Programma van Eisen Format conform KNA versie 4.0 ( ) Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Programma van Eisen Format conform KNA versie 4.0 ( ) Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces"

Transcriptie

1 Programma van Eisen Format conform KNA versie 4.0 ( ) Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) 0 Opgraven Landbodems 0 IVO-P - variant Archeologische Begeleiding 0 Opgraven Landbodems variant Archeologische Begeleiding Opsteller Naam, adres, telefoon, datum paraaf Senior KNA Archeoloog controle/goedkeuring Senior KNA Archeoloog mevr. H. Boon, MA Sweco Nederland B.V. Postbus JB Groningen Tel: / hilde.boon@sweco.nl actornummer: Dhr. dr. J.J. Hekman Sweco Nederland B.V. Postbus JB Groningen Tel: janjaap.hekman@sweco.nl actornummer: Opdrachtgever Naam, adres, telefoon, datum paraaf Gemeente Midden-Drenthe Goedkeuring bevoegde overheid Naam, adres, telefoon, datum paraaf 0 Gemeente Gemeente Midden-Drenthe 0 Provincie Dhr. S. van Veen 0 Rijk 0 Overig Kennisgeving Depothouder/eigenaar Provincie Drenthe Dhr. dr. W. van der Sanden Postbus AC Assen Tel datum paraaf

2 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED... 4 HOOFDSTUK 2 AANLEIDING EN MOTIVERING VAN HET ONDERZOEK Aanleiding en motivering... 5 HOOFDSTUK 3 EERDER UITGEVOERD ONDERZOEK... 5 HOOFDSTUK 4 ARCHEOLOGISCHE VERWACHTING Regionale archeologische en cultuurlandschappelijke context Aard en ouderdom van de vindplaats(en) Begrenzing en oppervlakte van de vindplaats(en) Structuren en sporen Anorganische artefacten Organische artefacten Archeozoölogische en botanische resten Motivatie Archeologische stratigrafie en diepte van vondstlagen Gaafheid en conservering... 9 HOOFDSTUK 5 DOELSTELLING EN VRAAGSTELLING Doelstelling Relatie met NOaA en/of andere onderzoekskaders Vraagstelling Onderzoeksvragen HOOFDSTUK 6 METHODEN EN TECHNIEKEN Methoden en technieken Strategie Omgang kwetsbare vondsten en monsters Structuren en grondsporen Aardwetenschappelijk onderzoek Anorganische artefacten Organische artefacten Archeozoölogische, archeobotanische en fysisch antropologische resten Overige resten Dateringstechnieken Beperkingen HOOFDSTUK 7 UITWERKING EN CONSERVERING Structuren, grondsporen, vondstspreidingen Analyse aardewetenschappelijke gegevens Anorganische artefacten Organische artefacten Archeozoölogische en -botanische resten Beeldrapportage (objecttekeningen, foto s, kaarten e.d.) HOOFDSTUK 8 (De)selectie en conservering Selectie materiaal voor uitwerking Selectie materiaal voor deponering en verwijdering Selectie materiaal voor conservering HOOFDSTUK 9 DEPONERING

3 9.1 Eisen betreffende depot Te leveren product HOOFDSTUK 10 RANDVOORWAARDEN EN AANVULLENDE EISEN Personele randvoorwaarden Overlegmomenten Kwaliteitsbewaking, toezicht, overleg en evaluatie Overige randvoorwaarden en aanvullende eisen HOOFDSTUK 11 WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN HET VASTGESTELDE PVE Wijzigingen tijdens het veldwerk Belangrijke wijzigingen Procedure van wijziging na de evaluatiefase van het veldwerk Procedure van wijziging tijdens uitwerking en conservering Bijlage 1 bij het PvE: Lijst met te verwachten aantallen Bijlage 2 bij het PvE: Overzicht te raadplegen specialisten/ specialismen

4 HOOFDSTUK 1 ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED Projectnaam Archeologisch onderzoek fietspad Beilen-Hijken Provincie Drenthe Gemeente Midden-Drenthe Plaats Hijken Toponiem Beilen-Hijken Kaartbladnummer 17B Beilen x/y-coördinaten A N x: / y: Z x: / y: B Centrumcoördinaat x: / y: CMA/AMK status - Archis monumentnummer - Archis waarnemingsnummer - Oppervlakte plangebied ca. 6 km Oppervlakte onderzoeksgebied onderzoeksgebied: ca m² Huidig grondgebruik Berm/weiland De gemeente Midden-Drenthe is voornemens een fietspad aan te leggen langs de bestaande wegen De Mussels, Ossebroeken en Rheeveld, aan de westkant van Beilen, in het akker/graslandgebied in het beekdal van de Hijkerleek. De totale lengte van het tracé bedraagt circa 6 km. Hierbinnen zijn twee locaties aangewezen waar een archeologische begeleiding dient te worden uitgevoerd, hieronder gebied A en gebied B. B A Afbeelding 1. Locatie plangebied 4

5 HOOFDSTUK 2 AANLEIDING EN MOTIVERING VAN HET ONDERZOEK 2.1 Aanleiding en motivering Op basis van de resultaten van het in 2015 uitgevoerde bureauonderzoek is voor het plangebied ten noorden van de provinciale weg N381 vervolgonderzoek aanbevolen, in de vorm van een archeologische begeleiding ter hoogte van het AMK-terrein (Hijkeresch) en het grafveld dat hier direct aangrenzend ligt. Archis vermeldt met betrekking tot waarnemingsnummers 12158/34163; en het volgende: De afmetingen van het grafveld zijn ca. 100 x 40 m., waarvan ca. 60 x 40 m. met overwegend inhumatiegraven. Er zijn ca. 20 crematie- en ca. 220 inhumatiegraven aangetroffen. Daarnaast werden kuilen met houtskool gevonden, een hutkom, een waterput, en een deel van een huisplattegrond. De nederzetting is waarschijnlijk ouder dan het grafveld. Ook zijn in secundaire context aardewerkfragmenten gevonden die in de 2e helft 1e tot in de4e eeuw kunnen worden gedateerd Grafveld met inhumaties die zowel W-O als N-Z gericht zijn. In de ZW-hoek is een huisplattegrond gevonden. Enkele andere palenconfiguraties en kuilen en de waterput kunnen hierbij horen. Er is aardewerk gevonden van de 2e helft van de 1e eeuw tot in de 4e eeuw. Verder Angelsaksisch aardewerk en een terra nigra-achtige scherf (in het nederzettingsdeel). "De indruk bestaat, dat de nederzettingssporen chronologisch aan het rijengrafveld vooraf gaan. Dat crematie de begraafwijze uit de tijd van deze nederzetting vormt, is mogelijk. De vondsten uit het merendeel der inhumatiegraven maken de indruk jonger te zijn, ca. 7de-9de eeuw" Nadat in 1969 het rijengrafveld is opgegraven en men daarbij een stuknederzetting vond, onderzoekt men nu de nederzetting en werkt men het rijengrafveld af. Er worden geen nieuwe graven gevonden. HOOFDSTUK 3 EERDER UITGEVOERD ONDERZOEK Eerder uitgevoerd onderzoek Bureauonderzoek Uitvoerder Grontmij Nederland B.V. Uitvoeringsperiode 2015 Rapportage H. Boon, Archeologisch onderzoek fietspad Beilen-Hijken; bureauonderzoek. Grontmij archeologische rapporten Groningen Grontmij Veldonderzoek (IVO-O) Uitvoerder Sweco Nederland B.V. Uitvoeringsperiode 2017 Uitvoeringsmethode Verkennend booronderzoek 5

6 Rapportage H. Boon, Archeologisch onderzoek fietspad Beilen-Hijken; inventariserend Veldonderzoek d.m.v. boringen (IVO-O). Sweco archeologische rapporten Groningen, Sweco. Vondsten/monsters/documentatie Sweco Groningen Op basis van de resultaten van het bureauonderzoek is voor het plangebied ten noorden van de provinciale weg N381 vervolgonderzoek aanbevolen, in de vorm van een archeologische begeleiding ter hoogte van het AMK-terrein (Hijkeresch) en het grafveld dat hier direct aangrenzend ligt. Op de plek waar de Hijkerleek wordt overgestoken is eveneens een archeologische begeleiding van de werkzaamheden aanbevolen. Ten noorden van het grafveld tot en met het einde van het tracé in Hijken, is een verkennend booronderzoek aanbevolen, teneinde de bodemopbouw en intactheid van het bodempakket vast te stellen. Uit het veldonderzoek is gebleken dat er geen archeologisch relevante bodemlagen zijn aangetroffen in het plangebied. Er is sprake van een dunne bouwvoor op een dunne C- horizont. Hieronder bevindt zich keileem, op een gemiddelde diepte van 0,4 m -mv. Er zijn in de boringen geen archeologische indicatoren en/of vondsten aangetroffen. Op basis van de resultaten van het inventariserend veldonderzoek wordt voor het hier onderzochte deel van het plangebied geen vervolgonderzoek aanbevolen. HOOFDSTUK 4 ARCHEOLOGISCHE VERWACHTING 4.1 Regionale archeologische en cultuurlandschappelijke context Het plangebied ligt in het Drents zandgebied, deels in het beekdal van de noord-zuid lopende Brunstingerleek/Hijkerleek. Het hele beekdal heeft zich ingesneden in het grondmorene (keileem) pakket, dat aan weerszijden van de beekdalgronden aanwezig is. Het gebied is vanaf het Paleolithicum al dan niet periodiek bewoond geweest. De eerste bewoners van Drenthe leefden in de Steentijd en bestonden uit kleine rondtrekkende groepen. Dit waren de zogenaamde rendierjagers in het Laat-Paleolithicum en jagerverzamelaars in het Mesolithicum. De jager-verzamelaars hadden de voorkeur voor de hogere delen in het landschap en de aanwezigheid van water en bos. Vanaf het Neolithicum werd er sedentair geleefd en bedreef men landbouw en veeteelt. Zichtbare resten van landbouwactiviteiten kunnen vanaf de IJzertijd worden aangetroffen in de vorm van Celtic fields. Dit zijn raatakkertjes waaromheen walletjes zijn opgeworpen, die ook tegenwoordig nog op de hoogtekaart zichtbaar zijn. Tijdens de Vroege Middeleeuwen (de vierde en vijfde eeuw) lijken veel nederzettingen te zijn verlaten. In de periode Bronstijd-Middeleeuwen was er sprake van grootschalige veenvorming. De hooggelegen dekzand- en keileemruggen van het Drents Plateau, en met name de Hondsrug, vormden bewoningslocaties en de basis voor verbindingsroutes over land. Vanaf de Late Middeleeuwen ontstonden de bewoningskernen die ook tegenwoordig nog bestaan. Het zijn veelal brinkdorpen, omringd door essen (bouwlanden) aan de randen. Juist onder de essen kunnen vaak oudere bewoningsfasen van de dorpen aanwezig zijn (ivm zwevende erven en verplaatsing van nederzettingen door de eeuwen heen). Het te begeleiden gebied A grenst aan de Hijkeresch, een terrein van archeologische waarde (AMK monumentnummer 14409) en een locatie waar eerder een grafveld is opgegraven. Het AMK-terrein betreft een terrein waarop op verschillende locaties aardewerk en grondsporen uit de Romeinse tijd en de Vroege Middeleeuwen zijn aangetroffen. Iets verder verwijderd van het te begeleiden tracé ligt de historische kern van Hijken (monumentnummer 14461), een terrein van hoge archeologische waarde. 6

