Réf. 2411-4.33 / a - 1.97 LSK. Gelijkstroommotoren Installatie en onderhoud



Vergelijkbare documenten
Réf / b COMPABLOC. Cb Cb Cb 1703 Installatie en onderhoud. GN a

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

VOLT POT 1K R 220. OPEN FOR 60 Hz STAB. Spanningsregelaars R 220. Installatie en onderhoud

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

Installatie instructies

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

Wormwielkasten GS 50.3 GS met voet en hefboom

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

VIESMANN. Montagehandleiding. Lamellenrooster. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11

TYBOX NL Installatie-instructies

Installatie-, onderhouds- en bedrijfsvoorschriften voor elektromotoren.

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Blusinrichting. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

Onderhoud COMPABLOC Verwijzing : 5060 nl / c

Gebruikershandleiding

1. BESCHRIJVING. "-" aansluiting. power LED. ventilator "+" aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2.

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: voor de vakman

1. BESCHRIJVING. power LED. sigarettenplug. ON/OFF schakelaar. ventilator. AC uitgangsstopcontact. zekering 2. AANSLUITINGEN

Handleiding Otter POD motor

Gebruikershandleiding

MONTAGEHANDLEIDING WINDBEVEILIGING EOLIS 2

Pompgroepen IC GPD IC GPM Gebuiksaanwijzingen

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator

Installatie COMPABLOC Verwijzing: 3520 nl / w

Installatie & Onderhoudsinstructies

Gebruikershandleiding

Compabloc ru - nl

Gebruikershandleiding

PACK TYXIA 541 et 546

KABELTESTER en DIGITALE MULTIMETER. Turbotech TT1015

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw

GEBRUIKSAANWIJZING TEGELZAAGMACHINE DYNAMIC 680

Montagehandleiding voor H-Air

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitvoer met veerbladen. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

SIRCO MOT PV Schakelaar-scheiders voor fotovoltaïsche toepassingen gemotoriseerd tot 1000 VDC van 200 tot 630 A

Elektromotorische servomotoren voor afsluiters

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Pellettoevoer met flexibele worm. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-P

ACS-30-EU-MONI-RMM2-E

ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN

JAZZ. Geblokkeerde (onomkeerbare) elektro-mechanische motorreductor met handmatige ontgrendeling. Éénfasevoeding 230 Vac.

HANDLEIDING WINDMETER IED SAG-105WR (10/2009)

AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE

(Dutch) DM-RACS Dealerhandleiding. RACE MTB Trekking. Stads-toer/ comfort-fiets. Cassette DURA-ACE CS-R9100 ULTEGRA CS-R8000 CS-HG800-11

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Uitvoer met veerbladen. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Pellettoevoer met flexibele worm. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. voor Vitoligno 300-P

INFRAROOD FOTOCEL VOOR AUTOMATISCHE POORTEN EN HEKKENS F100 E

PRINCIPE VAN HET CENTRAALVETSMEERSYSTEEM

LAADZUIL ELEKTRISCHE. MONTAGE EN GEBRUIK. Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met passysteem LAADPAS LAADPAS

ORTHOBLOC 3000 Aandrijfsystemen Onderhoud

Draai de schroeven goed aan zodat u een optimale verbinding bekomt.

Powerpack. gebruikshandleiding

Technische handleiding Versie 01/11 SERVER-CONTROL

Kanaalrookdetectoren, SR-K-.. Omschrijving

LED inbouwschijnwerper Light WDS 100E (zonder transformator) 100x Super LED (warm white)

Handleiding Harmopool Whirlpool Spa Pomp : ZFPX5200 -ZFPX ZFPX5220

Calortrans M55. Handleiding

Systeem-schakelversterkers REG 1 kanaals Art.Nr Systeem-schakelversterkers REG 2 kanaals Art.Nr

SIRCO MC PV Schakelaar-scheiders voor PV tot 1000 VDC en 40 A

Beschrijving: SAM 8.1/2 Tl.Nr.: HOL

Montage- en gebruiksaanwijzing

VIESMANN. Montagehandleiding. Lamellenrooster. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-C

NRS 2-4. Gebruiksaanwijzing HN-schakelaar NRS 2-4

Algemeen... blz 2. Blokschema... blz 2. Beschrijving besturingseenheid type blz 2 en 3

GEBRUIKSAANWIJZING Thermometer PCE-IR 50

Onderhoud MANUBLOC Verwijzing : 5066 nl / c

VIESMANN. Montagehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-C

Documentatie. magneetventielen

Bedieningshandleiding. Vloerverwarmingsthermostaat

Gebruiksaanwijzing Vapalux druklantaarn M320

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman

Aanvulling op de technische handleidingen

Onderhoudsinstructies

Calortrans M55. Handleiding.

