Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wet algemene bepalingen omgevingsrecht"

Transcriptie

1 ECLI:NL:RVS:2017:730 Instantie Raad van State Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie /1/A1 Bestuursrecht Tussenuitspraak bestuurlijke lus Bij besluit van 18 juli 2014 heeft het college aan [appellant sub 2] een omgevingsvergunning verleend voor een melkrundveehouderij aan de [locatie 1] te Kats. Wetsverwijzingen Vindplaatsen Algemene wet bestuursrecht Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Rechtspraak.nl JOM 2017/332 AR 2017/1455 Uitspraak /1/A1. Datum uitspraak: 22 maart 2017 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Tussenuitspraak met toepassing van artikel 8:51d van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op de hoger beroepen van: 1. [appellant sub 1], wonend te Kats, gemeente Noord-Beveland, 2. [appellant sub 2], wonend te Kats, gemeente Noord-Beveland, tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 29 januari 2016 in zaak nr. 14/5376 in het geding tussen: [appellant sub 1], en het college van burgemeester en wethouders van Noord-Beveland. Procesverloop Bij besluit van 18 juli 2014 heeft het college aan [appellant sub 2] een omgevingsvergunning verleend

2 voor een melkrundveehouderij aan de [locatie 1] te Kats. Bij uitspraak van 29 januari 2016 heeft de rechtbank het door [appellant sub 1] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, het besluit gedeeltelijk vernietigd en zelf voorziend een voorschrift toegevoegd en een voorschrift gewijzigd. Deze uitspraak is aangehecht. Tegen deze uitspraak heeft [appellant sub 1] hoger beroep ingesteld. Het college heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven. [appellant sub 2] heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven en voorwaardelijk incidenteel hoger beroep ingesteld. [appellant sub 1] heeft een zienswijze over het incidenteel hoger beroep naar voren gebracht. [appellant sub 1] en [appellant sub 2] hebben nadere stukken ingediend. De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 24 oktober 2016, waar [appellant sub 1], bijgestaan door ir. A.K.M. van Hoof, rechtsbijstandverlener te Wageningen, [appellant sub 2], bijgestaan door mr. L. Boer, rechtsbijstandverlener te Assen, en het college, vertegenwoordigd door ing. W. Kouwer, R.D. de Jongh, B. Maring en R. Loos, zijn verschenen. Overwegingen Inleiding 1. De bij besluit van 18 juli 2014 aan [appellant sub 2] verleende omgevingsvergunning heeft betrekking op een bestaande melkrundveehouderij. Vergund is een toename van het aantal dieren en het uitbreiden van de bestaande stal B met 106 dierplaatsen. [appellant sub 1] woont aan de [locatie 2] te Kats, op een afstand van ongeveer 240 m van de veehouderij. 2. Ingevolge het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Landelijk gebied 2013" rust op het perceel [locatie 1] te Kats de bestemming "Agrarisch" en de dubbelbestemming "Waarde-Archeologie-2". 3. Ingevolge artikel 8:51d van de Awb kan de Afdeling het bestuursorgaan opdragen een gebrek in het bestreden besluit te herstellen of te laten herstellen. Hoger beroep [appellant sub 1] 4. [appellant sub 1] heeft ter zitting de beroepsgrond over archeologische waarden ingetrokken. 5. [appellant sub 1] voert aan dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat voldoende duidelijk is dat de verleende vergunning betrekking heeft op zowel artikel 2.1, eerste lid, onder a als onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo). Het besluit is volgens hem dermate onduidelijk dat het in strijd is met de rechtszekerheid De rechtbank heeft overwogen dat er geen misverstand over kan bestaan dat het college bij het bestreden besluit een omgevingsvergunning heeft verleend voor zowel de activiteit "bouwen van een bouwwerk" als voor de activiteit "veranderen of veranderen van de werking van een inrichting" en dat op het voorblad abusievelijk artikel 2.1, eerste lid, sub 3, van de Wabo is vermeld in plaats van artikel 2.1, eerste lid, sub 2. Een revisievergunning voor de inrichting is niet vereist, niet aangevraagd en ook niet verleend, aldus de rechtbank.

3 5.2. Artikel 2.1, eerste lid, van de Wabo bepaalt: "Het is verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit: a. het bouwen van een bouwwerk, [ ], e. 1 het oprichten, 2 het veranderen of veranderen van de werking of 3 het in werking hebben van een inrichting of mijnbouwwerk, [ ]." 5.3. Het op het voorblad van het besluit van 18 juli 2014 vermelde onderwerp bevat een kennelijke verschrijving. Uit het besluit, in het bijzonder uit de daarin opgenomen projectbeschrijving, blijkt dat de verleende vergunning betrekking heeft op de activiteiten bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a en onder e, onderdeel 2, van de Wabo. De door [appellant sub 1] gestelde gebreken in de kennisgeving van het ontwerpbesluit en de mededeling van het besluit, wat daarvan zij, kunnen niet afdoen aan de inhoud en de strekking van het besluit. Ook de omstandigheid dat in de motivering van het besluit niet is ingegaan op ingebrachte zienswijzen over de activiteit bouwen, betekent niet dat voor die activiteit geen vergunning is verleend Het betoog faalt. 6. [appellant sub 2] stelt zich op het standpunt dat [appellant sub 1] geen belanghebbende is bij vergunningverlening voor de activiteit bouwen, omdat hij op grote afstand woont en geen zicht heeft op het bouwwerk. Volgens hem bestaat geen onlosmakelijke samenhang tussen het vergroten van de stal en het veranderen van de inrichting. Het beroep van [appellant sub 1] had daarom in zoverre niet-ontvankelijk moeten worden verklaard Artikel 2.7, eerste lid, van de Wabo bepaalt: "Onverminderd het bepaalde in de artikelen 2.10, tweede lid, en 2.11, tweede lid, draagt de aanvrager van een omgevingsvergunning er zorg voor dat de aanvraag betrekking heeft op alle onlosmakelijke activiteiten binnen het betrokken project. [ ]." 6.2. Zoals de rechtbank terecht heeft overwogen, ligt het volgens vaste jurisprudentie van de Afdeling in de rede om, indien een omgevingsvergunning meer dan één toestemming als bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wabo bevat, per toestemming te bepalen of degene die een rechtsmiddel heeft aangewend belanghebbende is. Deze regel lijdt uitzondering voor zover de betrokken vergunning ziet op een activiteit als bedoeld in artikel 2.7, eerste lid, die behoort tot verschillende categorieën activiteiten als bedoeld in de artikelen 2.1 en De gevraagde en vergunde uitbreiding van de rundveestal betreft een activiteit die behoort tot verschillende categorieën activiteiten, te weten het bouwen van een bouwwerk en het veranderen van een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a en e, van de Wabo. De bouw en de verandering van de inrichting kunnen niet los van elkaar worden gezien. De hiervoor vermelde uitzondering is derhalve van toepassing.