7 Het te begeleiden gebied B betreft de kruising van het tracé met de Hijkerleek. Het beekdal was vermoedelijk te nat voor permanente bewoning. Wel kunnen beekgerelateerde archeologische vondsten zoals bruggen, voordes, visfuiken etc. worden aangetroffen. Met name resten van oudere oversteken, zoals bruggen of voordes kunnen hier worden aangetroffen. 4.2 Aard en ouderdom van de vindplaats(en) Binnen de onderzoeksgebieden kunnen archeologische resten worden aangetroffen vanaf het Laat-Paleolithicum tot en met de Nieuwe Tijd. Gebied A Resten uit de Steentijd (Laat-Paleolithicum - Vroeg-Neolithicum) kunnen bestaan uit overblijfselen van kampementen van rendierjagers en/of jager-verzamelaars, bijvoorbeeld in de vorm van haardkuilen of vuursteenspreidingen. Vanaf de periode van het Neolithicum tot en met de Middeleeuwen kunnen sedentaire nederzettingsresten worden verwacht, alsmede resten van (inhumatie en crematie) graven. Gezien de resten die in het verleden al zijn aangetroffen, worden met name archeologische resten uit de IJzertijd/Romeinse Tijd en Vroege Middeleeuwen verwacht. Gebied B In de kruising met de Hijkerleek worden met name beekgerelateerde resten verwacht. Archeologische resten worden verwacht in de oevers en bodem van de waterloop. De resten kunnen direct onder de bouwvoor worden aangetroffen. In de beekloop kunnen resten van bruggen, voordes, lenten, verlaten en kades aanwezig zijn, uit verschillende perioden, maar meest waarschijnlijk Middeleeuwen-Nieuwe Tijd. Tevens kunnen sporen zoals kuilen worden verwacht, waarin depotvondsten of nederzettingsafval zijn ingegraven of achtergelaten uit alle periodes vanaf het Neolithicum. 4.3 Begrenzing en oppervlakte van de vindplaats(en) De vorm en omvang van eventueel aanwezige vindplaatsen kan sterk variëren, en kan bestaan uit vlakken (nederzettingen) of lineaire structuren (zoals kades). Daarnaast kunnen bijvoorbeeld op puntlocaties depotvondsten of andere losse vondsten worden aangetroffen. Structuren in de vorm van bijvoorbeeld nederzettingen, huisplattegronden, bruggen of voordes kunnen grotere oppervlakten bestrijken. Prehistorische kampementen kunnen een oppervlakte beslaan van enkele tot enkele tientallen vierkante meters, afhankelijk van de vondstspreiding en de hoeveelheid haardkuilen. 4.4 Structuren en sporen Uit de Steentijd kunnen anorganische, verbrande en/of gecalcineerde resten worden aangetroffen in de vorm van concentraties van artefacten (of afvalproducten) van vuursteen, natuursteen en bot. Verder kunnen resten aanwezig zijn van vuurplaatsen in de vorm van (ingegraven) haardkuilen en/of houtskool. Indien de fysieke conserveringscondities daarvoor gunstig zijn (bijvoorbeeld in het beekdal), kunnen ook resten van organische materialen aangetroffen worden in de vorm van faunaresten (dierlijk botmateriaal, visgraten), bewerkt bot/been/gewei, hout, leer, plantaardig materiaal (touw, stoffen) grondsporen in de vorm van kuilen (w.o. afvalkuilen), greppels, staaksporen, haardplekken of -kuilen. Vanaf het Neolithicum bestaan de te verwachten nederzettingsgerelateerde sporen kunnen bestaan uit kuilen (afvalkuilen, paalkuilen enz.), sloten, greppels, waterputten en 7

8 haardplekken. De structuren die hiermee samenhangen betreffen resten van gebouwen (plattegronden van boerderijen, huizen en/of bijgebouwen) en erfafscheidingen. Daarnaast kunnen resten van ontginningen in het gebied worden aangetroffen in de vorm van greppel- en slootsystemen en bijvoorbeeld spitsporen. Daarnaast bestaat een kans op het aantreffen van graven (inhumatie en crematie). Echter lijkt het erop dat het grafveld in 1969 volledig is opgegraven (zie waarnemingen 34163, en ; 2.1) In de beekbodem kunnen beekdalgerelateerde structuren zoals voorden, bruggen, vonders, laad- en loskades, lenten en faciliteiten voor jacht en visvangst (bijvoorbeeld aalstallen, fuiken, eendenkooien) worden verwacht. Op de oevers en langs de randen van de (pre)historische beekloop kunnen resten worden aangetroffen van bewoning (tijdelijke of meer permanente Steentijdkampementen, kleinere nederzettingen, afvaldumps) en resten die te maken hebben met veehouderij (bijvoorbeeld afrasteringen). In het geval van brug- en vonderresten kunnen restanten van houten (brug)pijlers worden verwacht onder de laagste grondwaterstand. Dit zal in de meeste gevallen slechts de (aangepunte) onderkant van de pijlers betreffen. Indien er resten van een voorde aanwezig zijn, kunnen in de bodem van de beek concentraties zwerfkeien of keienplaveisels worden verwacht. Mogelijk kan onder of rond het keienplaveisel (resten van) een houten bekisting aanwezig zijn. Het aantreffen van concentraties veldkeien (geen natuurlijk verschijnsel in beeklopen) eventueel met fragmenten constructiehout en/of aangepunte palen kan duiden op de aanwezigheid van een voormalige voorde. 4.5 Anorganische artefacten Er kunnen allerlei materiaalcategorieën worden verwacht, waaronder voor de perioden kenmerkend aardewerk; artefacten (of afvalproducten) van vuursteen, natuursteen (bijvoorbeeld maalsteenfragmenten, slijpstenen); glas en metalen voorwerpen (ijzer, koper, brons, messing en in theorie goud en zilver). 4.6 Organische artefacten Indien de fysieke conserveringscondities daarvoor gunstig zijn (onder de laagste grondwaterstand), kunnen resten van organische materialen aangetroffen worden in de vorm van faunaresten (menselijk en dierlijk botmateriaal, visgraten), bewerkt bot/been/gewei, hout, leer en plantaardig materiaal (touw, stoffen). Organische artefacten worden alleen verwacht als deze zich in een zuurstofarme context bevinden. 4.7 Archeozoölogische en botanische resten In bodemlagen die permanent onder de grondwaterspiegel liggen, kunnen archeozoölogische en botanische resten worden verwacht in de vorm van (onverbrande en verbrande/verkoolde/ gecalcineerde) botresten (w.o. slachtafval), hout, zaden en pollen. In de zandlagen boven de grondwaterspiegel worden alleen verbrande/verkoolde/gecalcineerde botanische resten en botmateriaal verwacht. 4.8 Motivatie De motivatie voor het onderzoek is gebaseerd op de resultaten uit het vooronderzoek, waarin kansrijke locaties zijn aangetoond voor de aanwezigheid van goed geconserveerde sporen en vondsten en behoud in situ niet mogelijk is. 4.9 Archeologische stratigrafie en diepte van vondstlagen Gebied A: Indien een esdek aanwezig is/de bodem intact is, kunnen de archeologische resten zich meteen onder de bouwvoor/esdek bevinden, in de E-horizont van het 8

9 gepodzoleerde dekzand. Indien het dekzand niet langer intact is, bijvoorbeeld door egalisatiewerkzaamheden, kunnen verspreid over de locatie losse artefacten voorkomen. Dieper ingegraven sporen, zoals haardkuilen of waterputten, kunnen zich mogelijk op een dieper niveau nog aftekenen. Gebied B: De archeologische resten kunnen meteen onder de bouwvoor worden aangetroffen. Depotvondsten worden met name verwacht in intacte veenlagen of in intacte beekafzettingen, maar kunnen ook ingegraven zijn op de oevers/randen van de beek. In verstoorde lagen kunnen verspreid (resten van) depotvondsten aangetroffen worden, waarbij de depositiecontext moeilijk of niet meer te achterhalen is. Niet bewust achtergelaten losse vondsten kunnen verspreid over het gebied worden verwacht Gaafheid en conservering De verwachte conservering van de vondsten is wisselend. In lagen onder de laagste grondwaterstand is de mate van conservering van metaal en organische materialen beter dan hoger in het profiel. Gezien de natte, zuurstofarme omstandigheden wordt de conservering van de vondsten in het veen of het continu natte beekpakket goed geacht. In de aanwezige intacte resten van de natte beekbodems zal de conserveringstoestand van archeozoölogische en botanische resten doorgaans goed zijn. Daar waar het veen niet (langer) aanwezig is en/of de grondwaterspiegel fluctueert, zal de gaafheid en conservering, met name van organisch vondstmateriaal, beduidend minder zijn. De gaafheid en conservering van stenen objecten en aardewerk wordt goed geacht. HOOFDSTUK 5 DOELSTELLING EN VRAAGSTELLING 5.1 Doelstelling Het doel van de archeologische begeleiding is het documenteren en veilig stellen van aan te treffen archeologische waarden binnen het plangebied. 5.2 Relatie met NOaA en/of andere onderzoekskaders De Nationale Onderzoeksagenda Archeologie (NOaA) 2.0 behandelt in verschillende hoofdstukken kennislacunes over de archeologie van Nederland. Voor het onderhavige onderzoeksgebied zijn de hoofdstukken 2 (de dynamiek van het Nederlandse landschap); 5 (sociale en economische differentiatie); 7 (de archeologie van het rituele); 9 (dodenbestel en grafmonumenten); 16 (overgang Romeinse tijd naar Vroege Middeleeuwen); 21 (de dynamiek van het landgebruik); en 23 (netwerken en infrastructuur) mogelijk relevant. 1 Het betreft meerdere tijdperken en onderwerpen binnen de archeoregio Drents Zandgebied. Beekdalen worden gerekend tot provinciale kernkwaliteiten en zijn gedefinieerd als provinciaal belang. De provinciaal archeoloog dient in dit kader al in een vroeg stadium betrokken te worden bij het onderzoek Vraagstelling Algemeen: Wat is de lithologische, lithogenetische en geologische opbouw van het plangebied? Zijn er archeologische vondsten en/of structuren in het plangebied aanwezig? Zo ja, wat is de aard, spreiding, omvang en datering ervan? Omgevingsvisie Drenthe,

10 Wat is de horizontale en verticale begrenzing van de aangetroffen resten? Op welke diepte en in welk bodempakket bevinden zich de archeologische resten? Wat is de fysieke kwaliteit en conservering van de aangetroffen resten? Wat is de inhoudelijke waarde van de aangetroffen resten en is in situ behoud van waardevolle resten mogelijk? Zo ja, op welke wijze? 5.4 Onderzoeksvragen De resultaten uit het onderzoek kunnen bijdragen tot het beantwoorden van onderstaande onderzoeksvragen uit de NOaA 2.0. Echter is het vanwege het beperkte oppervlakte van het te graven areaal waarschijnlijk niet of slechts gedeeltelijk mogelijk om de vragen te beantwoorden. De vragen hebben slechts betrekking tot het onderhavige onderzoek en dienen als handvat voor de onderzoeker. Bij een aanpassing van dit PvE (bijvoorbeeld bij onvoorziene vondsten) kunnen aanvullende onderzoeksvragen gesteld worden. Wat en in welke mate kan de aangetroffen informatie uit de begeleiding een bijdrage leveren aan beantwoording van de NOaA vragen: In het geval van nederzettingsresten: In hoeverre beïnvloedden reeds aanwezige antropogene structuren de verdere inrichting en ontwikkeling van cultuurlandschappen? (NOaA 2.0-vraag 19) Wat zijn de aard, herkomst en betekenis van al dan niet geïmporteerde luxe goederen? (NOaA 2.0-vraag 40) Indien meerdere verschillende erven worden aangetroffen: Welke veranderingen treden op de in samenstelling en ruimtelijke ordening van erven? (NOaA 2.0-vraag 104) Welke culturele en demografische veranderingen voltrokken zich in de Romeinse tijd - Vroege Middeleeuwen? (NOaA 2.0-vraag 52) Wat zijn de aard en herkomst van sier- en gebruiksvoorwerpen uit de periode c AD? (NOaA 2.0-vraag 113) Hoe verloopt de ontwikkeling van het laat-prehistorische cultuurlandschap in relatie tot akkercomplexen (ligging, gebruik, mobiliteit)? (NOaA 2.0-vraag 32) Welke economische functies hadden perifere gebieden ( marginale landschappelijke zones) en wat zijn de archeologische verschijningsvormen van dit gebruik? (NOaA 2.0-vraag 33) In het geval van depotvondsten: Wat is de aard, context en betekenis van intentionele (rituele?) deposities? (NOaA 2.0-vraag 29) In het geval van graven: Wat zijn de aard en context van variatie en verandering in het grafbestel? (NOaA 2.0- vraag 45) Hoe zijn graven en grafvelden ten opzichte van gelijktijdige rurale nederzettingen gesitueerd en hoe verandert die onderlinge relatie? (NOaA 2.0-vraag 25) In het geval van infrastructurele resten: Waar, hoe en wanneer vonden aanpassingen plaats aan de waterinfrastructuur? (NOaA 2.0-vraag 70) Hoe was de landinfrastructuur, inclusief ondersteunende faciliteiten, gestructureerd? (NOaA 2.0-vraag 26) Nb. Er is in deze fase nog geen gebruik gemaakt van specialisten, omdat aard en datering van de archeologische vindplaats nog niet bekend is. Tijdens of na het veldwerk worden specialisten indien relevant alsnog ingezet. 10

