Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming"

Transcriptie

1 Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming Verslag over de periode 1 januari januari 2015 Rechtbank Den Haag Team familie en internationale kinderbescherming

2 INHOUDSOPGAVE Voorwoord 3 Hoofdstuk 1. De taken en werkzaamheden van het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming (BLIK) Liaison Helpdesk Kenniscentrum en website Wiki Juridica Digitale nieuwsbrief Contactpunt Congressen Contactpersonen Nationaal netwerk 6 Hoofdstuk 2. Ontwikkelingen in Wetswijzigingen sinds De procedure vanaf 1 januari Overige ontwikkelingen in Hoofdstuk 3. De BLIK-zaken In 2013 binnengekomen zaken die zijn afgedaan in In 2014 binnengekomen zaken De Liaisonverzoeken De Helpdeskvragen 15 Hoofdstuk 4. TerugBLIK in cijfers en grafieken Verzoekschriften tot teruggeleiding in internationale kinderontvoeringszaken De procedure bij de rechtbank Zittingen Doorlooptijden De beslissingen op de verzoekschriften tot teruggeleiding De procedure bij het gerechtshof Helpdeskvragen en liaisonverzoeken 20 Hoofdstuk 5. VooruitBLIK 22 Hoofdstuk 6. Personalia 23 BIJLAGEN 26 2

3 Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming (hierna: BLIK) Het BLIK houdt zich sinds de oprichting op 1 januari 2006 bezig met de uitvoering van de taken van de liaisonrechter. Sinds 2012 is er sprake van concentratie van rechtsmacht in kinderontvoeringszaken bij rechtbank en Hof Den Haag, en is de procesvertegenwoordigende taak van de Centrale Autoriteit overgegaan op de advocatuur. Ook in 2014 heeft de rechtbank Den Haag het systeem van enkelvoudige regiezitting met mogelijke doorverwijzing naar zogenaamde crossborder mediation en een meervoudige inhoudelijke behandeling van de zaak met een uitspraak binnen twee weken, gehandhaafd. In hoofdstuk vier vergelijken wij onze cijfers van 2014 met de cijfers van de daaraan voorafgaande jaren. Ook nu blijkt dat er sprake is van een constante in- en uitstroom (met uitzondering van het jaar 2012), terwijl de doorlooptijd min of meer constant is gebleven. In 2014 heeft het BLIK zich onverminderd bezig gehouden met het faciliteren van contacten tussen Nederlandse en buitenlandse rechters, het bezoeken van congressen, het geven en organiseren van lezingen en expertmeetings in binnen- en buitenland en het uitvoeren van de functie van helpdesk voor Nederlandse rechters die vragen hebben over internationale kinderontvoerings- en kinderbeschermingszaken. De personele samenstelling van het BLIK (hoofdstuk zes) is ongewijzigd gebleven. In hoofdstuk twee kunt u lezen welke ontwikkelingen zich in 2014 hebben voorgedaan: de pilot opname spiegelovereenkomst, het in zeer uitzonderlijke gevallen aannemen van rechtsmacht van de Nederlandse rechter in uitgaande zaken van internationale kinderontvoering, het inzetten van cross-border mediation in zaken van internationale verhuizing, de herziening van de Brussel IIbis-verordening, de intensivering van het nationale netwerk en het horen van minderjarigen in zaken van internationale kinderontvoering vanaf de leeftijd van zes jaar. Dit jaarverslag eindigt met een korte vooruitblik. Johan Visser Teamvoorzitter team familie en internationale kinderbescherming Annette Olland Senior rechter inhoudelijk (SRI) team familie en internationale kinderbescherming 3

4 Hoofdstuk 1. De taken en werkzaamheden van het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming (BLIK) 1.1 Liaison Het BLIK is opgericht om de liaisonrechters bij hun taken te ondersteunen. De liaisonrechter fungeert als aanspreekpunt voor rechters in Nederland bij wie kinderontvoeringsprocedures dan wel procedures met internationale kinderbeschermingsaspecten aanhangig zijn en die een collega in het buitenland willen consulteren en omgekeerd voor rechters in het buitenland die in dat verband een collega in Nederland willen raadplegen. Zo nodig, kan de liaisonrechter ook contact leggen met rechters van landen die geen partij zijn bij de genoemde verdragen. Een van de belangrijkste taken van het BLIK is dan ook het tot stand brengen van contacten tussen rechters in Nederland en rechters in het buitenland en vice versa. Dit gebeurt bij voorkeur via de liaisonrechter in het buitenland. De contacten vinden over het algemeen per of per telefoon plaats. Er bestaan twee internationale netwerken van liaisonrechters, enerzijds het International Hague Network of Judges: een wereldwijd netwerk onder auspiciën van de Hague Conference on Private International Law (Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht; HCCH) en anderzijds een jonger Europees netwerk onder auspiciën van het Europees Justitieel Netwerk (EJN). De HCCH geeft voor en door de leden van het netwerk The Judges Newsletter uit. De leden, de zogenaamde The Hague Network Judges, onderhouden verder contact met elkaar via en telefoon en ontmoeten elkaar op congressen op het gebied van internationale kinderbescherming en juridische samenwerking. Hierdoor kan het contact in een individuele zaak snel en gemakkelijk gelegd worden. Gaat het om een land dat geen liaisonrechter of Network Judge heeft, dan wordt getracht contact te leggen via de Centrale Autoriteit of via een rechter die heeft deelgenomen aan een internationaal congres en die zich bereid heeft verklaard in voorkomende gevallen als informele liaison op te treden. Een verzoek om contact te leggen wordt direct in behandeling genomen. Het BLIK streeft ernaar de contacten binnen een week tot stand te brengen. Op een enkele uitzondering na is dit steeds gelukt. 1.2 Helpdesk Naast het faciliteren van contacten tussen rechters in Nederland en rechters in het buitenland, fungeert het BLIK als helpdesk voor rechters in Nederland die vragen hebben op het gebied van internationale kinderontvoering en internationale kinderbescherming. De helpdesk is telefonisch of via de bereikbaar. Net als liaisonverzoeken worden helpdeskvragen meteen in behandeling genomen. Het BLIK streeft ernaar de vraag zo snel mogelijk te beantwoorden. Meestal geschiedt dit binnen enkele dagen per brief, fax, of telefoon. Aangezien de helpdesk louter bedoeld is voor rechters in Nederland, kunnen vragen van particulieren niet in behandeling worden genomen. Het BLIK verwijst deze particulieren zo nodig naar andere instanties die hen ten dienste kunnen staan, zoals het Centrum IKO en de Centrale Autoriteit. 4

5 1.3 Kenniscentrum en website Om de hierboven genoemde taken goed te kunnen uitvoeren heeft het BLIK de afgelopen jaren veel tijd geïnvesteerd in het opbouwen van expertise. Dit heeft geresulteerd in verschillende handleidingen en notities. Voorts wordt de jurisprudentie op het gebied van internationale kinderbescherming verzameld. Het BLIK beheert een (voor de rechterlijke macht toegankelijke) website. 1 Op deze site is praktische informatie over het BLIK te vinden waaronder een lijst van contactpersonen van de diverse rechtbanken en andere relevante adressen en actuele informatie over internationale kinderbescherming. Daarnaast kunnen via de website de meest gestelde helpdeskvragen en antwoorden worden geraadpleegd. 1.4 Wiki Juridica Vakinhoudelijke informatie kan sinds 2011 worden geraadpleegd via Wiki Juridica, een Wikimodule op de voor de rechterlijke macht toegankelijke website die tot doel heeft om de uitwisseling van informatie over landelijke, juridische thema s te bevorderen. Op de homepage van het BLIK staat een link naar de Wiki-pagina over internationale kinderontvoerings- en kinderbeschermingszaken. Stafjurist Patrick Lahman is Wiki-redacteur namens het BLIK. 1.5 Digitale nieuwsbrief Sinds 2011 informeert het BLIK verschillende betrokkenen op het gebied van de internationale kinderbescherming over de laatste ontwikkelingen door middel van een digitale nieuwsbrief. De nieuwsbrief wordt in beginsel vier keer per jaar verstuurd en is ook te raadplegen via de website van het BLIK. 1.6 Contactpunt Het BLIK dient als eerste aanspreekpunt voor de Centrale Autoriteit en kan als centrale brievenbus fungeren voor eventuele kennisgevingen van beslissingen van buitenlandse rechters tot niet-terugkeer van een kind naar Nederland (artikel 11 lid 6 Brussel IIbis). 1.7 Congressen De liaisonrechters en de medewerkers van het BLIK worden geregeld uitgenodigd om deel te nemen aan congressen op het gebied van internationale kinderbescherming en juridische samenwerking. Het bijwonen van een congres wordt niet alleen gebruikt om nadere kennis te vergaren, maar ook om contacten met (formele en informele) liaisonrechters en andere deskundigen te onderhouden en op te bouwen. Op een groot aantal congressen hebben de liaisonrechters lezingen gehouden en workshops geleid. 1 Intro landelijk; sector Familierecht; link: Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming. 5

