MODEL-KIESREGLEMENT VAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM Het centraal stembureau, de plaatselijke stembureaus en de verkiezingsgedelegeerden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MODEL-KIESREGLEMENT VAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM Het centraal stembureau, de plaatselijke stembureaus en de verkiezingsgedelegeerden"

Transcriptie

1 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 1 MODEL-KIESREGLEMENT VAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM 1997 Vastgesteld door het College van Bestuur op 24 april Gewijzigd op 26 juni 1997, 5 april 2001, 24 februari 2004 en 3 februari INHOUD Hoofdstuk I. Algemene bepalingen (artt. 1-4) Hoofdstuk II. Het centraal stembureau, de plaatselijke stembureaus en de verkiezingsgedelegeerden (artt.5-9) Hoofdstuk III. Het kiesrecht, de indeling in kiesdistricten en het kiezersregister (artt ) Hoofdstuk IV. Het kiesstelsel en de kandidaatstelling (artt ) Hoofdstuk V. De wijze van stemmen en het stemmen bij volmacht (artt ) Hoofdstuk VI. De vaststelling van de uitslag (artt ) Afdeling I Algemeen (artt ) Afdeling 2 Van de vaststelling van de uitslag van de verkiezing volgens het lijstenstelsel (artt ) Afdeling 3 van de vaststelling van de uitslag van de verkiezing volgens het stelsel van de enkele overdraagbare stem (artt ) Afdeling 4 Het bekendmaken van de uitslag (artt. 7-1) Hoofdstuk VII. Het vervullen van vacatures (artt ) Hoofdstuk VIII. Het indienen van bezwaren (artt. 78) Hoofdstuk IX. Slot- en overgangsbepalingen (artt ) Toelichting

2 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 2 HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Dit reglement regelt de organisatie van de verkiezing van ondernemingsraden, studentenraden en andere organen binnen de Universiteit van Amsterdam, indien en voor zover de desbetreffende regeling dit reglement op die verkiezing van toepassing verklaart. Artikel 2 ( 1 KIESREGLEMENT 1986) 1. In dit reglement wordt verstaan onder: a. Centraal Stembureau : het Centrale Stembureau bedoeld in artikel 5; b. College van Bestuur : het college bedoeld in artikel 19.2 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek; c. dagen : werkdagen, niet zijnde zaterdagen en algemeen erkende feestdagen in de zin van art. 3 van de Algemene Termijnenwet, en wel, voor zover van toepassing, van tot uur; d. decaan : degene die aan het hoofd staat van de faculteit; e. faculteit : een faculteit van de universiteit dan wel het Academisch Medisch Centrum of het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam; f. kiezersregister : het kiezersregister bedoeld in artikel 11; g. kiesdistrict : een in het op de verkiezing van de raad toepasbare reglement nader aan te duiden groep kiesgerechtigde personen welke een bepaald aantal leden van de raad verkiest en daarvoor kandidaten kan stellen; h. peildatum : de datum waarop het kiezersregister te uur wordt bevroren; i. raad : een ondernemingsraad, een studentenraad of een ander orgaan binnen de Universiteit van Amsterdam, indien en voor zover op de verkiezingen aan dit reglement van toepassing is verklaard; j. tussentijdse verkiezing : een verkiezing welke wordt uitgeschreven krachtens het reglement dat op de raad van toepassing is, voor een zittingstermijn welke ingaat voordat de huidige zittingstermijn van de raad zal zijn beëindigd; k. universiteit : de Universiteit van Amsterdam. 2. Indien één of meer van de in dit reglement genoemde functies (mede) door een vrouw worden vervuld, dienen de daarop betrekking hebbende mannelijke aanduidingen in de vrouwelijke vorm gelezen te worden. Artikel 3 ( 3 KIESREGELEMENT 1986) 1. Het besluit tot het houden van een verkiezing dient ten minste vier maanden voor de eerste dag van de stemming voor de betreffende verkiezing schriftelijk aan het Centraal Stembureau te worden medegedeeld. Deze termijn geldt niet indien het een besluit tot het houden van een tussentijdse verkiezing betreft, als bedoeld in artikel Bij gebreke van een mededeling bedoeld in het vorige lid, draagt het Centraal Stembureau zorg dat de eerstvolgende verkiezingen voor de onderscheiden raden worden gehouden tegen het einde van de bij of krachtens het desbetreffende reglement -vastgestelde zittingstermijn van de leden van deze raden. Artikel 4 (4 KIESREGLEMENT 1986) Het overschrijden van de in dit reglement genoemde termijnen als gevolg van de door de kiezer gekozen wijze van verzending van documenten in het kader van de te houden verkiezing, is voor risico van de kiezer.

3 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 3 HOOFDSTUK II. HET CENTRAAL STEMBUREAU, DE PLAATSELIJKE STEMBUREAUS EN DE VERKIEZINGSGEDELEGEERDEN Artikel 5 (5 KIESREGLEMENT 1986) 1. Er is een Centraal Stembureau dat is samengesteld uit een voorzitter, vier overige leden en ten hoogste drie plaatsvervangende leden. De zittingstermijn van de overige leden en plaatsvervangende leden bedraagt twee jaren; die van de voorzitter vier jaren. De voorzitter. de overige leden en de plaatsvervangende leden worden benoemd en ontslagen door het College van Bestuur. De leden en de voorzitter kunnen worden herbenoemd. 2. Uit en door de leden wordt de plaatsvervangend voorzitter aangewezen. Bij ontstentenis van de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter bepalen de overige leden wie als plaatsvervangend voorzitter zal optreden. 3. Het Centraal Stembureau wordt bijgestaan door een secretaris en een of meer adjunct-secretarissen te benoemen en te ontslaan door het College van Bestuur. 4. Het Centraal Stembureau is belast met de voorbereiding en uitvoering van de verkiezingen. Het heeft onder meer tot taak: a. het vaststellen van het kiezersregister; b. het beslissen op verzoeken tot verbetering van het kiezersregister; c. het beslissen over de geldigheid van de kandidaatstelling; d. het toezien op een ordelijk verloop van de verkiezingen; e. in geval van ongeldig verklaring van de stemming: het doen uitschrijven van een nieuwe stemming; f. het vaststellen van de uitslagen van de verkiezingen; g. het voorzien in vacatures in de raad; h. het vaststellen van de modellen van de bij de verkiezing te gebruiken formulieren, zoals het formulier voor de kandidaatstelling, van de oproepingskaart, van het stembiljet, alsmede van de processenverbaal in dit reglement genoemd; i. diegenen die daarvoor in aanmerking komen te wijzen op hun rechten en plichten. 5. Het Centraal Stembureau is gevestigd en houdt zitting op een door het College van Bestuur te bepalen plaats. 6. Het Centraal Stembureau beslist bij meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken, beslist de voorzitter. Artikel 6 (6 KIESREGLEMENT 1986) Indien de in het vorige artikel bedoelde werkzaamheden daartoe aanleiding geven kan het College van Bestuur op voorstel van de voorzitter c.q. plaatsvervangend voorzitter en de secretaris van het Centraal Stembureau voor een versterking van de personeelsbezetting van het secretariaat gedurende de periode van een verkiezingsprocedure zorgdragen. Artikel 7 1. Indien en voor zover de organisatie van de verkiezing daartoe noodzaakt naar het oordeel van het Centraal Stembureau kan het per verkiezing, per kiesdistrict dan wel per kiesgroep een of meer plaatselijke stembureaus instellen. 2. De plaatselijke stembureaus worden belast met het toezicht op de stemlokalen en stembussen alsmede met andere taken welke hun door het Centraal Stembureau worden opgedragen. 3. Met het oog op een ordelijk verloop van de verkiezing kan het Centraal Stembureau richtlijnen uitvaardigen voor de procedures welke in de stemlokalen dienen te worden gerespecteerd. De richtlijnen worden gepubliceerd en liggen bij ieder plaatselijk stembureau en bij het Centraal Stembureau ter inzage. Het plaatselijke stembureau is belast met de uitvoering van deze richtlijnen. Artikel 8 (5.8 KIESREGLEMENT 1986) Aan de leden van het Centraal Stembureau en van de plaatselijke stembureaus kan door het College van Bestuur een vacatiegeld worden toegekend.

4 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 4 Artikel 9 (7 KIESREGLEMENT 1986) 1. Er is voor iedere faculteit, dan wel, indien en voor zover een of meer kiesdistricten een eenheid buiten een faculteit betreffen, voor die andere eenheid een verkiezingsgedelegeerde. Hij treedt op voor de faculteit of voor de eenheid, in zaken de verkiezingen binnen de tot de faculteit of die eenheid behorende kiesdistricten betreffende, voor zover die zaken niet zijn opgedragen aan een plaatselijk stembureau. 2. De verkiezingsgedelegeerde wordt aangewezen door de betrokken decaan of het hoofd van de eenheid.

5 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 5 HOOFDSTUK III. HET KIESRECHT, DE INDELING IN KIESDISTRIKTEN EN HET KIEZERSREGISTER Artikel 10 (9 KIESREGLEMENT 1986) Uitoefening van het kiesrecht is slechts mogelijk na opname in het kiezersregister. Artikel 11 ( 11 KIESREGLEMENT 1986) 1. De zorg voor het tijdig beschikbaar komen van de gegevens, noodzakelijk voor de samenstelling van het in artikel 10 bedoelde kiezersregister, berust bij het College van Bestuur. 2. Het kiezersregister bevat allen die op een door het Centraal Stembureau vast te stellen peildatum krachtens het op de verkiezing toe te passen reglement kiesgerechtigd zijn. 3. De in het tweede lid bedoelde peildatum ligt niet vroeger dan twee weken na de dag waarop het besluit tot het houden van een verkiezing bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt genomen en ten minste zes weken voor de eerste dag van de stemming. 4. Het kiezersregister is een elektronisch bestand waarin gegevens van de kiezers van alle kiesdistricten zijn opgenomen. 5. In het kiezersregister wordt van elke kiezer opgenomen: de geslachtsnaam, de voorletters, de datum en het jaar van zijn geboorte, de woonplaats en het adres alsmede het kiesdistrict waartoe hij behoort en het nummer waaronder hij in het kiesdistrict voorkomt. 6. Na de peildatum worden in het kiezersregister nog slechts wijzigingen aangebracht op grond van het bepaalde in de artikelen 13 en 14. Artikel 12 ( 13 KIESREGLEMENT 1986) 1. Op de vijfde dag volgend op de in artikel 11 bedoelde peildatum stelt het Centraal Stembureau het kiezersregister ter inzage open aan de kiezers. 2. Elke kiezer heeft tot en met de dag van de kandidaatstelling inzage in de gegevens die het kiezersregister over hem bevat door middel van inloggen met zijn UvAnetID op een door het Centraal Stembureau opengestelde website. 3. Het Centraal Stembureau brengt de data van de openstelling van het kiezersregister en de url tijdig ter openbare kennis. Artikel 13 (14 KIESREGLEMENT 1986) 1. Elke kiezer is bevoegd om binnen een periode van vijf dagen na de openstelling ter inzage van het kiezersregister schriftelijk en met redenen omkleed het Centraal Stembureau verbetering te vragen indien hij van mening is dat hij in strijd met het recht niet, of niet behoorlijk, dan wel ten onrechte is opgenomen. Indien hij van mening is dat hij zelf of een andere persoon in strijd met de wet of het toepasselijke reglement niet, of niet behoorlijk, dan wel ten onrechte is opgenomen. Het Centraal Stembureau kan binnen dezelfde periode ook ambtshalve het kiezersregister verbeteren met in achtneming van het bepaalde in artikel Indien ten gevolge van een ambtelijke verbetering van het kiezersregister een persoon daaruit zou moeten worden geschrapt, wordt hiervan schriftelijk aan de betrokkene kennis gegeven. 3. In de hierop volgende periode van vijf dagen, zo nodig door het Centraal Stembureau met ten hoogste vijf dagen te verlengen, beslist het Centraal Stembureau bij een met redenen omkleed besluit op de in het eerste lid bedoelde verzoeken en wijzigt zonodig het kiezersregister, waarna op de vijfde of indien vorengenoemde verlenging heeft plaatsgevonden op de tiende dag, te uur het kiezersregister is vastgesteld. 4. Het Centraal Stembureau doet onverwijld een afschrift van het in het vorige lid genoemde besluit toekomen aan degene, die het verzoek om verbetering heeft ingediend 5. Het Centraal Stembureau doet onverwijld een afschrift van het in het derde lid bedoeld besluit en de in het eerste lid bedoelde ambtshalve verbeteringen ter inzage leggen op de hal van het Maagdenhuis voor de duur van vijf dagen. Artikel 14 (16 KIESREGLEMENT 1986)

6 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 6 Tussen de periode die begint op de eerste dag na afloop van de in artikel 12 bedoelde periode van ter inzagelegging en tien dagen voor de eerste dag van de stemming kunnen besluiten tot (ambtshalve) verbetering van het kiezersregister door het Centraal Stembureau alleen worden genomen in de volgende gevallen: a. onjuiste vermelding van de geslachtsnaam, de voorletter(s), de datum en het jaar van geboorte, de woonplaats of het adres van de kiezer; b. indiensttreding als lid van het personeel, dan wel inschrijving als student; c. beëindiging van het dienstverband of zodanige wijziging van het dienstverband dat verandering van het kiesdistrict hiervan het gevolg is; d. beëindiging van de inschrijving dan wel zodanige wijziging van de inschrijving dat verandering van het kiesdistrict hiervan het gevolg is; e. indien blijkt dat niet is voldaan aan de voor inschrijving als student gestelde wettelijke eisen. Van de sub b, c en d bedoelde gevallen wordt het Centraal Stembureau terstond door of vanwege het College van Bestuur op de hoogte gesteld.

