ACTIVITEITENPLAN PROJECT MAISONNETTES MALVERT TE NIJMEGEN GEMEENTE NIJMEGEN
|
|
- Mathilda de Koning
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 ACTIVITEITENPLAN PROJECT MAISONNETTES MALVERT TE NIJMEGEN GEMEENTE NIJMEGEN
2 ACTIVITEITENPLAN Project Maisonnettes Malvert te Nijmegen in de gemeente Nijmegen Opdrachtgever Standvast Wonen Postbus AJ Nijmegen Project NIJ.SVW.ECO3 Rapportnummer Status Eindrapportage Datum 19 november 2012 Vestiging Opsteller Boxmeer Ing. M. Koen Paraaf Kwaliteitscontrole Ing. A.A. van Grinsven Paraaf Kwaliteitszorg Econsultancy is lid van het Netwerk Groene Bureaus (NGB). Het NGB is een vereniging van ecologische advies- en - onderzoeksbureaus en werkt aan de kwaliteit van advisering gericht op natuur, landschap, water, milieu en ruimte en behartigt de belangen van groene adviesbureaus. Het Netwerk hanteert een gedragscode die opdrachtgevers en andere belanghebbenden een basis biedt om de leden aan te spreken op de kwaliteit van hun werk. Betrouwbaarheid Dit activiteitenplan is op zorgvuldige wijze opgesteld conform de toepasselijke en van kracht zijnde regelgeving ten aanzien van natuurwetgeving. Econsultancy accepteert derhalve op voorhand geen aansprakelijkheid ten aanzien van mogelijke beslissingen die de opdrachtgever naar aanleiding van het door Econsultancy opgestelde activiteitenplan neemt.
3 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING GEGEVENS PROJECTGEBIED Locatiegegevens en huidige situatie Ligging ten opzichte van beschermde gebieden ONDERZOEK BESCHERMDE SOORTEN BINNEN PROJECTGEBIED Verantwoording effectenstudie en verspreidingsinformatie Deskundige begeleiding Verspreiding van beschermde soorten binnen projectgebied Verblijfplaatsen binnen het projectgebied Verblijfplaatsen buiten het projectgebied Foeragerende / passerende vleermuizen Vliegroutes VOORGENOMEN INGREEP EN ONDERBOUWING Voorgenomen activiteiten en manier van uitvoering Doel en belang van de activiteiten Planning en onderbouwing van de activiteiten Alternatieven en wettelijk belang MAATREGELEN (ECOLOGISCH WERKPROTOCOL) Mitigerende maatregelen gewone dwergvleermuis Samenvatting maatregelen Zorgvuldig handelen EFFECTEN VAN DE INGREEP OP FLORA EN FAUNA Korte termijn effecten op beschermde soorten Effecten op gunstige staat van instandhouding BIJLAGEN: 1. - Visiedocument Maisonnettecluster Malvert 2. - Inrichtingsplan 3. - Planning 4. - Rapportage quickscan flora en fauna 5. - Rapportage aanvullend ecologisch veldonderzoek 6. - Ambitiedocument Malvert Maisonnettes NIJ.SVW.ECO3
4 1 INLEIDING Econsultancy bv heeft van Standvast Wonen opdracht gekregen voor het verzorgen van een ontheffingsaanvraag in het kader van artikel 75c van de Flora- en faunawet in het kader van de voorgenomen sloop- en renovatiewerkzaamheden ten behoeve van het project Maisonnettes Malvert te Nijmegen in de gemeente Nijmegen. De volgende onderdelen zijn voor de ontheffingsaanvraag van belang en zullen in deze rapportage worden behandeld: Onderzoek naar de aan- of afwezigheid van beschermde soorten Voorgenomen ingrepen en de manier van uitvoering, inclusief planning Doel en belangen van het project Alternatievenafweging Wettelijk belang Maatregelen om negatieve effecten te voorkomen Aantasting functionaliteit vaste rust- en verblijfplaats Effect op gunstige staat van instandhouding Uit het ecologisch aanvullend veldonderzoek, dat door Econsultancy in 2010 is uitgevoerd (rapportage NIJ.CPL.ECO2, d.d. 27 oktober 2011), is gebleken dat er vaste rust- en verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis binnen het projectgebied aanwezig is. Het gaat om een zomerverblijfplaats en enkele paarverblijfplaatsen. Om deze functie voor gewone dwergvleermuizen te kunnen behouden, dienen mitigerende maatregelen te worden uitgevoerd. Deze maatregelen zijn in onderhavig activiteitenplan beschreven. De te nemen maatregelen zijn in te delen in de volgende vier stappen: a. alternatieve verblijfplaatsen garanderen voor de periode tussen de sloop/renovatie en de realisatie van de nieuwe situatie; b. bebouwing voor de ingreep ongeschikt maken voor gewone dwergvleermuizen; c. controleronde(s) om afwezigheid van vleermuizen op moment van ingreep aan te tonen; d. in de nieuwe situatie duurzame verblijfsmogelijkheden voor gewone dwergvleermuizen creëren. Voor gewone dwergvleermuis vraagt Standvast Wonen een ontheffing aan, om door Dienst Regelingen te laten beoordelen of de mitigerende maatregelen voldoende worden geacht NIJ.SVW.ECO3 Pagina 1 van 17
5 2 GEGEVENS PROJECTGEBIED 2.1 Locatiegegevens en huidige situatie Het projectgebied (± 3,5 ha.) is gelegen aan de Malvert (81 e - 91 e straat), circa 5 km ten zuidwesten van de kern van Nijmegen in de gemeente Nijmegen (Provincie Gelderland). Volgens de topografische kaart van Nederland, kaartblad 40 C (schaal 1:25.000), zijn de coördinaten van het midden van het projectgebied X = , Y = Het projectgebied is gelegen in het kilometerhok 184/424. In figuur 1 is de topografische ligging van het projectgebied op kaart aangegeven. Figuur 1. Topografische ligging van het projectgebied Maisonnettes Malvert. Het projectgebied is bebouwd met een elftal maisonnettenblokken. De gebouwen zijn voorzien van 5 verdiepingen en hebben een plat dak. Tussen de flats bevinden zich grasvelden met speelveldjes en verschillende (solitaire) bomen. Zuidwestelijk van het projectgebied bevinden zich bosschages. Ten oosten van het projectgebied bevindt zich het Maas-Waalkanaal, met daarlangs een fietspad en groenvoorzieningen. Ten zuiden van het projectgebied bevindt zich een (heldere) vijver met bosschages. Aan de westzijde van het projectgebied is een woonwijk aanwezig. In figuur 2 is de huidige situatie van de projectlocatie op een luchtfoto weergegeven NIJ.SVW.ECO3 Pagina 2 van 17
6 Figuur 2. Luchtfoto met de globale begrenzing van het projectgebied maisonnettes Malvert. 2.2 Ligging ten opzichte van beschermde gebieden Natura 2000 De onderzoekslocatie is niet gelegen binnen de grenzen, of in de directe nabijheid van een gebied dat aangewezen is als Natura 2000-gebied. Het meest nabijgelegen Natura 2000-gebied, in dit geval Uiterwaarden Waal, bevindt zich circa 6 km ten noorden van het projectgebied (zie figuur 3). Figuur 3. Ligging projectlocatie (rood omcirkeld) ten opzichte van het meest nabijgelegen Natura 2000-gebied (geel gearceerd) NIJ.SVW.ECO3 Pagina 3 van 17
7 Ecologische Hoofdstructuur De onderzoekslocatie ligt niet in of in de nabijheid van een kerngebied, verbindingsgebied of verwevingsgebied, behorend tot de EHS. Het meest nabijgelegen EHS-gebied is een bos/weidegebied dat zich circa 600 meter ten zuiden van de onderzoekslocatie bevindt (zie figuur 4). Figuur 4. Ligging projectlocatie (rood omcirkeld) ten opzichte van het meest nabijgelegen EHS-gebieden (groen gearceerd) NIJ.SVW.ECO3 Pagina 4 van 17
8 3 ONDERZOEK BESCHERMDE SOORTEN BINNEN PROJECTGEBIED 3.1 Verantwoording effectenstudie en verspreidingsinformatie Ten behoeve van de projectlocatie is in 2010 door Econsultancy een quickscan flora en fauna uitgevoerd ( NIJ.CPL.ECO d.d. 9 september 2010). Het betreffende rapport is als bijlage 3 toegevoegd aan onderhavig activiteitenplan. De quickscan is uitgevoerd aan de hand van een veldbezoek en een bureaustudie. Het veldbezoek is afgelegd op 19 augustus Tijdens dit veldbezoek is de gehele projectlocatie, alsmede de directe omgeving indicatief onderzocht. Gedurende het veldbezoek is gelet op de mogelijke aanwezigheid van beschermde en bedreigde soorten op basis van het aanwezige habitat en potentiële verblijfsmogelijkheden. Uit de quickscan is gebleken dat, om de effecten van de ingreep volledig te kunnen toetsen aan de Flora- en faunawet, er onder andere ten aanzien van vleermuizen aanvullend veldonderzoek noodzakelijk werd geacht. Het aanvullend veldonderzoek naar vleermuizen is in de periode mei-september 2011 uitgevoerd conform "Het protocol voor vleermuisinventarisaties, versie 30 maart 2011" dat is opgesteld door het vleermuisvakberaad van het Netwerk Groene Bureaus en de Zoogdiervereniging, in overleg met Dienst Landelijk Gebied en de Gegevensautoriteit Natuur. De uitgevoerde protocollaire onderzoeksinspanning is, met betrekking tot de geschiktheid van het projectgebied, gebaseerd op de functies zomer-, kraam en paar/baltsverblijfplaats voor de soorten gewone dwergvleermuis en laatvlieger. De gehele onderzoeksmethodiek en verantwoording van het aanvullend veldonderzoek staat beschreven in het rapport NIJ.CPL.ECO2, d.d. 27 oktober 2011, dat is toegevoegd als bijlage 4 aan onderhavig activiteitenplan. 3.2 Deskundige begeleiding De deskundigen die betrokken zijn geweest bij het project zijn in totaal drie ervaren ecologen; mevr. ing. L. Hunink-Verwoerd, dhr. ing. M. Koen en dhr. drs. B. Aarts. De ecologen van Econsultancy hebben meerdere jaren ervaring met risicoadvisering en veldonderzoek naar de relevante beschermde soortgroepen. De medewerkers van Econsultancy zijn actief bij diverse organisaties en belangen behartigers zoals Netwerk Groene Bureaus, SOVON, RAVON, Zoogdiervereninging, vleermuizenwerkgroep Noord-Brabant en vogelwerkgroep Nijmegen e.o. Econsultancy is lid van de branchevereniging Netwerk Groene Bureaus en werkt volgens de door het Netwerk opgestelde gedragscode en protocollen. De begeleiding van de voorgenomen werkzaamheden zal eveneens door een ter zake kundige worden uitgevoerd. 3.3 Verspreiding van beschermde soorten binnen projectgebied Verblijfplaatsen binnen het projectgebied Tijdens de veldbezoeken gedurende de kraamperiode (mei - juli) zijn er geen waarnemingen van vleermuizen gedaan, die duiden op de aanwezigheid van een kraamverblijfplaats binnen het projectgebied. De aanwezigheid van een kraamverblijfplaats in de bebouwing binnen het projectgebied kan op basis van de huidige onderzoeksinspanning met voldoende zekerheid worden uitgesloten NIJ.SVW.ECO3 Pagina 5 van 17