4 Nu aannemelijk is dat [appellant sub 1] bij zijn woning gevolgen van enige betekenis kan ondervinden van het in werking zijn van de inrichting, na de verandering, is hij belanghebbende bij het besluit tot vergunningverlening. Voor het oordeel dat zijn beroep, voor zover gericht tegen het onderdeel "bouwen", niet-ontvankelijk is, bestaat geen grond. 7. [appellant sub 1] voert aan dat de rechtbank ten onrechte niet is ingegaan op zijn betoog dat de kennisgeving van het ontwerpbesluit niet aan de eisen voldoet, omdat daaruit niet blijkt dat het eveneens betrekking heeft op vergunningverlening voor de activiteit bouwen. Dit geldt volgens hem ook voor de mededeling van het besluit tot vergunningverlening. Hierdoor kunnen belangen zijn geschaad, die de rechtbank niet mocht passeren, aldus [appellant sub 1] Artikel 3:12, eerste lid, van de Awb bepaalt: "Voorafgaand aan de terinzagelegging geeft het bestuursorgaan in een of meer dag-, nieuws-, of huis-aan-huisbladen of op een andere geschikte wijze kennis van het ontwerp. Volstaan kan worden met het vermelden van de zakelijke inhoud." Artikel 3:43, eerste lid, bepaalt: "Tegelijkertijd met of zo spoedig mogelijk na de bekendmaking wordt van het besluit mededeling gedaan aan degenen die bij de voorbereiding ervan hun zienswijze naar voren hebben gebracht. [ ]" Artikel 3:44, eerste lid, bepaalt: "Indien bij de voorbereiding van het besluit toepassing is gegeven aan afdeling 3.4, geschiedt de mededeling, bedoeld in artikel 3:43, eerste lid: a. met overeenkomstige toepassing van de artikelen 3:11 en 3:12, eerste of tweede lid, en derde lid, onderdeel a, met dien verstande dat de stukken ter inzage liggen totdat de beroepstermijn is verstreken, en b. [ ]." 7.2. In de kennisgeving van het ontwerp is vermeld dat het college voornemens is voor de locatie [locatie 1] te Kats vergunning te verlenen voor het uitbreiden van een stal (B) en het uitbreiden van het aantal dieren met in totaal 106 dierplaatsen. Deze beschrijving van de activiteiten voldoet aan de eisen van artikel 3:12, eerste lid, van de Awb. Het uitbreiden van een bouwwerk, in dit geval een stal, duidt zonder twijfel op bouwactiviteiten. Hoewel [appellant sub 1] terecht heeft aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte niet is ingegaan op zijn betoog over de kennisgeving, leidt dit betoog daarom niet tot het door hem beoogde doel. De mededeling voldoet in dit opzicht eveneens aan de gestelde eisen. Een onjuiste mededeling zou overigens ook geen grond voor vernietiging van het besluit tot vergunningverlening kunnen zijn, aangezien een dergelijke onregelmatigheid van na het nemen van dat besluit de rechtmatigheid daarvan niet kan aantasten Het betoog faalt. 8. [appellant sub 1] voert voorts aan dat de rechtbank ten onrechte is voorbijgegaan aan zijn betoog dat het bestreden besluit in strijd met artikel 3:46 van de Awb niet berust op een deugdelijke motivering, omdat daarin niet is ingegaan op hetgeen hij in zijn zienswijze over de activiteit bouwen naar voren heeft gebracht. Hoewel terecht voorgedragen, leidt ook dit betoog niet tot het door [appellant sub 1] beoogde doel.

5 In verweer bij de rechtbank is het college alsnog inhoudelijk op de zienswijze over de activiteit bouwen ingegaan en [appellant sub 1] heeft daarop kunnen reageren. In de aangevallen uitspraak is voorts inhoudelijk ingegaan op het betoog van [appellant sub 1] over deze activiteit. [appellant sub 1] is door de schending van artikel 3:46 niet benadeeld. 9. [appellant sub 1] bestrijdt het oordeel van de rechtbank dat de veehouderij als een grondgebonden agrarisch bedrijf in de zin van het bestemmingsplan is aan te merken. Anders dan de rechtbank overweegt, is volgens [appellant sub 1] ingevolge het bestemmingsplan daarvoor niet voldoende dat het voer voor de veestapel in overwegende mate afkomstig is van de grond van het bedrijf. Indien dat wel zo zou zijn, is volgens [appellant sub 1] evenmin sprake van grondgebondenheid omdat het bedrijf slechts beschikt over 57% van de grond die nodig is om het voer voor de veestapel volledig te produceren Artikel 2.10, eerste lid, van de Wabo bepaalt: "Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, wordt de omgevingsvergunning geweigerd indien: [ ] c. de activiteit in strijd is met het bestemmingsplan, [ ]." 9.2. Artikel van de planregels bepaalt: "De voor Agrarisch aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. de bedrijfsvoering van grondgebonden agrarische bedrijven; [ ]." Artikel 1, aanhef en onder 54, bepaalt: "In deze regels wordt verstaan onder grondgebonden agrarisch bedrijf: [ ] b. grondgebonden veehouderij: een agrarisch bedrijf dat is gericht op het houden van dieren en dat voor de bedrijfsvoering afhankelijk is van het producerend vermogen van de grond die tot dat bedrijf behoort; [ ]." 9.3. De rechtbank heeft overwogen dat de stelling van [appellant sub 1], dat ten minste 100 ha eigen grond nodig is om voldoende voer voor de veestapel te kunnen produceren, miskent dat afhankelijkheid van het producerend vermogen van de grond niet inhoudt dat vergunninghouder (nagenoeg) al het voer voor zijn veestapel zelf dient te produceren. Voor het aannemen van afhankelijkheid als bedoeld in artikel 1, onder 54, onderdeel b, van de planregels is het volgens de rechtbank voldoende als het voer voor de veestapel in overwegende mate afkomstig is van de grond die tot het bedrijf behoort. Daarvan is in dit geval sprake, aldus de rechtbank In de planregels is niet bepaald wat onder "afhankelijk" in de zin van artikel 1, aanhef en onder 54, onderdeel b, moet worden verstaan. De toelichting op het bestemmingsplan gaat niet op dit begrip in. De Afdeling is van oordeel dat een redelijke uitleg van artikel 1, onder 54, onderdeel b, van de planregels met zich brengt dat afhankelijkheid niet betekent dat al het voer voor de veestapel afkomstig is van de grond die tot het bedrijf behoort. Ter zitting heeft het college gesteld dat het als