7 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 7 HOOFDSTUK IV. HET KIESSTELSEL EN DE KANDIDAATSTELLING Artikel 15 De verkiezing vindt plaats volgens het lijstenstelsel tenzij in het reglement dat de samenstelling van de raad regelt, is bepaald dat het stelsel van de enkele overdraagbare stem van toepassing is. Artikel 16 (17 KIESREGLEMENT 1986) 1. De dagen der kandidaatstelling worden door het Centraal Stembureau vastgesteld. 2. Tenminste twee weken tevoren brengt het Centraal Stembureau de dag, plaats en tijd der kandidaatstelling ter openbare kennis. Het Centraal Stembureau is bevoegd meer dagen voor de kandidaatstelling vast te stellen, mits deze vallen binnen een week na de eerste dag van de kandidaatstelling. Het maakt, indien van deze bevoegdheid gebruik gemaakt wordt, dit zo spoedig mogelijk bekend. Ingeval van een verkiezing van een ondernemingsraad, waar het gaat om de kandidaatstelling door middel van vrije lijsten, stelt het Centraal Stembureau na de kandidaatstelling door de werknemersorganisaties het wettelijk aantal personen vast dat de vrije lijst dient te ondertekenen en de werknemersorganisaties waarvan deze personen geen lid dienen te zijn. 3. De kandidaatstelling geschiedt op kandidatenlijsten, waarvan het model wordt vastgesteld door het Centraal Stembureau. Artikel 17 (18 KIESREGLEMENT 1986) 1. De kandidatenlijst kan bevatten de aanduiding van de groepering, waartoe de kandidaten voorkomende op de lijst zich hebben verbonden. 2. De aanduiding van de groepering mag niet meer dan 35 letters bevatten. 3. De kandidatenlijst vermeldt tevens het kiesdistrict waartoe de op die lijst voorkomende kandidaat of kandidaten behoren. 4. Indien een kandidatenlijst geen aanduiding als bedoeld in het eerste lid bevat, wordt als aanduiding van die lijst de naam van de eerste op die lijst voorkomende kandidaat genomen. 5. Op een kandidatenlijst kunnen slechts namen van kandidaten voorkomen die behoren tot hetzelfde kiesdistrict waarvoor de kandidatenlijst is ingediend. Artikel 18 (19 KIESREGLEMENT 1986) In het geval van verkiezingen volgens het lijstenstelsel worden de namen der kandidaten op de lijsten geplaatst in de volgorde waarin degenen die de lijst indienen dan wel ondertekenen aan hen de voorkeur geven. Artikel 19 (21 KIESREGLEMENT 1986) 1. Elke kandidaat wordt op de kandidatenlijst vermeld met de geslachtsnaam. de voorletter(s), datum en het jaar van geboorte, alsmede woonplaats en adres. De voorletter(s) mogen geheel of ten dele door voornamen worden vervangen. 2. Nadere aanduidingen van de naam, mits op de gebruikelijke manier afgekort, titels, voor zover de kandidaat het recht toekomt deze te voeren, alsmede (een onderdeel van) de faculteit, andere organisatorische eenheid of opleiding, waarin de kandidaat werkzaam is of studeert, mogen aan de naam worden toegevoegd. 3. De naam, voorletters, voornamen, titels en toevoegingen mogen tezamen niet meer dan 50 letters omvatten. Artikel 20 (Vervallen) Artikel 21 (23 KIESREGLEMENT 1986) Bij de kandidatenlijst wordt overgelegd een schriftelijke verklaring van iedere daarop 8 voorkomende kandidaat dat hij bewilligt in zijn kandidaatstelling op deze lijst, alsmede in de plaats die hij hierop inneemt, Deze bewilliging kan niet worden ingetrokken, behoudens het gestelde in artikel 26, derde lid,

8 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 8 Artikel 22 (24 KIESREGLEMENT 1986) 1. Degenen die lijsten indienen of ondertekenen dan wel hun gemachtigden kunnen lijsten tot een lijstencombinatie verbinden door een daartoe strekkende schriftelijke gemeenschappelijke verklaring bij het Centraal Stembureau in te leveren. Een zodanige lijstencombinatie kan slechts worden aangegaan in het kiesdistrict waarin de lijsten zijn gesteld. 2. De door een groepering ingediende kandidatenlijst kan slechts deel uitmaken van één lijstencombinatie. Zijn twee of meer verklaringen als bedoeld in het eerste lid dezelfde groepering betreffende, overgelegd, ertoe strekkend dat deze groepering zich tot meer dan één lijstencombinatie verbindt, dan stelt het Centraal Stembureau die groepering in de gelegenheid aan te geven welke verklaring, onder intrekking van haar overige verklaringen, gehandhaafd blijft, waarbij de bij deze verschillende lijst ten combinaties betrokken groeperingen tevens alsnog in de gelegenheid worden gesteld zich tot één lijstencombinatie te verbinden. Bij het uitblijven hiervan zijn al die verklaringen ongeldig, Hiervan wordt melding gemaakt in het in het derde lid bedoelde proces-verbaal. 3. In het in artikel 33, eerste lid, bedoelde proces-verbaal wordt vermeld welke groeperingen hun lijsten tot een lijstencombinatie hebben verbonden. 4. Bij de toepassing van de artikelen 55, 56 en 57 worden de groeperingen die hun lijsten tot één lijstencombinatie hebben verbonden, beschouwd als één lijst. 5. De vorm en inrichting van de in het eerste lid bedoelde verklaring worden vastgesteld door het Centraal Stembureau. Artikel 23 (25 KIESREGLEMENT 1986) 1. Op de dag(en) der kandidaatstelling kunnen de kandidatenlijsten tussen 9.00 uur en uur bij het Centraal Stembureau worden ingeleverd. 2. De inlevering van een kandidatenlijst geschiedt persoonlijk door een kiezer die bevoegd is tot deelneming in het desbetreffende kiesdistrict. Deze kiezer dient zich desgevraagd te legitimeren. 3. De voorzitter van het Centraal Stembureau of het door deze aangewezen (plaatsvervangend) lid dan wel de secretaris van het Centraal Stembureau na een daartoe strekkende opdracht van de voorzitter stelt een ontvangstbewijs met vermelding van dag en tijdstip ter hand van degene die de lijst inlevert. Artikel 24 (26 KIESREGLEMENT 1986) Zo spoedig mogelijk na het verstrijken van de tijd, waarbinnen kandidatenlijsten kunnen worden ingeleverd, houdt het Centraal Stembureau zitting tot het onderzoeken van de kandidatenlijsten. Artikel 25 (27 KIESREGLEMENT 1986) Indien bij het onderzoek blijkt van een of meer der navolgende verzuimen: a. dat de kandidatenlijst niet is ingediend of ondertekend op de voorgeschreven wijze; b. dat de kandidatenlijst niet voldoet aan het gestelde in artikel 16, derde lid; c. dat de aanduiding van de groepering meer dan 35 letters omvat; d. dat de kandidatenlijst niet voldoet aan het gestelde in artikel 17, vijfde lid; e. dat ten aanzien van de kandidaat ontbreekt de verklaring als bedoeld in artikel 21; f. dat een kandidaat niet is vermeld op de wijze als aangegeven in artikel l9; g. dat een kandidaat op meer dan één lijst in hetzelfde kiesdistrict voorkomt; h. dat voor zover het betreft de verkiezing van de leden van dezelfde raad, de kandidaat in meer dan één kiesdistrict kandidaat is gesteld; i. dat de volgorde in de namen der kandidaten niet ondubbelzinnig is; j. in het geval van de verkiezing van een ondernemingsraad, dat een vrije lijst niet is ondertekend door het wettelijk benodigde aantal personen; k. in het geval van de verkiezing van een ondernemingsraad, dat degene die een vrije lijst heeft ondertekend lid is van een werknemersorganisatie welke een kandidatenlijst heeft ingediend; l. dat niet wordt voldaan aan enige andere door de Wet of door het op de verkiezing toe te passen reglement gestelde eis; geeft het Centraal Stembureau zo spoedig mogelijk na kennisneming daarvan bij aangetekende brief of tegen gedagtekend ontvangstbewijs kennis aan hem, die de betreffende kandidatenlijst heeft ingeleverd.

9 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 9 Artikel 26 (28 KIESREGLEMENT 1986) 1. Op een door het Centraal Stembureau te bepalen en vooraf bekend te maken datum van uur tot uur, kan degene die de kandidatenlijst heeft ingeleverd, het verzuim of de verzuimen, bedoeld in artikel 25, herstellen bij het Centraal Stembureau. 2. In de gevallen bedoeld in artikel 25, onder a. en k., kan degene, die tot het indienen of ondertekenen van de kandidatenlijst bevoegd zou zijn geweest, op de in het eerste lid bedoelde dag door persoonlijke verschijning bij het Centraal Stembureau zich alsnog in de plaats stellen van degene, die de lijst onbevoegd heeft ingediend of ondertekend. 3. In het geval van artikel 25, onder g. of h., geeft het Centraal Stembureau de desbetreffende persoon op de in het eerste lid bedoelde dag de gelegenheid zijn kandidatuur van een of meer lijsten terug te trekken. Artikel 27 (29 KIESREGLEMENT I986) 1. Onmiddellijk na het verstrijken van de tijd, waarbinnen verzuimen kunnen worden hersteld, beslist het Centraal Stembureau in een openbare zitting over de geldigheid van de kandidatenlijsten en over de handhaving van de daarop voorkomende kandidaten. 2. Dag, uur en plaats van de zitting worden ten minste een week tevoren door het Centraal Stembureau ter openbare kennis gebracht. Artikel 28 (30 KIESREGLEMENT 1986) Ongeldig is de kandidatenlijst: a. die niet op de dag(en) der kandidaatstelling tussen uur en uur door het Centraal Stembureau is ontvangen; b. die, eventueel na toepassing van artikel 26, eerste of derde lid, niet op de voorgeschreven wijze is ingediend of ondertekend; c. die niet voldoet aan de eis bedoeld in artikel 25 onder a.; d. waarop door toepassing van artikel 29 alle kandidaten zijn geschrapt; e. waarop de volgorde in de namen der kandidaten niet ondubbelzinnig is, eventueel na toepassing van artikel 26, eerste of derde lid; f. die niet voldoet aan het gestelde in artikel 16, derde lid. Artikel 29 (31 KIESREGLEMENT 1986) Het Centraal Stembureau schrapt, na toepassing van artikel 26, eerste of derde lid, in de volgorde in dit artikel aangegeven, van de kandidatenlijst de naam van de kandidaat: a. die niet is vermeld op de wijze als is aangegeven in artikel 19; b. van wie niet is overgelegd de verklaring als bedoeld in artikel 21 ; c. die geen kiezer is in het kiesdistrict waarvoor de kandidatenlijst is ingeleverd; d. die op meer lijsten van het kiesdistrict voorkomt; e. die, voor zover het betreft de verkiezing van de leden van dezelfde raad, op de lijsten van twee of meer kiesdistricten voorkomt. Artikel 30 (32 KIESREGLEMENT 1986) Indien in het geval van artikel 25 onder c. het verzuim niet wordt hersteld, beperkt het Centraal Stembureau de aanduiding ambtshalve tot niet meer dan 35 letters. Artikel 3l (34.3 KIESREGLEMENT 1986) Indien een wijziging van een kandidatenlijst plaatsvindt, licht het Centraal Stembureau de indiener van de lijst zo spoedig mogelijk hierover in. Artikel 32 (33 KIESREGLEMENT 1986) 1. Onmiddellijk na zijn beslissing over de geldigheid van de kandidatenlijsten en over de handhaving van de daarop voorkomende kandidaten. bepaalt het Centraal Stembureau in dezelfde zitting voor elk kiesdistrict afzonderlijk, de nummering van de lijsten. 2. De nummering van de lijsten, ingediend volgens het stelsel der enkele overdraagbare stem, geschiedt door het lot.

