CPB-analyse van voorstellen vermogensbelasting Uitgevoerd op verzoek van de SP

Vergelijkbare documenten
VOORSTELLEN VOOR HET VERKLEINEN VAN DE VERMOGENSONGELIJKHEID

Doorrekening varianten aanpassing aflossingseis Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Financiën

Ex-ante budgettaire effecten fiscaal plan VNL Uitgevoerd op verzoek van de politieke partij Voor Nederland

RAMINGSTOELICHTINGEN. Toelichting op de ramingen van de budgettaire effecten van de maatregelen in de nota van wijziging bij het Belastingplan 2018.

Inkomenseffecten aanpassing zorgtoeslag in 2012 Uitgevoerd op verzoek van de Algemene Rekenkamer

AWBZ-premie over vier schijven Uitgevoerd op verzoek van de Socialistische Partij

CPB Notitie 3 oktober Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting 2012 SP. Op verzoek van de SP

Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip

Datum: 26 oktober 2016 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens (actualisatie 2017)

Datum: 23 oktober 2015 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens

Certificering budgettaire ramingen Wet implementatie eerste EU-richtlijn antibelastingontwijking

Datum: 26 oktober 2016 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens (actualisatie 2017)

Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip

Raming aantal personen/huishoudens onder de lage-inkomensgrens 2018 en 2019 Uitgevoerd op verzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek

Datum: 16 september 2015 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting ChristenUnie

Doorrekening mondzorg Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Energie en Klimaat. 2.1 Ex-ante budgettaire effecten. Contactpersonen politieke partijen

Structurele effecten variant overdraagbaarheid. heffingskorting, inkomstenbelasting. Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Financiën

Doorrekening Catshuispakket: hoofdtabellen Uitgevoerd op verzoek van de minister-president

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Ramingsmethodiek. CBS, t.a.v. Dhr. W. Bos & Dhr. F. Otten. Aan:

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie D66. Datum: 21 september 2016 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting D66

Effecten van het Regeerakkoord voor de marginale druk Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Maatregel D66. Datum: 22 augustus 2016 Betreft: Berekenen ex-ante effecten voorstel vaderschapsverlof

Datum: 16 november 2015 Betreft: Structurele effecten 4e nota van wijziging Belastingplan 2016

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie GroenLinks. Datum: 16 september 2015 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting GroenLinks

Analyse economische effecten Begrotingsafspraken. Uitgevoerd op verzoek van het kabinet en de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Herberekening budgettaire effecten abonnementstarief in de Wmo Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Effect op huizenprijzen van het maximeren van hypothecaire leningen op basis van taxatiewaarde en bruto inkomen

Effect van maximaal fiscaal gefaciliteerd pensioengevend inkomen

Koopkracht: een kwestie van tienden

Marginale druk en participatiebelasting per huishoudtype in 2015

CPB Notitie 16 augustus Houdbaarheidsberekeningen. Uitgevoerd op verzoek van Flip de Kam

Sociaal akkoord aow en Witteveenkader Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Achtergrond. Socialistische Partij. Aan: Datum: 2 november 2018 Betreft: Opnieuw invoeren zorgprofielen VV 1-3

Ex-post effecten woningmarktmaatregelen

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie ChristenUnie. Datum: 21 september 2016 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting ChristenUnie

De opbouw van de notitie is als volgt. Sectie 2 beschrijft de varianten. Sectie 3 beschrijft de effecten op de werkgelegenheid.

Datum 30 oktober 2009 Betreft Aanvullende schriftelijke vragen Algemene Financiële Beschouwingen

Vrijval VPL-premies. Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en het ministerie van Financien.

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie Partij Van Vliet

SP alternatief voor de premiestelling ZVW Op verzoek van de SP

Budgettaire, koopkracht- en arbeidsmarkteffecten van herziening belastingstelsel Op verzoek van de JOVD

CPB Achtergronddocument Het financieel vermogen in box 3: verdeling en belasting

Aflossing studieschuld bij sociaal leenstelsel Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Deze notitie beschrijft de effecten van het voorstel op de werkgelegenheid en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën.