11 HOOFDSTUK 6 METHODEN EN TECHNIEKEN 6.1 Methoden en technieken Op aangeven van de archeoloog wordt laagsgewijs verdiept met behulp van een graafmachine met een bak met een gladde snede, tot een sporen/vondst- of cultuurniveau wordt aangetroffen of tot de maximale diepte van de civieltechnische ontgraving. Het aangelegde vlak wordt geïnspecteerd op de aanwezigheid van vondsten, vondstconcentraties, sporen en structuren. Indien aanwezig worden deze ter plekke voorzichtig vrij gelegd, ingemeten en gefotografeerd. Alle sporen worden op een vlaktekening vastgelegd (schaal 1:20) of direct digitaal ingemeten, gefotografeerd en beschreven. De coupes worden getekend (schaal 1:20) en gefotografeerd. Al het vondstmateriaal wordt verzameld. Het vlak wordt visueel en met behulp van een metaaldetector geïnspecteerd. Tevens dient de stort met een metaaldetector onderzocht te worden. Vondsten worden per spoor, vulling, laag en segment verzameld. Vondsten die niet gekoppeld kunnen worden aan een spoor worden verzameld in vakken van 5x5 m. Alle vondsten worden verzameld en geborgen op een voor de vondstcategorie geschikte manier. Vondsten van kwetsbare of vergankelijke materialen (zoals ijzer, hout, leer) dienen zo snel mogelijk te worden gestabiliseerd, conform de richtlijnen voor kwetsbaar vondstmateriaal. Bijzondere vondsten en vondstconcentraties dienen driedimensionaal (x,y,z) te worden ingemeten. Bij het aantreffen van bijzondere vondsten (van boven-lokaal belang, zoals crematie/inhumatiegraven) en aantallen vondsten die significant afwijken van de verwachting zal direct (telefonisch) overleg plaatsvinden tussen de archeoloog, de opdrachtgever, de bevoegde overheid en de provinciaal archeoloog als vertegenwoordiger van de eigenaar/depothouder van de vondsten, over de te volgen werkwijze en wat de mogelijkheden zijn voor behoud in situ. Hiervoor zal mogelijk een aanvulling op het onderhavige Programma van Eisen opgesteld moeten worden dat ter goedkeuring voorgelegd dient te worden aan de bevoegde overheid. De opdrachtgever dient in deze situaties tijd en faciliteiten beschikbaar te stellen voor het uitvoeren van deze onderzoeken en overleggen. 6.2 Strategie Het veldwerk betreft het uitvoeren van een archeologische begeleiding conform KNAprotocol De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het (laten) uitvoeren van de archeologische begeleiding conform de voorwaarden zoals die staan verwoord in dit PvE. Hij dient te bewerkstellingen dat de aannemer van de civieltechnische grondwerkzaamheden de uitvoering van het archeologische onderzoek mogelijk maakt. De begeleiding wordt uitgevoerd door minimaal een KNA-archeoloog met gebiedservaring, die de dagelijkse veldleiding heeft. Om de voortgang van de civieltechnische werkzaamheden te faciliteren kan, in overleg met de opdrachtgever, besloten worden tot uitbreiding van het veldteam de inzet van een tweede veldarcheoloog/veldtechnicus. Bijvoorbeeld in het geval van graven, bijzondere vondsten dan wel grotere vondst- of sporenconcentraties. Hierdoor kunnen de aangetroffen archeologische resten op een verantwoorde en tijdsefficiënte wijze gedocumenteerd en geborgen worden. Voor het overige deel van het plangebied (dus buiten de zones met archeologische begeleiding) is geen archeologisch onderzoek verplicht. Dit houdt in dat de civieltechnische werkzaamheden plaatsvinden zonder permanente aanwezigheid van een archeoloog. Zodra aanwijzingen aan het licht komen dat er mogelijk archeologische waarden ter plekke aanwezig zijn ( toevalsvondsten zoals bedoeld in art 53 van de 11

12 Monumentenwet), dient hiervan melding te worden gemaakt bij de provinciaal archeoloog, dhr. W.A.B. van der Sanden tel: ) en het uitvoerende archeologische bureau. Deze kunnen dan in overleg een vervolgstrategie bepalen. 6.3 Omgang kwetsbare vondsten en monsters Kwetsbaar vondstmateriaal wordt verzameld en behandeld conform KNA specificatie OS11 en de KNA-leidraad Eerste hulp bij kwetsbaar vondstmateriaal. Het lichten, verpakken (tijdelijk) opslaan en conserveren van vondsten en monsters dient te geschieden volgens de voor de vondstcategorie geschikte methodes, om (verdere) degradatie van het vondstmateriaal te voorkomen. Indien er sprake is van materiaal dat tijdens het lichten gevaar loopt de informatiewaarde te verliezen (door directe degradatie/beschadiging) wordt voorafgaand aan het lichten een materiaalspecialist geraadpleegd. 6.4 Structuren en grondsporen Aangetroffen grondsporen worden opgegraven (ingetekend, gecoupeerd, gefotografeerd, afgewerkt). Vondsten worden per spoor verzameld. In het geval van uitzonderlijke vondsten en/of sporen dient er mogelijk een aanvulling op het onderhavige Programma van Eisen te worden opgesteld. 6.5 Aardwetenschappelijk onderzoek Het aardwetenschappelijke onderzoek dient bij te dragen aan de beantwoording van de onderzoeksvragen. Het aardwetenschappelijk onderzoek zal zich in principe dus beperken tot het onderzoeken van de staat en opbouw van de bodem. De beschrijving van profielen/profielkolommen (indien mogelijk) en de lithologische interpretatie van vlakken dient conform de richtlijnen uit de KNA en de NEN5104 te worden uitgevoerd. 6.6 Anorganische artefacten Alle artefacten worden systematisch verzameld per spoor of bij het ontbreken hiervan per vlak in vakken met een oppervlakte van 5 x 5 meter. Bijzondere vondsten worden gedocumenteerd als puntvondsten (met x-, y- en z-waarden) en gefotografeerd. Er wordt tijdens het onderzoek systematisch gebruik gemaakt van een metaaldetector. 6.7 Organische artefacten Organische artefacten worden verzameld en behandeld conform KNA specificatie OS11 en de KNA-leidraad Eerste hulp bij kwetsbaar vondstmateriaal. 6.8 Archeozoölogische, archeobotanische en fysisch antropologische resten Alle archeozoölogische en fysisch antropologische vondsten worden verzameld. In het geval van inhumatiegraven met intacte botresten zal eerst een fysisch antropologisch specialist worden geraadpleegd alvorens het graf verder wordt blootgelegd en/of gelicht. Van daartoe geschikte sporen kunnen grondmonsters genomen worden ten behoeve van archeozoölogische en archeobotanische analyses (zaden, pitten en pollen). Monstername dient in relatie tot aangetroffen sporen, vondsten en/of structuren te worden uitgevoerd. Een voorstel voor eventuele uitwerking van de monsters wordt gedaan in het evaluatierapport (zie 8.1 en 8.2). 12

13 6.9 Overige resten Eventueel onderzoek naar micro-morfologie, fosfaatresten, diatomeeën, mijten en dergelijke zal alleen in overleg met de opdrachtgever, de bevoegde overheid en eigenaar/depothouder, worden uitgevoerd. Zie ook Bijlage 1: verwachte aantallen vondsten Dateringstechnieken Wanneer structuren of mogelijke haarden worden aangetroffen, zullen deze indien nodig en waar mogelijk bemonsterd worden voor chronometrische datering. Afhankelijk van het materiaal kan dit 14C-datering dan wel dendrochronologische analyse zijn. Houtresten worden bemonsterd met het oog op dendrochronologisch en 14C (bijv. van kleine paaltjes) onderzoek. Uit grondsporen met (mogelijk) goed geconserveerd organisch materiaal en haarden worden monsters genomen ten behoeve van 14C onderzoek. Zie ook Bijlage 1: verwachte aantallen vondsten. Monsters worden onder een apart vondstnummer of monsternummer verzameld. Een voorstel voor eventueel uit te voeren dateringen wordt verwoord in het evaluatierapport. Eventuele dateringen zullen in overleg met de opdrachtgever, en na goedkeuring van het evaluatierapport door de bevoegde overheid en de depothouder, worden uitgevoerd Beperkingen Op voorhand zijn er geen beperkingen ten aanzien van het archeologische onderzoek, afgezien van de ruimtelijke begrenzingen zoals weergegeven in afbeelding 1. Ten aanzien van de archeologische begeleiding gelden de breedte- en dieptegrenzen van de civieltechnische ontgraving. HOOFDSTUK 7 UITWERKING EN CONSERVERING 7.1 Structuren, grondsporen, vondstspreidingen Structuren, grondsporen en vondstspreidingen worden geanalyseerd en geïnterpreteerd op basis van de velddocumentatie (beschrijvingen, tekeningen, foto s). De bevindingen vormen de basis voor het beantwoorden van onderzoeksvragen. De beschrijving van de sporen en structuren dient in overeenstemming met de eisen in de KNA 4.0 en de eisen in onderhavig PvE te worden uitgevoerd. 7.2 Analyse aardewetenschappelijke gegevens De aardwetenschappelijke/fysisch geografische gegevens dienen te worden uitgewerkt tot op het niveau waarop ze een antwoord geven op de onderzoeksvragen. De resultaten van de profielkolommen worden uitgewerkt en in de rapportage opgenomen. Bij de beschrijving van de profielen dient een koppeling gemaakt te worden met de eventueel aangetroffen archeologische resten. De verzamelde aardwetenschappelijke gegevens worden op lithologische, lithogenetische kenmerken beschreven. Tevens dienen de lithostratigrafische eenheden benoemd te worden. 13