10 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) De nummering van de lijsten ingediend volgens het lijstenstelsel, geschiedt op basis van de volgorde van het aantal stemmen, te beginnen bij het hoogste aantal, dat de lijsten bij de laatstgehouden verkiezingen hebben behaald. Bij een gelijk aantal stemmen beslist het lot. De nummering van de lijsten die bij de laatstgehouden verkiezingen niet, of niet onder dezelfde aanduiding zijn ingediend, geschiedt door het lot. Indien het de eerste verkiezing betreft geschiedt de nummering door het lot. Artikel 33 (34 KIESREGLEMENT 1986) 1. Het besluit van het Centraal Stembureau over de geldigheid van de kandidatenlijsten en over de handhaving van de daarop voorkomende kandidaten wordt neergelegd in een proces-verbaal, dat door de voorzitter en de secretaris wordt ondertekend. 2. Het in het vorige lid bedoelde proces-verbaal wordt onverwijld ter inzage gelegd in de hal van het Maagdenhuis.

11 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 11 HOOFDSTUK VI. DE WIJZE VAN STEMMEN EN HET STEMMEN BIJ VOLMACHT Artikel 34 (58, 71 KIESREGLEMENT 1986) Is in enig kiesdistrict het aantal kandidaten niet groter dan het aantal toegewezen zetels, dan worden dezen zonder stemming voor verkozen verklaard. Artikel 35 (37 KIESREGLEMENT 1986) 1. De periode voor schriftelijke stemming bedraagt vijf dagen. De periode voor elektronisch stemmen bedraagt tenminste twee dagen. De periode voor stemming door persoonlijke verschijning bedraagt een dag. Het Centraal Stembureau stelt de dagen en de plaatsen vast waarop de stemming plaatsvindt. 2. Het Centraal Stembureau stelt het model, de inrichting en de kleur van de oproepingskaart en het (elektronisch) stembiljet vast. 3. Het Centraal Stembureau regelt de wijze waarop de stemming plaatsvindt; het ziet erop toe dat aan de kiezer bij het uitbrengen van zijn stem de grootst mogelijke geheimhouding wordt verzekerd. Artikel De stemming geschiedt door het inzenden van het toegezonden stembiljet, door inlevering van het toegezonden stembiljet bij het (of de) op de oproepingskaart aangegeven plaatselijke stembureau(s) of bij volmacht dan wel elektronisch. 2. Bij elektronisch stemmen kan alleen volgens het lijstenstelsel worden gestemd. Artikel Het Centraal Stembureau geeft richtlijnen voor het functioneren van het plaatselijke stembureau en voor de stemprocedure. 2. De in het eerste lid bedoelde richtlijnen worden tenminste vijf dagen voor de stemming vastgesteld en ter inzage gelegd in de hal van het Maagdenhuis. 3. De richtlijnen liggen gedurende de periode waarin gestemd kan worden tevens ter inzage bij het plaatselijke stembureau. Artikelen (Gereserveerd) Artikel Het Centraal Stembureau zorgt ervoor dat elke kiezer, wiens naam in het kiezersregister is opgenomen, uiterlijk vijf dagen voor de eerste dag van de stemming een oproepingskaart en een stembiljet met een antwoordenveloppe krijgt toegezonden. 2. Op de oproepingskaart worden vermeld: a. de naam, de voorletter(s) en het adres van de kiezer; b. het nummer van het kiesdistrict en het nummer, waaronder de kiezer in het desbetreffende kiesdistrict voorkomt c. het plaatselijke stembureau dan wel de plaatselijke stembureaus waar de kiezer aan de stemming kan deelnemen d. de wijze waarop overeenkomstig artikel 45 een volmacht tot stemmen kan worden gegeven. 3. Voorts wordt de kiezer medegedeeld: a. het aantal zetels dat in het desbetreffende kiesdistrict te bezetten is; b. dagen waarop de stemming plaatsvindt. 4. Ingeval van elektronisch stemmen zijn lid 1, lid 2 onder a en b en lid 3 van dit artikel van toepassing met dien verstande dat in plaats van een stembiljet met antwoordenvelop een korte toelichting op stemprocedure en de voor het uitbrengen van de stem noodzakelijke nadere gegevens worden toegestuurd.

12 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 12 Artikel De kiezer dient gebruik te maken van de antwoordenveloppe. Op de achterzijde van deze enveloppe plaatst de kiezer in de daarvoor bestemde ruimte zijn kiezersnummer zoals op de oproepingskaart aangegeven alsmede zijn handtekening. 2. Het eerste lid van dit artikel is niet van toepassing ingeval van elektronisch stemmen. Artikel 43 (41 KIESREGLEMENT 1986) 1. Aan de kiezer die geen stembiljet heeft ontvangen of wiens stembiljet in het ongerede is geraakt, wordt op zijn verzoek door het Centraal Stembureau slechts één maal een duplicaat uitgereikt, mits hij voldoende van zijn identiteit doet blijken. Van de uitreiking wordt in het kiezersregister aantekening gehouden. 2. Aan de kiezer die geen oproepingskaart heeft ontvangen of wiens oproepingskaart in het ongerede is geraakt wordt op zijn verzoek ten laatste twee dagen voor de stemming door het Centraal Stembureau slechts éénmaal een duplicaat uitgereikt, mits hij voldoende van zijn identiteit doet blijken. Van de uitreiking wordt in het kiezersregister aantekening gehouden. Artikel 44 (46 KIESREGLEMENT 1986) 1. De kiezer, die bij volmacht wenst te stemmen, dient uiterlijk tien dagen voor de aanvang van de stemming een schriftelijk verzoek daartoe in bij het Centraal Stembureau, door gebruikmaking van het daartoe door het Centraal Stembureau vastgestelde formulier, waarop de volmachtgever de volmacht verleent en de gemachtigde zich bereid verklaart als zodanig op te treden. 2. De gemachtigde moet vanaf het tijdstip van de bereidverklaring tot het einde van de stemming in het kiezersregister voor het betrokken kiesdistrict zijn opgenomen. 3. De volmachtgever is niet bevoegd de volmacht in te trekken. 4. Na verlening van een volmacht is de volmachtgever niet gerechtigd aan de verkiezing deel te nemen. 5. Dit artikel is niet van toepassing ingeval van elektronisch stemmen. Artikel 45 (48 KIESREGLEMENT 1986) 1. Een gemachtigde kan niet meer dan twee aanwijzingen als gemachtigde aannemen. 2. Het stembiljet van de volmachtgever wordt naar het adres van de gemachtigde gezonden. 3. Indien de volmachtgever in strijd met artikel 44, derde lid of vierde lid, aan de stemming heeft deelgenomen, is de gemachtigde niet gerechtigd als gemachtigde van de volmachtgever een stem uit te brengen. 4. Dit artikel is niet van toepassing ingeval van elektronisch stemmen. Artikel 46 (48 KIESREGLEMENT 1986) 1. Op het stembiljet zijn gedrukt: a. de lijsten van de kandidaten van het desbetreffende kiesdistrict en hun aanduiding bedoeld in artikel 18; b. een kolom, vóór elke lijst, waarin de kiezer zijn voorkeur kan aangeven. 2. Ingeval van elektronisch stemmen worden de lijsten van de kandidaten van het desbetreffende kiesdistrict en hun aanduiding als bedoeld in artikel 18 voor de kiezer elektronisch zichtbaar gemaakt. Artikel 47 (42 KIESREGLEMENT 1986) 1. Indien de verkiezing plaatsvindt op basis van het lijstenstelsel, stemt de kiezer door op het stembiljet één kruis te plaatsen en wel in het stemvak vóór de naam van de kandidaat van zijn voorkeur. Ingeval van elektronisch stemmen stemt de kiezer door de naam van de kandidaat van zijn voorkeur te markeren. 2. Indien de verkiezing plaatsvindt op basis van het stelsel van de enkele overdraagbare stem, stemt de kiezer door op het stembiljet in de daarvoor bestemde kolom de onderscheiden nummers der kandidaten in de volgorde van zijn voorkeur te vermelden. Artikel 48 (43 KIESREGLEMENT 1986) 1. Indien zich onregelmatigheden bij een stemming hebben voorgedaan en het Centraal Stembureau van mening is dat deze onregelmatigheden van invloed zijn op de vaststelling van de uitslag van de verkiezing, kan het Centraal Stembureau besluiten de stemming in het desbetreffende kiesdistrict ongeldig te verklaren.

13 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) Het Centraal Stembureau brengt zo spoedig mogelijk deze beslissing ter openbare kennis.

14 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 14 HOOFDSTUK VI. DE VASTSTELLING VAN DE UITSLAG Afdeling I AIgemeen Artikel 49 (50 KIESREGLEMENT 1986) 1. De uitslag van de verkiezing wordt vastgesteld in een openbare zitting op een of meer door het Centraal Stembureau nader te bepalen dagen. 2. Het Centraal Stembureau brengt de dag(en), uur en plaats der zitting een week tevoren ter openbare kennis. Artikel 50 (52 KIESREGLEMENT 1986) Indien op het stembiljet bestemd voor een verkiezing volgens het lijstenstelsel: a. in meer dan één stemvak een kruis is geplaatst, dan is dat stembiljet van onwaarde; b. de voorkeur vóór de naam van de kandidaat op een andere wijze is aangegeven dan door het plaatsen van een kruis in het stemvak, dan wordt dit met het plaatsen van een kruis gelijkgesteld, indien dit kennelijk met de bedoeling van de kiezer overeenkomt; c. andere informatie is vermeld dan is bedoeld in artikel 47, dan wordt dit biljet geacht deze informatie niet te bevatten en is het stembiljet niet om die reden ongeldig. Artikel 5l (53 KIESREGLEMENT I986) Indien op een stembiljet bestemd voor een verkiezing volgens het stelsel van de enkele overdraagbare stem: a. de rangorde in de voorkeur van de kiezer op een naar het oordeel van het Centraal Stembureau onduidelijke wijze is aangegeven, wordt de reeks van voorkeuren vanaf de onduidelijke voorkeur geacht van onwaarde te zijn. Indien de onduidelijkheid zich reeds voordoet bij de eerste voorkeur, is dat stembiljet van onwaarde; b. een kandidaat met meer dan één voorkeur is aangegeven, wordt slechts de hoogste voorkeur in aanmerking genomen; c. andere informatie is vermeld dan is bedoeld in artikel 47, wordt dit biljet geacht deze informatie niet te bevatten en is het stembiljet niet om die reden ongeldig. Artikel 52 (54 KIESREGLEMENT 1986) Indien op een stembiljet geen voorkeur voor enige kandidaat is aangegeven, wordt dit stembiljet geacht een blanco-stem te bevatten. Artikel 52a Bij elektronisch stemmen kan een kiezer aangeven blanco te stemmen. Artikel 53 (55 KIESREGLEMENT 1986) De stembiljetten worden op een door het Centraal Stembureau nader vast te stellen wijze verwerkt ter bepaling van de verkiezingsuitslag. Afdeling 2 De vaststelling van de uitslag van de verkiezing volgens het lijnenstelsel Artikel 54 (59 KIESREGLEMENT 1986) 1. De verdeling van het aantal beschikbare zetels over de groeperingen die in een kiesdistrict een kandidatenlijst hebben gesteld, geschiedt overeenkomstig het bepaalde in de volgende leden. 2. Per kiesdistrict stelt het Centraal Stembureau van iedere kandidatenlijst vast: a. het aantal stemmen dat op ieder op die lijst voorkomende kandidaat is uitgebracht; b. de som van de aantallen stemmen bedoeld onder a. Deze som wordt stemcijfer genoemd. 3. Indien in een kiesdistrict lijsten tot een lijstencombinatie zijn verbonden, wordt voor het bepalen van het aantal daaraan toe te kennen zetels die lijstencombinatie beschouwd als één lijst, met een stemcijfer van de lijsten, waaruit die lijstencombinatie bestaat.