CPB Notitie. 1 Inleiding. Aan: Ewout Irrgang (SP) Datum: 4 november 2011 Betreft: SP alternatief voor de premiestelling ZVW

Datum: 12 december 2014 Betreft: Effecten aanpassing pensioenregels 2015: een toelichting

CPB Notitie. Henk van Gerven (SP) Datum: 24 augustus 2015 Betreft: SP-alternatief voor de financiering van de zorg

Doorrekening wijzigingsvoorstellen PvdA ontwerp-klimaatakkoord

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie ChristenUnie. Datum: 23 september 2013 Betreft: Ex ante budgettaire effecten tegenbegroting ChristenUnie

CPB Notitie. Samenvatting. Aan: Ministerie van SZW

Doorrekening kabinetsvarianten industrie ontwerp-klimaatakkoord

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Premie-effecten herzien FTK en versobering Witteveenkader Uitgevoerd op verzoek van het Ministerie van Financiën

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum: 11 november 2015 Betreft: Structurele effecten variant overdraagbaarheid algemene heffingskorting en verlaging IACK

Persconferentie Keuzes in Kaart februari Bijlage bij persbericht met tabellen en infographics

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie GroenLinks. Datum: 18 september 2014 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting GroenLinks

Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting 2012 PvdA Op verzoek van de PvdA

Certificering budgettaire raming Wet minimum CO₂prijs

2 Aflossing studieschuld bij leenstelsel

CPB Achtergronddocument 16 augustus Toelichting aanpassingen presentatie koopkrachtramingen CPB. Patrick Koot Marente Vlekke

RAMINGSTOELICHTINGEN. Toelichting op de ramingen van de budgettaire effecten van de maatregelen bij het wetsvoorstel

Toelichting CPB-onderzoek opbrengsten introductie euro Voor de minister van Economische Zaken

CPB Notitie 8 november Een nadere toelichting op de koopkrachteffecten van het Regeerakkoord

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie SP. Datum: 16 september 2015 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting SP

Deelname-effecten van de invoering van het sociaal leenstelsel in de bachelor- en masterfase

Prinsjesdag 2018: belastingplan 2019

SP-voorstel fiscale behandeling eigen woning

De heren Rog en Omtzigt, leden van de Tweede Kamer voor het CDA

Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting 2014 ChristenUnie Op verzoek van de ChristenUnie

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie CDA. Datum: 18 september 2014 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting CDA

Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens

Koopkrachtberekeningen voor 100 huishoudens

Datum: 10 augustus 2016 Betreft: Startnotitie Keuzes in Kaart : de budgettaire effecten

Ex ante budgettaire effecten tegenbegroting VVD 2009

CPB Notitie 2 november 2018

1. Alle belastingplichtigen

De winstbox en de wig Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Financiën

CPB Notitie 26 april Ex-ante budgettaire effecten pakket PvdA

Ex ante budgettaire effecten tegenbegroting D

Inkomenseffecten van het basisinkomen 2.0

Ex ante budgettaire effecten VVD tegenbegroting 2008

Datum: 6 juli 2016 Betreft: Doorrekeningen varianten SDG werkgroep woningmarkt

Rondetafelgesprek over Flexibiliteit en Zekerheid Op verzoek van de Vaste commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

CPB Notitie 19 september Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting 2019 van GroenLinks, PvdA en SP. Op verzoek van GroenLinks, PvdA en SP.

Notitie voor rondetafelgesprek Tweede Kamer over de Wet Werken naar Vermogen (WWNV) Op verzoek van de Tweede Kamer

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Koopkrachtberekeningen voor 2016 Uitgewerkte voorbeelden Prinsjesdag 2015

Koopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009

Wijziging Gebruikelijkloonregeling

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van.., kenmerk -;

Ex-ante budgettaire effecten Begrotingsafspraken 2014 Uitgevoerd op verzoek van het kabinet en de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie GroenLinks. Datum: 21 september 2016 Betreft: Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting GroenLinks

CPB Notitie. 1 Inleiding. Tweede Kamerfractie Partij Van Vliet

Veronderstellingen deelname-effecten van een sociaal leenstelsel in het hoger onderwijs

