Jaarverslag 2011 van de Raad voor plantenrassen

Vergelijkbare documenten
Jaarverslag Inleiding

Jaarverslag Bijlage: overzicht uitgaven 2014

Raad voor plantenrassen Jaarverslag 2018

(? voorplantenrasse'n

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Gerelateerde informatie

UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Na artikel 20 wordt in paragraaf 1 een artikel ingevoegd, luidende:

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Toelichting op onze. op de keuringstarieven

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen

Publicatieblad van de Europese Unie L 170/7

Invoer en binnenbrengen van zaaizaad en pootgoed voor land- en tuinbouw

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

BESLUIT. Juridisch kader

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

BESLUIT. Juridisch kader

Publicatieblad van de Europese Unie L 362/21

BESLUIT. Juridisch kader

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

1 Juridisch kader BESLUIT. Directie Toezicht Energie

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

BESLUIT _6-5 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 4, 5 ;

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

BESLUIT. Juridisch kader

BESLUIT. Besluit van de Minister van Economische Zaken als bedoeld in artikel 95d van de

Landbouwkwaliteitswet : Landbouwkwaliteitswet; Landbouwkwaliteitsregeling : Landbouwkwaliteitsregeling 2007;

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

BESLUIT. I. Juridisch kader

BESLUIT. I. Aanvraag en procedure

Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein "Invoerrechten en accijnzen" over de periode

BESLUIT. Juridisch kader

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie

Hoe bestel ik goed plantmateriaal? Stichting Probos zet zich in voor duurzaam bosbeheer en duurzame bosketens. Inhoud

INDUSTRIELE CICHOREI

Commissie voor de bezwaarschriften. Jaarverslag 2014

I.~\ DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ. i " Vlaanderen. MEDEDELING Dept. LV/AKKV/KWA/TPT/2018/25. Onderwerp: Referentie:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Het college van burgemeester en wethouders van Moerdijk, in haar vergadering van 26 juli 2005;

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

Algemene inhoudsopgave

Autoriteit Consument & Markt

BESLUIT. Juridisch kader

PROTOCOL BESLISSINGEN TOELATING EN AANBEVELING VAN CICHOREIRASSEN

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging

[aanvrager] Geachte [aanvrager],

Commissie van Advies Bezwaren Functiewaardering (CABF) Jaarverslag 2014

1 Juridisch kader BESLUIT

Reglement op het gebruik en toezicht van het collectieve Naktuinbouw-kwaliteitsmerk

Afhankelijk van het gebruiksdoel zal Naktuinbouw na uw melding een controle uitvoeren op de inzameling.

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime

BESLUIT. I. Juridisch kader. Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan. Essent Retail Energie b.v.

1 Juridisch kader BESLUIT

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

1 Juridisch kader BESLUIT. Directie Toezicht Energie

Voorstel van wet. Artikel I. De Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 3 komt te luiden:

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk HHSc/ Aanwijzing publicatie sterftecijfers 9 mei 2014

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

I. Aanvraag en procedure

Publicatieblad van de Europese Unie L 162/13

TECHNISCH INTERREGIONALE WERKGROEP (TIW) VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE NATIONALE RASSENCATALOGUS VOOR LANDBOUWGEWASSEN

OMZENDBRIEF ALV/KWA/11

I. Aanvraag en procedure

BESLUIT. Juridisch kader

het college van bestuur van de Universiteit Leiden, gevestigd te Leiden, verweerder.

Autoriteit Consument & Markt

1 Juridisch kader BESLUIT. Directie Toezicht Energie

Commissie van Advies Bezwaren Functiewaardering (CABF) Jaarverslag 2015

Pagina 1/8 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/201473_OV Zaaknummer:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

BESLUIT. I. Aanvraag en procedure

Autoriteit Consument & Markt

DE KEURING VAN POOTAARDAPPELEN

BESLUIT. op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 aan DGB Energie B.V.

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 maart 2003 (OR. en) 7276/03 LIMITE AGRILEG 49 ENV 150

BESLUIT OPENBAAR. 3. Op 8 juni 2015 heeft ACM de ontvangst van de aanvraag schriftelijk bevestigd aan Vrij Op Naam B.V..

NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: Artikel I, onderdeel D, komt te luiden: Artikel 54, tweede lid, komt te luiden:

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Raad van het Fonds voor Landbouw en Visserij, gegeven op 14 februari 2018;

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

PROTOCOL BESLISSINGEN TOELATING EN AANBEVELING VAN LOKGEWASSEN EN GROENBEMESTERS

Commissie voor de bezwaarschriften. Jaarverslag 2013

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.

REGLEMENT KEURMERK STICHTING GARANTIEWONING

Nederland-'s-Gravenhage: Dienstverlening op het gebied van architectuur, bouwkunde, civiele techniek en inspectie 2014/S

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

U I T S P R A A K

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Beslissing op bezwaar

Autoriteit Consument & Markt

van artikel 45, eerste lid, van de Gaswet aan SEPA Green Energy B.V.

2. Aanleiding voor deze aanvraag is het voornemen van Welkom Energie om elektriciteit te leveren aan kleinverbruikers. 2

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Transcriptie:

Jaarverslag 2011 van de Raad voor plantenrassen Verslagperiode Dit verslag bestrijkt de periode 01-01-2011 t/m 31-12-2011. Inleiding De Raad voor plantenrassen is ingesteld bij de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005, welke wet uitvoering geeft aan internationale verplichtingen op het gebied van de toelating van plantenrassen, de verlening van intellectuele eigendomsbescherming met betrekking tot plantenrassen (kwekersrecht) en de verhandeling van teeltmateriaal. De belangrijkste taken en bevoegdheden die de Raad voor plantenrassen ingevolge de wet heeft zijn: Verlening van nationaal kwekersrecht Toelating van rassen en opstanden (landbouw-, groente- en bosbouwgewassen) Aanwijzing van instandhouders (landbouw- en groentegewassen) Vaststelling van rasnamen Relevante regelgeving Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 (Stb. 184) Besluit werkzaamheden Raad voor plantenrassen (Stb. 653, 2005) Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen (Stcrt. 15, 2006) Bestuursreglement van de Raad voor plantenrassen Samenstelling van de Raad voor plantenrassen De samenstelling van de Raad was in het verslagjaar als volgt. Voorzitter: mevr. dr. L. van Vloten-Doting Secretaris: mr. K.A. Fikkert Afdeling Tuinbouwgewassen Ir. J.E.M. van Ruiten (vice-voorzitter) Ir. W.T.M. van der Arend Prof. dr. J.J.M. Dons Ir. C.A.A.A. Maenhout (01-01-2011 01-02-2011) Ir C.M.M. van Winden (01-02-2011 31-12-2011) Afdeling Landbouwgewassen Prof. dr. ir. R.G.F. Visser (vice-voorzitter) Dr. E. Casteleijn (01-02-2011 31-12-2011) Ir. D. Kasse Mevr. prof. dr. ir. E.T. Lammerts van Bueren Ir. P. Oosterveld (01-01-2011 01-02-2011) Afdeling Bosbouwgewassen Ir. G.J.P. Jansen (vice-voorzitter) ir. M.R. Houtzagers (01-01-2011 01-02-2011) Ir. A.J.H. Willems (01-02-2011-31-12-2011) Vaste deskundige: ir. S.M.G. de Vries Aantal vergaderingen van de Raad Afdeling Bosbouwgewassen: 3 Afdeling Landbouwgewassen: 3 Afdeling Tuinbouwgewassen: 3 Alle afdelingen tezamen: 1 Ondersteuning van de Raad Sinds 1 januari 2008 zijn de administratieve en juridische ondersteuning van de Raad (6,5 resp. 1 fte) ondergebracht bij de Stichting Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Naktuinbouw (hierna: de 1

