LEERLINGENSTATUUT. Goedgekeurd door de MR d.d. 7 juni 2012

Vergelijkbare documenten
LEERLINGENSTATUUT. Aangevuld met 22. Internetgebruik

Inhoud Inhoudsopgave Algemeen: Betekenis Begrippen Procedure Geldigheidsduur/evaluatie...

LEERLINGENSTATUUT. RSG Enkhuizen

Met een leerlingenstatuut in de hand is er een prima mogelijkheid de rechten en plichten van leerlingen te verduidelijken en te verbeteren.

Leerlingenstatuut Lauwers College

Leerlingenstatuut Jozefmavo

Leerlingenstatuut Christelijk College Nassau-Veluwe 02FB

Leerlingenstatuut Metameer

OSG Piter Jelles Leerlingenstatuut Leerlingenstatuut

LEERLINGENSTATUUT ZWIN COLLEGE 2014

Zaandam, augustus Beste leerling,

Leerlingenstatuut Maritieme Academie Harlingen

leerlingenstatuut

2.2 LEERLINGENSTATUUT

Leerlingenstatuut t Atrium

Leerlingenstatuut Van Lodenstein College. Augustus 2014

SINT-JANSCOLLEGE LEERLINGENSTATUUT I. ALGEMENE BEPALINGEN

Leerlingenstatuut. Jac. P. Thijsse College

Leerlingenstatuut. Scholengemeenschap Lelystad Kofschip EZ Lelystad

Leerlingenstatuut Schoonhovens College. Augustus Juli 2020

Leerlingenstatuut Elzendaalcollege Schooljaar

het aan school verbonden personeel, hieronder begrepen de leden van de schoolleiding.

Paragraaf 1 ALGEMEEN De Boerhaave

LEERLINGENSTATUUT SCHOLENGEMEENSCHAP WERE DI

Leerlingenstatuut. Inhoud. A. Algemene bepalingen

Leerlingenstatuut Instelling Voortgezet Onderwijs Deurne

A. Algemeen N.B. Overal waar hij staat, kan ook zij gelezen worden.

LEERLINGENSTATUUT. St. BONIFATIUSCOLLEGE

Leerlingenstatuut VMBO-groen 2013

Leerlingenstatuten

LEERLINGENSTATUUT STEDELIJK GYMNASIUM HAARLEM

LEERLINGENSTATUUT. Geldig van 1 augustus 2014 tot en met 31 juli 2016

leerlingenstatuut marianum

Leerlingenstatuut Rijnlands Lyceum Oegstgeest 2014

LEERLINGENSTATUUT. Inhoudsopgave

LEERLINGENSTATUUT Goedgekeurd door de MR: 19 november 2015

Leerlingenstatuut Vechtdal College

Leerlingenstatuut Arkelstein 1. Paragraaf 1 ALGEMEEN Arkelstein

LEERLINGENSTATUUT

Leerlingenstatuut locatie CSG Beilen

Leerlingenstatuut Het Vlier 1. Paragraaf 1 ALGEMEEN Het Vlier

LEERLINGENSTATUUT. Vastgesteld in de vergadering van de MR in 2015 na instemming van het leerlingendeel van de MR. Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut Stad & Esch geldig van 1 augustus 2018 t/m 31 juli 2020

Leerlingenstatuut. Scholengemeenschap Marianum

Leerlingenstatuut Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland-Noord

LEERLINGENSTATUUT VAN HET MEREWADE COLLEGE VOOR PRO, VMBO, HAVO, ATHENEUM TE GORINCHEM

Leerlingenstatuut Elzendaalcollege Schooljaar

Leerlingenstatuut Stad & Esch geldig van 1 augustus 2016 t/m 31 juli 2018

Leerlingenstatuut Rijnlands Lyceum Oegstgeest Inhoud

Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut Vastgesteld in de MR vergadering van 12 juni 2018

Leerlingenstatuut De Rietlanden. april 2014

Saenstroom opdc. Leerlingenstatuut

LEERLINGSTATUUT Van TWENTS CARMEL COLLEGE LOSSER. Geldigheidsduur: schooljaar 2017/2018 en 2018/2019

Leerlingenstatuut. OSG Piter Jelles. Vastgesteld door CvB: 16 januari 2018 Vastgesteld door MR: 21 februari 2018

