C-discussie commissie Wonen en Ruimte van 31 januari 2011 4. Afstemming met externe partijen/communicatie Intern: betrokken afdelingen zijn vooral Inrichting&Beheer en Stad&Buiten (dienst Gebied), Fysiek Ruimtelijke Ontwikkeling en Beleidsvoorbereiding (dienst Beleid), Communicatie en Juridische Zaken (dienst Ondersteuning), Vergunningen (dienst Publiek). Extern: Erkende Overlegpartners en belanghebbenden worden geinformeerd over het genomen besluit en betrokken bij de invulling hiervan. Erkende Overlegpartners en belanghebbenden worden gevraagd mee te denken over de invulling van de bomenlijsten. 5. Inwerkingtreding In artikel 18 is de inwerktreding van de verordening opgenomen. De verordening treedt in werking op 1 januari 2012 of na een besluit van het college. Doel hiervan is om de inwerkingtreding te laten samenvallen met de vaststelling van de lijsten met monumentale/waardevolle bomen en houtopstanden. Er ontstaat dan geen gat in de rechtsbescherming van deze bomen. Nadeel van de uitgestelde inwerkingtreding is dat gedurende deze periode wel vergunningen moeten worden verleend op basis van de oude verordening. Gelet op de periode, zomer en najaar, wordt verwacht dat dit effect beperkt is en opweegt tegen het risico dat waardevolle bomen en houtopstanden onbeschermd zijn en rechtmatig kunnen worden gekapt terwijl dat niet de bedoeling is. Bovendien is er dan sprake van een constitente lijn van bescherming.

-3-6. Financiële consequenties/voorgestelde dekking In de jaren 2007 tot en met 2010 waren ongeveer 50% van de kapvaanvragen van particulieren. Deze kapaanvragen zullen voor een overgroot deel verdwijnen door het grotendeels kapvergunningvrij maken van de particuliere bomen. Hierdoor zullen de inkomsten door leges lager worden. Doordat leges in de huidige verordening niet kostendekkend zijn, zal het negatieve saldo naar verwachting minder hoog worden. De verwachting is dat er door minder aanvragen ook minder kosten zijn voor het behandelen van de vergunningen, de advisering en de toezichthouding. Eenmalige kosten voor het opstellen van de bomenlijsten: 50.000 te dekken uit het budget van de Dienst gebied "beheer openbaar groen". Vervolgkosten zijn het regelmatig aanpassen van de lijsten. Dit wordt binnen de werkzaamheden van I&B uitgevoerd en valt weg tegen het minder adviseren over de particuliere bomen. Een concept-besluit is bijgevoegd. Emmen, 20 juni 2011 Burgemeester en wethouders van Emmen, de secretaris, de burgemeester, A.J. Mewe C. Bijl

-4- jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2011 RA11.0080 B 3 11/0514 Raadsbesluit De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 juni 2011, nummer:11/0514; gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de gemeentewet ; b e s l u i t : 1. Intrekken Bomenverordening 2007 (vastgesteld 28 januari 2010). 2. Vaststellen Bomenverordening 2011 als volgt Bomenverordening gemeente Emmen 2011 Artikel 1: Begripsomschrijvingen. 1.1. In deze verordening wordt verstaan onder: a: boom: een houtachtig, opgaand gewas met een dwars- doorsnede van de stam van minimaal 30 centimeter op 1,30 meter hoogte boven het maaiveld. In geval van meerstammigheid geldt de dwarsdoorsnede van de dikste stam; b: houtopstand: één of meer bomen of boomvormers, of andere houtachtige gewassen, mogelijk onderdeel uitmakend van hakhout, een houtwal, een grotere (lint)begroeiing van heesters en struiken, een beplanting van bosplantsoen, een struweel of een heg, met de onder sub. a genoemde minimale dwarsdoorsnede. c: monumentale boom: bijzondere beschermwaardige houtopstand boom met een relatief hoge leeftijd (ongeveer 80 jaar) met een bijzondere waarde of een bijzondere functie voor de omgeving, met een verwachte levensduur van tenminste 15 jaren. d. waardevolle boom: een boom die minimaal 50 jaar oud is, die in goede conditie verkeert, karakteristiek is voor zijn soort en waarbij de boom medebepalend is voor het karakter en/of beeld van zijn omgeving. Een herdenkingsboom wordt ook als waardevolle boom aangemerkt. e: vellen: rooien, kappen; verplanten; het snoeien van meer dan 20 procent van de kroon of het wortelgestel, met inbegrip van kandelaberen; het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood of ernstige beschadiging of ernstige ontsiering van de houtopstand ten gevolge kan hebben. f: rooien: het geheel verwijderen van de boven- en ondergrondse deel van de houtopstand.