Naktuinbouw). Daarbij is veilig gesteld dat de secretaris van de Raad onafhankelijk van het bestuur en directie van de Naktuinbouw kan fungeren. Kwekersrecht Nederland kent al 70 jaar een bijzondere vorm van intellectuele eigendomsbescherming voor de ontwikkelaars van nieuwe plantenrassen, het zogenaamde kwekersrecht. Deze vorm van intellectuele eigendomsbescherming is sinds 1961 geregeld in een internationaal verdrag (UPOV-verdrag), waardoor Nederland van begin af aan is gebonden. Mede ter uitvoering van het voornoemde verdrag zijn de criteria voor toekenning van een kwekersrecht bij en krachtens de wet geregeld. Onder meer moet uit onderzoek te velde of in de kas blijken dat het voorwerp van de beoogde bescherming een ras is, dat onderscheidbaar (Distinct, D), homogeen (Uniform, U) en bestendig (Stable, S) is. Dat onderzoek duurt, afhankelijk van de aard van het gewas, 1 tot 3 jaar. In bijzondere gevallen kan de duur van het onderzoek langer zijn. Naast het nationale kwekersrechtstelsel neemt het Communautaire kwekersrechtstelsel een belangrijke plaats in, waardoor het beroep op het nationale stelsel is verminderd. Niettemin blijkt er behoefte te blijven bestaan aan nationale kwekersrechten. De belangrijkste redenen daarvoor zijn: Alvorens van rassen van landbouw- en groentegewassen teeltmateriaal in de handel mag worden gebracht, moeten de betrokken rassen zijn toegelaten. Die toelating gebeurt op basis van hetzelfde DUS -onderzoek dat voor kwekersrechtverlening van toepassing is. Dientengevolge kan dat onderzoek, zonder meerprijs, voor beide doeleinden worden gebruikt, hetgeen in de landbouw- en groentegewassen veelal gebeurt. In de meeste gevallen wordt voor die rassen nadien ook een Communautair kwekersrecht verleend, gebaseerd op het eerdere DUS -onderzoek. In sommige gewassen is de duur van het Nederlandse kwekersrecht langer dan van het Communautaire kwekersrecht of vindt men de Communautaire jaarcijnzen na verloop van tijd niet meer opwegen tegen het beschermde belang. Door ook een nationale titel te hebben kan men na afloop van het Communautaire recht terugvallen op het Nederlandse kwekersrecht. In sommige siergewassen is Nederland het belangrijkste distributiepunt van materiaal in de Europese Unie. Als gevolg daarvan volstaan sommige kwekers met kwekersrechtelijke bescherming in Nederland. Nationaal kwekersrecht (aantallen in jongste 8 jaar) Jaar Kwekersrechten Aanvragen Verleningen Per 31/12 van kracht 2004 461 567 3961 2005 511 387 3715 2006 567 356 3596 2007 846 366 3920 2008 744 407 4242 2009 735 491 4752 2010 742 486 5143 2011 781 718 5834 Uitsplitsing van aantallen in 2011 2011 Aanvragen Verleningen Landbouwgewassen 117 58 Groentegewassen 402 451 Siergewassen 262 209 Totaal 781 718 Doordat de duur van het onderzoek van geval tot geval kan verschillen, is geen relatie te leggen tussen het aantal aanvragen in een gegeven jaar en het aantal verleningen in één van de navolgende jaren. Het relatief hoge aantal verleningen in 2011 valt toe te schrijven aan de afronding van het (toegenomen) aantal aanvragen in de drie daaraan voorafgaande aanvragen. Onder de rassen, waarvoor in 2011 kwekersrecht werd aangevraagd, bevonden zich geen genetisch gemodificeerde organismen (GMO s). 2