6 1.8 Contactpersonen Een andere belangrijke taak van het BLIK bestaat uit het onderhouden van contacten. Door deelname aan diverse congressen en het organiseren van expertmeetings heeft het BLIK inmiddels diverse contacten opgebouwd met buitenlandse (formele en informele) liaisonrechters en andere deskundigen op het gebied van internationale kinderbescherming en -ontvoering. Het BLIK onderhoudt thans onder meer contacten met (formele en informele) liaisonrechters uit verschillende landen, de Centrale Autoriteit, het EJN, de HCCH, het ministerie van Buitenlandse Zaken, het ministerie van Veiligheid en Justitie, het Openbaar Ministerie, verschillende universiteiten in Nederland en het Centrum Internationale Kinderontvoering (IKO). 1.9 Nationaal netwerk Het BLIK heeft ook het initiatief genomen tot het vormen van een zogenaamd nationaal netwerk, naar analogie van de internationale netwerken onder vigeur van de Haagse Conferentie en het EJN. Doel is een snellere en efficiëntere wijze van communicatie tussen het BLIK en Nederlandse rechtbanken in zaken van internationale kinderbescherming. Per rechtbank is er een contactpersoon internationale kinderbescherming aangewezen. Het BLIK beschikt over een lijst van die contactpersonen. Wanneer er bij het BLIK een verzoek of vraag binnenkomt die betrekking heeft op een zaak die al aanhangig is of mogelijk moet of zal worden gemaakt bij een andere rechtbank in den lande, neemt het BLIK direct contact op met de betreffende contactpersoon. Die contactpersoon kan de zaak verder binnen de eigen rechtbank uitzetten bij de behandelend rechter, dan wel vragen van algemene aard beantwoorden. 6

7 Hoofdstuk 2. Ontwikkelingen in Wetswijzigingen sinds 2012 Vanaf 1 januari 2012 is de concentratie van rechtsmacht in kinderontvoeringszaken een feit. In het jaarverslag 2012 vindt u een uitvoerige toelichting op de inhoud en achtergrond van de wetswijziging van de Uitvoeringswet verdragen inzake internationale ontvoering van kinderen 2 (hierna: Uitvoeringswet internationale kinderontvoering). Deze wetswijziging 3 houdt kort samengevat het volgende in: - Concentratie van rechtspraak in eerste aanleg: Met ingang van 1 januari 2012 is de rechtspraak in internationale kinderontvoeringszaken in eerste aanleg geconcentreerd bij de rechtbank Den Haag, en daarmee in hoger beroep bij het gerechtshof Den Haag. 4 Deze concentratie van rechtspraak blijft beperkt tot internationale kinderontvoeringszaken. In internationale omgangszaken blijft de kinderrechter in de rechtbank van de woonplaats van het kind bevoegd. - Beperking van de mogelijkheid tot het instellen van cassatieberoep: In artikel 13 lid 8 van de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering is vastgelegd dat tegen een beschikking van het gerechtshof geen gewoon rechtsmiddel openstaat. Dit rechtsmiddelenverbod is ingesteld om zo snel mogelijk duidelijkheid te kunnen bieden in procedures in internationale kinderontvoeringszaken. Indien de rechtseenheid en de rechtsontwikkeling daartoe nopen kan de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad besluiten om cassatie in belang der wet in te stellen. - Rechtsbescherming tijdens het hoger beroep: In artikel 13 lid 5 van de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering is vastgelegd dat de uitspraak in eerste aanleg voortaan schorsende werking heeft in hoger beroep, tenzij de rechter in het belang van het kind op verzoek of ambtshalve anders bepaalt. Met deze bepaling is tegemoet gekomen aan de bestaande praktijk waarin het vaak wenselijk is dat een minderjarige de beslissing in een eventueel hoger beroep in Nederland kan afwachten. - Einde procesvertegenwoordigende bevoegdheid Centrale Autoriteit: Met de wijziging van artikelen 5 van de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering en de Uitvoeringswet internationale kinderbescherming is de procesvertegenwoordigende bevoegdheid van de Centrale Autoriteit komen te vervallen. De Centrale Autoriteit vervult sinds 1 januari 2012 in de eerste plaats een bemiddelende rol in internationale kinderontvoeringszaken. Wanneer ouders niet tot overeenstemming kunnen komen, worden zij doorverwezen naar een advocaat die het geschil kan voorleggen aan een rechter. 2 Wet van 2 mei 1990 tot uitvoering van verdragen inzake internationale ontvoering van kinderen, St. 1990, 202; de wet is op 1 september 1990 in werking getreden. 3 Wijzigingswet Uitvoeringswet verdragen inzake internationale ontvoering van kinderen en Uitvoeringswet verdragen internationale kinderbescherming, Stb. 2011, Artikel 11 lid 1 Uitvoeringswet internationale kinderontvoering. 7

8 2.2 De procedure vanaf 1 januari 2012 Kort samengevat ziet de teruggeleidingsprocedure er vanaf 2012 als volgt uit. Een verzoek tot teruggeleiding kan alleen bij de rechtbank worden ingediend door tussenkomst van een advocaat. Dit kan rechtstreeks, maar er kan ook voor gekozen worden eerst een verzoek om tussenkomst in te dienen bij de Nederlandse Centrale Autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden (IKA, hierna ook te noemen: Centrale Autoriteit). Hierbij kan gebruik gemaakt worden van een aantal door de Centrale Autoriteit aangeboden voorzieningen, waaronder het laten vertalen van processtukken en gesubsidieerde mediation. Gelet op het belang van het kind in kinderontvoeringsprocedures kunnen ouders of andere gezagdragende personen of instellingen overwegen om het geschil middels mediation op te lossen. Het ministerie van Veiligheid en Justitie stimuleert mediation door het vergoeden van een deel van de kosten. Het Mediation Bureau verbonden aan het Centrum IKO biedt praktische ondersteuning bij het vinden en inschakelen van gespecialiseerde cross-border mediators. Indien in deze eerste fase geen mediation plaatsvindt of indien mediation niet tot (volledige) overeenstemming heeft geleid, zal de advocaat van de achtergebleven ouder een verzoekschrift kunnen indienen bij de rechtbank Den Haag. In beginsel vindt binnen twee weken na de datum van indiening van het verzoek een regiezitting plaats bij een enkelvoudige kamer van de rechtbank. Op deze regiezitting verkent de rechter, indien in het voortraject geen mediation heeft plaatsgevonden, samen met partijen en hun advocaten de mogelijkheden van cross-border mediation. Ook in deze fase wordt een eventuele mediation gefaciliteerd door het Mediation Bureau van het Centrum IKO. Bij de cross-border mediation worden twee gespecialiseerde mediators ingeschakeld, bij voorkeur een jurist en een gedragswetenschapper. Indien de ouders binnen twee weken na de regiezitting niet tot overeenstemming komen, vindt een tweede, inhoudelijke behandeling ter zitting plaats ten overstaan van de meervoudige kamer (hierna te noemen: MK). Deze meervoudige kamer neemt binnen twee weken een beslissing op het verzoek tot teruggeleiding. De termijn om hoger beroep in te stellen bij gerechtshof Den Haag is twee weken. Twee weken na indiening van het beroepschrift vindt bij het gerechtshof een terechtzitting plaats, gevolgd door een uitspraak na twee weken. Cassatie is niet mogelijk, behoudens cassatie in het belang der wet. Als de rechter eenmaal een toewijzende teruggeleidingsbeschikking heeft afgegeven dient het kind of de kinderen, conform de beschikking, terug te keren naar het land van herkomst. Dit gebeurt in het algemeen op vrijwillige basis of op basis van een gedwongen tenuitvoerlegging. Verwezen wordt naar het samenwerkingsprotocol gedwongen tenuitvoerlegging teruggeleidingsbeschikkingen en internationale kinderontvoeringszaken. Het samenwerkingsprotocol is te raadplegen via 8

9 2.3 Overige ontwikkelingen in 2014 Het BLIK heeft zich in 2014 onverminderd bezig gehouden met het faciliteren van contacten tussen Nederlandse en buitenlandse rechters, het bezoeken van congressen, (het geven van) lezingen en expertmeetings in binnen- en buitenland en het uitvoeren van de functie van helpdesk voor Nederlandse rechters die vragen hebben over internationale kinderontvoeringsen kinderbeschermingszaken. De ervaring heeft geleerd dat het BLIK in het buitenland inmiddels een aardige reputatie heeft opgebouwd, met name waar het gaat om de korte termijn waarbinnen de rechtbank Den Haag de inkomende zaken behandelt - met daarin ook nog eens de mogelijkheid van verwijzing naar cross-border mediation. Het aantal uitnodigingen uit het buitenland voor het geven van een presentatie hierover is aanzienlijk gegroeid. Ook brachten er met enige regelmaat delegaties uit het buitenland een bezoek aan de Haagse rechtbank om meer te weten te komen van onze modus operandi. Daarnaast zijn de volgende ontwikkelingen noemenswaardig: - Pilot opname spiegelovereenkomst Sinds 1 november 2014 bestaat in teruggeleidingszaken de mogelijkheid voor advocaten om de spiegelovereenkomst niet, zoals gebruikelijk, direct na het sluiten aan de rechtbank toe te sturen met het verzoek om deze integraal op te nemen in een eindbeschikking, maar pas nadat in een tussenbeschikking is beslist op het teruggeleidingsverzoek. De spiegelovereenkomst zal in dat geval na de tussenbeschikking ter kennisname en ter opname in de eindbeschikking worden toegestuurd aan de rechtbank. Dit is een mogelijke werkwijze voor die gevallen waarin partijen aarzelen of zij een spiegelovereenkomst vóór de beslissing over de teruggeleiding aan de rechtbank moeten voorleggen. De rechtbank Den Haag zal voornoemde werkwijze als pilot toepassen in de periode van 1 november 2014 tot 1 mei Hierna zal de werkwijze worden geëvalueerd. - Uitgaande zaken; teruggeleiding naar Nederland Op 4 maart 2014 heeft de rechtbank Den Haag een tweetal uitspraken gedaan in zogenaamde uitgaande zaken waarin teruggeleiding van kinderen vanuit een buitenland naar Nederland werd verzocht. In de eerste zaak (ECLI:NL:RBDHA:2014:2725) ging het om teruggeleiding van de minderjarige vanuit Turkije naar Nederland. De vader had zijn verzoek gebaseerd op het HKOV Zowel Nederland als Turkije zijn partij bij het Verdrag. De rechtbank heeft aansluiting gezocht bij de uitspraak van de Hoge Raad d.d. 9 december 2011, waaruit volgt dat het verzoek tot teruggeleiding in deze zaak slechts kan worden ingediend bij de rechter van de staat waar het kind zich bevindt, in dit geval Turkije (HR 9 december 2011, ECLI:NL:HR:2011:BU2834). De Nederlandse rechter is dan ook onbevoegd om kennis te nemen van het verzoek. In de tweede zaak (ECLI:NL:RBDHA:2014:2752) was in geschil de teruggeleiding van de minderjarigen vanuit Libanon naar Nederland. De moeder heeft haar verzoek eveneens gebaseerd op HKOV Hoewel Libanon in tegenstelling tot Nederland geen partij is bij het Verdrag, is volgens artikel 2 van de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering (Uitvoeringswet) deze wet tevens van toepassing in gevallen van internationale ontvoering van kinderen die niet door een verdrag worden beheerst. De rechtbank ziet in het bepaalde in de artikelen 2 en 13 lid 3 van de Uitvoeringswet aanleiding de regels van het Verdrag naar analogie toe te passen. Beoordeeld dient te worden of de Nederlandse rechter bevoegd is om 9