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

GPRS-A. Universele monitoringsmodule. Quick start. De volledige handleiding is verkrijgbaar op Firmware versie 1.00 gprs-a_sii_nl 02/18

STAP 1. Legschema STAP 2

KAPTIV-CS SERVICE KIT

Installatie & onderhouds instructies COMBO-D-LUX. Tijdgestuurde condensaat aftap 02/13

Installatie instructie

BES External Signaling Device

1.1 ALGEMENE VOORZORGSMAATREGEL

INHOUD. 2

Tuincontactdoos met piket

Handleiding + plaatsingsvoorschriften. Alarm D1NX

1. BESCHRIJVING 2. VERBINDINGEN

GA-1 Alarmtoestel vetafscheider Installatie- en bedieningsinstructies

LEES DE GEBRUIKERSHANDLEIDING AANDACHTIG DOOR ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN

SIRCO MC PV IEC Schakelaar-scheiders voor PV tot 1000 VDC en 40 A

Installatiehandleiding. DEVIreg 132. Elektronische thermostaat.

RAP3. Leidingspanning Vac 230 Motorvoeding Vdc 24 Max. stroomafname A 6 Max. opgenomen vermogen VA 180 Nominale koppel danm 26 Openingstijd sec. 2.

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman

Bestnr Passieve infrarood Bewegingsmelder RS8C

Schakelkasten Gemotoriseerde bediening RTSE * - Geleid van 40 tot 3200 A

EL5060 / EL5061 Elektrische servomotor

NEDERLANDS CE VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING VOOR MACHINES (RICHTLIJN 89/392/EEG, BIJLAGE II, DEEL B)

HOT AIR HAIRSTYLER HS 5522 NEDERLANDS

Transcriptie:

Réf. 2411-4.33 / a - 1.97 3 26 1 Gelijkstroommotoren Installatie en onderhoud

INHOUDSOPGAVE Blz. 1. - GEREEDSCHAPPEN... 3 2. - HANTERING... 3 3. - OPSTELLING... 3 4. - OMGEVING... 3 5. - INSTALLATIE... 3 5.1 - Koppeling... 4 6. - ELEKTRISCHE AANSLUITING... 4 6.1 -Thermische bewaking... 4 6.2 - Verwarmingsweerstand... 5 6.3 -Aansluitschema's 6.3.1 - Afmetingen 1122 tot 1804C, en voor afmetingen 2004C tot 2804C voor categorie D... 5 6.3.2 - Afmetingen 2004C tot 2804C... 5 6.4 - Merktekens op klemmenstrook... 5 6.5 - Toebehoren... 6 6.6 - Voor inbedrijfstelling... 6 7. - ONDERHOUD... 6 8. - AANBEVOLEN RESERVEONDERDELEN.. 6 Blz. 9. - DEMONTAGE... 6 9.1 - Procedure... 6 9.2 - Demontage van alleen het anker... 7 10. - REINIGEN... 7 11. - MONTAGE... 7 11.1 - Montage van het anker... 7 11.2 - Volledige montage... 7 12. - VERVANGEN VAN DE BORSTELS... 7-8 13. - STORINGEN... 9 14. - TYPEPLAATJE... 9 15. - ONDERDELENLIJST 15.1-1122, 1124, 1324 & 1604... 10-11 15.2-1804, 1804C, 2004C, 2254C, 2504C & 2804C... 12-13 16. - AANSLUITING VAN DE KOELLUCHTLEI- DINGEN... 14 17. - TYPE ONDERHOUDSFORMULIER... 15 De in dit document voorgestelde producten en materialen kunnen, zowel op technisch als op praktisch vlak, op ieder moment gewijzigd worden. Hun beschrijving mag in geen geval een contractueel aspect bezitten. 2

BELANGRIJK Contact met onder spanning staande of draaiende onderdelen kan letsel veroorzaken. De installatie en het onderhoud mogen alleen uitgevoerd worden door ervaren vakpersoneel. Gelieve de veiligheidsinstructies strikt na te leven: voor elke ingreep op de machine dient men zich ter bescherming van de operator te richten naar de norm UTE C18-510 evenals naar alle van kracht zijnde decreten, wetten en reglementen met betrekking tot de veiligheid van het personeel. Niet-naleving of verkeerde toepassing van de in onderhavige handleiding aangeduide instructies ontslaat de fabrikant van alle aansprakelijkheid. 4. - OMGEVING (afbeeldingen 2 & 3) Behoudens andersluidend beding in de bestelling is de motor geschikt voor een volgens IEC 34.1 standaardomgeving, namelijk: - hoogte lager of gelijk aan1000 m, 1000 m Maxi 1. - GEREEDSCHAPPEN De volgende gereedschappen, afgezien van de standaardgereedschappen voor demontage en montage, zijn nodig voor het vervangen van de borstels van het -gamma: - omkeerbare R151 Facom-ratelsleutel of gelijkaardig, - een set binnenzeskant sleutels, - een set zeskantige steek-/ringsleutels. 0 - temperatuur gelegen tussen +5 en +40 C. +40 C Afb. 2 2. - HANTERING Standaard zijn de motoren voorzien van twee hijsogen, diagonaal tegenovergesteld en bevestigd op de lagerschilden van de aandrijfzijde (DE) en de niet-aandrijfzijde (NDE) van de motor. Men dient gebruik te maken van een hijsbalk, teneinde de geforceerde koeling van de motor niet te beschadigen: zie afbeelding 1 hiernaast. +5 C Afb. 3 Mini Maxi Ingeval niet aan deze voorwaarden voldaan kan worden, kan de motor eventueel aangepast worden: raadpleeg onze technische catalogus ref. 1337 - bladzijde 20. 5. - INSTALLATIE (afbeelding 4) Wij verwijzen naar 4.1 bladzijde 2 van de algemene handleiding, ref. 976-033. De plaatsing van Men dient tijdens het hanteren van de machine ervoor te zorgen dat de motor niet tegen één of ander voorwerp kan stoten. Afb. 1 3. - OPSTELLING Indien op de motor beschermingsgraad IP 23 aangeduid staat, dient de motor absoluut op een droge plaats opgeslagen te worden, niet blootgesteld aan slechte weersomstandigheden. Afb. 4 3