Leerlingenstatuut. Stad & Esch. geldig van. 1 augustus t/m. 31 juli Leerlingenstatuut Stad & Esch pagina 1 van 10

Saenstroom opdc. Leerlingenstatuut

LEERLINGENSTATUUT s Gravendreef College INTERCONFESSIONELE SCHOLENGEMEENSCHAP VOOR VMBO (KGT) en HAVO

Leerlingenstatuut Februari 2017

Leerlingenstatuut. Leerlingenstatuut

Algemeen. 1.1 Begrippen In dit leerlingenstatuut wordt bedoeld met:

Saenstroom opdc. Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut AOC Terra

Leerlingenstatuut. Kennemer College

Leerlingenstatuut Gymnasium Novum

Leerlingenstatuut Versie september

LEERLINGENSTATUUT /

A. ALGEMEEN 1. Betekenis 2. Doel 3. Begripsomschrijving 4. Procedure en geldigheidsduur 5. Toepassing 6. Publicatie

Leerlingenstatuut PARAGRAAF 1. ALGEMENE BEPALINGEN

LEERLINGENSTATUUT

LEERLINGENSTATUUT VAN HET BAUDARTIUS COLLEGE. december 2015

Leerlingstatuut Vechtdal College

docenten personeelsleden met een onderwijsgevende taak (stagiair(e)s inbegrepen)

Leerlingenstatuut Kennemer College

LEERLINGENSTATUUT VEURS LYCEUM 2013 INHOUDSOPGAVE

Leerlingenstatuut. Bonhoeffer College

Leerlingenraadstatuut Corbulo College 2016/2017

Leerlingenstatuut Dollard College

Leerlingstatuut van Stichting EBO voor de Passie-scholen

Kennemer College. Het leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut. Inhoud. Algemeen. 1. Betekenis 2. Doel 3. Begrippen 4. Procedure 5. Geldigheidsduur 6. Geldigheid 7. Publicatie

LEERLINGENSTATUUT NOVEMBER 2015 NOVEMBER 2017

Leerlingenstatuut Openbare Scholengemeenschap De Meergronden

Leerlingenstatuut SOVON uitwerking Huygens College

Leerlingenstatuut. Maerlant-Lyceum

LEERLINGENSTATUUT. Van Kinsbergen college

LEERLINGENSTATUUT VAN DALTON DEN HAAG

THYv GRT. Leerlingenstatuut Voortgezet Onderwijs Best-Oirschot

Leerlingenstatuut Elzendaalcollege Schooljaar

LEERLINGENSTATUUT ONDERWIJSGROEP TESSENDERLANDT

Schoolreglement. Algemeen. Artikel 1: Begripsbepaling

School Leerlingen Ouders Leraren Onderwijs ondersteunend personeel Directeur Adjunct - directeur Bevoegd gezag

Leerlingenstatuut Stedelijk Gymnasium Schiedam. Mei 2008 Goedgekeurd door de medezeggenschapsraad

3.1. Het leerlingenstatuut regelt de rechten en plichten van de leerlingen.

leerlingenstatuut ds. Pierson College s-hertogenbosch

Leerlingenstatuut MLF

Artikel 1 Het leerlingenstatuut regelt de rechten en plichten van de leerlingen.

Leerlingenstatuut Scholengemeenschap Lelystad

LEERLINGENSTATUUT RSG Ter Apel. Februari Leerlingenstatuut van de RSG Ter Apel

Transcriptie:

Ons kenmerk: 11.3/180612/BDN/leerlingst./2120149 Goedgekeurd door de MR d.d. 7 juni 2012 LEERLINGENSTATUUT INHOUDSOPGAVE A. ALGEMEEN: 1. Betekenis 2. Begrippen 3. Procedure 4. Geldigheidsduur / evaluatie 5. Toepassing 6. Publicatie B. REGELS OVER HET ONDERWIJS 7. Het geven van onderwijs door docenten 8. Het volgen van onderwijs door leerlingen 9. Huiswerk 10. Onderwijstoetsing 11. KWT 12. Straffen 13. Verwijdering en schorsing 14. Rapporten en overgangnormen 15. Toelating tot een andere opleiding 16. Vrijheid van meningsuiting 17. Bijeenkomsten 18. Leerlingenraad 19. Leerlingenregistratie en privacybescherming 20. Hygiëne en veiligheid 21. Rookbeleid 22. Ongewenste intimiteiten 23. Schoolreglement C. HANDHAVING VAN HET LEERLINGENSTATUUT 24. Klachtenprocedure 25. Klachtenregeling OMO 26. Slotartikel 1