9 Tijdens het avondbezoek op 7 juli 2011 is vanuit het meest zuidwestelijke flatgebouw (zie figuur 6) een uitvliegende gewone dwergvleermuis waargenomen. Het dier was afkomstig van de ruimte achter de dakrand (zie figuur 5). Het betreft hier een zomerverblijfplaats van één of enkele gewone dwergvleermuizen. Na het waargenomen exemplaar zijn er uit de betreffende bebouwing niet meer uitvliegende gewone dwergvleermuizen waargenomen. Het is niet uit te sluiten, dat voor de waarneming van het uitvliegende dier, er al meerdere gewone dwergvleermuizen zijn uitgevlogen. Gezien het tijdstip van de waarneming, circa 22:00 uur, net na zonsondergang, is het echter wel uit te sluiten dat er al grotere aantallen waren uitgevlogen. Gewone dwergvleermuizen vliegen namelijk pas vanaf net na zonsondergang uit, waardoor er in dit geval hooguit één à twee zouden zijn gemist. Op basis van dit alles is vastgesteld dat het hier om een zomerverblijfplaats gaat van één tot hooguit drie gewone dwergvleermuizen. Figuur 5. Dakrand waarachter de betreffende gewone dwergvleermuis vandaag vloog, tevens toegang tot spouwruimte. Bij de overige bebouwing binnen het projectgebied zijn geen uit- of invliegende dieren waargenomen. Echter doordat alle flatgebouwen binnen het projectgebied de zelfde constructie hebben, inclusief dakranden met geschikte ruimtes, is het mogelijk dat de waargenomen gewone dwergvleermuis op een ander moment, in de periode tussen de veldbezoeken, ook gebruik maakt van één of meerdere andere flatgebouwen als zomerverblijfplaats. Het protocollaire veldonderzoek blijft een reeks van momentopnames, waardoor niet elke avond en/of ochtend gedurende het seizoen onderzoek plaats kan vinden naar waar vleermuizen zich bevinden. Wanneer er een zomerverblijfplaats van gewone dwergvleermuis wordt aangetroffen in een bepaald gebouw en er bevinden zich in de directe omgeving meerdere van deze zelfde gebouwen, dan kan worden aangenomen dat ook deze gebouwen een functie hebben als zomerverblijfplaats voor gewone dwergvleermuis. Op basis van deze gedachten gang kan worden aangenomen dat alle flatgebouwen binnen het projectgebied een functie hebben als zomerverblijfplaats voor gewone dwergvleermuis. Naast zomerverblijfplaatsen zijn in de paarperiode (augustus september) diverse paarverblijfplaatsen waargenomen in de flatgebouwen binnen het projectgebied (zie figuur 5 voor de locaties). Tijdens de veldbezoeken in de paarperiode zijn op verschillende locaties binnen het projectgebied roepende mannetjes van gewone dwergvleermuis waargenomen vanuit of direct nabij diverse flatgebouwen. Naar verwachting verblijven de betreffende dieren achter de dakranden. Vanuit hier of vliegend voor de verblijfplaats proberen de mannetjes vrouwtjes te lokken met hun werfroep (sociale geluiden). Vrouwtjes die toevallig langs vliegen of in de directe nabijheid foerageren, zullen door deze roep worden aangetrokken. Vervolgens vindt de paring plaats in de betreffende verblijfplaats. Op basis van de waarnemingen tijdens de veldbezoeken in de paarperiode kan worden aangenomen dat de flatgebouwen binnen het projectgebied een functie hebben als paarverblijfplaats. Doordat er in de paarperiode relatief veel activiteit van gewone dwergvleermuizen aanwezig is binnen het projectgebied, is het aannemelijk dat de flatgebouwen binnen het projectgebied tevens worden gebruik als winterverblijfplaats door enkele gewone dwergvleermuizen. Via de dakrand kunnen gewone dwergvleermuizen de spouw (vorstvrije ruimtes) bereiken, waar ze kunnen overwinteren. Omdat winterverblijfplaatsen van kleine aantallen gewone dwergvleermuizen in spouwmuren niet middels (extra) veldonderzoek met voldoende zekerheid zijn uit te sluiten, wordt er in dit geval vanuit gegaan dat er in de spouwmuren aan de kopgevels van de aanwezige gebouwen binnen het project gebied NIJ.SVW.ECO3 Pagina 6 van 17
10 ook enkele gewone dwergvleermuizen zullen overwinteren. Omdat er tijdens de veldbezoeken in de paarperiode rond middernacht geen zwermactiviteiten van grote aantallen gewone dwergvleermuizen of andere vleermuissoorten zijn waargenomen binnen het projectgebied, kan wel met voldoende zekerheid worden aangenomen dat de betreffende gebouwen geen functie hebben als massawinterverblijfplaats Verblijfplaatsen buiten het projectgebied In de directe omgeving van het projectgebied zijn geen kraamverblijfplaatsen aangetroffen. Tijdens de ochtendbezoeken op 17 mei en 21 juni 2011 zijn er op drie locaties direct buiten het projectgebied wel zomerverblijfplaatsen van gewone dwergvleermuis (zie figuur 5 voor de exacte locaties) aangetroffen. De waargenomen zwermende gewone dwergvleermuizen (in totaal drie exemplaren) verdwenen onder de overstekende dakpannen aan de kopgevels van drie verschillende hoekwoningen aan de westzijde van de Malvert, direct aan de overzijde van het projectgebied. LEGENDA foeragerende gewone dwergvleermuizen foeragerende watervleermuizen zomerverblijfplaats gewone dwergvleermuis paarverblijfplaats gewone dwergvleermuis Figuur 5. Overzicht aangetroffen verblijfplaatsen en foeragerende vleermuizen. Het belangrijkste foerageergebied is geel gearceerd NIJ.SVW.ECO3 Pagina 7 van 17
11 3.3.3 Foeragerende / passerende vleermuizen Het projectgebied wordt in het geheel gebruikt door enkele gewone dwergvleermuizen om te foerageren. Daarnaast wordt de waterrijke randzone van het projectgebied, naast gewone dwergvleermuizen ook gebruikt door enkele watervleermuizen om te foerageren. Verder is hier in de paarperiode een foeragerende ruige dwergvleermuis waargenomen. De bomen rondom de flatgebouwen zijn van belang voor enkele gewone dwergvleermuizen om met name aan het begin van de avond en eind van de nacht te foerageren. Gewone dwergvleermuizen maken hiervan gebruik om direct na het uitvliegmoment of voor het invliegmoment te gaan foerageren. Rond deze tijdstippen is het buiten relatief licht, waardoor de vleermuizen de donkere plekken opzoeken waar ze veilig kunnen foerageren ten aanzien van predatoren. De waterrijke randzone van het projectgebied heeft voor gewone dwergvleermuizen een vergelijkbare functie. Her blijven de waargenomen gewone dwergvleermuizen echter ook later op de avond foerageren, terwijl ze dan niet meer aanwezig zijn rond de bouwen tussen de flatgebouwen. De watervleermuizen, aantallen per veldbezoek variëren van één tot vier, komen relatief laat aan bij het water van de randzone van het projectgebied. Het tijdstip van arriveren betreft circa een uur na zonsondergang. Waar deze watervleermuizen vandaan komen is niet bekend. Het kan wel worden uitgesloten dat de watervleermuizen van binnen of direct nabij het projectgebied afkomstig zijn Vliegroutes Tijdens de aanvullende veldbezoeken zijn er binnen het projectgebied geen eenduidige vliegpatronen van vleermuizen waargenomen die door meerdere exemplaren werd gevolgd. De aanwezigheid van een functie als vliegverbinding binnen het projectgebied kan worde uitgesloten. De groene randzone aan de oost- en zuidzijde van het projectgebied wordt wel enigszins gebruikt door gewone dwergvleermuizen en een enkele laatvlieger als foerageerroute NIJ.SVW.ECO3 Pagina 8 van 17
