God van de dans. Een portret van de balletdanser en choreograaf Vaslav Nijinski



Vergelijkbare documenten
IK OVERLEEFDE AUSCHWITZ

ART HISTORY de twintigste eeuw. H5 H3 De modernen en volkskunst

Stromingen in vogelvlucht

Klee. en Cobra. Opnieuw beginnen

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

Janusz Korczak. door Renée van Eeken

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

Zaken voor mannen. Verhalen van mannen met epilepsie

Peter de Grote. Dit werkboekje is van:

Sissi Elisabeth. Van Carolina Gijbels1Ac nr 7

Vincent van Gogh. Hier zie je er een afbeelding van.

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te


De tijd die ik nooit meer

De muur. Maar nu, ik wil uitbreken. Ik kom in het nauw en wil d r uit. Het lukt echter niet. De muur is te hoog. De muur is te dik.

ART HISTORY de twintigste eeuw. V4 cp3 H3 De modernen en volkskunst Picasso Brancusi-Bartók-Stravinsky-Diaghilev

Enkele vragen aan Kristin Harmel

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

germaans volk), een sterke Franse groepering. Ze verkochten haar aan de Engelsen die haar beschuldigden van ketterij (het niet-geloven van de kerk).

Wijs Worden. werkboek. deel 1 DAMON

8 6 Samenwerking in de wereld. Lees het verhaal Bijna de derde Wereldoorlog.

Les ballets de monte carlo. volgens henk van cauwenbergh

Maria, de moeder van Jezus

Leven in veiligheid. Artikel 1, Vluchtelingenverdrag van Genève, 1951

2.2. Het Nieuwe Testament, of het verhaal van Jezus en de eerste kerk 1

LES 6. Nu zie je Hem wel, nu zie je Hem niet.

De koude oorlog Jesse Klever Groep 7

Ervaringen Voorbeeld jouw ervaring delen? formulier

DE WONDEREN VAN JEZUS

Borstkanker ''Angst voor het onbekende''

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: <Katelyne>

Samenvatting Kunst ABC

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Johannes 20, april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

KIEZEN VOOR WERK: HANDLEIDING

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

Beeldend - tekst resi lankester fotografie merel verspuij. Blijf

Beste vrienden, ik mag jullie vandaag vertellen over de laatste week van het leven van Jezus.

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

Bijbellezing: Johannes 2 vers Bruiloftsfeest

verwerkingsopdrachten Willem-Alexander

Mijn dochter; boulimia en borderline

Heilig Jaar van Barmhartigheid

Wie ben ik in het koninkrijk? les 1 DISCIPLE MENTOR

Eerste druk, september Tiny Rutten

DE RIJKE MAN, DE ARME MAN

Spotvogel.qxp :08 Pagina 5

Dit product wordt u aangeboden door ComputerBijbel ( ComputerBijbel Alle rechten voorbehouden 1/6

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

OPDRACHT: Lees de vier tekstgedeelten en beantwoord de 4 bijbehorende vragen. Luk 15:11-32 Joh 3:14-17, Joh 15:9-17 Matt 5:43-48, Joh 13:33-35

Heiloo: een dorp en gemeente in de provincie Noord Holland. Met zo n

ROBIN HOOD EN ZIJN VROLIJKE VRIENDEN

Ik besloot te verder te gaan en de zeven stappen naar het geluk eerst helemaal af te maken. We hadden al:

Hans van Rooij VERSTAG

Roelof Rump Schoutenveld BT Apeldoorn.

Naam: Mariska v/d Boomen. Klas: TG2C. Datum: 25 Juni. Docent: Van Rijt. Schrijfverslag.

Frankenstein. Mary Shelley

Voorwoord. Rome en de Romeinen

Inhoud. Woord vooraf Ik haat de dood 11 Overdenking bij 1 Korintiërs 15:

D Artagnan gaat naar Parijs

Toespraak Gerdi Verbeet bij de Indiëherdenking 15 augustus 2014 in Den Haag

ZEGENGEBEDEN. Ik zegen je ogen, opdat jullie met hartelijke ogen elkaar zouden benaderen en blijven dragen.

