Aardewerkstudie van enkele Gallo-Romeinse contexten uit de vicus te Velzeke

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aardewerkstudie van enkele Gallo-Romeinse contexten uit de vicus te Velzeke"

Transcriptie

1 Terra Incognita (2006) : Aardewerkstudie van enkele Gallo-Romeinse contexten uit de vicus te Velzeke Ruben PEDE Dit onderzoek behelst de studie van 4 contexten uit de Gallo-Romeinse vicus te Velzeke. Concreet betreft het een verwerking van het aardewerk, afkomstig uit deze nederzettingscontexten. Een dergelijke studie is niet alleen nuttig om tot een valabele datering van de sporen te komen, maar vertelt ons bovendien ook veel over bepaalde evoluties zoals de verhouding tussen regionaal en geïmporteerd materiaal, de veranderende tafel en eetgewoontes, de economische relaties tussen bepaalde gebieden, enz. Hiermee hopen we een wezenlijke bijdrage te leveren tot een betere kennis van de aard van het aardewerkrepertorium in de vicus van Velzeke (en de omliggende regio) gedurende de Romeinse periode. 1. Inleiding Velzeke bevindt zich in het zuiden van de huidige provincie Oost-Vlaanderen. Gedurende de Romeinse periode maakte de site deel uit van het noordelijke deel van de civitas Nerviorum. De vroegste, Romeinse sporen manifesteren zich ten westen van de eigenlijke vicus, waar vermoedelijk de sporen van een Augusteïsch legerkamp werden aangetroffen (Rogge 1976). Ten laatste onder Claudius start dan de ontwikkeling van de eigenlijke vicus, ten westen van het voormalige legerkamp dat vanaf diezelfde periode ingericht werd als necropool. Een grote impuls voor de ontplooiing van de nederzetting bleek de gunstige ligging te zijn aan het kruispunt van twee belangrijke wegen : Boulogne- Keulen en Bavay-Velzeke. Deze wegen hadden oorspronkelijk een militaire functie (troepentransport en bevoorrading), in de loop van de 1ste eeuw n.chr. zullen deze belangrijke wegen meer en meer gedemilitariseerd worden (ROGGE ET AL. 1996). De vicus zal zijn grootste uitbreiding kennen onder de Flaviërs (69-96 n.chr.) tot hectare. Deze periode kenmerkt zich door een grote economische welvaart die zal voortduren tot diep in de 2de eeuw na Christus. De invallen van de Chauki en Chatti ( n.chr.) zullen een eind maken aan deze lange periode van de Pax Romana. Uiteindelijk zal de 2de golf van Germaanse invallen in het 3de kwart van de 3de eeuw ( n.chr.) de vicus fataal worden. In deze periode stopt de bewoning en houdt de Gallo-Romeinse vicus op te bestaan. De 4 bestudeerde contexten zijn alle afvalcontexten, opgegraven in 2003 (DE MULDER & DE- SCHIETER 2004 : 37). Het materiaal was vrij goed bewaard, hoewel we een sterke fragmentatie vaststelden. Het opgegraven perceel situeert zich in de centrale sector van de voormalige vicus. Dit is de zone waar de vroegste civiele sporen werden aangetroffen. De bewoning loopt er van de Tiberisch-Claudische periode tot het einde van de 2de/begin van de 3de eeuw n. Chr. (DE MULDER ET AL : 377). Alle contexten bevinden zich ten zuiden van een vermoedelijke woonzone, die slechts gedeeltelijk werd aangesneden tijdens de opgraving (figuur 1). V03/B1496g/1 (1ste helft 2de eeuw n.chr.) heeft vermoedelijk een eerder rechthoekige plattegrond. Deze kuil steekt voor een deel onder een huidige weg waardoor deze context nog niet volledig werd opgegraven. V03/ B1496g/8 (late 2de eeuw/overgang naar 3de eeuw n.chr.) vertoont een ronde vorm. Ook V03/B1496g/29 (Claudisch-Neronisch) werd niet volledig opgegraven. Deze kuil is eerder rechthoekig van vorm. V03/B1496g/30 (2de helft van de 2de eeuw n.chr.) geeft een rechthoekige plattegrond en is ingegraven in V03/ B1496g/ Aardewerk De 4 contexten omvatten in totaal 2492 scherven waarvan 190 exemplaren. Opmerkelijk is de grote variëteit binnen deze vondstcategorie, zowel binnen de importproducten als binnen de lokaal/regionaal geproduceerde groepen. V03/B1496g/29 die slechts gedeeltelijk werd opgegraven bevat 518 scherven en 28 exemplaren. V03/B1496g/30 telt 120 scherven en 10 exemplaren. V03/B1496g/8 herbergt 993 scherven en 81 exemplaren. Ook V03/B1496g/1 165

2 Ruben PEDE kon slechts voor een deel opgegraven worden. We konden 859 scherven, waarvan 75 exemplaren, tot deze context rekenen Luxewaar Terra sigillata Samen met de Belgische waar gaat het hier om de belangrijkste categorie binnen de tafelwaar. In totaal beslaat het 3,6 % van het TAS (= Totaal Aantal Scherven) en 13,5 % van het MAE (= Minimum Aantal Exemplaren ; voor een overzicht van de tellingen zie Pede 2005 : ). Er werden 89 scherven terra sigillata herkend, waarvan 26 exemplaren. In de pre- Flavische periode lijkt deze groep quasi afwezig, terwijl in de 2de eeuw de terra sigillata naast de terra nigra de voornaamste categorie binnen de luxewaar vormt. De drie grote productiegebieden van terra sigillata in Gallië zijn in onze contexten vertegenwoordigd : Zuid-, Centraal en Oost-Gallië. Italische sigillata zijn niet aanwezig. De Zuid-Gallische producten zijn zwak vertegenwoordigd met slechts 4 scherven waarvan 1 exemplaar. Wat de versierde vormen betreft, kunnen we slechts 1 wandfragmentje van een Dr. 29 (figuur 2.1) (DRAGENDORFF 1895) onderscheiden. Vermoedelijk moet dit fragmentje in de Claudische periode geplaatst worden (HAW- KES & HULL 1947 : 170). Verder vermelden we nog een fragment van de kraag van het type Curle 11 (figuur 2.2) en een randfragment van het type Dr. 18 (figuur 2.3). De Centraal-Gallische producten vormen de meerderheid binnen de terra sigillata. 54 scherven en 18 exemplaren zijn afkomstig uit dit productiegebied. De Centraal-Gallische import zal uiteindelijk het talrijkst zijn ; het zwaartepunt ervan kan in de 1ste helft van de 2de eeuw geplaatst worden maar de invoer zal zeker doorlopen tot het einde van de 2de eeuw na Christus. Het begin van de Centraal-Gallische importen valt mooi te dateren, aangezien we enkele scherven duidelijk konden toewijzen aan de ateliers uit Martres-de-Veyre. Dit gebied begint ten vroegste te exporteren vanaf 100 n.chr. ; het einde van deze export moet ergens rond 125 n.chr. geplaatst worden (WEBSTER 1996 : 3). De rest van de Centraal-Gallische producties was afkomstig uit Lezoux. De enige versierde vorm is het type Dr. 37 met twee exemplaren (figuren ). Wat de onversierde waar betreft, wordt een meer gevarieerd beeld verkregen met borden van het type Dr. 18/31 (figuren ) en Walters 79 (figuur 2.8), kommen en napjes van het type Dr. 27 (figuur 2.9), Dr. 33 (figuren ) en Dr. 35 (figuur 2.12). De Oost-Gallische is na de Centraal-Gallische de belangrijkste importgroep binnen de terra sigillata met 25 scherven en 3 exemplaren. Deze importgroep zal zich enkel in de 2de helft van de 2de eeuw manifesteren. Enkel de producten van Lavoye en Rheinzabern konden met zekerheid aan het specifiek atelier toegewezen worden. Onder andere een versierde Dr. 37 (figuur 2.13) is afkomstig van Lavoye, hoogstwaarschijnlijk van de hand van Gesatus. Deze pottenbakker was de opvolger van Tribunus, die produceerde tussen na Christus. Hofmann vermeldt dat Gesatus nog voor een deel gelijktijdig met Tribunus heeft geproduceerd (HOFMANN 1968 : ). Na Tribunus produceerde Gesatus verder tot het einde van de 2de eeuw n.chr., zodat dit exemplaar eerder op het einde van de 2de eeuw moet geplaatst worden. Bij de versierde fragmenten troffen we verder nog een randfragment van het type Dr. 37 (figuur 2.14) aan ; deze werd geproduceerd in Rheinzabern. Deze scherf draagt een eierlijst van Janu I ; Bernhard (1981 : 79-93, 198 : bijlage 5) plaatst deze pottenbakker bij zijn groep Ia. Het begin van deze pottenbakker zou zich situeren tussen 140/150 n.chr. en het einde mogelijk nog voor of iets na de Markomannenoorlogen ( /175). Het kan evenwel gaan om een pottenbakker verwant aan Janu I die dan tot groep Ib zou behoren, die door Bernhard in het laatste kwart van de 2de eeuw wordt geplaatst. Daarnaast werd ook nog 1 exemplaar van de gerouletteerde variant van de Dr. 37 (figuur 2.15) herkend. Bij de onversierde waar viel slechts één exemplaar van het kommetje Dr. 40 (figuur 2.16) te noteren. Via onze onderzoekstechniek konden we voor enkele scherven de herkomst niet nader bepalen dan Centraal of Oost-Gallië. Dit geldt voor 6 scherven goed voor 3 exemplaren. Enkel onversierde fragmenten werden herkend, 2 exemplaren van het type Dr. 33 en 1 van het type Dr Belgische waar De Belgische waar vormt een aanzienlijk deel van het materiaal ; binnen deze groep vormt de terra nigra echter de absolute meerderheid. De terra nigra beslaat 14,7 % van het TAS en 14,6 % van het MAE, terwijl de terra rubra slechts 1,5 % van het TAS en 1,1 % van het MAE uitmaakt. De terra nigra is aanwezig in alle contexten terwijl de terra rubra enkel verschijnt in de pre-flavische periode. We konden 4 technische groepen onderscheiden : de Champagnewaar, de zachte waar, de noordelijke waar (DERU 1996 : 27-28) en een techniek die dicht bij de noordelijke waar aanleunt. De producten in terra rubra bleken alle afkomstig te zijn van de Champagnestreek. Er werden 37 scherven in terra rubra herkend, waarvan 2 166