A. ALGEMEEN 1. Betekenis Een leerlingenstatuut is een van de middelen om de rechtspositie van leerlingen vast te leggen, te verduidelijken en te verbeteren. 2. Begrippen In dit statuut is bedoeld met: school: postadres: opleiding: geleding: kwt: klachtencommissie: leerlingen: leerlingenraad: leraren/docenten: onderwijs ondersteunend personeel: medezeggenschapsraad: ouders: schoolleiding: leiding gebouw: schoolgids: afkortingen: Sondervick College Knegselseweg 30 5504 NG Veldhoven Tel: 040-2309444 Postbus 22, 5500 AA Veldhoven Onderwijssoort die op de school wordt aangeboden, VMBO, MAVO, HAVO en VWO. Een onderdeel van de scholengemeenschap (leerlingen, ouders, personeel) Keuzewerktijd Een door het schoolbestuur aangestelde onafhankelijke commissie die klachten beoordeelt. Alle leerlingen die op school onderwijs volgen. Een uit de leerlingen gekozen groep (zie art. 26 van de Wet Medezeggenschap Onderwijs, 1992) die de belangen van leerlingen behartigt Personeelsleden met een onderwijzende taak; stagiaires vallen onder verantwoordelijkheid van de desbetreffende docent(e). Personeelsleden met een andere taak dan onderwijs geven in het kader van dit statuut. Het vertegenwoordigend orgaan van de hele school (zie art. 3 van de Wet Medezeggenschap Onderwijs, 1992). Ouders, voogden, feitelijke verzorgers van leerlingen. Bij meerderjarige leerlingen moet hier gelezen worden de leerling zelf en/of de wettelijke vertegenwoordiger. de rector en diens plaatsvervanger Dagelijkse leiding in het desbetreffende gebouw. Boekje over de gang van zaken op school. Voor veel gebruikte afkortingen zie ook de lijst op de website (Algemeen/Informatie ouders) 3. Procedure Het leerlingenstatuut wordt op voorstel van de medezeggenschapsraad vastgesteld door de eindverantwoordelijk schoolleider. Het voorstel daartoe behoeft instemming van de medezeggenschapsraad. 4. Geldigheidsduur/evaluatie Het leerlingenstatuut wordt vastgesteld voor onbepaalde tijd. Iedere 2 jaar vindt er een evaluatie plaats door alle geledingen. De resultaten worden na instemming van de medezeggenschapsraad aan het schoolbestuur voorgelegd. Het schoolbestuur stelt de eventuele wijzigingen vast. 5. Toepassing Het leerlingenstatuut is bindend voor: leerlingen ouders docenten onderwijs ondersteunend personeel afdelingsleiding en overige leidinggevenden schoolbestuur Dit geldt behoudens wettelijk vastgestelde bevoegdheden en reglementen 2