de motor dient op een vlakke ondergrond geplaatst te worden en mag niet aan trillingen onderhevig zijn. De bevestigingselementen moeten de krachten vereist voor de normale werking van de motor kunnen weerstaan evenals een eventueel overkoppel van 2,5 maal het nominale moment. Aan eventuele problemen in verband met luchtvervuiling kan verholpen worden: luchtfilter, aansluiting door middel van een luchtkoker, : raadpleeg onze technische catalogus ref. 1337 bladzijden 50 & 80 voor de koelingsmethoden, bladzijde 146 e.v. voor opties. Voor een sneller en efficiënter ingrijpen, dient men ervoor te zorgen dat de klemmenstroken van de motoren en inspectieluiken makkelijk toegankelijk zijn. Koppeling Raadpleeg de algemene handleiding 4.1, bladzijde 2. Controleer of de koppeling goed uitgelijnd is (zie afbeelding 5). Bij een installatie met riemschijven en riemen, dient men de grootte van de krachten (zowel radiaal als axiaal), die op de as uitgeoefend worden, te vergelijken met die aangeduid in de technische catalogus referentie 1337 in de betrokken hoofdstukken. Om bij een askoppeling de thermische uitzetting zonder axiale druk toe te laten, voldoende ruimte vrijlaten tussen beide koppelingshelften. raadplegen. In het voedingscircuit van de motor wordt aangeraden het volgende te voorzien: - een thermische bescherming d.m.v. integratie van de overbelasting (100% van de nominale stroom); - een kortsluitbescherming (200% van de nominale stroom); - een bescherming tegen de aardfout; - een bescherming tegen veldstroomoverspanningen: bij onderbreking van het voedingscircuit van de veldstroom, een weerstand R p parallel op de klemmen van de veldstroom plaatsen en wel als volgt : R p = 800 x U exc / P exc met R p weerstand parallel aan Ω, U exc veldstroomspanning op V, P exc veldstroomvermogen op W. Niet vergeten de aardklem te aarden. 6.1 - Thermische bewaking Indien u een kortere reactietijd van de beveiliging wenst, kortdurende overbelastingen wil detecteren, temperatuurstijging in de zgn. "hot-spots" wilt bewaken, dan is het raadzaam de motor uit te voeren met temperatuursensors of -voelers. De mogelijke typen zijn hieronder beschreven. N.B.: de thermische detectievoelers vormen niet op zich een bescherming van de motor. De motoren kunnen uitgerust worden met thermische detectoren van het type: met thermistor (PTC-voelers: afb. 6) Dit zijn thermovariabele weerstanden met positieve temperatuurcoëfficiënt (gemerkt door een zwart vlagetiket - uitschakeling - of blauw - alarm -). Wanneer de temperatuur stijgt, stijgt de weerstand van de voeler eerst langzaam om vervolgens plots te stijgen binnen een bereik van ± 5 C rond de nominale bedrijfstemperatuur (TNF). Ø ~3 mm Afb. 5 Het gebruik van klopgereedschap is af te raden: dit zou de lagers kunnen be-schadigen. 6. - ELEKTRISCHE AANSLUITING Raadpleeg onze algemene handleiding 4.2, bladzijde 3. Voor aansluiting van de motor, de schema's Ω R 250 T 0 TNF 1350 20 C Afb. 6 De waarde van de weerstand gemeten aan de klemmen R moet lager zijn dan 250 Ω bij omgevingstemperatuur. 4

