v.10/ Thermische beveiliging. Alle electrische batterijen zijn voorzien van een dubbele thermische beveiliging :

Transcriptie

1 1. Beschrijving In al onze kasten kunnen wij volledig voorbekabelde electrische verwarmings-batterijen voorzien en geregeld om een constante toevoor T zorgen. Het geheel is op glijders gemonteerd dus gemakkelijk toegankelijk.de weerstanden bestaan uit buisvormige elementen uit zacht staal met een van 8mm, en blaadjes van 25x50mm uit hetzelfde materiaal, gesoldeerd met koper (voor een grotere stevigheid, zie detail van het schema). De weerstanden zijn van de serie 30 (3.000 W/m), speciaal voorzien voor luchttechnische toepassingen. 2. Principes van de kablering Elke batterij wordt volledig gekableerd met stasische aflossing en regelgeving. De kabels worden naar een centrale aansluitklem geleid dat herneemt elke fase L1 L2 L3 N evenals 2 klemmen voor de 2 thermische beveiligingen (en/of FAN ON als ventilatoren TAC) en vermeldt de voorziene voedingsspanning (3x400V of 1x230V). Een compleet electrisch schema kan op aanvraag worden geleverd. 3. Thermische beveiliging. Alle electrische batterijen zijn voorzien van een dubbele thermische beveiliging : 1. Beveiliging met automatische heropstarting, inwerkingstelling bij 75 C. 2. Beveiliging met manuele heropstarting, inwerkingstelling bij 115 C. Deze beveiligingen worden in serie op de sturing circuit geschakeld zodat de voeding wordt afgesloten bij overhitting van het toestel. Het beveiligingssysteem werkt in 2 tijden : 1) De TB met automatische heropstarting slaat aan (75 ) : De electrische batterij zal heropgestart wor den zodra zijn temperatuur opnieuw minder is dan 75. 2) De TB met manuele heropstarting slaat aan (115 ) : Deze inwerkingstelling gebeurt na een ernstige oververhitting. De electrische batterij zal kunnen heropstarten nadat de temperatuur van beide beveiligingen opnieuw onder hun temperatuur van inwerkingstelling is gekomen. Om de manuele beveiliging opnieuw te starten, moet de rode knop op de beveiliging ingedrukt worden. Voor een goede werking, mag u in geen geval de positie van de sondes wijzigen. Het is noodzakelijk om bij ieder geval van oververhitting de installatie na te kijken. Gelieve de volgende parameters grondig na te kijken : 1. de goede werking van de ventilator, 2. de uitblaas-temperatuur, 3. de staat van de filters, 4. de warmteophoping in de groep. Wanneer de veiligheid in werking wordt gesteld wanneer het toestel gestopt is, wordt dit veroorzaakt door warmte-ophoping wegens een gebrek aan natuurlijke evacuatie. Er moet dan een tijdschakelaar worden geplaatst om een na-ventilatie te verzekeren. Als ventilator AC het system van post ventilatie is door de installateur te voorzien. Alle bijkomende aansluitingen moeten uitgevoerd worden volgens de in voege zijnde electrische normen en de plaatselijke wetgeving. DT KW NL 1 / 6

2 4. RKW regulatie (Behalve voor AIRA serie : zie RLGE) 4.1 Definitie De RKW regeling voor electrische verwarmingsbatterijen zal automatisch het vermogen van de batterij aanpassen om een constante pulsietemperatuur te behouden. Ze bestaat uit 4 delen: - Regeling met mini weergave (005269) : zie foto Statisch relais voor het moduleren van het verwarmingsvermogen (18kW = , 36kW=005275) (*) - Koeler voor het statische relais (005274) (*) - Temperatuurvoeler aan de pulsiezijde (005282) (*): zie foto 1 op 4.5 Het geheel wordt volledig gekableerd en getest in onze productie. 4.2 Aansluiting De bekabeling die door ons voorzien wordt: - De batterij sluiten we aan op de klemmen L1, L2, L3 en de aarding. - De voeding van het electrische batterij (klemmen L1, L2, L3 en aarding) verbinden we met de uitgang van het statische relais (klemmen T1, T2, T3). - De thermische beveiligingen (manueel en automatisch) zijn al op de electrische batterij gemonteerd en we bevestigen deze in serie op de 2 TH klemmen van het statische relais (zie principeschema op 4.5). - De temperatuurvoeler sluiten we aan op de klemmen 10 en 12 van de regeling (zie principeschema in 4.5.). De bekabeling die ter plaatse bij de installatie dient te gebeuren: - De klemmen L1, L2, L3, N voeden met 3 x 400V + N (+ aarding) - (zie principeschema op 4.5). - De temperatuurvoeler moet in de uitblaaskanalen worden bevestigd (montage toebehoor bijgeleverd zie foto 3 op 4.5) - De thermostaat (in functie van de gebruikte regeling), het relais FAN ON op de SAT3 (enkel voor TAC ventilatoren, als AC ventilator dan moet een externe fan on contact voorzien worden) en spanningsvrij contact verbonden aan de opening/dichting van de bypass (REC serie) moeten in serie worden geschakeld op de 2 klemmen FAN ON (zie principeschema op 4.5). OPGELET: het niet naleven van deze schema's kan brand veroorzaken In werking stellen Het opstarten van de RKW dient als volgt te gebeuren: Zet het statische relais onder spanning. Om overhitting te voorkomen: - Bij TAC ventilatoren: in de advanced setup van de controlebox (zie documentatie op moet de functie post-ventilatie geactiveerd worden (in het algemeen volstaan 90 seconden). - Bij AC ventilatoren: voorzie een post-ventilatiesysteem. Laat de ventilatoren aan hun nominale waarde draaien (debiet of druk volgens de gekozen werkmode). Stel de temperatuurwaarde in die door de regeling constant moet worden gehouden: DT KW NL 2 / 6