3 Terra Incognita (2006) : exemplaren. Deze 2 exemplaren zijn een gordelbeker type Deru P29 (figuur 3.17) en een bord Deru A18 (figuur 3.18) (DERU 1996). Binnen de terra nigra groep zijn de 4 voornoemde technieken vertegenwoordigd. De Champagnegroep telt in totaal 65 scherven waarvan 10 exemplaren en valt vooral in de pre-flavische periode te situeren. De lage, open vormen zijn de belangrijkste groep binnen deze groep ; dit werd ook reeds vastgesteld bij de opgraving Velzeke- De Roover (DE MULDER & ROGGE 1999 : 50). De belangrijkste vormen zijn borden van het type Deru A1 (figuur 3.19), Deru A18-19 (figuren ) en Deru A41-44 (figuur 3.22) en een napje van het type Deru C8 (figuur 3.23). Twee van deze borden dragen een stempel van de pottenbakkers Induho (figuur 3.21) en (vermoedelijk) Icassiatis (figuur 3.20). Verder vermelden we nog een anepigrafische stempel op de bodem van een napje type Deru C8-12 (figuur 3.24). De zachte waar verschijnt vanaf de Flavische periode en is de meest voorkomende techniek binnen het terra nigra-ensemble met 134 scherven en 8 exemplaren. Deze groep wordt gedomineerd door het bordtype Deru A41-47 (figuur 3.25) en de bekertypes P41-53 (figuren ) en P54-57 (figuur 3.28), net als in andere sectoren van de vicus (DE MULDER & ROGGE 1999 : 50, grafiek 2). Ook de noordelijke waar vormt een belangrijke groep binnen de terra nigra (73 scherven en 4 exemplaren). Deze groep komt reeds beperkt voor in de pre-flavische periode maar zal pas later veelvuldig aanwezig zijn. De bekers nemen een dominante positie in binnen deze techniek, net zoals werd vastgesteld bij de opgraving Velzeke- De Roover (DE MULDER & ROGGE 1999 : 50) : Deru P13-19 (figuur 3.29), Deru P54-57 en een wandfragment van een stekelbeker Deru P43 (figuur 3.30). De exemplaren in de 4de techniek (95 scherven en 6 exemplaren) hebben doorgaans een bruingrijs baksel, de wanden zijn in de regel vrij goed afgewerkt, tot zelfs licht gepolijst. In het algemeen is deze techniek toch iets grover dan de vorige. Deze groep hebben we nog tot de terra nigra gerekend, in tegenstelling tot sommige auteurs die deze groep bestempelen als 'dérivées de terra nigra' (DERU 1996 : ). Deze techniek verschijnt pas vanaf de 2de helft van de 2de eeuw ; de karakteristieke vorm voor deze periode is de beker op hoge voet : Deru P53 (figuur 3.31) en bekers met concave hals (figuur 3.32) Overige luxewaar De overige luxewaar is veel zwakker vertegenwoordigd in onze contexten. Het geverniste aardewerk (0,5 % van het TAS en 2,1 % van het MAE) is quasi volledig afkomstig van het Neder-Rijngebied (VILVORDER & BOCQUET 1994 : 99). Enkel fragmenten van bekers van het type Hees 2 (figuren ) (BRUNSTING 1937) werden herkend. Deze zijn op de buitenwand versierd met fijne kleikruimels. Één scherf is afkomstig van een deukbeker met metaalglans van het type Niederbieber 33 (figuur 3.35), geproduceerd in Trier (VILVORDER & BOCQUET 1994 : 99). We herkenden een imitatie van een Dr. 35/36 (figuur 4.36) in zeepwaar (VERMEULEN 1992 : 89-90), die een bruinrode, gekamde beschildering bovenop de rand vertoonde. Binnen de groep van het gebronsd aardewerk (0,3 % van het TAS en 1,6 % van het MAE) troffen we 8 scherven aan waarvan 3 exemplaren : een kruik met een ringvormige opening (figuur 4.37), een bolvormige drinkbeker met uitstaande rand en noppenversiering van het type DOR 22 (DERU 1994) (figuur 4.38) en een kraagkom van het type DOR 13 (figuur 4.39). Technisch behoren deze exemplaren tot de noordelijke producties (DERU 1997 : 192). Opvallend is dat het grootste deel van het gebronsd aardewerk reeds in de pre-flavische periode aanwezig is. De groep van het Pompeiaans rood aardewerk bestaat uit 26 scherven, goed voor 5 exemplaren (1 % van het TAS en 2,6 % van het MAE). De enige types die in ons materiaal voorkomen, zijn de borden Blicquy 5 (figuur 4.40) en 1 (figuur 4.41) (DE LAET ET AL. 1972) ; dit zijn in onze gebieden tevens de meest populaire vormen (Vermeulen 1992 : 89). De hele groep kan technisch tot de Noord-Gallische producties (PEACOCK 1977a : ) gerekend worden ; 1 bord van het type Blicquy 1 konden we echter op microscopische basis toewijzen aan het atelier van Rues-des-Vignes. Opmerkelijk is de aanwezigheid van Pompeiaans rood aardewerk in de pre-flavische fase. De zeepwaar telt 26 scherven waarvan 2 exemplaren (1 % van het TAS en 1,1 % van het MAE) : een kom met naar binnen staande, horizontale rand (figuur 4.42) en een kruikje met ringvormige opening (figuur 4.43). Technisch behoren deze fragmenten tot de hard gebakken zeepwaar die op de meeste sites in noordwestelijk België wordt gevonden (VERMEULEN 1992 : 89-90). Een laatste categorie binnen de luxewaar is de céramique fine claire. Deze kleine groep van 12 scherven en 4 individuen (0,5 % van het TAS en 2,1 % van het MAE) kenmerkt zich door een oxiderende bakking en fijne, goed afgewerkte wanden. Deze groep is vooral in de 2de eeuw aanwezig. Typologisch wordt deze categorie gedomineerd door bekers met een hoge, concave hals (figuur 4.44) of naar buiten gebogen rand (figuur 4.45). Mogelijk gaat het om imitaties van bekers in terra nigra. Daarnaast is één 167

4 Ruben PEDE kom met opstaande rand en dekselgeul (figuur 4.46) aanwezig. Alle fragmenten waren in dezelfde techniek vervaardigd, deze behoort tot de noordelijke producties (pâtes septentrionales) (BRULET ET AL : 214) Gewone waar Kruiken Als we naar de schervenaantallen van de kruikwaar kijken, gaat het hier om een kwantitatief belangrijke groep (19,3 % van het TAS). Het gebrek aan diagnostische randfragmenten (5,3 % van het MAE) verhindert echter om binnen deze groep een doorgedreven typologische indeling te maken. In totaal werden 479 scherven geteld waarvan slechts 11 randfragmenten. Binnen de kruikwaar tekenden zich 6 technische groepen af. Gedurende de 1ste eeuw n.chr. overheerst de import van producten uit de ateliers van Bavay (BRULET ET AL : 248) (160 scherven waarvan 4 exemplaren) : Stuart 132 (STUART 1963) (figuur 4.47), een kruik met ringvormige opening (figuur 4.48), Stuart 110 (figuur 4.49) en Blicquy 12 (figuur 4.50). De weinige versieringen bestaan uit 1 of meer ingedrukte banden. In de 2de eeuw wordt deze techniek langzaam verdrongen door de zgn. Scheldevalleitechniek (VAN DER WERFF, THOEN & VAN DIERENDONCK 1997 : 65) en aanverwante technieken. Dit is binnen de kruikwaar de dominante techniek met 221 scherven en 2 exemplaren van het type Stuart 129 (figuren ). Technisch zijn deze fragmenten echter vergelijkbaar met het materiaal uit het atelier te Dourges (DE MULDER ET AL : 580). De versieringsmotieven bestaan voornamelijk uit groeven en ribbels ; soms werd de buitenwand voorzien van een (vuil)witte deklaag. Voorts konden we ook enkele fragmenten toewijzen aan de Maas of Rijnstreek. Daarnaast kenmerken verschillende scherven zich door hun zacht aanvoelende wanden. Tenslotte willen we nog een merkwaardige techniek (4 wandscherven) vermelden. Deze vertoont een beigeroos tot roos oppervlak en een (blauw)- grijze kern. De klei is verschraald met kleine kwartskorrels en rode inclusies. Volgens onze contextuele informatie manifesteert deze techniek zich op het einde van de 2de eeuw Dolia Deze groep vormt een vrij beperkt percentage van het geheel. Hoewel we 364 scherven (14,6 % van het TAS) van deze recipiënten hebben, geeft dit een enigszins vertekend beeld aangezien 287 van deze scherven behoren tot 1 quasi volledig bewaard exemplaar. In totaal isoleerden we 4 exemplaren wat goed is voor 2,1 % van het MAE. Binnen deze categorie tekenden zich op technisch vlak 3 groepen af. De 1ste techniek [DE MULDER & ROGGE 1999 : 60 (techniek 1) ; THOEN & HANUT 2001 : 152 ('pâte scaldienne') ; VER- MEULEN 1992 : (techniek A)] kenmerkt zich door een roodbruin tot beige baksel en een overvloedige verschraling van grind, scherven en dakpangruis. Deze groep is tevens de omvangrijkste met 348 scherven en 2 exemplaren van het type Gose 358 (figuur 4.53) (GOSE 1950) en één dolium met omgeslagen rand (54). Deze laatste vorm is verwant met de voorraadpotten die in de laatste fase van de Ijzertijd (La Tène IIIb) werden geproduceerd (CLIST 1984 : 72). Deze techniek wordt vooral aangetroffen in de Scheldevallei. Techniek 2 [DE MULDER & ROGGE 1999 : 60 (techniek 2)] heeft een fijnere verschraling en bestaat uit slechts 15 scherven en 1 exemplaar : een dolium met naar binnen gebogen, halfbolvormige rand (figuur 4.55). De 3de techniek karakteriseert zich door een overvloedige, organische verschraling Reducerend gebakken, gedraaid aardewerk Het reducerend gebakken, gedraaid aardewerk is zowel binnen de gewone waar als binnen het hele ensemble kwantitatief de belangrijkste groep, alhoewel het enkel onze 2de-eeuwse contexten zijn die een aanzienlijke hoeveelheid ervan bevatten : V03/B1496g/29 (pre-flavisch) telt slechts 6 scherven waarvan 2 exemplaren. In totaal bestaat deze categorie uit 695 scherven (27,9 % van het TAS) waarvan 65 exemplaren (34,2 % van het MAE). Typologisch gezien komen de kookpotten met naar buiten gebogen rand het meest frequent voor. Deze typische vorm is sterk verwant met gelijkaardige vormen uit de laatste fase van de ijzertijd van de regio. In de 1ste helft van de 1ste eeuw n.chr. produceerde men deze vorm vooral in handgemaakt aardewerk ; geleidelijk schakelde men dan over op het vervaardigen van dit type op de draaitafel. Dit aardewerk produceerde men waarschijnlijk voor een groot deel op regionale vermoedelijk zelfs lokale basis. Vanwege de slecht gekende productieplaatsen van deze categorie in onze regio berustte de technische toewijzing van deze groep enkel op eigen waarnemingen en konden weinig of geen gelijkaardige technieken gevonden worden. Uiteindelijk kwamen we tot een gamma van 9 technische groepen waarvan we er slechts 2 met zekerheid kunnen toewijzen aan een bepaald productiegebied. De 1ste techniek is afkomstig uit Noord-Frankrijk [zgn. Arraswaar (TUFFREAU-LIBRE 1980)] en telde drie wandscherven. De 2de techniek behoort tot de producties van het Waasland (THOEN & HANUT 2001 : ). Deze techniek omvatte 2 scherven, het gaat hier om 2 voorraadpotten 168