6. Publicatie 6.1 Het leerlingenstatuut is gepubliceerd op de website van het Sondervick College en in elektronische leeromgeving. 6.2 Het leerlingenstatuut ligt ter inzage bij de administratie en bij alle jaarleiders. 6.3 In de schoolgids wordt verwezen naar het leerlingenstatuut. 6.4 Het leerlingenstatuut wordt met leerlingen besproken. B. REGELS OVER HET ONDERWIJS 7. Het geven van onderwijs door docenten 7.1 De leerlingen hebben er recht op dat het personeel zich inspant om het onderwijs naar beste vermogen te verzorgen. Het gaat hierbij om zaken als: a. een goede presentatie en een zo duidelijk mogelijke uitleg van de stof; b. redelijke verdeling van de lesstof over de lessen; huiswerk dat aansluit bij de behandelde stof; c. keuze van geschikte leermiddelen; d. samenstelling van toetsen die eveneens aansluiten bij de behandelde stof; e. benadering en beoordeling van de leerlingen zonder onderscheid te maken naar sekse, religie, ras en afkomst; f. bereidheid om leerlingen die buiten hun schuld een achterstand hebben opgelopen, extra te helpen; g. op tijd aanwezig zijn in de les; h. leerlingen de gelegenheid bieden vragen te stellen. 7.2 Als een docent(e) naar het oordeel van een leerling zijn/haar taak niet op een behoorlijke wijze vervult, dan probeert de leerling dit eerst te bespreken met de desbetreffende docent(e). Blijkt dit onmogelijk of is het resultaat niet bevredigend, dan is het mogelijk om via de mentor en of (kernteam-)coördinator/jaarleider het gesprek voort te zetten. Daarna rest nog de mogelijkheid bezwaar aan te tekenen via de in art. 24 en 25 genoemde procesgang. 7.3 Lesuitval dient zoveel mogelijk te worden voorkomen. 8. Het volgen van onderwijs door leerlingen 8.1 Leerlingen zijn verplicht een goed onderwijsproces mogelijk te maken. Het gaat hierbij om zaken als: a. oplettend de uitleg van de docent volgen; b. aanwezig hebben van de juiste leermiddelen; c. als iets niet duidelijk is, gerichte vragen stellen op het moment dat men daar de gelegenheid toe krijgt; d. opgegeven (huis)werk naar beste vermogen maken en/of leren; schriftelijk werk dient goed leesbaar en overzichtelijk gemaakt te worden zonder onnodige toevoegingen; e. (op tijd) aanwezig zijn; f. de docent er op attenderen als deze kennelijk iets dat van belang is vergeet of over het hoofd ziet; g. meewerken aan een ordelijk verloop van de lessen; h. naleven van de regels met betrekking tot hygiëne en -veiligheid (art.20); i. gebruiken van mobiele apparatuur e.d. is in alle lessituaties verboden, tenzij de docent dergelijke apparatuur inzet voor het onderwijs. j. het maken van geluid- en of beeldopnames, op welke wijze dan ook, is verboden als daarvoor geen toestemming is verkregen. 8.2 Een leerling die het ordelijk verloop van de les ernstig verstoort, kan door de docent(e) verwijderd worden. De leerling is dan verplicht de les te verlaten en dient zich te melden bij het meldpunt voor de eigen opleiding. Verwijdering dient als uiterste maatregel door de docent te worden gehanteerd. Leerling en docent zijn verplicht de procedure te volgen die in de opleiding voor verwijdering is vastgesteld. 8.3 Bij verwijdering worden de ouders op de hoogte gesteld. 8.4 Leerlingen zijn verplicht voor school beschikbaar te zijn (blijven) vanaf 08.00 t/m 17.00 uur. Het is van belang dat leerlingen bij het maken van afspraken hier rekening mee houden. 8.5 De leerlingen hebben in deze tijd recht op minstens twee pauzes. 3