6 richtlijn voor grondgebondenheid aanhoudt dat ten minste 75% van het benodigde voer van de bij de veehouderij behorende gronden komt. De Afdeling ziet geen aanleiding voor het oordeel dat het college hier niet van zou mogen uitgaan De vergunningaanvraag bevat geen gegevens over de bij het bedrijf behorende gronden en het voor de veestapel, na de uitbreiding, benodigde ruwvoer. Over de grondgebondenheid van het bedrijf is voorts geen advies van de Agrarische Adviescommissie Zeeland gevraagd. Het college stelt zich blijkens de schriftelijke uiteenzetting op het standpunt dat [appellant sub 2] een grondgebonden veehouderij exploiteert, omdat hij 57 ha eigen grond heeft waarop hij nagenoeg al het voer, zoals gras en mais, voor zijn veestapel produceert. Volgens [appellant sub 2] blijkt uit door hem overgelegde berekeningen dat het veevoer voor ten minste 80% afkomstig is van gronden die tot het bedrijf horen. Het college en [appellant sub 2] gaan hierbij uit van de bestaande situatie. Niet in geschil is dat dit percentage na realisering van de voorziene uitbreiding van rundveestal B tussen 50% en 60% ligt. Het college heeft niet onderzocht of [appellant sub 2] na deze uitbreiding over voldoende gronden kan beschikken om aan het vereiste van grondgebondenheid te voldoen. Nu het dit heeft nagelaten, is het besluit van 18 juli 2014 in zoverre in strijd met artikel 3:2 van de Awb niet zorgvuldig voorbereid. De rechtbank heeft dit niet onderkend Het betoog slaagt 10. [appellant sub 1] voert aan dat de rechtbank heeft miskend dat het bij de vergunning behorende beplantingsplan niet voldoet aan de in artikel 3.2.1, sub j, van de planregels gestelde eisen, omdat de schets van landschappelijke inpassing niet voldoet aan de soortenlijst in bijlage 8 van de planregels Artikel 3.2.1, aanhef en onder j, van de planregels bepaalt: "Bedrijfsgebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels: bedrijfsgebouwen groter dan 250 m2 mogen uitsluitend worden gebouwd indien wordt zorggedragen voor een goede landschappelijke inpassing door het aanbrengen van een bomenrij van de eerste of tweede grootte met een plantafstand van maximaal 12 meter (voor zover niet aanwezig), overeenkomstig de soortenlijst in bijlage 8." De rechtbank heeft overwogen dat de in bijlage 8 opgenomen lijst met bomen eindigt met de opmerking dat hij niet limitatief is. Voorts is overwogen dat op het bij de vergunning behorende beplantingsplan bomen zijn vermeld die niet op die lijst staan, maar dat gesteld noch gebleken is dat dit bomen betreft die niet geschikt zijn voor singels en windschermen In het beplantingsplan staan twee boomsoorten die ook in de lijst van bijlage 8 staan. Aangezien de bomenlijst niet limitatief is, mogen ook andere boomsoorten worden gekozen, mits deze tot de eerste of tweede grootte behoren. [appellant sub 1] betoogt niet dat het beplantingsplan voorziet in kleinere bomen. Dat de soortenlijst in dit verband weinig of geen betekenis heeft, omdat van de elf boomsoorten in het beplantingsplan slechts twee op de lijst staan, betekent niet dat de vergunning in zoverre in strijd met het bestemmingsplan is Het betoog faalt. 11. [appellant sub 1] voert voorts aan dat niet valt in te zien waarom het college geen voorschrift aan de vergunning zou kunnen verbinden, inhoudende dat de beoogde beplanting in stand moet worden gehouden overeenkomstig het bij de vergunning behorende beplantingsplan Artikel 2.22, tweede lid, van de Wabo bepaalt: "Aan een omgevingsvergunning worden de voorschriften verbonden, die nodig zijn met het oog op het belang dat voor de betrokken activiteit is aangegeven in het bepaalde bij of krachtens de artikelen

7 2.10 tot en met [ ]. " In voorschrift B van de vergunning is bepaald dat het bijbehorende beplantingsplan binnen 6 maanden na in gebruik nemen van het gebouw moet worden uitgevoerd Het uitvoeren van het beplantingsplan, zoals is voorgeschreven, impliceert dat de daarin opgenomen beplanting ook in stand wordt gehouden. Een voorschrift als door [appellant sub 1] voorgesteld is daarom niet nodig. De rechtbank heeft terecht geen aanleiding gezien voor het oordeel dat het college een dergelijk voorschrift aan de omgevingsvergunning had moeten verbinden Het betoog faalt. 12. [appellant sub 1] betoogt dat de rechtbank het verweerschrift van het college en het rapport "Akoestisch onderzoek voor de inrichting gelegen aan [locatie 1] te Kats" van G&O Consult van 31 maart 2015 (hierna: het geluidrapport) ten onrechte bij haar oordeel heeft betrokken, omdat deze stukken te laat zijn ingediend Artikel 8:58, eerste lid, van de Awb bepaalt: "Tot tien dagen voor de zitting kunnen partijen nadere stukken indienen." Deze bepaling beoogt, blijkens de daarop gegeven toelichting, een behoorlijk verloop van de procedure te waarborgen. De bepaling staat er niet aan in de weg dat de rechter stukken die binnen tien dagen voor de zitting of eerst ter zitting worden overgelegd toch in de procedure betrekt, als daardoor de goede procesorde niet wordt geschaad De rechtbank heeft de zaak op 22 mei 2015 ter zitting behandeld. Het verweerschrift en het geluidrapport zijn bij de rechtbank op 12 mei 2015 ingekomen, derhalve niet binnen de daarvoor gestelde termijn. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting geschorst om [appellant sub 1] de gelegenheid te bieden schriftelijk op deze stukken te reageren, van welke gelegenheid [appellant sub 1] gebruik heeft gemaakt. Partijen hebben de rechtbank toestemming gegeven om zonder nadere zitting uitspraak te doen, waarna de rechtbank het onderzoek op 17 november 2015 heeft gesloten. Onder deze omstandigheden bestaat geen grond voor het oordeel dat de rechtbank de stukken wegens strijd met de goede procesorde buiten beschouwing had moeten laten Het betoog faalt. 13. [appellant sub 1] voert aan dat in beroep terecht is aangevoerd dat niet op de aanvraag mocht worden beslist zonder een geluidrapport te eisen. Dit had volgens hem moeten leiden tot vernietiging van het gehele bestreden besluit en niet slechts tot een gedeeltelijke vernietiging De omgevingsvergunning is verleend voor het veranderen van de inrichting of de werking van de inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder e, sub 2, van de Wabo. Het besluit tot vergunningverlening bevat geen geluidvoorschriften, zodat de inrichting na de verandering aan de geluidvoorschriften van de onderliggende vergunning van 30 juni 2009 zal moeten voldoen. Uit het besluit van 18 juli 2014 blijkt dat het college tot de conclusie is gekomen dat aan die geluidvoorschriften kan worden voldaan. Het naderhand opgestelde geluidrapport bevestigt die conclusie voor zover deze de representatieve geluidssituatie betreft. Bij het inkuilen gedurende de nachtperiode, een incidentele bedrijfssituatie, wordt volgens het geluidrapport echter de gestelde grenswaarde voor het maximale geluidniveau overschreden op drie referentiepunten. De streefwaarde van 60 db(a) op de gevels van de omliggende woningen wordt tijdens die activiteit niet overschreden. Aangezien het inkuilen gedurende de nachtperiode slechts zeven keer per jaar zal plaatsvinden en de streefwaarde voor het maximale geluidniveau op de gevel van omliggende woningen niet wordt overschreden, heeft de rechtbank in dit betoog van [appellant sub 1] geen aanleiding hoeven zien