14 7.3 Anorganische artefacten Vondsten krijgen tijdens het veldwerk of daar direct op volgend eerst een primaire vondstverwerking. De primaire vondstverwerking bestaat uit het reinigen van vondsten3, het splitsen, tellen en administreren van de vondsten per vondstnummer in verschillende materiaalcategorieën. De complete lijst van vondsten en een voorstel voor uitwerking hiervan wordt opgenomen in het evaluatierapport. De uitwerking van de anorganische artefacten dient in overeenstemming met de eisen in de KNA 4.0 te worden uitgevoerd. Bij de uitwerking ligt de nadruk ligt op datering en interpretatie van de vondsten in relatie tot de grondsporen en/of structuren alsmede het kunnen beantwoorden van de onderzoeksvragen uit dit PvE. Specifieke vondstcategorieën worden door een materiaalspecialist uitgewerkt en gerapporteerd. Voor de onderstaande materiaalcategorieën gelden de volgende minimumeisen bij de uitwerking: Aardewerk: baksel, dikte, decoraties, vorm/type, datering Bouwkeramiek: baksel, formaat, datering Glas: categorie (venster-, gebruiks- of ander glas), kleur, vorm/type, datering Metaal: metaalsoort/legering, vorm/type, datering Natuursteen: type steen, bewerkings- en gebruikssporen 7.4 Organische artefacten De organische artefacten dienen door een materiaalspecialist te worden uitgewerkt tot op het niveau waarop ze een antwoord geven op de gestelde onderzoeksvragen. De uitwerking van de anorganische artefacten dient in overeenstemming met de eisen in de KNA 4.0 te worden uitgevoerd. Hout: determinatie op houtsoort, type artefact, bewerkings- en gebruikssporen, indien mogelijk datering Leer: diersoort, vorm/type voorwerp, datering Been, gewei, hoorn: diersoort, bewerkingssporen/decoraties, vorm/type voorwerp, datering Touw: materiaalsoort, type voorwerp en datering Textiel: materiaalsoort, type voorwerp en datering 7.5 Archeozoölogische en -botanische resten Archeozoölogische vondsten worden uitgewerkt door een deskundige / specialist. Hierbij dient ten minste de diersoort of zoogdiergrootteklasse, het skeletelement, eventuele slacht-, snij- of bewerkingssporen te worden vastgelegd. Archeobotanische monsters die tijdens het veldwerk zijn verzameld, worden in eerste instantie door een specialist gewaardeerd op geschiktheid voor verdere analyse. Op basis van die waardering en in combinatie met de andere bevindingen (sporen en structuren) kan besloten worden tot selectie van monsters voor verder onderzoek. Die analyses zijn primair gericht op het beantwoorden van de onderzoeksvragen. Een voorstel voor eventuele uitwerking van de monsters wordt gedaan in het evaluatierapport (zie 8.1 en 8.2). 7.6 Beeldrapportage (objecttekeningen, foto s, kaarten e.d.) Van alle sporen wordt per onderzoekslocatie op een alle-sporen-kaart door middel van (kleur)codering aangegeven wat hun vermoedelijke aard is/was en de (meest waarschijnlijke) ouderdom. Tevens worden samenhangende clusters sporen en/of 3 Met uitzondering van vondsten die in verband met conservering niet gewassen mogen worden 14

15 structuren aangegeven. In de begeleidende tekst wordt aandacht besteed aan de fysieke kwaliteit van de sporen (aftopping, bioturbatie, uitspoeling, etc.) en de omvang, datering en aard van de sporenspreiding. Van deze profielen dient tevens een foto opname afgebeeld te worden. De overige gedocumenteerde profiel(kolommen) dienen tevens middels tekening en foto te worden afgebeeld. De beeldrapportage dient in overeenstemming met de eisen in de KNA 4.0 te worden uitgevoerd. Een voorstel voor het tekenen en fotograferen van bijzonder vondstmateriaal dient in het evaluatieverslag opgenomen te worden. Voor zover van toepassing worden per onderzoekslocatie de volgende afbeeldingen in het rapport opgenomen: Uitsnede topografische kaart met onderzoekslocatie Overzichtskaart met locatie vondsten en sporen (indien nodig detailkaarten) Tekeningen sporen/structuren Coupetekeningen Profielkolommen (tekeningen) en foto s profielen, inclusief laagbeschrijving Eventuele foto s en tekeningen van de belangrijkste vondsten (uitgaande van 5 foto s en 5 tekeningen) Foto s onderzoekslocatie Enkele sfeerfoto s Indien beschikbaar, historisch kaartmateriaal HOOFDSTUK 8 (De)selectie en conservering 8.1 Selectie materiaal voor uitwerking Het verzamelde materiaal ondergaat een primaire vondstverwerking (wassen, uitsplitsen, tellen en wegen per vondstcategorie per vondstnummer). Uiterlijk 4 weken na afloop van het veldwerk wordt door de archeologisch uitvoerder een (concept)evaluatie- en selectierapport opgesteld. In het evaluatierapport wordt een overzicht en karakterisering van aangetroffen sporen en structuren, vondsten en monsters opgenomen, alsmede een voorstel tot uitwerking en rapportage op basis van dit PvE (met bijbehorende kostenraming). Daartoe wordt ook een overzicht opgenomen van de aantallen vondsten per materiaalcategorie en van de genomen monsters per type. In dit voorstel wordt opgenomen welke vondsten en monsters belangrijk zijn ter beantwoording van de onderzoeksvragen, hoeveel objecttekeningen en foto s daarbij nodig zijn en welke uitgewerkte monsters en laboratoriumdateringen. Op basis van het evaluatierapport vindt een evaluatieoverleg plaats tussen de opdrachtgever, de bevoegde overheid en de archeologisch uitvoerder. Wanneer het evaluatierapport is goedgekeurd, kan de verdere uitwerking in gang worden gezet. Het kan zijn dat er meerdere beslismomenten moeten plaatsvinden (bijv. omdat monsters nog gewaardeerd moeten worden), indien dat het geval is, dienen deze momenten helder in het evaluatierapport te worden omschreven alsmede wanneer het definitieve evaluatierapport kan worden vastgesteld. Naast het uitwerkingsvoorstel zal tevens een advies voor (de)selectie en een conservering en/of restauratievoorstel deel uitmaken van het evaluatieverslag. 8.2 Selectie materiaal voor deponering en verwijdering Het evaluatierapport bevat een overzicht van alle verzamelde vondsten per vondstcategorie en monsters, met een onderbouwd selectievoorstel. In het evaluatierapport wordt tevens, conform KNA-specificatie OS11, door de opgravende instantie aangegeven of en waarom welke vondsten en monsters in aanmerking komen 15

16 voor deselectie. Het selectie- en deselectievoorstel wordt ter beoordeling/goedkeuring voorgelegd aan de eigenaar van de vondsten (depothouder; de provincie). Na goedkeuring van het selectierapport door de depothouder moeten de gedeselecteerde vondsten en monsters verwijderd worden (zie ook KNA-specificatie PS06). De overige vondsten worden aangeleverd aan het depot (zie 9.1). Indien deselectie van het uit het veld meegenomen materiaal wordt voorgesteld, dient een selectierapport met een deselectie-advies te worden opgesteld en ter goedkeuring te worden voorgelegd aan de depotbeheerder van het Noordelijk Archeologisch Depot te Nuis. 8.3 Selectie materiaal voor conservering De vondsten dienen in eerste instantie gestabiliseerd te worden in de staat waarin ze gevonden zijn. Alle geselecteerde kwetsbare vondsten (zie 8.2) moeten geconserveerd worden aangeleverd aan het archeologisch depot. Als naar oordeel van de opgravende instantie sprake is van behoudenswaardige vondsten die geconserveerd moeten worden, wordt als onderdeel van het evaluatierapport voor de betreffende vondsten een conserveringsvoorstel (welke vondsten, waarom, en met welke methode te conserveren) voorgelegd aan de depothouder. Deze beslist daarover. De archeologisch uitvoerder kan ook een gemotiveerd voorstel voor deselectie van (een deel van) het conserveringsbehoeftige materiaal voorleggen (zie ook 8.2). De uitvoerder dient na de beslissing van de depothouder ervoor te zorgen dat de geselecteerde vondsten naar behoren geconserveerd worden. In het conserveringsrapport legt het bedrijf dat de conservering heeft uitgevoerd vast welke vondsten en monsters volgens welke conserveringsmethode en met welke middelen geconserveerd zijn. In het, samen met de geconserveerde vondsten te overleggen, conserveringsrapport wordt vastgelegd welke vondsten op welke wijze en met welke middelen zijn geconserveerd. Ten behoeve van de conservering dient een reservering /stelpost van 2000,- opgenomen te worden. 4 HOOFDSTUK 9 DEPONERING 9.1 Eisen betreffende depot Alle geselecteerde vondsten, eventuele monsters en alle documentatie worden overgedragen aan de eigenaar (provincie Drenthe) en worden gedeponeerd in het Noordelijk Archeologisch Depot te Nuis. Bij de deponering dient te worden voldaan aan de eisen die door dit depot aan de aard en vorm van de documentatie en aan de wijze van aanleveren van vondsten en monsters wordt gesteld. Het over te dragen materiaal bestaat uit de originele opgravingsdocumentatie (rapport, tekeningen, foto s, vondstenlijsten, monsterlijst, sporenlijst, dooslijsten, opsomming van ongedetermineerd maar wel aangeleverd materiaal en een opsomming van niet aangeleverd materiaal). Vondsten moeten gewassen, gereinigd, gedroogd, gestabiliseerd/geconserveerd, per bewaarcategorie verpakt en voorzien van vondstkaartjes worden aangeleverd. De vondsten moeten zijn verpakt in ROB-dozen voorzien van informatiestickers. 4 Zie de KNA 4.0 protocol 4001, p.6 voor de definitie van de reservering/stelpost: de in het PvE en/of bestek en in de overeenkomst aangeduide geldbedragen die in de aanneemsom zijn inbegrepen en ten laste waarvan nader in PvE, bestek, overeenkomst beschreven uitgaven worden gebracht. Indien de som van de uitgaven die ten laste van de stelpost worden gedaan, hoger of lager blijkt de zijn dan het bedrag van die stelpost, dan wordt de afwijking verrekend. 16

17 9.2 Te leveren product Na afloop van het veldwerk worden de resultaten van het onderzoek vastgelegd in een rapport. De inhoudelijke eisen voor een archeologisch rapport zoals die zijn vastgelegd in de KNA 4.0 vormen hiervoor de basis. Bij het eindproduct hoort, indien vondsten worden aangetroffen, een bewijs (af te geven door het Noordelijk Archeologisch Depot) van overdracht van vondsten en documentatie. Dit bewijs kan eventueel separaat worden aangeleverd. Na afloop van het veldwerk dient binnen vier weken een evaluatierapport opgeleverd te worden met aanbevelingen en een planningstraject voor de uitwerking van (eventueel een selectie van) het vondst- en monstermateriaal (zie 8.1). De conceptrapportage wordt, ervan uitgaande dat de inzet van externe (materiaal)specialisten niet nodig is, uiterlijk binnen drie maanden na de goedkeuring van het evaluatierapport opgeleverd aan de opdrachtgever. Indien er wel (materiaal)specialisten en/of chronometrische dateringsanalyses noodzakelijk zijn zal de conceptrapportage binnen een half jaar na uitvoering van het onderzoek worden opgeleverd aan de opdrachtgever. De conceptrapportage wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de opdrachtgever en de bevoegde overheid. Uiterlijk zes weken na oplevering van het conceptrapport zal een eindrapport worden opgesteld met verwerking van de eventuele opmerkingen van de opdrachtgever en de bevoegde overheid. HOOFDSTUK 10 RANDVOORWAARDEN EN AANVULLENDE EISEN 10.1 Personele randvoorwaarden Het onderzoek moet worden verricht door een organisatie of bedrijf met een opgravingsvergunning/een certificering voor opgraven; Het graafwerk wordt uitgevoerd met een graafmachine met een gesloten bak met een gladde rand. De betrokken kraanmachinist dient bij voorkeur ervaring te hebben met archeologische werkzaamheden; Het team dat het onderzoek uitvoert staat onder leiding van een geregistreerd senior KNA-archeoloog. Het veldteam staat onder leiding van minimaal een geregistreerd KNA-archeoloog; Tijdens het onderzoek wordt metaaldetectie uitgevoerd door een daarin kundig persoon; Beschrijving en uitwerking van aardwetenschappelijke gegevens wordt uitgevoerd door een fysisch geograaf of een archeoloog met kennis van zake; Indien mogelijk en beschikbaar worden, in overleg met provincie en gemeente, lokale amateurarcheologen ingeschakeld bij de archeologische begeleiding. Uitwerking en (deel)rapportage van sporen en vondsten dienen (voor zover aangetroffen) te geschieden door specialisten / deskundigen (zoals een fysisch geograaf, fysisch antropoloog, aardewerkdeskundige, archeozoöloog, archeobotanicus) Overlegmomenten Voorafgaand aan de graafwerkzaamheden vindt een startoverleg plaats tussen de opdrachtgever, de uitvoerder, de kraanmachinist(en) en de uitvoerend archeologen en eventueel een vertegenwoordiger van de bevoegde overheid. In dit startoverleg wordt nader ingegaan op de te volgen werkwijze in het veld. Tevens wordt besproken hoe de communicatielijnen lopen bij het aantreffen van bijzondere archeologische resten of 17