8.6 Leerlingen mogen zonder toestemming van de (kernteam-)coördinator/jaarleider het schoolterrein tijdens lestijd niet verlaten. Als een leerling drie of meer (óf twee en een pauze) tussenuren heeft mag een leerling tijdens deze lessen ná toestemming van de (kernteam-)coördinator/jaarleider naar huis. 8.7 Een leerling volgt in het principe alle lessen. In overleg met de leiding kan daar (om bijvoorbeeld gezondheidsredenen of vanwege talentontwikkeling) vanaf geweken worden. 9. Huiswerk De docent geeft duidelijk aan wat het huiswerk is en zorgt ervoor dat ook afwezige leerlingen kunnen zien wat het huiswerk is. De docent maakt hiervoor gebruik van het schooladministratiesysteem, de elektronische leeromgeving of het klassenboek. 9.1 Het huiswerk wordt zoveel mogelijk over de week en over het schooljaar verspreid. 9.2 De leerling is verplicht het opgegeven huiswerk uit te voeren. 9.3 De leerling die een gegronde reden heeft waardoor hij/zij niet in de gelegenheid is geweest het huiswerk te maken, meldt dit met een briefje van de ouders/verzorgers voor de aanvang van de lessen bij de desbetreffende docent of bij de (kernteam-)coördinator / jaarleider. 9.4 Op de eerste schooldag na iedere vakantie die minstens een week heeft geduurd, is er huiswerkvrij, met uitzondering van de zogenaamde 1-uurs vakken en toetsweken. 10. Onderwijstoetsing 10.1 De toetsing van de leerstof kan op drie manieren geschieden: a. overhoringen, schriftelijk dan wel mondeling. De stof van een overhoring is een onderdeel van een groter geheel en dient een voorbereidend karakter te hebben. b. proefwerken. Een proefwerk dient in principe als toetsing van een afgesloten groter geheel van de leerstof. c. werkstukken/spreekbeurten/practica/ verslagen e.d. 10.2 De wegingen van overhoring, toetsen en werkstukken e.d. dienen in redelijke verhouding tot elkaar te staan. 10.3 Een leerling kan buiten de toetsweken maximaal twee proefwerken per dag krijgen en slechts vijf proefwerken per schoolweek (behoudens inhaalwerken). 10.4 Een proefwerk dient aangekondigd te worden door plaatsing op een proefwerkrooster, dan wel door aankondiging, tenminste 5 schooldagen voorafgaand aan het proefwerk. Het proefwerkrooster voor de toetsweek dient één schoolweek van tevoren bekend te zijn. 10.5 De leerstof van proefwerken dient 5 schooldagen van tevoren bekend te zijn. In voorkomende gevallen dienen de leerlingen de docent(e) hieraan te herinneren. 10.6 De leerstof waarop een proefwerk betrekking heeft, dient bij voorkeur 5 schooldagen, maar tenminste 2 schooldagen voor het proefwerk te zijn afgerond. 10.7 De docent(e) maakt in het begin van een schooljaar of periode de wijze van toetsing van de vakgroep of het cluster aan de leerlingen duidelijk. Dat gebeurt aan de hand van een PTO, een programma van toetsing, dat overeenkomstig de richtlijnen van de opleiding is opgesteld. In het PTO wordt naast de frequentie van bepaalde toetsen ook de weging van de verschillende cijferbeoordelingen duidelijk gemaakt en de wijze waarop rapportcijfers berekend worden. 10.8 Als een leerling door ziekte of andere vorm van overmacht niet in staat is een toets af te leggen, wordt dit zo spoedig mogelijk, maar altijd voor de aanvang van de toets aan de school gemeld; dit kan schriftelijk of telefonisch gebeuren. De afdelingsleiding behoudt zich ten allen tijde het recht voor een onderzoek in te stellen naar de juistheid van de verstrekte reden van afwezigheid. Deze controle kan telefonisch geschieden of door huisbezoek op het moment van absentie. Een leerling die vanwege een gegronde reden een beoordelingstoets gemist heeft, kan een werk over dezelfde lesstof maken: a. indien de docent(e) dit nodig acht; b. op eigen verzoek. De leerling dient binnen 3 schooldagen na terugkeer een afspraak te maken met de docent(e) om de toets in te halen op een datum en tijdstip dat in overleg wordt vastgesteld. Als een leerling door van tevoren voorziene omstandigheden een toets zal missen, maakt hij/zij omtrent het inhalen hiervan vooraf een afspraak met de docent(e). 10.9 Afspraken met tandarts, dokter, orthodontist e.d. worden in principe buiten roostertijden gemaakt, tenzij het echt niet anders kan, maar in ieder geval niet tijdens toetsen. De uiteindelijke beoordeling wordt vastgesteld door de afdelingsleiding. 10.10 Indien een proefwerk door omstandigheden niet doorgaat, dient de docent(e) in overleg met de leerlingen een nieuwe proefwerkdatum voor te stellen aan de (kernteam-) 4