10 kennis te nemen van het verzoek tot teruggeleiding. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een verzoek tot teruggeleiding slechts kan worden ingediend bij de rechter van de staat waar het kind zich bevindt (HR 9 december 2011, ECLI:NL:HR:2011:BU2834). Nu de minderjarigen echter worden vastgehouden in Libanon, een niet-verdragsluitende staat, is het niet mogelijk om aldaar op grond van het Verdrag een verzoek tot teruggeleiding in te dienen. Evenmin is gebleken dat het Libanese rechtsstelsel voorziet in een met het Verdrag vergelijkbare snelle (gerechtelijke) procedure. Nu het doel van het Verdrag niet kan worden bereikt door het voeren van een procedure in Libanon, komt de rechtbank tot het oordeel dat het Verdrag er niet aan in de weg staat dat de Nederlandse rechter kennis neemt van het verzoek. De rechtsmacht wordt vervolgens beheerst door de bepalingen van afdeling 1 van titel 1 van het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering (Rv), nu Brussel IIbis en het HKBV 1996 toepassing missen en er geen verdragen of verordeningen zijn die in onderhavige zaak handvatten bieden voor het aannemen van rechtsmacht van de Nederlandse rechter. De rechtbank oordeelt dat de Nederlandse rechter op grond van artikel 3 Rv bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen nu de zaak gelet op de omstandigheid dat de moeder haar gewone verblijfplaats in Nederland heeft, de laatste gezamenlijke verblijfplaats van partijen met de minderjarigen in Nederland was en allen de Nederlandse nationaliteit hebben voldoende met de rechtssfeer van Nederland is verbonden. Na de inhoudelijke beoordeling gelast de rechtbank op grond van artikel 12 van het Verdrag de onmiddellijke teruggeleiding van de minderjarigen naar Nederland. - Cross-border mediation in zaken van internationale verhuizing In 2014 is in enkele zogenaamde internationale verhuizingszaken cross-border mediation ingezet, naar analogie van de cross-border mediation in zaken van internationale kinderontvoering. Het Centrum IKO was zeer bereidwillig om hieraan mee te werken. Zodoende hebben verschillende partijen de kans gekregen om hun conflict over de vraag of één van beiden met de kinderen naar het buitenland mag verhuizen, op te lossen door middel van de inmiddels beproefde cross-border-pressure cooker methode. - Herziening Brussel IIbis De Europese Commissie is onlangs begonnen met het evalueren van de werking van de Brussel II bis-verordening. Onderdeel van de evaluatie is een openbare raadpleging, om zo doende van alle belangstellenden, juristen, academici, organisaties, rechtbanken, nationale overheden en lidstaten standpunten en input te krijgen. Tijdens de laatste bijeenkomst van het Europees Justitieel Netwerk in november 2014 in Rome, alwaar namens Nederland vertegenwoordigd waren afgevaardigden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie en het BLIK, is gesproken over mogelijk aan te brengen wijzigingen in de Brussel II bisverordening. Zo zijn door de Commissie vragen gesteld over de artikelen 12 (prorogatie van rechtsmacht) en 15 (verwijzing naar een gerecht dat beter in staat is de zaak te behandelen) van de verordening. Werken deze artikelen goed of moeten ze worden verduidelijkt? Met name artikel 15 blijkt niet voor alle lidstaten even duidelijk. Door een van de lidstaten is de vraag gesteld of er een uitspraak moet liggen of een zaak in behandeling moet zijn genomen om artikel 15 te kunnen toepassen. Ook worden problemen ervaren bij het aanwijzen van de meest aangewezen rechter en soms worden termijnen niet gehaald, omdat niet altijd bijtijds een antwoord volgt op een verzoek om de zaak over te nemen. Toch lijken deze laatste problemen meer praktische problemen en niet zozeer te liggen aan de verordening. Hier zal met name een taak weggelegd zijn voor de liaisonrechter. Daarnaast is gesproken over de werking van artikel 11 (terugkeer van het kind in geval van kinderontvoering) van de verordening. Er zijn ideeën geopperd voor het versnellen van de procedure tot teruggeleiden, nu de termijn van 6 weken van artikel 11 lid 3 van de verordening niet altijd wordt nageleefd. 10

11 Enkele ideeën zijn het limiteren van het aantal hoorzittingen, het limiteren van het aantal instanties, de concentratie van rechtspraak en het vaststellen van gemeenschappelijke minimumstandaarden voor de procedure van tenuitvoerlegging. Nederland werd hier als voorbeeld gesteld. Voorts kwam aan de orde of er een leeftijdsgrens moet worden opgenomen voor het horen van minderjarigen en of er richtlijnen gegeven moeten worden voor de manier waarop minderjarigen moeten worden gehoord. De door de lidstaten ingenomen standpunten en geleverde input zullen door de commissie worden meegenomen bij de evaluatie. Wanneer een eventuele wijziging van de verordening te verwachten is, is nog niet duidelijk. - Overdracht bevoegdheid op grond van artikel 15 Brussel IIbis Voorts lijkt het aantal verzoeken van Nederlandse en buitenlandse rechters tot overdracht van bevoegdheid gebaseerd op artikel 15 Brussel IIbis ten opzichte van 2013 licht toe te nemen, nog steeds met name van en naar Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk. - Horen van minderjarigen De rechtbank Den Haag heeft zich met ingang van 1 juli 2014 aangesloten bij de beleidslijn van het Hof Den Haag om in zaken van internationale kinderontvoering minderjarigen vanaf de leeftijd van 6 jaar uit te nodigen voor een kindgesprek. De ervaring tot nu toe is dat in vrijwel alle gevallen waarin minderjarigen worden uitgenodigd, zij ook op dit gesprek verschijnen. 11

12 Hoofdstuk 3. De BLIK-zaken 3.1 In 2013 binnengekomen zaken die zijn afgedaan in 2014 In 2014 zijn 5 zaken afgedaan die nog in 2013 aanhangig waren gemaakt. Voor een overzicht van deze zaken wordt verwezen naar bijlage A. In al deze zaken ging het om een verzoek tot teruggeleiding, waarbij 3 van de 5 zaken zijn doorverwezen naar mediation. Dit heeft in geen van de zaken tot volledige overeenstemming geleid. In 1 teruggeleidingszaak werd het teruggeleidingsverzoek toegewezen en in 3 teruggeleidingszaken werd het teruggeleidingsverzoek afgewezen. In 1 teruggeleidingszaak ging het om een zogenaamde uitgaande zaak en heeft de rechtbank zich onbevoegd verklaard. 3.2 In 2014 binnengekomen zaken In 2014 zijn 27 teruggeleidingszaken ingekomen. Hiervan zijn er 21 in 2014 afgedaan. In 2 van de afgedane teruggeleidingszaken ging het om een zogenaamde uitgaande zaak. Voor een overzicht van deze zaken wordt verwezen naar bijlage B. In totaal hebben er 26 regiezittingen plaatsgevonden in In 14 gevallen zijn partijen na de regiezitting doorverwezen naar mediation. Daarnaast hebben er in totaal 24 MK s plaatsgevonden in Voor de in 2014 afgedane zaken geldt het volgende. In 19 van de 21 afgedane teruggeleidingszaken vond een regiezitting plaats. In 12 daarvan heeft mediation plaatsgevonden. In 1 zaak resulteerde dit in volledige overeenstemming tussen de ouders. In 2 zaken werd een spiegelovereenkomst gesloten en in 9 zaken heeft de mediation geen succes gehad. Uiteindelijk zijn 20 zaken bij beschikking afgedaan. In 9 teruggeleidingszaken werd het verzoek tot teruggeleiding toegewezen. In 9 zaken werd het verzoek tot teruggeleiding afgewezen. In 1 zaak werd bij beschikking anders beslist (onbevoegd) en in 1 zaak werd het verzoek tot teruggeleiding ingetrokken. Ten opzichte van 2013 (30) is in 2014 (27) dus een lichte daling te zien van het aantal binnengekomen verzoeken tot teruggeleiding op grond van het HKOV. In 2015 zullen de resterende 6 teruggeleidingszaken worden behandeld die al in 2014 aanhangig zijn gemaakt. 12