Deze zijn gekoppeld aan een relais, niet meegeleverd, (type LT1 SA Fabr. Telemecanique of gelijkwaardig); de toerenregelaars LEROY-SOMER DMV 2322 & 2342 bevatten een recht-streekse ingang voor de voelers. thermostatisch (bimetaal temperatuurvoelers PTO of PTF: afb. 7 & 8). Dit zijn bimetalen (tweebladige) schijfjes van het gesloten type (PTO, geopend in ruststand, wit vlagetiket) of van het geopende type (PTF, gesloten in rust-stand, geel vlag-etiket). 14 mm 7 mm Afb. 7 6.3 - Aansluitschema's 6.3.1 - Afmetingen 1122 tot 1804C, en voor afmetingen 2004C tot 2804C in de catégorie D (zie catalogus ref. 1337 bladzijde 82). Wanneer de veldspanning bij de bestelling opgegeven is, is de juiste aansluiting van het veld reeds in de fabriek gemaakt. Veldaansluitingen met 4 klemmen, serieschakeling (voor draairichting met de richting van de wijzers van de klok mee, gezien tegen aandrijfzijde (DE): Voorbeeld: motortypeplaatje180-360: veldspanning bedraagt 360 V. A1 F2 F5 Werkingsprincipe Gesloten thermische detectie I Geopende thermische detectie I Draairichting Sens gezien de tegen rotation aandrijfzijde vu bout d'arbre +- Induit Anker B2 F6 F1 - U exc + Veldaansluitingen Inducteurs O T TNF Ze zijn aangesloten op het beveiligingscircuit van de motor. Gesloten thermische detectie F T TNF Geopende thermische detectie Veldaansluitingen met 4 klemmen, parallelschakeling (voor draairichting met de wijzers van de klok mee, gezien tegen aandrijfzijde (DE): Voorbeeld: motortypeplaatje180-360: veldspanning bedraagt 180 V. A1 F2 F5 Afb. 8 Karakteristiek PTO PTF Effectieve stroom 1 A - cosϕ 0,6 1 A - cosϕ 0,6 Onderbrekingstroom 2,5 A - cosϕ 0,4 2,5 A - cosϕ 0,4 Effectieve spanning 250 V 250 V 6.2 - Verwarmingsweerstanden Samengesteld uit geïsoleerde stroken glasvezel geplaatst op de wikkelkoppen, voor het op peil houden van de gemiddelde temperatuur van de motor, waardoor probleemloos gestart kan worden. Tevens worden hierbij de risico's van condensatie (verlies van isolatie van de machines) vermeden. Deze weerstanden moeten, zodra de machine stilstaat, onder spanning gebracht worden, en tijdens de werking uitgeschakeld worden. Van het type ACM 004, bedraagt hun vermogen 25 W, de voedingsspanning 230 V bij 50 of 60 Hz. De -motoren 1122 tot 1604 bezitten er één, en grotere afmetingen bezitten er 2; ze zijn gemerkt met een rood vlag-etiket. Draairichting Sens gezien de tegen rotation aandrijfzijde vu bout d'arbre 6.3.2 - Afmetingen 2004C tot 2804C Veldaansluitingen 2 klemmen (voor draairichting met de wijzers van de klok mee,gezien tegen aandrijfzijde (DE). Voorbeeld: motortypeplaatje180-360: veldspanning bedraagt 360 V. Draairichting Sens gezien de tegen rotation aandrijfzijde vu bout d'arbre +- Induit Anker + 6.4 - Merktekens op de klemmenstrook Elke uitgang voor toebehoren is gemerkt met een "vlag-etiket" (kleuren aangeduid in de desbetreffende paragrafen). Ze zijn aangesloten in de klemmenkast volgens onderstaande aanduidingen: 1 : + slijtage-voelers borstels - B2 Induit Anker A1 B2 - F6 U exc /2 F2 - + Veldaansluitingen Inducteurs + F1 F1 Veldaansluitingen Inducteurs 5