18 veranderingen in de planning. Verder komen ook de aandachtspunten met betrekking tot veiligheid aan bod; Indien sprake is van bijzondere bevindingen, die afwijken van de verwachting, wordt terstond overleg gepleegd met de opdrachtgever, de bevoegde overheid (gemeente) en, indien het vondsten betreft, met de eigenaar van de vondsten/depothouder (provincie); overleg met het bevoegd gezag en de opdrachtgever vindt plaats als de bevindingen in het veld significant afwijken van de uitgangspunten in dit PvE (zie hoofdstuk 11). Communicatie naar buiten toe en richting de pers wordt in overleg met en door de opdrachtgever uitgevoerd Kwaliteitsbewaking, toezicht, overleg en evaluatie Het gehele archeologische onderzoek (inclusief de uitwerking en rapportage) wordt geleid door een senior KNA-archeoloog. Deze treedt op als archeologisch projectleider en is verantwoordelijk voor de kwaliteitsbewaking van het project. Een (senior) KNAarcheoloog in het veld fungeert als eerste aanspreekpunt voor de opdrachtgever en de bevoegde overheid tijdens het veldwerk. Mutaties op het PvE worden altijd schriftelijk vastgelegd, evenals afspraken voortvloeiend uit overleggen. Telefonische overleggen worden vastgelegd in dagrapporten en/of per bevestigd Overige randvoorwaarden en aanvullende eisen Dit PvE dient tijdens het veldwerk op de werklocatie aanwezig te zijn. Voor alle werkzaamheden geldt dat deze altijd binnen de ARBO-regels dienen te worden uitgevoerd. Voor de start van de werkzaamheden wordt door de civiele uitvoerder een graafmelding (klic / WION) uitgevoerd; De opdrachtgever is verantwoordelijk voor de toegankelijkheid van het terrein en voor zover er sprake van is voor de plaatsing van afzettingen, het regelen van vergunningen, betredingstoestemmingen, het verwijderen van explosieven, etc. De inhoud van sporen met veel vondsten zoals afvalkuilen, waterputten e.d. dienen steeds aan het einde van de dag te zijn veiliggesteld (i.v.m. schatgravers). HOOFDSTUK 11 WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN HET VASTGESTELDE PVE 11.1 Wijzigingen tijdens het veldwerk Indien op grond van de bevindingen in het veld wijzigingen in de strategie of werkwijze noodzakelijk of wenselijk worden, neemt de opdrachtnemer (de archeologische instantie) direct contact op met de opdrachtnemer, de (vertegenwoordiger van) de bevoegde overheid en met de eigenaar van de vondsten/depothouder (provinciaal archeoloog). In overleg worden afspraken gemaakt aangaande de wijzigingen en de daarmee samenhangende planning van de werkzaamheden alsmede eventueel meer- of minderwerk Belangrijke wijzigingen Onderstaande belangrijke wijzigingen worden aantoonbaar voorgelegd aan alle betrokken partijen: afwijking van de archeologische verwachting; 18

19 significante afwijkingen van verwachte vondsten (hoeveelheid, materiaalcategorieën, conserveringstoestand); wijzigingen van de fysieke en/of technische omstandigheden; onvoorziene omstandigheden Procedure van wijziging na de evaluatiefase van het veldwerk Indien in de periode direct na voltooiing van het evaluatierapport maar nog voor de start van de uitwerking belangrijke wijzigingen geconstateerd worden ten opzichte van hetgeen in het PvE en het evaluatierapport staat vermeld, dient overleg plaats te vinden met alle betrokken partijen. Hierbij moet met name gedacht worden aan aspecten van selectie/deselectie, planning (doorlooptijd met betrekking tot uitgezette analyses) en kosten, inzet en beschikbaarheid van externe specialisten. Op voorstellen tot wijziging beslist de bevoegde overheid (inzake uitwerking en rapportage) en de provinciaal archeoloog (inzake conservering en vondsten) Procedure van wijziging tijdens uitwerking en conservering Als er na de evaluatie en selectie nog ingrijpende wijzigingen optreden t.a.v. de (methodiek van) uitwerkingen/of conservering, dient dit tijdig met de vertegenwoordiger van bevoegde overheid (uitwerking),of de eigenaar van de vondsten/depothouder namens deze de provinciaal archeoloog (conservering) en met de opdrachtgever te worden besproken. Hierover beslist de bevoegde overheid (aspecten die de uitwerking betreffen) of de provinciaal archeoloog (aspecten die de conservering betreffen). 19

20 Bijlage 1 bij het PvE: Lijst met te verwachten aantallen Onderzoek Verwachting Omvang Verwachte aantal m 2 Vondstcategorie Aardewerk Bouwmateriaal Metaal (ferro) Metaal (non-ferro) Slakmateriaal Vuursteen Overig natuursteen Glas Menselijk botmateriaal onverbrand Menselijk botmateriaal verbrand Dierlijk botmateriaal onverbrand Dierlijk botmateriaal verbrand Visresten (handverzameld) Schelpen Hout Houtskool(monsters) Textiel Leer Submoderne materialen Verwachte aantallen (N) 300 Monstername Verwachte aantallen (N) Algemeen biologisch monster (ABM) 1 Algemeen zeefmonster (AZM) 0 Pollen, diatomeeën en andere microfossielen 0 Monsters voor anorganisch chemisch onderzoek 0 Monsters voor micromorfologisch onderzoek 0 Monsters voor luminescentiedatering (OSL) 0 Monsters voor koolstofdatering ( 14 C) 1 Vismonsters 0 DNA 0 Dendrochronologisch monster 2 Gezien de aard van het onderzoek (smal tracé) kan geen nauwkeurige gespecificeerde verwachting van aantallen per vondstcategorie opgesteld worden. Ervaring uit vergelijkbare onderzoek leert dat een algemene verwachting van circa 300 vondsten van verschillende materialen te verwachten zijn. 20

21 Bijlage 2 bij het PvE: Overzicht te raadplegen specialisten/ specialismen Vondstcategorie In PvE voorschrijven Raadplegen bij PvA In PvE voorschrijven Raadplegen bij veldwerk In PvE voorschrijven Raadplegen bij uitwerking Aardewerk Bouwmateriaal Metaal (ferro) Metaal (non-ferro) Slakmateriaal Vuursteen Overig natuursteen Glas Menselijk botmateriaal onverbrand Menselijk botmateriaal verbrand Dierlijk botmateriaal onverbrand Dierlijk botmateriaal verbrand Visresten Schelpen Hout Houtskool(monsters) Textiel Leer Submoderne materialen Monstername Algemeen biologisch monster (ABM) Algemeen zeefmonster (AZM) Pollen, diatomeeën en andere microfossielen Monsters voor anorganisch chemisch onderzoek Monsters voor micromorfologisch onderzoek Monsters voor luminescentiedatering (OSL) Monsters voor koolstofdatering ( 14 C) DNA Dendrochronologisch monster 21

0 Archeologische begeleiding (AB) Opsteller Naam, adres, telefoon, datum paraaf Auteur

0 Archeologische begeleiding (AB) Opsteller Naam, adres, telefoon,  datum paraaf Auteur Programma van Eisen Conform KNA versie 3.2 (vanaf 06-04-2015) Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Opwater 0 IVO Onderwater 0 Opgraven 0 Archeologische begeleiding (AB) Opsteller

Nadere informatie

Programma van Eisen. 3880 AK PUTTEN T (0341) 359 732 E mstruijs@putten.nl. Naam, adres, telefoon, e-mail datum paraaf. Regio Noord-Veluwe

Programma van Eisen. 3880 AK PUTTEN T (0341) 359 732 E mstruijs@putten.nl. Naam, adres, telefoon, e-mail datum paraaf. Regio Noord-Veluwe Programma van Eisen Locatie Putten, Hoge Einderweg 19 Projectnaam Hoge Einderweg 19 Plaats binnen archeologisch proces 0 Archeologische begeleiding (AB) onder het protocol opgraven Opsteller Naam, adres,

Nadere informatie

Nota van wijziging: Aanvulling op Programma van Eisen (Transect- PvE A.A. Kerhoven/ A. Hakvoort)

Nota van wijziging: Aanvulling op Programma van Eisen (Transect- PvE A.A. Kerhoven/ A. Hakvoort) Nota van wijziging: Aanvulling op Programma van Eisen (Transect- PvE 11-05-2015 - A.A. Kerhoven/ A. Hakvoort) voor de hoofdstukken 5, 6 en 10, afbeeldingen en bijlage 1. Locatie Projectnaam Plaats binnen

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. VUhbs archeologie 3

INHOUDSOPGAVE. VUhbs archeologie 3 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED 5 HOOFDSTUK 2 AANLEIDING EN MOTIVERING VAN HET ONDERZOEK 5 2.1 Aanleiding en motivering 5 HOOFDSTUK 3 EERDER UITGEVOERD ONDERZOEK 5 HOOFDSTUK

Nadere informatie

PLAN VAN AANPAK Waarderend booronderzoek

PLAN VAN AANPAK Waarderend booronderzoek 11-8-2010 Pagina 1 van 5 PLAN VAN AANPAK Waarderend booronderzoek LOCATIE Haelen, Wienboomweg PROJECT 2010/383 OPSTELLER Projectleider Medeopstellers drs. A.J. Wullink Postbus 66, 4190 CB Geldermalsen

Nadere informatie

CHECKLIST. vooronderzoek. Omdat ook voor archeologische opgravingen een PvE verplicht is, is

CHECKLIST. vooronderzoek. Omdat ook voor archeologische opgravingen een PvE verplicht is, is ARCHEOLOGIE CHECKLIST Programma van Eisen (PvE) Toelichting De handreikingen en checklists richten zich in eerste instantie op het archeologisch vooronderzoek. Omdat ook voor archeologische opgravingen

Nadere informatie

PROGRAMMA VAN EISEN LOCATIE

PROGRAMMA VAN EISEN LOCATIE PROGRAMMA VAN EISEN LOCATIE Wienboomweg 1 te Haelen PROJECTNAAM Nieuwbouw Wienboomweg 1 PLAATS BINNEN ARCHEOLOGISCH PROCES IVO Proefsleuven (IVO-P) OPSTELLER Naam, adres, telefoon, e-mail datum paraaf

Nadere informatie

Er staat enige tijdsdruk op het project, zou je me kunnen laten weten op wat voor termijn ik een reactie kan verwachten?

Er staat enige tijdsdruk op het project, zou je me kunnen laten weten op wat voor termijn ik een reactie kan verwachten? From: Bram Markerink (brammarkerink@gmail.com) To: Ger van der Veen (g.vanderveen@middendrenthe.nl) Subject: Fwd: concept PvE Westerbork Hoofdstraat 34 Date: 2017-06-21 10:49:38 Attachments: 17P189 PvE

Nadere informatie

Plan van Aanpak Conform KNA versie 4.0 Kootstertille, Gemeente Achtkarspelen, Provincie Fryslân Archeologische begeleiding hoofdwatergang

Plan van Aanpak Conform KNA versie 4.0 Kootstertille, Gemeente Achtkarspelen, Provincie Fryslân Archeologische begeleiding hoofdwatergang Plan van Aanpak Conform KNA versie 4.0 Locatie Kootstertille, Gemeente Achtkarspelen, Provincie Fryslân Projectnaam Archeologische begeleiding hoofdwatergang Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Proefsleuven

Nadere informatie

PLAN VAN AANPAK. Pagina 1 van 7 LOCATIE. Knegsel, gemeente Eersel PROJECT

PLAN VAN AANPAK. Pagina 1 van 7 LOCATIE. Knegsel, gemeente Eersel PROJECT Pagina 1 van 7 PLAN VAN AANPAK LOCATIE Knegsel, gemeente Eersel PROJECT Bomen fietspad Knegsel-Steensel PLAATS BINNEN ARCHEOLOGISCH PROCES Archeologische begeleiding OPSTELLER Naam, adres, telefoon, e-mail

Nadere informatie

Projectnummer: C Opgesteld door: Ons kenmerk: : Kopieën aan:

Projectnummer: C Opgesteld door: Ons kenmerk: : Kopieën aan: MEMO ARCADIS NEDERLAND BV Zendmastweg 19 Postbus 63 9400 AB Assen Tel 0592 392 111 Fax 0592 353 112 www.arcadis.nl Onderwerp Werkprotocol archeologie uitvoering Groote Diep Assen, 16 mei 2013 Van drs I.E.