12 4 VOORGENOMEN INGREEP EN ONDERBOUWING 4.1 Voorgenomen activiteiten en manier van uitvoering De initiatiefnemer is voornemens het projectgebied her in te richten. De achtergrondinformatie van de voorgenomen herinrichting is te vinden in het visiedocument Maisonnettecluster Malvert. Dit visiedocument is toegevoegd als bijlage 1. Het meest recente inrichtingsplan is toegevoegd als bijlage 2. Ten behoeve van de herinrichting zal een aantal maisonnettes blokken worden gesloopt en een aantal worden gerenoveerd. Ter plaatse van de te slopen gebouwen zal deels nieuwbouw plaatsvinden en zal deels worden ingericht als openbaar groen. Verder zullen er ten behoeve van de herinrichting binnen het projectgebied enkele bomen worden gekapt. De herinrichting is grofweg in te delen in twee fases. De eerste fase is gericht op de renovatie van een aantal maisonnettes. In de tweede fase is er nieuwbouw gericht op de concrete vraag in de wijk naar zorg en levensloopbestendige woningen. De werkzaamheden (ingrepen) voor de totstandkoming van het bovenstaande zullen gefaseerd worden uitgevoerd. Zes van de elf blokken zullen worden gesloopt. De overige vijf blokken zullen worden gerenoveerd. Van de zes te slopen blokken zal één blok gaan fungeren als wisselblok voor maximaal drie jaar. Dit betreft het meest westelijke blok binnen het project gebied, waarin tevens de zomerverblijfplaats van de gewone dwergvleermuis is aangetroffen. In figuur 6 is aangegeven welke blokken worden gesloopt en welke worden gerenoveerd. Tevens is aangegeven welk blok als wisselblok zal gaan dienen. Figuur 6. De te slopen blokken zijn in het rood aangegeven. Het wisselblok is omcirkeld en met een pijl aangegeven. De renovatie heeft met name betrekking op de lange zijden van de blokken, waar geen verblijfplaatsen van vleermuizen zijn aangetroffen en zich tevens geen potentiële verblijfsmogelijkheden bevinden die als vaste rust- en verblijfplaats kunnen fungeren. Bij de renovatie blijven de kopgevels van de vijf blokken gehandhaafd, hier zullen echter wel werkzaamheden plaatsvinden met betrekking tot het voegwerk en de dakranden NIJ.SVW.ECO3 Pagina 9 van 17
13 Het voegwerk zal daar waar nodig worden hersteld en vervolgens zal het metselwerk opnieuw worden gevoegd. Het opnieuw voegen heeft enkel betrekking op de buitengevel en wordt zoveel mogelijk handmatig uitgevoerd. Hierbij zullen geen verstorende effecten optreden, zoals trillingen, ten aanzien van eventueel in de spouw aanwezige vleermuizen. Ten behoeve van het voegwerk wordt er gebruik gemaakt van steigers (mobiel of vast). Naast het voegwerk zullen de dakranden worden verwijderd en binnen circa één week worden vervangen door hogere dakranden in verband met een dikkere dakisolatie. De constructie ten aanzien van de nieuwe dakrand en de spouwmuur blijft hetzelfde. 4.2 Doel en belang van de activiteiten De wijk Malvert, onderdeel van het stadsdeel Dukenburg, is in de jaren 60 van de 20e eeuw gebouwd ten westen van het Maas-Waalkanaal en ten noorden van de van Boetbergweg. Voor die tijd een wijk met ruime betaalbare gezinswoningen in het groen. Inmiddels is er veel veranderd. De wijk heeft te maken met een slecht imago en krimp en met name de 11 maisonnette blokken aan de oostrand van de wijk kwamen afgelopen jaren negatief in het nieuws met brandstichtingen, overlast door hangjongeren en spanningen tussen verschillende groepen. In 2006 is Standvast Wonen gestart met de herstructurering van het gebied en is gewerkt aan een totaalaanpak om het woningaanbod te verbeteren en te differentiëren door een mix van huur en koop in verschillende prijsklassen. Deze aanpak bleek, mede onder invloed van de financiële crisis en concurrentie door ontwikkelingen elders in Nijmegen en buurgemeenten te ambitieus. Ondertussen kampen de maisonnetteblokken met leegstand en wordt het leeuwendeel van de woningen bewoond door tijdelijke huurders met een beperkt huurcontract, wat resulteert in een andere meer individuele manier van bewonen. Doel is de leefomgeving in Malvert te verbeteren en de teruglopende vitaliteit een halt toe te roepen, door een woningaanbod te creëren met een mix van huur en koop woningen en door dit woningaanbod te differentiëren en zo mogelijk te verrijken met voorzieningen. Doel is de basisvoorwaarden te herstellen voor goed wonen: levendigheid, ontmoeting, een gezamenlijke verantwoording voor en betrokkenheid bij de wijk. Het toekomstige woningaanbod moet voorzien in de behoefte van de huidige populatie en leiden tot een instroom van nieuwe bewoners. Enerzijds moet dit resulteren in levensloopbestendige woningen en woningen of woongroepen voor intensieve zorg, anderzijds tot betaalbare en prettige woningen voor starters, werkende jongeren en studenten. Meer informatie over het project is te vinden in het visiedocument Maisonnettecluster Malvert. Dit visiedocument is toegevoegd als bijlage Planning en onderbouwing van de activiteiten De sloop van de woonblokken, met uitzondering van het wisselblok, staat gepland voor de periode maart - half april In de planning (zie bijlage 3) is opgenomen dat de sloop niet eerder plaats mag vinden dan dat de temperatuur hoger is dan 6 C en er voldoende insecten aanwezig zijn als voedsel voor de gewone dwergvleermuis. In hoofdstuk 6 zullen de voorwaarden ten aanzien van de weersomstandigheden, vleermuizen en uitvoering van de sloopwerkzaamheden nader worden gespecificeerd. Tevens zal hier het ongeschikt maken voor vleermuizen aanbod komen. Behalve de sloop staat ook het strippen van de te renoveren blokken gepland voor de periode maart - half april Deze werkzaamheden zullen geen betrekking hebben op de kopgevels. De uitvoering van de daadwerkelijke renovatie staat gepland voor de periode half augustus half juni In deze periode zullen ook de werkzaamheden met betrekking tot het voegwerk en de dakranden worden uitgevoerd. Naar verwachting zullen de werkzaamheden per kopgevel binnen circa één week zijn afgerond NIJ.SVW.ECO3 Pagina 10 van 17
14 De uitvoeringsperiode van de daadwerkelijke renovatie is aansluitend op de doorlooptijd van de bezwarentermijn. Daarbij zullen in hoofdstuk 6 maatregelen worden verwoord om eventuele verstoring ten aanzien van de gewone dwergvleermuis tijdens de renovatie te voorkomen. Verder staat het rooien van bomen ten behoeve van de nieuwbouw gepland voor begin Dit is nog voor aanvang van het broedseizoen. Wel zal hierbij worden gelet op eventuele vroege broedgevallen. Bij aanwezigheid van een vroeg broedgeval, zal de kap worden uitgesteld tot dat de jongen definitief zijn uitgevlogen. Dit zal worden bepaald door een ter zake kundige. Ditzelfde principe geldt voor de kap van de bomen ten behoeve van de renovatie. Deze kap staan volgens de planning gepland voor begin mei In verband met het broedseizoen zal dit worden verplaatst naar de periode december januari De eerste nieuwbouwwerkzaamheden staan gepland voor de periode juni 2014 begin mei Dit is direct aansluitend op de bezwarentermijn. De wens bestaat echter om in de periode augustus september 2013 al te starten met de nieuwbouw. Na de realisatie van de nieuwbouw zal het buitenterrein van het projectgebied worden ingericht. Dit staat gepland voor de periode mei juli 2015, waarna het project is afgerond. Op basis van de huidige planning loopt de gehele uitvoering van het project van maart 2013 tot en met juli De volledige planning is toegevoegd als bijlage Alternatieven en wettelijk belang Het imago van de Malvert is de afgelopen jaren verslechterd. Met name de maisonnetteblokken verpauperen en kwamen regelmatig negatief in het nieuws. Vanaf 2007 zijn er verschillende plannen voor deze oostrand gemaakt maar bleken om verschillende redenen niet haalbaar. De economische crisis, concurrentie t.g.v. ontwikkelingen binnen Nijmegen (waalsprong) en omliggende gemeenten en krimp van Dukenburg maken herontwikkeling momenteel nog moeilijker. Ingrijpen is echter noodzakelijk voor de leefbaarheid in de wijk. Door middel van verdunning, verbouw en bouw van woningen voor een gemêleerde doelgroep voor zowel binnen als buiten de wijk en het herinrichten van de openbare ruimte, wordt getracht ruimte te scheppen voor een vitale leefgemeenschap en daarmee toekomst voor Malvert. Meer informatie omtrent de noodzaak van de voorgenomen plannen is te lezen in het Ambitiedocument Malvert Maisonnettes. Dit is aan onderhavig activiteitenplan bijgevoegd als bijlage 6. In hoeverre bovenstaande belangen vallen onder het door de Habitatrichtlijn wettelijk erkende belang: dwingende reden van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale economische aard en voor het milieu wezenlijke gunstige effecten, zal door Dienst Regelingen (Ministerie van EL&I) worden bepaald. Aangezien door het treffen van mitigerende maatregelen negatieve effecten voor gewone dwergvleermuis echter uitblijven, is er geen sprake van overtreding van de Flora- en faunawet en is toetsing aan openbaar belang in principe niet aan de orde NIJ.SVW.ECO3 Pagina 11 van 17