15 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 15 Artikel 55 (60 KIESREGLEMENT 1986) 1. Per kiesdistrict stelt het Centraal Stembureau de som der stemcijfers van alle kandidatenlijsten vast en deelt deze door het aantal te vervullen zetels. Dit quotiënt, verhoogd tot onmiddellijk volgend geheel getal indien het niet op een geheel getal eindigt, wordt kiesdeler genoemd. 2. Evenzovele malen als de kiesdeler begrepen is in het stemcijfer van een lijst, wordt aan die één der vervullen zetels toegekend. 3. Van de overblijvende zetels wordt achtereenvolgens telkens één toegekend aan die lijst of lijstencombinatie, die na toekenning van de zetel het grootste gemiddelde aantal stemmen per toegekende zetel zou hebben. Indien de gemiddelden gelijk zijn, beslist zonodig het lot. Artikel 56 (61 KIESREGLEMENT 1986) Indien door toepassing van het behaalde in het vorige artikel aan een lijst of lijstencombinatie één of meer zetels zouden moeten worden toegekend boven het aantal kandidaten op die lijst of lijstencombinatie die in leven zijn, blijft(ven) deze zetel(s) onbezet. Artikel 57 (62 KIESREGLEMENT 1986) 1. De verdeling der aan een lijstencombinatie toegekende zetels over de lijsten die zijn gecombineerd, geschiedt als volgt. 2. Het Centraal Stembureau deelt het stemcijfer van de lijstencombinatie door het aantal zetels dat aan de lijstencombinatie is toegekend. 3. Het aldus verkregen quotiënt, verhoogd tot het onmiddellijk volgend geheel getal indien het niet op een geheel getal eindigt, wordt combinatiekiesdeler genoemd. 4. Evenzovele malen als de combinatiekiesdeler is begrepen in het stemcijfer van elk der lijsten, waaruit die combinatie bestaat, wordt aan die lijst een der combinatie toegekende zetels toegekend. 5. Van de overblijvende zetels wordt telkens één toegekend aan die lijst van de combinatie, die na toekenning van de zetel het grootste gemiddeld aantal stemmen per toegekende zetel zou hebben. Indien de gemiddelden gelijk zijn, beslist zonodig het lot. Artikel 58 (64 KIESREGLEMENT 1986) 1. Voor de bezetting van de overeenkomstig het bepaalde in voorgaande artikelen aan iedere kandidatenlijst van het kiesdistrict toegekende zetels deelt het Centraal Stembureau het stemcijfer van die lijst door het aantal aan die lijst toegekende zetels. Het aldus verkregen quotiënt, verhoogd tot het onmiddellijk volgend geheel getal indien het niet op een geheel getal eindigt, wordt lijstkiesdeler genoemd. 2. Verkozen is iedere kandidaat van de lijst die een aantal stemmen heeft verkregen tenminste gelijk aan de lijstkiesdeler. 3. Indien op de in het vorige lid omschreven wijze nog niet alle aan de kandidatenlijst toegekende zetels zijn bezet, is verkozen die kandidaat die een aantal stemmen heeft behaald gelijk aan of groter dan drie vierde deel van de lijstkiesdeler, in de volgorde van het aantal verkregen stemmen, totdat alle aan de kandidatenlijst toegekende zetels zijn bezet. Indien twee of meer kandidaten een gelijk aantal stemmen heeft verkregen beslist het lot. 4. Indien op de in het vorige lid omschreven wijze nog niet alle aan de kandidatenlijst toegekende zetels zijn bezet, is verkozen die kandidaat die minder dan drie vierde deel van de lijstkiesdeler heeft behaald, in de volgorde van de kandidatenlijst, totdat alle aan de kandidatenlijst toegekende zetels zijn bezet. Artikel 59 (65 KIESREGLEMENT 1986) 1. Het Centraal Stembureau rangschikt ten aanzien van iedere kandidatenlijst de daarop voorkomende kandidaten in zodanige volgorde dat bovenaan komen te staan de kandidaten die het aantal stemmen, vereist om verkozen te zijn, hebben verkregen en wel in de volgorde van de lijst. 2. Vervolgens worden de kandidaten die niet het aantal stemmen vereist om verkozen te zijn, hebben verkregen, zodanig gerangschikt, dat eerst komen, in de volgorde van het door ieder van hen verkregen aantal stemmen, de kandidaten die een aantal stemmen hebben verkregen gelijk aan of groter dan de drie vierde deel van de lijstkiesdeler en daarna in volgorde van de kandidatenlijst, de kandidaten die een aantal stemmen verkregen kleiner dan de drie vierde deel van de lijstkiesdeler.

16 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 16 Artikel 60 (66 KIESREGLEMENT 1986) De vaststelling van de uitslag der verkiezing wordt door het Centraal Stembureau, onmiddellijk na het bepalen daarvan, neergelegd in een proces-verbaal, dat door alle leden wordt ondertekend. Artikel 61 (83 KIESREGLEMENT 1986) Het proces-verbaal wordt onverwijld vanaf een vooraf door het Centraal Stembureau bekend te maken datum gedurende twee dagen ter inzage gelegd in de hal van het Maagdenhuis. Afdeling 3 De vaststelling van de uitslag van de verkiezing volgens het stelsel van de enkele overdraagbare stem Artikel 62 (72 KIESREGLEMENT 1986) Indien in enig kiesdistrict het aantal kandidaten groter is dan het aantal aan dat kiesdistrict toegewezen zetels, dan wordt de uitslag van de verkiezing in dat kiesdistrict vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in de volgende artikelen. Artikel 63 (73 KIESREGLEMENT 1986) 1. Een geldig stembiljet dat niet een blanco stem bevat, wordt in eerste instantie met een stemwaarde 100 toegewezen aan de daarop als eerste voorkeur aangegeven kandidaat. 2. Het Centraal Stembureau deelt de som der stemwaarden van alle geldige stembiljetten door één meer dan het aantal in het betreffende kiesdistrict te bezetten zetels en verhoogt de uitkomst tot het naast hogere gehele getal. Het aldus verkregen getal is de kiesdeler. Artikel 64 (74 KIESREGLEMENT 1986) 1. De uitslag van de verkiezing wordt vastgesteld in ronden. Per ronde wordt steeds één kandidaat verkozen dan wel afgewezen verklaard. 2. In de hierna volgende artikelen zal onder het aantal stemmen op een kandidaat worden verstaan de som der stemwaarden van de aan die kandidaat toegewezen stembiljetten. Artikel 65 (75 KIESREGLEMENT 1986) Indien ten minste één kandidaat een aantal stemmen heeft verkregen groter dan of gelijk aan de kiesdeler, vindt artikel 66 toepassing. Heeft geen der kandidaten de kiesdeler gehaald, dan vindt artikel 67 toepassing. Artikel 66 (76 KIESREGLEMENT 1986) 1. Indien ten minste één kandidaat een aantal stemmen heeft verkregen groter dan of gelijk aan de kiesdeler, wordt die kandidaat die de meeste stemmen heeft verkregen verkozen verklaard. 2. Het Centraal Stembureau vermenigvuldigt de stemwaarden van de aan deze kandidaat toegewezen stembiljetten met een reductiefactor. Deze reductiefactor wordt verkregen door het verschil tussen het aantal stemmen van deze kandidaat en de kiesdeler te delen door dit aantal stemmen. Van elk van deze stembiljetten wordt het breukdeel van de aldus verkregen nieuwe stemwaarde verwaarloosd. 3. De stembiljetten van deze gekozen verklaarde kandidaat worden, indien zij nog stemwaarde hebben, overgedragen. Artikel 67 (77 KIESREGLEMENT 1986) 1. Indien geen der kandidaten de kiesdeler heeft gehaald, valt de kandidaat die het geringste aantal stemmen heeft verkregen af. 2. De stembiljetten van deze afgevallen kandidaten worden met onverminderde stemwaarde overgedragen aan één of meer der nog meedingende kandidaten. Artikel 68 (78 KIESREGLEMENT 1986) 1. Onder het overdragen van stembiljetten wordt verstaan het toewijzen van die stembiljetten aan de daarop met eerstvolgende voorkeur aangegeven kandidaat. 2. Bij overdracht van stembiljetten worden de reeds gekozen, dan wel afgevallen kandidaten buiten beschouwing gelaten.

17 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) Stembiljetten die niet voor overdracht vatbaar zijn, worden als uitgeputte stembiljetten ter zijde gelegd. Artikel 69 (79 KIESREGLEMENT 1986) 1. Voor zover kandidaten in eerste instantie een gelijk aantal stemmen hebben verkregen, beslist het lot over het verkozen zijn of het afvallen. 2. Voor zover kandidaten in de eerste of volgende ronde een gelijk aantal stemmen hebben verkregen, is zo nodig het aantal in eerste instantie, dan wel in de eerste of volgende ronde verkregen stemmen, beslissend. Kan ook op deze wijze geen beslissing worden verkregen, dan beslist het lot. Artikel 70 (80 KIESREGLEMENT 1986) 1. Het vaststellen van de uitslag van de verkiezing wordt, door herhaalde toepassing van de artikelen 65 tot en met 69 voortgezet totdat zoveel kandidaten verkozen zijn als er zetels te bezeten zijn, onverminderd het bepaalde in het volgende lid. 2. Indien het aantal overgebleven kandidaten gelijk is aan het aantal nog te bezetten zetels, dan worden deze kandidaten allen verkozen verklaard. 3. Indien, nadat alle beschikbare zetels zijn bezet, nog kandidaten resteren, wordt ook voor ieder van deze kandidaten vastgesteld hoeveel stemmen hij heeft verkregen. Artikel 71 (81 KIESREGLEMENT 1986) 1. Het Centraal Stembureau rangschikt de kandidaten in zodanige volgorde dat bovenaan komen te staan de kandidaten die het aantal stemmen, vereist om gekozen te zijn, hebben verkregen en wel in de volgorde van het aantal verkregen stemmen. 2. Vervolgens worden de kandidaten die niet het aantal stemmen vereist om gekozen te zijn, hebben gekregen, eveneens gerangschikt in de volgorde van het door ieder van hen verkregen aantal stemmen. 3. Indien blijkt dat twee of meer kandidaten een gelijk aantal stemmen hebben verkregen, is zo nodig het aantal in eerste instantie, dan wel in de eerste of volgende ronde verkregen stemmen beslissend over de volgorde waarin zij in de rangschikking worden opgenomen. Indien ook op deze wijze geen beslissing kan worden verkregen, beslist het lot. Artikel 72 (82 KIESREGLEMENT 1986) De vaststelling van de uitslag van de verkiezing wordt onmiddellijk na de bepaling daarvan neergelegd in een proces verbaal dat door alle leden van het Centraal Stembureau wordt ondertekend. Artikel 73 (83 KIESREGLEMENT 1986) Het proces verbaal wordt onverwijld vanaf een vooraf door het Centraal Stembureau bekend te maken datum gedurende twee dagen ter inzage gelegd in de hal van het Maagdenhuis. Afdeling 4 Het bekend maken van de uitslag Artikel 74 (84 KIESREGLEMENT 1986) 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 78, vierde lid, doet het Centraal Stembureau terstond nadat de in het eerste lid van vorengenoemd artikel vermelde termijn waarbinnen tegen besluiten als bedoeld in de artikelen 60 en 72 ingevolge artikel 78 bezwaar kan worden ingediend, verstreken is, aan iedere kandidaat die verkozen is, schriftelijk mededeling van zijn verkiezing. 2. De in het eerste lid bedoelde mededeling van het Centraal Stembureau aan de gekozen kandidaat strekt deze tot geloofsbrief. 3. Afschrift van deze schriftelijke mededeling wordt gezonden aan de voorzitter van de desbetreffende raad.