Nadere informatie

PROGRAMMA VAN EISEN. versie 1.0, 28-06-2010 Projectnr.: 21440510 LOCATIE. Boekel, De Donk PROJECT De Donk fase 2

PROGRAMMA VAN EISEN. versie 1.0, 28-06-2010 Projectnr.: 21440510 LOCATIE. Boekel, De Donk PROJECT De Donk fase 2 PROGRAMMA VAN EISEN LOCATIE Boekel, De Donk PROJECT De Donk fase 2 PLAATS BINNEN ARCHEOLOGISCH PROCES o Inventariserend veldonderzoek (IVO), waarderende fase : proefsleuven eventueel uit te breiden tot

Nadere informatie

Plangebied tussen Ringweg en August van Dijkstrjitte te Marrum

Plangebied tussen Ringweg en August van Dijkstrjitte te Marrum RAAP-PvE 1101 Programma van Eisen Archeologische begeleiding Plangebied tussen Ringweg en August van Dijkstrjitte te Marrum Gemeente Ferwerderadiel Goedkeuring PvE Zie bijlage 1 RAAP Archeologisch Adviesbureau

Nadere informatie

Programma van Eisen. Mevr. drs. S. Moerman Postbus 126

Programma van Eisen. Mevr. drs. S. Moerman Postbus 126 Programma van Eisen Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces x IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) 0 Opgraven 0 Archeologische begeleiding (AB) Rucphen, tracé Verlengde Vosdonkseweg

Nadere informatie

Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld

Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld 2015 Archeologisch Onderzoek Leiden (Archol) Postbus 9515 2300 RA Leiden (071) 527 33 13 www.archol.nl Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld Voorlopig evaluatierapport, Archol BV Opgraving Hengelo Winkelskamp

Nadere informatie

Programma van Eisen. VUhbs archeologie Drs. M. Bink (senior KNA-archeoloog) De Boelelaan HV Amsterdam

Programma van Eisen. VUhbs archeologie Drs. M. Bink (senior KNA-archeoloog) De Boelelaan HV Amsterdam Programma van Eisen Format conform KNA versie 4.0 (09-05-2016) Locatie/ Projectnaam Boxtel, Korenmolen Plaats binnen archeologisch proces X IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) X Opgraven Landbodems

Nadere informatie

Archeologische MonumentenZorg

Archeologische MonumentenZorg Provincie NoordBrabant Archeologische MonumentenZorg 1. EINDOORDEEL ADVIES Onderwerp Waalwijk, Sprang, Plangebied Aansluiting Bevrijdingsweg, N261 locatie B te Sprang, N261 archeologisch onderzoek. Aan

Nadere informatie

Programma van Eisen. Beekdal Ruiten Aa tussen Renneborg en ter Walslage. Wagon Renneborg Ter Walslage

Programma van Eisen. Beekdal Ruiten Aa tussen Renneborg en ter Walslage. Wagon Renneborg Ter Walslage Programma van Eisen Format conform KNA versie 4.0 (09-05-2016) Locatie Beekdal Ruiten Aa tussen Renneborg en ter Walslage Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO

Nadere informatie

Nota van wijziging 2_PvE DO Bredyk 32 Leeuwarden pdf

Nota van wijziging 2_PvE DO Bredyk 32 Leeuwarden pdf Willem-Simon van de Graaf Van: Kenemans, Mariëlle [marielle.kenemans@leeuwarden.nl] Verzonden: woensdag 25 mei 2016 10:47 Aan: Jakomien.Schouten@crv4all.com; Willem-Simon van de Graaf CC: Cuno Koopstra

Nadere informatie

Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer, Groningenweg 10, Postbus 420, 2800 AK Gouda tel , Programma van Eisen

Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer, Groningenweg 10, Postbus 420, 2800 AK Gouda tel ,  Programma van Eisen Protocol 4001 Programma van Eisen Dit protocol maakt onderdeel uit van de Kwaliteitsnorm Nederlandse archeologie. Deze Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA, versie 3.3), is op 09-12-2013 vastgesteld

Nadere informatie

Mevr. M. Burger,

Mevr. M. Burger, Plan van Aanpak Paraaf bevoegd gezag: opsteller: JP Bakx datum: 25-09-2017 Mevr. M. Burger, 25-09-2017 Inleiding In dit Plan van Aanpak worden de uitgangspunten en werkzaamheden beschreven voor het uitvoeren

Nadere informatie

Nota van wijziging 2: Aanvulling op Programma van Eisen (Transect- PvE A.A. Kerhoven/ A. Hakvoort)

Nota van wijziging 2: Aanvulling op Programma van Eisen (Transect- PvE A.A. Kerhoven/ A. Hakvoort) Nota van wijziging 2: Aanvulling op Programma van Eisen (Transect- PvE 11-05-2015 - A.A. Kerhoven/ A. Hakvoort) voor de hoofdstukken 5, 6 en 10 + afbeelding 1. Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch

Nadere informatie

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap Adviesdocument 768 Project: Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht Projectcode: HOOM2 Opdrachtgever: Brabants Landschap Datum: 12 juni 2015 1 ARCHEOLOGIE & DE ORANJERIE MATTEMBURGH Inleiding

Nadere informatie

Plangebied Bijenvlucht te Hoevelaken

Plangebied Bijenvlucht te Hoevelaken RAAP-PvE 1527 (herziene versie) Programma van Eisen Inventariserend veldonderzoek (proefsleuven) Plangebied Bijenvlucht te oevelaken Gemeente Nijkerk Goedkeuring PvE gemeente Nijkerk andtekening voor akkoord

Nadere informatie

Programma van Eisen. Protocol 4001

Programma van Eisen. Protocol 4001 Protocol 4001 Programma van Eisen Dit protocol maakt onderdeel uit van de Kwaliteitsnorm Nederlandse archeologie. Deze Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA, versie 3.2), is op 01-03-2010 vastgesteld

Nadere informatie

Programma van Eisen. Vanekerbeek Enschede

Programma van Eisen. Vanekerbeek Enschede Programma van Eisen Locatie Vanekerbeek Enschede Projectnaam Proefsleuvenonderzoek en archeologische begeleiding n.a.v. de reconstructie van de Vanekerbeek Plaats binnen archeologisch proces X IVO Proefsleuven

Nadere informatie

IDDS Archeologie Projectnr (Julianastraat) Versie 1.1, Programma van Eisen

IDDS Archeologie Projectnr (Julianastraat) Versie 1.1, Programma van Eisen IDDS Archeologie Projectnr. 34480612 (Julianastraat) Versie 1.1, 03-10-2012 Programma van Eisen Locatie Mill en St. Hubert, Mill, Julianastraat Projectnaam Mill, Julianastraat Plaats binnen archeologisch

Nadere informatie

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas QUICKSCAN ARCHEOLOGIE KLAVER 8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente 8 2017 Horst aan de Maas Gemeente Horst aan de Maas 20 APRIL 2017 20 APRIL 2017 Contactpersonen KOOS MOL Arcadis Nederland B.V.

Nadere informatie

Gemeente Haarlem. Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport

Gemeente Haarlem. Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport Gemeente Haarlem Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport Om archeologisch erfgoed te beschermen, kan bij een vergunningsaanvraag een waardestellend

Nadere informatie

Rotterdamseweg 202 in Delft

Rotterdamseweg 202 in Delft Delftse Archeologische Notitie 117 Rotterdamseweg 202 in Delft Een archeologische begeleiding en waarneming Bas Penning Delftse Archeologische Notitie 117 Rotterdamseweg 202 in Delft Een archeologische

Nadere informatie

Landgoed de Heihorsten. Plan van Aanpak archeologie.

Landgoed de Heihorsten. Plan van Aanpak archeologie. Landgoed de Heihorsten. Plan van Aanpak archeologie. Inleiding In het kader van de regeling nieuwe landgoederen van de provincie Noord-Brabant worden voorbereidingen getroffen voor de realisatie van het

Nadere informatie

1 ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED AANLEIDING EN MOTIVERING VAN HET ONDERZOEK Aanleiding en motivering...

1 ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED AANLEIDING EN MOTIVERING VAN HET ONDERZOEK Aanleiding en motivering... Inhoudsopgave 1 ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED... 4 2 AANLEIDING EN MOTIVERING VAN HET ONDERZOEK... 4 2.1 Aanleiding en motivering... 4 3 EERDER UITGEVOERD ONDERZOEK... 4 4 ARCHEOLOGISCHE VERWACHTING...

Nadere informatie

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA Gemeente Breda Bureau Cultureel Erfgoed ErfgoedBesluit 2009-30 Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA Controle BCE Johan Hendriks Bureau Cultureel Erfgoed, Naam Afdeling/bedrijf Datum Paraaf

Nadere informatie

CHECKLIST. 1. Het IVO-verkennend (voorzover booronderzoek) dient te zijn uitgevoerd door een instelling die beschikt over een opgravingsvergunning

CHECKLIST. 1. Het IVO-verkennend (voorzover booronderzoek) dient te zijn uitgevoerd door een instelling die beschikt over een opgravingsvergunning ARCHEOLOGIE CHECKLIST Beoordeling standaard rapport IVO-verkennend Algemene vragen 1. Het IVO-verkennend (voorzover booronderzoek) dient te zijn uitgevoerd door een instelling die beschikt over een opgravingsvergunning

Nadere informatie

Programma van Eisen Waterbodems

Programma van Eisen Waterbodems Protocol 4101 Programma van Eisen Waterbodems Dit protocol maakt onderdeel uit van de Kwaliteitsnorm Nederlandse archeologie. Deze Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA, versie 3.2), is op 18-12-2014

Nadere informatie

Gemaal Monnickendam. RAAP-PvE 1194 Archeologische begeleiding (protocol opgraven) Gemeente Waterland

Gemaal Monnickendam. RAAP-PvE 1194 Archeologische begeleiding (protocol opgraven) Gemeente Waterland RAAP-PvE 1194 Archeologische begeleiding (protocol opgraven) Gemaal Monnickendam Gemeente Waterland Goedkeuring PvE door gemeente Waterland (mevrouw M. Leeverink) Handtekening voor akkoord Functie en naam:

Nadere informatie

RAAP-PvE 1381 Programma van Eisen Inventariserend veldonderzoek (proefsleuven) Plangebied Volkel West II Gemeente Uden

RAAP-PvE 1381 Programma van Eisen Inventariserend veldonderzoek (proefsleuven) Plangebied Volkel West II Gemeente Uden RAAP-PvE 1381 Programma van Eisen Inventariserend veldonderzoek (proefsleuven) Plangebied Volkel West II Gemeente Uden Goedkeuring PvE door Gemeente Uden Handtekening voor akkoord Functie en Naam: Namens

Nadere informatie

Programma van Eisen Locatie

Programma van Eisen Locatie Programma van Eisen Locatie Veestraat/ Schoorweg/ Rijksweg N271, Linne/ Herten. Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces o o o o IVO Proefsleuven (IVO-P) IVO Overig (IVO-O) Opgraven (AO) Archeologische

Nadere informatie

Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag

Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag Mirjam Brouwer Goedkeuring evaluatieverslag Jos van der Weerden Locatie.