Latijn: iets voor jou?

6 Stefanus gevangengenomen

U schrijft ook dat wij Belgen bang zijn voor elkaar. Hoezo?

Een greep uit een presentatieviering met als thema: Licht zijn voor anderen

Het koninkrijk van God vlakbij

Veel mooie herinneringen verzachten onze smart. Voorgoed uit ons midden, voor altijd in ons hart. Iedere moeder is uniek: Zij was dat heel speciaal

Ted van Lieshout Floor van de Ven, H3G, Uitgeveri Plaats Jaar uitgave en druk Aantal bladzijdes Genre Inhoudsopgave Samenvatting

EIGEN BLOED Over moeders die hun kind afstaan ter adoptie

Inhoud. Het leven van Escher. Weiland wordt vogel. Kringloop metamorfose. De wereld op z n kop.

Hitler op weg naar de macht Wie was Adolf Hitler?

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

Al heel snel hadden ze ruzie met elkaar. Het spelen was niet leuk meer.

God verlost Israël van de Amalekieten.

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

Jezus zoekt ruzie. en tussen een schoondochter en haar schoonmoeder

In 2016 In dit jaar van de oorlog, ik zit in Motala, de kleine stad die niet TV wordt uitgezonden geluid van de salon, zou ik Znntha helemaal leeg,

DE GEBOORTE VAN JEZUS

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE VERLOREN ZOON

KOPPen bij elkaar en schouders eronder. Informatie voor kinderen van ouders met psychiatrische problemen

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen.

Jouw reis door de Bijbel. Uitgeverij Jes! Zoetermeer

narratieve zorg Elder empowering the elderly

Mét code voor 11 online video s!

Een Valentijn krantje Geen idee van wie, maar wel voor wie!

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis


Vermoord? vroeg Evi angstig. Ongetwijfeld. Maar de directeur... Vermoord, herhaalden we beslist. Daarna hebben ze zijn lichaam ondergedompeld in een

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005

DE WEEK VOOR WE HET AV0NDMAAL VIEREN

Welke wapens worden voor het eerst gebruikt in de Eerste Wereldoorlog? 1. Geweren en gifgas. 2. Machinegeweren en gifgas. 3. Gifgas en pistolen.

Je mag stralen je mag huilen je mag dwalen je mag schuilen je mag vragen je mag dromen je mag klagen je mag komen Hij wacht op jou

Transcriptie:

God van de dans Een portret van de balletdanser en choreograaf Vaslav Nijinski Vaslav Nijinski werd al op zeer jonge leeftijd bestempeld als balletgenie. Zijn roem was echter van korte duur. Hij was 30 jaar toen er een einde aan zijn carrière kwam. Hij zou nooit meer dansen en sprak nog maar zelden. Hij leefde als geesteszieke tot aan zijn dood in 1950 in verschillende psychiatrische inrichtingen. Schéhérazade Jeugd en adolescentie Vaslav Nijinski werd in 1889 in Kiev (dat toen nog bij Rusland hoorde) geboren. Hij was het tweede kind van Thomas Nijinski en Eleonora Bereda, beide professionele balletdansers afkomstig uit Polen. In de opvoeding van de kinderen stond de dans centraal. Er werd meer waarde gehecht aan het entertainen van het publiek, dan aan de intellectuele en sociale ontwikkeling. Tegen de tijd dat Nijinski acht jaar oud was, verliet zijn vader het gezin voor een nieuwe liefde. Zijn moeder verhuisde naar Sint Petersburg waar zij probeerde haar kinderen alleen op te voeden. Omdat Eleonora wist dat de formele studie voor balletdansers vroeg moest beginnen, gaf zij Nijinski al jong op aan de keizerlijke balletschool van Sint Petersburg. Om tot de school toegelaten te worden moesten de leerlingen een strenge auditie ondergaan. Nijinski was nogal klein en erg verlegen en viel in eerste instantie niet zo op, maar hij maakte zulke geweldige sprongen dat hij toch werd aangenomen. In 1907, op 18-jarige leeftijd, studeerde hij af aan de keizerlijke balletschool. Maar al voor zijn afstuderen danste hij hoofdrollen bij het Mariinski ballet, waarbij hij jubelende kritieken kreeg. Hij was zo bijzonder dat hij binnen zeven weken na zijn afstuderen werd benoemd als volwaardig artiest van de keizerlijke theaters. In datzelfde jaar ontmoette hij prins Pavel Lvov. Lvov was 30 jaar oud, aristocraat, extreem rijk, ongetrouwd en hij voelde zich aangetrokken tot atletische mannen. Hij zag Nijinski dansen en regelde een ontmoeting. Het was niet ongewoon voor rijke balletfanaten om mannelijke of vrouwelijke minnaars onder de jonge artiesten van het Mariinski theater te zoeken. De artiesten waren vaak onderbetaald en leefden een marginaal bestaan. Het was dus dé kans voor Nijinski om geïntroduceerd te worden in de hogere kringen en kennis te maken met mensen die totaal anders waren dan zijn familie. Het was echter ook de introductie tot de wereld van homoseksualiteit, die in Sint Petersburg werd getolereerd, maar niet openlijk werd goedgekeurd. De verhouding met Lvov duurde minder dan een jaar, maar door hun vriendschap kwam Nijinski in contact met Sergej Diaghilev, met wie hij ook een verhouding begon. 1

Sergej Diaghilev (1872 1929) Diaghilev werd in de provincie Novgorod, ten zuiden van Sint Petersburg. Hij studeerde muziek aan het conservatorium in Sint Petersburg en volgde lessen aan de universiteit waar hij een graad in de rechten behaalde. De dynamische, zelfverzekerde en sociaal vaardige Diaghilev had een enorm talent op organisatorisch gebied en op het gebied van public relations. In 1890 richtte hij samen met een vriend het tijdschrift Mir Iskusstva (de Wereld der Kunst) op. Opvallend aan dit tijdschrift was de aandacht voor de buitenlandse kunst en de afwezigheid van enig chauvinisme. In 1906, een jaar na het bloedige neerslaan van een demonstratie in St. Petersburg, waarbij soldaten op ongewapende burgers schoten (iets dat de geschiedenis is ingegaan als de Bloedige Zondag), brachten Diaghilev en zijn collega s een collectie van Russische schilderijen, iconen en andere kunstobjecten naar Parijs die werden tentoongesteld in twaalf zalen van het Grand Palais. Deze tentoonstelling markeerde het begin van Diaghilev s zogenoemde artistieke invasie van Europa. Een jaar later bracht hij een complete opera naar Parijs; de Boris Godoenov van Moessorgski, met Russische decors en kostuums. Vervolgens bracht Diaghilev in 1909 de Ballets Russes naar Parijs. Het programma bestond naast opera's als Ivan de Verschrikkelijke van Rimski-Korsakov ook uit pure balletproducties als Le Pavillon d Armide en Cléopâtre. De relatie met Diaghilev De relatie met Diaghilev zou vijf jaar duren. Maar al snel begonnen zich fricties voor te doen. Als vriend van Diaghilev werd hij geacht aanwezig te zijn bij besprekingen over toekomstplannen en beleidszaken. Omdat hij jonger en minder goed was opgeleid dan de anderen, zweeg hij of bracht hij met zijn stuntelige opmerkingen Diaghilev in verlegenheid. In 1909 werd Nijinski ziek. Was zijn ziekte lichamelijk of geestelijk? Al sinds zijn ontmoeting met Diaghilev in maart 1908 had Nijinski zich regelmatig ziek gevoeld en herhaaldelijk om vakantie gevraagd. In juni van het jaar erop werd er buiktyfus geconstateerd. Op kosten van Diaghilev werd hij gedurende een maand in een privéappartement verpleegd. Daarna kwam hij terug naar St. Petersburg en danste hij bij het Mariinsky theater. In december was er weer een periode van ziekte en op 10 maart 1910 stelde men vast dat hij aan chronische vermoeidheid leed en bleek hij bloedarmoede te hebben. Het was noodzakelijk voor hem om te rusten en behandeling te krijgen in een ander en beter klimaat. Dat werd de Franse Rivièra. Ook in dit geval werd Nijinski doorbetaald; waarschijnlijk door de invloed van Diaghilev. God van de dans Nijinski maakte zijn debuut in Le Pavillon d Armide (1909). In dit ballet speelde hij de rol van een slaaf en droeg hij een witte maillot, een gestreepte korte broek, een prachtig met zijde geborduurd jasje, een tulband van veren en een met juwelen ingezette halssjaal. Zijn sensationele sprong aan het einde van het ballet maakte hem ogenblikkelijk een beroemdheid. Zijn volgende optreden was in Le Festin; een compilatie van selecties uit verschillende klassieke balletten. Daar danste hij de rol van de blauwe vogel uit De schone slaapster. Na dit optreden werd hij God van de dans genoemd. Zijn roem nam verder toe in de balletten Les Sylphides en Cléopâtre. Ook de voorstelling Schéhérazade in de Parijse Opera (1910), waarin Nijinski de rol van de zwarte slaaf vertolkte, was een groot succes. Vervolgens vond in datzelfde jaar de première van Carnaval plaats in Berlijn. In dit ballet kreeg elke danser de vrijheid om zijn of haar rol naar persoonlijke smaak in te vullen. In zijn rol van Harlequin kon 2