18 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 18 HOOFDSTUK VII. HET VERVULLEN VAN VACATURES Artikel 75 (87 KIESREGLEMENT 1986) Het Centraal Stembureau voorziet in het geval dat een kandidaat zijn verkiezing niet aanvaardt, dan wel in de gevallen van een ontstane vacature in de raad, door van de kandidatenlijst, waarop hij die moet worden opgevolgd is gekozen, gekozen te verklaren de als dan op de volgens de artikelen 69 en 71 gerangschikte lijst in volgorde hoogst geplaatste, niet zitting hebbende kandidaat. Hierbij wordt buiten beschouwing gelaten de kandidaat: a. wiens vacature wordt vervuld; b. die de hoedanigheid heeft verloren krachtens welke hij in het kiesdistrict kandidaat is gesteld dan wel anderszins het recht heeft verloren zitting te hebben; c. die niet bereid is op het moment een eventuele verkiezing te aanvaarden; d. die is overleden. Artikel 76 (88 KIESREGLEMENT 1986) 1. Indien bij de toepassing van de bepalingen van dit hoofdstuk geen kandidaat of geen kandidaat die voor benoeming in aanmerking wenst te komen, meer voorkomt op de lijst, waarop degene is gekozen, die moet worden vervangen, en deze lijst met een andere lijst tot een lijstencombinatie is verbonden, wordt de op deze andere lijst voorkomende kandidaat die naar de volgorde, vastgesteld overeenkomstig de artikelen 59 of 71, voor benoeming in aanmerking komt, benoemd verklaard. 2. Indien de lijst verbonden is met meer dan één andere lijst, wordt door overeenkomstige toepassing van artikel 57 beslist aan welke van de verbonden lijsten de zetel zal worden toegekend. De kandidaat van deze lijst, die naar de volgorde, vastgesteld overeenkomstig de artikelen 59 of 71, voor benoeming in aanmerking komt, wordt benoemd verklaard. Indien ook op deze lijst geen kandidaat of geen kandidaat die voor benoeming in aanmerking wenst te komen meer voor komt, wordt de zetel aan een andere verbonden lijst toegekend door verdere toepassing van het in dit lid bepaalde, en zo vervolgens. Indien de lijst niet verbonden is met een andere lijst, blijft de zetel onbezet. 3. Op de in het tweede lid bedoelde vacaturevervulling is het bepaalde in artikel 75 van toepassing. Artikel 77 (90 KIESREGLEMENT 1986) 1. Bij tussentijdse verkiezingen kan het Centraal Stembureau bij een met redenen omkleed besluit beslissen de in dit reglement voorgeschreven termijnen in te korten. 2. Het Centraal Stembureau brengt de in het vorige lid bedoelde beslissing zo spoedig mogelijk ter openbare kennis.

19 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 19 HOOFDSTUK VIII. HET INDIENEN VAN BEZWAREN Artikel 78 (85 KIESREGLEMENT 1986) 1. Bezwaren tegen een besluit van het Centraal Stembureau als bedoeld in de artikelen 13, eerste en derde lid, 14, sub c en d, 33, eerste lid, 48, eerste lid, 60, 72, 75 en 76, eerste en tweede lid, worden schriftelijk ingediend, binnen vier dagen, ingaande de dag volgend op de datum van dagtekening van het besluit. 2. Indien het verkiezingen voor een ondernemingsraad dan wel voor een onderdeelcommissie van een ondernemingsraad betreft wordt het bezwaar gericht aan de ondernemingsraad. De ondernemingsraad zendt het Centraal Stembureau onmiddellijk afschrift van het bezwaarschrift. 3. Indien het verkiezingen voor een andere raad betreft wordt het bezwaar gericht aan het College van Bestuur. Het College van Bestuur zendt het Centraal Stembureau onmiddellijk afschrift van het bezwaarschrift. Voorafgaand aan zijn beslissing op het bezwaar wint het College van Bestuur advies in. 4. Het indienen van een bezwaar heeft geen opschortende kracht, behalve in het geval het is ingesteld tegen een besluit als bedoeld in de artikelen 33, eerste lid, 60, 72, 75 en 76, eerste en tweede lid.

20 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 20 HOOFDSTUK IX. SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN Artikel 79 (91 KIESREGLEMENT 1986) Het Centraal Stembureau beslist in alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet. Artikel 80 (92 KIESREGLEMENT 1986) Dit reglement kan worden aangehaald als "Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997". Het treedt in werking op de dag dat het is vastgesteld door het College van Bestuur. Het wordt niet gewijzigd dan na overleg met de ondernemingsraden welke het in hun reglement van toepassing hebben verklaard op de verkiezing van de raad.

21 Model-Kiesreglement van de Universiteit van Amsterdam 1997 (gewijzigd) 21 TOELICHTING Met de vaststelling van dit Model-Kiesreglement beoogt het College van Bestuur een uniforme kiesprocedure te creëren voor alle directe verkiezingen binnen de Universiteit van Amsterdam. Het kan dan gaan om Ondernemingsraden en Onderdeelcommissies daarvan, Studentenraden en andere organen. Getrapte verkiezingen, zoals voorzien voor de Centrale Studentenraad, worden niet met dit Model worden geregeld. De toepasbaarheid van het Model-Kiesreglement hangt af van het reglement dat de verkiezing van de betrokken raad regelt: het reglement van de Ondernemingsraad, de Medezeggenschapsregeling Studenten 1997 en, die samenhangend, het Voorlopige Reglement Studentenraden en de faculteitsreglementen. De bevoegdheid om die regelingen vast te stellen en de daarvoor geldende procedures lopen uiteen. Om die reden is gekozen voor een Model en zijn alle bepalingen met betrekking tot het kiesrecht, de samenstelling, het toepasselijke kiesstelsel, en de zittingstermijn van de raad er niet in opgenomen. Dat was voor een deel wel het geval in het Kiesreglement 1986, waar het Model-KiesregIement voor het overige wel een grote mate van overeenkomst mee vertoont. Artikelen die om deze reden niet meer in het Model-KiesregIement terug komen zijn onder meer de artikelen 2, 8, 10, 12, I5, 20, 23, tweede en derde lid, 35, 36, 86 en 89 van het Kiesreglement Nieuw is de stemming door persoonlijke verschijning, naast de stemming per post, zoals dat tot nu toe gold. Het College hoopt dat hiermede de teleurstellende opkomstcijfers wellicht beter kunnen uitvallen. Voorts zijn enkele termijnen verkort en is de volmachtprocedure vereenvoudigd. De opkomstvereisten, de wachttijd om het kiesrecht te verwerven en het beroep, bij het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs, zijn uit de WHW en dus uit het Model-Kiesreglement geschrapt. Tenslotte zijn andere procedures aan het bovenstaande aangepast, onder meer de bezwarenprocedure en de instelling van plaatselijke stembureaus. Andere wijzigingen betreffen: Artikelen zijn gereserveerd voor de uitwerking van de stemprocedure in een plaatselijk stembureau. Artikel 45 Een gemachtigde kan voortaan twee aanwijzingen als gemachtigde aannemen, in plaats van één. Artikel 78 Het gaat om bezwaren tegen: vaststelling kiezersregister en ambtshalve verbeteringen; geldigheid kandidatenlijsten; ongeldig verklaren van een stemming in een district; vaststelling van de uitslag; voorzien in vacatures. De bezwaartermijn is verkort tot vier dagen.

Vastgesteld door het College van Bestuur op 7 juli 2006, laatstelijk gewijzigd op 1 april 2008

Vastgesteld door het College van Bestuur op 7 juli 2006, laatstelijk gewijzigd op 1 april 2008 KIESREGLEMENT CENTRALE STUDENTENRAAD EN FACULTAIRE STUDENTENRADEN 2006 Vastgesteld door het College van Bestuur op 7 juli 2006, laatstelijk gewijzigd op 1 april 2008 INHOUD Hoofdstuk I. Algemene bepalingen

Nadere informatie

Kiesreglement Universiteitsraad

Kiesreglement Universiteitsraad Kiesreglement Universiteitsraad INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk I: Algemene bepalingen Artikel 1: Definities ----------------------------------------------------------------- 2 Artikel 2: Het Centraal Stembureau

Nadere informatie

Artikel 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen KIESREGLEMENT UNIVERSITEITSRAAD PROTESTANTSE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT (bijlage bij het reglement van de Universiteitsraad Protestantse Theologische Universiteit) Artikel 1 Begripsbepalingen In dit reglement

Nadere informatie

KIESREGLEMENT OPLEIDINGSCOMMISSIES PROTESTANTSE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT

KIESREGLEMENT OPLEIDINGSCOMMISSIES PROTESTANTSE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT KIESREGLEMENT OPLEIDINGSCOMMISSIES PROTESTANTSE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT (bijlage bij het reglement van de Opleidingscommissie Protestantse Theologische Universiteit) Artikel 1 - Begripsbepalingen In

Nadere informatie

vast te stellen het Reglement ondernemingsraad gemeente Leek. I. Begripsbepalingen

vast te stellen het Reglement ondernemingsraad gemeente Leek. I. Begripsbepalingen CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR47204_1 1 juni 2016 Reglement ondernemingsraad gemeente Leek De ondernemingsraad van de gemeente Leek; B E S L U I T : vast te stellen het Reglement ondernemingsraad

Nadere informatie

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE UNIVERSITEITSRAAD VAN DE UNIVERSITEIT TWENTE. Versie Versie

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE UNIVERSITEITSRAAD VAN DE UNIVERSITEIT TWENTE. Versie Versie KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE UNIVERSITEITSRAAD VAN DE UNIVERSITEIT TWENTE Versie 2011 Versie 2011 1 Inhoudsopgave blz. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 3 Hoofdstuk 2 Het kiesrecht 4 Hoofdstuk

Nadere informatie

Artikel 9.34 Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek

Artikel 9.34 Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek INHOUD Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Hoofdstuk 8 KIESREGLEMENT UNIVERSITEITSRAAD UNIVERSITEIT UTRECHT Algemeen Centraal stembureau Kiesrecht Kandidaatstelling

Nadere informatie

Artikel 21: Ondertekening kandidaatstelling --------------------------------- 9

Artikel 21: Ondertekening kandidaatstelling --------------------------------- 9 KIESREGLEMENT FACULTEITS- EN DIENSTRADEN INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk I: Algemene bepalingen Artikel 1: Definities ---------------------------------------------------------- 3 Artikel 2: Het Centraal Stembureau

Nadere informatie

Reglement ondernemingsraden

Reglement ondernemingsraden Reglement ondernemingsraden 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1 1 Dit reglement verstaat onder: a. de ondernemer:... b. de onderneming:... c. de wet: de Wet op de ondernemingsraden. d. de bedrijfscommissie:

Nadere informatie

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE FACULTEITSRAAD VAN DE FACULTEIT ELEKTROTECHNIEK, WISKUNDE EN INFORMATICA

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE FACULTEITSRAAD VAN DE FACULTEIT ELEKTROTECHNIEK, WISKUNDE EN INFORMATICA Bijlage B KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE FACULTEITSRAAD VAN DE FACULTEIT ELEKTROTECHNIEK, WISKUNDE EN INFORMATICA Versie april 2004 11 Inhoudsopgave blz. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Reglement voor de ondernemingsraad van de provincie Zeeland

Reglement voor de ondernemingsraad van de provincie Zeeland Reglement voor de ondernemingsraad van de provincie Zeeland 25 januari 1996 Vastgesteld in de vergadering van de ondernemingsraad van 25 januari 1996 en gewijzigd in de vergadering van 21 maart 1996, 18

Nadere informatie

Vastgesteld bij besluiten door het college van bestuur op 30 maart 1999. Gewijzigd per 1 september 2002 bij besluit van 10 december 2001.