Toelating Op grond van de regelgeving van de Europese Unie mag van landbouw- en groentegewassen uitsluitend teeltmateriaal van toegelaten rassen worden verhandeld. Tevens moeten zogenaamde instandhouders van de toegelaten rassen worden geregistreerd. Een instandhouder is een persoon of bedrijf die/dat het betrokken ras in zijn oorspronkelijke hoedanigheid in stand houdt. Voor de verhandeling van teeltmateriaal van bosbouwgewassen voor bosbouwkundige doeleinden geldt dat het teeltmateriaal afkomstig moet zijn van toegelaten rassen of opstanden. De toelating van rassen en opstanden is overgelaten aan de Lid-Staten. In Nederland gebeurt dat op grond van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 door de Raad. Groentegewassen Rassen van groentewassen worden toegelaten nadat uit onderzoek is gebleken dat zij zelfstandig d.w.z. onderscheidbaar (D), homogeen (U) en bestendig (S) zijn. In deze gevallen betreft het een zogenaamd DUS-onderzoek. Landbouwgewassen Rassen van landbouwgewassen worden toegelaten nadat uit onderzoek is gebleken dat zij zelfstandig zijn en voldoende cultuur- en gebruikswaarde bezitten. In deze gevallen betreft het een zogenaamd DUSonderzoek en een onderzoek naar de cultuur- en gebruikswaarde (CGO). Toelating (aanvragen) Jaar Landbouwgewassen Groentegewassen Totaal 2006 111 643 754 2007 149 845 994 2008 164 794 958 2009 162 713 875 2010 226 675 901 2011 221 638 859 Toelating (toelatingen) Jaar Landbouwgewassen Groentegewassen Totaal 2006 81 468 549 2007 96 614 710 2008 106 686 792 2009 106 668 774 2010 114 452 566 2011 97 655 752 Onder de rassen, waarvoor in 2011 toelating werd aangevraagd, bevonden zich geen genetisch gemodificeerde organismen (GMO s). Bosbouwgewassen In deze gewassen gaat het voornamelijk om opstanden (groepen van ten minste 30 bij elkaar staande bomen) die op basis van uiterlijke kenmerken worden beoordeeld en, in het gunstige geval, worden toegelaten in de categorie van bekende origine dan wel geselecteerd. Eventuele zaadgaarden kunnen worden toegelaten in de categorie gekeurd. Aantal in 2011 toegelaten opstanden: 9. Naderhand kunnen toegelaten opstanden worden opgewaardeerd naar de categorie getoetst als uit nadere proeven blijkt dat hun waardevolle kenmerken ook genetisch zijn bepaald. Dat is in 2011 niet aan de orde geweest. 3

Vaststelling van rasnamen Plantenrassen waarvoor kwekersrecht wordt verleend of die worden toegelaten, moeten ingevolge de wet een door de Raad vastgestelde benaming hebben. De Raad doet de voorgestelde benamingen toetsen op hun geschiktheid. Indien een voorgestelde rasnaam niet aan de daarvoor gestelde regels voldoet of te veel overeenkomt met een handelsnaam of een merk, wordt het voorstel afgewezen en de aanvrager verzocht een nieuw voorstel in te dienen. Doorgaans worden de rasnamen tegelijkertijd met de beslissing omtrent de verlening van het kwekersrecht of de toelating vastgesteld. Het onderzoek Identiteitsonderzoek (DUS-onderzoek) Het leeuwendeel van het identiteitsonderzoek (relevant voor zowel kwekersrecht als toelating) wordt in opdracht van de Raad voor plantenrassen uitgevoerd door de Naktuinbouw. In een klein aantal gewassen wordt het DUS-onderzoek door buitenlandse onderzoeksinstellingen verricht. De onderzoekende instellingen rapporteren aan de Raad. Cultuur- en gebruikswaarde-onderzoek (CGO in landbouwgewassen) De uitvoering van het onderzoek naar cultuur- en gebruikswaarde van landbouwrassen is geheel in regie bij het bedrijfsleven. Door middel van zogenaamde CGO-protocollen bepaalt de Raad voor plantenrassen de voorwaarden waaraan het onderzoek moet voldoen en de normen, waaraan de onderzochte rassen moeten voldoen. Namens de Raad wordt toezicht op de uitvoering van het onderzoek en controle op de uitkomsten uitgeoefend. Samen met de uitkomst van het DUS-onderzoek is het resultaat van het cultuur- en gebruikswaarde-onderzoek bepalend voor de toelating van landbouwrassen. In haar beleid ten aanzien van de cultuur- en gebruikswaarde beperkt de Raad zich tot eigenschappen die van belang zijn voor de bescherming van de teelt in het algemeen (zoals resistenties ter voorkoming van grootschalige aantasting door ziekten) en eigenschappen die risico s voor de consument kunnen inhouden. De daartoe ontwikkelde minimumnormen ondergingen in het verslagjaar geen wijziging. De waardering van andere eigenschappen, die de boeren helpen in hun rassenkeuze, wordt naar het beleid van de Raad aan de markt overgelaten. In 2011 heeft de Raad diverse CGO-protocollen geactualiseerd en vastgesteld. Bosbouw Omdat op dit gebied vaak geen direct belanghebbenden zijn, worden de aanvragen voor toelating van rassen en opstanden van bosbouwgewassen door het Bosschap ingediend. Voorafgaande aan de indiening zijn de onderwerpen van de aanvragen door het Centrum voor Genetische Bronnen in Nederland (CGN) beoordeeld op uiterlijke kwaliteit. In verband met een mogelijke opwaardering in de klasse getoetst voert het CGN in opdracht van en gefinancierd door de Raad nader onderzoek uit. Rassenlijst Bomen Mede ter naleving van Communautaire regelgeving wordt periodiek (eens in de 5 jaar) een zogenaamde Rassenlijst Bomen uitgegeven. Met ingang van 1 februari 2006 is dat een verantwoordelijkheid van de Raad voor plantenrassen. De rassenlijst bevat de toegelaten opstanden en rassen, waarvan het uitgangsmateriaal van belang is voor de bosbouw. Daarnaast geeft de rassenlijst informatie over boom- en struikgewassen, waarvan het uitgangsmateriaal aanbevolen wordt voor plantsoenvoorziening en laanbeplanting. In 2007 verscheen de 8 ste Rassenlijst Bomen. In het verslagjaar heeft de Raad besloten om met ingang van 2012 de Rassenlijst Bomen in digitale vorm uit te geven, zodat die kosteloos via een website kan worden geraadpleegd. Bezwaar/beroep In 2011 werd tegen twee besluiten van de Raad een bezwaarschrift ingediend. Het eerste bezwaarschrift betrof de beslissing van de Raad om een aardappelras niet toe te laten omdat het TGA-gehalte (een voor de mens giftige stof) te hoog was. Het tweede bezwaarschrift had betrekking op de vaststelling van de rasnaam Lion King ondanks het merkenrecht van een derde voor de aanduiding KING en AFRICAN KING. Overeenkomstig het advies van de adviescommissie voor de behandeling van bezwaarschriften werden 4