5 Terra Incognita (2006) : met zware, naar buiten omgeslagen rand (figuur 4.56). De overige technieken kunnen als 1 heterogene groep gezien worden die waarschijnlijk regionaal werd geproduceerd. De kleur van het baksel en het oppervlak vertoont diverse grijze tinten, gaande van lichtgrijs tot bruin en donkergrijs. De voornaamste mageringselementen zijn kwarts, mica en zwarte inclusies, hoewel chamotte en kalkinclusies ook sporadisch voorkomen. Afhankelijk van het exemplaar is de magering fijn tot ruw, wat soms voor een onregelmatig oppervlak zorgt. Deze producten zijn matig tot hard gebakken en de afwerking varieert van onregelmatige tot soms licht gegladde wanden. Ook op typologisch vlak gaat het om een heterogene groep. Vrijwel alle categorieën zijn vertegenwoordigd, alhoewel de kookpotten met naar buiten gebogen rand, al dan niet met dekselgeul, een dominante positie innemen. Deze groep telt 22 exemplaren (figuren ). De versieringen doen zich vooral voor op de overgang van de hals naar de schouder en bestaan uit een eenvoudige ribbel of een horizontale rij fijne indrukken. Ook konden we enkele varianten op deze vorm onderscheiden : exemplaren met uitstaande rand (figuur 5.60) en met opstaande rand (figuur 5.61). Nog bij de kookpotten zijn er exemplaren met een naar binnen gebogen rand (figuur 5.62) of met omgeslagen, verdikte rand (figuur 5.63). Na de kookpotten vormen de kommen de belangrijkste typologische groep. Ook hier valt een grote variatie aan te stippen wat de vorm van de rand betreft : exemplaren met naar binnen gebogen rand (figuur 5.64), met een dekselgeul (figuur 5.65) waarvan één een naar binnen gebogen rand (figuur 5.66) vertoonde, met naar buiten gebogen rand (67), met naar buiten geplooide rand (figuur 5.68) en met opstaande rand (figuur 5.69). Een minder belangrijke groep zijn de bekers : met een trechtervormige monding (figuur 5.70), imitaties van gelijkaardige vormen in terra nigra en één exemplaar met een licht naar buiten gebogen rand (figuur 5.71), dat ook afkomstig zou kunnen zijn van een fles. De borden zijn zwak vertegenwoordigd met slechts 2 exemplaren. Beide hebben een naar binnen gebogen rand (figuur 5.72), alhoewel één exemplaar mogelijk ook van een kom afkomstig zou kunnen zijn. Bij de deksels kunnen we 6 exemplaren onderbrengen ; de meeste hebben een naar boven uitspringende rand (figuur 5.73), de overige twee hadden een eenvoudige rand (figuur 5.74). Tenslotte vermelden we nog 1 randfragment van een voorraadpot met een omgeslagen rand (figuur 5.75) Handgemaakt aardewerk Het handgevormd aardewerk maakt een aanzienlijk deel uit van het gehele ensemble ; we groeperen in totaal 225 scherven (9 % van het TAS), waarvan 24 exemplaren (12,6 % van het MAE). Na het reducerend gebakken, gedraaid aardewerk en de kruikwaar gaat het hier om de belangrijkste groep binnen het gewoon aardewerk. Net als bij het reducerend gebakken, gedraaid aardewerk domineren de kookpotten met naar buiten gebogen rand. Het handgemaakt aardewerk is in alle contexten aanwezig ; opvallend is de betere kwaliteit naar het einde van de 2de eeuw toe. De producten zijn dan harder gebakken en de wanden beter afgewerkt, soms zelfs licht gepolijst. In het handgemaakt aardewerk isoleren we 1 belangrijke techniek [DE MULDER & ROGGE 1999 : (techniek 1)]. De exemplaren in deze techniek zijn zacht tot matig hard gebakken en kenmerken zich door zeer verschillende kleurtinten op het oppervlak (beige, bruin tot zwart), te wijten aan de wisselende baktemperatuur in de eenvoudige veldovens, en een verschraling van fijn tot grof schervengruis. Sporadisch worden ook enkele mica s, kwartskorrels of organische elementen aangetroffen. In deze techniek nemen de kookpotten met naar buiten gebogen rand het grootste deel in (figuur 5.76), een variant is de kookpot met uitstaande rand (figuur 5.77). Binnen de groep van de kommen is er meer variatie te bemerken qua randprofiel : exemplaren met een typisch S-vormig profiel (figuur 5.78), met opstaande rand (figuur 5.79) en met naar binnen gebogen rand (figuur 5.80). De borden zijn goed vertegenwoordigd in deze groep met voornamelijk exemplaren met naar binnen gebogen rand (figuur 5.81) en opstaande rand (figuur 5.82). Één randfragment van een voorraadpot met naar buiten gebogen rand kon herkend worden (figuur 5.83). In de groep van de deksels hebben we 2 exemplaren geattesteerd, 1 met een gecareneerde wand en enigszins aangepunte rand (figuur 5.84) en een deksel met afgeplatte rand (figuur 5.85). Naast deze regionaal/lokaal vervaardigde producten, is er ook importmateriaal aanwezig. Één scherf heeft een oppervlak met talloze, kleine gaatjes te wijten aan het uitspoelen van kalk tijdens de bakking (TUIJN 1998 : ). Deze scherf is afkomstig van een kurkurn. De voornaamste versieringsmotieven binnen deze categorie zijn kamstrepen, polijsten, vingertopindrukken, spatelindrukken, groeven, ribbels en opgekleefde kleiknobbels. Op enkele exemplaren (kommen en borden) zijn grijpelementen vast te stellen (HERBIN 2002). 169

6 Ruben PEDE Overige gewone waar De overige categorieën binnen de gewone waar vormen een beperkt percentage en spelen dus een secundaire rol. Het betreft voornamelijk oxiderend gebakken materiaal. De amforen vertegenwoordigen slechts een zeer beperkt percentage in het geheel, namelijk 1,5 % van het TAS. Er is geen enkel rand-, oor-, of bodemfragment in ons materiaal aanwezig wat de determinatie zeker niet bevordert. In totaal tellen we 36 wandscherven. Binnen deze groep onderscheiden zich 5 afzonderlijke technieken (PEACOCK & WILLIAMS 1986 ; Hanut 2001). Het grootste deel is afkomstig uit 1 gebied, namelijk Zuid-Spanje. Uit dit gebied werd olijfolie (Dressel 20), vissaus (Dressel 7/11) en wijn (Haltern 70) ingevoerd. Wijn werd eveneens geïmporteerd uit Zuid-Frankrijk (Gauloise 4). Één scherf vertoont een rood baksel en behoort tot de Noord-Gallische producties. De aanwezigheid van mortaria is quasi verwaarloosbaar in onze contexten (0,4 % van het TAS en 1,6 % van het MAE). We groeperen hier 11 fragmenten waarvan 3 exemplaren. De hoofdmoot is afkomstig uit Bavay (BRULET ET AL : 270). Één exemplaar is met zekerheid toe te wijzen aan het type Stuart 149 (figuur 5.86), van het 2de is enkel een deel van de lip bewaard. Tenslotte is er 1 randfragment waarvan de herkomst toe te wijzen is aan de Rhônevallei (WILLEMS ET AL : ), het ging eveneens om het type Stuart 149 (figuur 6.87). De beperkte groep van oxiderend gebakken, gedraaid aardewerk manifesteert zich vooral in de 2de eeuw. In totaal behoren 57 scherven (2,3 % van het TAS) waarvan 7 exemplaren (3,7 % van het MAE) tot deze groep. We discrimineren 2 technieken : techniek 1 behoort tot de noordelijke producties (BRULET ET AL : 120) : een kookpot met naar binnen gebogen rand (figuur 6.88), een imitatie van een Tongerse beker (figuur 6.89), een kom met afhangende rand (figuur 6.90) en een deksel met eenvoudige rand (figuur 6.91). De 2de techniek werd geproduceerd in het Eifelgebied (Vanvinckenroye 1984 : 164). Deze producten typeren zich door ruw aanvoelende wanden en een overvloedige verschraling met verschillende mineraal en gesteentesoorten : twee exemplaren van het type Niederbieber 89 (figuur 6.92), dit zijn kookpotten waarvan de rand een hartvormig profiel heeft, die functioneert als dekselgeul. Één scherf heeft een gesmookt oppervlak. Technisch rekenen we de scherf tot de noordelijke producties (BRULET ET AL : 120). Het technisch aardewerk bevat 38 scherven (1,5% van het TAS) waarvan slechts 1 exemplaar (0,5% van het MAE). De meeste fragmenten zijn afkomstig uit het stamgebied van de Morini, binnen deze groep zonderen we een fijnwandige [THOEN & HANUT 2001 : 168 (techniek 2) ; DE MULDER & ROGGE 1999 : 90 (techniek 1)] en een grofwandige [THOEN & HANUT 2001 : 168 (techniek 1) ; VAN DEN BROECKE 1996 : 194 (techniek B)] variant af. Beide varianten vertonen een donkergrijze tot zwarte kern en een oranje tot rood oppervlak. Enkel binnen de grofwandige variant was een randfragment van een pot met licht schuin gevormde rand (figuur 6.93) aanwezig, evenals een bodemfragment (figuur 6.94) Vuurbokken We herkenden één fragment van een vuurbok, het gaat hier om een onversierd bodemfragment dat technisch dicht aanleunt bij de 1ste techniek van de handgemaakte waar Middeleeuws aardewerk In context V03/B1496g/8 treffen we 2 wandscherven (figuren ) in een grijs baksel aan die vanwege hun typische radstempelversiering tot de middeleeuwse producties (intrusief) te rekenen zijn. 3. Conclusie De tafelwaar wordt duidelijk gedomineerd door de Belgische waar en de terra sigillata, alhoewel deze laatste categorie in de pre-flavische periode nog niet echt aanwezig is. Het is vooral de 2de eeuw die een grotere aanwezigheid van terra sigillata toont. De importen uit Centraal- Gallië zijn voor deze periode van het grootste belang. Ook bij de Belgische waar is een zekere chronologische evolutie te bespeuren. In de pre-flavische periode wordt de invoer quasi volledig ingenomen door de ateliers uit de Champagnestreek en wordt er eveneens een aanzienlijke hoeveelheid terra rubra aangetroffen. In de 2de eeuw is de terra rubra afwezig en zal de productie van terra nigra zich meer regionaliseren wat zorgt voor een zekere afname in de kwaliteit van de producten. De overige categorieën binnen de tafelwaar spelen slechts een secundaire rol. In de pre-flavische periode valt hun aanwezigheid zelfs te reduceren tot enkele scherven gebronsd en pompeiaans rood aardewerk. Het is pas in de 2de eeuw dat er zich binnen de tafelwaar een grotere differentiatie voordoet met o.a. geverniste en gebronsde drinkbekers, borden in pompeiaans rood aardewerk, kommen en bekers in zeepwaar en céramique fine claire en zelfs een beschilderd kopje. 170