13 Procedureel 1 Aantal regiezittingen in Aantal doorverwijzingen naar mediation na regiezitting in Aantal MK s in 2014 Afdoening 4 Aantal teruggeleidingen bij beschikking toegewezen 5 Aantal teruggeleidingen bij beschikking afgewezen Anders beslist bij beschikking 1 7 Aantal ingetrokken verzoeken 1 8 Aantal vaststellingsovereenkomsten opgenomen in beschikking 1 Totaal 21 Overig 9 Aantal verzoekschriften waarbij de CA is betrokken Aantal verzoekschriften waarbij de CA niet is betrokken 11 Toevoeging verleend aan advocaat van achtergebleven ouder (verzoeker) 12 Toevoeging verleend aan advocaat van meenemende ouder (belanghebbende) 13 Toevoeging verleend aan beide advocaten 14 Geen toevoeging aangevraagd/verleend Doorlooptijd 15 Gemiddelde duur tussen indienen verzoekschrift en regiezitting (kalenderdagen) 16 Gemiddelde doorlooptijd rechtbank procedure tot beschikking (kalenderdagen) dagen (26 regiezittingen) 54 dagen (20 beschikkingen) 13

14 3.3 De Liaisonverzoeken Zoals in paragraaf 1.1 is uiteengezet, kunnen rechters in Nederland bij wie internationale kinderbeschermings- of kinderontvoeringszaken aanhangig zijn het BLIK benaderen om contact te leggen met een rechter in het buitenland die terzake bevoegd is. Dit geldt ook voor rechters in het buitenland die een rechter in Nederland willen consulteren. Hieronder volgt een overzicht van de liaisonverzoeken die in de verslagperiode door de liaisonrechters zijn behandeld. Nr. Afkomstig van Liaison Onderwerp met 2014/1 CA Nederland België Artikel 11 lid 6/7 Brussel IIbis 2014/2 CA Nederland België Artikel 11 lid 6/7 Brussel IIbis 2014/5 Rechtbank Alkmaar Duitsland Artikel 15 Brussel IIbis 2014/6 Spaanse Liaisonrechter Spanje Artikel 11 lid 4 Brussel IIbis 2014/7* Rechtbank Gelderland Portugal Vertalen stukken in het kader van artikel 15 Brussel IIbis 2014/8* CA Nederland Zweden Artikel 15 Brussel IIbis 2014/11 Rechtbank Brussel België Artikel 15 Brussel IIbis 2014/12* Rechtbank Zeeland/ West- België Artikel 15 Brussel IIbis Brabant 2014/13 Rechtbank Antwerpen België Artikel 15 Brussel IIbis 2014/14 Rechtbank Den Haag Engeland Artikel 15 Brussel IIbis 2014/15* Rechtbank Gelderland België Artikel 15 Brussel IIbis 2014/17 Rechtbank Hamburg Duitsland Artikel 19 Brussel IIbis 2014/18 CA Nederland Portugal Video conferentie 2014/19* Rechtbank Oost-Brabant Polen Bevoegdheid i.v.m. kinderontvoering naar Polen 2014/21 Rechtbank Hamburg Duitsland Artikel 19 Brussel IIbis 2014/22 CA Nederland België Artikel 11 lid 6/7 Brussel IIbis 2014/23 CA Nederland Engeland Artikel 55 Brussel IIbis 2014/25 Rechtbank Limburg België Artikel 15 Brussel IIbis 2014/26 Rechtbank Den Haag Polen Liaisonverzoek informatie Poolse procedure 2014/27 Rechtbank Noord-Nederland Duitsland Artikel 15 Brussel IIbis * zowel liaisonverzoek als helpdeskvraag. 14

15 3.4 De Helpdeskvragen Rechters in Nederland kunnen met inhoudelijke vragen over internationale kinderontvoering en kinderbescherming bij de helpdesk van het BLIK terecht. In dit verband wordt verwezen naar paragraaf 1.2 van dit verslag. Hieronder volgt een overzicht van de helpdeskvragen die in de verslagperiode zijn behandeld: Nr. Afkomstig van Onderwerp 2014/3 CA Nederland Vragen CA Ierland 2014/4 Rechtbank Noord-Nederland Bewijsverordening 2014/7* Rechtbank Gelderland Vertalen stukken in het kader van artikel 15 Brussel IIbis 2014/8* CA Nederland Artikel 15 Brussel IIbis 2014/9 ScheerSanders Verklaring non-appel 2014/10 CA Nederland Artikel 15 Brussel IIbis 2014/12* Rechtbank Zeeland/West-Brabant Artikel 15 Brussel IIbis 2014/15* Rechtbank Gelderland Artikel 15 Brussel IIbis 2014/16 CA Nederland Besluit gezagsregisters 2014/19* Rechtbank Oost-Brabant Bevoegdheid i.v.m. kinderontvoering naar Polen 2014/20 Rechtbank Zeeland/ West-Brabant Registratie van in VK overeengekomen omgangsregeling bij de rechtbank in Nederland 2014/24 Rechtbank Rotterdam Teruggeleiding uit Pakistan in kort geding 2014/28 Rechtbank Zeeland/West-Brabant Vraag over erkenning/gezag * zowel helpdeskvraag als liaisonverzoek. 15

16 Hoofdstuk 4. TerugBLIK in cijfers en grafieken Op 1 januari 2006 is het BLIK officieel met haar werkzaamheden gestart. Op dit moment is het BLIK dus ruim negen jaar operationeel. In het jaarverslag van 2013 hebben wij al een terugblik geworpen op de afgelopen jaren. Ook dit jaar zullen wij stil staan bij welke ontwikkelingen er te zien zijn en welke conclusies er kunnen worden getrokken naar aanleiding van de cijfers van de laatste jaren. Hieronder worden de belangrijkste tendensen in grafische vorm weergegeven en voorzien van een korte toelichting. 4.1 Verzoekschriften tot teruggeleiding in internationale kinderontvoeringszaken De verzoekschriften in zaken betreffende internationale kinderontvoering die door de rechtbank Den Haag worden behandeld zijn sinds 2008 geregistreerd. Het merendeel van deze verzoekschriften betreft verzoeken tot teruggeleiding op grond van het HKOV. In onderstaande grafiek wordt weergegeven hoeveel verzoekschriften tot teruggeleiding er jaarlijks zijn ingekomen bij de rechtbank Den Haag Aantal ingekomen verzoekschriften tot teruggeleiding in Den Haag aantal ingekomen verzoekschriften tot teruggeleiding In de grafiek is het volgende waar te nemen: a. een sterke stijging van het aantal ingekomen verzoekschriften in de periode van 2008 tot 2010; b. een tijdelijke daling van het aantal ingekomen verzoekschriften in 2012; c. een lichte daling van het aantal ingekomen verzoekschriften in 2014 ten opzichte van Ad a: De sterke stijging van het aantal ingekomen verzoekschriften tot teruggeleiding bij de rechtbank Den Haag van 2008 tot 2010 kan als volgt worden verklaard. Met ingang van 1 januari 2012 is de rechtspraak in internationale kinderontvoeringzaken in eerste aanleg geconcentreerd bij de rechtbank Den Haag. Voordien was de kinderrechter van de werkelijke verblijfplaats van het kind bevoegd waardoor verzoekschriften tot teruggeleiding bij alle 16

17 rechtbank in Nederland werden ingediend. Bij aanwijzingsbesluit van 4 februari 2009 is de rechtbank Den Haag echter al aangewezen als nevenzittingsplaats voor de behandeling van kinderontvoeringszaken. Als gevolg van genoemd aanwijzingsbesluit worden vanaf 2010 vrijwel alle internationale kinderontvoeringszaken door de rechtbank Den Haag behandeld. Ad b: De tijdelijke daling van het aantal ingekomen verzoekschriften tot teruggeleiding in 2012 kan worden verklaard door het wegvallen van de procesvertegenwoordigende bevoegdheid van de Centrale Autoriteit (CA) per 1 januari Hierdoor bleef met name in de eerste helft van 2012 het aantal ingekomen verzoeken tot teruggeleiding achter. Uit de omstandigheid dat het aantal ingekomen verzoekschriften tot teruggeleiding in 2013 weer terug is op het oude niveau kan worden geconcludeerd dat de overdracht van de procesvertegenwoordigende taken van de CA naar de advocatuur geen noemenswaardige invloed heeft gehad op het aantal ingekomen verzoeken tot teruggeleiding. Ad c: In 2014 is, ten opzichte van 2013, sprake van een lichte daling in het aantal ingekomen verzoekschriften tot teruggeleiding. Het aantal ingekomen verzoeken verschilt per jaar, maar het lijkt er op dat zich een instroom van 25 tot 30 teruggeleidingsverzoeken per jaar zal manifesteren. 4.2 De procedure bij de rechtbank Zittingen Sinds 2010 ziet de teruggeleidingsprocedure bij de rechtbank Den Haag er behoudens enkele uitzonderingsgevallen, waartoe een bijzondere reden moet bestaan uit als omschreven in paragraaf 2.2. In onderstaande grafiek wordt het aantal regiezittingen, het aantal MK-zittingen en het aantal doorverwijzingen naar mediation op jaarbasis tegen elkaar afgezet. 30 Aantal zittingen en doorverwijzingen naar mediation aantal regiezittingen (EV) aantal MK-zittingen aantal doorverwijzingen naar mediation 17