15 5 MAATREGELEN (ECOLOGISCH WERKPROTOCOL) 5.1 Mitigerende maatregelen gewone dwergvleermuis De te nemen maatregelen ten aanzien van de gewone dwergvleermuis zijn in te delen in de volgende vier stappen: a. alternatieve verblijfplaatsen garanderen voor de periode tussen de sloop/renovatie en de realisatie van de nieuwe situatie; b. bebouwing voor de ingreep ongeschikt maken voor gewone dwergvleermuizen; c. controleronde(s) om afwezigheid van vleermuizen op moment van ingreep aan te tonen; d. in de nieuwe situatie duurzame verblijfsmogelijkheden voor gewone dwergvleermuizen creëren. Ad a Verblijfplaatsen van alle vleermuissoorten zijn ook beschermd op het moment dat deze niet in gebruik zijn. Om de functie voor de soorten te behouden zullen er ook in de periode tussen de sloop en het realiseren van de nieuwbouw voldoende verblijfmogelijkheden aanwezig moeten zijn. Omdat het wisselblok tijdens de sloop en renovatie wordt gehandhaafd, kunnen de gewone dwergvleermuizen hier gedurende de projectperiode gebruik van blijven maken. Daarnaast maken de gewone dwergvleermuizen ook gebruik blijven maken van de omliggende woningen aan de noordzijde van het projectgebied. Verder vinden er geen langdurige renovatiewerkzaamheden plaats ter plaatse van de kopgevels waar zich paarverblijfplaatsen bevinden en die mogelijk, ondanks dat deze niet zijn aangetoond, ook als zomer - en winterverblijfplaatsen worden gebruikt door gewone dwergvleermuizen. De werkzaamheden ten behoeve van de dakranden zullen gefaseerd, kopgevel voor kopgevel, worden uitgevoerd. Omdat de dakrand direct (binnen 1 week) wordt vervangen, blijft het aanbod van (potentiële) verblijfplaatsen gedurende de renovatie werkzaamheden nagenoeg gelijk. Daarbij wordt de constructie met betrekking tot de dakrand en de spouwmuur gelijk aan de huidige situatie. Hierbij zal een ruimte tussen de dakrand en de buiten muur worden gehanteerd van circa 2 à 3 cm. Hier kunnen gewone dwergvleermuizen weer achter verblijven en via deze ruimte kunnen ze de spouwmuur blijven bereiken Omdat het wisselblok pas zal worden gesloopt als de renovatie is afgerond en de nieuwbouw (grotendeels) is opgeleverd, zullen de gewone dwergvleermuizen, die gebruik maken van het wisselblok, volop alternatieve verblijfplaatsen vinden in de gerenoveerde blokken. Daarnaast zullen er in de nieuwbouw ook voorzieningen voor vleermuizen worden gerealiseerd. Dit wordt echter beschreven bij het onderdeel ad d. Ad b Het doden of verwonden van beschermde soorten is niet toegestaan. Daarom dienen de werkzaamheden dusdanig te worden uitgevoerd dat er geen schade kan ontstaan aan soorten die zich tijdens de ingreep op de onderzoekslocatie ophouden. Dit wordt bewerkstelligd door de onderzoekslocatie voorafgaand aan de ingreep ongeschikt te maken, zodanig dat redelijkerwijs mag worden aangenomen dat er ten tijde van de sloopwerkzaamheden geen verstoring kan plaatsvinden. Tijdig voorafgaand aan de eigenlijke werkzaamheden worden de verblijfplaatsen ongeschikt gemaakt. De te slopen blokken worden minimaal 3 dagen (bij avondtemperaturen boven de 10 ºC) voorafgaand aan de sloop ongeschikt gemaakt. Omdat er ook een controle plaatsvindt of de maatregelen werken, kan de periode tussen het ongeschikt maken en de sloopt ook ruimer worden aangehouden NIJ.SVW.ECO3 Pagina 12 van 17
16 De basis van het ongeschikt maken is het verstoren van het microklimaat door het creëren van tocht; dit zal op verschillende manieren plaatsvinden. De delen van de te slopen blokken waar vleermuizen kunnen verblijven zullen op de volgende wijze ongeschikt te worden gemaakt: Verwijderen van elementen als dakranden, regenpijpen, zonwering en dakgoten. Maken van tochtgaten (minimaal een oppervlakte van een vierkante meter) in de buitenmuur naar de spouw met een tussenafstand van enkele meters of het openleggen van de spouw over de hele lengte door beide hoeken aan de kopgevels te verwijderen. De periode waarin deze werkzaamheden plaats zullen vinden staan gepland voor begin maart. Indien de buitentemperaturen dan nog niet voldoen aan de gestelde eisen, zullen deze worden uitgesteld totdat de avondtemperatuur boven de 10 C is en er geen sprake zal zijn van harde wind en regen. Tabel I geeft aan in welke periode het ongeschikt maken en vervolgens sloop van de bebouwing in dit geval het beste plaats kan vinden. Het moment van ongeschikt maken zal worden afgestemd met een ter zake kundige op het gebied van vleermuizen. Tabel I: Ecologische planning t.a.v. gewone dwergvleermuis m.b.t. ongeschikt maken werkzaamheden jan. febr. maart april mei juni juli aug. sept. okt. nov. dec. Sloop bebouwing minst ongunstige periode om bebouwing ongeschikt te maken (maar altijd weersafhankelijk) ongeschikt maken eventueel mogelijk, mits weersomstandigheden dit toelaten meest ongunstige periode om bebouwing ongeschikt te maken In bovenstaande tabel is rekening gehouden met de gevoelige periodes waarin gewone dwergvleermuizen, op basis van protocollair onderzoek, van de betreffende blokken gebruik kunnen maken. Ondanks dat de functie zomerverblijfplaats is aangetroffen kan het ongeschikt maken, wegens de afwezigheid van kraamverblijfplaatsen ook in deze periode worden uitgevoerd. De functie zomerverblijfplaats is van alle verblijffuncties het minst gevoelig en deze functie kan het minst moeilijk worden vervangen. Daarbij ontzie je hierbij de meest gevoelige periodes. Het verwijderen van de dakranden ter plaatse van de kopgevels zullen dan ook zoveel mogelijk buiten de paarperiode (half augustus - begin oktober) en winterperiode (half november - maart) worden uitgevoerd. Bij het verwijderen van de oude dakranden dient er zorgvuldig te worden gehandeld, omdat er mogelijk één of enkele gewone dwergvleermuizen achter verscholen kunnen zitten. Voor het verwijderen zal er, zover mogelijk is, met behulp van een zaklamp worden gecontroleerd of er vleermuizen achter de dakranden aanwezig zijn. Vervolgens wordt de dakrand zorgvuldig verwijderd. Bij het aantreffen van een of meerdere vleermuizen, zullen de werkzaamheden ter plaatse worden gestaakt en zal er een ter zake kundige op het gebied van vleermuizen worden geraadpleegd hoe te handelen. De werkzaamheden ter plaatse zullen pas weer worden hervat, wanneer de betreffende vleermuis of vleermuizen in veiligheid zijn en de ter zake kundige de locatie ter plaatse weer heeft vrijgegeven. Na het verwijderen van de dakrand zal het bovenste gedeelte van de spouwmuur, zover met een zaklamp zichtbaar is, worden gecontroleerd op vleermuizen. Indien hier vleermuizen worden aangetroffen, zal dat gedeelte van de spouwmuur tijdelijk worden afgedekt met een (houten) plank of plaat, zodat er geen regen of andere negatieve weersinvloeden in dit gedeelte van de spouwmuur terecht kan komen. Verder zal er wel worden gezorgd dan aanwezige vleermuizen de betreffende spouw in de avond (schermer) kunnen verlaten. Vervolgens kunnen ze andere te handhaven kopgevel gebruiken om te verblijven NIJ.SVW.ECO3 Pagina 13 van 17
17 Ad c Om er zeker van de te zijn of de maatregelen die getroffen zijn om gewone dwergvleermuizen uit de te slopen blokken te weren ook effectief zijn geweest, wordt voorafgaand aan het slopen van bebouwing een controle uitgevoerd op aanwezigheid van vleermuizen. Dit zal worden uitgevoerd aan de hand van een ochtendronde, waarbij met behulp van een batdetector naar invliegende vleermuizen zal worden gezocht. Voor de controleronde geldt dat de avondtemperatuur niet lager mag zijn dan 10 C en er geen sprake mag zijn van harde wind en regen. Indien de maatregelen effectief zijn gebleken kunnen de werkzaamheden veilig worden uitgevoerd. Mocht dit niet het geval zijn, dan dienen wellicht aanvullende maatregelen te worden getroffen. Mocht een ter zake kundige die betreffende ochtend niets aantreffen, dan kan de betreffende bebouwing de dag erop gangbaar worden gesloopt. Mocht er ondanks alle maatregelen en controleronde tijdens de daadwerkelijke sloop onverhoopt toch nog een vleermuis worden aangetroffen, dan dienen de werkzaamheden ter plaatse tijdelijk te worden gestaakt en dient er in eerste instantie een vleermuiskundige te worden geraadpleegd. Deze zal bepalen hoe er gehandeld dient te worden, alvorens de sloop kan worden voortgezet. Veelal zal kunnen worden volstaan met het tijdelijk staken van de werkzaamheden ter plaatse van de aangetroffen vleermuis. Deze zal in de avond de verblijfplaats verlaten en elders in de omgeving een veilig heenkomen zoeken. Ad d Naast het behouden