-5- g: kappen: het geheel of grotendeels verwijderen van het bovengrondse deel van de houtopstand. h: kandelaberen/ het terugsnoeien van de kroon tot een hoofdstam met knotten: takstompen. i. ontheffing: een ontheffing als genoemd in Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht, artikel 2.2, sub g. j: herplantplicht: de plicht tot het planten van een houtopstand teneinde het verlies van een al dan niet met ontheffing gevelde houtopstand te compenseren. k: bebouwde kom: de bebouwde kom van de gemeente, vastgesteld ingevolge artikel 1, vijfde lid, van de Boswet. l: boomwaarde: de monetaire waarde van een boom zoals getaxeerd volgens de meest recente richtlijnen van de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen. m: bomen effect analyse(bea): een standaard beoordeling van de gevolgen van voorgenomen bouw of aanleg voor een houtopstand, op basis van landelijke richtlijnen van de Bomenstichting. n: boomstructuren: eenheid van meerdere houtopstanden met opbouw en samenhang die een bepalende functie vervullen. Zoals een laanstructuur en ecologische verbinding. Artikel 2: Beschermde houtopstanden 2.1 Het college stelt een register vast van monumentale en waardevolle bomen en een overzicht van waardevolle houtopstanden. 2.2 Het register en het overzicht bevatten een samenhangend geheel van de volgende houtopstanden: Boomstructuren; Bomen uit het landelijk Register van monumentale bomen van de Bomenstichting; Aangewezen lokale monumentale en waardevolle bomen. 2.3 Het college stelt nadere voorschriften vast voor het register en de criteria voor de monumentale, waardevolle bomen en waardevolle houtopstanden. 2.4 a. Het register en het overzicht van monumentale, waardevolle bomen en waardevolle houtopstanden kan worden herzien. b. Belanghebbenden kunnen een schriftelijk verzoek aan het college doen om een boom of houtopstand, in het register of overzicht op te nemen. c. Het college beslist binnen 3 maanden na binnenkomst van het verzoek of de boom of houtopstand ingevolge de criteria in aanmerking komt. d. Bomen of houtopstanden waarvoor een procedure loopt als onderdeel c van dit artikel vallen onder het verbod van artikel 3. e. Bij een positief besluit door het college zal de boom of houtopstand bij de eerstvolgende aanpassing in het register of overzicht worden geplaatst. f. Het college kan de genoemde termijn in onderdeel c met 3 maanden verlengen. Artikel 3. Kapverbod. 3.1 Het is verboden zonder ontheffing van college een houtopstand te vellen of te doen vellen die in het ingevolge artikel 2.1 van deze verordening vastgestelde register van

-6- monumentale of waardevolle bomen of op het overzicht van waardevolle houtopstanden voorkomt. 3.2 Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor een beschermde houtopstand die moet worden geveld krachtens de Planteziektenwet of krachtens een aanschrijving van het college, zulks onverminderd het bepaalde in artikel 7 van deze verordening. 3.3 Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor: a. het periodiek knotten of kandelaberen als cultuurmaatregel bij daarvoor geschikte boomsoorten; b. dunning van een houtopstand als uitvoering van het regulier onderhoud, waarbij de stamtalreductie maximaal 30% bedraagt; Artikel 4. Aanvraag ontheffing. De ontheffing moet schriftelijk, gemotiveerd en onder bijvoeging van een situatieschets, met daarop een locatieaanduiding van de te kappen boom/bomen of houtopstand, worden aangevraagd door of namens, dan wel met toestemming van degene die krachtens zakelijk recht, of door degene die krachtens publiekrechtelijke bevoegdheid, gerechtigd is over de houtopstand te beschikken. Artikel 5. Ontheffing. 