18 Opvallend is dat de daling van het aantal ingekomen verzoeken tot teruggeleiding in 2012 niet leidt tot een gelijke daling van het aantal zittingen in Dit kan worden verklaard doordat de CA in november en december 2011 (derhalve kort vóór het wegvallen van haar procesvertegenwoordigende bevoegdheid) nog groot aantal verzoeken tot teruggeleiding heeft ingediend die in 2012 ter terechtzitting zijn behandeld. Tot slot kan worden geconcludeerd dat de verhouding tussen het aantal regiezittingen, het aantal MK-zittingen en het aantal doorverwijzingen naar mediation in de loop der jaren min of meer gelijk is gebleven. Het is echter opvallend dat in 2014 in verhouding tot het aantal regiezittingen een daling van het aantal deelnames aan mediation is waar te nemen Doorlooptijden Uitgangspunt is dat de rechtbank overeenkomstig het bepaalde in artikel 11 lid 3 Brussel IIbis uiterlijk zes weken (42 dagen) nadat een verzoek tot teruggeleiding aanhangig is gemaakt hierop beslist. Uit onderstaande grafiek blijkt dat de gemiddelde doorlooptijd van teruggeleidingszaken de afgelopen vier jaren schommelt rond de zestig dagen, derhalve achttien dagen meer dan Brussel IIbis voorschrijft. Het afgelopen jaar is de doorlooptijd verder teruggedrongen tot vierenvijftig (54) dagen Doorlooptijden rechtbank Den Haag in teruggeleidingzaken (in dagen) gemiddelde doorlooptijd (in 2009 geen onderscheid tussen periode voor en na regiezitting) gemiddelde duur tussen datum regiezitting en datum uitspraak gemiddelde duur tussen datum indiening verzoek en datum regiezitting Dit heeft een aantal aanwijsbare oorzaken: - De rechtbank tracht binnen twee weken na indiening van een verzoek tot teruggeleiding een regiezitting te plannen. Het komt echter regelmatig voor dat de verzoekende partij om uitstel van de regiezitting vraagt, bijvoorbeeld omdat er nog een visum geregeld moet worden of omdat er nog tickets moeten worden geboekt. Ook komt het voor dat een verwerende partij om uitstel vraagt. De rechtbank gaat uiterst terughoudend om met verzoeken tot uitstel. 18

19 - Ook bij het plannen van een MK-zitting wordt de procedure regelmatig vertraagd door verzoeken tot uitstel, dan wel andere omstandigheden gelegen in de sfeer van partijen. - In 2014 zijn er twee teruggeleidingszaken geweest met een doorlooptijd van circa honderd dagen in verband met bijzondere omstandigheden. Deze zaken hebben uiteraard een negatief effect op de gemiddelde doorlooptijd. - In 2014 zijn er zes teruggeleidingszaken binnen de wettelijke termijn afgedaan De beslissingen op de verzoekschriften tot teruggeleiding Uit onderstaande grafiek kan worden afgeleid welke beslissingen er de afgelopen zes jaren zijn genomen op de verzoeken tot teruggeleiding. In 2014 zijn evenveel verzoeken tot teruggeleiding toegewezen (9) als afgewezen (9). Hieraan ligt geen (bewuste) wijziging van de visie of wijze van beoordelen van de rechtbank ten grondslag. Uit de registratiegegevens blijkt ook dat de gronden voor afwijzing variëren: vier verzoeken zijn afgewezen omdat er naar het oordeel van de rechtbank geen sprake was van ongeoorloofde overbrenging of achterhouding (artikel 3 HKOV), één verzoek is afgewezen omdat de rechtbank oordeelde dat het kind inmiddels was geworteld in zijn nieuwe omgeving (artikel 12 lid 2 HKOV), in twee zaken werd teruggeleiding geweigerd omdat het kind zich verzette tegen zijn terugkeer (artikel 13 lid 2 HKOV), in één zaak werd teruggeleiding geweigerd omdat de rechtbank oordeelde dat er sprake is van een ernstig risico dat het kind door zijn terugkeer in een ondragelijke toestand wordt gebracht (artikel 13 lid 1b HKOV) en in één zaak is het verzoek afgewezen in verband met vrijwillige terugkeer van de kinderen. 12 Inhoud beschikking rechtbank teruggeleiding geen teruggeleiding opname vaststellingsovereenkomt 19

20 4.3 De procedure bij het gerechtshof In onderstaande grafiek wordt weergegeven in hoeveel zaken er in de afgelopen vier jaar beroep tegen beschikkingen van de rechtbank Den Haag in teruggeleidingszaken is ingesteld en wat het gerechtshof in hoger beroep heeft beslist. 12 Uitspraken van gerechtshof Den Haag aantal bekrachtigingen aantal vernietigingen overig (beroep verworpen of niet-ontvankelijk) 4.4 Helpdeskvragen en liaisonverzoeken Tot slot een overzicht van het aantal helpdeskvragen en liaisonverzoeken in de afgelopen zes jaar Helpdeskvragen en liaisonverzoeken Aantal helpdeskvragen Aantal liaisonverzoeken Combinatie liasionverzoek en helpdeskvraag 20

21 Uit de grafiek blijken de volgende tendensen: - Een substantiële daling van het aantal liaisonverzoeken tot 2011 gevolgd door een even substantiële stijging in de jaren 2012, 2013 en 2014; - In 2014 was er vijf keer sprake van een helpdeskvraag waarbij ook een liaisonverzoek werd gedaan dan wel een liaisonverzoek waarbij ook een helpdeskvraag werd gesteld. Voor de daling van het aantal liaisonverzoeken tot 2011 heeft het BLIK geen duidelijke verklaring. De stijging van het aantal liaisonverzoeken vanaf 2012 lijkt mede te worden veroorzaakt door de omstandigheid dat het aantal verzoeken van Nederlandse en buitenlandse rechters tot overdracht van bevoegdheid gebaseerd op artikel 15 Brussel IIbis is toegenomen. Voor de omstandigheid dat er gecombineerde verzoeken worden gedaan heeft het BLIK geen andere verklaring dan dat er dit jaar een andere wijze van categoriseren is toegepast dan in voorgaande jaren. Tot slot kan worden geconcludeerd dat de intensivering van de contacten met binnen- en buitenlandse familierechters zijn vruchten heeft afgeworpen: zowel Nederlandse als buitenlandse rechters weten het BLIK anno 2014 steeds vaker te vinden! 21

22 Hoofdstuk 5. VooruitBLIK Algemeen Ook in 2015 zullen er naar verwachting geen ingrijpende wets- dan wel andere wijzigingen plaatsvinden. Het BLIK neemt zich voor de ingezette, bestendige lijn voort te zetten: een grondige doch tijdige behandeling van de kinderontvoeringszaken, met gelegenheid voor partijen om hun geschil middels crossborder mediation te beslechten. Dezelfde grondigheid en tijdigheid zal aan de dag gelegd blijven worden bij de behandeling van bodemzaken en voorlopige voorzieningen met aspecten van internationale kinderontvoering en kinderbescherming. Daarnaast zullen de rechters, stafjuristen en juridisch medewerkers van het BLIK zich inzetten om de contacten met het veld, dat wil zeggen: CA, binnen- en buitenlandse familierechters, centrum IKO, experts en OM te continueren en intensiveren. Nationaal netwerk Het BLIK zal in 2015 de contacten met de leden van het nationale netwerk nader intensiveren. In alle gerechten wordt een bijeenkomst georganiseerd met de contactpersonen en andere medewerkers die met BLIK-gerelateerde zaken te maken hebben. Doel hiervan is nadere kennismaking maar ook uitwisseling van kennis en ervaring. Familierechters in Nederland weten het BLIK telkens vaker te vinden en dat is een positieve ontwikkeling. Om die positieve ontwikkeling bestendig te laten zijn is het nodig dat de behandelend rechters kennis hebben van de (on)mogelijkheden in grensoverschrijdende zaken. De drempel om contact op te nemen met een buitenlandse familierechter kan zo nog verder omlaag! Conferenties in het buitenland Ook in 2015 staan er al een aantal conferenties in het buitenland gepland waar leden van het BLIK aan zullen deelnemen. Op een aantal gelegenheden zal het BLIK ook een bijdrage leveren in de vorm van presentaties. 22

23 Hoofdstuk 6. Personalia Als liaisonrechters zijn aangewezen: mr. J. (Johan) Visser (teamvoorzitter van team familie en internationale kinderbescherming in de rechtbank Den Haag) mr. A.C. (Annette) Olland (senior rechter inhoudelijk met de specialisatie internationaal familierecht van team familie en internationale kinderbescherming in de rechtbank Den Haag en voorzitter van het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming) Daarnaast treden de volgende (kinder)rechters die gespecialiseerd zijn op het terrein van internationale kinderontvoering en -bescherming op als plaatsvervangende liaisonrechters: mr. J. (Jojanneke) Brandt (familierechter in de rechtbank Den Haag) mr. H.M. (Hetty) Boone (jeugdrechter in de rechtbank Den Haag) 23

24 De volgende (senior) juridisch medewerkers en stafjuristen bemannen bij toerbeurt de helpdesk van het BLIK en ondersteunen de liaisonrechters bij de uitvoering van hun taken: V. (Vera) van den Hoed-Koreneef P. (Patrick) Lahman mr. A.W. (Aafke) Spee mr. M. (Marieke) Pereira Horta van Dijk mr. K. (Kathelijne) Willems 24