Nadere informatie

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop Plan van Aanpak Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek Opdrachtgever: Van Wengerden en Visser B.V. Plangebied: Dorpsstraat 63 / Vijverhofpad 4 in Nieuwkoop, gemeente Nieuwkoop

Nadere informatie

no-hoek: / zw-hoek: / zo-hoek: /

no-hoek: / zw-hoek: / zo-hoek: / Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek middels proefsleuven (IVO-P) Plangebied Laan naar Emiclaer dd. 01-09-2015 Onderzoeksgegevens Onderzoek: Amersfoort Laan naar Emiclaer 2 Meldingnummer: 2683574100

Nadere informatie

ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK

ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK Archeologische begeleiding van de sanering van zinkassen Heijerstraat 26 te Westerhoven in de gemeente

Nadere informatie

Programma van Eisen Format volgens KNA versie 4.0 ( ) Gorinchem Spijkse dijk/glacis (Bastion XI) Bedekte weg

Programma van Eisen Format volgens KNA versie 4.0 ( ) Gorinchem Spijkse dijk/glacis (Bastion XI) Bedekte weg Programma van Eisen Format volgens KNA versie 4.0 (09-05-2016) Locatie Gorinchem Spijkse dijk/glacis (Bastion XI) Bedekte weg Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Proefsleuven (IVO-P) 0

Nadere informatie

Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland

Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland Delftse Archeologische Notitie 101 Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland Proefsleuvenonderzoek aan de Phoenixstraat 32 te delft Jorrit van Horssen Delftse Archeologische Notitie 101

Nadere informatie

Naam, adres, telefoon, datum paraaf. Namens de gemeente Dinkelland. Drs. J.A.M. Oude Rengerink

Naam, adres, telefoon,  datum paraaf. Namens de gemeente Dinkelland. Drs. J.A.M. Oude Rengerink Programma van Eisen Archeologische begeleiding Locatie Commanderie Ootmarsum Projectnaam Archeologische begeleiding aanleg nuts-leidingen en overige werken Commanderie Ootmarsum Plaats binnen archeologisch

Nadere informatie

Bijlage 3 De AMZ-procedure

Bijlage 3 De AMZ-procedure Bijlage 3 De AMZ-procedure In de archeologische monumentenzorg wordt het feitelijke beheer van het gemeentelijk bodemarchief gerealiseerd in stappen. Elke stap eindigt met de afweging of er voldoende informatie

Nadere informatie

Archeologisch onderzoek begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68

Archeologisch onderzoek begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68 Archeologisch onderzoek begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68 Archeologische begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68 Definitief ISSN 1573-5710

Nadere informatie

Archol bv. Ivo van Wijk. Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein

Archol bv. Ivo van Wijk. Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein 2012 Archol bv Ivo van Wijk Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat

Nadere informatie

CHECKLIST. en Wetenschap aan instellingen die hebben aangetoond bekwaam te zijn tot het doen van

CHECKLIST. en Wetenschap aan instellingen die hebben aangetoond bekwaam te zijn tot het doen van ARCHEOLOGIE CHECKLIST Beoordeling standaard rapport IVO-karterend Algemene vragen 1. Het IVO-karterend (voorzover booronderzoek en proefsleuven) dient te zijn uitgevoerd door een instelling die beschikt

Nadere informatie

Programma van Eisen Locatie

Programma van Eisen Locatie Programma van Eisen Locatie St Josephstraat te Oosterhout Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) 0 Opgraven 0 Archeologische begeleiding (AB) Proefsleuvenonderzoek

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED... 3

HOOFDSTUK 1. ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED... 3 D14.411137 D14.411137 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1. ADMINISTRATIEVE GEGEVENS ONDERZOEKSGEBIED... 3 HOOFDSTUK 2. AANLEIDING EN MOTIVERING VAN HET ONDERZOEK... 4 2.1 Aanleiding en motivering... 4 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Archeologisch onderzoek Erica-ter Apelkanaal: Bladderswijk

Archeologisch onderzoek Erica-ter Apelkanaal: Bladderswijk Archeologisch onderzoek Erica-ter Apelkanaal: Bladderswijk Archeologische begeleiding GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 1194 Archeologisch onderzoek Erica-Ter Apelkanaal: Bladderswijk Archeologische begeleiding

Nadere informatie

Plan van Aanpak. PvA A I / Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) 1

Plan van Aanpak. PvA A I / Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) 1 Plan van Aanpak Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) Projectnr. A16-085-I, september 2016, versie: 1 Auteur: dr. P.T.A. de Rijk Verkennend booronderzoek Veldwerk Inleiding: Onderzoeksvragen:

Nadere informatie

CHECKLIST. Beoordeling standaard rapport IVO-waarderend

CHECKLIST. Beoordeling standaard rapport IVO-waarderend ARCHEOLOGIE CHECKLIST Beoordeling standaard rapport IVO-waarderend Algemene punten 1. Het IVO-waarderend (voorzover proefsleuven- of booronderzoek) dient te zijn uitgevoerd door een instelling die beschikt

Nadere informatie

Programma van Eisen. Archeologie

Programma van Eisen. Archeologie Programma van Eisen Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces Archeologische begeleiding (AB) Archeologie Gemeente: Eindhoven Plaats: Eindhoven, stadsdeel Woensel Noord Eindhoven, Aanschotse

Nadere informatie

Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag.

Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag. Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag. projectnr. 405215.01 revisie 01 15 oktober 2015 auteur M. Arkema Opdrachtgever BDP

Nadere informatie

Archeologische Quickscan

Archeologische Quickscan Document: Archeologische Quickscan versie 2 Plangebied: Polderpark, Oudesluis, gemeente Schagen Adviesnummer: 16185 Opsteller: drs. C.M. Soonius (senior archeoloog) & drs. S. Gerritsen (senior archeoloog)

Nadere informatie

Evaluatie- en selectierapport

Evaluatie- en selectierapport Evaluatie- en selectierapport Proefsleuvenonderzoek plangebied De Stenen Poort, gemeente Houten Datum: 16-07-2012 CIS-code: 51199 Projectcode: HOSE3 Rapporteur Drs. I.R.P.M. Briels Versie definitief 1.0

Nadere informatie

: Archeologische begeleiding in Katwijk, Tweede Mientlaan

: Archeologische begeleiding in Katwijk, Tweede Mientlaan Bodemshop Dhr. Roosendaal s-gravendijckseweg 45 A 2201 CZ Noordwijk Noordwijk, 16 juni 2008 Kenmerk : 09840508/29047 Contactpersoon : drs. Edwin Hoven E-mail : ehoven@beckerenvandegraaf.nl Betreft : Archeologische

Nadere informatie

Archeologisch Programma van Eisen Archeologische Begeleiding volgens protocol opgraven Jonkheer Doctor Van Sandbergweg 47 Leuvenum gemeente Ermelo

Archeologisch Programma van Eisen Archeologische Begeleiding volgens protocol opgraven Jonkheer Doctor Van Sandbergweg 47 Leuvenum gemeente Ermelo Archeologisch Archeologische Begeleiding volgens protocol opgraven Jonkheer Doctor Van Sandbergweg 47 Leuvenum gemeente Ermelo Versie 2: 15 oktober 2015 Conform KNA versie 3.3 Locatie Jonkheer Doctor Van

Nadere informatie

PvE Casteren Kerkeneind, 20-11-2009, versie 2.0 PROGRAMMA VAN EISEN. Bladel, Casteren Casteren, Kerkeneind. ehoven@beckerenvandegraaf.

PvE Casteren Kerkeneind, 20-11-2009, versie 2.0 PROGRAMMA VAN EISEN. Bladel, Casteren Casteren, Kerkeneind. ehoven@beckerenvandegraaf. PROGRAMMA VAN EISEN LOCATIE PROJECT Bladel, Casteren Casteren, Kerkeneind PLAATS BINNEN ARCHEOLOGISCH PROCES o Inventariserend veldonderzoek (IVO) : proefsleuven OPSTELLER Naam, adres, telefoon, e-mail

Nadere informatie

Programma van Eisen. HHNK Vismigratieproject NMF Erfgoedadvies PVE

Programma van Eisen. HHNK Vismigratieproject NMF Erfgoedadvies PVE Programma van Eisen Format conform KNA versie 4.0 (09-05-2016) Locatie Plangebied Vismigratieproject Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier in de Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon. Projectnaam

Nadere informatie

Programma van Eisen. E. Akkerman Zendmastweg 19 Assen Opdrachtgever Naam, adres, telefoon, datum paraaf

Programma van Eisen. E. Akkerman Zendmastweg 19 Assen Opdrachtgever Naam, adres, telefoon,  datum paraaf Programma van Eisen Locatie Norg Projectnaam Norg Esweg Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) X Opgraven 0 Archeologische begeleiding (AB) 0 Archeologische

Nadere informatie

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.) Laagland Archeologie Rapport 11 Inventariserend veldonderzoek karterende fase Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.) Opdrachtgever: gemeente Steenwijkerland april 2016 Versie 1 Inventariserend

Nadere informatie

KWALITEITSNORM NEDERLANDSE ARCHEOLOGIE 2005

KWALITEITSNORM NEDERLANDSE ARCHEOLOGIE 2005 Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie versie 2.2 februari 2005 CVAK KNA 2.2 HOOFDSTUK 0: INHOUDSOPGAVE PAGINA 2 VAN 6 HOOFDSTUK 0. INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1. TOELICHTING Normen en Richtlijnen Kwaliteitseisen

Nadere informatie

Nota van wijziging 2_PvE DO Bredyk 32 Leeuwarden pdf

Nota van wijziging 2_PvE DO Bredyk 32 Leeuwarden pdf Willem-Simon van de Graaf Van: Kenemans, Mariëlle [marielle.kenemans@leeuwarden.nl] Verzonden: woensdag 18 mei 2016 15:28 Aan: Jakomien.Schouten@crv4all.com CC: Cuno Koopstra; Willem-Simon van de Graaf

Nadere informatie

Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek

Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek Plan van Aanpak Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek Opdrachtgever: SAB Plangebied: Plangebied Plantageweg 35 Datum: 13 februari 2015 Opsteller PvA: Autorisatie: Projectcode:

Nadere informatie

Programma van Eisen Plangebied Amsterdamsche Veld gemeente Emmen Inventariserend veldonderzoek: een karterend sonderingsonderzoek

Programma van Eisen Plangebied Amsterdamsche Veld gemeente Emmen Inventariserend veldonderzoek: een karterend sonderingsonderzoek RAAP-PvE 685 Programma van Eisen Plangebied Amsterdamsche Veld gemeente Emmen Inventariserend veldonderzoek: een karterend sonderingsonderzoek Goedkeuring PvE door drs. A. Mars (zie bijlage 1) RAAP Archeologisch

Nadere informatie

4 Archeologisch onderzoek

4 Archeologisch onderzoek 4 Archeologisch onderzoek 99044462 Inhoudsopgave ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK 1 Inleiding... 2 1.1 Algemeen... 2 1.2 Aanleiding en doelstelling... 2 2 Bureauonderzoek... 3 2.1 Werkwijze... 3 2.2 Resultaten

Nadere informatie

Programma van Eisen. Dorpsstraat 39 te Almen (gemeente Lochem) Almen-Dorpsstraat 39 AB

Programma van Eisen. Dorpsstraat 39 te Almen (gemeente Lochem) Almen-Dorpsstraat 39 AB Programma van Eisen Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces Archeologische begeleiding (AB) Dorpsstraat 39 te Almen (gemeente Lochem) Almen-Dorpsstraat 39 AB Opsteller datum paraaf Auteur

Nadere informatie

Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam, Gemeente Zwijndrecht, B&G rapport 899

Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam, Gemeente Zwijndrecht, B&G rapport 899 1. ALGEMENE GEGEVENS Titel Auteur(s) Autorisatie Gemeente Plaats Toponiem / Straat Onderzoekskader Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam,

Nadere informatie

Programma van Eisen. Kotmanpark Oost, Enschede

Programma van Eisen. Kotmanpark Oost, Enschede Programma van Eisen Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) X Opgraven 0 Archeologische begeleiding (AB) Kotmanpark Oost, Enschede Opgraving

Nadere informatie

Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid. Een archeologische begeleiding aan de Trappenberglaan te Rijnsburg. A. Porreij-Lyklema. Archol.

Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid. Een archeologische begeleiding aan de Trappenberglaan te Rijnsburg. A. Porreij-Lyklema. Archol. Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid Een archeologische begeleiding aan de Trappenberglaan te Rijnsburg Archol A. Porreij-Lyklema 313 Archol Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid Een archeologische

Nadere informatie

Pagina 1 van 7. Archeologie West-Friesland Nieuwe Steen 1, 1625 HV Hoorn Postbus 603, 1620 AR Hoorn

Pagina 1 van 7. Archeologie West-Friesland Nieuwe Steen 1, 1625 HV Hoorn Postbus 603, 1620 AR Hoorn Document: Archeologisch Advies Plangebied: Witte Kool, Sint Maarten, gemeente Schagen Adviesnummer: 17024 Opsteller: drs. C.M. Soonius (senior archeoloog) Datum: 01-02-2017 Advies Vervolgtraject Geen.