beide bezwaren ongegrond verklaard. De aanvrager van het eerder bedoelde aardappelras heeft zich daarbij neergelegd; de belanghebbende bij de vorenbedoelde merkenrechten heeft beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven ingesteld. Financiën In verband met de onderbrenging van de ondersteunende taken van de Raad bij de Naktuinbouw komen de daaraan verbonden kosten ten laste van de Naktuinbouw, die ter dekking van die kosten de inkomsten uit de door de Minister vastgestelde tarieven ontvangt. Uit die inkomsten worden tevens de onkosten van de Raad zelve (reiskosten, vacatiegelden en representatie) gedekt. De inkomsten in 2011 bleken toereikend te zijn om de kosten ter uitvoering van de wettelijk aan de Raad opgedragen taken te dekken. Betrokkenheid bij andere wettelijke stelsels Bij het voortgaande proces tot herinrichting van de Communautaire regelgeving op het gebied van teeltmateriaal ondersteunde de secretaris van de Raad het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Naar aanleiding van een verzoek van de voormalige Minister van LNV heeft de Raad een aantal acties ondernomen om de kennis op het gebied van de intellectuele eigendom in de sector Uitgangsmateriaal te verhogen. Op 20 april 2011 hield de Raad samen met het Octrooicentrum NL een seminar om de ontwikkelaars en gebruikers van plantenrassen voorlichting te geven omtrent de (on-)mogelijkheden van kwekersrecht en octrooirecht. Het seminar werd door ruim 130 mensen bezocht en werd goed gewaardeerd. Op verzoek en met medewerking van de Raad heeft Wageningen Business School een master class ontwikkeld IPR in the Seed Business. Deze master class werd voor de eerste keer met succes georganiseerd in november 2011. Op de vraag van het Ministerie om te adviseren over een manier om de kenbaarheid van octrooien die doorwerken op planten(-rassen), te verbeteren zal de Raad op een later tijdstip terugkomen. Relatie met de Naktuinbouw De relatie tussen de Raad (opdrachtgever) en de Naktuinbouw (uitvoerder van de administratieve taken alsmede van het identiteitsonderzoek) is vastgelegd in een overeenkomst. De bedoelde werkzaamheden werden in het verslagjaar tot tevredenheid van de Raad uitgevoerd. Gedaan te Wageningen, 24 juli 2012 De voorzitter, De secretaris, w.g. L. van Vloten-Doting (mevr. dr. L. van Vloten-Doting) w.g. K.A. Fikkert (mr. K.A. Fikkert) 5