25 De volgende juridisch medewerkster ondersteunt de liaisonrechters en (senior) juridisch medewerkers en stafjuristen bij de uitvoering van hun BLIK-taken: mr. M. (Moniek) Verkerk Naast de hiervoor genoemde personen nemen 14 familie- en kinderrechters de regie- en meervoudige zittingen voor hun rekening en treden, op basis van roulatie, 2 juridisch medewerkers op als griffier bij deze zittingen. Contactgegevens BLIK: Rechtbank Den Haag, team familie en internationale kinderbescherming t.a.v. Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming Postbus EH Den Haag blik@rechtspraak.nl Telefoon: (0031)(0) (bij afwezigheid: (0031)(0) ) Fax: (0031)(0)

26 BIJLAGEN 26

27 BIJLAGE A : Verzoekschriften ingediend in 2013 en afgedaan in Teruggeleiding Bulgarije B Geen teruggeleiding Ja Deels MK Beide Nee Teruggeleiding België B Teruggeleiding Ja Nee MK Nee Nee IKO nr IKO nr Teruggeleiding Mexico B Geen teruggeleiding Ja Nee MK Beide Ja Teruggeleiding Marokko B Geen teruggeleiding Nee * MK Verzoeker Ja Teruggeleiding Nederland * B * 63 Onbevoegd Nee * MK Verzoeker Ja IKO nr *= n.v.t. 1: Zaaknummer 2: Onderwerp 3: Land 4: Datum binnengekomen 5: Datum regiezitting 6: Datum beschikking 7: Aantal kalenderdagen tussen indienen verzoekschrift en regiezitting 8: Aantal kalenderdagen tussen indienen verzoekschrift en beschikking 9: Beslissing 10: Mediation 11: Mediation geslaagd? Spiegelovereenkomst (SO) of vaststellingsovereenkomst (VO) 12: Meervoudige kamer (MK) of enkelvoudige kamer (EK) 13: Is er toevoeging verleend en zo ja aan wie? 14: Is de CA bekend met de zaak? 27

28 BIJLAGE B : Verzoekschriften ingediend in 2014 en afgedaan in Teruggeleiding Nederland * B * 57 Teruggeleiding Nee * MK Verzoeker Nee (vanuit Libanon) Gezag + Nederland * B * 96 Onbevoegd * * MK Beide Nee overbrenging van Pakistan naar Nederland Teruggeleiding Peru B Teruggeleiding Ja Nee MK Nee Nee IKO nr IKO nr IKO nr IKO nr Teruggeleiding Soedan B Geen teruggeleiding Nee * MK Beide Ja Teruggeleiding en voorlopige voorziening Spanje TB B Teruggeleiding Nee * MK Beide Ja Teruggeleiding Polen B Teruggeleiding Ja Nee MK Nee Ja Teruggeleiding Zuid-Afrika B Geen teruggeleiding Ja Nee MK Verzoeker Ja Teruggeleiding Zuid-Afrika B Geen teruggeleiding Nee * MK Verzoeker Ja IKO nr Teruggeleiding België B Geen teruggeleiding Nee * MK Belanghebbende Nee IKO nr IKO nr Teruggeleiding VS B Geen teruggeleiding Ja Nee MK Belanghebbende Ja Teruggeleiding VS B Opname VO, verzoek tot teruggeleiding ingetrokken Ja Ja VO * Beide Ja Teruggeleiding Engeland B Teruggeleiding Nee * MK Beide Ja IKO nr (en ) IKO nr Teruggeleiding & internationale omgangregeling Duitsland B Geen teruggeleiding (en opname afspraken t.a.v. hoofdverblijf, omgang, informatie en consultatie) Ja Nee MK Belanghebbende Ja 28

29 Teruggeleiding België B Geen teruggeleiding Nee * MK Beide Ja IKO nr IKO nr Teruggeleiding Duitsland B Geen teruggeleiding Ja Nee SO MK Beide Ja Teruggeleiding Suriname B Teruggeleiding Ja Nee MK Belanghebbende Nee Teruggeleiding België * 14 * Ingetrokken Ja Nee * Beide Ja IKO nr Teruggeleiding België B Teruggeleiding Ja Nee SO MK Belanghebbende Nee Teruggeleiding Polen B Teruggeleiding Nee * MK Belanghebbende Ja IKO nr Teruggeleiding Oostenrijk B Teruggeleiding Ja Nee MK Verzoeker Nee Teruggeleiding Spanje B Geen terruggeleiding Ja Nee MK Nee Nee *= n.v.t. 1: Zaaknummer 2: Onderwerp 3: Land 4: Datum binnengekomen 5: Datum regiezitting 6: Datum beschikking 7: Aantal dagen tussen indienen verzoekschrift en regiezitting 8: Aantal dagen tussen indienen verzoekschrift en beschikking 9: Beslissing 10: Mediation 11: Mediation geslaagd? Spiegelovereenkomst (SO) of vaststellingsovereenkomst (VO) 12: Meervoudige kamer (MK) of enkelvoudige kamer (EK) 13: Is er toevoeging verleend en zo ja aan wie? 14: Is de CA bekend met de zaak 29

Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming

Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming Verslag over de periode 1 januari 2012 1 januari 2013 Rechtbank Den Haag Team familie en internationale kinderbescherming INHOUDSOPGAVE Voorwoord

Nadere informatie

Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming

Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming Het Bureau Liaisonrechter Internationale Kinderbescherming Verslag over de periode 1 januari 2011 1 januari 2012 Rechtbank s-gravenhage Sector familie- en jeugdrecht INHOUDSOPGAVE Voorwoord 2 Inleiding

Nadere informatie

Ons kenmerk /11/6 Datum 20 oktober 2011 Onderwerp Tweede nadere memorie van antwoord wetsvoorstel IKO (32 358)

Ons kenmerk /11/6 Datum 20 oktober 2011 Onderwerp Tweede nadere memorie van antwoord wetsvoorstel IKO (32 358) 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Directie Wetgeving sector privaatrecht Schedeldoekshaven 100 2511

Nadere informatie

INTERNATIONALE KINDERONTVOERING STAND VAN ZAKEN, VERZET VAN HET KIND?

INTERNATIONALE KINDERONTVOERING STAND VAN ZAKEN, VERZET VAN HET KIND? INTERNATIONALE KINDERONTVOERING STAND VAN ZAKEN, VERZET VAN HET KIND? Ius Commune Conference Amsterdam Workshop Family Law 29 november 2012 Geeske Ruitenberg Opbouw > Toepasselijk recht > Cijfers: wie

Nadere informatie

Verslag advocatenbijeenkomst 6 september 2011

Verslag advocatenbijeenkomst 6 september 2011 Verslag advocatenbijeenkomst 6 september 2011 Programma 13:15 Ontvangst / Lunch 14:00 Welkom 14:10 De betekenis van het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 in Internationale kinderontvoeringszaken (Prof.

Nadere informatie

Het Mediation Bureau. van het Centrum Internationale Kinderontvoering (Centrum IKO)

Het Mediation Bureau. van het Centrum Internationale Kinderontvoering (Centrum IKO) Het Mediation Bureau van het Centrum Internationale Kinderontvoering (Centrum IKO) 1 Crossborder mediation Bij internationale kinderontvoering duren de procedures vaak lang. Daarom start op 1 november

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 530 Wet van 10 november 2011 tot wijziging van de Wet van 2 mei 1990 tot uitvoering van het op 20 mei 1980 te Luxemburg tot stand gekomen Europese

Nadere informatie

Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden. van het Ministerie van Veiligheid en Justitie

Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden. van het Ministerie van Veiligheid en Justitie Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:14419

ECLI:NL:RBDHA:2015:14419 ECLI:NL:RBDHA:2015:14419 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 08-12-2015 Datum publicatie 30-12-2015 Zaaknummer C/09/482066 / FA RK 15-723 en C/09/501039 / FA RK 15-9365 Formele relaties Hoger

Nadere informatie

Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden

Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden Ministerie van Justitie en Veiligheid Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden Van het Ministerie van Justitie en Veiligheid Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden van

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:11833

ECLI:NL:RBDHA:2016:11833 ECLI:NL:RBDHA:2016:11833 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 03-10-2016 Datum publicatie 04-10-2016 Zaaknummer C/09/503343 / FA RK 16-214 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:8005

ECLI:NL:RBDHA:2017:8005 ECLI:NL:RBDHA:2017:8005 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 17072017 Datum publicatie 03082017 Zaaknummer C/09/522456 / FA RK 168986 Rechtsgebieden Personen en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden. van het Ministerie van Veiligheid en Justitie

Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden. van het Ministerie van Veiligheid en Justitie Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

[Haags Kinderontvoeringsverdrag - 3; 13; Brussel II-bis - 2 lid 11; 10; 11 lid 7]

[Haags Kinderontvoeringsverdrag - 3; 13; Brussel II-bis - 2 lid 11; 10; 11 lid 7] JPF 2010/90 Rechtbank 's-gravenhage 19 oktober 2009, 347829 FA RK 09-7770; LJN BL0893. ( Mr. Keltjens Mr. Kramer Mr. Van Loenhoud ) [De moeder] te [woonplaats A.], advocaat: mr. A.J. van Steensel te s-gravenhage.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2005:AS6703

ECLI:NL:RBUTR:2005:AS6703 ECLI:NL:RBUTR:2005:AS6703 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 26-01-2005 Datum publicatie 14-03-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 184276/FA RK04-5055 Personen-

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Inleiding 1

Hoofdstuk 1 Inleiding 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 1 1.1 Introductie 1 1.2 Enkele cijfers 2 1.3 Het Haags Kinderontvoeringsverdrag in vogelvlucht 3 1.3.1 Inleiding 3 1.3.2 Definitie van internationale kinderontvoering