Nadere informatie

ArcheoPro Archeologische rapporten nr Archeologische bouwbegeleiding Klimmen gemeente Voerendaal. Souterrains Partner of ArcheoPro

ArcheoPro Archeologische rapporten nr Archeologische bouwbegeleiding Klimmen gemeente Voerendaal. Souterrains Partner of ArcheoPro ArcheoPro Archeologische rapporten nr. 602 Archeologische bouwbegeleiding Klimmen gemeente Voerendaal Souterrains Partner of ArcheoPro Joep Orbons Richard Exaltus juni 2006 ArcheoPro Archeologische bouwbegeleiding

Nadere informatie

Plan van Aanpak ten behoeve van het verkennend inventariserend booronderzoek tussen de Vennenweg en N362 te Farmsum, gemeente Delfzijl (GR)

Plan van Aanpak ten behoeve van het verkennend inventariserend booronderzoek tussen de Vennenweg en N362 te Farmsum, gemeente Delfzijl (GR) Plan van Aanpak ten behoeve van het verkennend inventariserend booronderzoek tussen de Vennenweg en N362 te Farmsum, gemeente Delfzijl (GR) MUG-projectnummer 51195515 Opdrachtgever RPS advies- en ingenieursbureau

Nadere informatie

Het bevoegd gezag is het bestuursorgaan dat het besluit neemt of de vergunning verleent.

Het bevoegd gezag is het bestuursorgaan dat het besluit neemt of de vergunning verleent. Archeologische Monumentenzorg stapsgewijs Proces Archeologische Monumentenzorg (AMZ) Het opsporen en waarderen van archeologische vindplaatsen in het kader van ruimtelijke ingrepen vindt plaats in stappen.

Nadere informatie

Transect-PvE. Brédyk 32, Wirdum. Gemeente Leeuwarden (Fr)

Transect-PvE. Brédyk 32, Wirdum. Gemeente Leeuwarden (Fr) Transect-PvE Brédyk 32, Wirdum Gemeente Leeuwarden (Fr) Proefsleuvenonderzoek (IVO-P), waarderende fase met eventuele doorstart naar een definitieve opgraving (DO) 1 Australiëlaan 5-a 3526 AB Utrecht T:

Nadere informatie

Gemeente Alphen-Chaam. Plangebied Centrumplan te Alphen. Definitieve opgraving. BAAC-evaluatierapport A-11.0133

Gemeente Alphen-Chaam. Plangebied Centrumplan te Alphen. Definitieve opgraving. BAAC-evaluatierapport A-11.0133 Gemeente Alphen-Chaam Plangebied Centrumplan te Alphen Definitieve opgraving BAAC-evaluatierapport A-11.0133 Projectnaam: Alphen-Chaam Alphen, Centrumplan Projectnummer: A-11.0133 OM-nummer: 46422 Auteur:

Nadere informatie

Definitieve opgraving (DO) Elst-Het Bosje (gem. Rhenen)

Definitieve opgraving (DO) Elst-Het Bosje (gem. Rhenen) Definitieve opgraving (DO) Elst-Het Bosje (gem. Rhenen) Evaluatierapport L. Meurkens (veldwerkleider) Gemeente: Rhenen Plaats: Elst Toponiem: Het Bosje Coördinaten: 1699 / 40 Opdrachtgever: Gemeente Rhenen

Nadere informatie

Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag.

Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag. Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag. projectnr. 405215.01 revisie 03 25 februari 2016 auteur M. Arkema Opdrachtgever BDP

Nadere informatie

Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat. Archeologische begeleiding conform protocol proefsleuvenonderzoek. M.E. Hemminga. Archol.

Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat. Archeologische begeleiding conform protocol proefsleuvenonderzoek. M.E. Hemminga. Archol. Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat Archeologische begeleiding conform protocol proefsleuvenonderzoek M.E. Hemminga Archol 409 Archol Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat

Nadere informatie

PvE IVO-proefsleuven Zuidlaren, gem. Tynaarlo; Bestemmingsplan Noord Es Zuidlaren, versie 1.0 (Concept) Programma van Eisen

PvE IVO-proefsleuven Zuidlaren, gem. Tynaarlo; Bestemmingsplan Noord Es Zuidlaren, versie 1.0 (Concept) Programma van Eisen Programma van Eisen Locatie Heerdelaan, Zuidlaren (gem. Tynaarlo) Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) 0 Opgraven 0 Archeologische begeleiding (AB)

Nadere informatie

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494) Archeologie Deventer Briefrapport 27 November 2013 Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494) Briefrapport Controleboringen Cellarius / De Hullu, Colmschate (project 494) Behorende bij bureaustudie

Nadere informatie

PvB Inveiilaiiseiend Veldonderzoek doormiddel van Procfsleiiven 'Bestemmingsplan Veestraat-Linnerblik'. Linne/Heiten; versie: DEF

PvB Inveiilaiiseiend Veldonderzoek doormiddel van Procfsleiiven 'Bestemmingsplan Veestraat-Linnerblik'. Linne/Heiten; versie: DEF PvB Inveiilaiiseiend Veldonderzoek doormiddel van Procfsleiiven ''. Linne/Heiten; versie: 130403-DEF Programma van Eisen Locatie Veestraat/Schoorweg/Rijksweg N271, Linne/Heiten, Projecfnnam Plflats binnen

Nadere informatie

Archeologische Begeleiding

Archeologische Begeleiding Protocol 4007 Archeologische Begeleiding Dit protocol maakt onderdeel uit van de Kwaliteitsnorm Nederlandse archeologie. Deze Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA, versie 3.3), is op 09-12-2013

Nadere informatie

% &! '!#(&#! )"(*!# #+ &,-. '!#( )(/ -#'#!#(0

% &! '!#(&#! )(*!# #+ &,-. '!#( )(/ -#'#!#(0 ! #$# %!#$ % &! '!#(&#! )(*!# #+ &,-. '!#( )(/ 0 -#'#!#(0 '!#(1/((2( 0 -#'#!#(0 .#/!0 '122 ' 3 4 ' '52 '. 67 7' # 8' 49'9' #02'# 22 2 2'.0:*(&+2 6 &' ; < *' ;7 =2< 9' >

Nadere informatie

Advies Archeologische Monumentenzorg 2013 nr. 83

Advies Archeologische Monumentenzorg 2013 nr. 83 Advies Archeologische Monumentenzorg 2013 nr. 83 Selectiebesluit Proefsleuvenonderzoek Betonson fase 1 en 2 te Son naam Gemeente/bedrijf Datum Aanvrager René van de Gemeente Son en Breugel 8-8-2013 Brand

Nadere informatie

MEMO. Projectgegevens

MEMO. Projectgegevens MEMO Van : W.J. Weerheijm (Vestigia Archeologie & Cultuurhistorie) Aan : Dhr. W. Nouwens (Amerpoort) Onderwerp : Archeologisch onderzoek Mariaoordlaan Baarn Datum : 23 juli 2013 Ons kenmerk : V13-29344/2677/WW

Nadere informatie

INFORMATIERAPPORT EN SELECTIEADVIES

INFORMATIERAPPORT EN SELECTIEADVIES INFORMATIERAPPORT EN ELECTIEADVIE Proefsleuvenonderzoek Bedrijventerrein fase 2 (Homoetsestraat), Maurik, gemeente Buren Archis onderzoekmeldingsnummer 4120 Inleiding Tussen 14 en 23 februari 2011 is door

Nadere informatie

PROGRAMMA VAN EISEN. Gemeente: Eindhoven Plaats: De Bergen (centrum) Project: Luciferterrein

PROGRAMMA VAN EISEN. Gemeente: Eindhoven Plaats: De Bergen (centrum) Project: Luciferterrein PROGRAMMA VAN EISEN LOCATIE PROJECT Gemeente: Eindhoven Plaats: De Bergen (centrum) Project: Luciferterrein EH-LU-09 PLAATS BINNEN ARCHEOLOGISCH PROCES Inventariserend veldonderzoek (IVO) Opgraven OPSTELLER

Nadere informatie

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies K A R T E R E N D B O O R O N D E R Z O E K Bisschopsweg, Easterkar te Sintjohannesga (Gemeente De Friese Meren) Een Karterend booronderzoek Plangebied op

Nadere informatie

tb-07-rq 0 Overig T 14 0495 E w,truyen@weert.nl

tb-07-rq 0 Overig T 14 0495 E w,truyen@weert.nl 0 Overig T 14 0495 E w,truyen@weert.nl Depotbeheerder Adviseur van de gemeent en tevens beoordelaar PvE: ArchAeO 8,V., Archeologische Advisering en Ondersteuning Dhr. drs, F.P. (Fokko) Koftlang Rapelenburglaan

Nadere informatie

6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldo

6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldo 6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldonderzoek 2200 voor Chr. 700 voor Chr. 150 na Chr. 320

Nadere informatie

QUICKSCAN N69 BRAAMBOSCHROTONDE, GEMEENTE BERGEIJK Arcadis Archeologisch Rapport 75 5 JANUARI 2016

QUICKSCAN N69 BRAAMBOSCHROTONDE, GEMEENTE BERGEIJK Arcadis Archeologisch Rapport 75 5 JANUARI 2016 QUICKSCAN N69 BRAAMBOSCHROTONDE, GEMEENTE Arcadis Archeologisch Rapport 75 5 JANUARI 2016 Arcadis Nederland B.V. Postbus 1018 5200 BA 's-hertogenbosch Nederland +31 (0)88 4261 261 www.arcadis.com 2 Contactpersonen

Nadere informatie

RMB NOTITIE Quickscan archeologie Uden Eikenheuvelweg/Munterweg. Inleiding

RMB NOTITIE Quickscan archeologie Uden Eikenheuvelweg/Munterweg. Inleiding RMB NOTITIE 1015 Quickscan archeologie Uden Eikenheuvelweg/Munterweg Inleiding De gemeente Uden heeft als bevoegde overheid het RMB gevraagd een advies uit te brengen over de een plangebied aan de Eikenheuvelweg

Nadere informatie

Goedkeuring PvE namens de minister van Economische Zaken,

Goedkeuring PvE namens de minister van Economische Zaken, RAAP-PvE 1114 Programma van Eisen Archeologische begeleiding Aardgastransportleldlngtracé A803 Beverwijk-Wijngaarden Vindplaatsen 1 en 2 (KR-144-145-146): Oud-AI bias, Polder Zuidzijde en polder Noordzijde

Nadere informatie

Archeologisch proefsleuvenonderzoek aan Stegingepad 4 te Zuidbarge, gemeente Emmen (DR)

Archeologisch proefsleuvenonderzoek aan Stegingepad 4 te Zuidbarge, gemeente Emmen (DR) Archeologisch proefsleuvenonderzoek aan Stegingepad 4 te Zuidbarge, gemeente Emmen (DR) projectnummer 94102814 7 maart 2014 MUG-projectnummer 94102814 Opdrachtgever familie Omvlee MUG-publicatie 2014-14

Nadere informatie

PROTOCOL OPSTELLEN PROGRAMMA VAN EISEN

PROTOCOL OPSTELLEN PROGRAMMA VAN EISEN PROTOCOL OPSTELLEN PROGRAMMA VAN EISEN Inleiding Het Programma van Eisen (PvE) is een van de hoekstenen van de Kwaliteitsnorm Nederlands Archeologie (KNA). In het PvE wordt vastgelegd waaraan een inventariserend

Nadere informatie

Programma van eisen Erfgoed Leiden e.o. Gemeente Leiden

Programma van eisen Erfgoed Leiden e.o. Gemeente Leiden Programma van Eisen Locatie Projectnaam Plaats binnen archeologisch proces 0 IVO Proefsleuven (IVO-P) 0 IVO Overig (IVO-O) 0 Opgraven 0 Archeologische begeleiding (AB) Leiden, () 0 Archeologische begeleiding

Nadere informatie