8 voor vernietiging van het gehele besluit tot vergunningverlening. Er was geen reden te veronderstellen dat niet alsnog toereikende en naleefbare grenswaarden voor het maximale geluidniveau in de incidentele bedrijfssituatie zouden kunnen worden vastgesteld Het betoog faalt. 14. [appellant sub 1] voert aan dat de rechtbank er ten onrechte aan voorbij is gegaan dat in de door G&O Consult gemaakte aanvullende berekening geen rekening is gehouden met het laden van vee aan de achterzijde van stal B in een incidentele bedrijfssituatie. Hierdoor is niet uitgesloten dat geluidnormen zullen worden overtreden, aldus [appellant sub 1] De rechtbank heeft overwogen dat uit het aanvullende onderzoek van G&O Consult blijkt dat het laden van rundvee aan de achterzijde van stal B niet noopt tot aanscherping van de voorschriften In de aanvullende berekening van G&O Consult, aan de rechtbank overgelegd bij brief van 7 september 2015, is het laden van vee aan de achterzijde van de stal alsnog meegenomen. Uit de berekening volgt dat in de representatieve bedrijfssituatie ook dan aan de geluidvoorschriften van de vergunning van 30 juni 2009 kan worden voldaan. Zoals [appellant sub 1] stelt, ziet de berekening niet op de incidentele bedrijfssituatie. Volgens het college heeft het laden van vee geen gevolgen voor het geluidniveau in de incidentele bedrijfssituatie, omdat deze activiteit om bedrijfsorganisatorische redenen nooit samenvalt met een van de incidentele bedrijfssituaties. Uit de aanvraag en het geluidrapport blijkt dat één keer per week kalveren worden verladen en één keer per maand koeien. Het verladen van kalveren vindt in de dagperiode plaats, het verladen van koeien in de dag- of nachtperiode. Deze activiteiten hoeven niet samen te vallen met het inkuilen van ruwvoer en het afvoeren van mest in de incidentele bedrijfssituatie. [appellant sub 2] heeft ter zitting ook bevestigd dat de activiteiten, zoals het college heeft gesteld, niet gelijktijdig plaatsvinden. De Afdeling ziet daarom in het betoog van [appellant sub 1] geen aanleiding voor het oordeel dat de naleefbaarheid van de geluidgrenswaarden in de incidentele bedrijfssituatie in het geding is Het betoog faalt. 15. [appellant sub 1] betoogt voorts dat de rechtbank op onjuiste wijze zelf in de zaak heeft voorzien door voorschrift aan de onderliggende vergunning van 30 juni 2009 te verbinden. Volgens hem treedt de rechtbank met deze voorziening buiten de omvang van het geding, aangezien het voorschrift niet aan de bestreden vergunning is verbonden De rechtbank heeft bepaald dat aan de onderliggende vergunning het volgende voorschrift wordt toegevoegd: "3.1.5 In afwijking van het gestelde in voorschrift zijn de maximale geluidsniveaus (LAmax), [ ] veroorzaakt door het maximaal 7 keer per jaar inkuilen, in de periode van 23:00 uur tot 07:00 uur niet hoger dan: - 61 db(a) op referentiepunt 1; - 63 db(a) op de referentiepunten 3 en 4." Zoals is overwogen in de uitspraak van 14 januari 2015, ECLI:NL:RVS:2015:65, kan het bij verlening van een vergunning voor het veranderen van een inrichting nodig zijn om voorschriften te stellen die voor de gehele inrichting gelden. Het bevoegde gezag kan daartoe, in combinatie met de verlening van de veranderingsvergunning, voorschriften van de onderliggende vergunning met toepassing van artikel 2.31, tweede lid, aanhef en onder b, van de Wabo wijzigen. Indien het in strijd