Nijinski zijn vrouwelijke én mannelijke kanten laten zien en ook uiting geven aan zijn manische bewegingen. In februari 1911 werd Giselle in Sint Petersburg opgevoerd. Nijinski speelde daarin een jonge man, Albrecht, die waanzinnig ( een rol op zijn lijf geschreven ) wordt van verdriet door de zelfmoord van zijn geliefde. Zijn kostuum veroorzaakte een schandaal, omdat het voor die tijd onfatsoenlijk was. Het onthulde iets te veel van zijn dijen en geslachtsdelen. Eerder dat jaar was Nijinski ontslagen bij het Keizerlijk theater vanwege zijn onvoorspelbare gedrag en het niet nakomen van zijn afspraken. De reactie van Diaghilev hierop was dat hij aankondigde dat hij dansers van de keizerlijke theaters niet meer tijdelijk zou inhuren; hij zou hen een fulltime baan in een onafhankelijk gezelschap, de Ballets Russes, aanbieden met het hoofdkwartier in Europa. Nijinski zette zijn carrière in 1911 en 1912 voort met de balletten Petrushka, Le Spectre de la Rose, Narcisse en Le dieu bleu. Legendarisch was de gigantische sprong waarmee Nijinski aan het einde van de korte solo in Le Spectre de la Rose de coulissen in sprong. Petrushka Le Spectre de la Rose Choreograaf Diaghilev had erop aangedrongen dat Nijinski zijn eigen balletten zou choreograferen. Op 29 mei 1912 debuteerde Nijinski in de rol van Faune in de L Après-midi d un Faune; een ballet dat hij persoonlijk had gechoreografeerd. In deze rol zweefde hij als het ware over de dansvloer en maakte geen enkele echte sprong. Dit ballet werd met groot enthousiasme ontvangen; hoewel critici beweerden dat het eigenlijk geen dans meer was. Nijinski week af van de gebruikelijke vloeiende dansbewegingen en inspireerde zich op de figuren geschilderd op Grieks aardewerk. De hoekige en soms ook homoseksueel aandoende bewegingen die hij gebruikte, veroorzaakten bij de première van L'Après-midi d'un Faune een rel in het Théâtre des Champs-Elysées, waar men meende dat hij masturbeerde met de sjaal van de nimf. Nijinski continueerde zijn expressionistische benadering van de dans in Jeux en Le Sacre du Printemps. Beide balletten werden in 1913 opgevoerd in Parijs en beide uitgevoerd op muziek van Igor Stravinsky (Russisch componist, 1882-1971). In Jeux was de eerste opzet van Claude Debussy (1862-1918) volgens Nijinski een ballet voor drie homo's. Het uiteindelijke ballet werd geschreven rond één man en twee vrouwen en een tennisbal. Op een tennisveld raakt tijdens de schemering een tennisbal buiten de baan en het drietal gaat op zoek. De zoektocht mondt uit in een aantal spelletjes. Er is een dreigende amoureuze situatie, deze wordt echter verbroken door een onbekende die een tweede tennisbal in de scene werpt. De betovering is verbroken. 3