coördinator/jaarleider, die de beslissing neemt over een defintieve verplaatsing.. De docent zal echter alles in het werk stellen om een geplande toets tóch door te laten gaan. 10.11 De docent(e) dient een proefwerk binnen 10 schooldagen ter inzage terug te geven, voorzien van het behaalde cijfer. Tevens dient de docent het werk zorgvuldig na te bespreken. De normen van de beoordeling worden door de docent(e) meegedeeld en toegelicht. 10.12 Ouders dienen de mogelijkheid te hebben om een proefwerk, gemaakt door hun kind, in te zien. Indien de docent(e) dit wenst kan hij/zij gemaakte werken door de ouders geparafeerd terug verlangen. 10.13 Een volgend proefwerk over dezelfde of daarop aansluitende leerstof kan niet eerder gegeven worden dan nadat het vorige proefwerk besproken is. 10.14 Van proefwerken en overhoringen moet vooraf bekend zijn hoe behaalde cijfers worden gebruikt bij de vaststelling van een rapportcijfer. 10.15 Het rapportcijfer wordt samengesteld aan de hand van minimaal drie beoordelingen, voor éénuursvakken minimaal twee beoordelingen. 10.16 De sanctie op elke vorm van fraude moet van tevoren duidelijk gemaakt zijn door de docent(e). De afdelingsleiding bepaalt welke sancties er staan op onrechtmatige afwezigheid en fraude bij toetsen. Er wordt in elk geval geen onvoldoende score of cijfer toegekend door de docent uitsluitend op grond van afwezigheid! 10.17 Een leerling die het niet eens is met de beoordeling van een toets kan hier tegen bezwaar aantekenen bij de betreffende docent(e) en, indien hij/zij dit wenst, bij de afdelingsleiding. 10.18 De docent(e) vermeldt de behaalde resultaten binnen 10 schooldagen in het schooladministratieprogramma, waar leerlingen en ouders toegang toe hebben. 10.19 Te laat inleveren van een werkstuk/verslag of praktische opdracht kan leiden tot maximaal twee punten aftrek in het cijfer als vooraf duidelijk is aangegeven (bijvoorbeeld in het PTO of PTA) dat te laat inleveren tot puntenaftrek kan leiden. De docent beoordeelt of werk te laat is. Naast de puntenaftrek kan een leerling verplicht worden het werk op school af te maken tot de opdracht is afgerond. Eventueel kan een extra opdracht gegeven worden, zeker als het planmatig (leren) werken deel is van de opdracht. 11. KWT (voorzover van toepassing) 11.1 Elke leerling moet voldoen aan zijn eigen studielast, daarbij hoort KWT. 11.2 De studielast wordt bepaald door de schoolleiding. 11.3 Elke leerling is verantwoordelijk voor zijn eigen KWT-uren, en kan hier op worden aangesproken door een door school aangewezen persoon. 12. Straffen 12.1 Een straf dient in verhouding te staan met de ernst van de overtreding. 12.2 Het moet duidelijk zijn voor welke overtreding de straf wordt gegeven. 12.3 Straffen worden zo snel mogelijk na de overtreding opgelegd. 13. Verwijdering en schorsing Ten aanzien van schorsing en definitieve verwijdering van een leerling van de school geldt het bepaalde in het Algemeen Reglement van Ons Middelbaar Onderwijs. Dit ligt ter inzage op de administratie. Belangrijk: schorsing kan uitsluitend plaatsvinden door een lid van het Managementteam van de school, verwijdering uitsluitend op beslissing van de algemene directie. 14. Rapporten en overgangsnormen 14.1 Een rapport geeft de leerling een overzicht van zijn/haar prestaties over een bepaalde periode. Het rapport is aan de ouders gericht en zal aan het einde van elke periode uitgereikt worden. 14.2 De vaststelling van de rapportcijfers dient volgens het bepaalde in artikel 10.15 te gebeuren. De jaarcijfers worden vastgesteld volgens de richtlijnen die zijn vastgelegd in de overgangsnormen. 14.3 In de overgangsnormen dient aangegeven te zijn aan welke normen een leerling moet voldoen om zonder meer toegelaten te worden tot een volgend leerjaar. 14.4 De overgangsnormen worden gepubliceerd op de website van de school. 14.5 De afdelingsleiding of docentenvergadering kan een leerling het advies geven zich voor een andere school of opleiding in te schrijven. De leerling is niet verplicht dit advies op te volgen. 14.6 Indien er met een cijferkaart wordt gewerkt is de leerling verplicht om deze in te vullen volgens de daarop vermelde instructies. 5