3 - Druk op de P toets van de regeling totdat SP1 op het scherm verschijnt - Verander de temperatuurwaarde met behulp van de en toetsten - Als de gewenste temperatuur is bereikt drukt u op P om uw keuze te valideren en terug te gaan naar de gemeten temperatuurweergave Initieer de PID parameters van de regeling: Dit is nodig om te zorgen dat de RKW een correct dynamisch gedrag kan vertonen. - Druk op U totdat Tune op het scherm verschijnt - Sluit het toegangspaneel van de kast - Het LED bovenaan links zal beginnen knipperen. Wacht tot het LED uitgedoofd is (ongeveer 90 sec) vooraleer u eventueel op een andere knop drukt. De PID parameters zijn nu ingesteld. De regulatie start het vermogen van de batterij te moduleren om zo een constante pulsietemperatuur te kunnen garanderen (in functie van de door u opgegeven temperatuurwaarde). Het initiëren van de pulsie T kan op ieder moment opnieuw gedaan worden. LED knippert gedurende de initiëring van de PID parameters GemetenT Knop om het instellen van de PID parameters te activeren Het verhogen van de waarde (nadat u op P heeft Het verlagen van de waarde (nadat u op P heeft Toets om het instellen van de temperatuurwaarde te beginnen Geeft aan of de gemeten T lager, gelijk of hoger is dan de gevraagde T LED dat aangeeft dat de uitgang van de regeling ingeschakeld is en dat de weerstanden verwarmen (cyclus ON/OFF). Hiervoor moet - De gemeten T lager zijn dan de i ngestelde waarde - EN mogen de thermische beveiligingen niet afgaan - EN moeten de ventilatoren draaien (contact FAN ON op de SAT3 is gesloten bij TAC ventilatoren, bij AC - EN de bypass moet gesloten zijn (bij REC eenheden) 4.4. Instelling van de pulsie temperatuurwaarde - Druk op de P toets van de regeling totdat SP1 op het scherm verschijnt - Verander de temperatuurwaarde met behulp van de en toetsten - Als de gewenste temperatuur is bereikt drukt u op P om uw keuze te valideren en terug te gaan naar de gemeten temperatuurweergave 4.5. Foto s en principe schema Foto 1 DT KW NL 3 / 6

4 Foto 2 Foto 3 Principe schema = te doen door installateur - = fabrieksbekabeling DT KW NL 4 / 6

5 5. Tabel van de standaard electrische batterijen CID Toepassing KW Voltage KW/R Trappen I tot Série AIRA AIRAc E10 (*) 9 3x400V 3 5/ AIRAc E15 (*) 12 3x400V 2 6/ AIRAc E20 (*) 18 3x400V 3 9/ AIRAc E25 (*) 24 3x400V 2 12/ AIRAi E10 (*) 18 3x400V 3 9/ AIRAi E15 (*) 27 3x400V 1,5/3 13,5/ AIRAi E20 (*) 36 3x400V 2 18/ AIRAp E10 / AIRA LUGO E 1m (*) 6 3x400V 3 3/ AIRAp E15 / AIRA LUGO E 1,5m (*) 9 3x400V 3 5,2/9 13 Série COMPO COMPO U1-U2 6 3x400V COMPO U1-U2 15 3x400V COMPO U3 18 3x400V 1, COMPO U3 27 3x400V 1, COMPO U4 18 3x400V COMPO U4 36 3x400V COMPO M3-M4 18 3x400V COMPO M3-M4 36 3x400V COMPO M6-M8 18 3x400V COMPO M6-M8 36 3x400V COMPO P1 12 3x400V COMPO P2 18 3x400V Série REC HR global HRg 800 (KWin) 3 3x400V HRg 800 (KWout) 3 3x400V HRg 1200 (KWin) 6 3x400V HRg 1200 (KWout) 4,5 3x400V 1,5 4, HRg 2000 (KWin) 6 3x400V HRg 2000 (KWout) 6 3x400V HRg 3000 (KWin) 9 3x400V HRg 3000 (KWout) 9 3x400V HRg 4000 (KWin) 12 3x400V HRg 4000 (KWout) 12 3x400V HRg (KWin) 18 3x400V HRg (KWout) 18 3x400V Série REC HR up HRup 800 (KWin) 3 3x400V HRup 800 (KWout) 3 3x400V HRup 1200 (KWin) 6 3x400V HRup 1200 (KWout) 4,5 3x400V 1,5 4, HRup 2000 (KWin) 6 3x400V HRup 2000 (KWout) 6 3x400V Série REC X REC X x400V REC X x400V REC X1-06a REC X1-06b 18 3x400V REC X2-06a 18 3x400V REC X2-06b 36 3x400V REC X Compact 4 1x230V (*) We hebben een complete regeling systeem ontwikkeld. Deze is in standard in alle electrische luchtgordijnen ingebouwd. DT KW NL 5 / 6

6 Voor meer details kan u op onze site de documentatie met de plannen van de batterijen raadplegen. DT KW NL 6 / 6