Le Sacre du Printemps laat de terugkomst van de lente zien na een ijstijdperk in Rusland en veroorzaakte vooral een muzikaal schandaal. De sterk ritmische muziek gaf de choreograaf Nijinski de mogelijkheid zich volledig af te keren van de elegante, soepele dansstijl. In gestileerde vruchtbaarheidsriten maakte hij toespelingen op het seksuele, vaak in krampachtige bewegingen, die vooruit schenen te wijzen naar zijn geestelijke gebrokenheid. Romola de Pulszky In augustus 1913 vertrok Nijinski naar Zuid-Amerika. Het was de eerste overzeese tournee van de Ballets Russes. Dhiaghilev was niet van de partij, omdat hij doodsbang was om te varen; maar waarschijnlijk ook omdat hij de laatste tijd veel ruzie had met Nijinski. Tijdens deze tocht ontmoette Nijinski de Hongaarse Romola de Pulszky (1894-1978). Zij was een jaar jonger en kwam uit voorname kringen. Zij had hem al meer dan een jaar constant gevolgd in de hoop dat hij haar bewondering voor en verlangen naar hem zou beantwoorden. Nijinski voelde zich vereerd dat iemand uit betere kringen geïnteresseerd in hem was. Waarom hij Romola zo snel vroeg met hem te trouwen is niet duidelijk. Ze spraken zelfs elkaars taal niet! Maar op 10 september 1913 werd het huwelijk in Buenos Aires voltrokken. Het huwelijk sloeg bij Diaghilev in als een bom en was reden om met Nijinski te breken. Ziekteverloop In 1914 tekende Nijinski een contract met Alfred Butt (1878-1962), een Londense theatermagnaat, dat hem in staat stelde om zijn eigen balletgezelschap samen te stellen en gedurende twee maanden in het Palace Theater te dansen. Het programma bestond uit Les Sylphides, Danse Oriëntale en Le Spectre de la Rose. Deze hectische periode van organiseren en repeteren met een nieuw ballet veroorzaakte op 15 maart een inzinking bij Nijinski. Hij had koorts en kon niet meer op zijn benen staan. Het medisch dossier uit die tijd stelde dat Nijinski leed aan neurasthenie met depressieve gemoedstoestanden, slapeloosheid, een nerveuze hartconditie en pijn in de borst. Zijn ziekte veroorzaakte dat zijn contract met Butt werd verbroken. Hij en de inmiddels zwangere Romola vertrokken in april naar een kuuroord in de buurt van Wenen. Kort daarop werd hij echter uitgenodigd om te dansen op een trouwreceptie van Kermit Roosevelt (1889-1943, zoon van president Theodore Roosevelt) in Madrid. Nijinski accepteerde en vertrok van daaruit naar Parijs om een voorstelling van de Ballets Russes bij te wonen. Hij kreeg een contract aangeboden voor drie jaar door Jacques Rouché (1862-1957), directeur van de Opéra. Maar Nijinski tekende niet; waarschijnlijk omdat zijn ziekte was verergerd. Hij keerde terug naar Oostenrijk. Nijinski maakte zich nu ook zorgen om zijn psychische gesteldheid. In juni 1914 was hij nog steeds in Wenen. Daar werden Nijinski en Romola ouders van een dochter, Kyra. 4