9 met een zorgvuldige voorbereiding van het besluit nalaat de voorschriften te wijzigen en de bestuursrechter dat besluit in zoverre vernietigt, treedt de bestuursrechter niet buiten de omvang van het geding door zelf voorziend voorschriften van de onderliggende vergunning te wijzigen. Gelet echter op hetgeen hierboven onder 9.5 is overwogen, zal de Afdeling het besluit van 18 juli 2014 in de einduitspraak geheel vernietigen. Hierdoor komt aan het door de rechtbank vastgestelde voorschrift geen betekenis meer toe Het betoog faalt. 16. [appellant sub 1] betoogt dat voorschrift van de onderliggende vergunning, zoals door de rechtbank gewijzigd, niet nodig is en onvoldoende bescherming biedt. Het voorschrift had volgens [appellant sub 1] zelf voorziend ingetrokken moeten worden. Hij betoogt voorts dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat geen aanleiding bestaat om voorschrift van de bij besluit van 30 juni 2009 verleende vergunning aan te passen In voorschrift van de onderliggende vergunning zijn grenswaarden voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau gesteld. In voorschrift van die vergunning waren voor ten hoogste 12 dagen per kalenderjaar, tijdens de oogstperiode (inkuilen) en bij het afvoeren van mest, in afwijking van voorschrift hogere grenswaarden voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau gesteld. De rechtbank heeft voorschrift zelf voorziend beperkt tot ten hoogste 5 dagen per kalenderjaar bij het afvoeren van mest. De bij het besluit van 18 juli 2014 vergunde verandering noopt niet tot de door [appellant sub 1] bepleite wijzigingen van de voorschriften, aangezien deze een beperking en niet een verruiming van de geluidruimte inhouden. Nu het besluit voorts geen betrekking heeft op deze voorschriften en het besluit van 30 juni 2009 geen onderwerp van het geding is, kon de rechtbank de voorschriften niet zelf voorziend aanscherpen of intrekken Het betoog faalt. 17. [appellant sub 1] betoogt dat de aangevallen uitspraak niet met de vereiste zorgvuldigheid tot stand is gekomen, omdat delen van de overwegingen over trillingen ontbreken. Volgens [appellant sub 1] is de wel opgenomen overweging niet draagkrachtig In de uitspraak van de rechtbank zijn de rechtsoverwegingen over indirecte trillinghinder niet juist genummerd en in die overwegingen is het woord "Dienaangaande" weggevallen. De rechtbank heeft overwogen dat het college zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de door [appellant sub 1] ondervonden trillinghinder niet noopt tot het stellen van een daarop gericht voorschrift. Daargelaten dat [appellant sub 1] de door hem gestelde schade aan zijn woning niet heeft onderbouwd, acht de rechtbank de toename van de trillinghinder ten gevolge van de uitbreiding van de inrichting dermate gering dat niet aannemelijk is dat eventuele schade aan de woning van [appellant sub 1] kan worden toegerekend aan de met de uitbreiding gepaard gaande toename van het vrachtverkeer Artikel 1.1, tweede lid, van de Wet milieubeheer bepaalt: "In deze wet en de daarop berustende bepalingen: [ ] b. worden onder gevolgen voor het milieu mede verstaan [ ] gevolgen die verband houden met het verkeer van personen of goederen van en naar de inrichting;

10 [ ]." Artikel 1.1, tweede lid, van de Wabo bepaalt: "Met betrekking tot de betekenis van de begrippen "gevolgen voor het milieu" en [ ] in deze wet en de daarop berustende bepalingen is artikel 1.1, tweede lid van de Wet milieubeheer van overeenkomstige toepassing." Het betoog van [appellant sub 1] in beroep en hoger beroep heeft betrekking op trillingen die veroorzaakt worden door het vrachtverkeer van en naar de inrichting. Dit vrachtverkeer kan aan het in werking zijn van de inrichting worden toegerekend, zolang het nog niet is opgenomen in het heersende verkeersbeeld. Verkeer van en naar een inrichting is in het heersende verkeersbeeld opgenomen als het zich door zijn snelheid en rij- en stopgedrag niet meer onderscheidt van het overige verkeer dat zich op de weg kan bevinden. Het college stelt zich in het besluit van 18 juli 2014 op het standpunt dat het verkeer van en naar de inrichting ter plaatse van de woning van [appellant sub 1] is opgenomen in het verkeersbeeld. De in-/uitrit van de inrichting bevindt zich aan de Noordlangeweg, waaraan ook de woning van [appellant sub 1] ligt. Niet in geschil is dat de afstand tussen de in-/uitrit en de woning van [appellant sub 1] ongeveer 240 m bedraagt. De Noordlangeweg is een openbare weg die een doorgaande verbinding tussen provinciale weg N256 en de kern Kats vormt. Voor het verkeer op deze weg gold ten tijde van het besluit van 18 juli 2014 een maximum snelheid van 60 km/uur. Gelet op deze omstandigheden, zal het verkeer van en naar de inrichting ter plaatse van de woning van [appellant sub 1] wat snelheid en rij- en stopgedrag betreft niet te onderscheiden zijn van het overige verkeer dat op deze weg aanwezig kan zijn. Het moet daarom geacht worden in het heersende verkeersbeeld te zijn opgenomen en kan niet meer aan het inwerking zijn van de inrichting worden toegerekend. Eventuele trillinghinder die dit verkeer bij de woning van [appellant sub 1] veroorzaakt, kan evenmin aan het in werking zijn van de inrichting worden toegerekend. Voor zover uit de overwegingen van de rechtbank moet worden opgemaakt dat de rechtbank van oordeel is dat de door het passerende vrachtverkeer veroorzaakte trillinghinder wel aan de inrichting is toe te rekenen, is dat oordeel onjuist. Het betoog van [appellant sub 1] kan echter niet leiden tot het daarmee beoogde doel Het betoog faalt. 18. Dat [appellant sub 1] overlast van vliegen ondervindt, heeft hij voor het eerst in hoger beroep aangevoerd. Aangezien het hoger beroep is gericht tegen de uitspraak van de rechtbank en er geen reden is waarom dit betoog niet reeds bij de rechtbank kon worden aangevoerd, en [appellant sub 1] dit uit een oogpunt van een zorgvuldig en doelmatig gebruik van rechtsmiddelen had behoren te doen, dient dit betoog buiten beschouwing te blijven. Voorwaardelijk incidenteel hoger beroep [appellant sub 2] 19. Voor zover de Afdeling tot het oordeel komt dat de rechtbank de door haar vastgestelde voorschriften ten onrechte aan de vergunning van 30 juni 2009 heeft verbonden, verzoekt [appellant sub 2] deze voorschriften alsnog zelf voorziend op de juiste wijze vast te stellen Zoals hierboven onder 15.2 is overwogen, zal de Afdeling het besluit van 18 juli 2014 in de einduitspraak geheel vernietigen, zodat aan de door de rechtbank vastgestelde voorschriften geen betekenis meer toekomt Zoals hierboven onder 13.1 is overwogen, volgt uit het geluidrapport dat bij het inkuilen