Vastgesteld bij besluiten door het college van bestuur op 30 maart 1999. Gewijzigd per 1 september 2002 bij besluit van 10 december 2001. KIESREGLEMENT KIESREGLEMENT Vastgesteld bij besluiten door het college van bestuur op 30 maart 1999. Gewijzigd per 1 september 2002 bij besluit van 10 december 2001. Gewijzigd per 1 januari 2004 bij besluit

Nadere informatie

Bijlage bij het Faculteitsreglement, laatstelijk vastgesteld op 21 september 2010 en in werking getreden op 21 september 2010.

Bijlage bij het Faculteitsreglement, laatstelijk vastgesteld op 21 september 2010 en in werking getreden op 21 september 2010. KIESREGLEMENT FACULTEITSRAAD 1 Faculteit sociale wetenschappen Bijlage bij het Faculteitsreglement, laatstelijk vastgesteld op 21 september 2010 en in werking getreden op 21 september 2010. INHOUD Hoofdstuk

Nadere informatie

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE UNIVERSITEITSRAAD, DE FACULTEITSRADEN EN DE DIENSTRADEN VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE UNIVERSITEITSRAAD, DE FACULTEITSRADEN EN DE DIENSTRADEN VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE UNIVERSITEITSRAAD, DE FACULTEITSRADEN EN DE DIENSTRADEN VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Reglement Ondernemingsraad Gemeente Leek vast te stellen het Reglement Ondernemingsraad Gemeente Leek Hoofdstuk I.

Reglement Ondernemingsraad Gemeente Leek vast te stellen het Reglement Ondernemingsraad Gemeente Leek Hoofdstuk I. CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR311502_1 1 juni 2016 Reglement Ondernemingsraad Gemeente Leek 2013 De ondernemingsraad van de gemeente Leek; B E S L U I T: vast te stellen het Reglement Ondernemingsraad

Nadere informatie

Definitief reglement ondernemingsraad HMC (zie: WOR, artikel 8)

Definitief reglement ondernemingsraad HMC (zie: WOR, artikel 8) Definitief reglement ondernemingsraad HMC (zie: WOR, artikel 8) Inhoudsopgave pag. I Begripsbepalingen 1 Artikel 1 1 II Samenstelling en zittingsduur 2 Artikel 2 2 Artikel 3 2 III Voorbereiding van de

Nadere informatie

Reglement voor de Onderdeelcommissies van de Ondernemingsraad van de Technische Universiteit Delft

Reglement voor de Onderdeelcommissies van de Ondernemingsraad van de Technische Universiteit Delft Vastgesteld bij OR besluit OR 11.06.1 d.d. 18-03-98 Gewijzigd bij OR besluit OR 87.6.2 d.d. 25-09-2002 Gewijzigd bij OR besluit OR 109.7.2 dd 17-0304 Laatstelijk gewijzigd bij OR besluit OR 140.8.2 d.d.

Nadere informatie

Kiesreglement, elektronisch

Kiesreglement, elektronisch Faculteit Gedrags- Management- en Maatschappijwetenschappen Bureau Faculteitsdecaan Kenmerk: MB14.1149 Kiesreglement, elektronisch voor de elektronische verkiezing van de faculteitsraad van de faculteit

Nadere informatie

RICHTLIJN FACULTAIR KIESREGLEMENT

RICHTLIJN FACULTAIR KIESREGLEMENT RICHTLIJN FACULTAIR KIESREGLEMENT Vastgesteld op 30 augustus 2006 Gewijzigd door het college van bestuur op 22 november 2011, na verkregen instemming van de universiteitsraad op 7 november 2011. Gewijzigd

Nadere informatie

III Voorbereiding van de verkiezing/actief en passief kiesrecht/kandidaatstelling

III Voorbereiding van de verkiezing/actief en passief kiesrecht/kandidaatstelling CVDR Officiële uitgave van Gelderland. Nr. CVDR78917_1 6 december 2016 Reglement ondernemingsraad Vastgesteld bij besluit van de Ondernemingsraad d.d. 12 april 2006 (Provinciaal Blad nr. 2006/43 van 27

Nadere informatie

Reglement van de ondernemingsraad gemeente Nissewaard

Reglement van de ondernemingsraad gemeente Nissewaard CVDR Officiële uitgave van Nissewaard. Nr. CVDR379451_1 14 maart 2019 Reglement van de ondernemingsraad gemeente Nissewaard De ondernemingsraad van de gemeente Nissewaard; gelet op artikel 8 van de Wet

Nadere informatie

KIESREGLEMENT UNIVERSITEITSRAAD UNIVERSITEIT UTRECHT

KIESREGLEMENT UNIVERSITEITSRAAD UNIVERSITEIT UTRECHT KIESREGLEMENT UNIVERSITEITSRAAD UNIVERSITEIT UTRECHT INHOUD Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Hoofdstuk 8 Algemeen Centraal stembureau / Decaan Geneeskunde

Nadere informatie

Zittingsduur Artikel 3 1. De leden van de ondernemingsraad treden om de jaar tegelijk af. 2. De aftredende leden zijn terstond herkiesbaar.

Zittingsduur Artikel 3 1. De leden van de ondernemingsraad treden om de jaar tegelijk af. 2. De aftredende leden zijn terstond herkiesbaar. Verkiezingsreglement Begripsbepalingen Artikel 1 Dit reglement verstaat onder: a. de ondernemer: b. de onderneming: c. de wet: de Wet op de ondernemingsraden (WOR); d. bedrijfscommissie: de bedrijfscommissie:

Nadere informatie

Reglement Ondernemingsraad Stichting ZorgSaam Zeeuws-Vlaanderen

Reglement Ondernemingsraad Stichting ZorgSaam Zeeuws-Vlaanderen Reglement Ondernemingsraad Stichting ZorgSaam Zeeuws-Vlaanderen Inhoudsopgave Begripsbepalingen... 3 Samenstelling en zittingsduur... 3 Voorbereiding van de verkiezing; actief en passief kiesrecht... 3

Nadere informatie

Ondernemingsraad gemeente Nissewaard - REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD GEMEENTE NISSEWAARD

Ondernemingsraad gemeente Nissewaard - REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD GEMEENTE NISSEWAARD GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Nissewaard Nr. 43180 1 maart 2018 Ondernemingsraad gemeente Nissewaard - REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD GEMEENTE NISSEWAARD De ondernemingsraad van de

Nadere informatie

voorzitter, een secretaris en een plaatsvervangende secretaris.

voorzitter, een secretaris en een plaatsvervangende secretaris. 4.1 Personeelsbeleid: 1.5.4.1 Or reglement 1 van 7 Reglement ondernemingsraad Artikel 1 2.1 Begripsbepalingen 1 Dit reglement verstaat onder: a. De ondernemer: S. Romijn b. De ondernemingen: KDV De Drie

Nadere informatie

Bijlage 2 bij het Reglement van het ibmg. Kiesreglement voor de Instituutsraad van het instituut Beleid & Management Gezondheidszorg (BMG-raad)

Bijlage 2 bij het Reglement van het ibmg. Kiesreglement voor de Instituutsraad van het instituut Beleid & Management Gezondheidszorg (BMG-raad) Bijlage 2 bij het Reglement van het ibmg Kiesreglement voor de Instituutsraad van het instituut Beleid & Management Gezondheidszorg (BMG-raad) April 2010 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1. DE BMG-RAAD 3 1. De

Nadere informatie

Reglement ondernemingsraad Hogeschool Leiden

Reglement ondernemingsraad Hogeschool Leiden Reglement ondernemingsraad Hogeschool Leiden Begripsbepalingen Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder: a. ondernemer: Stichting Hogeschool Leiden, gevestigd te Leiden; b. onderneming: Hogeschool

Nadere informatie

Voorbeeldreglement Ondernemingsraden

Voorbeeldreglement Ondernemingsraden Voorbeeldreglement Ondernemingsraden Een publikatie van het OR-Centrum van FNV Bondgenoten Met dit Voorbeeldreglement Ondernemingsraden kunt u het or-reglement opstellen dat specifiek voor uw onderneming

Nadere informatie

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE UNIVERSITEITSRAAD, DE FACULTEITSRADEN EN DE DIENSTRADEN VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN

KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE UNIVERSITEITSRAAD, DE FACULTEITSRADEN EN DE DIENSTRADEN VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE UNIVERSITEITSRAAD, DE FACULTEITSRADEN EN DE DIENSTRADEN VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Reglement OR IWNH - Personenstelsel

Reglement OR IWNH - Personenstelsel Reglement OR IWNH - Personenstelsel Begripsbepalingen Artikel 1 Dit reglement verstaat onder: a. de ondernemer: Stichting InstallatieWerk Noord-Holland; b. de onderneming: Stichting InstallatieWerk Noord-Holland;

Nadere informatie

KIESREGLEMENT FACULTEITSRAAD REBO

KIESREGLEMENT FACULTEITSRAAD REBO KIESREGLEMENT FACULTEITSRAAD REBO d.d. 26 januari 2017 Uit: Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek Artikel 9.5. Richtlijnen aan decanen Het college van bestuur kan richtlijnen vaststellen

Nadere informatie

Reglement OR IWNH- Personenstelsel

Reglement OR IWNH- Personenstelsel Reglement OR IWNH- Personenstelsel Begripsbepalingen Artikel 1 Dit reglement verstaat onder: a. de ondernemer: Ronald Olij ; b. de onderneming (+vestigingsplaats): IW uit Heerhugowaard; c. de wet: de Wet

Nadere informatie

Kiesreglement ex artikel 29 lid 7, Faculteitsreglement (versie 2010) Rotterdam School of Management, Erasmus University

Kiesreglement ex artikel 29 lid 7, Faculteitsreglement (versie 2010) Rotterdam School of Management, Erasmus University Herziene versie 2010 Kiesreglement ex artikel 29 lid 7, Faculteitsreglement (versie 2010) Rotterdam School of Management, Erasmus University Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Voor de verkiezing van de leden van de universiteitsraad, de faculteitsraden en de dienstraad.