7 Terra Incognita (2006) : Binnen de gewone waar zijn er 3 belangrijke groepen te vermelden, namelijk de kruikwaar, het reducerend gebakken, gedraaid aardewerk en het handgemaakt aardewerk. De 1ste groep lijkt in de pre-flavische periode vooral uit Bavay te zijn ingevoerd ; in de 2de eeuw treden meer regionale producties op de voorgrond zoals de Scheldevalleikruiken en aanverwante technieken. De belangrijkste categorie is het reducerend gebakken, gedraaid aardewerk dat vooral in onze 2de-eeuwse contexten overvloedig voorkomt, terwijl het vrijwel afwezig is in de pre-flavische periode. Het handgemaakte aardewerk blijft gedurende de gehele periode in een aanzienlijke hoeveelheid aanwezig hoewel het in de 2de eeuw wordt gedomineerd door de vorige groep. Vanaf de 2de eeuw zien we ook een beperkte opkomst van het oxiderend gebakken, gedraaid aardewerk. Bepaalde vormen zoals kookpotten, kommen, bekers en deksels, die voorheen enkel in reducerend materiaal werden vervaardigd, zal men nu ook in oxiderend materiaal produceren. De resterende groepen binnen de gewone waar zijn doorgaans in zeer beperkte mate aanwezig, o.a. amforen uit Zuid-Spanje (olijfolie, wijn en vissaus) en Zuid-Frankrijk (wijn), dolia, wrijfschalen uit Bavay en de Rhônevallei en technisch aardewerk. 4. Dankwoord We bedanken graag Guy De Mulder (wetenschappelijk assistent UGent) voor het nalezen van dit artikel. Dank ook aan de medewerkers van het Provinciaal Archeologisch Museum van Zuid-Oost-Vlaanderen te Velzeke: M. Rogge (hoofdconservator PAMZOV) en J. Deschieter (projectarcheoloog PAMZOV) vanwege hun onontbeerlijke medewerking. 5. Bibliografie BERNHARD H Zur Diskussion um die Chronologie Rheinzaberner Relieftöpfer. Germania 59/1 : BRULET R. & DEMANET J.-C Liberchies III, vicus gallo-romain (Publications d Histoire de l Art et d Archéologie de l Université Catholique de Louvain, 94), Louvain-la-Neuve. BRULET R., DEWERT J.-P. & VILVORDER F Liberchies IV, Vicus gallo-romain. (Publications d Histoire de l Art et d Archéologie de l Université Catholique de Louvain, 101), Louvain-la-Neuve. CLIST B Blicquy «Camp romain» (Hainaut). Une fosse dépotoir du 1er siècle de notre ère. Vie Archéologique 4/15 : BRUNSTING H Het grafveld onder Hees bij Nijmegen. Amsterdam. DE LAET S. J., VAN DOORSELAER A., SPITAELS A. & THOEN H La nécropole gallo-romaine de Blicquy (Hainaut-Belgique). (Dissertationes Archaeologicae Gandenses, 14). Brugge. DE MULDER G. & DESCHIETER J Het archeologisch onderzoek van de Gallo-Romeinse vicus te Velzeke in Romeinendag 2004 : DE MULDER G., DESCHIETER J. & DE GRAEVE I La céramique du dernier horizon chronologique du vicus de Velzeke (Belgique, Flandre orientale). Société Française d Étude de la Céramique Antique en Gaule : DE MULDER G., DESCHIETER J. & HUYGHE J Deux contextes archéologiques de l époque préflavienne du vicus de Velzeke (Belgique). Société Française d Étude de la Céramique Antique en Gaule : DE MULDER G. & ROGGE M De Gallo- Romeinse vicus te Velzeke I. Sporen van Flavische en 2e eeuwse bewoning. (Publikaties van het Provinciaal Archeologisch Museum van Zuid- Oost-Vlaanderen site Velzeke. Gewone reeks, 1), Zottegem. DERU X La deuxième génération de la céramique dorée ( après J.-C.). In TUF- FREAU-LIBRE & JACQUES 1994 : DERU X La céramique belge dans le nord de la Gaule. Caractérisation, chronologie, phénomènes culturels et économiques. (Publications d Histoire de l Art et d Archéologie de l Université Catholique de Louvain, LXXXIX). Louvain-la-Neuve. DERU X La céramique dorée (DR2). In BRULET & DEMANET 1997 : DRAGENDORFF H Terra sigillata. Ein beitrag zur Geschichte der griechischen und römischen Keramik. Bonner Jahrbücher 96 : GOSE E Gefässtypen der römischen Keramik im Rheinland. Bonner Jahrbuch Beiheft 1, Kevelaer. HANUT F Amphores et cruches-amphores régionales de Gaule Belgique et de Germanie inférieure. In TUFFREAU-LIBRE & JACQUES 2001 : HAWKES C. F. C. & HULL M. R Camulodunum: First Report of the Excavations at Colchester (Reports of the Research Committee of the Society of Antiquaries of London, XIV). Oxford. 171

8 Ruben PEDE HERBIN P Les vases à éléments de préhension dans le nord de la Gaule. Société Française d Étude de la Céramique Antique en Gaule : HOFMANN B Catalogue des poinçons pour moules à vases sigillés des décorateurs argonnais. Ogam XX : LODEWIJCKX M. (ed.) Archaeological and historical aspects of West-European societies. Album Amicorum André van Doorselaer. (Acta Archaeologica Lovaniensia, Monografiae, 8). Leuven. PEACOCK D. P. S. 1977a. Pompeian Red Ware. In Peacock 1977b : PEACOCK D. P. S. (ed.) 1977b. Pottery and early commerce. Characterisation and trade in Roman and later ceramics, London. PEACOCK D. P. S. & WILLIAMS D. F Amphorae and the Roman economy, London. PEDE R Aardewerkstudie van enkele Gallo-Romeinse contexten uit de vicus te Velzeke. (Onuitgegeven licentiaatverhandeling, Universiteit Gent). ROGGE M Kataloog van de vondsten uit de Gallo-Romeinse nederzettingen van Zottegem-Velzeke. Oudheidkundige Opgravingen en Vondsten in Oost-Vlaanderen 7 : ROGGE M., Braeckman K. & De Mulder G Het Provinciaal Archeologisch Museum van Zuid-Oost-Vlaanderen Site Velzeke, Zottegem. STUART P Gewoon aardewerk uit de Romeinse legerplaats en de bijhorende grafvelden te Nijmegen. (Beschrijving van de Verzamelingen in het Rijksmuseum G.M. Kam te Nijmegen, 6), Nijmegen. THOEN H. & HANUT F La fosse E de Destelbergen (Flandre Orientale/Belgique): un ensemble caractéristique du faciès céramique du Nord-Ouest de la Gaule Belgique au début du IIe siècle ap. J.-C. Revue du Nord 83/343: TUFFREAU-LIBRE M Un tour gallo-romain à Labuissière (Pas-de-Calais). Gallia : TUFFREAU-LIBRE M. & JACQUES A. (éds.) La céramique du Haut-Empire en Gaule Belgique et dans ses régions voisines: faciès régionaux et courants commerciaux. (Nord-Ouest Archéologie, 6), Berck-sur-Mer. TUFFREAU-LIBRE M. & JACQUES A. (éds.) La céramique en Gaule et en Bretagne romaines: commerce, contacts et romanisation. (Nord- Ouest Archéologie, 12), Berck-sur-Mer. TUIJN W Het geheim van de kurkurn. Westerheem 47/5 : VAN DEN BROECKE P. W Southern sea salt in the Low Countries. A reconnaissance into the land of the Morini. In LODEWIJCKX 1996 : VAN DER WERFF J. H., THOEN H. & VAN DIERENDOCK R Amphora production in the Lower Scheldt Valley (Belgium). The Valkenburg- Marktveld evidence. Rei Cretariae Romanae Fautores Acta 35 : VANVINCKENROYE W De Romeinse zuidwest-begraafplaats van Tongeren (opgravingen ). (Publikaties van het Provinciaal Gallo-Romeins Museum te Tongeren, 29), Tongeren. VERMEULEN F Tussen Leie en Schelde. Archeologische inventaris en studie van de Romeinse bewoning in het zuiden van de Vlaamse Zandstreek. (Archeologische Inventaris Vlaanderen. Buitengewone Reeks, 1), Gent. VILVORDER F. & BOCQUET A Les groupes techniques des céramiques fines engobées et métallescentes en Belgique: Liberchies et Braives. In TUFFREAU-LIBRE & JACQUES 1994: WEBSTER P Roman Samian pottery in Britain. (CBA Practical Handbook in Archaeology, 13), York. WILLEMS S., VILVORDER F. & VANDERHOEVEN A Analyse des «fabriques» de mortiers en Gaule du Nord. Société Française d Etude de la Céramique Antique en Gaule :