Na de geboorte reisden ze naar Budapest en verbleven ze bij de ouders van Romola. Door het uitbreken van de Wereldoorlog mochten de Nijinski s niet buiten Hongarije reizen. In 1915 begon Nijinski weer op te knappen. Hij begon weer meer te bewegen en te dansen. Hij deed beroemde ballerina s na en ontwierp een systeem van dansnotities. Ook ontstond daar het idee voor het ballet Till Eulenspiegel. In januari 1916 mocht hij Budapest verlaten en vertrok hij naar Wenen. De maand in Wenen liep hij over van creatieve energie. Hoorde het bij zijn ziektebeeld? Een manische periode na een depressie? In datzelfde jaar vertrok hij naar New York waar hij Diaghilev weer ontmoette. Hij maakte zijn Amerikaanse debuut op 12 april 1916 in de Metropolitan Opera. Hij danste Le Spectre, Narcisse en Schéhérazade en was succesvol. In New York ontmoette hij tal van beroemdheden. Tijdens zijn tour door Amerika had Nijinski in het dagelijks leven moeite om zich van zijn rollen los te maken. Zo vereenzelvigde hij zich in Till Eulenspiegel (1916) met de nar. De nar is de mens die zonder omwegen of geleerdheid de mensen onomwonden de waarheid vertelt. Hij houdt ze een spiegel voor terwijl hijzelf niets is, in wezen een gespleten persoonlijkheid, zoals Nijinski dat zelf ook was. Het was het laatste dat hij met Diaghilev zou doen. Eind 1917 vertrokken Nijinski en Romola weer naar Europa; naar Sankt Moritz in de Zwitserse Alpen. Daar hoorde hij dat zijn oudere broer Stanislav in een ziekenhuis aan zijn oorlogsverwondingen was overleden. Ook hoorde hij over de gruwelen van de oorlog. Hij probeerde zijn wanhoop te uiten door te tekenen en balletontwerpen te maken. Tijdens de winter van 1918-1919 werd zijn kunst steeds donkerder en meer abstract. Hij plande een ballet Dans voor leven tegen de dood. Omdat hij geen toneel had om op te dansen gebruikte hij de skipistes en bergen van Sankt Moritz. Zijn gedrag werd steeds meer onvoorspelbaar. Hij kreeg grote hoeveelheden kalmeringsmiddelen toegediend, die de depressies juist weer deden toenemen. Hij werd heel erg achterdochtig. Zijn laatste optreden was in de danszaal van Suvretta House, een elegant hotel aan de rand van het dorp Sankt Moritz op zondagmiddag 19 januari 1919. Hij was heel erg nerveus voor dit optreden. Tegen Romola zei hij: Vandaag is de dag van mijn huwelijk met god. Toen hij opkwam droeg hij een wit zijden pyjama-achtig kostuum met een zwarte rand en witte sandalen. Hij voelde zich zo gespannen dat hij nauwelijks kon bewegen. Hij pakte een stoel en ging tegenover het publiek zitten en staarde het aan. Romola schaamde zich en stelde hem voor iets bekends te dansen. Nijinski explodeerde en zei: Hoe durf je mij te storen! Ik ben geen machine. Ik zal dansen wanneer ik er zin in heb. Toen begon hij te bewegen op de muziek; elk akkoord begeleidde hij met een beweging. Daarop verlieten een aantal gasten de zaal. Hij begon toen op een blije, vrolijke manier te dansen. Daarop veranderde zijn stemming weer. Hij toonde zich berouwvol en heel verdrietig. Toen maakte hij met rollen stof een enorm kruis op het toneel. Met wijde open armen stond hij stijf aan de voorkant van het kruis, waardoor hij op een crucifix leek. Toen begon hij een preek over de verschrikkingen van de oorlog. Nu zal ik de oorlog dansen, de oorlog die jullie niet voorkomen hebben en dus ook verantwoordelijk voor zijn. Hij begon te bewegen, steeds sneller en sneller en sprong plotseling omhoog. Het was een van de spectaculaire sprongen waarvan hij wist dat deze het publiek zou prikkelen. Al naar gelang zijn bewegingen wilder heftiger en steeds minder samenhangend werden, werd het publiek bang. Tijdens de receptie na de voorstelling begon hij weer te preken en te dansen als een lichtekooi en zakte in elkaar op de grond. Einde carrière Na dit optreden zou Nijinski nooit meer dansen. De laatste eenendertig jaar van zijn leven werden beheerst door aanvallen van krankzinnigheid en van spanningen tussen hem en Romola. Van 1919 tot 1950 verbleef hij in verschillende psychiatrische klinieken in Zwitserland, Oostenrijk en Hongarije. Hij onderging behandelingen met shocktherapie, kreeg insuline-injecties en kalmeringsmiddelen. Diagnoses varieerden van schizofrenie, manisch depressieve psychose en catatonie (spanningswaanzin). In die periode verbleef hij soms ook weer bij Romola in Hongarije, Frankrijk en Engeland. Maar er waren ook jaren dat zij haar man niet zag. In 1920 werd Tamara geboren. Was zij het kind van Nijinski of van een ander waarmee Romola een relatie had? Het meisje groeide op in het huis van haar grootmoeder en werd later door haar geadopteerd. 5