Nadere informatie

Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie

Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie Ministerie van Veiligheid en Justitie Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden van het Ministerie van Veiligheid en Justitie Centrale autoriteit internationale kinderaangelegenheden van

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:11422

ECLI:NL:RBDHA:2014:11422 ECLI:NL:RBDHA:2014:11422 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 12092014 Datum publicatie 23102014 Zaaknummer C09457216 FA RK 1310244 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen

Nadere informatie

Handreiking voor internationale kinderontvoeringszaken naar het buitenland

Handreiking voor internationale kinderontvoeringszaken naar het buitenland Handreiking voor internationale kinderontvoeringszaken naar het buitenland Centrale Autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden Inleiding Dit document bevat een handreiking waarin de werking wordt

Nadere informatie

» Samenvatting. » Uitspraak

» Samenvatting. » Uitspraak JPF 2013/162 Rechtbank Den Haag 31 mei 2013, C/09/439732/FA RK 13-2292; ECLI:NL:RBDHA:2013:CA2349. ( mr. Hoekstra-van Vliet mr. Visser mr. Strop ) [De vader] te [woonplaats], Egypte, hierna: de vader,

Nadere informatie

(consultatie) Consultatieversie 1

(consultatie) Consultatieversie 1 Consultatieversie 1 Wijziging van de Wet van 2 mei 1990 tot uitvoering van het op 20 mei 1980 te Luxemburg tot stand gekomen Europese verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen

Nadere informatie

» Samenvatting. » Uitspraak. Procedure

» Samenvatting. » Uitspraak. Procedure JPF 2010/92 Rechtbank 's-hertogenbosch 24 november 2009, 349713 FA RK 09-8457; LJN BL0988. ( Mr. Kramer Mr. Hoekstra-van Vliet Mr. Meijer ) De Directie Justitieel Jeugdbeleid, Afdeling Juridische en Internationale

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2016:10882

ECLI:NL:RBNHO:2016:10882 ECLI:NL:RBNHO:2016:10882 Instantie Datum uitspraak 28-12-2016 Datum publicatie 17-01-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer C/15/245613 / FA RK 16-4085 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2012:BX8692

ECLI:NL:RBSGR:2012:BX8692 ECLI:NL:RBSGR:2012:BX8692 Instantie Datum uitspraak 21-09-2012 Datum publicatie 28-09-2012 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 425555 / KG ZA 12-892 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken Ministerie van Justitie en Veiligheid Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken Centrale autoriteit Internationale Kinderaangelegenheden Dit document bevat een handreiking

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010-2011 32 358 Wijziging van de Wet van 2 mei 1990 tot uitvoering van het op 20 mei 1980 te Luxemburg tot stand gekomen Europese verdrag betreffende de

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:4043

ECLI:NL:RBDHA:2017:4043 ECLI:NL:RBDHA:2017:4043 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 19042017 Datum publicatie 25042017 Zaaknummer C/09/527774 / FA RK 171453 Formele relaties Hoger beroep: ECLI:NL:GHDHA:2017:1666, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ0591

ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ0591 ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ0591 Instantie Datum uitspraak 20-07-2006 Datum publicatie 20-10-2006 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch R200600680 Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:6706

ECLI:NL:RBDHA:2015:6706 ECLI:NL:RBDHA:2015:6706 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 11062015 Datum publicatie 21072015 Zaaknummer C09488927 FA RK 153785 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen en

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0634

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0634 ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0634 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 24-01-2013 Datum publicatie 05-02-2013 Zaaknummer 200.113.026 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:1797

ECLI:NL:RBDHA:2017:1797 ECLI:NL:RBDHA:2017:1797 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 27-02-2017 Datum publicatie 28-02-2017 Zaaknummer C/09/524029 / FA RK 16-9703 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017

Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Datum van inontvangstneming : 18/09/2017 Vertaling C-478/17-1 Zaak C-478/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 augustus 2017 Verwijzende rechter: Tribunalul Cluj (Roemenië) Datum

Nadere informatie

Bevoegdheid Nederlandse rechter vordering afgifte minderjarige na overbrenging buitenland

Bevoegdheid Nederlandse rechter vordering afgifte minderjarige na overbrenging buitenland JPF 2012/72 Gerechtshof 's-gravenhage 1 maart 2011, 200.072.990/01; LJN BR3349. ( mr. Mos-Verstraten mr. Van Dijk mr. Mink ) [De vrouw] te [gemeente], appellante, hierna te noemen: de vrouw, advocaat:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2012:BY6590

ECLI:NL:RBHAA:2012:BY6590 ECLI:NL:RBHAA:2012:BY6590 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 16-10-2012 Datum publicatie 18-12-2012 Zaaknummer 193036 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en familierecht

Nadere informatie

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken Centrale autoriteit Internationale Kinderontvoering Dit document bevat een handreiking waarin de werking wordt toegelicht van het

Nadere informatie

ECLI:NL:OGEAA:2017:172

ECLI:NL:OGEAA:2017:172 ECLI:NL:OGEAA:2017:172 Instantie Datum uitspraak 14-03-2017 Datum publicatie 17-03-2017 Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba Zaaknummer EJ nr. 1286 van 2017 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 01-08-2007 Datum publicatie 07-08-2007 Zaaknummer 0600575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en familierecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2003:AL9057

ECLI:NL:GHSGR:2003:AL9057 ECLI:NL:GHSGR:2003:AL9057 Instantie Datum uitspraak 15-10-2003 Datum publicatie 20-01-2004 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage 027-D-03 Personen- en

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING. 1. Aanleiding en wijzigingsvoorstellen

MEMORIE VAN TOELICHTING. 1. Aanleiding en wijzigingsvoorstellen Wijziging van de Wet van 2 mei 1990 tot uitvoering van het op 20 mei 1980 te Luxemburg tot stand gekomen Europese verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake het gezag

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2012:BY4474

ECLI:NL:GHARN:2012:BY4474 ECLI:NL:GHARN:2012:BY4474 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 25-10-2012 Datum publicatie 28-11-2012 Zaaknummer 200.111.854 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 358 Wijziging van de Wet van 2 mei 1990 tot uitvoering van het op 20 mei 1980 te Luxemburg tot stand gekomen Europese verdrag betreffende de

Nadere informatie

13581/17 WST/sht/bb DGD 2

13581/17 WST/sht/bb DGD 2 Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0148 (E) 13581/17 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: JUSTCIV 248 ACP 116 ESE 5 BESLUIT VAN

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2017:1404

ECLI:NL:GHSHE:2017:1404 ECLI:NL:GHSHE:2017:1404 Instantie Datum uitspraak 30-03-2017 Datum publicatie 20-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 200.207.710_01 Burgerlijk

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2017:146

ECLI:NL:GHSHE:2017:146 ECLI:NL:GHSHE:2017:146 Instantie Datum uitspraak 19012017 Datum publicatie 20012017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 'shertogenbosch 200.181.917_01 Personen en

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2013:7717

ECLI:NL:RBDHA:2013:7717 ECLI:NL:RBDHA:2013:7717 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 11-06-2013 Datum publicatie 16-07-2013 Zaaknummer 443058 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

Statistiek internationale kinderontvoering 2008

Statistiek internationale kinderontvoering 2008 Statistiek internationale kinderontvoering 8 Cijfers 8 Aantal zaken: Aantal betrokken kinderen: Aantal afgeronde zaken : Aantal kinderen in afgeronde zaken: Inkomende zaken: 59 76 44 57 Verzoeken teruggeleiding?

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2013:10520

ECLI:NL:RBNHO:2013:10520 ECLI:NL:RBNHO:2013:10520 Instantie Datum uitspraak 16-01-2013 Datum publicatie 12-11-2013 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer 187067 / FA RK 11-3921 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Statistiek internationale kinderontvoering 2008

Statistiek internationale kinderontvoering 2008 Cijfers 8 Statistiek internationale kinderontvoering 8 Aantal zaken: Aantal betrokken kinderen: Aantal afgeronde zaken : Aantal kinderen in afgeronde zaken: Inkomende zaken: 59 76 44 57 Verzoeken teruggeleiding

Nadere informatie

13585/17 WST/sht/bb DGD 2

13585/17 WST/sht/bb DGD 2 Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0149 (E) 13585/17 JUSTCIV 249 SM 7 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Samenvatting Inleiding Deel I: De achtergrond van het HKOV en het belang van het kind als uitgangspunt bij de toepassing ervan

Samenvatting Inleiding Deel I: De achtergrond van het HKOV en het belang van het kind als uitgangspunt bij de toepassing ervan Inleiding Dit onderzoek ziet op de toepassing van het Haags Verdrag inzake de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen (HKOV) bezien vanuit het perspectief van het belang van

Nadere informatie

» Samenvatting. » Uitspraak. 1. Het verloop van het geding

» Samenvatting. » Uitspraak. 1. Het verloop van het geding JPF 2010/88 Voorzieningenrechter Rechtbank Breda 19 november 2009, 209116 KG ZA 09-538; LJN BK8853. ( Mr. Warnaar ) [Naam eiser] te [woonplaats eiser], eiser, verweerder in reconventie, hierna te noemen:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2013:BY8769

ECLI:NL:RBDHA:2013:BY8769 ECLI:NL:RBDHA:2013:BY8769 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 03-01-2013 Datum publicatie 17-01-2013 Zaaknummer 431060 - FA RK 12-8574 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2013:591

ECLI:NL:GHDHA:2013:591 ECLI:NL:GHDHA:2013:591 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 06022013 Datum publicatie 24022014 Zaaknummer 200.113.44001 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Eerste