9 Terra Incognita (2006) : Figuren Figuur 1 : Opgravingsplan van perceel B146g (PEDE 2005 : 55). 173

10 Ruben PEDE Figuur 2 : terra sigillata (schaal 1/3). 174

11 Terra Incognita (2006) : Figuur 3 : terra rubra (17-18) en terra nigra (19-33) (schaal 1/3). 175

12 Ruben PEDE Figuur 4 : Overige luxewaar, kruikwaar, dolia en reducerend gebakken gedraaid aardewerk (schaal 1/3). 176

13 Terra Incognita (2006) : Figuur 5 : Reducerend gebakken gedraaid aardewerk en handgemaakt aardewerk (schaal 1/3). 177

14 Ruben PEDE Figuur 6 : overige gewone waar en middeleeuws aardewerk (schaal 1/3). 178

Conclusies van het bakselonderzoek en de betekenis daarvan voor Romeins Halder

Conclusies van het bakselonderzoek en de betekenis daarvan voor Romeins Halder Conclusies van het bakselonderzoek en de betekenis daarvan voor Romeins Halder Roos Wijnen-Jackson Inleiding In 1973 is op Halder een aardewerkoven uit de Romeinse tijd opgegraven. De opgraving is indertijd

Nadere informatie

Uitpakken 1: Romeinse amforen uit Venlo

Uitpakken 1: Romeinse amforen uit Venlo Verschenen in: Archeologie in Limburg 77 (1998), 48-51 Uitpakken 1: Romeinse amforen uit Venlo Wim Hupperetz Inleiding In de jaren 50 en 60 zijn in de binnenstad van Venlo grote hoeveelheden Romeins aardewerk

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/60743

Nadere informatie

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT V.O.B.o.W. nr. 83 augustus 2014 België-Belgique P.B. 8800 Roeselare 1 BC 6675 P 409155 WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT West-Vlaamse Archeokrant: Driemaandelijks tijdschrift, jaargang 22, afgiftekantoor Roeselare,

Nadere informatie

Romeinse begraving en bewoning in het Domein Mesen te Lede (O.-Vl.)

Romeinse begraving en bewoning in het Domein Mesen te Lede (O.-Vl.) Romeinse begraving en bewoning in het Domein Mesen te Lede (O.-Vl.) Ruben Pede, Cateline Clement & Bart Cherretté In juli 2009 startte de archeologische dienst van SOLVA een archeologisch onderzoek in

Nadere informatie

Uitpakken 3: Een merovingische pottenbakkersoven uit Kessel-Hout

Uitpakken 3: Een merovingische pottenbakkersoven uit Kessel-Hout Verschenen in: Archeologie in Limburg 79 (1999), 11-12. (1) Uitpakken 3: Een merovingische pottenbakkersoven uit Kessel-Hout Wim Hupperetz Inleiding Tijdens de inventarisatie van de collectie archeologie

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20151 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20151 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20151 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Enckevort, Harry van Title: Gebundelde sporen : enkele kanttekeningen bij aardewerk

Nadere informatie

Een Romeinse pottenbakkersoven te Venlo

Een Romeinse pottenbakkersoven te Venlo Verschenen in A.A.J.J. van Pinxteren e.a. (red.), Pronkstukken Venlo 650 jaar stad, Venlo 1993, 28-31 (cat. nr. 8) Een Romeinse pottenbakkersoven te Venlo Aardewerk, waaronder misbaksels, in gedraaide

Nadere informatie

Onderzoeksrapporten Agentschap Onroerend Erfgoed

Onderzoeksrapporten Agentschap Onroerend Erfgoed Vlaanderen is erfgoed Onderzoeksrapporten Agentschap Onroerend Erfgoed Resten van Romeinse vakwerkbouw aan de Edingsesteenweg te Kester (Gooik, prov. Vlaams-Brabant) 09 Onderzoeksrapporten Agentschap

Nadere informatie

Het in Halder gefabriceerde aardewerk

Het in Halder gefabriceerde aardewerk Het in Halder gefabriceerde aardewerk Joop van der Groen Nadat de pottenbakkersoven in Halder buiten gebruik was gesteld, is de ovenput gebruikt als afvalkuil. Bij het gevonden afval waren ook wat misbaksels,

Nadere informatie

Een nieuwe kuil uit de late bronstijd vroege ijzertijd te Velzeke (O.-Vl.)

Een nieuwe kuil uit de late bronstijd vroege ijzertijd te Velzeke (O.-Vl.) Een nieuwe kuil uit de late bronstijd vroege ijzertijd te Velzeke (O.-Vl.) Guy De Mulder 1 & Johan Deschieter 2 1. Inleiding In de zomer van 2005 kwam tijdens het archeologisch onderzoek van het perceel

Nadere informatie

Proefopgraving in de tuin van het voormalige Gereformeerd Weeshuis aan de Havenstraat te Woerden door Elly E. v.d. Busse-Bruin

Proefopgraving in de tuin van het voormalige Gereformeerd Weeshuis aan de Havenstraat te Woerden door Elly E. v.d. Busse-Bruin Proefopgraving in de tuin van het voormalige Gereformeerd Weeshuis aan de Havenstraat te Woerden door Elly E. v.d. Busse-Bruin Inleiding De toestemming van het bestuur van het Dienstencentrum maakte het

Nadere informatie

Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de Mombersstraat te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2005

Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de Mombersstraat te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2005 Relicta 3, 93-158 Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de Mombersstraat te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2005 Alain Vanderhoeven, Geert Vynckier, Brigitte Cooremans, Anton Ervynck, An Lentacker,

Nadere informatie

Tussen Rijn en Lek Dl Enkele foto's van het opgravingsterrein, met ledenvan de archeologische werkgroep.

Tussen Rijn en Lek Dl Enkele foto's van het opgravingsterrein, met ledenvan de archeologische werkgroep. Tussen Rijn en Lek 1983 2. - Dl.17 2 24 Resten van een inheems-romeinse bewoning bijkasteel Heemstede II Verslag van de Archeologische Werkgroep Inleiding Het is nu al bijna weer een jaar geleden dat de

Nadere informatie

De Romeinse vindplaats in het Domein Mesen te Lede: een nadere blik op de nederzettingssporen

De Romeinse vindplaats in het Domein Mesen te Lede: een nadere blik op de nederzettingssporen De Romeinse vindplaats in het Domein Mesen te Lede: een nadere blik op de nederzettingssporen R. Pede, C. Clement & B. Cherretté Inleiding In een voorgaand artikel kwamen voornamelijk de Romeinse funeraire

Nadere informatie

6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen Algemeen

6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen Algemeen 6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen 6.3.1. Algemeen In totaal werden er tijdens het vlakdekkend onderzoek 31 sporen geregistreerd in het vlak. Vijf ervan kwamen ook reeds tijdens het vooronderzoek

Nadere informatie

Kale - Leie Archeologische Dienst. J a a r v e r s l a g K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t

Kale - Leie Archeologische Dienst. J a a r v e r s l a g K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t Kale - Leie Archeologische Dienst J a a r v e r s l a g 2 0 0 8 K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t 2 Jaarverslag 2008 COLOFON 2009 Kale - Leie Archeologische Dienst, D. Vanhee tenzij

Nadere informatie

WWW. Damme (Sijsele) Antwerpse Heirweg 38. Frederik Roelens. Stefan Decraemer

WWW. Damme (Sijsele) Antwerpse Heirweg 38. Frederik Roelens. Stefan Decraemer 2013 13 WWW. Damme (Sijsele) Antwerpse Heirweg 38 Frederik Roelens Stefan Decraemer Opdrachtgever: Dhr. Patrick Zwaenepoel Antwerpse Heirweg 38, 8340 Sijsele (Damme) Titel: Antwerpse Heirweg 38, 8340 Sijsele

Nadere informatie

LUNULA. Archaeologia protohistorica XXIII

LUNULA. Archaeologia protohistorica XXIII LUNULA Archaeologia protohistorica XXIII Arlon 21.02.2015 LUNULA. Archaeologia protohistorica, XXIII, 2015, p. 145-151. Bewoningssporen uit de vroege ijzertijd aan de Kapittelstraat te Ninove, Appelterre-Eichem

Nadere informatie

13 Het gedraaide aardewerk uit de Romeinse Tijd

13 Het gedraaide aardewerk uit de Romeinse Tijd 13 Het gedraaide aardewerk uit de Romeinse Tijd H. van Enckevort, met een bijdrage van M. Driessen 13.1 Inleiding 1 Bovendien wordt zijdelings ook ingegaan op de door Taayke in hoofdstuk 12 behandelde

Nadere informatie

ADDENDUM 10. Werkput 5

ADDENDUM 10. Werkput 5 Asse-Kalkoven, / en /3 Rapporten Agilas vzw / ADDENDUM. Werkput.. Inleiding Enkele dagen na het indienen van het conceptrapport, deelden de nutsmaatschappijen mee dat de sleuven voor de aansluiting van

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen This full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/26390

Nadere informatie

7. BESCHRIJVING VAN DE VONDSTEN

7. BESCHRIJVING VAN DE VONDSTEN 91 7. BESCHRIJVING VAN DE VONDSTEN Hieronder wordt een chronologisch overzicht gegeven van de aangetroffen ceramiek op de Borchtsite. Ceramiek is doorgaans het voornaamste dateringsmiddel bij archeologisch

Nadere informatie

Op het spoor van Spillegem? Een nederzetting uit de volle middeleeuwen te Ronse De Stadstuin (O.-Vl.)

Op het spoor van Spillegem? Een nederzetting uit de volle middeleeuwen te Ronse De Stadstuin (O.-Vl.) Op het spoor van Spillegem? Een nederzetting uit de volle middeleeuwen te Ronse De Stadstuin (O.-Vl.) De realisatie van een stads- en woonproject te Ronse op een braakliggend terrein net ten oosten van

Nadere informatie

CLEMENT CATELINE, PEDE RUBEN, CHERRETTÉ BART. Het Domein Mesen: een historische kern te Lede (O.-Vl.)