Nijinski stierf op 8 april 1950 in een Londen s ziekenhuis, aan bloedvergiftiging veroorzaakt door zijn chronische nierontsteking. Nawoord Terugkijkend op het leven van Nijinki zijn het de korte periode van explosieve creativiteit en de langdurige ziekteperiode daarna die opvallen. Een half leven lang. Is er een verklaring te vinden waarom zijn roem maar van zo korte duur was en waarom hij zich terugtrok in zichzelf? In de eerste plaats vertoonde zijn oudere broer Stanislav verschijnselen van schizofrenie. Nijinski was al op jonge leeftijd bang dat hem hetzelfde zou overkomen. Bij schizofrenie kan erfelijkheid een rol spelen, maar ook belastende omstandigheden. En die waren er bij Nijinski genoeg. In zijn verhoudingen met mannen en vrouwen leek hij geen keuze te kunnen maken. Ook twijfelde hij over zijn identiteit. Hij was van Poolse afkomst maar voelde zich Rus. Romola was Hongaarse en bij het uitbreken van de oorlog bevond hij zich in Boedapest. Toen hij naar Rusland wilde terugkeren werd hem - als burger van een vijandige natie - huisarrest opgelegd. Zijn twijfel over zijn identiteit en over zijn verhoudingen met vrouwen en mannen zijn ook de onderwerpen van zijn eigen choreografieën. En ook in zijn dagboeken komen diezelfde twijfel over identiteit en seksualiteit uitvoerig aan de orde. Hoewel zijn carrière heel kortstondig was leeft Nijinski nog steeds voort. Zijn balletten zijn wereldberoemd geworden en worden nog steeds opgevoerd. Daarmee zal er nooit een einde komen aan het leven van de God van de dans. Bronnen Peter Oswald, Vaslav Nijinski, A Leap into Madness, Robson Books, London, 1991 Joan Acocella, The Diary Of Vaslav Nijinski, University of Illinois press, Illinois, 2006 Arthur Japin, Vaslav, De Arbeiderspers, Amsterdam-Antwerpen, 2010 Vaslav Nijinski, Dagboek, De Arbeiderspers, Amsterdam-Antwerpen, 2011 Sjeng Scheijen, Sergei Diaghilev, Een leven voor de kunst, Bert Bakker, Amsterdam, 2011 Orlando Figes, Natasja s Dans, Een culturele geschiedenis van Rusland, Het Spectrum, Utrecht 2003 Graf van Nijinki op het Cimetière de Montmartre, Parijs 6