Kwalitatieve gevolgen voor de werkgelegenheid op korte termijn van de tegenbegrotingen

CPB-reactie op OESOstudie over de relatie tussen inkomensongelijkheid. economische groei

Ex-ante budgettaire effecten tegenbegroting 2014 D66 Op verzoek van D66

Transcriptie:

CPB Notitie 6 oktober 2015 CPB-analyse van voorstellen vermogensbelasting Uitgevoerd op verzoek van de SP

CPB Notitie Aan: Tweede Kamerfractie SP Centraal Planbureau Van Stolkweg 14 Postbus 80510 2508 GM Den Haag T (070)3383 380 I www.cpb.nl Contactpersoon Arjan Lejour, Arjen Quist Datum: 6 oktober 2015 Betreft: CPB-analyse van voorstellen vermogensbelasting 1 Inleiding Op verzoek van de Tweede Kamerfractie van de SP zijn de budgettaire effecten bepaald van een aantal varianten van de vermogensbelasting en vermogenswinstbelasting. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het CPB-model MIMOSI en de achterliggende IPO-gegevens van het CBS. 1 Deze notitie bespreekt eerst de onderdelen van de variant, en vervolgens de gesimuleerde effecten. 2 De varianten Vermogenswinstbelasting. In plaats van de huidige vermogensrendementsheffing (VRH) in box 3 van de LB/IB wordt een vermogenswinstbelasting ingevoerd. Deze heeft een heffingskorting van 200 euro per persoon en een tarief van 40% over het werkelijk genoten rendement op vermogen, inclusief niet-gerealiseerde (i.e. niet-afgerekende) vermogenswinst. De rente op schulden mag hier van worden afgetrokken. Er is in de berekening geen doorwerking naar toeslagen verondersteld. De huurtoeslag, de zorgtoeslag en het kindgebonden budget blijven ongewijzigd. Naast een vermogenswinstbelasting wordt een vermogensbelasting ingevoerd met verschillende tarieven. Er is een tarief van 1% vanaf 1 mln euro en 2% vanaf 2 mln euro. Dit is een klassieke schijvenvariant, waarbij het hogere belastingtarief alleen geldt voor het extra vermogen boven een schijfgrens. Bij de vermogensbelasting wordt alleen de waarde van de eigen woning minus de hypotheekschuld meegenomen, als dit meer dan 0,5 mln euro is. In die gevallen is 1 Romijn, Goes, Dekker, Gielen en Van Es, 2006, MIMOSI; microsimulatiemodel voor belastingen, sociale zekerheid, loonkosten en koopkracht, CPB Document 161. 3