2 : - slijtage-voelers van de borstels 3-4 : verwarmingsweerstanden 1T7-2T7: voelers van het voorste lagerschild (aandrijfzijde/de) 1T8-2T8: voelers van het achterste lagerschild (niet-aandrijfzijde/nde) De merktekens gebruikt voor de in de wikkelingen ingebouwde thermische detecties zijn : op één niveau: T1 - T2: uitschakeling; op twee niveaus: 1T1-1T2: alarm 2T1-2T2: uitschakeling. 6.5 - Toebehoren (zie technische cat. ref. 1337 hoofdstuk G) Voor de met opties uitgeruste motoren, eerst nagaan of de verschillende aansluitingen (rem, tachodynamo, enz. ) van de juiste elementen voorzien zijn. Indien een rem is aangebouwd, dient de netspanning overeen te komen met de spanning die vermeld is op het typeplaatje. Raadpleeg de bij het collo meegeleverde gedetailleerde handleiding van de rem. De detector voor de luchtstroom, indien nodig, niet vergeten aan te sluiten. Indien een impulsgever of encoder is aangebouwd en de afstand tussen motor en regelaar groter dan 20 meter, dient deze aangesloten te worden met getwiste kabels. De maximale afstand tussen motor en regelaar mag in dit geval niet groter dan 500 meter zijn. Indien aanwezig, ook de potentiaalvrije contacten van de optionele koolborstellengtebewakingsinrichting aansluiten op de besturing. De ingebouwde microschakelaars kunnen max. 7A Ohms of 4A inductief schakelen bij max. 28 V. 6.6 - Voor inbedrijfstelling Een globale controle uitvoeren door de complete aandrijving geheel te doorlopen om zich ervan te vergewissen dat geen enkel element overgeslagen of vergeten werd (aanspannen van de verschillende schroeven, installatie van de verschillende bestanddelen). Opgelet: alvorens de motor op te starten, moet eerst de ventilatie aangezet worden en vervolgens de veldstroom ingeschakeld bij nominale spanning. De voeding moet een beveiliging tegen veldstroom bevatten (risico op doorslaan van de motor: voorzien in de spanningsregelaars van LEROY-SOMER). Verandering van draairichting Deze verrichting bij uitgeschakelde machine uitvoeren; om de draarichting van de motor te veranderen, de polariteit van de veldstroom omkeren. 7. - ONDERHOUD Raadpleeg 5 van de algemene handleiding ref. 976 (?) teneinde een optimale levensduur van de motor te verzekeren. Bij elke controle of maximaal om de 500 uur, overgaan tot een volledige reiniging (anker & collector: intern + extern, stator) door middel van perslucht, met open inspectieluiken. Borstels Opgelet: de volgende verrichtingen dienen bij uitge-schakelde en stilstaande motor uitgevoerd te worden. Een eerste controle van de borstel (staat van de borstels, bewegingsvrijheid, veerdruk) moet 200 uur na de inbedrijfstelling uitgevoerd worden. Dit wordt gevolgd door een tweede controle 500 uur erna. Aan de hand van de resultaten van beide controles kan een interval worden vastgesteld voor toekomstige controles. 8. - AANBEVOLEN RESERVEONDER- DELEN Wij bevelen de volgdende reserveonderdelen aan: - stel borstelhouders, - stel lagers. Andere belangrijke onderdelen: - borstelhouders, - stel ankerspoelen, - set spoelen van de hoofdpolen, - set spoelen van de commutatiepolen, - gewikkeld anker (uitgebalanceerd), - asynchroon ventilatormotor 9. - DEMONTAGE Tijdens de garantieperiode mag deze verrichting alleen in een door LEROY-SOMER erkende werkplaats uitgevoerd worden of in onze fabrieken, anders vervalt de garantie. Buiten de garantieperiode moeten de demontageverrichtingen uitgevoerd worden door een erkende werkplaats of door onze fabrieken. Het normale onderhoud dient uitgevoerd te worden door vakpersoneel, gemachtigd om in te grijpen op elektrische, draaiende machines. Voor de configuratie van de onderdelen, zie tekeningen (blz.10 tot 13). 9.1 - Procedure - De motor uitschakelen en van de machine loskoppelen. - De kabels en de koppelingen in de klemmenkast merken en ze loskoppelen. 6

- De 4 schroeven van de voet van de klemmenkast (92) losdraaien en de kabels komend van de borstelhouders (149) uittrekken. - De inspectieluiken (140) demonteren en, indien aanwezig, de geforceerde koeling (118). - Het lagerschild aan de niet-aandrijfzijde/nde (6) merken ten opzichte van de stator (1). - De verbindingen van de stator en van de borstelhouder (149) merken en loskoppelen. - De borstels (150) verwijderen en de collector met een kartonnen plaatje bedekken. - Het deksel (53) van het lager niet-aandrijfzijde/ NDE (50) verwijderen. - De 4 schroeven van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/nde (6) losdraaien. - Het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/nde eruit nemen, waarbij het anker in de stator blijft. Opletten dat hierbij gelijktijdig de kabels volgen. - De 4 schroeven van het lagerschild aan aandrijfzijde/de (5) losschroeven. - Het lagerschild eruit nemen en de Borelly-veer goed opzijleggen, terwijl het anker in de stator blijft. - Het anker eruit nemen zonder tegen de collector te stoten. - Het demonteren beëindigen door de onderdelen, die vervangen moeten worden, apart te leggen. 9.2 - Demontage van alleen het anker Het lagerschild aan aandrijfzijde/ DE (5) als volgt demonteren; - De inspectieluiken (140) van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/nde (6) verwijderen, de borstels (150) verwijderen en de collector met een stukje karton omwikkelen. - De 4 schroeven van het deksel (53) van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/nde losdraaien. - Het anker (3) er bij de voorkant uit nemen: opletten dat de collector niet tegen de polen van de stator (1) stoot. - De circlips aan aandrijfzijde/de (46) en aan nietaandrijfzijde/nde (60) verwijderen. - De lagers (30 & 50) met behulp van een kogellagertrekker verwijderen. - De twee steunringen en het lagerdeksel (53 1122 tot 1604), of steun 160 voor de borstelhouder voor grotere afmetingen) aan de zijde van de collector opzijleggen. N.B.: bij elke demontageverrichting wordt aangeraden de lagers te vervangen 10. - REINIGEN Gebruik geen oplosmiddel dat het vernis en de bescherming van de wikkelingen kan beschadigen of de collector kan aantasten. Reinig zorgvuldig de elektrische onderdelen met droge perslucht (max. 2 bar) en de mechanische onderdelen met white spirit of gelijkaardig. Raadpleeg de algemene handleiding hoofdstuk 5 voor de te nemen voorzorgsmaatregelen. Smeer de passingen met een dun laagje vet. 11. - MONTAGE 11.1 - Montage van het anker - Het deksel (53) of de borstelhouder (160) aan de zijde van de collector aanbrengen met de beide steunringen. - Beide lagers op de as monteren, zonder klopgereedschap, beide circlips (46 & 60) weer aanbrengen. -Het anker (3), eerst de collector, in de stator (1) aanbrengen en zorg ervoor dat de collector niet tegen de polen van de stator stoot. - Het deksel (53) van het lager aan niet-aandrijfzijde/nde of de steun van de borstelhouder(160) bevestigen. - Het lagerschild aan aandrijfzijde/de (5) monteren en het deksel aan aandrijfzijde/de (33) bevestigen. 11.2 - Volledige montage - Ga, na demontage, nu in omgekeerde volgorde te werk. - Nadat de montage beëindigd is, controleren of de as met de hand vrij kan draaien. - De borstelhouder (149) op de merktekens aanbrengen (zie afbeelding 10). Ingeval het anker vervangen moet worden, moet de neutrale lijn gecontroleerd worden (zie 6 van de handleiding 976). - De motor weer op de voedingsklemmen aansluiten volgens de merktekens die voor het demonteren aangebracht werden. - De motor inschakelen en overgaan tot een test. - De motor aan de machine koppelen met inachtneming van de regels van het hoofdstuk Inbedrijfstelling. In geval van problemen, LEROY-SOMER raadplegen. 12. - DE BORSTELS VERVANGEN Raadpleeg afb. 9 voor de positie van de inspectieluiken. 1. Voor elke verrichting, éérst de motor uitschakelen. 7