Voor de verkiezing van de leden van de universiteitsraad, de faculteitsraden en de dienstraad. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN ALGEMEEN KIESREGLEMENT TU/e Voor de verkiezing van de leden van de universiteitsraad, de faculteitsraden en de dienstraad. Vastgesteld door het College van Bestuur van

Nadere informatie

Artikel 1 Begripsbepalingen. Artikel 2 Zetels A en B. Artikel 3 Kiesgerechtigd. Artikel 4 Profielschets

Artikel 1 Begripsbepalingen. Artikel 2 Zetels A en B. Artikel 3 Kiesgerechtigd. Artikel 4 Profielschets Verkiezingsreglement voor Verkiezingen van leden van het verantwoordingsorgaan van Pensioenfonds Metaal en Techniek (PMT) die de deelnemers, gewezen deelnemers of pensioengerechtigden vertegenwoordigen

Nadere informatie

VERKIEZINGEN LEAN & MEAN. Dr. mr. Steven Jellinghaus & mr. Karen Maessen De Voort Advocaten I Mediators

VERKIEZINGEN LEAN & MEAN. Dr. mr. Steven Jellinghaus & mr. Karen Maessen De Voort Advocaten I Mediators VERKIEZINGEN LEAN & MEAN Dr. mr. Steven Jellinghaus & mr. Karen Maessen De Voort Advocaten I Mediators POLLS Waar of niet? Verkiezingen duren 13 weken Toegestaan of niet toegestaan? Niet iedereen krijgt

Nadere informatie

Reglement Ondernemingsraad gemeente Heerenveen

Reglement Ondernemingsraad gemeente Heerenveen Bijlage 15. Reglement Ondernemingsraad gemeente Heerenveen Aldus vastgesteld door de ondernemingsraad 13 maart 2003. 1. Begripsbepalingen. Artikel 1 Dit reglement verstaat onder: bedrijfscommissie de bedrijfscommissie

Nadere informatie

3 Modelreglementsbepalingen inzake kiesgroepen

3 Modelreglementsbepalingen inzake kiesgroepen 3 Modelreglementsbepalingen inzake kiesgroepen 3.1 Algemene toelichting Dit hoofdstuk van het Voorbeeldreglement ondernemingsraden is van belang indien in het reglement voor de OR het zogenoemde kiesgroepensysteem

Nadere informatie

Verkiezingsreglement PWRI verantwoordingsorgaan

Verkiezingsreglement PWRI verantwoordingsorgaan Verkiezingsreglement PWRI verantwoordingsorgaan 1 Preambule De wet versterking bestuur pensioenfondsen bepaalt dat in het verantwoordingsorgaan de deelnemers en de pensioengerechtigden op basis van onderlinge

Nadere informatie

VERKIEZINGSREGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN verkiezing van vertegenwoordigers van deelnemers en pensioengerechtigden in het verantwoordingsorgaan

VERKIEZINGSREGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN verkiezing van vertegenwoordigers van deelnemers en pensioengerechtigden in het verantwoordingsorgaan VERKIEZINGSREGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN 2014 verkiezing van vertegenwoordigers van deelnemers en pensioengerechtigden in het verantwoordingsorgaan Het bestuur van Stichting Pensioenfonds ABP, Overwegende

Nadere informatie

Verkiezingsreglement. in het verantwoordings orgaan. Versie september verkiezing van vertegenwoordigers van pensioengerechtigden

Verkiezingsreglement. in het verantwoordings orgaan. Versie september verkiezing van vertegenwoordigers van pensioengerechtigden Verkiezingsreglement verantwoordingsorgaan Versie september 2017 verkiezing van vertegenwoordigers van pensioengerechtigden in het verantwoordings orgaan van de Stichting Bedrijfstak pensioenfonds voor

Nadere informatie

KIESREGLEMENT VOOR DE STUDENTENRAAD OP INSTELLINGSNIVEAU EN DE FACULTAIRE STUDENTENRADEN VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT1

KIESREGLEMENT VOOR DE STUDENTENRAAD OP INSTELLINGSNIVEAU EN DE FACULTAIRE STUDENTENRADEN VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT1 Bijlage bij Reglement Studentenraad op instellingsniveau KIESREGLEMENT VOOR DE STUDENTENRAAD OP INSTELLINGSNIVEAU EN DE FACULTAIRE STUDENTENRADEN VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT1 I Begripsbepalingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 097 Wijziging van de Waterschapswet tot het invoeren van de verkiezing van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE ONDERNEMINGSRAAD VAN DE GEMEENTE HOUTEN 1999

REGLEMENT VOOR DE ONDERNEMINGSRAAD VAN DE GEMEENTE HOUTEN 1999 REGLEMENT VOOR DE ONDERNEMINGSRAAD VAN DE GEMEENTE HOUTEN 1999 BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 13:1:1 Dit reglement verstaat onder: - ondernemer: het bestuur van de gemeente Houten - onderneming: de gemeente

Nadere informatie

Kiesreglement voor de Dienstraden. van de ondersteunende beheerseenheden. van de Erasmus Universiteit Rotterdam

Kiesreglement voor de Dienstraden. van de ondersteunende beheerseenheden. van de Erasmus Universiteit Rotterdam Kiesreglement voor de Dienstraden van de ondersteunende beheerseenheden van de Erasmus Universiteit Rotterdam 2016 PARAGRAAF 1 ALGEMENE BEPALINGEN DEFINITIES Artikel 1 De in dit Kiesreglement gebruikte

Nadere informatie

CENTRAAL STEMBUREAU UNIVERSITEIT MAASTRICHT

CENTRAAL STEMBUREAU UNIVERSITEIT MAASTRICHT CENTRAAL STEMBUREAU UNIVERSITEIT MAASTRICHT KIESREGLEMENT VOOR DE VERKIEZING VAN DE UNIVERSITEITSRAAD, DE DIENSTRADEN EN DE FACULTEITSRADEN VAN DE UNIVERSITEIT MAASTRICHT vastgesteld door het college van

Nadere informatie

Inhoudsopgave 2. Hoofdstuk I. Begripsbepalingen 4. Hoofdstuk II. Samenstelling en zittingsduur 4. Hoofdstuk IV. Wijze van stemmen bij verkiezingen 7

Inhoudsopgave 2. Hoofdstuk I. Begripsbepalingen 4. Hoofdstuk II. Samenstelling en zittingsduur 4. Hoofdstuk IV. Wijze van stemmen bij verkiezingen 7 - 1 - Pagina Inhoudsopgave 2 Hoofdstuk I. Begripsbepalingen 4 Artikel 1. Definities Hoofdstuk II. Samenstelling en zittingsduur 4 Artikel 2. (integraal) Aantal leden; voorzitter, plaatsvervangend voorzitter,

Nadere informatie

Reglement Ondernemingsraad. Vastgesteld 15 oktober 2015

Reglement Ondernemingsraad. Vastgesteld 15 oktober 2015 Reglement Ondernemingsraad Vastgesteld 15 oktober 2015 Inhoudsopgave: Begripsbepalingen 3 Samenstelling en zittingsduur 3 Voorbereiding van de verkiezing;actief en passief kiesrecht; kandidaatstelling

Nadere informatie

Inwerking getreden 22 juni Geschillenreglement van de Stadsbank Oost Nederland 2006

Inwerking getreden 22 juni Geschillenreglement van de Stadsbank Oost Nederland 2006 Inwerking getreden 22 juni 2006 Geschillenreglement van de Stadsbank Oost Nederland 2006 AANHEF Het algemeen bestuur van de Stadsbank Oost Nederland; Gelet op artikel 5 lid 3, artikel 11 lid 1 sub 1 c

Nadere informatie

OR-Reglement. Algemeen. Artikel 1 Begrippen

OR-Reglement. Algemeen. Artikel 1 Begrippen Algemeen Artikel 1 Begrippen Dit reglement verstaat onder: a. de ondernemer: Directie Opleidingsbedrijf InstallatieWerk Midden b. de onderneming: Opleidingsbedrijf InstallatieWerk Midden c. de wet: de

Nadere informatie

REGLEMENT UNIVERSITAIRE STUDENTENRAAD EN FACULTAIRE STUDENTENRADEN

REGLEMENT UNIVERSITAIRE STUDENTENRAAD EN FACULTAIRE STUDENTENRADEN REGLEMENT UNIVERSITAIRE STUDENTENRAAD EN FACULTAIRE STUDENTENRADEN Als bedoeld in artikel 40 en 41 van de Structuurregeling van de Radboud Universiteit Nijmegen Laatstelijk gewijzigd per 1 maart 2017 bij

Nadere informatie

Verkiezingen 2014 formaliteiten

Verkiezingen 2014 formaliteiten Verkiezingen 2014 formaliteiten In dit document worden formele handelingen beschreven die moeten worden uitgevoerd om in eerste instantie als groepering op de kandidatenlijst terecht te komen en vervolgens

Nadere informatie

Datum Actie door Bijzonderheden

Datum Actie door Bijzonderheden Wettelijke data en acties i.v.m. verkiezingen Provinciale Staten op 18 maart 2015 Actie Kieskringen, hoofds en centraal PS kunnen de Kieskring (heel Limburg) in meerdere kieskringen verdelen. Voor elke

Nadere informatie

Format Reglement Ondernemingsraad

Format Reglement Ondernemingsraad Format Reglement Ondernemingsraad Format Reglement Ondernemingsraad I. Begripsbepaling 1 II. Samenstelling en zittingsduur 2 III. Voorbereiding van de verkiezing, actief en passief kiesrecht, kandidaatstelling

Nadere informatie

Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de gemeenteraad / de eilandsraad / het algemeen bestuur van het waterschap / provinciale staten

Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de gemeenteraad / de eilandsraad / het algemeen bestuur van het waterschap / provinciale staten Model P 22-2 Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de gemeenteraad / de eilandsraad / het algemeen bestuur van Model P 22-2 Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de gemeenteraad / de eilandsraad

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Wijziging van de bepalingen inzake beroep in de Kieswet en de Wet Europese verkiezingen NADER GEWIJZIGD ONTWERP VAN WET Wij eatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Vastgesteld op 5 november 2014 REGLEMENT ONDERNEMINGSRAAD VRIJE UNIVERSITEIT

Vastgesteld op 5 november 2014 REGLEMENT ONDERNEMINGSRAAD VRIJE UNIVERSITEIT Vastgesteld op 5 november 2014 REGLEMENT ONDERNEMINGSRAAD VRIJE UNIVERSITEIT REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD VAN DE VRIJE UNIVERSITEIT Gelet op de artikelen 6 t/m 14 van de Wet op de Ondernemingsraden

Nadere informatie

Reglement Ondernemingsraad. Zorggroep Oude en Nieuwe Land. Zorggroep Oude en Nieuwe Land

Reglement Ondernemingsraad. Zorggroep Oude en Nieuwe Land. Zorggroep Oude en Nieuwe Land Reglement Ondernemingsraad Zorggroep Oude en Nieuwe Land Opgesteld door Ondernemingsraad Zorggroep Oude en Nieuwe Land Goedgekeurd 6 december 2012 REGLEMENT ONDERNEMINGSRAAD Artikel 1 1. Dit reglement

Nadere informatie

Reglement Ondernemingsraad. Vastgesteld februari 2016

Reglement Ondernemingsraad. Vastgesteld februari 2016 Reglement Ondernemingsraad Vastgesteld februari 2016 Inhoudsopgave: Begripsbepalingen Artikel 1 3 Samenstelling en zittingsduur 3 Voorbereiding van de verkiezing; actief en passief kiesrecht; kandidaatstelling

Nadere informatie

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP Vastgesteld bij besluit van de Raad van Bestuur van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep, hierna de NPO, d.d. 12 januari 2010, herzien d.d. 12 februari 2013.

Nadere informatie

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Artikel 1 - Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

Reglement Dienstraden

Reglement Dienstraden Reglement Dienstraden Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Hoofdstuk 2: Samenstelling, zittingstermijn en verkiezing Hoofdstuk 3: Functie, taak en bevoegdheden van de Dienstraad Hoofdstuk 4: Werkwijze van

Nadere informatie

Bijlage 7 Regl. v.orde v.h. College van Beroep voor de Examens

Bijlage 7 Regl. v.orde v.h. College van Beroep voor de Examens Bijlage 7 Reglement van Orde van het College van Beroep voor de Examens Regeling ter uitvoering van het bepaalde in artikel 54 van de Structuurregeling van de Radboud Universiteit Nijmegen. HOOFDSTUK 1.