van de verblijfplaatsen in de te renoveren bebouwing, zullen in de nieuwbouw, daar waar mogelijk is, nieuwe verblijfsmogelijkheden worden gecreëerd, zodat de gewone dwergvleermuizen hier duurzaam gebruik kunnen maken als vaste rust- of verblijfplaats. Wanneer er per nieuw gebouw op minimaal vier locaties verblijfsmogelijkheden worden gecreëerd, zijn er samen met te behouden verblijfplaatsen, in de toekomstige situatie ruim voldoende verblijfsmogelijkheden voor gewone dwergvleermuizen aanwezig in vergelijking tot de huidige situatie. De manier waarop dit wordt gerealiseerd is door het toegankelijk maken van een luchtspouw. Alle toekomstige bebouwing zal toegankelijk worden gemaakt voor vleermuizen middels het inmetselen van (geschakelde) vleermuiskasten (te voldoen aan dezelfde eisen en kenmerken als het type 2FR van Schwelger, zie figuur 7, 8 en 9). Figuur 7. In te metselen permanente vleermuiskast type 2FR. De buitenzijde kan worden afgewerkt met metselwerk zodat alleen de invliegopening zichtbaar is. Figuur 8. Vleermuiskast type 2FR aan elkaar geschakeld, waardoor er één grote (kraam)kast ontstaat. Figuur 9. Vleermuiskast type 2FR in verbinding met spouwruimte, open stootvoegen zijn hierdoor geen noodzaak. Het is van belang dat de spouwruimte rond de kasten ook geschikt is voor vleermuizen, zodat vleermuizen via de kast de spouwruimte kunnen bereiken (zie figuur 9). Spouwmuren zijn onder meer geschikt als de gewone dwergvleermuis, afhankelijk van de temperatuur, de keuze heeft om of aan de zijde van de buitenmuur of aan de zijde van de binnenmuur te zitten. De vrije ruimte tussen isolatiemateriaal (inclusief platen) en de buitenmuur dient circa 3 à 4 cm te bedragen NIJ.SVW.ECO3 Pagina 14 van 17
18 Vaak wordt als isolatiemateriaal een hardschuim toegepast. Deze platen zijn veelal afgewerkt met een aluminium laag, zodat deze geen houvast bieden voor vleermuizen. Dergelijke platen kunnen middels een kunststof gaas (maaswijdte 3 tot 10 mm) ruw worden gemaakt of er kan een opgeruwde plaat tegen aan worden bevestigd. Een toegankelijke luchtspouw kan voorzien in alle verblijfsfunctie voor vleermuizen. Vleermuizen verblijven graag bovenin een spouwruimte, vanwege de warmte. Derhalve wordt geadviseerd de inbouwkasten bovenaan de spouwmuurdeel, minimaal een halve meter onder de rand, aan te brengen. De inbouwkasten dienen op diverse windrichtingen te worden aangebracht, waarbij rekening wordt gehouden dat er voldoende invliegruimte aanwezig is. De exacte locaties zullen in overleg met een ter zake kundige worden bepaald. Naast vleermuiskasten kunnen er ook betimmeringen aan de nieuwbouw worden aangebracht waar vleermuizen achter kunnen kruipen. Tevens kunnen er ruimtes langs dakranden worden gecreëerd, zodat vleermuizen via deze ruimtes van circa 2 à 3 cm de spouwruimte en/of ruimte onderdakpannen kunnen bereiken. Alle voorgestelde verblijfsmogelijkheden zijn niet in strijd met het Bouwbesluit. 5.2 Samenvatting maatregelen In tabel I zijn de maatregelen en het tijdstip van uitvoeren opgenomen. Tabel II: Tijdstip en locatie mitigerende maatregelen. Locatie en ingreep Maatregel Tijdstip Sloop 5 blokken Ongeschikt maken te slopen bebouwing Medio maart 2013, mits weersomstandigheden gunstig zijn Renovatie 5 blokken Nieuwbouw Controle ter plaatse met batdetector om vast te stellen dat er geen vleermuizen meer van de gebouwen gebruik maken. Zorgvuldig verwijderen van dakranden, middels controle met zaklamp achter de dakrand en later in spouwmuur. Bij aanwezigheid ter zake kundige raadplegen. Spouwmuren geschikt maken en creëren van geschikte toegangsmogelijkheden voor vleermuizen Periode maart - april 2013, direct voor de sloop (bij gunstige weersomstandigheden) Periode maart - april 2013 en periode augustus juni Bij verwijderen dakrand aan kopgevels, zoveel mogelijk paar- en winterperiode ontzien. Periode juli mei 2015 (de wens bestaat echter om in aug. - sept al te starten) Sloop wisselblok Ongeschikt maken te slopen bebouwing 2015 Controle ter plaatse met batdetector door ter zake kundige om vast te stellen dat er geen vleermuizen meer van de gebouwen gebruik maken NIJ.SVW.ECO3 Pagina 15 van 17
19 5.3 Zorgvuldig handelen Alle mitigerende maatregelen worden uitgevoerd in overleg met een ter zake kundige. Daarnaast dienen de in het onderhavig activiteitenplan opgestelde maatregelen te worden opgenomen in een werkprotocol, dat gedurende de werkzaamheden ten behoeve van het project op de locatie aanwezig zal zijn en onder de betrokken werknemers bekend zal zijn. De gevels met verblijfplaatsen van en voor vleermuizen mogen niet worden verlicht. Verder mogen toekomstige bewoners van de nieuwbouw nooit en te nimmer open stootvoegen of andere openingen in spouwmuren zomaar dichten. Indien om onvoorziene redenen noodzakelijk is, dient een ter zake kundige dient eerst te worden vastgesteld of de betreffende opening bedoeld als mitigerende maatregel voor vleermuizen en of de opening in gebruik is door vleermuizen. Algemene zorgplicht Voor alle soorten geldt de zorgplicht ex artikel 2 van de Flora- en faunawet, die van toepassing is op zowel beschermde als onbeschermde dier- en plantensoorten, ongeacht vrijstelling of ontheffing. Op grond hiervan dient zoveel als redelijkerwijs mogelijk is, schade aan alle soorten te worden voorkomen. Hierbij dient, met name bij het verwijderen van groen rekening te worden gehouden met eventueel aanwezige kleine algemene diersoorten als konijn, egel, huisspitsmuis, gewone pad, bruine kikker en kleine watersalamander. Deze dienen de gelegenheid te krijgen om de onderzoekslocatie uit zich zelf te verlaten. Indien noodzakelijk dienen de dieren te worden verplaatst naar geschikt habitat buiten de ingrepen op de onderzoekslocatie. Broedvogels Ook dient er rekening te worden gehouden met vogels gedurende het broedseizoen, wanneer er groen wordt verwijderd. In de Flora- en faunawet wordt geen vaste periode gehanteerd voor het broedseizoen. Globaal kan voor het broedseizoen de periode maart tot half augustus worden aangehouden. Geldend is echter de aanwezigheid van een broedgeval op het moment van ingrijpen. Bij aanwezigheid van een broedgeval dient te worden gewacht tot dat de jongen definitief zijn uitgevlogen NIJ.SVW.ECO3 Pagina 16 van 17
20 6 EFFECTEN VAN DE INGREEP OP FLORA EN FAUNA 6.1 Korte termijn effecten op beschermde soorten Door de sloop van een aantal maisonnette blokken gaan er een zomerverblijfplaats en enkele paarverblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis verloren. Gedurende het gehele project wordt één blok gehandhaafd (het blok waar een zomer- en een paarverblijfplaats zijn aangetroffen) en worden vijf blokken gerenoveerd, waarbij de verblijfplaatsen en verblijfsmogelijkheden behouden blijven. Hierdoor behouden de betreffende gewone dwergvleermuizen grotendeels hun verblijfplaatsen tijdens de sloop, renovatie en nieuwbouw. Daarnaast zijn er in de te behouden blokken en in woningen in de directe omgeving tevens voldoende alternatieve verblijfsmogelijkheden aanwezig. Verder wordt er ook rekening gehouden met de gevoelige periodes van de gewone dwergvleermuizen ter plaatse en zullen individuen die onverhoopt tijdens de werkzaamheden worden aangetroffen in overleg met een ter zake kundige met zorg worden behandeld Door de beschreven mitigerende maatregelen blijft de functionaliteit voor gewone dwergvleermuizen te allen tijden behouden en wordt voldaan aan de wettelijke zorgplicht. Hierdoor zijn negatieve effecten op korte termijn uit te sluiten. 6.2 Effecten op gunstige staat van instandhouding De gewone dwergvleermuis is de meest algemene vleermuissoort in Nederland. Omdat er geen kraamkolonie of massawinterverblijfplaats op de onderzoekslocatie aanwezig is, zou het onjuist omgaan met de wel aanwezige gewone dwergvleermuizen geen grote gevolgen hebben gehad voor de vleermuisstand in de omgeving. Daarbij zal door het treffen van mitigerende maatregelen, die onder andere bestaan uit het behouden van bestaande verblijfplaatsen en het creëren van nieuwe verblijfplaatsen, blijft de functionaliteit van het projectgebied voor gewone dwergvleermuizen ook voor toekomst behouden en wordt de gunstige staat van instandhouding van de soort gewaarborgd. Econsultancy Boxmeer, 19 november NIJ.SVW.ECO3 Pagina 17 van 17
ACTIVITEITENPLAN KROMMESTEEG 5A TE EDE GEMEENTE EDE
ACTIVITEITENPLAN KROMMESTEEG 5A TE EDE GEMEENTE EDE Activiteitenplan Krommesteeg 5a te Ede in de gemeente Ede Opdrachtgever Dhr. M. Dirksen Valkense Engweg 14 6733 JK Wekerom Project EDE.DBL.ECO3 Rapportnummer
Notitie flora en fauna
Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.
Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg
Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg In opdracht van: SAB BV Oktober 2014 Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s-heerenberg Colofon: J.H.S. Rijsdijk MSc Natuurkompas Ecologisch
Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw
Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Varikse Driehoek te Heerewaarden Datum : 1 september 2015 Projectnummer : 15-0092 Opdrachtgever : Woonstichting De kernen, Korenstraat 1, 5321
Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen
Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen Datum: 10-10-2014 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer: AT/2014/10.10 Versie: Definitief
ACTIVITEITENPLAN SPOORBAANSTRAAT TE GLANERBRUG GEMEENTE ENSCHEDE
ACTIVITEITENPLAN SPOORBAANSTRAAT TE GLANERBRUG GEMEENTE ENSCHEDE Activiteitenplan Spoorbaanstraat te Glanerbrug in de gemeente Enschede Opdrachtgever ABC Management Groep Postbus 765 9400 AT Assen Project
Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied Dennenlaan en Olmenlaan te Zwanenburg
1 Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied Dennenlaan en Olmenlaan te Zwanenburg Opdrachtgever Referentie Gemeente Haarlemmermeer De Vries, E.W. & M.S.E. Greve 2013. Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied
Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe
Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe projectnr. 181571 Definitief 1 oktober 2008 Opdrachtgever Woonzorg Nederland Business Unit Projectontwikkeling Postbus 339 1180 AH AMSTELVEEN
Notitie n.a.v. onderzoek vleermuizen
Notitie n.a.v. onderzoek vleermuizen Loo 59, Nistelrode Projectnummer: 6638 Datum: 16-10-2014 Status: Definitief Projectleider: Rob van Dijk Adviseur ecologie: Manon Warringa In Nistelrode aan het Loo
adviesbureau voor natuur & landschap NOTITIE
NOTITIE Aan : Gemeente Oss t.a.v. de heer S. Witte Van : G. Hoogerwerf (rapportage) & R. Felix (veldonderzoek) Datum : 12 juni 2014 Projectnr. : 14-106 Onderwerp : Notitie quick scan beschermde natuur
Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde
Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde In opdracht van: SAB BV Oktober 2013 Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde Colofon:
Compensatieplan De Wheme in Vorden. rapportnummer 1191
Compensatieplan De Wheme in Vorden rapportnummer 1191 Compensatieplan De Wheme in Vorden Dit rapport is afgedrukt op FSC-gecertificeerd en CO2-neutraal papier. Colofon Zelhem : augustus 2011 Rapportnummer
De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat 21 3811 WD AMERSFOORT Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft
Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam
Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Colofon Titel Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Projectnummer 12364 Opdrachtgever
VLEERMUISONDERZOEK LICHTENVOORDSEWEG 4 TE GROENLO GEMEENTE OOST GELRE
VLEERMUISONDERZOEK LICHTENVOORDSEWEG 4 TE GROENLO GEMEENTE OOST GELRE Vleermuisonderzoek Lichtenvoordseweg 4 te Groenlo in de gemeente Oost Gelre Opdrachtgever Gemeente Oost Gelre Postbus 17 7130 AA Lichtenvoorde
Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht
Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht Datum : 29 september 2015 Projectnummer : 15-0161 Opdrachtgever : Van Wijnen Rosmalen B.V. Postbus 46
Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen
Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen Datum: 30-08-2014 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer: AT/2014/30.08 Versie:
GEMEENTE M!D 7-EM-DELFLAND. 1 MGEKOVilN OP 2 2 NOV Zaaknum:\eí
Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Gemeente Midden-Delfland P.A. van den Heuvel Postbus 1 2636 ZG SCHIPLUIDEN GEMEENTE üntv.bev. Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl
NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP
NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP Vleermuizen vliegroutes en foerageergebied Eindrapport Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 16-11-2016 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Aveco de Bondt Contactpersoon:
Aanvullend vleermuizenonderzoek bedrijventerrein Rijssen- Enter
Notitie Aanvullend vleermuizenonderzoek bedrijventerrein Rijssen- Enter Auteurs: ing. M. Wallink Project: 06307 Datum: 10 september 2007 Status: definitief ecogroen advies bv Postbus 625, 8000 AP Zwolle
BM-RAPPORT Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus. T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september DEFINITIEF
BM-RAPPORT 2011- Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus Oranjebuurt Strijen T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september 2011. DEFINITIEF Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze en inspanning 3 2.1 Vleermuizen
memo vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis' te 's Heerenberg.
memo aan: van: ons kenmerk: Gemeente Montferland SAB ZON/GEST/140400 datum: 20 januari 2015 betreft: vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis'
AANVULLEND ECOLOGISCH VELDONDERZOEK PLANGEBIED 'HOOIVORK II' TE DE MOER GEMEENTE LOON OP ZAND
AANVULLEND ECOLOGISCH VELDONDERZOEK PLANGEBIED 'HOOIVORK II' TE DE MOER GEMEENTE LOON OP ZAND INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 1 2. GEBIEDSBESCHRIJVING... 1 2.1 Huidig gebruik onderzoekslocatie en omgeving...
INVENTARISATIE VLEERMUIZEN DE WEID WALSTRO 3 CASTRICUM
INVENTARISATIE VLEERMUIZEN DE WEID WALSTRO 3 CASTRICUM LUPGENS EN PARTNERS BV / CAREOS GROEP 15 oktober 2012 076649227:0.3 B01043.200918.0200 Inhoud 1 Inleiding... 3 1.1 Aanleiding... 3 1.2 Doel... 3
ACTIVITEITENPLAN BUIZERD KRUISSTRAAT 5 TE HERVELD GEMEENTE OVERBETUWE
ACTIVITEITENPLAN BUIZERD KRUISSTRAAT 5 TE HERVELD GEMEENTE OVERBETUWE Activiteitenplan Buizerd Kruisstraat 5, 6674 AA te Herveld in de gemeente Overbetuwe Opdrachtgever Hybro bv Kruisstraat 5 6674 AA Herveld
M & M Onroerend Goed B.V. M. Kruithof Beulakerweg AC GIETHOORN. Datum 28 april 2017 Betreft Beslissing op uw aanvraag. Geachte heer Kruithof,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle M & M Onroerend Goed B.V. M. Kruithof Beulakerweg 77 8355 AC GIETHOORN Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 wnb@rvo.nl Aanvraagnummer
Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen
Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Inhoud Rapport en bijlagen 21 juli 2010 Projectnummer 015.36.02.71.00 I n h o u d s o
Vleermuizen MOB Ulicoten Onderzoek naar het gebruik van MOB complex Ulicoten door vleermuizen
Onderzoek naar het gebruik van MOB complex Ulicoten door vleermuizen H.J. Huitema 13 oktober 2009 Rapport van de In opdracht van Dienst Landelijk Gebied regio Zuid Onderzoek naar het gebruik van MOB complex
Opdrachtgever: Geveke Bouw & Ontwikkeling projectnummer:
Memo Opdrachtgever: Geveke Bouw & Ontwikkeling projectnummer: 015.64.50.00.00 Aan: De heer E. van Liempt Van: Mevrouw J.G. Lindenholz Onderwerp: Notitie nader onderzoek vleermuizen Mercurius, Assen Datum:
Buro Maerlant. Bakel Auerschootseweg. Nader onderzoek vleermuizen en huismus BM-NOTITIE 2014
Buro Maerlant L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g BM-NOTITIE 2014 Nader onderzoek vleermuizen en huismus J. van Suijlekom, 17 oktober 2014 1 Inleiding 1.1 Algemeen
Vleermuisonderzoek Molukse Wijk, Tiel
Vleermuisonderzoek Molukse Wijk, Tiel - aanvullende notitie Hoort bij aanvraag FF/75C/2014/0331 Arnhem, 27 augustus 2014 1 Colofon Titel Subtitel : Vleermuisonderzoek Molukse Wijk Tiel : Aanvullende Notitie
Geachte mijnheer Eggenhuizen,
Gemeente Almere t.a.v. dhr. Eggenhuizen Stadhuisplein 1 1315 HR Almere Uw kenmerk: ****** Ons kenmerk: ALVL1103 Datum: 24-08-2012 Plaats: Almere haven Projectgebied: Vier locaties in de Wierden Onderwerp:
Vleermuis onderzoek Vervangende nieuwbouw Bredius Amsterdam
Vleermuis onderzoek Vervangende nieuwbouw Bredius Amsterdam Inventarisatie vleermuizen Beoordeling t.a.v. natuurwetgeving Rapport 01/192 AFO Titel en subtitel Vleermuisonderzoek Vervangende nieuwbouw Bredius
Nader onderzoek vleermuizen schoolgebouw Anne Franklaan, Montfoort
NOTITIE Cultuurland Advies Dhr. T. Melenhorst Postbus 20 8180 AA Heerde DATUM: 20 september 2011 ONS KENMERK: 11-386/11.13133/JanBu UW KENMERK: telefonische gunning 16 juni 2011 AUTEUR: PROJECTLEIDER:
Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10
Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10 Aanleiding nader onderzoek Vanwege de herinrichting van het gebied rondom het winkelpand Carré is het noodzakelijk om twee panden in de nabijheid te slopen.
Vleermuisonderzoek Zwanenburg
Vleermuisonderzoek Zwanenburg Opdrachtgever Referentie Gemeente Haarlemmermeer Stoker, O. 2012. Vleermuisonderzoek Zwanenburg. A&W notitie NWG-KAdiv2012#25. Altenburg & Wymenga bv, Feanwâlden. Projectcode
Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem
Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen en steenmarter Datum: 15-10-2012 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer:
Memo Aanleiding Werkwijze
Memo nummer 1 datum 25 juli 2011 aan Erik Riphagen van Michel Braad kopie project Vervolgonderzoeken Tull en 't Waal projectnummer 239575 betreft Resultaten vervolgonderzoek vogels en vleermuizen Aanleiding
: Holdingmaatschappij D. v.d. Plas BV : dhr. D. van der Plas jr. : Steenbakkerstraat 2 : 2222 AT Katwijk
RAPPORT betreffende een aanvullend flora & faunaonderzoek Vijf Meilaan te Leiden Status : definitief Datum : 5 oktober 2015 Kenmerk : 1507H410/COB/rap3 Contactpersoon : dhr. C. Brouwer Opdrachtgever :
Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren
Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren Opdrachtgever Referentie Woonborg Vries, E.W. de, E. van der Heijden & M.S.E. Greve 2013. Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek
Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht
Notitie Contactpersoon Datum 16 december 2016 Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel In opdracht van de gemeente Utrecht heeft Tauw onderzoek gedaan
Herinrichting recreatiegebied Gouwzeepark - Uytvenne Quickscan Flora- en faunawet vervolgonderzoek vleermuizen
Herinrichting recreatiegebied Gouwzeepark - Uytvenne Quickscan Flora- en faunawet vervolgonderzoek vleermuizen projectnr. 183274 revisie 00 Opdrachtgever Van Wijnen Recreatiebouw b.v. datum vrijgave beschrijving
! " # $! % & '%(#(#%) * +,,, & -, ".,,,,,!