CLEMENT CATELINE, PEDE RUBEN, CHERRETTÉ BART. Het Domein Mesen: een historische kern te Lede (O.-Vl.) CLEMENT CATELINE, PEDE RUBEN, CHERRETTÉ BART Het Domein Mesen: een historische kern te Lede (O.-Vl.) In het kader van het masterplan Parkdomein Mesen is op de site van het voormalige Markizaat te Lede

Nadere informatie

Registratie van enkele sporen aan de Edingsesteenweg in de vicus van Kester (Gooik, Prov. Vlaams-Brabant)

Registratie van enkele sporen aan de Edingsesteenweg in de vicus van Kester (Gooik, Prov. Vlaams-Brabant) Onderzoeksrapport Registratie van enkele sporen aan de Edingsesteenweg in de vicus van Kester (Gooik, Prov. Vlaams-Brabant) Agentschap Onroerend Erfgoed 50 Onderzoeksrapport agentschap Onroerend Erfgoed

Nadere informatie

RAPPORTAGE VONDSTMELDING Grobbendonk, Wijngaardstraat

RAPPORTAGE VONDSTMELDING Grobbendonk, Wijngaardstraat RAPPORTAGE VONDSTMELDING Grobbendonk, Wijngaardstraat I. Verslaggever: SOFIE DEBRUYNE Vlaams Instituut voor het Onroerend Erfgoed (VIOE) Koning Albert II-laan 19 bus 5 1210 Brussel telefoon: 02-481 80

Nadere informatie

Leven en cultuur in de Romeinse vicus

Leven en cultuur in de Romeinse vicus Leven en cultuur in de Romeinse vicus van Tienen. Transformaties van cultureel gedrag door vergelijkende analyse van assemblages van materiële cultuur. Inleiding en vraagstelling Deze studie werpt een

Nadere informatie

Een landelijke nederzetting uit de Romeinse periode te Sleidinge Polenstraat (gemeente Evergem, provincie Oost Vlaanderen).

Een landelijke nederzetting uit de Romeinse periode te Sleidinge Polenstraat (gemeente Evergem, provincie Oost Vlaanderen). Een landelijke nederzetting uit de Romeinse periode te Sleidinge Polenstraat (gemeente Evergem, provincie Oost Vlaanderen). Definitief vlakdekkend onderzoek, rapportage van het veldwerk. DE SMAELE B.,

Nadere informatie

Het oostelijke Gallo-Romeinse grafveld te Grobbendonk (prov. Antwerpen)

Het oostelijke Gallo-Romeinse grafveld te Grobbendonk (prov. Antwerpen) Relicta 6 (2010), 9-40 9 Het oostelijke Gallo-Romeinse grafveld te Grobbendonk (prov. Antwerpen) Henri Verbeeck1 1 Inleiding 1.1 Historiek van het onderzoek in Grobbendonk Dat Grobbendonk een rijk archeologisch

Nadere informatie

Figuur 319: Fase 4 met aanwijzingen voor bewoning op de overgang naar de late middeleeuwen (midden 12 de -13 de eeuw)

Figuur 319: Fase 4 met aanwijzingen voor bewoning op de overgang naar de late middeleeuwen (midden 12 de -13 de eeuw) 1 1 226 DL&H-Rapport 8 en N0561/N0562/N0611 die zich er ten zuiden en zuidwesten van bevinden. Misschien waren deze grachten de grenzen van het erf in de eerste en tweede fase. Er kan echter niet worden

Nadere informatie

Evergem - Koolstraat

Evergem - Koolstraat Archeologisch onderzoek Evergem - Koolstraat 1 oktober 2008 tot 10 juni 2009 Adelheid De Logi, Jasper Deconynck, Nele Vanholme & Sibrecht Reniere 2 Durabrik /Kale-Leie Archeologische Dienst 2009, KLAD-Rapport

Nadere informatie

Houtskoolanalyse van een Romeins crematiegraf, Heule-Peperstraat (Kortrijk, België)

Houtskoolanalyse van een Romeins crematiegraf, Heule-Peperstraat (Kortrijk, België) Houtskoolanalyse van een Romeins crematiegraf, Heule-Peperstraat (Kortrijk, België) RAPPORTNUMMER DATUM AUTEUR 621 27 NOVEMBER 2012 D. LENTJES & S. LANGE Colofon Titel: BIAXiaal 621 Houtskoolanalyse van

Nadere informatie

West-Vlaamse Archaeologica 25

West-Vlaamse Archaeologica 25 West-Vlaamse Archaeologica 25 Recent Archeologisch onderzoek in West-Vlaanderen Redactie Auteurs Cecile Baeteman Pieterjan Deckers Stefan Decraemer Jan Huyghe Griet Lambrecht Jari Hinsch Mikkelsen Marnix

Nadere informatie

IOURNEE "''ARCHEOLOGIE ROMAINE

IOURNEE ''ARCHEOLOGIE ROMAINE IOURNEE "''ARCHEOLOGIE ROMAINE t CONFERENCE AN NU ELLE BELGE D t ARCHEOLOGIE ROMAINE ', RO INENDAG. ' JAARLIJKS BELGISCH CONGRES VOOR ROMEINSE ARCHEOLOGIE NAMUR -04-007 NAMEN I l RÉGION WALLONNE JOURNÉE

Nadere informatie

Verslag onderzoek van door leden van de Amateur Tuindervereniging Arentsburgh verzamelde scherven

Verslag onderzoek van door leden van de Amateur Tuindervereniging Arentsburgh verzamelde scherven Verslag onderzoek van door leden van de Amateur Tuindervereniging Arentsburgh verzamelde scherven Vondsten uit de grond van de ATV Arentsburgh De grond van deze vereniging ligt in de directe omgeving van

Nadere informatie

RAPPORTAGE VONDSTMELDING TONGEREN: GROTE MARKT

RAPPORTAGE VONDSTMELDING TONGEREN: GROTE MARKT RAPPORTAGE VONDSTMELDING TONGEREN: GROTE MARKT Foto teruggevonden op: www.casino-tongeren.be/fotos%20tongeren/index.html I. Verslaggever: Geert Vynckier en Alain Vanderhoeven Vlaams Instituut voor het

Nadere informatie

Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord. Archol. S. Baas

Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord. Archol. S. Baas Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord Archol S. Baas 435 Archol Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord Sven Baas Colofon Archol Rapport 435 Een oppervlaktekartering in

Nadere informatie

Een aardewerkstudie van twee Romeinse contexten, opgegraven aan de Sint-Truidersteenweg te Tongeren in 2001

Een aardewerkstudie van twee Romeinse contexten, opgegraven aan de Sint-Truidersteenweg te Tongeren in 2001 Universiteit Gent Faculteit Letteren en wijsbegeerte Vakgroep Archeologie en Oude Geschiedenis van Europa Een aardewerkstudie van twee Romeinse contexten, opgegraven aan de Sint-Truidersteenweg te Tongeren

Nadere informatie

Het aardewerk van de erven op Flanders Expo Zone 1 (Sint-Denijs-Westrem, stad Gent, provincie Oost-Vlaanderen, België)

Het aardewerk van de erven op Flanders Expo Zone 1 (Sint-Denijs-Westrem, stad Gent, provincie Oost-Vlaanderen, België) LUNULA. Archaeologia protohistorica, XVII, 009, p. 8-89. Het aardewerk van de erven op Flanders Expo Zone (Sint-Denijs-Westrem, stad Gent, provincie Oost-Vlaanderen, België) Guy DE MULDER, Johan HOORNE

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/60771

Nadere informatie

Boni pastoris est tondere pecus, non deglubere*

Boni pastoris est tondere pecus, non deglubere* Boni pastoris est tondere pecus, non deglubere* Bewoning uit de prehistorie, Romeinse tijd en middeleeuwen te Lieshout, Nieuwenhof-Noord J.F. van der Weerden M.C. Brouwer met bijdragen van: S. van Daalen,

Nadere informatie

De archeologie van Weert-Nederweert van de prehistorie tot de Middeleeuwen

De archeologie van Weert-Nederweert van de prehistorie tot de Middeleeuwen De archeologie van Weert-Nederweert van de prehistorie tot de Middeleeuwen dr. H.A. Hiddink senior-archeoloog VUhbs, Amsterdam cursus Weerterlogie, 17-02-2016 Geologie - hooggelegen rug in Roerdalslenk

Nadere informatie

OPGRA VINGEN OP DE MICHELSBERGNEDERZETTING VAN ASSENT-HERMANSHEUVEL

OPGRA VINGEN OP DE MICHELSBERGNEDERZETTING VAN ASSENT-HERMANSHEUVEL NOTAE PRAEmSTORICAE 12, 1993 147 OPGRA VINGEN OP DE MICHELSBERGNEDERZETTING VAN ASSENT-HERMANSHEUVEL C. CASSEYAS & P.M. VERMEERSCH Katholieke Universiteit Leuven In het Noordelijk Hageland is het Neolithicum

Nadere informatie

Figuur 119 (boven): Een selectie uit de keramiekvondsten afkomstig uit de insteek van waterput M3000 (schaal 1/3)

Figuur 119 (boven): Een selectie uit de keramiekvondsten afkomstig uit de insteek van waterput M3000 (schaal 1/3) 100 DL&H-Rapport 8 M3000 l79-11 M3000 l79-10 M3000 l79-14 M3000 l79-12 M3000 l79-8 M3000 l79-9 M3000 l40-3 M3000 l59-1 M3000 l83 0 5cm Figuur 119 (boven): Een selectie uit de keramiekvondsten afkomstig

Nadere informatie

Deel 5: Romeinse Rijk Project: Bij de Gallo- Romeinen in de vicus Tienen. HB pg 138-141

Deel 5: Romeinse Rijk Project: Bij de Gallo- Romeinen in de vicus Tienen. HB pg 138-141 Deel 5: Romeinse Rijk Project: Bij de Gallo- Romeinen in de vicus Tienen. HB pg 138-141 I. Inleiding Schrijf bij elke afbeelding welke functie/doel het zou hebben gehad in de Gallo- Romeinse periode. Functie:

Nadere informatie

Intern OE-rapport. Ename Lijnwaadmarkt 48 Beknopt prospectieverslag.