Het schooladministratiesysteem geeft inzage in de cijfers die door de leerlingen zijn behaald. 14.7 Rapportvergaderingen zijn besloten. Ouders en leerlingen zijn hierbij niet aanwezig. 15. Toelating tot een andere opleiding 15.1 De schoolleiding stelt regels vast op grond waarvan een leerling kan worden toegelaten tot een opleiding. 15.2 Deze regels liggen ter inzage bij de schoolleiding. 16. Vrijheid van meningsuiting 16.1 De in de grondwet en internationale verdragen vastgelegde vrijheid van meningsuiting dient door iedereen gerespecteerd en nageleefd te worden. 16.2 Wie zich door een ander in woord en/of schrift ernstig beledigd voelt, kan een klacht indienen. (zie art. 24, 25) 16.3 Er zijn informatieborden waarop leerlingen, leerlingenraad en andere leerlingenorganisaties zonder toestemming vooraf mededelingen van niet commerciële aard kenbaar kunnen maken. Voor het vermelden van mededelingen van commerciële aard dient vooraf schriftelijk toestemming te worden gegeven door de schoolleiding. 16.4 De schoolleiding heeft het recht mededelingen op publicatieborden te verbieden, wanneer deze in strijd zijn met de doelstelling van de school, discriminerende inhoud bevat dan wel iemands privacy schaadt. 16.5 Binnen de waarden en normen waar we als school voor staan mag van een leerling verwacht worden, dat hij/zij passende kleding draagt die niet als aanstootgevend kan worden beschouwd en waarbij een open communicatie en een goed oogcontact mogelijk is. Het dragen van petten en mutsen e.d. is in de gebouwen niet toegestaan. Afbeeldingen en/of teksten op kleding mogen niet kwetsend of aanstootgevend zijn. Bij twijfel aangaande de correcte kleding, is het oordeel van de opleidingsdirecteur doorslaggevend. 16.6 De schoolleiding kan in overleg met een schoolkrantredactie een redactiestatuut vaststellen, waarin onder meer de redactie voor de schoolkrant wordt geregeld. 16.7 De schoolleiding heeft het recht een nummer van de schoolkrant te verbieden indien dit naar het oordeel van de schoolleiding in strijd is met de grondslag of doelstelling van de school, discriminerende of beledigende inhoud bevat dan wel iemands privacy schaadt. 17. Bijeenkomsten 17.1 De schoolleiding is verplicht om, indien mogelijk, voor een bijeenkomst van leerlingen die betrekking heeft op de school, een ruimte beschikbaar te stellen. Deze bijeenkomsten kunnen besloten zijn. 17.2 De leerlingen zijn verplicht een ter beschikking gestelde ruimte op een behoorlijke wijze achter te laten. 17.3 De leerlingen zijn verantwoordelijk en aansprakelijk voor eventuele schade als gevolg van dit gebruik. 17.4 De schoolleiding heeft het recht een bijeenkomst te verbieden, indien deze in strijd is met de grondslag of doelstelling van de school, discriminerende of beledigende inhoud bevat dan wel iemands privacy schaadt. 18. Leerlingenraad 18.1 De leerlingenraad, als vertegenwoordiger van de leerlingen, heeft het recht te vergaderen over zaken aangaande de school en daarbij gebruik te maken van de faciliteiten van de school. 18.2 Aan de leerlingenraad wordt een vaste ruimte, maar in ieder geval een afsluitbare kast ter beschikking gesteld. 18.3 Voor activiteiten van de leerlingenraad worden binnen de mogelijkheden van de school faciliteiten ter beschikking gesteld. 18.4 Leden van de leerlingenraad kunnen bij dringende werkzaamheden een verzoek om een of meer lesuren vrij bij de leiding van de opleiding indienen. 19. Leerlingenregistratie en privacybescherming De regels over leerlingenregistratie en privacybescherming liggen ter inzage bij de centrale administratie. (Zie wettelijk privacyreglement ) 20. Hygiëne en veiligheid 20.1 De leiding zorgt ervoor dat aan de algemene regels ten aanzien van hygiëne en veiligheid voldaan wordt. 6