Positie van de inspectieluiken, motor gezien tegen aandrijfzijde (lagerschild NDE) B 2. Indien de motor gekoeld is met geforceerde koeling (VF) aan de zijde van de collector, de VF ( 1122 tot 1604) en de inspectieluiken B, D of A demonteren. 3. Twee merktekens (streepje aangebracht op de borstelhouder) geven de positie van de borstelhouders ten opzichte van het lagerschild aan (zie afb. 10). Deze twee merktekens worden aangebracht tegenover een inspectieluik B, D of A. 4. De kabels 1 & 2 voor verbinding met de borstelhouders, de inspectieluiken A en D loskoppelen. 5. De schroeven 3 & 4 van de borstelhouder losdraaien: - CHC 6*16 voor 1122, 1124 & 1324, - CHC 8*20 voor 1604, - CHC 8*60 voor 1804. A C D Afb. 9 6. De borstels die zich tegenover de inspectieluiken B, D en A bevinden, vervangen. 7. De borstelhouder 90 graden draaien om via inspectieluik B bij de borstels C te kunnen komen. 8. Deze borstels vervangen. 9. De borstelhouder weer precies in zijn oorspronkelijke positie aanbrengen en de positie van de merktekens 1 en 2 controleren. 10. De schroeven 3 & 4 aanschroeven om de borstelhouders te blokkeren. 11. De verbindingen vastschroeven evenals de schroeven van kabels 1 & 2. 12. De borstels laten "indraaien" volgens de indraaiprocedure beschreven in de algemene handleiding onder 5.2, bladzijde 3. Na het indraaien, nagaan of: de borstels zich vrij verplaatsen in de borstelhouders; de borstels voor 100% ingedraaid zijn (het hele contactvlak van de borstel moet glanzen); alle borstels van de lijn stroomopwaarts van de te slijpen steen ten opzichte van de draairichting controleren. doeltreffend reinigen: met behulp van droge olievrije perslucht. 13. De geforceerde koeling en de inspectieluiken weer monteren. Positie van de borstelhouder Lagerschild gezien vanaf de niet-aandrijfzijde/ NDE (transparent) Kabel 1 Schroef 1 Schroef 4 Merkteken 1 Schroef 2 Borstelhouder Vis 3 Merkteken 2 Kabel 2 Afb. 10 8