Intern OE-rapport. Ename Lijnwaadmarkt 48 Beknopt prospectieverslag. Intern OE-rapport Ename Lijnwaadmarkt 48 Beknopt prospectieverslag. Terreinwerk & rapportage Vera Ameels Brussel, 2013 Administratieve gegevens: Provincie: Oost-Vlaanderen Gemeente: Oudenaarde - Ename

Nadere informatie

Het archeologisch vooronderzoek aan de Beukenbergweg te Tongeren

Het archeologisch vooronderzoek aan de Beukenbergweg te Tongeren Opdrachtgever: vzw Katholiek Secundair Onderwijs Onze-Lieve-Vrouw Tongeren-Borgloon Augustus-september 2008 Caroline Vandegehuchte (bouwhistorica) Charlotte Fexer (kunsthistorica) Maarten Smeets (archeoloog)

Nadere informatie

SYMPOSIUM ONDERZOEK JONGE ARCHEOLOGEN NIJMEGEN - 19 MAART 2010. Klaartje Huijben Suzanne J AG. van de Liefvoort

SYMPOSIUM ONDERZOEK JONGE ARCHEOLOGEN NIJMEGEN - 19 MAART 2010. Klaartje Huijben Suzanne J AG. van de Liefvoort SYMPOSIUM ONDERZOEK JONGE ARCHEOLOGEN NIJMEGEN - 19 MAART 2010 Klaartje Huijben Suzanne J AG. van de Liefvoort GRIEKSE PASSUM, LEVANTIJNSE DADELS, ADRIATISCHE WIJN EN ISTRISCHE OLIJFOLIE IN BENEDEN-GERMANIË:

Nadere informatie

Kale - Leie Archeologische Dienst. J a a r v e r s l a g K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t

Kale - Leie Archeologische Dienst. J a a r v e r s l a g K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t Kale - Leie Archeologische Dienst J a a r v e r s l a g 2 0 0 7 K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t 2 Jaarverslag 2007 COLOFON 2008 Kale - Leie Archeologische Dienst, individuele

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen This full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/94649

Nadere informatie

D ENGELSCHE BOOMGAERT 6.123 HET AARDEWERK UIT EEN MIDDELEEUWSE KASTEELGRACHT A. KANEDA, R. VAN GENABEEK EN T. DE RIDDER (RED.)

D ENGELSCHE BOOMGAERT 6.123 HET AARDEWERK UIT EEN MIDDELEEUWSE KASTEELGRACHT A. KANEDA, R. VAN GENABEEK EN T. DE RIDDER (RED.) VLAK-VERSLAG 4.4 D ENGELSCHE BOOMGAERT 6.123 HET AARDEWERK UIT EEN MIDDELEEUWSE KASTEELGRACHT A. KANEDA, R. VAN GENABEEK EN T. DE RIDDER (RED.) DIENST WELZIJN, VLAK VLAARDINGEN, OKTOBER 2002 VLAK-verslag

Nadere informatie

terra sigllata waarvoor wordt materiaalstudie gebruikt? 27/10/2015 Cursus Seniorenacademie najaar 2015 draaischijfaardewerk: niet handgevormd!

terra sigllata waarvoor wordt materiaalstudie gebruikt? 27/10/2015 Cursus Seniorenacademie najaar 2015 draaischijfaardewerk: niet handgevormd! Cursus Seniorenacademie najaar 2015 Wonen op terpen en wierden. De archeologie van het Noord-Nederlandse kustgebied 4. Materiaalstudie: aardewerk Annet Nieuwhof waarvoor wordt materiaalstudie gebruikt?

Nadere informatie

VAN RHEINLAND NAAR RIJNLAND

VAN RHEINLAND NAAR RIJNLAND VAN RHEINLAND NAAR RIJNLAND Bodemvondsten in Leiden H. Suurmond-van Leeuwen In 1976 werd op het terrein van de toekomstige nieuwbouw van het Hoogheemraadschap van Rijnland door het Instituut voor Prae-

Nadere informatie

RAPPORT 366. Archeologienota. Tongeren, Kastanjewal 60. Bouw van een appartementsgebouw met ondergrondse parkeergarage

RAPPORT 366. Archeologienota. Tongeren, Kastanjewal 60. Bouw van een appartementsgebouw met ondergrondse parkeergarage RAPPORT 366 Archeologienota Tongeren, Kastanjewal 60. ARON bvba Archeologisch Projectbureau Bouw van een appartementsgebouw met ondergrondse parkeergarage DEEL 2: Programma van maatregelen Reygel P., Van

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/26480

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20033 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Broeke, Pieter Willem van den Title: Het handgevormde aardewerk uit de ijzertijd

Nadere informatie

Een bijzondere lamp uit Nijmegen

Een bijzondere lamp uit Nijmegen Een bijzondere lamp uit Nijmegen W. J. H. Willems en P. A. M. Bellen Sinds 1986 worden door de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek opgravingen uitgevoerd op het Kops Plateau te Nijmegen 1.

Nadere informatie

Archeologisch noodonderzoek te Erps-Kwerps- Villershof

Archeologisch noodonderzoek te Erps-Kwerps- Villershof Relicta 4, 23-80 23 Archeologisch noodonderzoek te Erps-Kwerps- Villershof (Kortenberg, prov. Vlaams-Brabant). Nederzettingssporen uit de ijzertijd, de vroege en de volle middeleeuwen Johan Hoorne1, Jan

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/40841

Nadere informatie

Een toevalsvondst aan de Koninksem- Steenweg 114 te Tongeren

Een toevalsvondst aan de Koninksem- Steenweg 114 te Tongeren Onderzoeksrapport Een toevalsvondst aan de Koninksem- Steenweg 114 te Tongeren Eindverslag Agentschap Onroerend Erfgoed COLOFON TITEL Een toevalsvondst aan de Koninksem- Steenweg 114 te Tongeren Eindverslag

Nadere informatie

Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat)

Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat) Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat) (28 en 29 oktober 2009) Oudenburg, 2009 Colofon Archeologisch Rapport Oudenburg 4 Waarderend archeologisch Onderzoek te

Nadere informatie

Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de de Schaetzengaarde te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2004

Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de de Schaetzengaarde te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2004 Relicta 3, 159-182 Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de de Schaetzengaarde te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2004 Alain Vanderhoeven, Geert Vynckier, Brigitte Cooremans, Anton Ervynck, An Lentacker

Nadere informatie

Archeologisch vooronderzoek van de loten 15 t.e.m. 22 in het kader van de verkaveling De Waterhoeve aan de Schoolstraat te Brecht

Archeologisch vooronderzoek van de loten 15 t.e.m. 22 in het kader van de verkaveling De Waterhoeve aan de Schoolstraat te Brecht Archeologisch vooronderzoek van de loten 15 t.e.m. 22 in het kader van de verkaveling De Waterhoeve Opdrachtgever: Familie Neut Maart-April 2008 Caroline Vandegehuchte (bouwhistorica) Charlotte Fexer (kunsthistorica)

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20151 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20151 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20151 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Enckevort, Harry van Title: Gebundelde sporen : enkele kanttekeningen bij aardewerk

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/26389

Nadere informatie

EEN BAARDMAN UIT DE NOORDZEE

EEN BAARDMAN UIT DE NOORDZEE EEN BAARDMAN UIT DE NOORDZEE DOOR ]. NENQUIN In tegenstelling met wat men misschien als gevolg van een eerste reactie zou kunnen denken, zal deze nota niet handelen over een of ander mythologisch of fantastisch

Nadere informatie

6. Resultaten van het archeologisch onderzoek

6. Resultaten van het archeologisch onderzoek Asse-Kalkoven, 214/8 en 214/346 Rapporten Agilas vzw 214/2 6. Resultaten van het archeologisch onderzoek Dit hoofdstuk geeft een volledig overzicht van de resultaten van het archeologisch onderzoek aan

Nadere informatie

6. Materiaalonderzoek

6. Materiaalonderzoek MATERIAALONDERZOEK 57 6. Materiaalonderzoek 6.1 Het aardewerk (S. Arnoldussen) 6.1.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt het aardewerk besproken dat gevonden is tijdens het archeologisch onderzoek te Rhenen

Nadere informatie

Onderzoeksrapport Archeologische waardering van de resultaten van het geofysisch onderzoek in de vicus van Kester (Gooik, Prov.

Onderzoeksrapport Archeologische waardering van de resultaten van het geofysisch onderzoek in de vicus van Kester (Gooik, Prov. Onderzoeksrapport Archeologische waardering van de resultaten van het geofysisch onderzoek in de vicus van Kester (Gooik, Prov. Vlaams-Brabant) Agentschap Onroerend Erfgoed COLOFON TITEL Archeologische

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20151 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Enckevort, Harry van Title: Gebundelde sporen : enkele kanttekeningen bij aardewerk

Nadere informatie

Archeologisch Vooronderzoek. Nevele - Borrewal. 16 december 2009. David Vanhee

Archeologisch Vooronderzoek. Nevele - Borrewal. 16 december 2009. David Vanhee Archeologisch Vooronderzoek Nevele - Borrewal 16 december 2009 David Vanhee 2 Kale-Leie Archeologische Dienst 2011, KLAD-Rapport 35 3 I. Voorwoord Dit document biedt een bondig overzicht van het vooronderzoek

Nadere informatie

Archeo-rapport 6 Archeologisch vooronderzoek aan de Kleine Amer te Puurs

Archeo-rapport 6 Archeologisch vooronderzoek aan de Kleine Amer te Puurs Archeo-rapport 6 Kessel-Lo, 2009 Studiebureau Archeologie bvba Archeo-rapport 6 Kessel-Lo, 2009 Studiebureau Archeologie bvba Colofon Archeo-rapport 6 Opdrachtgever: Projectleiding: Uitvoering veldwerk:

Nadere informatie

Gallo-Romeinse bewoning in Geraardsbergen

Gallo-Romeinse bewoning in Geraardsbergen Gallo-Romeinse bewoning in Geraardsbergen Nick VAN LIEFFERINGE, Nico DE BROUWER en Luk BEECKMANS Na jarenlange archeologische veldverkenning in de deelgemeenten van Geraardsbergen rapporteren we hierbij

Nadere informatie

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494) Archeologie Deventer Briefrapport 27 November 2013 Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494) Briefrapport Controleboringen Cellarius / De Hullu, Colmschate (project 494) Behorende bij bureaustudie

Nadere informatie

World Trade Company B.V.