5.1 De ontheffing wordt verleend aan diegene, die overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van deze verordening een aanvraag heeft ingediend. 5.2. De ontheffing wordt verleend overeenkomstig de in artikel 6 genoemde toetsingsgronden. 5.3. Aan een krachtens deze verordening verleende ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden. Deze voorschriften mogen slechts strekken tot bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de ontheffing is vereist. 5.4. Een ontheffing waarvoor een in het kader van de Flora- en Faunawet een ontheffing benodigd is, vormt de ontheffing met de ontheffing een onverbrekelijk geheel. 5.5. De ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd: a. indien ter verkrijging daarvan onjuiste gegevens zijn verstrekt; b. indien op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming, waarvoor de ontheffing is vereist; c. indien de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen; d. indien de ontheffinghouder of zijn rechtsverkrijgende dit verzoekt. 5.6. Een ontheffing als bedoeld onder lid 1 van dit artikel komt van rechtswege te vervallen, indien binnen 1 jaar na het onherroepelijk worden daarvan geen of niet volledig gebruik is gemaakt. 5.7 Op verzoek van de ontheffinghouder kan de termijn als bedoeld in het vorige lid worden verlengd.

-7- Artikel 6. Toetsingsgronden. 6.1 Een ontheffing voor het vellen van een monumentale en/of waardevolle boom (bomen) of van een waardevolle houtopstand kan worden verleend, indien: a. een zwaar maatschappelijk belang opweegt tegen duurzaam behoud van de monumentale boom, en alternatieven voldoende zijn onderzocht, of b. naar boomdeskundige maatstaven instandhouding niet langer verantwoord is ter voorkoming van letsel of schade. 6.2 Het college kan zal voor onderdeel a een commissie aanstellen voor een advies van de belangenafweging. 6.3 Voor onderdeel b dient de aanvrager bewijs te overleggen. Artikel 7. Instandhoudingsplicht/herplant 7.1 Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen als bedoeld in deze verordening van toepassing is, zonder ontheffing van het college is geveld, dan wel op andere wijze teniet is gegaan, kan het college aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de houtopstand bevond, dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen te herplanten overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn. 7.2 De eigenaar van grond, waarop een houtopstand, anders dan bij wijze van dunning, is geveld of op andere wijze tenietgegaan, is verplicht binnen een tijdvak van drie jaren na de velling of het tenietgaan van de houtopstand te herbeplanten 7.3 De in het vorige lid bedoelde eigenaar is tevens verplicht beplanting die niet is aangeslagen binnen drie jaren na de herbeplanting te vervangen. 7.4 Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen als bedoeld in deze verordening van toepassing is, in het voortbestaan ernstig wordt bedreigd kan het college aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de houtopstand bevindt, dan wel de veroorzaker of degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn voorzieningen te treffen, waardoor die bedreiging wordt weggenomen. 7.5 De eigenaar van een monumentale houtopstand die vermeld staat in het register van monumentale bomen stelt het college schriftelijk in kennis van het volgende: het geheel of gedeeltelijk tenietgaan van de houtopstand anders dan door velling op grond van een ontheffing; de dreiging dat de houtopstand geheel of gedeeltelijk teniet kan gaan. Artikel 8. Schorsende werking. Van de ontheffing mag geen gebruik worden gemaakt tot het moment dat: 8.1 De bezwaartermijn is verstreken zonder dat bezwaar is ingediend. 8.2 Indien bezwaar is ingediend tot het moment waarop op het bezwaar is beslist.