! " # $! % & %(#(#%) *+,,, &-,".,,,,! 1 Inleiding Het plangebied is gelegen op de hoek van het perceel Werkensedijk 69 en de Monnikenhoef te Werkendam. Ter plaatse is in de huidige situatie een voormalig
Ordito t.a.v. dhr. F.A. Jiskoot Postbus 94 5126 ZH GILZE
Ordito t.a.v. dhr. F.A. Jiskoot Postbus 94 5126 ZH GILZE Roermond : 11 januari 2012 Ons kenmerk : AM11215 Betreft : Vleermuizen- en vogelnestenonderzoek locatie Tom Rook te Gouderak (aangepaste rapportage)
Notitie. Inleiding. Methodiek. J. de Waard (Trivire Wonen) aan. van A. de Baerdemaeker. betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht
Notitie aan J. de Waard (Trivire Wonen) van A. de Baerdemaeker betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht project 0619 datum 2 augustus 2011 Postbus 23452 3001 KL Rotterdam telefoon: 010-436
Nader onderzoek Vleermuizen en Steenmarter Ellertshaar 6 (gemeente Borger Odoorn)
Opdrachtgever: Gemeente Borger Odoorn Contactpersoon: Rapport: Alewijn Brouwer Projectleiding: Projectnummer: Nader onderzoek Vleermuizen en Steenmarter Ellertshaar 6 (gemeente Borger Odoorn) Inhoudsopgave
Sloop pand terrein Schuilenburg te Rhenen
Sloop pand terrein Schuilenburg te Rhenen Mitigatieplan vleermuisverblijfplaats Opdrachtgever Gemeente Rhenen dhr. N. van Dixhoorn Ondertekenaar Movares Nederland B.V. mevr. C. van der Kooij en dhr. T.
Vleermuizen, Beulakerweg te Giethoorn
Mitigatieplan Vleermuizen, Beulakerweg te Giethoorn Gemeente Steenwijkerland Datum: 28 januari 2011 Projectnummer: 100677 INHOUD 1 Inleiding 3 2 Mitigatie 4 2.1 Bestaande bebouwing 4 2.2 Alternatieve
Ecologische beoordeling in het kader van een bestemmingsplanwijziging voormalig Nettenfabriek gebouw
Notitie Contactpersoon Herman Bouman Datum 12 december 2014 Kenmerk N001-1227257OUM-agv-V02-NL Ecologische beoordeling in het kader van een bestemmingsplanwijziging voormalig Nettenfabriek gebouw 1.1 Inleiding
Notitie quickscan Flora en fauna
Notitie quickscan Flora en fauna Prins Bernardstraat 2, Oldenzaal Projectnummer: 8399 Datum: 5-9-2017 Opgesteld: V. de Lenne Inleiding De initiatiefnemer is voornemens de woning aan de Prins Bernhardstraat
In het kader van de Flora- en faunawet
In het kader van de Flora- en faunawet In opdracht van Contactpersoon AAS Groningen Dhr. A. van Delft Datum 30 maart 2016 Offerte nummer OF16138-01 Contactpersoon M.T. Berghuis Telefoon 06 113 93 111 E-mail
Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen
Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen In het kader van de Flora- en faunawet In opdracht van: De Woningstichting Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen RA13343-01 2 Colofon Tekst, foto's en samenstelling
Nader onderzoek beschermde soorten Mozartstraat 1 t/m 15 (oneven), Elst
Nader onderzoek beschermde soorten Mozartstraat 1 t/m 15 (oneven), Elst Nader onderzoek beschermde soorten Mozartstraat 1 t/m 15 (oneven), Elst Colofon Titel........... : Nader onderzoek beschermde soorten
memo mitigatieopgave vleermuizen Stationsweg te Wezep.
memo aan: van: ons kenmerk: RVG Development B.V. SAB GER/ZON/100637 datum: 6 december 2013 betreft: mitigatieopgave vleermuizen Stationsweg te Wezep. AANLEIDING Aan de stationsweg in Wezep (Gemeente Oldebroek)
ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT
ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT TE WARMOND Opdrachtgever: Contactpersoon: Woningstichting Warmunda Dhr. S. Gopie Uitvoering: Adviesbureau E.C.O. Logisch Projectcode: WANA1301A Status: Definitief
INHOUDSOPGAVE. Bijlage 1: topografische ligging van de onderzoekslocatie OGR.G08.ECO2
INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 1 2. ONTHEFFINGSAANVRAAG... 2 2.1 Locatiegegevens en huidige situatie... 2 2.2 Ligging ten opzichte van beschermde gebieden... 3 2.3 Verantwoording effectenstudie en verspreidingsinformatie...
(O, Omgevingsdienst regio Utrecht
HOI 77 w G*~ I W / ƒ # 2 6 NOV. 2012 Beh. Ambt.: (O, Omgevingsdienst regio Utrecht ISO «J01 en 14001 gocerthfcwrd Streefdat.: Afschr.: B.V.O. Gemeente Woerden 12.021577 Onderzoek beschermde fauna Arsenaal
Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus HB AMSTERDAM
> Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus 95089 1090 HB AMSTERDAM Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl
Stichting Ymere D.S.M. Louwerens Postbus GG AMSTERDAM. Datum 14 april 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte mevrouw Louwerens,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Stichting Ymere D.S.M. Louwerens Postbus 94278 1090 GG AMSTERDAM Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 wnb@rvo.nl Betreft
Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt
Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt CONCEPT Omgevingsdienst Regio Utrecht juli 2012 kenmerk/ opgesteld door beoordeeld door Ronald Jansen Dagmar Storm INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...
Stichting Amerpoort K. Denee Nieuwenoordlaan PA BAARN. Datum 16 augustus 2017 Betreft Beslissing op uw aanvraag. Geachte heer Denee,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Stichting Amerpoort K. Denee Nieuwenoordlaan 12 3744 PA BAARN Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 wnb@rvo.nl Aanvraagnummer
AANVULLEND VLEERMUIZENONDERZOEK PATRIJSLAAN TE BEUNINGEN
AANVULLEND VLEERMUIZENONDERZOEK PATRIJSLAAN 25-27 TE BEUNINGEN Rapportage aanvullend vleermuizenonderzoek Patrijslaan 25-27 te Beuningen Opdrachtgever Gemeente Beuningen Van Heemstraweg 46 6641 AE Beuningen
Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen. Kader
Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen Datum : 3 november 2017 Projectnummer : 17-0148 Opdrachtgever : BIK bouw bv Opgesteld
BM-RAPPORT Vleermuisonderzoek. Veenendaal Industrielaan. M.W. van den Hoorn, 5 oktober 2011.
BM-RAPPORT 2011 M.W. van den Hoorn, 5 oktober 2011. Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze en inspanning 3 2.1 Algemeen 3 2.2 Vleermuizen 3 3 Omschrijving plangebied 4 4 Resultaten 4 4.1 Per soort 5 4.2 Per
memo datum: 22 juli 2011
memo aan: van: Buro SRO Laneco datum: 22 juli 2011 betreft: 1 Inleiding Aan de Koterweg te Barneveld is de sloop van een voormalig kruisgebouw voorgenomen. In de plaats hiervan worden 17 zorgappartementen
AANVULLEND VLEERMUIZENONDERZOEK LOCATIE VOORMALIG ENFA-TERREIN TE VENLO GEMEENTE VENLO
AANVULLEND VLEERMUIZENONDERZOEK LOCATIE VOORMALIG ENFA-TERREIN TE VENLO GEMEENTE VENLO Aanvullend vleermuizenonderzoek locatie voormalig Enfa-terrein te Venlo in de gemeente Venlo Opdrachtgever Woonwenz
SW B.V. Van Weerden Poelmanweg PC ALMELO. Datum 8 mei 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer/mevrouw,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle SW B.V. Van Weerden Poelmanweg 3 7060 PC ALMELO Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 wnb@rvo.nl 8 mei 2017 Betreft
Vleermuisonderzoek Vlietsingel, Medemblik
Aan Witteveen+Bos De heer W.B. Roosen Contactpersoon Kenmerk Status Datum M.A. (Martin) Heinen 16-265 concept 14 september 2016 Betreft Vleermuisonderzoek Vlietsingel, Medemblik Omschrijving Inleiding
Notitie aanvullend veldonderzoek vleermuizen en zandhagedis Warande Zeist
Notitie aanvullend veldonderzoek vleermuizen en zandhagedis Warande Zeist Datum: 14-09-2016 Auteur: A.H. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Documentnummer: AHT/2016/NOT14.09 Versie: D1 1 Inleiding 1.1
Gemeente Zoetermeer H. Baas Postbus AA ZOETERMEER. Datum 30 augustus 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Gemeente Zoetermeer H. Baas Postbus 15 2700 AA ZOETERMEER Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Datum 30 augustus 2016 Betreft
Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven
Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven R.M. Koelman Mei 2013 Rapport van de Zoogdiervereniging In opdracht van Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl R.M. Koelman Rapport nr.: 2013.06 Project nr.: 2012.090
AANVULLEND ECOLOGISCH ONDERZOEK PASTOOR VULLINGHSSTRAAT 1 TE GRASHOEK GEMEENTE PEEL EN MAAS
AANVULLEND ECOLOGISCH ONDERZOEK PASTOOR VULLINGHSSTRAAT 1 TE GRASHOEK GEMEENTE PEEL EN MAAS Aanvullend ecologisch onderzoek Pastoor Vullinghsstraat 1 te Grashoek in de gemeente Peel en Maas Opdrachtgever
Stichting Intermaris A. Slot Postbus AN HOORN NH. Datum 9 februari 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer Slot,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Stichting Intermaris A. Slot Postbus 554 1620 AN HOORN NH Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl 9 februari
Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.