13. - STORINGEN BIJ DE WERKING SYMPTOOM OORZAAK OPLOSSING Gebrek aan veldstroom Collector: sporen van vonken, beschadigingen, krassen, on-rondheid Andere snelheid in één richting ten opzichte van de andere draairichting Aanspreken van de voelers Snelle slijtage van de borstels Voedingsstoring Onderbroken veldwikkeling Kortgesloten veldwikkeling Voedingsstoring Verkeerde toepassing Trillingen Agressieve omgeving Geblokkeerd anker Tijdens het opnieuw monteren slechte positionering van de stator ten opzichte van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde en/of geblokkeerde borstelhouders Ventilatie Overbelasting Werking bij onderbelasting Trillingen De spanningsregelaar De gewikkelde stator vervangen De voeding controleren Het gebruik controleren De omgeving controleren De collector herstellen * Antiblokkeerinrichting De motor opnieuw goed installeren volgens de in de algemene handleiding aangeduide procedure Controleer het koelingscircuit, de geforceerde koeling en zijn draairichting Controleer de werking van de aangedreven machine Mogelijkheid om de ventilatie te reduceren via verplaatsing van de VF naar de voorzijde (LEROY-SOMER raadplegen) De uitbalancering van de aangedreven delen verifiëren Draagvlak van de motor controleren * Het herstellen van de collector is iets wat door een erkend vakman uitgevoerd moet worden, met name wat het bewerken en uitkrabben van de mica-isolatie betreft: raadpleeg de algemene handleiding. Gelijkstroommotoren 14. - TYPEPLAATJE 2 102 451 / A LR 57008 MADE IN IEC 34.1.1990 FRANCE MOTEUR A COURANT CONTINU DIRECT CURRENT MOTOR TYPE: 1604 S 02 N 700000/10 9/1992 M 249 kg Classe / Ins class H IM 1001 IP 23 IC 06 M nom / Rated torque 301 N.m Altit. 1000 m Temp. 40 C kw min -1 V A V A Nom./Rat. 36,3 1150 440 95,5 360 3 3,63 115 44 95,5 360 3 36,3 1720 440 95,5 240 T Système peinture: I Induit / Arm. Excit. / Field Service / Duty S1 DE 6312 2RS C3 NDE 6312 2RS C3 9

15. - ONDERDELENLIJST 15.1-1122, 1124, 1324 & 1604 110 111 402 401 25 44 A 400 40* 5 14 28 46 30 33* 21 3 26 1 Merk. Benaming Merk. Benaming Merk. Benaming 1 Gewikkelde stator smering voor ZZ lager of rollager) 69 Pakking voor klemmenkast 3 Gewikkeld anker 40 Bevestigingsschroef van deksel 33 70 Behuizing klemmenkast 5 Lagerschild aandrijfzijde 44 Borelly veerring 72 Bevestigingsschroef van 70 6 Lagerschild niet-aandrijfzijde 46 Circlips lager aandrijfzijde 74 Deksel van klemmenkast 14 Bevestigingsmoer voor lagerschild aandrijfzijde 50 Lager niet-aandrijfzijde 75 Schroef van deksel 74 21 Asspie 52 Deksel (voor motor zonder optie bevestigd 77 Pakking voor klemmenkastdeksel 74 25 Hijsoog aan lagerschild niet-aandrijfzijde) 81 Draagplaatje wartel 26 Typeplaatje 53 Deksel lagerschild niet-aandrijfzijde 82 Bevestigingsschroef plaatje 81 28 Bevestigingsschroef hijsoog (optie smering voor ZZ lager of rollager) 84 Klemmenstrook 30 Lager aandrijfzijde 60 Circlips lager niet-aandrijfzijde 85 Schroef klemmenstrook 33 Deksel lagerschild aandrijfzijde (optie 62 Bevestigingsschroef deksel 52 92 Voet van klemmenkast *: merkteken verbonden aan een optie. -motoren afmeting 1122 tot 1604 10

15.1-1122, 1124, 1324 & 1604 (vervolg) 118 409 408 407 403 410 411 C 149 150 28 25 140 141 403 6 14 62 52 420 403 92 403 93 140 B 75 A 53 50 60 159 405 413 69 70 84 81 82 85 72 77 74 Merk. Benaming Merk. Benaming Merk. Benaming 93 Bevestigingsschroef 92 +140 150 Borstels 407 Bevestigingsschroef ventilatiehuis 110 Ventilatierooster 159 Binnenste inspectieluik 408 Detector luchstroom 111 Bevestigingsschroef rooster 110 400 Asbescherming 409 Ventilatiemotor 118 Ventilatiehuis 401 Inspectieluik van lagerschild aan aandrijfzijde 410 Filter (optie) 140 Inspectieluik van lagerschild aan niet-aandrijfzijde 402 Bevestigingsschroef inspectieluik 401 411 Bevestigingsschroef filter 141 Bevestigingsschroef 140 (tgo. klemmenkast) 403 Pakking inspectieluik 140 413 Bevestigingsschroef inspectieluik 159 149 Borstelhouder 405 Pakking inspectieluik 159 420 Bevestigingsschroef deksel 52 *: merkteken verbonden aan een optie. -motoren afmeting 1122 tot 1604 11