World Trade Company B.V. World Trade Company B.V. levert diverse soorten natuursteen voor binnen en buiten in bijna elke gewenste maat. Het overzicht geeft dan ook alleen een beeld van de te bestellen soorten natuursteen en kleuren.

Nadere informatie

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa Kessel-Lo, 2016 Studiebureau Archeologie bvba Archeologienota: Het archeologisch

Nadere informatie

Zuidnederlandse Archeologische Notities

Zuidnederlandse Archeologische Notities Verslag opgraving Elst Dorpsstraat 92 Miel Schurmans Zuidnederlandse Archeologische Notities 16 Amsterdam 2004 Archeologisch Centrum Vrije Universiteit - Hendrik Brunsting Stichting Opdrachtgever : Gemeente

Nadere informatie

Een waterput/-kuil uit de vroege ijzertijd in het Domein Mesen te Lede (O.-Vl.)

Een waterput/-kuil uit de vroege ijzertijd in het Domein Mesen te Lede (O.-Vl.) Een waterput/-kuil uit de vroege ijzertijd in het Domein Mesen te Lede (O.-Vl.) R. Pede, C. Clement & B. Cherretté Inleiding Op vraag van de gemeente Lede voerde de archeologische dienst van SOLVA in het

Nadere informatie

Bij het Romeins geglazuurd aardewerk in België, Nederland, Duitsland en Groot-Brittannië

Bij het Romeins geglazuurd aardewerk in België, Nederland, Duitsland en Groot-Brittannië Terra Incognita (2006) : 49-56 Het Romeins geglazuurd aardewerk in België, Nederland, Duitsland en Groot-Brittannië Nico DE BROUWER Het voorkomen van geglazuurd aardewerk wordt vooral geassocieerd met

Nadere informatie

Multidisciplinair onderzoek op een ritueel dolium uit Vrasene

Multidisciplinair onderzoek op een ritueel dolium uit Vrasene 203 Multidisciplinair onderzoek op een ritueel dolium uit Vrasene Thomas Van de Velde, Vince Van Thienen, Thierry Van Neste, Sibrecht Reniere & Wim De Clercq Inleiding Ter hoogte van de Smisstraat en Sportlaan

Nadere informatie

Beschrijving schaal van Oegstgeest. Figure 1: Bovenaanzicht van de schaal. Foto: Restaura, Haelen.

Beschrijving schaal van Oegstgeest. Figure 1: Bovenaanzicht van de schaal. Foto: Restaura, Haelen. Beschrijving schaal van Oegstgeest Figure 1: Bovenaanzicht van de schaal. Foto: Restaura, Haelen. Figure 2: Onderaanzicht van de schaal. Foto: Restaura, Haelen. De schaal heeft een diameter van 21 centimeter

Nadere informatie

E. FOTOBIJLAGE BIJ HET DOSSIER

E. FOTOBIJLAGE BIJ HET DOSSIER E. FOTOBIJLAGE BIJ HET DOSSIER Foto 1: De vicus van Kester in de civitas Nerviorum, met aanduiding van een aantal relevante wegen in Gallia Belgica. Naar: Degryse H. & Biesbrouck B. (red.) 2013 (op basis

Nadere informatie

Middeleeuws Aardewerk uit Oostkerke

Middeleeuws Aardewerk uit Oostkerke 147. Middeleeuws Aardewerk uit Oostkerke door Etieane Cools. (werkgroep Opgravingen en Vondsten V.O.B.O.W.) VINDPlAATS EN VONDSTOMSTANDIGHEDEN~ Bi.j het uitgraven van de gedempte wallen van het kaste~l

Nadere informatie

Archeologieatelier - vondstenmateriaal onder de loep

Archeologieatelier - vondstenmateriaal onder de loep Archeologieatelier - vondstenmateriaal onder de loep fibula 102 In het depot nemen archeologen het opgegraven vondstenmateriaal onder de loep. Tijdens het bestuderen van het vondstenmateriaal maken ze

Nadere informatie

Jaarverslag BATO 2006

Jaarverslag BATO 2006 Jaarverslag BATO 2006 Afgelopen jaar was een bewogen en creatief jaar voor Bato. Ten eerste hebben zich twee nieuwe leden aangemeld: Christa van Diepen en Jan van Oostveen. Naast de gewoonlijke werkzaamheden

Nadere informatie

Nevele - Merendree Kouterslag

Nevele - Merendree Kouterslag Archeologisch Vooronderzoek Nevele - Merendree Kouterslag - 22 juli 20 David Vanhee 2 Kale-Leie Archeologische Dienst 20, KLAD-Rapport 5 I. Voorwoord Dit rapport vormt de weergave van het archeologische

Nadere informatie

Oude Houtlei 110 & Wellingstraat 1: Hotel Verhaegen-Lammens

Oude Houtlei 110 & Wellingstraat 1: Hotel Verhaegen-Lammens Oude Houtlei 110 & Wellingstraat 1: Hotel Verhaegen-Lammens Geert Vermeiren & Peter Steurbaut OVERDRUK UIT: Archeologisch onderzoek in Gent 2002-2011, (Stadsarcheologie. Bodem en monument in Gent, reeks

Nadere informatie

Rapportage vondstmelding Koksijde, Vandammestraat

Rapportage vondstmelding Koksijde, Vandammestraat Rapportage vondstmelding Koksijde, Vandammestraat I. Verslaggevers: *Naam, adres, contactgegevens, functie van de opstellers van het rapport en datum melding. Marc Dewilde, Stadenstraat 39, 8610 Kortemark

Nadere informatie

Archeo-rapport 48 Het archeologische vooronderzoek aan de Spurkerweg te Bilzen

Archeo-rapport 48 Het archeologische vooronderzoek aan de Spurkerweg te Bilzen Archeo-rapport 48 Het archeologische vooronderzoek aan de Spurkerweg te Bilzen Kessel-Lo, 2010 Studiebureau Archeologie bvba Archeo-rapport 48 Het archeologische vooronderzoek aan de Spurkerweg te Bilzen

Nadere informatie

Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de Driekruisenstraat te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2005

Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de Driekruisenstraat te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2005 Relicta 3, 69-92 Het oudheidkundig bodemonderzoek aan de Driekruisenstraat te Tongeren (prov. Limburg). Eindverslag 2005 Alain Vanderhoeven, Geert Vynckier, Brigitte Cooremans, Anton Ervynck, An Lentacker

Nadere informatie

Archeo-rapport 7 Archeologisch vooronderzoek aan de Zagerijstraat te Membruggen

Archeo-rapport 7 Archeologisch vooronderzoek aan de Zagerijstraat te Membruggen Archeo-rapport 7 Archeologisch vooronderzoek aan de Zagerijstraat te Membruggen Kessel-Lo, 2009 Studiebureau Archeologie bvba Archeo-rapport 7 Archeologisch vooronderzoek aan de Zagerijstraat te Membruggen

Nadere informatie

Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken.

Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken. Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken. In de vroege zomer van 2017 heeft Archeologie West-Friesland een opgraving uitgevoerd tussen de Davidstraat, Romeinstraat en Korte

Nadere informatie

Een grape van Hafnerwaar. Hafner werd grotendeels geproduceerd in Keulen.

Een grape van Hafnerwaar. Hafner werd grotendeels geproduceerd in Keulen. Servies uit de periode 1400 tot 1600 uit de waterput de families Reintgen Ophaevens of Gerrit ten Holler of Jacob Armtzen. s-heerenberg Kellenstraat. 51 52 30.38 N 6 C14 39.38 O Hoogte Nap. 18 m Een Hafnerwaar.

Nadere informatie

Thema Op reis. De reis van de archeologische voorwerpen van Baduhenna

Thema Op reis. De reis van de archeologische voorwerpen van Baduhenna Thema Op reis De reis van de archeologische voorwerpen van Baduhenna 4 vuurstenen sikkels afkomstig uit Helgoland, Denemarken 1 bronzen sikkel uit Mikene, Griekenland Gevonden rond 1930 aan de Krommelaan

Nadere informatie

62. Buidelbekers Het is misschien wel het mooiste Merovingische glas van Nederland: de slanke en onbeschadigde buidelbeker uit Bergeijk.

62. Buidelbekers Het is misschien wel het mooiste Merovingische glas van Nederland: de slanke en onbeschadigde buidelbeker uit Bergeijk. 62. Buidelbekers Het is misschien wel het mooiste Merovingische glas van Nederland: de slanke en onbeschadigde buidelbeker uit Bergeijk. Buidelbekers heten naar hun vorm, met iets uitgezakte buik, zoals

Nadere informatie

Figuur 173: Fase 2 van de Romeinse nederzetting op het Eenbeekeinde (eind 2 de eeuw - 3 de eeuw n.chr.)

Figuur 173: Fase 2 van de Romeinse nederzetting op het Eenbeekeinde (eind 2 de eeuw - 3 de eeuw n.chr.) 1 1 Archeologisch onderzoek Destelbergen - Panhuisstraat 2011 137 4 5?? 0 100m 0 100m Figuur 173: Fase 2 van de Romeinse nederzetting op het Eenbeekeinde (eind 2 de eeuw - 3 de eeuw n.chr.) 138 DL&H-Rapport

Nadere informatie

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT

WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT V.O.B.o.W. nr. 81 februari 2014 België-Belgique P.B. 8800 Roeselare 1 BC 6675 P 409155 WEST-VLAAMSE ARCHEOKRANT West-Vlaamse Archeokrant: Driemaandelijks tijdschrift, jaargang 22, afgiftekantoor Roeselare,

Nadere informatie

2 Archeologisch vooronderzoek Sint-Denijs-Westrem - Flanders Expo Zone 3

2 Archeologisch vooronderzoek Sint-Denijs-Westrem - Flanders Expo Zone 3 Sint-Denijs-Westrem - Flanders Expo Zone 3 / Immpact & Natha: Archeologisch vooronderzoek van 16 tot 18 februari 2009 (stad Gent, provincie Oost-Vlaanderen) Liesbeth Messiaen & Tom Boncquet Natha 2 Archeologisch

Nadere informatie

EEN ONBESCHREVEN DUBBELE MIJT VAN KAREL V 1

EEN ONBESCHREVEN DUBBELE MIJT VAN KAREL V 1 195 EEN ONBESCHREVEN DUBBELE MIJT VAN KAREL V 1 Willem van den Nieuwenhof 1. Inleiding Dit artikel heeft als doel een tot op heden onbekende dubbele mijt van Karel V te beschrijven en te plaatsen in de

Nadere informatie