11 gedurende de nachtperiode de in het besluit van 30 juni 2009 gestelde grenswaarde voor het maximale geluidniveau wordt overschreden op drie referentiepunten. De rechtbank heeft overwogen dat het college heeft erkend dat deze overschrijdingen zullen plaatsvinden. Het college heeft de rechtbank daarom verzocht de geluidvoorschriften te verruimen, opdat de inrichting, na de verandering, aan de geluidnormen kan voldoen. De rechtbank heeft daarop het besluit van 18 juli 2014 gedeeltelijk vernietigd, naar moet worden aangenomen wegens strijd met artikel 3:2 van de Awb. Dit oordeel is in hoger beroep niet bestreden. Het college krijgt thans, nu het besluit geheel zal worden vernietigd, de gelegenheid dit gebrek zelf te herstellen Voor het zelf voorziend wijzigen van voorschrift 3.1.3, zoals de rechtbank heeft gedaan, bestaat geen grond, reeds omdat wijziging niet nodig is om de gevraagde omgevingsvergunning voor het veranderen van de inrichting te kunnen verlenen. Bestuurlijke lus 20. Gelet op hetgeen is overwogen onder 9.5 en 19.2, is het besluit van 18 juli 2014 in strijd met artikel 3:2 van de Awb. Met het oog op een spoedige beëindiging van het geschil zal de Afdeling het college opdragen de gebreken in het besluit van 18 juli 2014 binnen twaalf weken na verzending van deze uitspraak te herstellen. Het college dient daartoe alsnog te onderzoeken of vergunninghouder na de uitbreiding over voldoende gronden kan beschikken om aan het vereiste van grondgebondenheid te voldoen. Voor zover bedoeld onderzoek daartoe aanleiding geeft, dient het besluit van 18 juli 2014 te worden gewijzigd dan wel vervangen door een ander besluit. Het college dient voorts toereikende en naleefbare grenswaarden voor het maximale geluidniveau in de incidentele bedrijfssituatie vast te stellen, dan wel vergunning voor het inkuilen in de nachtperiode te weigeren. Bij het nemen van het nieuwe besluit behoeft geen toepassing te worden gegeven aan afdeling 3.4 van de Awb. Het nieuwe besluit dient op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend te worden gemaakt en medegedeeld. 21. In de einduitspraak zal worden beslist over de proceskosten en vergoeding van het betaalde griffierecht. Beslissing De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State: draagt het college van burgemeester en wethouders van Noord-Beveland op om binnen twaalf weken na de verzending van deze tussenuitspraak: - met inachtneming van hetgeen in rechtsoverweging 20 is overwogen de gebreken in het besluit van 18 juli 2014 te herstellen; - de uitkomst aan de Afdeling en partijen mee te delen; - het nieuwe besluit op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend te maken. Aldus vastgesteld door mr. D.A.C. Slump, voorzitter, en mr. W. Sorgdrager en mr. E.J. Daalder, leden, in tegenwoordigheid van mr. Y.C. Visser, griffier. w.g. Slump w.g. Visser voorzitter griffier

12 Uitgesproken in het openbaar op 22 maart

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201106219/1/A4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2013:375 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201209590/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1997

ECLI:NL:RVS:2017:1997 ECLI:NL:RVS:2017:1997 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604542/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1522

ECLI:NL:RVS:2013:1522 ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1463

ECLI:NL:RVS:2014:1463 ECLI:NL:RVS:2014:1463 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-04-2014 Datum publicatie 23-04-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201308905/1/R2 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2014:539 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304989/1/A1 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2015:7684, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2015:7684, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:313 Instantie Raad van State Datum uitspraak 08-02-2017 Datum publicatie 08-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600609/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. OGR-Updates.nl JOM 2017/58 AR 2017/177 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7492

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. OGR-Updates.nl JOM 2017/58 AR 2017/177 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7492 ECLI:NL:RVS:2017:20 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-01-2017 Datum publicatie 11-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600568/1/A1 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. JOM 2017/165 JM 2017/36 met annotatie van G.A.J.M. Hoevenaars

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. JOM 2017/165 JM 2017/36 met annotatie van G.A.J.M. Hoevenaars pagina 1 van 5 ECLI:NL:RVS:2017:260 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-02-2017 Datum publicatie 01-02-2017 Zaaknummer 201509267/1/A1 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:8027, Meerdere

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:2989

ECLI:NL:RVS:2015:2989 ECLI:NL:RVS:2015:2989 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-09-2015 Datum publicatie 23-09-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201502358/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1951

ECLI:NL:RVS:2013:1951 ECLI:NL:RVS:2013:1951 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-11-2013 Datum publicatie 13-11-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304593/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 pagina 1 van 5 Uitspraak 201404071/1/R2 Datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: 201404071/1/R2. Datum uitspraak: 28 januari 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3368

ECLI:NL:RVS:2014:3368 ECLI:NL:RVS:2014:3368 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-09-2014 Datum publicatie 10-09-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201311559/1/A4 Eerste

Nadere informatie

Uitspraak 201403254/1/A4

Uitspraak 201403254/1/A4 1 van 7 8-3-2015 21:16 Uitspraak 201403254/1/A4 Datum van uitspraak: woensdag 14 januari 2015 Tegen: het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant Proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig Rechtsgebied:

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1791

ECLI:NL:RVS:2015:1791 ECLI:NL:RVS:2015:1791 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-06-2015 Datum publicatie 10-06-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201408896/1/A1 Eerste

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=br1...

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=br1... pagina 1 van 5 LJN: BR1463, Raad van State, 201011448/1/H1 Datum 13-07-2011 uitspraak: Datum 13-07-2011 publicatie: Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij besluit van

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:283. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:RVS:2013:283. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:RVS:2013:283 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201201469/1/A4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-05-2011 Datum publicatie 18-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201008844/1/H1 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2861

ECLI:NL:RVS:2016:2861 ECLI:NL:RVS:2016:2861 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 02-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601473/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOBR:2017:3205

ECLI:NL:RBOBR:2017:3205 ECLI:NL:RBOBR:2017:3205 Instantie Datum uitspraak 12-06-2017 Datum publicatie 21-06-2017 Zaaknummer 17_175 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Oost-Brabant Omgevingsrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/A1

Uitspraak /1/A1 Uitspraak 201803876/1/A1 Datum van uitspraak: woensdag 17 oktober 2018 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Cranendonck Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Kapvergunningen ECLI:

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BX4621

ECLI:NL:RVS:2012:BX4621 ECLI:NL:RVS:2012:BX4621 Instantie Raad van State Datum uitspraak 08-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201205237/1/A4 en 201205237/2/A4

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:2173

ECLI:NL:RVS:2017:2173 ECLI:NL:RVS:2017:2173 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201605492/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-02-2013 Datum publicatie 18-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206332/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/A1

Uitspraak /1/A1 Uitspraak 201701470/1/A1 Datum van uitspraak: woensdag 7 maart 2018 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Staphorst Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Algemene kamer - Hoger Beroep

Nadere informatie

Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151. Uitspraak. Permanente link: Datum uitspraak Datum publicatie

Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151. Uitspraak. Permanente link: Datum uitspraak Datum publicatie Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151 Permanente link: http://deeplink.rechtspraa Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-12-2010 Datum publicatie 29-12-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 1 van 5 20-05-2015 15:54 Uitspraak 201406459/1/R2 Datum van uitspraak: woensdag 20 mei 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: 201406459/1/R2. Datum uitspraak: 20 mei 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3848

ECLI:NL:RVS:2014:3848 ECLI:NL:RVS:2014:3848 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-10-2014 Datum publicatie 29-10-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201400399/1/A4 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1768

ECLI:NL:RVS:2015:1768 ECLI:NL:RVS:2015:1768 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-06-2015 Datum publicatie 03-06-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201407801/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3651