Nadere informatie

» Samenvatting. » Uitspraak. Het verdere procesverloop in hoger beroep

» Samenvatting. » Uitspraak. Het verdere procesverloop in hoger beroep JPF 2009/132 Gerechtshof 's-gravenhage 19 november 2008, 105.009.479/01; LJN BH3764. ( Mr. Van Nievelt Mr. Mink Mr. Punselie ) [De vader] te [woonplaats], verzoeker in hoger beroep, hierna te noemen: de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0168 (E) 12327/16 JUSTCIV 238 COLAC 69 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2013:3850

ECLI:NL:GHDHA:2013:3850 ECLI:NL:GHDHA:2013:3850 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 09-10-2013 Datum publicatie 25-11-2013 Zaaknummer 200.131.418-01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering Centrale autoriteit Internationale Kinderontvoering Dit document bevat een handreiking waarin de werking wordt toegelicht van het door Nederland ingerichte

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2011:BU6154

ECLI:NL:GHSGR:2011:BU6154 ECLI:NL:GHSGR:2011:BU6154 Instantie Datum uitspraak 26-10-2011 Datum publicatie 06-12-2011 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 200.086.890/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

INTERNATIONALE KINDERONTVOERING

INTERNATIONALE KINDERONTVOERING INTERNATIONALE KINDERONTVOERING DE UITVOERINGSPRAKTIJK VAN INKOMENDE ZAKEN IN NEDERLAND, ENGELAND &WALES, ZWEDEN EN ZWITSERLAND Dr. Merel Jonker, Drs. Manja Abraham, Dr. Christina Jeppesen de Boer, Dr.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2012:BV7739

ECLI:NL:RBROT:2012:BV7739 ECLI:NL:RBROT:2012:BV7739 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 27-02-2012 Datum publicatie 05-03-2012 Zaaknummer 410379 FA RK 12-4 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2017:449

ECLI:NL:RBMNE:2017:449 ECLI:NL:RBMNE:2017:449 Instantie Datum uitspraak 02-02-2017 Datum publicatie 06-02-2017 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer C/16/418623 / FA RK 16-4448 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 JANUARI 2006 C.04.0201.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0201.N V. A., Mr. Cécile Draps, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen D. P. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht ECLI:NL:GHSHE:2015:1808 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 21-05-2015 Datum publicatie 22-05-2015 Zaaknummer F 200 157 010_01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 NOVEMBER 2011 C.11.0210.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0210.N J B, eiseres, aan wie rechtsbijstand werd verleend bij beslissing van 24 maart 2011 (G.11.0013.N), vertegenwoordigd door

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:1077

ECLI:NL:RBOVE:2014:1077 ECLI:NL:RBOVE:2014:1077 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 03-03-2014 Datum publicatie 06-03-2014 Zaaknummer C/08/142520 / FA RK 13-1576 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2010-2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2017:386

ECLI:NL:RBMNE:2017:386 ECLI:NL:RBMNE:2017:386 Instantie Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak 02-02-2017 Datum publicatie 16-02-2017 Zaaknummer C16/420604/FO RK 16-141 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0153 (E) 13587/17 JUSTCIV 251 COLAC 111 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE

Nadere informatie

Internationale Kinderontvoering

Internationale Kinderontvoering Internationale Kinderontvoering Inhoud Internationale kinderontvoering 2 Internationale samenwerking 2 Landen aangesloten bij de verdragen 3 Landen niet aangesloten bij de verdragen 3 Wat kunt u als achtergebleven

Nadere informatie

Memorie van Toelichting. Algemeen

Memorie van Toelichting. Algemeen Memorie van Toelichting Algemeen Op 12 december 2008 is de Verordening (EG) nr. 1896/2006 tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure (hierna ook EBB-verordening) van toepassing geworden. De

Nadere informatie

Uitspraak GERECHTSHOF AMSTERDAM MEERVOUDIGE FAMILIEKAMER. BESCHIKKING van 20 december 2011 in de zaak met zaaknummer

Uitspraak GERECHTSHOF AMSTERDAM MEERVOUDIGE FAMILIEKAMER. BESCHIKKING van 20 december 2011 in de zaak met zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2011:BV6082 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 20-12-2011 Datum publicatie 16-02-2012 Zaaknummer 200.089.788-01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 915 definitief 2011/0450 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2006:AV4210

ECLI:NL:GHSHE:2006:AV4210 ECLI:NL:GHSHE:2006:AV4210 Instantie Datum uitspraak 26-01-2006 Datum publicatie 10-03-2006 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch R200501005 Civiel

Nadere informatie

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken

Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken Handreiking Stelsel Internationale Kinderontvoering voor inkomende zaken Centrale autoriteit Internationale Kinderontvoering Dit document bevat een handreiking waarin de werking wordt toegelicht van het

Nadere informatie

16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ 16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 980 Uitvoering van het op 19 oktober 1996 te s-gravenhage tot stand gekomen verdrag inzake de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2014:4990

ECLI:NL:GHSHE:2014:4990 ECLI:NL:GHSHE:2014:4990 Instantie Datum uitspraak 27112014 Datum publicatie 28112014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 'shertogenbosch F 200.147.170_01 Personen

Nadere informatie

Uitvoeringswet Verdragen inzake internationale ontvoering van kinderen

Uitvoeringswet Verdragen inzake internationale ontvoering van kinderen Uitvoeringswet Verdragen inzake internationale ontvoering van kinderen Wet van 2 mei 1990, Stb. 202, tot uitvoering van het op 20 mei 1980 te Luxemburg tot stand gekomen Europese Verdrag betreffende de

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 911 definitief 2011/0447 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:13341

ECLI:NL:RBDHA:2016:13341 ECLI:NL:RBDHA:2016:13341 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 14-03-2016 Datum publicatie 08-11-2016 Zaaknummer C/09/500896 / FA RK 15-9310 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:13130

ECLI:NL:RBDHA:2014:13130 ECLI:NL:RBDHA:2014:13130 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 17102014 Datum publicatie 04112014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie FA RK 145205 en C/09/469305 (internationale

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:2726

ECLI:NL:GHARL:2017:2726 ECLI:NL:GHARL:2017:2726 Instantie Datum uitspraak 30-03-2017 Datum publicatie 09-05-2017 Zaaknummer 200.197.064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2017:3691

ECLI:NL:RBZWB:2017:3691 ECLI:NL:RBZWB:2017:3691 Instantie Datum uitspraak 15-06-2017 Datum publicatie 20-07-2017 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 16 _ 2238 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2011/0444 (E) 12103/15 JUSTCIV 202 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD waarbij

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0150 (E) 13586/17 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: JUSTCIV 250 COLAC 110 ACP 118 ISL 39

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.7.2017 COM(2017) 357 final 2017/0148 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij Luxemburg en Roemenië worden gemachtigd om, in het belang van de Europese Unie, de

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 03/11/2015

Datum van inontvangstneming : 03/11/2015 Datum van inontvangstneming : 03/11/2015 Vertaling C-499/15 1 Zaak C-499/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 22 september 2015 Verwijzende rechter: Vilniaus miesto apylinkės

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:357 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2017:357 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2017:357 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 07-02-2017 Datum publicatie 23-02-2017 Zaaknummer 200.199.846/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en

Nadere informatie

Gerechtshof 's-hertogenbosch , ECLI:NL:GHSHE:2018:4847

Gerechtshof 's-hertogenbosch , ECLI:NL:GHSHE:2018:4847 Gerechtshof 's-hertogenbosch 22-11-2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:4847 Datum publicatie 23-11-2018 KI Zaaknummer 200.235.106_01 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBLIM:2017:12254 Rechtsgebieden Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:1836

ECLI:NL:RBDHA:2016:1836 ECLI:NL:RBDHA:2016:1836 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29012016 Datum publicatie 01032016 Zaaknummer 490662 en 498112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen en familierecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2007:BB6006

ECLI:NL:GHSHE:2007:BB6006 ECLI:NL:GHSHE:2007:BB6006 Instantie Datum uitspraak 21-08-2007 Datum publicatie 18-10-2007 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:9569

ECLI:NL:RBROT:2016:9569 ECLI:NL:RBROT:2016:9569 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 13-12-2016 Datum publicatie 15-12-2016 Zaaknummer ROT 16/3297 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ0950

ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ0950 ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ0950 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 08-04-2011 Datum publicatie 12-04-2011 Zaaknummer 303308 / FA RK 11-1694 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2012:25290

ECLI:NL:RBSGR:2012:25290 ECLI:NL:RBSGR:2012:25290 Instantie Datum uitspraak 12-11-2012 Datum publicatie 19-11-2013 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 422786 FA RK 12-5036 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:171

ECLI:NL:GHSHE:2016:171 ECLI:NL:GHSHE:2016:171 Instantie Datum uitspraak 21-01-2016 Datum publicatie 26-01-2016 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 200.164.903/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

» Samenvatting. Internationale kinderontvoering, Procedure ten gronde, Internationale bevoegdheid

» Samenvatting. Internationale kinderontvoering, Procedure ten gronde, Internationale bevoegdheid JPF 2013/14 Gerechtshof 's-gravenhage 22 februari 2012, 200.091.483/01; LJN BV6474. ( mr. Van Leuven mr. Fockema Andreae-Hartsuiker mr. Willems ) [Appellant] te Bolivia, verzoeker in hoger beroep, hierna

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:647

ECLI:NL:GHDHA:2017:647 ECLI:NL:GHDHA:2017:647 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 07-02-2017 Datum publicatie 14-03-2017 Zaaknummer 200.207.571/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en

Nadere informatie