Aan Rob Knijn Van C. van den Tempel CC M. Witteveldt Datum 12 januari 2017 Betreft Flora- en faunagegevens Middenweg Zuid Project Herontwikkeling Middenweg Zuid Geachte heer Knijn, Beste Rob, In 2014 en
Inventarisatie muurplanten Het projectgebied is visueel geïnspecteerd op de aanwezigheid van beschermde muurplanten.
Gemeente Amstelveen T.a.v.: Dhr. Koekenbier Afdeling Vastgoed Uw kenmerk: ****** Ons kenmerk: AMVL1304 Datum: 15-10-2013 Projectgebied: Startbaan 12 te Amstelveen Onderwerp: Inventarisatie broedvogels,
ASSCHATTERWEG LEUSDEN. Nader onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen en de functie van de omgeving voor vleermuizen
ASSCHATTERWEG LEUSDEN Nader onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen en de functie van de omgeving voor vleermuizen COLOFON OPDRACHT Onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen en de eventuele
PLANGEBIED EN VOORGENOMEN ONTWIKKELING
KuiperCompagnons De heer R. Wegener Postbus 13042 3004 HA Rotterdam Ons kenmerk : 1503H081/DBI/rap2 Datum : 23 november 2015 Betreft : Resultaten aanvullend flora- en faunaonderzoek Ouddorp Geachte heer
PLANGEBIED EN VOORGENOMEN ONTWIKKELING
Bijlage 7: IDDS, Resultaten aanvullend flora- en faunaonderzoek Ouddorp, kenmerk: 1503H081/DBI/rap2, d.d. 23 november 2015 KuiperCompagnons De heer R. Wegener Postbus 13042 3004 HA Rotterdam Ons kenmerk
Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond
Quickscan flora en fauna Deltaweg te Helmond A.P. Kerssemakers Voor de afdeling: SB/ROV. Gemeente Helmond. December 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 2.Wettelijk kader 2 3. Plangebied 4 4. Onderzoek 7
Junco B.V. M.J.A. Schrijver Buitenkant VH ZWOLLE. Datum 24 mei 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer Schrijver,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Junco B.V. M.J.A. Schrijver Buitenkant 7 8011 VH ZWOLLE Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 wnb@rvo.nl Betreft Beslissing
GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN
GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN Groningen, 25 maart 2019 Dossiernr. : K11177 Documentnr. : 2019-023702 Verzonden : 26 maart 2019 Gelet op: het wijzigingsverzoek van Gemeente Oldambt, ontvangen
Vleermuisonderzoek watertoren, Tiel
Vleermuisonderzoek watertoren, Tiel Colofon Titel Vleermuisonderzoek watertoren, Tiel Projectnummer 11261 Opdrachtgever Gemeente Tiel Postbus 6325 4000 HH Tiel Datum 13 januari 2012 Status rapport Bestand
Ecologisch werkprotocol plangebied Insulindeblok, Amsterdam - concept -
Ecologisch werkprotocol plangebied Insulindeblok, Amsterdam - concept - Colofon Titel Ecologisch werkprotocol plangebied Insulindeblok, Amsterdam Projectnummer 12408 Opdrachtgever D. van Geemen & Zn BV
Vleermuisonderzoek. Het Nardusboer 215 te Oldenzaal. In het kader van de Wet natuurbescherming
Vleermuisonderzoek Het Nardusboer 215 te Oldenzaal In het kader van de Wet natuurbescherming Colofon Vleermuisonderzoek Het Nardusboer 215 Oldenzaal In het kader van Wet natuurbescherming Uitgevoerd door:
AANVULLEND ECOLOGISCH VELDONDER- ZOEK JACHTLAAN 50 TE HANK GEMEENTE WERKENDAM
AANVULLEND ECOLOGISCH VELDONDER- ZOEK JACHTLAAN 50 TE HANK GEMEENTE WERKENDAM Aanvullend ecologisch veldonderzoek Jachtlaan 50 te Hank in de gemeente Werkendam Opdrachtgever Dhr. J.C. Colijn Jachtlaan
Opdrachtgever: Gemeente Hardenberg projectnummer:
Onderzoeksrapport Opdrachtgever: Gemeente Hardenberg projectnummer: 115.00.16.54.01.00 Aan: de heer R. Schlepers Van: de heer D.J. Venema Onderwerp: Onderzoek vleermuizen herontwikkelingslocatie Vechtdal
memo INLEIDING GEBIEDSBESCHERMING ZAND/ZON/ c.c.: datum: 22 augustus 2013 Achterweg 48, Lisse
memo aan: van: OG ZAND/ZON/130372 c.c.: datum: 22 augustus 2013 betreft: Achterweg 48, Lisse INLEIDING Bij alle ruimtelijke ingrepen moet rekening gehouden worden met de aanwezige natuurwaarden in en om
Briefrapport AANLEIDING EN METHODE. De heer J. Arends. datum: 20 april quick scan flora en fauna
Briefrapport aan: van: ons kenmerk: De heer J. Arends SAB RIJS/110571 datum: 20 april 2012 betreft: quick scan flora en fauna AANLEIDING EN METHODE In Opheusden (gemeente Neder-Betuwe, provincie Gelderland)
Datum : 10 juli 2015 Ons kenmerk : 1502H037/DBI/rap2 Betreft : Resultaten flora- en faunaonderzoek J.P. Gouverneurlaan 20 te Sassenheim
Sedos Mevrouw N. Wigmore Voorstraat 53 2201 HT Noordwijk Datum : 10 juli 2015 Ons kenmerk : 1502H037/DBI/rap2 Betreft : Resultaten flora- en faunaonderzoek J.P. Gouverneurlaan 20 te Sassenheim Geachte
Nader onderzoek beschermde soorten Bossingschaaf 20, Zaandam
16727 Nader onderzoek beschermde soorten Bossingschaaf 20, Zaandam 16727 Colofon Titel........... : zeel Projectnummer:.. : 16727 Opdrachtgever... : Woonfront - De Stelling Zaandam BV De Ring 12 5261 LM
Talis Sietse Jager Postbus AP NIJMEGEN. Datum 9 mei 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer Jager,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Talis Sietse Jager Postbus 628 6500 AP NIJMEGEN Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 wnb@rvo.nl Betreft Beslissing
Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern
Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern Toetsing in het kader van de Flora- en faunawet Datum: 08-11-2008 Auteur: A.H. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Kenmerk: vlm2008/10
geodesie landschapsarchitectuur civiele techniek
Memo geodesie landschapsarchitectuur civiele techniek Aan Dhr. T. Gremmen, gemeente Helmond Van Mw. E. Thomas Betreft Vleermuisonderzoek Goorloopzone te Helmond Datum 2 november 2011 1 Aanleiding In 2010
Aanvullend vleermuisonderzoek. Kerklaan 81 in Wateringen. In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V.
Aanvullend vleermuisonderzoek Kerklaan 81 in Wateringen In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V. Colofon Rapportnummer : 1514 Projectnummer : 2350 Opdrachtgever Contactpersoon Opdrachtnemer : Search
Stichting GroenWest K.L. Verdooren Postbus DD WOERDEN. Datum 9 juni 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte mevrouw Verdooren,
> Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Stichting GroenWest K.L. Verdooren Postbus 2171 3440 DD WOERDEN Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 wnb@rvo.nl Betreft
Activiteitenplan vleermuizen Molehiem
Activiteitenplan vleermuizen Molehiem Activiteitenplan vleermuizen Molehiem Inhoud Rapport en bijlage 3 december 2010 Projectnummer 025.49.08.14.01 I n h o u d s o p g a v e 1 Inleiding 5 2 Beschrijving
Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk. Notitie. Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam
Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk Notitie Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam Natuur-Wetenschappelijk Centrum 078-6213921 nwcadvies@nwcadvies.nl www.nwcadvies.nl Aanvullend
Gemeente Njmegen Directie Grondgebied T. Martens Postbus HG NIJMEGEN
> Retouradres Postbus 40219 8004 DE Zwolle Gemeente Njmegen Directie Grondgebied T. Martens Postbus 9105 6500 HG NIJMEGEN Postbus 40219 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft Toekenning
Woningstichting Haag Wonen A.S. Pronk Postbus CG S GRAVENHAGE. Datum 28 november 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen
> Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Woningstichting Haag Wonen A.S. Pronk Postbus 250 2501 CG S GRAVENHAGE Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl.toek.ct Betreft
Hierbij ontvangt u de rapportage betreffende aanvullend onderzoek rond uw plangebied Waterman II te Rijsbergen (zie figuur 1).
Advies- en ingenieursbureau Oranjewoud B.V. T.a.v. dhr. E. Riphagen Postbus 40 4900 AA OOSTERHOUT Uw kenmerk: ***** Ons kenmerk: ORNA1201.B4 Datum: 5-12-2012 Projectgebied: Wonen Werken Waterman Rijsbergen