Artikel 9. Bestrijding van boomziekten -8-9.1 Indien zich op een terrein één of meer bomen bevinden die naar oordeel van het college gevaar opleveren van verspreiding van een boomziekte of voor vermeerdering van de ziekteverspreiders zoals insecten, is de rechthebbende, indien hij daartoe door het college is aangeschreven, verplicht binnen de bij aanschrijving vast te stellen termijn: de houtopstand te vellen; conform richtlijnen van de gemeente de gevelde houtopstand zodanig te behandelen dat verspreiding van de boomziekte wordt voorkomen. 9.2 Het is verboden gevelde bomen of delen daarvan in voorraad te hebben of te vervoeren, indien het een boomsoort betreft die de desbetreffende boomziekte kan verspreiden, tenzij de gevelde houtopstand zodanig is behandeld dat verspreiding van de boomziekte wordt voorkomen. 9.3 Het niet voldoen aan de in het eerste lid bedoelde aanschrijving biedt een basis voor de toepassing van een last tot bestuursdwang, waarbij de noodzakelijke werkzaamheden, voor risico en rekening van de aangeschrevene, door of namens de gemeente kunnen worden verricht. Artikel 10. Bescherming gemeentebomen Het is verboden om houtopstanden die eigendom zijn van de gemeente: te beschadigen, te bekladden of te beplakken; daaraan snoeiwerk te verrichten of te vellen, behoudens door of in opdracht van ambtenaren ter uitoefening van de hun opgedragen boomverzorgende taken. te voorzien van een of meer voorwerpen, deze er op, in of aan te brengen of anderszins aan te bevestigen. Artikel 11. Uitzichtbelemmering De eigenaar van een boom, heg of andere beplanting die het wegverkeer het vrije uitzicht belemmert of op een andere wijze gevaar oplevert, is verplicht op eerste aanzegging van het college, deze beplanting te snoeien, op te binden, te verwijderen danwel anderszins deze belemmering en/of hinder op te heffen. Artikel 12. Afstand tot de erfgrenslijn. De afstand als bedoeld in artikel 5:42 Burgerlijk Wetboek wordt vastgesteld op 0,5 m voor bomen en op nihil voor heesters en heggen. Artikel 13. Spoedeisendheid Het college kan toestemming geven tot het direct vellen, indien er sprake is van grote gevaarzetting of vergelijkbaar spoedeisend belang. Artikel 14. Strafbepalingen 14.1 Hij die handelt in strijd met artikel 3, een voorschrift onderscheidenlijk een verplichting als bedoeld in, artikel 5, vierde lid, artikel 7, eerste lid en/of derde lid,

-9- artikel 9, tweede lid, artikel 10 en artikel 11 wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie. 14.2. De op grond van dit artikel ingestelde strafvervolging laat onverlet de mogelijkheid tot het instellen door het college van een privaatrechtelijke vordering tot schadevergoeding wegens schade aan bomen of houtopstanden. Artikel 15. Schadevergoeding Het college beslist op een verzoek om schadevergoeding op grond van artikel 17 van de Boswet. Artikel 16. Toezicht Met het toezicht op de naleving van het bepaalde in deze verordening zijn belast de door het college daartoe aangewezen ambtenaren. Artikel 17. Opsporing Met de opsporing van de in dit hoofdstuk strafbaar gestelde feiten zijn behalve de ambtenaren, genoemd in artikel 141 van het Wetboek van strafvordering, belast de daartoe door het college aangewezen ambtenaren. Artikel 18. Slotbepalingen 18.1 Deze verordening wordt aangehaald als "Bomenverordening Gemeente Emmen 2011". 18.2 Deze verordening treedt in werking met ingang van een daartoe strekkend besluit van het college, of uiterlijk op 1 januari 2012. 18.3 Op diezelfde datum vervalt de Bomenverordening gemeente Emmen vastgesteld in de openbare vergadering van 28 januari 2010. De lijst met monumentale bomen die onder artikel 14 van deze bomenverordening is vastgesteld wordt geacht deel uit te maken van de nieuwe Bomenverordening Gemeente Emmen 2011 18.4 Aanvragen om een vergunning ingediend op een tijdstip gelegen voor de inwerkingtreding van deze verordening waarop nog niet is beslist, worden in behandeling genomen overeenkomstig de bepalingen van de voorafgaande verordening. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 29 september 2011 de griffier, de voorzitter, H.D. Werkman C. Bijl

Toelichting bij bomenverordening 2011-10- Artikel 1: Begripsomschrijving Boom. Afbakening van het begrip boom is van belang in verband met het aangeven van de ondergrens van de bescherming. De minimale diktemaat is de meest gangbare en meest heldere vorm van afbakening. Pasgeplante herdenkings- of toekomstbomen, die niet de minimale doorsnede hebben, kunnen opgenomen zijn in de lijst met monumentale en waardevolle bomen en waardevolle houtopstand en op deze wijze beschermd zijn. Houtopstand. Het kernbegrip van deze verordening, waarop het kapverbod en de ontheffingplicht van toepassing zijn. Door dit begrip consequent centraal te stellen wordt duidelijk dat de bescherming betrekking heeft op meer dan bomen alleen, al dan niet onderdeel uitmakend van een bomenstructuur. Vellen. Elke wijze van het te gronde richten van een houtopstand ongeacht of dit gedeeltelijk is, bijvoorbeeld bij kappen, of volledig, zoals bij rooien (inclusief stobbe verwijderen). Ook ingrepen die een ingrijpende wijziging betekenen, zoals kandelaberen, knotten of het snoeien van meer dan 20 procent van het kroonvolume, vallen onder vellen. Dit om het ernstig beschadigen of ontsieren van een boomkroon tegen te kunnen gaan. Het in stand houden door periodieke snoei van de door kandelaberen of knotten ontstane kroonvorm is niet ontheffingplichtig. De eerste keer kandelaberen of knotten is wel ontheffingplichtig. Het verwijderen van hoofdwortels, waarvan kan worden aangenomen dat daardoor de houtopstand ernstige schade oploopt, valt eveneens onder het begrip vellen. De expliciete, ondergrondse bescherming is nodig gezien de merkwaardige achterstelling van het kappen van wortels tegenover het afsnijden van takken in artikel 5:44 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek. Uitgangspunt bij het laatst genoemde is dat er binnen de kroonprojectie van een boom geen ondergrondse werkzaamheden mogen worden verricht die een onevenwichtig grote schade aan de wortels van de boom tot gevolg hebben, waardoor de groei van de boom stagneert of er zelfs op achteruit gaat. Door de verordening ook van toepassing te laten zijn op het ernstig beschadigen of ontsieren van samengestelde verschijningsvormen, worden grootschalige ingrepen in houtopstand eveneens ontheffingplichtig. Boomwaarde. De richtlijnen van de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen en houtige gewassen (NVTB) voor de monetaire boomwaarde worden jaarlijks vastgesteld aan de hand van de prijsindexcijfers van het CBS, marktprijsgemiddelden en andere kengetallen. De richtlijnen gelden als de meest deskundige methodiek voor de wijze van vaststellen van de geldwaarde van bomen en worden in de rechtspraak erkend. Het spreekt overigens voor zich dat bomen ook vele andere waarden dan monetaire waarde kunnen vertegenwoordigen. Bomen effect analyse. Waardevolle houtopstanden worden regelmatig (ernstig) beschadigd of vernietigd door bouw en aanleg van huizen, wegen, rioleringen of kabels en leidingen. Vaak gebeurt dit ongewenst en onbedoeld, omdat er te laat is gekeken naar de gevolgen voor de bomen, waardoor ze niet ingepast kunnen worden of (onherstelbaar) beschadigd raken. De bomen effect analyse (BEA) is de landelijke richtlijn van de Bomenstichting voor een nauwgezette en onafhankelijke beoordeling, voorafgaand aan de voorgenomen bouw of aanleg. Deze standaardisering waarborgt de boomtechnische kwaliteit en garandeert een goede beoordeling van alle effecten en mogelijke alternatieven. Een BEA dient uitgevoerd te worden door een deskundig boomverzorger of boomtechnisch adviseur. De resultaten van deze beoordeling kunnen vervolgens worden meegenomen in de besluitvorming rond bouw of aanleg.

Artikel 2. Beschermde houtopstanden -11- Het college stelt een lijst vast van individuele bomen en houtopstanden die moeten worden beschermd. De individuele bomen staan op een lijst en de waardevolle houtopstanden op een overzicht. Deze lijst en het overzicht maken onderdeel uit van de verordening. De lijst van bomen bestaat uit de monumentale en waardevolle bomen die is samengesteld uit bomen uit het landelijk Register van monumentale bomen van de Bomenstichting en bomen in eigendom van de gemeente en particuliere bomen. Het overzicht met houtopstanden bestaat uit boomstructuren. Het college heeft de bevoegdheid om nadere regels te stellen voor de criteria voor de monumentale en waardevolle bomen en waardevolle houtopstanden. Deze bevoegdheid wordt in een nader vast te stellen regeling uitgeoefend. Het register en het overzicht kunnen regelmatig worden herzien. Belanghebbenden kunnen een verzoek richten tot het college om bomen op de lijst of het overzicht te plaatsen. Met het begrip belanghebbende wordt aansluiting gezocht bij de terminologie van de Awb. Degene die valt onder het zichtcriterium kan dan een verzoek richten aan het college om een boom op te nemen op de lijst. Het college beslist binnen 3 maanden op het verzoek of de boom of houtopstand binnen de criteria past. Tijdens dit onderzoek valt de boom onder het kapverbod van artikel 3. Dit is om te voorkomen dat tijdens het onderzoek de boom alsnog snel door de eigenaar wordt gekapt. Nadat het college een besluit heeft genomen zal de boom, naar gelang het besluit, wel of niet op de lijst of overzicht worden toegevoegd. Het is ook mogelijk dat een belanghebbende verzoekt om de boom te verwijderen van de lijst of overzicht. Het besluiten om een boom of houtopstand toe te voegen of af te voeren is een continu proces. Het besluit is aan bezwaar en beroep onderhevig. Het college kan de termijn van 3 maanden verlengen met een termijn van 3 maanden ingeval van grote aantallen aanmeldingen. Artikel 3. Kapverbod In het artikel wordt aangegeven welke bomen en houtopstanden onder het kapverbod vallen. In deze verordening vallen alleen de monumentale, waardevolle bomen die in het register staan en de houtopstanden die op het overzicht zijn aangegeven onder het kapverbod. Onder het kapverbod vallen niet de bomen die op last van de Plantenziektewet of krachtens een aanschrijving van het college moeten worden geveld in het kader van het tegengaan van verspreiding van ziektes. Cultuurmaatregelen die regelmatig worden uitgevoerd zijn niet ontheffingsplichtig, zoals vormsnoei. Het voor de eerste keer uitvoeren van een dergelijke maatregel is wel ontheffingsplichtig. Het dunnen tot 30% van het totale aantal is een maatregel om de overige bomen meer ruimte te geven voor een goede ontwikkeling. Artikel 4. Aanvraag ontheffing Schriftelijke aanvraag voor het in procedure brengen is vanzelfsprekend noodzaak. Een situatieschets, op te stellen door de aanvrager, blijkt in de praktijk nodig, aangezien men anders een tweede maal de kapontheffing voor een andere houtopstand zou kunnen gebruiken. Artikel 5 Ontheffing. De aanvraag wordt getoetst aan de toetsingsgronden van artikel 6. Bij de indiening van een aanvraag wordt een situatieschets overgelegd, met daarop een locatieaanduiding van de te kappen boom, bomen of houtopstand. Aan de ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden. De ontheffing is een jaar geldig na het onherroepelijk worden. Dit is gedaan om te

-12- voorkomen dat men gebruik maakt van oude kapontheffingen om een boom te kappen. In een jaar tijd is de boom ook weer gegroeid en zal een steeds waardevollere status verkrijgen. Het is mogelijk dat de ontheffinghouder een aanvraag indient om de termijn te verlengen. Deze aanvraag voor het verlengen dient gemotiveerd te worden gedaan. In dit geval is voor een ontheffingsprocedure gekozen. Het verbod kan alleen worden opgeheven in uitzonderlijke situaties. Artikel 6. Toetsingsgronden. De toetsingsgronden voor de kap van een monumentale boom of waardevolle houtopstand zijn als volgt: - een zwaar maatschappelijk belang opweegt tegen duurzaam behoud van de monumentale boom en alternatieven voldoende zijn onderzocht; Het belang om de boom of houtopstanden te behouden moet van ondergeschikt belang zijn ten opzichte van het maatschappelijk belang. Dit maatschappelijk belang kan zijn het oprichten van gebouw(en) dat bv. meerdere doeleinden bevat. Individuele of kleine maatschappelijke belangen kunnen niet tot het vellen van een boom of houtopstand leiden. Het oprichten van een woning is naar onze mening niet van een groot maatschappelijk belang die het belang van de boom overstijgt. Ook het uitvoeren van een werk dat een groot maatschappelijk belang vertegenwoordigd, bv. de aanleg van een weg ter ontsluiting van een dorp of (deel van een) wijk, uitgebreide rioleringswerkzaamheden of herstructureringswerk kan hiervoor in aanmerking worden genomen. Alternatieven dienen voldoende te zijn onderzocht. Dit heeft samenhang met het vorige onderdeel, om tot de kap van de monumentale boom of houtopstand over te gaan dienen de alternatieven voor behoud te zijn onderzocht. Elk alternatief moet worden afgewogen. - naar boomdeskundige maatstaven instandhouding niet langer verantwoord is ter voorkoming van letsel of schade. Het onderzoek naar de gezondheid van de boom dient door een boomdeskundige te gebeuren. Als het onderzoek uitwijst dat de boom naar deze maatstaven niet te handhaven is en gevaar ontstaat op schade aan of letsel gebouwen of personen. In dit onderzoek dient rekening te worden gehouden met alternatieve methodes om de boom te redden. Het college kan zal een commissie aanwijzen die onderzoekt of de maatschappelijke belangen opwegen tegen de bescherming van de boom of houtopstand. Deze commissie brengt een advies uit. Indien de aanvrager voor een ontheffing tot het vellen van een houtopstand van mening is dat de boom naar boomdeskundige maatstaven niet langer houdbaar is, dient de aanvrager bewijs aan te leveren waarin dit wordt onderbouwd. Artikel 7. Instandhoudingsplicht Dit artikel biedt de mogelijkheid maatregelen voor te schrijven om een houtopstand te beschermen. Te denken valt hierbij o.a. aan het sparen van monumentale of waardevolle bomen of houtopstanden op bouwterreinen en in situatie bij het leggen van nutsvoorzieningen. Op bouwterreinen lopen vooral bomen gevaar ernstig beschadigd te worden. Wil men ze sparen, dan moet daarbij niet alleen gedacht worden aan de stam en de kroon van takken en twijgen, maar ook aan de wortels. De vuistregel is dat zover dat de diameter van de kroon ongeveer gelijk is als de wortelomvang. Een classificatie toets bomen (CTB) of gelijkwaardig kan anders aangeven. Binnen de diameter van de kroon mogen in de grond geen werkzaamheden worden uitgevoerd of materialen worden opgeslagen. Dit geldt ook voor de verlaging van de grondwaterstand.

-13- Aandacht dient er te zijn voor de mogelijkheid dat anderen bij werkzaamheden schade aan een boom kunnen berokkenen, bv bouwwerkzaamheden bij de buren in de directe omgeving van een boom. Bij de aanleg van nutsvoorzieningen in de directe omgeving van een houtopstand is ook de nodige voorzichtigheid geboden. Aandacht daarbij voor creatief ontwerpen, structureel overleg en alternatieve tracés en technieken kunnen tot goede oplossingen leiden. Conclusie: vroegtijdig overleg tussen de betrokken partijen is essentieel. Uitgangspunt bij een opgelegde herplantplicht is dat op de locatie waar gekapt wordt, ook weer herplant zal worden. Indien dit door omstandigheden niet mogelijk blijkt te zijn, dan kan de herplantplicht elders worden gerealiseerd. Tevens wordt aan de eigenaar van een monumentale houtopstand een verplichting opgelegd om het college te melden indien er sprake is van een dreiging of het geheel of deels teniet gaan van een monumentale boom. Artikel 8. Schorsing Van de kapontheffing mag geen gebruik worden gemaakt tot het moment van het einde van de bezwaartermijn. Indien er geen bezwaren zijn ingediend kan tot kap worden overgegaan omdat de kapontheffing rechtsgeldig is. Ingevolge lid 2 is de kapontheffing geschorst tot het moment dat het college heeft beslist in de beslissing op bezwaar. Daarna kan van de kapontheffing gebruik worden gemaakt, tenzij de bezwaarmaker een voorlopige voorziening heeft aangevraagd en hierop positief is beslist. Artikel 9. Bestrijding boomziekten. Op het moment dat zich in een of meerdere bomen ziekten voordoen, die op basis van wetgeving of naar het oordeel van het college een gevaar vormen voor de overige bomen en planten, kan het college de eigenaar aanschrijven met een verplichting tot het vellen. Te denken is aan de iepeziekte. Het college kan aan de aanschrijving voorwaarden verbinden over hoe te handelen met de boom of delen van de boom. Tevens is het mogelijk om een herplantplicht op te leggen. Artikel 10. Bescherming gemeentebomen. Dit artikel beschermt de gemeentelijke bomen tegen derden die de boom beschadigen, dan wel gebruiken om zaken in te hangen, in te plaatsen ed. Alleen medewerkers van de gemeente die opdracht hebben tot onderhoud etc., hebben de bevoegdheid om aan de boom werkzaamheden uit te voeren. Artikel 11. Uitzichtbelemmering. Het kan voorkomen dat in bepaalde situaties door groei van beplanting, hagen of bomen zich gevaarlijke situaties zich voordoen. Het college kan de eigenaar van de beplanting verplichten om deze situatie op te heffen. Artikel 12. Afstand tot de erfgrens. In het Burgerlijk Wetboek is een bepaling opgenomen, boek 5, artikel 42 waarin de afstand is bepaald voor bomen op 2 meter en hagen op 0.5 meter van de erfgrens. In deze verordening is deze afstand bepaald op bomen 0.5 meter en hagen op nihil van de erfgrens. De stam van de boom is hierin bepalend.

Artikel 13. Spoedeisendheid -14- In acute probleemsituaties, meestal dus gevaarzetting ( bijvoorbeeld storm- of bliksemschade) voor personen of zaken door instabiliteit van houtopstand, moet er meteen gehandeld kunnen worden. Artikel 18. In dit artikel is de inwerktreding van de verordening opgenomen. De verordening treedt in werking op 1 januari 2012 of na een besluit van het college. Doel hiervan is om de inwerkingtreding te laten samenvallen met de vaststelling van de lijsten met waardevolle bomen en houtopstanden. Er ontstaat dan geen gat in de rechtsbescherming van deze bomen. In lid 3 is nog specifiek aangegeven dat de al vastgestelde lijst met monumentale bomen blijft bestaan en onderdeel vormt van de nieuwe verordening.