15.2-1804, 1804C, 2004C, 2254C, 2504C & 2804C 110 111 402 401 25 44 46 21 3 26 1 A D D 92 69 70 23 22 40 5 14 28 30 33 82 81 83 84 77 74 75 Merk. Benaming Merk. Benaming Merk. Benaming 1 Gewikkelde stator 30 Lager aandrijfzijde 72 Bevestigingsschroef van 70 3 Gewikkeld anker 33 Deksel lagerschild aandrijfzijde 74 Deksel van klemmenkast 5 Lagerschild aandrijfzijde 40 Bevestigingsschroef van deksel 33 75 Schroef van deksel 74 6 Lagerschild niet-aandrijfzijde 44 Borelly-veerring lager aandrijfzijde 77 Pakking van deksel 74 14 Bevestigingsmoer voor lagerschild aandrijfzijde 46 Circlips lager aandrijfzijde 81 Draagplaatje wartel 21 Asspie 50 Lager niet-aandrijfzijde 82 Pakking plaatje 81 22 Rondsel as 52 Deksel (voor motor zonder optie) 83 Bevestigingsschroef plaatje 81 23 Schroef as 60 Circlips lager niet-aandrijfzijde 84 Klemmenstrook 25 Hijsoog 62 Bevestigingsschroef deksel 52 en/of 160 92 Voet van klemmenkast 26 Typeplaatje 69 Pakking behuizing klemmenkast 110 Ventilatierooster 28 Bevestigingsschroef hijsoog 70 Behuizing klemmenkast 111 Bevestigingsschroef rooster 110 *: merkteken verbonden aan een optie. -motoren afmeting 1804 tot 2804C 12

15.2-1804, 1804C, 2004C, 2254C, 2504C & 2804C (vervolg) 408 403 407 409 118 410 411 C A 149 150 140 141 403 25 28 6 14 62 420 52 B 160 50 60 413 159 405 403 140 141 Merk. Benaming Merk. Benaming Merk. Benaming 118 Ventilatiehuis 160 Steun borstelhouder 149 408 Detector luchstroom 140 Inspectieluik lagerschild niet-aandrijfzijde 401 Inspectieluik lagerschild aandrijfzijde 409 Ventilatiemotor 141 Bevestigingsschroef 140 402 Bevestigingsschroef inspectieluik 401 410 Filter (optie) 149 Borstelhouder 403 Pakking inspectieluik 140 411 Bevestigingsschroef filter 150 Borstels 405 Pakking inspectieluik 159 413 Bevestigingsschroef inspectieluik 159 159 Binnenste inspectieluik 407 Bevestigingsschroef ventilatiehuis 420 Bevestigingsschroef deksel 52 *: merkteken verbonden aan een optie. -motoren afmeting 1804 tot 2804C 13

W1 Gelijkstroommotoren 16. - AANSLUITING VAN DE KOELLUCHTLEIDINGEN v2 U2 v2 v1 U1 v1 = = 2504C & 2804C W2 = = WA2 W1 = = WA2 UB2 6 x MY2 U1 W1 UB1 U2 W2 U1 8 x MY1 U2 4 x MY2 W2 UB1 UB2 4 x MY2 WA1 1122 tot 2254C WA2 4 x MY1 DE NDE DE: lagerschild aandrijfzijde. NDE: lagerschild zijde tegenover de aandrijving (niet-aandrijfzijde). Afmetingscodes voor aansluiting van koelluchtleidingen : IC 17 - IC 26 - IC 27 - IC 37 Type Voornaamste afmetingen U1 U2 UB1 UB2 V1 V2 v1 v2 W1 W2 WA1 WA2 Y1 Y2 1122 114 114 130 130 130 130 - - 114 114 130 130 6 6 1124 114 114 130 130 130 130 - - 114 114 130 130 6 6 1324 140 140 160 160 160 160 - - 140 140 160 160 8 8 1604 135 135 150 150 150 150 - - 175 175 190 190 8 8 1804 140 140 180 180 180 180 - - 200 200 215 215 8 8 1804C 140 140 180 180 180 180 - - 200 200 215 215 8 8 2004C 165 165 205 205 205 205 - - 205 205 225 225 8 8 2254C 170 170 210 210 210 210 - - 230 230 250 250 8 8 2504C 180 190 320 260 320 260 56 29 280 280 300 300 6 6 2804C SM & SL 187 187 277 277 277 277 30 30 320 320 350 350 8 8 2804C M & L 289 187 380 277 380 277 30 30 320 320 350 350 8 8 14

17. - TYPE ONDERHOUDSFORMULIER MACHINE MOTOR TYPE:...TYPE:... Serienr.:... Serienr.:... Datum van inbedrijfstelling:... Datum van de onderhoudsbeurt:... Aantal bedrijfsuren:... Buitenbedrijfstelling van de installatie Mechanische controle Verwijderen van de inspectieluiken Interne reiniging en doorblazen van de motor (max. druk 2 bar) Controle van de slijtstaat van de borstels Controle van de staat van de collector Meting van de koolborstellengte (toezicht op slijtage):...mm Vervanging van de borstels, indien nodig. Inschakelen van de machine bij bedrijf Controle van de afwezigheid van vonken in de collector Stilstand van de motor, uitschakelen en aanbrengen van de inspectieluiken Controle van de vrije doorvoer van de koelingslucht De installatie weer inbedrijfstellen... ELEKTRISCHE METINGEN * voedingsspanning van de motor (Geforceerde koeling):... V * door de motor opgenomen stroom (Geforceerde koeling):... A * ingangsspanning van de veldwikkelingen (bij gestabiliseerde snelheid):... V * door het anker vrijgekomen stroom:... A Vergelijk deze waarden met die aangeduid op het typeplaatje. OPMERKINGEN:......... 15