Nadere informatie

REGLEMENT ALGEMENE BEPALINGEN VOOR INTERNE COMMISSIES INHOUDSOPGAVE

REGLEMENT ALGEMENE BEPALINGEN VOOR INTERNE COMMISSIES INHOUDSOPGAVE REGLEMENT ALGEMENE BEPALINGEN VOOR INTERNE COMMISSIES INHOUDSOPGAVE artikel 1 : begripsbepalingen artikel 2 : de commissie artikel 3 : het secretariaat artikel 4 : het bezwaarschrift artikel 5 : bevoegdheden

Nadere informatie

Regeling behandeling bezwaarschriften Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor PO en VO

Regeling behandeling bezwaarschriften Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor PO en VO Regeling behandeling bezwaarschriften Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor PO en VO Artikel 1: Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan: a. Besluit: een schriftelijke beslissing

Nadere informatie

Reglement Universitaire Studentenraad en Facultaire Studentenraden

Reglement Universitaire Studentenraad en Facultaire Studentenraden Reglement Universitaire Studentenraad en Facultaire Studentenraden (als bedoeld in artikel 23 en 24 van de Structuurregeling van de Radboud Universiteit Nijmegen) Laatstelijk gewijzigd per 1 mei 2010 bij

Nadere informatie

Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de Tweede Kamer / het Europees Parlement / provinciale staten

Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de Tweede Kamer / het Europees Parlement / provinciale staten Model P 22-1 Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de Tweede Kamer / het Europees Parlement / provinciale staten Met dit formulier doet het centraal stembureau verslag van de zitting waarin de uitslag

Nadere informatie

Model P Verkiezing. 2. Zitting. 3. Aantal stemmen per lijst en kandidaat. 4. Aantal blanco en ongeldige stemmen

Model P Verkiezing. 2. Zitting. 3. Aantal stemmen per lijst en kandidaat. 4. Aantal blanco en ongeldige stemmen Model P 22-2 Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de gemeenteraad / de eilandsraad / het algemeen bestuur van het waterschap / provinciale staten / het kiescollege Met dit formulier wordt verslag

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD Stichting Leerlingzorg Almere voortgezet onderwijs

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD Stichting Leerlingzorg Almere voortgezet onderwijs MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD Stichting Leerlingzorg Almere voortgezet onderwijs Toelichting vooraf Bij de in het reglement genoemde termijnen gaat het steeds om werkbare of lesweken,

Nadere informatie

Versie april Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds UWV

Versie april Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds UWV Versie 0.1 9 april 2018 Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds UWV Artikel 1. Definities Op dit Verkiezingsreglement zijn de begripsomschrijvingen van de statuten van Stichting

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT Medezeggenschapsreglement van Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Rotterdam ( het samenwerkingsverband ). Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Medezeggenschapsreglement van RSV Breda e.o. te Breda ( het samenwerkingsverband )

Medezeggenschapsreglement van RSV Breda e.o. te Breda ( het samenwerkingsverband ) Medezeggenschapsreglement van RSV Breda e.o. te Breda ( het samenwerkingsverband ) Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen a. wet: de Wet medezeggenschap op scholen (Stb. 2006, 658);

Nadere informatie

Or-verkiezingen vallen in twee fasen uiteen: de kandidaatstellingsprocedure en het in stemming brengen van de kandidaten.

Or-verkiezingen vallen in twee fasen uiteen: de kandidaatstellingsprocedure en het in stemming brengen van de kandidaten. MEDEZEGGENSCHAP WOR-PROOF VERKIEZINGEN ORGANISEREN Ondernemingsraadverkiezingen moeten voldoen aan de artikelen 9 tot en met 11 van de Wet op de Ondernemingsraden. Om dat te realiseren heeft de or een

Nadere informatie

Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan Pensioenfonds ANWB concept v2. Degenen die pensioen opbouwt bij Stichting Pensioenfonds ANWB.

Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan Pensioenfonds ANWB concept v2. Degenen die pensioen opbouwt bij Stichting Pensioenfonds ANWB. Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan Pensioenfonds ANWB concept v2 Artikel 1: Begripsbepalingen Bestuur Bestuursbureau Deelnemer Het bestuur van het pensioenfonds Het bestuursbureau van het pensioenfonds

Nadere informatie

Conform het bestaande aftreedschema treedt in 2016 het volgende bondsbestuurslid af: Ton Wijers

Conform het bestaande aftreedschema treedt in 2016 het volgende bondsbestuurslid af: Ton Wijers Agendapunt 11. Verkiezing leden bondsbestuur 11.1 Voordracht bestuursleden Conform het bestaande aftreedschema treedt in 2016 het volgende bondsbestuurslid af: Ton Wijers Het aftreedschema ziet er als

Nadere informatie

Verordening commissie bezwaarschriften Utrechtse Heuvelrug 2017

Verordening commissie bezwaarschriften Utrechtse Heuvelrug 2017 Behoort bij raadsvoorstel 2017-479 titel: Verordening commissie bezwaarschriften Utrechtse Heuvelrug 2017) De raad, het college, de burgemeester en de leerplichtambtenaar van de gemeente Utrechtse Heuvelrug;

Nadere informatie

Medezeggenschapsreglement van Stichting Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO te Groningen ( het samenwerkingsverband ).

Medezeggenschapsreglement van Stichting Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO te Groningen ( het samenwerkingsverband ). MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD VO Medezeggenschapsreglement van Stichting Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO 20.01 te Groningen ( het samenwerkingsverband ). Hoofdstuk 1 Algemene

Nadere informatie

Artikelen Kiesbesluit

Artikelen Kiesbesluit Artikelen Kiesbesluit HOOFDSTUK D. De registratie van de kiesgerechtigdheid Artikel D 1 Burgemeester en wethouders ontlenen aan de gemeentelijke basisadministratie personen de gegevens die nodig zijn voor

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2003 nr.126

GEMEENTEBLAD 2003 nr.126 GEMEENTEBLAD 2003 nr.126 De raad, het college, de burgemeester en de gemeenteambtenaar, belast met de heffing van gemeentelijke belastingen, van de gemeente Maassluis; ieder voor zoveel het hun bevoegdheden

Nadere informatie

Verordening behandeling bezwaarschriften Orionis Walcheren WWB/Participatiewet

Verordening behandeling bezwaarschriften Orionis Walcheren WWB/Participatiewet Het Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur van Orionis Walcheren, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft, gelet op de Gemeenschappelijke Regeling Orionis Walcheren, de Wet Werk en Bijstand (WWB)/Participatiewet

Nadere informatie

REGLEMENT, REGELENDE DE WERKWIJZE VAN DE EN ONDERDEELCOMMISSIES. conform artikel 14 van de Wet op de Ondernemingsraden

REGLEMENT, REGELENDE DE WERKWIJZE VAN DE EN ONDERDEELCOMMISSIES. conform artikel 14 van de Wet op de Ondernemingsraden voorlopig REGLEMENT, REGELENDE DE WERKWIJZE VAN DE ONDERNEMINGSRAAD EN ONDERDEELCOMMISSIES conform artikel 14 van de Wet op de Ondernemingsraden Juli 2010 1 INHOUDSOPGAVE pagina REGLEMENT ONDERNEMINGSRAAD

Nadere informatie

Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de Tweede Kamer / het Europees Parlement / provinciale staten

Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de Tweede Kamer / het Europees Parlement / provinciale staten Model P 22-1 Proces-verbaal van de verkiezingsuitslag van de Tweede Kamer / het Europees Parlement / provinciale staten Met dit formulier doet het centraal stembureau verslag van de zitting waarin de uitslag

Nadere informatie

REGELING BEZWAARSCHRIFTENPROCEDURE AWB NEDERLANDS-VLAAMSE ACCREDITATIE ORGANISATIE

REGELING BEZWAARSCHRIFTENPROCEDURE AWB NEDERLANDS-VLAAMSE ACCREDITATIE ORGANISATIE REGELING BEZWAARSCHRIFTENPROCEDURE AWB NEDERLANDS-VLAAMSE ACCREDITATIE ORGANISATIE Gelet op artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht: Overwegende dat het wenselijk is een adviescommissie in te stellen

Nadere informatie

REGLEMENT VERKIEZINGEN BESTUUR STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 3 APRIL 2014

REGLEMENT VERKIEZINGEN BESTUUR STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 3 APRIL 2014 REGLEMENT VERKIEZINGEN BESTUUR STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 3 APRIL 2014 Begripsbepalingen Artikel 1 Definities Voor dit reglement zijn de begripsomschrijvingen van de statuten van Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Reglement Beroepscommissie Bestedingsplan Sportagenda

Reglement Beroepscommissie Bestedingsplan Sportagenda Reglement Beroepscommissie Bestedingsplan Sportagenda Positie commissie In het proces van de jaarlijkse verdeling van LottoBestedingsplan Sportagenda-gelden, bestaande uit Lotto-, Mission- en VWS-gelden

Nadere informatie

Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan. Stichting Shell Pensioenfonds (SSPF)

Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan. Stichting Shell Pensioenfonds (SSPF) Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan Stichting Shell Pensioenfonds (SSPF) Vastgesteld op 11 juli 2015 Inhoudsopgave Artikel 1: Definities en samenstelling Verantwoordingsorgaan (VO) Artikel 2: Profiel

Nadere informatie

Artikel 1 Begripsbepalingen Dit reglement verstaat onder: ouders, voogden en verzorgers van leerlingen van de school.

Artikel 1 Begripsbepalingen Dit reglement verstaat onder: ouders, voogden en verzorgers van leerlingen van de school. Reglement Ouderraad Artikel 1 Begripsbepalingen Dit reglement verstaat onder: Ouders: ouders, voogden en verzorgers van leerlingen van de school. Leerlingen: leerlingen in de zin van de Wet Primair Onderwijs

Nadere informatie

RICHTLIJN FACULTAIR KIESREGLEMENT

RICHTLIJN FACULTAIR KIESREGLEMENT RICHTLIJN FACULTAIR KIESREGLEMENT Geowetenschappen Vastgesteld op 30 augustus 200 Gewijzigd door het college van bestuur op 22 november 2011, na verkregen instemming van de universiteitsraad op 7 november

Nadere informatie

Reglement van de Commissie van Beroep

Reglement van de Commissie van Beroep Reglement van de Commissie van Beroep 1 januari 2019 Artikel 1 De in dit Reglement van Beroep voorkomende begrippen hebben de betekenis als daaraan toegekend in de Statuten en het Algemeen Reglement en

Nadere informatie

Gemeente Albrandswaard

Gemeente Albrandswaard Gemeente Verordening Onderwerp: Verordening bezwaarschriften 2018 Commissie BBVnummer: 1288490 Datum vergadering/ agendanummer Kenmerk 1293411 Openbaar Verordening bezwaarschriften 2018 De raad, het college

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Transavia Vliegers

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Transavia Vliegers Dec 2014 Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Transavia Vliegers Artikel 1. Begripsomschrijvingen Voor dit reglement zijn de begripsomschrijvingen van de statuten van Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot

Nadere informatie

Reglement Ondernemingsraad AB Vakwerk. I. Begripsbepalingen. Artikel 1.

Reglement Ondernemingsraad AB Vakwerk. I. Begripsbepalingen. Artikel 1. Reglement Ondernemingsraad AB Vakwerk. I. Begripsbepalingen. Artikel 1. 1. Dit reglement verstaat onder: a. Ondernemer: de coöperatie voor agrarische bedrijfsverzorging AB Vakwerk U.A. b. Onderneming:

Nadere informatie

REGLEMENT DEELNEMERSRAAD CFK

REGLEMENT DEELNEMERSRAAD CFK REGLEMENT DEELNEMERSRAAD CFK Artikel 1. Begripsbepaling 1. De in de statuten van Stichting Contractspelersfonds KNVB gebruikte begripsbepalingen worden geacht deel uit te maken van dit reglement. 2. In

Nadere informatie

REGELING COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN RUD GRONINGEN

REGELING COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN RUD GRONINGEN REGELING COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN RUD GRONINGEN Stuurgroep RUD Groningen Januari 2013 1 Tekst van de regeling Gelezen het voorstel van de stuurgroep RUD; Gelet op de bepalingen

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAP OR-REGLEMENT EN VERKIEZINGEN ORGANISEREN INCLUSIEF CHECKLIST MET TIJDPAD

MEDEZEGGENSCHAP OR-REGLEMENT EN VERKIEZINGEN ORGANISEREN INCLUSIEF CHECKLIST MET TIJDPAD MEDEZEGGENSCHAP OR-REGLEMENT EN VERKIEZINGEN ORGANISEREN INCLUSIEF CHECKLIST MET TIJDPAD 1. HET REGLEMENT VAN DE ONDERNEMINGSRAAD Stap 1: Voorlopig reglement Wanneer voor het eerst een ondernemingsraad

Nadere informatie

Adegeest Besluit tot instelling van een cliëntenraad

Adegeest Besluit tot instelling van een cliëntenraad Adegeest Besluit tot instelling van een cliëntenraad Paragraaf 1 Begripsbepalingen Artikel 1. (begripsbepalingen) In dit besluit wordt verstaan onder: a. zorgaanbieder : Florence te Rijswijk; b. instelling

Nadere informatie

Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan 2018

Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan 2018 Verkiezingsreglement Verantwoordingsorgaan 2018 Preambule De wet versterking bestuur pensioenfondsen bepaalt dat de benoeming van pensioengerechtigden in het bestuur plaats vindt door zogeheten directe

Nadere informatie