ECLI:NL:CRVB:2016:3651 ECLI:NL:CRVB:2016:3651 Instantie Datum uitspraak 04-10-2016 Datum publicatie 10-10-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:2812

ECLI:NL:RVS:2014:2812 ECLI:NL:RVS:2014:2812 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-07-2014 Datum publicatie 23-07-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201404677/1/A1 en 201404677/2/A1 Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BW8140

ECLI:NL:RVS:2012:BW8140 ECLI:NL:RVS:2012:BW8140 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-06-2012 Datum publicatie 13-06-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201111524/1/A1 en

Nadere informatie

1)estuursreclaqirA,IL

1)estuursreclaqirA,IL Raad vanstate 1)estuursreclaqirA,IL Raad van de gemeente Hof van Twente Postbus 54 7470 AB GOOR Gemeente Hof van Twente [Nr: [Afdeling: Bvo: a / nee lingekomen: 2 JULI 2015 Kopie aan: Archief: \N / NR

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:1061

ECLI:NL:RVS:2016:1061 ECLI:NL:RVS:2016:1061 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-04-2016 Datum publicatie 20-04-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201506028/1/A1 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2001:AB2287

ECLI:NL:RVS:2001:AB2287 ECLI:NL:RVS:2001:AB2287 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-05-2001 Datum publicatie 13-11-2001 Zaaknummer 200003521/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Omgevingsrecht

Nadere informatie

Uitspraak /1/A1

Uitspraak /1/A1 pagina 1 van 5 Uitspraak 201506029/1/A1 Datum van uitspraak: woensdag 14 september 2016 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Utrechtse Heuvelrug Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied:

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3390

ECLI:NL:RVS:2016:3390 ECLI:NL:RVS:2016:3390 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601294/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2348

ECLI:NL:RVS:2016:2348 ECLI:NL:RVS:2016:2348 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-08-2016 Datum publicatie 31-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201506454/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB4709

ECLI:NL:RVS:2007:BB4709 ECLI:NL:RVS:2007:BB4709 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-10-2007 Datum publicatie 03-10-2007 Zaaknummer 200702080/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2015:5301

ECLI:NL:RBGEL:2015:5301 ECLI:NL:RBGEL:2015:5301 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 18082015 Datum publicatie 19082015 Zaaknummer AWB 14 _ 7236 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Omgevingsrecht Bodemzaak

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY6738

ECLI:NL:RVS:2012:BY6738 ECLI:NL:RVS:2012:BY6738 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-12-2012 Datum publicatie 19-12-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201102748/1/R4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

, bestuursrecspu.k. Deze brief is geautomatiseerd aangemaakt en is daarom niet ondertekend.

, bestuursrecspu.k. Deze brief is geautomatiseerd aangemaakt en is daarom niet ondertekend. Raad van State Afd el (). ht r, bestuursrecspu.k Raad van de gemeente Hof van Twente Postbus 54 7470 AB GOOR Gemeente Hot van liwente Nr: Bvo: a / nee Afdek].: Inge- 3 0 DEC. 2014 komen: tsba / V / B Datum

Nadere informatie

JOM 2017/310 AR 2017/1305 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7543

JOM 2017/310 AR 2017/1305 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7543 ECLI:NL:RVS:2017:695 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602860/1/A1 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

Uitspraak /1/R3

Uitspraak /1/R3 pagina 1 van 5 Uitspraak 201402066/1/R3 Datum van uitspraak: woensdag 22 april 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: 201402066/1/R3. Datum uitspraak: 22 april 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK de raad

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3026

ECLI:NL:RVS:2014:3026 ECLI:NL:RVS:2014:3026 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 13-08-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201311562/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:1268

ECLI:NL:RVS:2016:1268 ECLI:NL:RVS:2016:1268 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-05-2016 Datum publicatie 11-05-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201505940/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ2527

ECLI:NL:RVS:2013:BZ2527 ECLI:NL:RVS:2013:BZ2527 Instantie Raad van State Datum uitspraak 27-02-2013 Datum publicatie 27-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201207119/1/A1 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3038

ECLI:NL:RVS:2015:3038 ECLI:NL:RVS:2015:3038 Instantie Raad van State Datum uitspraak 30-09-2015 Datum publicatie 30-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500566/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2009:BI2655

ECLI:NL:RVS:2009:BI2655 ECLI:NL:RVS:2009:BI2655 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-04-2009 Datum publicatie 29-04-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200806326/1/H1 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBZWB:2015:3129, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBZWB:2015:3129, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2016:682 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-03-2016 Datum publicatie 16-03-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201505027/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1169

ECLI:NL:RVS:2014:1169 ECLI:NL:RVS:2014:1169 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-04-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201306413/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1407

ECLI:NL:RVS:2014:1407 ECLI:NL:RVS:2014:1407 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-04-2014 Datum publicatie 23-04-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201208903/1/A2 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is Essentie uitspraak: Het bestemmingsplan maakt uitbreiding van een tankstation niet mogelijk. De milieuvergunning mag, vanwege het ruimtelijke feit, worden geweigerd. De gemeente is niet verplicht om het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1722

ECLI:NL:RVS:2014:1722 1 van 5 16-9-2014 16:37 ECLI:NL:RVS:2014:1722 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-05-2014 Datum publicatie 14-05-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden 201306176/1/R2 Bestuursrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201 304470/1/RI. Datum uitspraak: 27 november 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Koninklijke Jongeneel

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:84 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-01-2017 Datum publicatie 18-01-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604839/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2010:BO4829

ECLI:NL:RVS:2010:BO4829 ECLI:NL:RVS:2010:BO4829 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-11-2010 Datum publicatie 24-11-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201003576/1/H3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BV6555

ECLI:NL:RVS:2012:BV6555 ECLI:NL:RVS:2012:BV6555 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-02-2012 Datum publicatie 22-02-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201109131/1/A2 Eerste

Nadere informatie

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen.