de grondslag voor de eigen woning de woz-waarde min de hypotheekschuld min 0,5 mln euro. Bij de vermogenswinstbelasting is de waarde van het eigen huis geen onderdeel van de belastinggrondslag. 3 De uitkomsten In het model MIMOSI maken we gebruik van de CBS-data uit het Inkomenspanelonderzoek (IPO), jaar 2010. Dit is een representatieve steekproef van de Nederlandse bevolking. Recent bleek dat grote huishoudvermogens oververtegenwoordigd zijn in de IPO-data. De data zijn herwogen voor de box 3- varianten om voor de oververtegenwoordiging van de huishoudvermogens boven 1 mln euro te corrigeren. Alle uitkomsten worden gepresenteerd voor het jaar 2016. Hierbij moet wel aangetekend worden dat de prognoses over de toename van het vermogen en de verdeling daarvan met de nodige onzekerheden zijn omgeven. De uitkomsten zijn ex-ante berekeningen, wat betekent dat gedragseffecten niet zijn meegenomen. 2 De vermogenswinstbelasting We gaan uit van een langjarig rendement van 4,2 procent. Dat is gebaseerd op rendementsgegevens tussen 1990 en 2012 en een weging over de verschillende vermogensbestandsdelen. 3 Dit gemiddelde rendement is een benadering; bij een vermogenswinstbelasting wordt uiteindelijk de vermogenswinst per huishouden bepaald. Die is afhankelijk van de samenstelling van het vermogen en de individuele rendementen die daarop worden behaald. Het tarief van 40% is een stuk hoger dan het huidige VRH-tarief van 30%, de voorgestelde heffingskorting van 200 euro leidt tot een ruimere belastinggrondslag bij hogere rendementen dan nu het geval is met de heffingsvrije grens van ongeveer 21.000 euro persoon. 4 Niet alleen wordt het belastbaar box-3-inkomen groter, maar er vallen ook veel meer huishoudvermogens onder de vermogenswinstbelasting. Volgens onze inschattingen is de ex-ante opbrengst in 2016 bijna 2,8 mld euro hoger dan de huidige VRH. Dat is fors hoger dan de ex-ante opbrengst van 1,2 mld in de laatste Keuzes in Kaart uit 2012 (in dit getal is geen rekening gehouden met een kapitaalvlucht van destijds 20%). De belangrijkste reden is dat deze maatregel in Keuzes in Kaart is geëvalueerd op basis van macrodata en gemiddelde vermogens bij gebrek aan goede data over de vermogensverdeling. Daardoor kon in het verleden 2 Bij een integrale doorrekening zoals in Keuzes in Kaart- wordt wel rekening gehouden met een weglek van een substantieel deel van de opbrengsten door gedragseffecten, zoals kapitaalvlucht. 3 Zie Floor, Groot, Lejour, 2015, Het financieel vermogen in box-3: verdeling en belasting, CPB Achtergronddocument. 4 Rekening houdend met het tarief van 40% en een rendement van 4,2% correspondeert de 200 euro heffingskorting met een heffingsvrij vermogen van 12.000 euro. Bij hele lage rendementen correspondeert de heffingskorting met een veel hoger heffingsvrij vermogen. 4

onvoldoende rekening worden gehouden met de scheefheid van de vermogens. 5 Het CPB heeft nu betere databestanden met de vermogens van individuele huishoudens beschikbaar. Een tweede reden is dat het veronderstelde rendement van 4,2% iets hoger is dan de 4% die tijdens Keuzes in Kaart verondersteld is. Dat betekent ook dat meer huishoudens de vermogenswinstbelasting betalen na aftrek van de heffingskorting van 200 euro. 6 De langjarige rendementen zijn een stuk hoger dan de huidige rendementen en die van de afgelopen jaren (zie ook de analyse in CEP 2015, hoofdstuk 1.2). Tussen 2006 en 2011 was het gemiddelde rendement ongeveer 1,4%, ook dit gemiddelde is een benadering voor een echte vermogenswinstbelasting. 7 Het rendement voor de vermogende huishoudens is dan lager en er zijn ook veel minder huishoudens die vermogenswinstbelasting betalen, omdat het rendement lager is dan de heffingskorting van 200 euro. De ex-ante opbrengst is in dat geval 3,0 mld euro lager dan de huidige opbrengst van de VRH. De vermogensbelasting De vermogensbelasting van 1% voor huishoudvermogens boven 1 mln euro levert ex ante ongeveer 0,9 mld euro op. Een 1% punt hogere heffing voor de huishoudvermogens boven 2 mln euro, levert ongeveer 0,5 mld. euro op. De gecumuleerde opbrengst is 1,4 mld (zonder gedragseffecten). Tabel 3.1 Ex-ante opbrengst varianten vermogensbelasting in 2016 Variant Beschrijving Opbrengst (mld euro) a 1% vanaf 1 mln euro vermogen 0,9 b t.o.v. a 2% vanaf 2 mln euro vermogen 0,5 Totaal (a en b) 1,4 5 Daardoor werd aan te veel huishoudens de (volledige) heffingskorting toegekend, hetgeen een negatief effect op de opbrengst heeft. 6 Daarnaast is het basisjaar veranderd. Dat heeft ook gevolgen voor de opbrengst. 7 Zie voetnoot 3. 5

Dit is een uitgave van: Centraal Planbureau Van Stolkweg 14 Postbus 80510 2508 GM Den Haag T (070) 3383 380 info@cpb.nl www.cpb.nl Oktober 2015