20.2 De leerlingen zijn medeverantwoordelijk voor het naleven van de regels ten aanzien van hygiëne en veiligheid. 20.3 Per vak kunnen specifieke regels ten aanzien van hygiëne en veiligheid gesteld worden. Deze regels liggen ter inzage bij de desbetreffende vaksecties. 20.4 Bij ontruiming of oefeningen daartoe dienen alle leerlingen de aanwijzingen van de bedrijfshulpverleners op te volgen. 20.5 Kledingvoorschriften kunnen gelden, indien dit uit het oogpunt van hygiëne of veiligheid nodig is, of anderszins functioneel is; bijvoorbeeld bij gymnastieklessen en praktijklessen (zie ook de Schoolgids). 21. Rookbeleid Roken is op het Sondervick College niet toegestaan. Het verbod geldt voor leerlingen zowel als voor personeel en bezoekers. Het verbod geldt voor alle gebouwen en het gehele terrein van de Kempen Campus, inclusief waterpartij, parkeerplaats en sportterreinen. 22. Ongewenste intimiteiten 22.1 Iedereen heeft het recht gevrijwaard te blijven van ongewenste intimiteiten. 22.2 Ongewenste intimiteiten kunnen ook buiten de school plaatsvinden. De leerling die zich benadeeld voelt in verband met ongewenste intimiteiten kan zich rechtstreeks wenden tot diegene in de school met wie hij/zij dit wil bespreken; de vertrouwenspersoon is in principe de meest geschikte persoon hiervoor. 22.3 De vertrouwenspersonen staan vermeld in de schoolgids, waarvan de nieuwste versie te lezen is op de website van het Sondervick College en te verkrijgen is bij de administratie of receptie van de school. 22.4 Vertrouwelijke informatie wordt zonder uitdrukkelijke toestemming van de leerling niet gebruikt, behoudens wettelijke gronden. 22.5 Indien een leerling het slachtoffer is van ongewenste intimiteiten en hierover een klacht wil indienen, kan hij/zij dat doen bij de klachtencommissie van OMO(zie art. 25). De adressen en telefoonnummers van de vertrouwensarts en de vertrouwensinspecteur zijn op school via de website beschikbaar en staan in de schoolgids, zodat ieder die daarvan gebruik wil maken, dat zonder meer kan doen. 23. Schoolreglement 23.1 De schoolleiding stelt na overleg met de leerlingenraad een reglement op, waarin regels zijn vastgelegd met betrekking tot het volgende: vrijstelling van lessen verlof tot verzuim ziekmelding verwijdering uit de les te laat komen algemene ordemaatregelen sancties pauzes leerlingenpas 23.2 Dit reglement is voor iedere leerling beschikbaar en staat gepubliceerd op de website en in de schoolgids. 23.3 Aan het begin van ieder schooljaar kunnen leerlingen het pestprotocol ondertekenen waarmee zij aangeven eens te zijn met de afspraken om onderling pesten tegen te gaan. C. HANDHAVING VAN HET LEERLINGENSTATUUT. 24. Klachtenprocedure 24.1 Bij vermeend onjuiste of onzorgvuldige toepassing van het leerlingenstatuut kan degene die zich benadeeld voelt direct bezwaar aantekenen met het verzoek de handelswijze in overeenstemming te brengen met het leerlingenstatuut. Levert dit geen bevredigend resultaat op dan kunnen achtereenvolgens de mentor of de leiding worden ingeschakeld. Deze neemt vervolgens contact op met degene tegen wie bezwaar is aangetekend om te proberen tot een aanvaardbare oplossing te komen. In de laatste instantie dient men de zaak voor te leggen aan de algemene directie. 24.2 Reactie op hierboven bedoelde klacht moet binnen 5 schooldagen gegeven zijn. 24.3 Wordt geen van de reacties als bedoeld in art. 24.2 afdoende bevonden dan kan een betrokkene gebruik maken van de klachtenregeling OMO. 7

25. Klachtenregeling OMO De volledige tekst van deze klachtenregeling is in te zien bij de schooladministratie óf op de website van het Sondervick College. 26. Slotartikel 26.1 Dit reglement kan niet in strijd zijn met het algemeen reglement van Ons Middelbaar Onderwijs en het Reglement Medezeggenschap. Indien dit het geval mocht zijn, dan komen de regels van het algemeen reglement van OMO en het Medezeggenschapsreglement in de plaats van de in dit statuut geldende regels. 26.2 Waar in dit statuut niet is voorzien beslist de eindverantwoordelijk schoolleider na alle betrokken geledingen gehoord te hebben. Als dit besluit niet afdoende wordt gevonden, dan kan het feit ingediend worden bij de klachtencommissie. 8