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen. Onderwerp Uitspraak RvS inzake wijzigingsbesluit Duinweg 56 Collegevoorstel Zaaknummer: OLOGMM27 Inleiding Op 30 november 2010 heeft uw college besloten het wijzigingsbesluit Duinweg 56, Drunen vast te

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3050

ECLI:NL:RVS:2016:3050 ECLI:NL:RVS:2016:3050 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-11-2016 Datum publicatie 16-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601834/1/R2 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:2013

ECLI:NL:RVS:2017:2013 ECLI:NL:RVS:2017:2013 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604962/1/A2 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:5375, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:5375, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2016:965 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-04-2016 Datum publicatie 13-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201507000/1/A3 Eerste

Nadere informatie

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012 LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1 Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 05-09-2012 Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Afwijzing handhavingsverzoek

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 3 mei 2016 in zaak nr. 15/6422 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 3 mei 2016 in zaak nr. 15/6422 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2017:659 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604395/1/A2 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:2833

ECLI:NL:RVS:2015:2833 ECLI:NL:RVS:2015:2833 Instantie Raad van State Datum uitspraak 09-09-2015 Datum publicatie 09-09-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201405843/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 Uitspraak 201307623/1/R2 Raad van State http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken-in-uitspraken/tekst-uitspraak.html?id=... pagina 1 van 5 02-05-2014 Uitspraak 201307623/1/R2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOBR:2013:5574, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOBR:2013:5574, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2015:258 Instantie Raad van State Datum uitspraak 04-02-2015 Datum publicatie 04-02-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201309828/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:2419

ECLI:NL:RVS:2013:2419 ECLI:NL:RVS:2013:2419 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-12-2013 Datum publicatie 11-12-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden 201309155/1/A1 en 201309155/2/A1 Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Voorlopige

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:2307, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:2307, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2014:110 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-01-2014 Datum publicatie 22-01-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201300676/1/A2 Eerste

Nadere informatie

Uitspraak 201307838/3/R3 Raad van State Lees voor Lettergrootte Home Publicaties Veelgestelde vragen Contact Zoeken in Home Over de Raad van State Onze werkwijze Adviezen Uitspraken Agenda Pers Werken

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBAMS:2015:7924, Meerdere afhandelingswijzen. Algemene wet bestuursrecht 8:4 Gemeentewet Gemeentewet 83 Kieswet

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBAMS:2015:7924, Meerdere afhandelingswijzen. Algemene wet bestuursrecht 8:4 Gemeentewet Gemeentewet 83 Kieswet ECLI:NL:RVS:2016:934 Instantie Raad van State Datum uitspraak 06-04-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600302/1/A2 Eerste

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Hoogeveen Eerste aanleg - meervoudig

het college van burgemeester en wethouders van Hoogeveen Eerste aanleg - meervoudig uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Bevi niet van toepassing indien verandering geen nadelig gevolg heeft voor het plaatsgebonden risico. Via milieubeheervergunning kunnen, buiten het Bevo om,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2015:7536

ECLI:NL:RBNHO:2015:7536 ECLI:NL:RBNHO:2015:7536 Instantie Datum uitspraak 08-09-2015 Datum publicatie 09-09-2015 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 15 _ 835 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Omgevingsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2017:638

ECLI:NL:RBMNE:2017:638 ECLI:NL:RBMNE:2017:638 Instantie Datum uitspraak 09-02-2017 Datum publicatie 14-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland UTR 16/643-T

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:2879

ECLI:NL:CRVB:2013:2879 ECLI:NL:CRVB:2013:2879 Instantie Datum uitspraak 17-12-2013 Datum publicatie 19-12-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13-211 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 02-08-2007 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-4212 WVG Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BA7586

ECLI:NL:RVS:2007:BA7586 ECLI:NL:RVS:2007:BA7586 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 20-06-2007 Zaaknummer 200606594/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2006:AW1261

ECLI:NL:RVS:2006:AW1261 ECLI:NL:RVS:2006:AW1261 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-04-2006 Datum publicatie 12-04-2006 Zaaknummer 200503239/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 12-05-2016 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 7447 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1233

ECLI:NL:RVS:2017:1233 ECLI:NL:RVS:2017:1233 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-05-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201606492/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2466

ECLI:NL:RVS:2016:2466 ECLI:NL:RVS:2016:2466 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-09-2016 Datum publicatie 14-09-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden 201506742/1/A3 Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2833

ECLI:NL:CRVB:2017:2833 ECLI:NL:CRVB:2017:2833 Instantie Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/8007 ZVW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1156

ECLI:NL:RVS:2014:1156 ECLI:NL:RVS:2014:1156 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-04-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201307137/1/R1 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1374

ECLI:NL:RVS:2017:1374 ECLI:NL:RVS:2017:1374 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-05-2017 Datum publicatie 24-05-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601540/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/A1

Uitspraak /1/A1 Uitspraak 201800454/1/A1 Datum van uitspraak: woensdag 25 juli 2018 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Kapvergunningen ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:2524

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1283

ECLI:NL:CRVB:2017:1283 ECLI:NL:CRVB:2017:1283 Instantie Datum uitspraak 23-03-2017 Datum publicatie 07-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/4862 ANW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2279

ECLI:NL:RVS:2016:2279 ECLI:NL:RVS:2016:2279 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602806/1/V3 Eerste

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad van State 201200615/1/V4. Datum uitspraak: 13 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar

Afdeling bestuursrechtspraak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak gc-./ų. 03&8Ĉ GEMEENTE BOX' Raad van de gemeente Boxtel Postbus 10000 5280 DA BOXTEL 18 MEI 2015 ovb afd.ļ /Co kopie 9? Datum 1 3 mei 201 5 Ons nummer 201408214/1/R3

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK i 201307056/1/R3. Datum uitspraak: AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en de vennootschap onder firma A2 Catering en Organisatie, gevestigd te Waalre, waarvan de vennoten zijn

Nadere informatie

LJN: BP5782,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/3720 en 11/207

LJN: BP5782,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/3720 en 11/207 LJN: BP5782,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/3720 en 11/207 Datum uitspraak: 16-02-2011 Datum publicatie: 25-02-2011 Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Voorlopige voorziening+bodemzaak

Nadere informatie

LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065

LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065 LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065 Print uitspraak Datum uitspraak: 22-10-2010 Datum publicatie: 29-10-2010 Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Voorlopige

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY2512

ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2012 Datum publicatie 07-11-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201203945/1/A2 Eerste

Nadere informatie

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201108441/1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak na vereenvoudigde behandeling (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:2992

ECLI:NL:RVS:2015:2992 ECLI:NL:RVS:2015:2992 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-09-2015 Datum publicatie 23-09-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201501779/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/R1

Uitspraak /1/R1 pagina 1 van 5 Uitspraak 201602929/1/R1 Datum van uitspraak: woensdag 2 november 2016 Tegen: de raad van de gemeente Lelystad Proceduresoort: Eerste aanleg - enkelvoudig Rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1856

ECLI:NL:RVS:2017:1856 ECLI:NL:RVS:2017:1856 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-07-2017 Datum publicatie 12-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201608063/1/A2 Eerste

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 30 maart 2016 in zaak nr. 15/2894 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 30 maart 2016 in zaak nr. 15/2894 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2017:850 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-03-2017 Datum publicatie 29-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201603553/1/A3 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie