Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS"

Transcriptie

1 Verticale meertrapscentrifugaalpompen Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord Pictogrammen en symbolen Identificatie, service en technische ondersteuning 2.1 Gegevens en informatie verkrijgen DPV Gegevens en informatie verkrijgen DPLHS Afdichtingscodes Stroom Aanvullende documentatie Garantievoorwaarden 3.1 Garantievoorwaarden Veiligheid en milieu 4.1 Algemeen Gebruikers Veiligheidsvoorzieningen Veiligheidsmaatregelen Milieuaspecten Inleiding van de pomp 5.1 Modelcode Beschrijving van het product Ecologisch ontwerp Gebruik volgens bestemming Bediening Meten, aftappen en ontluchten Modulaire keuze Werkbereik Explosieveiligheid Transport 6.1 Transport Opslag Installatievoorschriften 7.1 De pomp opstellen Een motor op de pomp monteren Elektrische installatie In bedrijf stellen Bediening 8.1 Bediening Onderhoud 9.1 Inleiding Smering De pomp voor een lange stilstandperiode onderhouden Aanhaalmomenten voor koppelingsschaal - pos

3 10 Storingen 10.1 Storingentabel Bijlagen 11.1 CE-conformiteitsverklaring

4 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord De handleiding bevat belangrijke informatie voor betrouwbare, juiste en efficiënte werking. Het is van cruciaal belang om de bedieningsinstructies op te volgen om betrouwbaarheid en een lange levensduur van het product te verzekeren en risico's te vermijden. De eerste hoofdstukken bevatten informatie over deze handleiding en veiligheid in het algemeen. De hierop volgende hoofdstukken verschaffen informatie over normaal gebruik, installatie, onderhoud en reparaties van het product. De bijlage bevat de conformiteitsverklaring(en). MILIEU-INSTRUCTIE Opmerkingen met betrekking tot het milieu. LEES DE (AANVULLENDE) DOCUMENTATIE Lees de gebruikers- en bedieningsinstructies. Zorg dat u de inhoud van deze handleiding kent. Volg nauwgezet de aanwijzingen en instructies. Wijzig nooit de volgorde van de te verrichten handelingen. Bewaar deze handleiding of een kopie hiervan samen met het logboek op een voor alle werknemers toegankelijke, vaste plaats in de buurt van het product. 1.2 Pictogrammen en symbolen In deze handleiding en in alle bijbehorende documentatie worden de volgende pictogrammen en symbolen gebruikt. Gevaar voor elektrische spanning. Veiligheidsaanduiding conform IEC Handelingen of procedures die, indien onvoorzichtig uitgevoerd, tot persoonlijk letsel of schade aan het product kunnen leiden. Algemene gevaaraanduiding conform ISO Dient voor het introduceren van de veiligheidsinstructies die moeten worden opgevolgd om schade aan het product en de functies te voorkomen.

5 2 Identificatie, service en technische ondersteuning 2.1 Gegevens en informatie verkrijgen DPV De typeplaat geeft de typeserie/maat, de belangrijkste bedrijfsgegevens en het identificatienummer. Vermeld deze gegevens in alle vragen om inlichtingen, herhalingsorders en in het bijzonder bij het bestellen van reserveonderdelen. Neem als u extra gegevens of instructies nodig heeft die niet in deze handleiding worden gegeven of in geval van schade contact op met het dichtstbijzijnde klantenservicecentrum van Duijvelaar pompen. ID3481 DPVCF 85/2-1 B dp pumps Frame160(12.5kW)50Hz ID E Seal Ca/Sic/EPDM Q 72 m 3 /h H 42.1 m PN10-20/+100 C Eff. 74% (MEI>=0.60) Easy Access n.fix 2950rpm Hydr. PN40+80 C PO C+PN25 Prod 48/ Conn PN16 Figuur 2: Pomp zonder in de fabriek gemonteerde motor Made in NL 3481 H ID3297 DPVCF 85/2-1 B dp pumps 15kW(12.5kW)50Hz ID B Seal Ca/Sic/EPDM Q 72 m 3 /h H 42.1 m PN10-20/+100 C Eff. 74% (MEI>=0.60) Easy Access n.fix 2950rpm Hydr. PN40+80 C PO C+PN25 Prod 48/ Conn. PN16 Made in NL Figuur 1: Pomp met motor 3297 Figuur 3: Werkpunt 3060 Tabel 1: Beschrijving typeplaat Aanduiding Betekenis DPVCF 85/2-1 B Modelcode (ontwerpversie B) 15 kw (12,5 kw) Geïnstalleerd motorvermogen (vereist max. curve) 12 Frame 160 Maat motorframe 50 Hz Nominale frequentie ID B ID-code Q 3 72 m 3 /uur Optimale capaciteit bij vaste snelheid (zie fig. 3 Werkpunt) H 42.1 m Optimale kop bij vaste snelheid (zie fig. 3 Werkpunt) Eff. 74% (MEI > = 0,60) Minimale efficiëntie-index n fix rpm Rotatiesnelheidsindicatie waarbij Q/H worden gegeven PO Nummer inkooporder Prod. WW / JJJJ XXXXXXX-XXXX Productieweek/jaar en productieserienummer > as-built-bestand Afdichting. Ca/SiC Mechanische afdichtingsoppervlakcode, zie fig.: 2.3 Afdichtingscodes EPDM Pompelastomeren PN10-20/+100 C Maximumdruk bij de vermelde temperatuur 4 Easy access Type afdichting Hydr. PN40+80 C/140 C+PN25 Maximumtemperatuur bij genoemde druk Conn. PN16 Drukklasse aansluiting 5 1. Voor pompen zonder een in de fabriek geplaatste motor: Framemaat. 2. Als het geïnstalleerde motorvermogen lager ligt dan het vereiste vermogen, wordt het werkbereik van de pomp beperkt. Neem voor bijzonderheden contact op met uw vertegenwoordiger. 3. Maximumcapaciteit van het hydraulische systeem, waarbij het beperkte werkgebied (opmerking 2.) niet in beschouwing is genomen. 4. Bij lagere druk is een hogere temperatuur toegestaan (neem contact op met uw leverancier)

6 2.2 Gegevens en informatie verkrijgen DPLHS6 De typeplaat geeft de typeserie/maat, de belangrijkste bedrijfsgegevens en het identificatienummer. Vermeld deze gegevens in alle vragen om inlichtingen, herhalingsorders en in het bijzonder bij het bestellen van reserveonderdelen. Neem als u enige extra gegevens of instructies nodig heeft die niet in deze handleiding worden gegeven of in geval van schade contact op met het dichtstbijzijnde klantenservicecentrum van Duijvelaar pompen. ID 4435 DPLHS dp pumps (13.54kW)50Hz ID Seal TUC/CA/FPM Q 6.5 m 3 /h H 321.4m n.fix 2850rpm Hydr. PN C PO Prod 28/2014/ Conn. DIN/NW32 MEI>=0.50 Figuur 5: Pomp zonder in de fabriek gemonteerde motor H Made in NL 4435 ID4434 DPLHS dp pumps 15.0kW(25.8A)50Hz ID Seal TUC/CA/FPM Q 6.5 m 3 /h H 321.4m n.fix 2850rpm Hydr. PN C PO Prod 26/2014/ Conn. DIN/NW32 MEI>=0.50 Made in NL Figuur 4: Pomp met motor 4434 Figuur 6: Werkpunt 3060 Tabel 2: Beschrijving typeplaat 6 Aanduiding Betekenis DPLHS6-200 Modelcode (aantal trappen x10) 15,0 kw 1 Geïnstalleerd motorvermogen (huidig) (25,8A) Vereiste motorstroom (13,54kW) Vereist motorvermogen 50 Hz Nominale frequentie ID Artikelnummer Q 6,5 m 3 /uur Optimale capaciteit bij vaste snelheid (zie fig. 6 Werkpunt) H m Optimale kop bij vaste snelheid (zie fig. 6 Werkpunt) n fix 2850 rpm Rotatiesnelheidsindicatie waarbij Q/H worden gegeven PO Nummer inkooporder Prod WW / JJJJ XXXXXXX-XXXX Productie week/jaar en productieserienummer (bestand zoals gebouwd) Afdichting TUC/CA Mechanische afdichtingsoppervlakcode, zie 2.3 Afdichtingscodes FPM Pompelastomeren Hydr. PN C Maximumtemperatuur bij genoemde druk 2 Conn. DIN/NW32 Maat aansluiting MEI >=0.50 Minimale efficiëntie-index 1. Voor met speciale motoren geleverde pompen worden geen waarden gegeven (gebruik de op de typeplaat van de motor vermelde waarden) 2. Algemene indicatie van temperatuur en druk. De toegestane druk- en temperatuurwaarden zijn ook afhankelijk van het type afdichting. Voor service en technische ondersteuning zijn de volgende adresgegevens beschikbaar: Tabel 3: adres serviceafdeling Duijvelaar pompen Serviceafdeling Kalkovenweg LJ Alphen aan den Rijn Telefoon: Fax: Internet: service@dp.nl

7 2.3 Afdichtingscodes Tabel 4: Materiaalcode van de asafdichting Code volgens EN B Q1 U3 A B Q1 U3 E V X4 Beschrijving Materiaal Opmerking Veerring Steunpunt Elastomeren Koolstof-grafiet Siliconencarbide Wolfraamcarbide Koolstof-grafiet Koolstof-grafiet Siliconencarbide Wolfraamcarbide EPDM FPM HNBR G Veer CrNiMo-staal G Overige metalen CrNiMo-staal onderdelen Ca SiC TuC Ca Ca SiC TuC EPDM FPM HNBR Druppelhars Gesinterd drukloos CrNiMo-binder Antimoon-geïmpregneerd Druppelhars Gesinterd drukloos CrNiMo-binder Ethyleenpropyleenrubber Fluor-koolstof-rubber Gehydrogeniseerd nitrilrubber Zie voor informatie over combinaties van afdichtingen, types, druk en temperatuur tabel 10 Afdichtingen 2.4 Stroom Nominale stroom DPV De nominaal toegestane motorstroom is te vinden op de typeplaat van de motor. Deze toont het nominale werkbereik van de motor en dient ter bescherming van de motor. Bij het vooraf instellen van de motorbeveiligingsschakelaar kan de werkelijke stroom van de pomp tijdens bedrijf worden gemeten ter bescherming van de pomp/motorcombinatie. Aan de hand van deze stroomwaarde kan de juiste elektrische apparatuur, zoals aandrijving met variabele frequentie, hoofdschakelaar, bedradingsdiameter, enz. worden bepaald. Niet alleen de motor maar ook de pomp moet bij gebruik worden beschermd Maximumstroom DPLHS6 De nominaal toegestane motorstroom staat als l.max. op de typeplaat van de motor. Deze maximaal toegestane stroom toont het maximale werkbereik van de motor en dient ter bescherming van de motor. Ga voorzichtig te werk bij deze manier van toepassen, want niet alleen de motor maar ook de pomp moet bij gebruik worden beschermd. Op de typeplaat van de pomp (label op de huls) kan de 'vereiste motorstroom' worden vermeld en deze kan worden gebruikt voor het vooraf instellen van de motorbeveiligingsschakelaar ter beveiliging van de pomp/motor-combinatie. Aan de hand van deze stroomwaarde kan de juiste elektrische apparatuur, zoals aandrijving met variabele frequentie, hoofdschakelaar, bedradingsdiameter, enz. worden bepaald. 2.5 Aanvullende documentatie Behalve deze handleiding is ook de onderstaande documentatie beschikbaar. Tabel 5: Aanvullende documentatie Document Codering Algemene leveringsvoorwaarden 119 / 1998 DPV Technical Data 50 Hz versie B Technical Data 60 Hz versie B DPLHS Technical Data 50/60 Hz Zie ook 7

8 3 Garantievoorwaarden 3.1 Garantievoorwaarden De garantieperiode wordt bepaald door de voorwaarden in uw contract of ten minste door de algemene voorwaarden. Aanpassingen of wijzigingen met betrekking tot het geleverde product zijn alleen toegestaan na overleg met de fabrikant. Originele en door de fabrikant goedgekeurde reserveonderdelen en accessoires garanderen de veiligheid. Door gebruik van andere onderdelen kan iedere aansprakelijkheid van de fabrikant voor gevolgschade komen te vervallen. De garantie met betrekking tot de betrouwbare werking en veiligheid van het geleverde product is alleen geldig bij gebruik van het product volgens de hiervoor bedoelde toepassingen zoals in de onderstaande paragrafen van deze handleiding beschreven. De in het informatieblad genoemde limieten mogen onder geen enkele voorwaarde worden overschreden. De garantie vervalt als er sprake is van een of meer van de onderstaande punten. De afnemer brengt zelf wijzigingen aan. De afnemer voert zelf reparaties uit of laat die door derden uitvoeren. Het product is onoordeelkundig behandeld of onderhouden. Op het product zijn geen originele reserveonderdelen van Duijvelaar pompen gemonteerd. 8 Duijvelaar pompen repareert defecten onder garantie indien: Deze het gevolg zijn van gebreken in het ontwerp, de materialen of de productie. Deze binnen de garantietermijn worden gemeld. Overige garantiebepalingen zijn opgenomen in de algemene leveringsvoorwaarden. Deze zijn op verzoek beschikbaar.

9 4 Veiligheid en milieu 4.1 Algemeen Dit product is volgens de allernieuwste technologie ontwikkeld en met de uiterste zorg en onder constante kwaliteitscontrole gefabriceerd. Duijvelaar pompen accepteert geen enkele aansprakelijkheid voor schade en letsel veroorzaakt door het niet opvolgen van de in deze handleiding opgenomen aanwijzingen en instructies of onzorgvuldigheid tijdens het installeren, gebruiken en onderhouden van het product. Het niet opvolgen van de veiligheidsinstructies kan de veiligheid van personeel, het milieu en het product zelf in gevaar brengen. Het niet opvolgen van de veiligheidsinstructies kan ook leiden tot het verlies van alle rechten op schadeclaims. Het niet opvolgen van de instructies kan, bijvoorbeeld, leiden tot: het uitvallen van belangrijke functies van de pomp of het systeem, het niet uitvoeren van voorgeschreven onderhouds- en servicewerkzaamheden, letsel bij personen door elektrische, mechanische en chemische invloeden, gevaar voor het milieu als gevolg van lekkage van gevaarlijke stoffen, explosies. Afhankelijk van specifieke werkzaamheden kunnen aanvullende veiligheidsmaatregelen nodig zijn. Neem bij het ontstaan van een mogelijk gevaar tijdens het gebruik contact op met Duijvelaar pompen. De eigenaar van het product is verantwoordelijk voor naleving van lokale veiligheidsvoorschriften en interne bedrijfsrichtlijnen. Niet alleen moeten de in dit hoofdstuk over 'veiligheid' beschreven algemene veiligheidsinstructies worden opgevolgd, maar ook de veiligheidsinstructies die onder specifieke koppen worden uiteengezet. 4.2 Gebruikers Alle werknemers betrokken bij het bedienen, onderhouden, inspecteren en installeren van het product moeten volledig gekwalificeerd zijn voor het uitvoeren van de betreffende werkzaamheden en zich bewust zijn van alle relevante verantwoordelijkheden, bevoegdheden en toezicht. Als de betreffende medewerker nog niet de vereiste kennis heeft, moeten hiervoor geschikte training en instructies worden aangeboden. Indien nodig kan de bediener de fabrikant/leverancier opdracht geven deze training te verzorgen. Daarnaast is de bediener verantwoordelijk voor het verzekeren dat de verantwoordelijke medewerkers de inhoud van de bedieningsinstructies volledig hebben begrepen. 4.3 Veiligheidsvoorzieningen Het product is met de grootst mogelijke zorg ontworpen. Originele onderdelen en accessoires voldoen aan de veiligheidsvoorschriften. Constructiewijzigingen of het gebruik van nietoriginele onderdelen kunnen leiden tot een veiligheidsrisico. Zorg dat het product binnen het werkbereik werkt. Alleen dan is goede werking van het product gegarandeerd Labels op het product De op het product aangebrachte pictogrammen, waarschuwingen en instructies maken deel uit van de veiligheidsvoorzieningen. De labels mogen niet worden verwijderd of afgedekt. Labels moeten gedurende de gehele levensduur van het product leesbaar blijven. Vervang beschadigde labels onmiddellijk. 9

10 4.4 Veiligheidsmaatregelen Tijdens normaal gebruik Neem contact op met het lokale energiebedrijf voor vragen over de elektriciteitsvoorziening. Bescherm de onderdelen die heet kunnen worden zodanig dat direct contact niet mogelijk is. Plaats indien van toepassing altijd nietvervormde koppelingbeschermers ter bescherming van de koppeling voordat u de pomp in gebruik neemt. Zorg dat de koppelingbeschermers nooit met de draaiende koppeling in contact komen. Sluit altijd de aansluitkast van de motor. Sluit indien toepasselijk altijd het bedieningspaneel Tijdens installatie, onderhoud en reparatie Uitsluitend hiervoor bevoegde werknemers mogen het product installeren, onderhouden en inspecteren, en elektrische componenten repareren. Neem de plaatselijke veiligheidsvoorschriften in acht. Ontkoppel voordat u installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden gaat uitvoeren altijd eerst de energietoevoer naar het product. Beveilig deze ontkoppeling. De oppervlakken van een pomp kunnen heet worden na continu bedrijf. Alle veiligheids- en beschermingsvoorzieningen moeten direct na afronding van de werkzaamheden terug worden geplaatst en/of weer in werking worden gesteld. Neem alle in het hoofdstuk 'Inbedrijfstelling/Opstarten' beschreven instructies in acht voordat u het product weer in werking stelt. 4.5 Milieuaspecten Algemeen De producten van Duijvelaar pompen zijn ontworpen om gedurende de gehele levensduur milieuvriendelijk te kunnen functioneren. Gebruik daarom indien toepasselijk altijd biologisch afbreekbare smeermiddelen voor het onderhoud. MILIEU-INSTRUCTIE Handel altijd volgens de wetten, voorschriften en instructies inzake gezondheid, veiligheid en milieu Ontmanteling De eigenaar is verantwoordelijk voor de ontmanteling en milieuvriendelijke afvoer van het product. MILIEU-INSTRUCTIE Informeer bij de lokale overheid naar hergebruik of milieuvriendelijke verwerking van afgedankte materialen. Zorg dat niemand in de buurt van draaiende componenten aanwezig kan zijn bij het starten van een pomp. 10 Behandel een pomp met gevaarlijke vloeistoffen met de grootst mogelijke voorzichtigheid. Voorkom gevaar voor personen of het milieu bij het repareren van lekkages, het aftappen van vloeistof en het ontluchten. Het is raadzaam om een lekbak onder de pomp te plaatsen.

11 5 Inleiding van de pomp 5.1 Modelcode Tabel 6: Voorbeeld modelcode DP VS F 85 /3-1 B Label DP Productlabel Materiaal/Constructie VC Gietijzeren pompvoet en kopstuk hydr. 1,4301 / AISI 304 V Alle natte onderdelen roestvrij staal / AISI 304 VM Alle natte onderdelen roestvrij staal / AISI 304 met gesloten gekoppelde motor VS Alle natte onderdelen roestvrij staal / AISI 316 Aansluitingen E Externe schroefdraad (met ingebouwde terugslagklep) Ovalen flens met interne schroefdraad F Ronde flens V Victaulic koppelingen T Aansluitingen met drie klemmen 85 Maat (capaciteit in m 3 /u bij Q. opt.) /3 Aantal trappen /3-1 Aantal trappen, waarbij één trap met gereduceerde kop B Ontwerpversie B DP LHS Label Aansluitingen DP LHS Verticale pomp van topkwaliteit AISI 316 (1.4401) 40 bar Ronde flenzen DIN of ASME 6 Maat (capaciteit in m 3 /u bij Q. opt.) -200 Aantal trappen (x10) Ontwerpversie 5.2 Beschrijving van het product De serie verticale, enkelvoudige of meertraps centrifugaalpompen is bedoeld voor het pompen van schone of licht bijtende waterachtige media. De aanzuig- en afvoeraansluitingen van de pomp liggen op één lijn, waardoor de pomp eenvoudig te installeren is. Het hydraulische systeem wordt door een elektromotor aangedreven. Alle hydraulische onderdelen van de pomp zijn van roestvrij staal. 5.3 Ecologisch ontwerp Productinformatie volgens Verordening 547/2012 en Richtlijn 2009/125/EG 'Richtlijn Ecologisch Ontwerp' (waterpompen met een maximumasvermogen van 150 kw, geldt uitsluitend voor waterpompen gemarkeerd met de minimale efficiëntie-index MEI, zie de typeplaat van de pomp): Minimale efficiëntie-index: Zie typeplaat, legenda voor typeplaat. Zie tabel 1 Beschrijving typeplaat. De referentiewaarde MEI van een waterpomp met de hoogste efficiëntie is = 0,70. Bouwjaar: Zie typeplaat, legenda voor typeplaat. Zie tabel1 Beschrijving typeplaat. De naam van de fabrikant of het handelsmerk, officieel registratienummer en productielocatie: Zie de handleiding of de besteldocumentatie. Informatie over type en maat van het artikel: Zie tabel 1 Beschrijving typeplaat. Prestatiecurves van de pomp, inclusief efficiëntiekenmerken: Zie de curve in de documentatie. 11

12 De efficiëntie van een pomp met een gecorrigeerde waaier is meestal lager dan die van een pompwaaier met een maximale diameter. Een pomp met een gecorrigeerde waaier is op een bepaald werkpunt aangepast, waarbij het energieverbruik is verlaagd. Minimale efficiëntie-index (MEI) verwijst naar de maximale waaierdiameter. De werking van deze waterpomp bij verschillende werkpunten kan efficiënter en economischer zijn als deze wordt bestuurd met behulp van, bijvoorbeeld, een variabele snelheidsregelaar die de werking van de pomp aan het systeem aanpast. Informatie over demontage, recyclen of afvoeren na definitieve uitschakeling: Zie paragraaf Ontmanteling. Breng voor informatie over de efficiëntiereferentiewaarde of MEI = 0,7 (0,4) referentie-index voor de pomp op basis van het patroon in de afbeelding een bezoek aan: Bediening ID3027 G G 5.4 Gebruik volgens bestemming 12 De pompen DPV zijn geschikt voor het transporteren en verhogen van de druk van koud en warm water zonder slijtage aan onderdelen binnen het aangegeven werkbereik. Transport van vloeistoffen met een andere viscositeit of dichtheid dan water is ook mogelijk. Hiervoor kan een motor met aangepast vermogen nodig zijn. Vraag advies aan Duijvelaar pompen of aan uw distributeur. Ieder ander of verdergaand gebruik van de pomp is niet conform het beoogde gebruik. Duijvelaar pompen accepteert geen enkele aansprakelijkheid voor hieruit voortvloeiende schade of letsel. De pomp is geproduceerd in overeenstemming met de geldende normen en richtlijnen. Gebruik de pomp uitsluitend in een technisch perfecte staat, conform de hieronder beschreven bestemming. Het Beoogde gebruik, zoals vastgelegd in ISO 12100:2010, is het gebruik waarvoor het technische product volgens de specificaties van de fabrikant geschikt is. Het gebruik van het product wordt beschreven in de verkoopbrochure en in de gebruiksaanwijzing. Volg altijd de instructies op zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing. Gebruik in geval van twijfel het product zoals blijkt uit de constructie, uitvoering en functie van het product. A E B Figuur 7: DPVF 85 C F De roterende waaier verlaagt de druk bij de inlaat van de waaier. Deze drukverlaging creëert een stroming door de zuigaansluiting (A). Iedere trap (B) bestaat uit een waaier en een leiwiel. De grootte van de doorgang van de trap bepaalt de capaciteit van de pomp. De diameter van de waaier bepaalt de druk van de trap. Dankzij de modulaire bouw is het mogelijk het voor het vereiste werkpunt meest geschikte aantal waaiers te kiezen. Nadat het medium de laatste waaier heeft verlaten, stroomt het tussen de pomptrappen en de buitenmantel (C) en verlaat de pomp bij de afvoeraansluiting (D). D A/

13 5.6 Meten, aftappen en ontluchten De pomp is voorzien van pluggen voor meten, aftappen en ontluchten. Aansluiting (E) dient voor het aftappen van het inlaatdeel van de pomp of voor het meten van de inlaat/zuigdruk met behulp van een G ¼-aansluiting. Aansluiting (F) dient voor het aftappen van het uitlaatdeel van de pomp of voor het meten van de afvoerdruk met behulp van een G ¼-aansluiting. Aansluitingen (G) dienen voor het ontluchten van het pompsysteem als de pomp niet in werking is of voor het meten van de afvoerdruk van de pomp met behulp van een G 3/8-aansluiting. 5.7 Modulaire keuze Voor optimale overeenstemming met de toepassing wordt de pomp samengesteld uit op basis van hun specificaties geselecteerde modules. De basismodules zijn: Basispompmodel. Definieert de capaciteit en kop, het basismateriaal en de toegestane druken temperatuurwaarden. Aansluitingen. Definieert de aansluitmaat, drukklasse en toegestane temperaturen. Afdichtingen. Definieert het materiaal van de elastomeren, het type asafdichting en de toegestane druk- en temperatuurwaarden. Elektromotor. Definieert alle eisen voor de motor, zoals maat, vermogen, voedingsspanning, frequentie en mogelijke motoraccessoires. Tabel 7: Algemene specificatie van het werkbereik Pomptype DPV Opm erki ng Omgevingstemperatuur [ C] -20 tot Minimale inlaatdruk NPSH vereist + 1 m Viscositeit [cst] Dichtheid [kg/m 3 ] Koeling geforceerde motorkoeling Minimumfrequentie [Hz] 30 Maximumfrequentie [Hz] 60 4 Maximumaantal starten Geluidsemissie Toegestane afmeting van verpompte deeltjes zie het informatieblad van de motor zie het informatieblad van de motor 5 µm tot 1 mm 1. Voorkom bevriezing van de pomp. 2. Als de omgevingstemperatuur de bovenstaande waarde overschrijdt of als de motor zich hoger dan 1000 m boven zeeniveau bevindt, wordt de motorkoeling minder effectief en kan aanpassing van het motorvermogen nodig zijn. Neem voor nader advies contact op met uw leverancier. 3. Afwijkende viscositeit en/of dichtheid kan aanpassing van het motorvermogen vereisen. Neem voor nader advies contact op met uw leverancier. 4. Pompen bestemd voor werking met 50 Hz mogen niet op een voeding van 60 Hz worden aangesloten. 5. Vaak starten/stoppen in het bijzonder in combinatie met hogere drukverschillen (Δp) kan de levensduur van het product verkorten. Neem contact op me uw leverancier voor dergelijke toepassingen. 6. Uitsluitend de geluidsemissie van de motor is gedocumenteerd Werkbereik Het werkbereik is afhankelijk van het basisontwerp van de hydrauliek, het type aansluiting en de afdichtingen. De module in de pomp met de strengste specificatie bepaalt de toegestane druk en temperatuur van het medium in de pomp. De algemene bedrijfsspecificaties kunnen als volgt worden samengevat: Het temperatuurverschil tussen het medium en de pomp mag nooit meer zijn dan 60 C. Vul/verwarm de pomp langzaam, in ieder geval als het temperatuurverschil tussen de pomp en het medium meer is dan 30 C, om de kans op een thermische schok te vermijden. Zie voor een minimum/maximumstroming bij een mediumtemperatuur van 20 o C tabel 8 Minimum/ maximumcapaciteit (Qmin); zie voor hogere temperaturen figuur 8 Minimumcapaciteit vs. temperatuur (als een percentage van Q optimaal) 13

14 Tabel 8: Minimum/maximumcapaciteit (Q min ) maat Q min [m 3 /u] 50 Hz 60 Hz 2-polig 4-polig 2-polig 4-polig Min. Max. Min. Max. Min. Max. Min. Max. 2 0,2 3,3 0,2 4,0 4 0,4 6,5 0,5 7,8 6 0,6 9,0 0,8 10,8 10 1,1 13,2 0,5 6,6 1,3 15,8 0,6 7,9 15 1,6 22,5 0,8 11,3 2,0 27,0 1,0 13,5 25 2,8 35,0 1,4 17,5 3,1 42,0 1,6 21, ,9 27 4,9 65 2,3 32,5 60 5,3 57 2,6 38 6,4 92 3, , ,3 53,9 10, ,1 65, LHS6 0,8 8,6 0,7 8, Q [%] T [ o C] Figuur 8: Minimumcapaciteit vs. temperatuur (als een percentage van Q optimaal) Gedetailleerd werkbereik DPV Zie voor het werkelijke werkbereik van de pomp de typeplaat Asafdichtingsmaterialen type druk 1 [bar] SiC/SiC/EPDM MG-G SiC/SiC/FPM MG-G TuC/Ca/EPDM RMG-G TuC/Ca/FPM 2 M37GN TuC/Ca/EPDM 2 M37GN Explosieveiligheid temperatuur [ C] 1. Naast de asafdichting kunnen andere afdichtingen met verschillende toegestane omstandigheden worden aangebracht. Neem in geval van twijfel contact op met uw leverancier. 2. Uitsluitend LHS6 Deze paragraaf bevat essentiële informatie die bij het installeren van de pomp met toestemming van ATEX in een gevaarlijke omgeving in acht moet worden genomen. Met het oog op de waarschijnlijkheid van het ontstaan van vonken tijdens het losdraaien of aanhalen van moeren en bouten, mag de pomp niet in een explosiegevaarlijke omgeving worden geopend, gesloten of ge(de)monteerd. Als de pomp is voorzien van een ATEXlabel, mag de pomp uitsluitend worden gebruikt voor het pompen van een medium met een geleiding hoger dan 50 ps/m Gedetailleerd werkbereik DPLHS6 Tabel 9: Standaard hydraulisch ontwerp Pomptype Druk [bar] Temperatuur [ C] DPLHS Tabel 10: Afdichtingen Asafdichtingsmaterialen type druk 1 [bar] Sic/Ca/EPDM WRC RMG-G Ca/SiC/EPDM MG-G Ca/SiC/FPM MG-G SiC/Ca/EPDM RMG-G SiC/Ca/FPM RMG-G TuC/TuC/HNBR RMG-G TuC/TuC/FPM RMG-G temperatuur [ C] Algemeen Labels of aanduidingen op de pompmantel en op de motor geven aan of de pomp geschikt is voor gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving. De pomp mag in een in richtlijn 1999/92/EG geclassificeerde zone worden geïnstalleerd. In geval van twijfel bent u verplicht de bovenstaande richtlijn te raadplegen.

15 5.9.2 Aanduiding Inbedrijfstelling (controlelijst) ID2512 U bent verplicht deze punten te controleren voordat u de pomp in werking stelt. Figuur 9: Aanduidingslabel explosieveiligheid Tabel 11: ATEX-markering Aanduiding II Betekenis Productgroep voor bovengronds gebruik met uitzondering van werkzaamheden in mijnen waar explosiegevaar aanwezig is verband met mijngas en/of brandbare stoffen. 2 Categorie 2: Apparatuur in deze categorie is bedoeld voor gebruik op plaatsen met een hoog explosierisico veroorzaakt door mengsels van lucht en gassen, dampen of nevels of door lucht/ stofmengsels. 3 Categorie 3: Apparatuur in deze categorie is bedoeld voor gebruik in gebieden waar explosierisico bestaat als gevolg van mengsels van lucht en gassen, dampen of nevels of lucht/stofmengsels of, als dit risico aanwezig is, dit naar alle waarschijnlijkheid slechts zelden en alleen gedurende een korte periode aanwezig is. G Geschikt voor een explosieve omgeving als gevolg van gas, damp of nevel; niet geschikt voor een omgeving die explosief is als gevolg van stof. T4/T3 Temperatuurklasse: T4 voor een maximumoppervlaktetemperatuur van 135 C T3 voor een maximumoppervlaktetemperatuur van 200 C Mediumtemperatuur De toegepaste ATEX-motor bepaalt de toegestane maximumtemperatuur van de verpompte vloeistof. Zie tabel 12 Maximummediumtemperaturen. Tabel 12: Maximummediumtemperaturen ATEX-markering motor Maximum toegestane mediumtemperatuur Exe T3 60 C Exd T4 100 C Exde T4 100 C Overigen Maximumomgevingstemperatuur van de motor 2512 De ATEX-code van een ATEX pomp met motor (samenstelling) geleverd door DP-Industries staat op de drukmantel van de pomp. Controleer of de ATEX-code van de pomp met motor met de ATEX-specificatie van de motor overeenkomt. Voor ieder onderdeel van de code mag de specificatie de het samenstelling niet hoger zijn dan de specificatie van de motor. Zorg dat de pomp tegen beschadiging van buitenaf wordt beschermd. Zorg dat de mediumtemperatuur de toegestane maximumtemperatuur niet overschrijdt (zie tabel 12 Maximummediumtemperaturen). Maak voor controle en beperking van de temperatuur gebruik van een systeem dat voldoet aan de eisen van EN en dat de pomp bij een te hoge mediumtemperatuur stopt. Bedenk dat de op de typeplaat van de pomp vermelde maximumtemperatuur verwijst naar de technische specificatie van de pomp en niet overeen hoeft te komen met de toegestane maximumtemperatuur van het medium voor ATEX-toepassingen. Maak gebruik van een bewakings- en beperkingssysteem dat voldoet aan de eisen van EN om drooglopen te voorkomen. Dit systeem moet controleren of het medium bij de inlaat van de pomp aanwezig is en de pomp stoppen als geen medium beschikbaar is. Maak gebruik van een bewakings- en beperkingssysteem om te verzekeren dat de maximumstroomsterkte van de motor niet wordt overschreden. Sluit als de motor is uitgerust met een PTC deze op een bewakings- en beperkingssysteem aan. Controleer of de motorkabel geschikt is voor de stroom die de motor verbruikt. Zie de typeplaat van de motor. Controleer of de pomp maximaal met het medium is gevuld (ontlucht). Werk niet met de pomp als gas in de pomp aanwezig is. Controleer de draairichting van de motor. De motor moet rechtsom draaien (gezien vanaf de niet-aandrijfzijde). Deze richting wordt met een pijl op de aandrijflantaarn aangegeven. Voorkom hogere drukwaarden in de pomp dan voor de bedrijfstemperatuur van het medium is toegestaan. De toegestane drukwaarde staat op de typeplaat van de pomp vermeld. 15

16 16 Gebruik de pomp niet bij stromingen lager dan aangegeven in de prestatiecurve (zie de technische documentatie). Gebruik de pomp niet bij stromingen hoger dan aangegeven in de prestatiecurve (zie de technische documentatie). Gebruik de pomp niet met een lagere inlaatdruk dan aangegeven in de eisen van NPSH vereist (NPSH vereist + 1 m). Zie de technische documentatie. Zorg dat de maximumafmetingen van de deeltjes in het medium de in '5.8 Werkbereik' gegeven waarden niet overschrijden. Ontlucht de pomp weer als: De pomp een poosje niet is gebruikt Zich lucht in de pomp heeft verzameld Verkeerde afstelling van de koppeling kan leiden tot storing in de pomponderdelen. Laat de montage en afstelling van de koppeling door een gecertificeerde monteur van de leverancier van de pomp uitvoeren. Controleer of de koppelingbeschermers zijn gemonteerd. Verkeerde montage van de koppelingbeschermers kan leiden tot trillingen tijdens de werking van de pomp of storing in de pomponderdelen. Laat als de koppelingbeschermers (opnieuw) moeten worden gemonteerd dit door een gecertificeerde monteur van de leverancier van de pomp uitvoeren. Zorg dat de pomp en de motoras soepel zonder al te veel geluid lopen (er lopen dus geen onderdelen tegen elkaar). Verkeerde montage van de mechanische afdichting (easy access of cassette) kan leiden tot storing in de pomp. Laat de montage van de cassette/easy access afdichting door een gecertificeerde monteur van de leverancier van de pomp uitvoeren. Zorg dat uitsluitend media worden verpompt die geschikt zijn voor de in de pomp toegepaste afdichtingen en elastomeren (zie technische documentatie). Laat de elektrische installatie van de pomp door een ATEX-gecertificeerde monteur uitvoeren. Controleer of de pomp elektrisch is aangesloten (geaard) op de omliggende onderdelen van de installatie. Controleer regelmatig de toestand van de lagers in de motor en/of het axiaallagerhuis (bijvoorbeeld door middel van trillingsmetingen) om schade aan de loopvlakken/wentellichamen van het lager op te sporen. Stop direct met het gebruik van de pomp als u schade aan een lager van een wentellichaam ontdekt. Tijdens het verpompen van een brandbaar medium mag de temperatuur hiervan niet hoger zijn van de ontstekingstemperatuur minus 50 C. Bedenk dat bij een intensief gebruikte pomp die vervolgens een poosje niet wordt gebruikt bij het weer opstarten lekkage kan ontstaan bij de drukmantel. Verpomp geen verschillende media die onderling chemische reacties kunnen veroorzaken. Als de pomp zonder motor wordt geleverd, bent u verplicht de volgende extra punten te controleren voordat u de pomp in bedrijf stelt: Gebruik een ATEX-gecertificeerde motor voor apparatuurgroep IIG. Het bepalen van de ATEX-code en certificering van de samenstelling is de verantwoordelijkheid van de eigenaar van de pomp/motor. De verschillende onderdelen van de ATEX-code van de samenstelling worden door de laagste specificatie van de pomp of de motor bepaald. Gebruik een motor met een speciaal lager dat bestand is tegen de hoge axiale belastingen van de pompas. Maak indien dit niet het geval is gebruik van een axiaallagerhuis. Gebruik een motor met een nominaal vermogen dat geschikt is voor aandrijving van de pomp bij de bedrijfsfrequentie. Gebruik een motor met de juiste framemaat voor aansluiting op de aandrijflantaarn. Bij levering van een pomp met axiaallagerhuis of alleen een axiaallagerhuis bent u verplicht ook de volgende punten te controleren voordat u de pomp in bedrijf stelt: Verkeerde afstelling van de axiale speling tussen de axiaallagerhuisas en de motoras kan leiden tot te hoge schokkrachten tussen deze assen en/of meer slijtage aan de lagers van wentellichamen. Laat de montage van de elektrische motor op het axiaallagerhuis door een gecertificeerde monteur van de leverancier van de pomp uitvoeren. Als het axiaallagerhuis is voorzien van een smeernippel kan het axiaallager worden gesmeerd. Correcte smering is belangrijk om hoge temperaturen in het lager te voorkomen. Als het axiaallagerhuis van een smeernippel is voorzien, bent u verplicht voor voldoende

17 smering te zorgen door jaarlijks vet aan te brengen. Dit moet vet zijn met een smeltpunt en ontstekingstemperatuur van minimaal 200 C. Installeer de pomp niet horizontaal of ondersteboven. 17

18 6 Transport 6.1 Transport Tabel 13: Transportposities ID3079 ID Vervoer de pomp in de positie zoals aangegeven op de pallet of verpakking. 2. Zorg dat de pomp stabiel staat. 3. Volg de aanwijzingen op de verpakking op (indien aanwezig). Hef de pomp op, indien nodig met behulp van een hijswerktuig en geschikte hijsbanden. Bevestig de banden aan het transportoog op de verpakking, indien aanwezig. Hef de pomp volgens de geldende hijsrichtlijnen op. Alleen hiervoor opgeleide werknemers mogen de pomp opheffen. ID3081 ID3082 Hef de pomp niet op aan de frequentieomvormer (indien geplaatst), elektrische onderdelen of de motorklep. Zorg dat de pomp altijd in balans is. Pompen kunnen tijdens het opheffen kantelen. Verwijder de hefinstallatie niet van de pomp voordat de pomp correct is geplaatst en gemonteerd. 6.2 Opslag / / / Vul de pomp met glycol ter bescherming tegen bevriezing. Tabel 14: Opslag 18 Opslag t omgeving [ C] -10/+40 Max. relatieve luchtvochtigheid 80% bij 20 C niet condenserend Inspectie tijdens opslag 1. Draai de as om de drie maanden en vlak voor de inbedrijfstelling.

19 7 Installatievoorschriften 7.1 De pomp opstellen Vermijd spanning in het pomphuis veroorzaakt door verkeerde uitlijning van het leidingsysteem. Zie de onderstaande tabel. Tabel 15: Toegestane krachten DPV(S)F en DPLHS Type DN Kracht [N] [mm] Fx Fy Fz Σ F V(S)F 2 B V(S)F 4 B V(S)F 6 B V(S)F 10 B V(S)F 15 B V(S)F 25 B V(S)F 40 B PN16/ V(S)F 40 B PN V(S)F 60 B PN16/ V(S)F 60 B PN V(S)F 85 B V(S)F 125 B 16 bar V(S)F 125 B 25/40 bar DPLHS G Tabel 16: Toegestaan aanhaalmoment DPV(S)F en DPLHS Type DN Aanhaalmoment [Nm] [mm] Mx My Mz Σ M V(S)F 2 B V(S)F 4 B V(S)F 6 B V(S)F 10 B V(S)F 15 B V(S)F 25 B V(S)F 40 B PN16/ V(S)F 40 B PN V(S)F 60 B PN16/ V(S)F 60 B PN V(S)F 85 B V(S)F 125 B 16 bar V(S)F 125 B 25/40 bar DPLHS G Toepassing van pompseries DPV(S)F 40 en DPV(S)F 60 is alleen toegestaan in systemen waar geen externe krachten of koppels op de aansluitingen van het pomphuis worden uitgeoefend. Tabel 17: Toegestane krachten DPVCF Type DN Kracht [N] [mm] Fx Fy Fz Σ F VCF 2 B VCF 4 B VCF 6 B VCF 10 B VCF 15 B VCF 25 B VCF 40 B VCF 60 B VCF 85 B VCF 125 B 16 bar VCF 125 B 25/40 bar G Tabel 18: Toegestaan aanhaalmoment DPVCF Type DN Aanhaalmoment [Nm] [mm] Mx My Mz Σ M VCF 2 B VCF 4 B VCF 6 B VCF 10 B VCF 15 B VCF 25 B VCF 40 B VCF 60 B VCF 85 B VCF 125 B 16 bar VCF 125 B 25/40 bar G Voor de waarden in de bovenstaande tabellen wordt aangenomen dat zij gelijktijdig optreden. 19

20 7.1.1 Indicatoren ID3064 ID3078 B Figuur 10: Toegestane krachten G Figuur 11: Pompindicatoren A / Monteer pompen die niet zelfstandig stevig of stabiel kunnen staan op een stevige en stabiele ondergrond. Zet de pomp op de plaatst met de kleinste kans op geluidsoverlast. 1. Plaats en installeer de pomp op een waterpas, stabiel oppervlak in een droge en vorstvrije ruimte. 2. Zorg dat voldoende lucht de koelventilator van de motor kan bereiken. Hiervoor moet de vrije ruimte boven de koelventilator minstens ¼ van de diameter van de luchtinlaat van de ventilatorkap bedragen. 3. Installeer de pomp met tegenflenzen. Voor pompen met niet-genormaliseerde aansluitingen worden tegenflenzen apart meegeleverd. 4. Aanbevolen wordt om een klep op de toevoeren op de persaansluiting van de pomp te installeren. 5. Installeer een terugslagklep om te voorkomen dat medium bij een stilstaande pomp terugstroomt. 6. Zorg dat de inlaat van de pomp nooit verstopt raakt. De volgende motorspecificaties zijn vereist: Verhoogd uitgangsvermogen (indien van toepassing) Versterkte lager aan de aandrijfzijde (om de axiale kracht te kunnen weerstaan) De pijl (A) op de pompvoet geeft de stroomrichting van de vloeistof aan. De pijl (B) op het kopstuk geeft de draairichting van de motor aan Omloopleiding installeren Installeer een omloopleiding als de pomp tegen een gesloten systeem werkt. De vereiste capaciteit van de omloopleiding is minimaal 10% van de optimale volumestroom. Bij hoge bedrijfstemperaturen is een hogere volumestroom nodig. Zie de tabel Minimale volumestromen in de paragraaf Werkbereik en fig. 8 Minimumcapaciteit vs. temperatuur (als een percentage van Q optimaal). 7.2 Een motor op de pomp monteren Aangeraden wordt om een speciaal ontworpen Duijvelaar pompen-motor te gebruiken.duijvelaar pompen Neem voordat u een motor van een ander merk/standaard IEC-norm installeert contact op met Duijvelaar pompen om de bruikbaarheid hiervan te beoordelen. Vaste lager aan de aandrijfzijde (om de axiale speling zo klein mogelijk te maken) Gladde as, geen spiesleuf (voor betere grip van de koppeling en een betere motorbalans)

21 De aanbevolen lagers voor ieder motortype zijn: Tabel 19: Minimumeisen voor motoraangedreven eindlager Lagertype Uitgangs vermoge n Eenfase 50 Hz Driefase 50/60 Hz [kw] 2-polig 4-polig 0, Z-C3 0, Z-C Z-C Z-C3 0, Z-C Z-C Z-C3 0, Z-C Z-C Z-C3 1, Z-C Z-C Z-C3 1, Z-C Z-C Z-C3 2, Z-C Z-C Z-C Z-C Z-C Z-C Z-C3 5, Z-C Z-C3 7, Z-C Z-C , D 1. Verwijder de koppelingbeschermers (681) en de koppelingsschalen (862). 2. Verwijder de afdichtingsbeschermingsbeugel ( ) en het bijbehorende montagemateriaal. Plaats bij pompen met een verloopstuk (722) (met motor van 5,5 kw of meer) de twee bouten ( of901.02) terug om het verloopstuk op de aandrijflantaarn aan te sluiten. Reinig de aandrijflantaarn (341), de as (210), de koppelingsschalen (862) en de motoras grondig. 3. Draai de koppelingsschalen (862) met de koppelingspin (560) losjes op de as (210). Gebruik hiervoor de zeskantinbusschroef (914.01) en de moer (920.01) (gebruik als de pomp is uitgerust met een stalen koppeling nooit dezelfde koppeling opnieuw, maar bestel een nieuwe). 4. Plaats de motor op de aandrijflantaarn (341). 5. Draai de onderste bouten van de koppelingsschalen (862) zo aan, dat de koppeling licht om de motoras klemt. 6. Voor pompserie: DPV Gebruik het juiste type ratel om de koppeling (en het hydraulische systeem) 1,5 boven de laagste positie omhoog te brengen. Neem voor eenvoudige en nauwkeurige afstelling van de koppeling contact op met uw leverancier voor het juiste gereedschap voor het afstellen van hydraulische onderdelen Plaats de motor op zonder motor geleverde pompen met een standaard mechanische afdichting. ID3312/ MIN + 1,5 mm MIN Figuur 13: vaste afdichting C Correcte afdichtingsafstelling max. 1,5 mm boven de laagste positie. 21 Figuur 12: Zonder motor Blokkeer bij motoren van 11 kw of hoger de rotor tijdens het afstellen van de koppeling. Dit garandeert dat de rotor niet uit de lagers wordt getild.

22 7. Voor pompserie: DPLHS6 Gebruik het juiste type ratel om de koppeling (en het hydraulische systeem) maximaal omhoog te brengen en breng deze vanuit deze positie 1 mm omlaag Een motor monteren op een zonder motor en met cassetteafdichting geleverde pomp Figuur 14: De afdichting plaatsen Correcte afdichtingsspanning max. -1 mm lager dan de hoogste positie. 22 Blokkeer bij motoren van 11 kw of hoger de rotor tijdens het afstellen van de koppeling. Dit garandeert dat de rotor niet uit de lagers wordt getild. 8. Draai de koppelingen volledig vast met het gegeven aanhaalmoment (zie 'Aanhaalmomenten' in de bijlagen). Zorg dat de openingen tussen de koppelingen aan beide zijden gelijk zijn (zie de tekening). Figuur 15: Plaats van de koppeling 9. Zet de koppelingbeschermers (681) met de inbusschroeven (914.05) op de aandrijflantaarn (341) vast. 10. Sluit de voeding aan. Zie 7.3 Elektrische installatie Figuur 16: Met motor 1. Verwijder de koppelingbeschermers (681) en de koppelingsschalen (862). 2. Verwijder de afdichtingsbeschermingsbeugel ( ) en het bijbehorende montagemateriaal. Plaats bij pompen met een verloopstuk (722) (met motor van 5,5 kw of meer) de twee bouten ( of901.02) terug om het verloopstuk op de aandrijflantaarn aan te sluiten. Reinig de aandrijflantaarn (341), de as (210), de koppelingsschalen (862) en de motoras grondig. 3. Draai de koppelingsschalen (862) met de koppelingspin (560) losjes op de as (210). Gebruik hiervoor de zeskantinbusschroef (914.01) en de moer (920.01) (gebruik als de pomp is uitgerust met een stalen koppeling nooit dezelfde koppeling opnieuw, maar bestel een nieuwe). 4. Plaats de motor op de aandrijflantaarn (341). 5. Draai de drie cassettetapeinden (904) een slag los. 6. Duw het hydraulische pakket in de onderste positie. 7. Draai de drie cassettetapeinden (904) stevig op de as vast

23 8. Draai de onderste bouten van de koppelingsschalen (862) zo aan dat de koppeling licht om de motoras klemt. 9. Voor pompserie: DPV Gebruik het juiste type ratel om de koppeling (en het hydraulische systeem) 1,5 boven de laagste positie omhoog te brengen. Neem voor eenvoudige en nauwkeurige afstelling van de koppeling contact op met uw leverancier voor het juiste gereedschap voor het afstellen van hydraulische onderdelen. Correcte afdichtingsspanning max. -1 mm lager dan de hoogste positie. Blokkeer bij motoren van 11 kw of hoger de rotor tijdens het afstellen van de koppeling. Dit garandeert dat de rotor niet uit de lagers wordt getild. 11. Draai de koppelingen volledig vast met het gegeven aanhaalmoment (zie 'Aanhaalmomenten' in de bijlagen). Zorg dat de openingen tussen de koppelingen aan beide zijden gelijk zijn (zie de tekening). MIN mm MIN Figuur 17: Cassetteafdichting B Correcte afdichtingsafstelling max. 1,5 mm boven de laagste positie. Blokkeer bij motoren van 11 kw of hoger de rotor tijdens het afstellen van de koppeling. Dit garandeert dat de rotor niet uit de lagers wordt getild. 10. Voor pompserie: DPLHS6 Gebruik het juiste type ratel om de koppeling (en het hydraulische systeem) maximaal omhoog te brengen en breng deze vanuit deze positie 1 mm omlaag. Figuur 19: Plaats van de koppeling 12. Monteer de koppelingbeschermers (681) met de inbusschroeven (914.05) op de aandrijflantaarn (341). 13. Sluit de voeding aan. Zie 7.3 Elektrische installatie. 7.3 Elektrische installatie Volgens de lokale voorschriften mogen uitsluitend hiervoor bevoegde werknemers elektrische aansluitingen op de motor aanleggen. Figuur 18: De afdichting plaatsen Sluit de motor aan volgens figuur 20 Motoraansluitingen en controleer altijd de draairichting. 23

24 Elektrische aansluitingen: Controleer of de motorspecificaties met de voeding waarop de pompmotor wordt aangesloten overeenkomen. Raadpleeg Elektrische aansluitschema s voor het juiste aansluitschema. Sluit de motor aan met een motorbeveiligingsschakelaar. Het voorbeeld kan van de gekozen motor verschillen ID2482 Figuur 20: Motoraansluitingen A PTC-aansluiting STM 140 EK: Standaardmotoren van 3 kw en meer zijn voorzien van een PTC-thermistor. Raadpleeg tabel 20 Technische gegevens PTC STM 140 EK. Sluit de PTC op een thermistorrelais aan. Tabel 20: Technische gegevens PTC STM 140 EK 24 Waarde t n [ o C] 140 R 20 C [Ώ] ~ 20 R tn-20 C [Ώ] ~ 250 R tn-20 C [Ώ] < 550 R tn+5 C [Ώ] > 1330 R tn+15 C [Ώ] > 4000 U n [VDC] 2,5 < U < 30

25 7.4 In bedrijf stellen Schakel de pomp uit als deze niet maximaal is gevuld In een open circuit met een vloeistofniveau lager dan de pomp ID0241 Ontlucht de pomp en de zuigleiding. Vul de pomp en de zuigleiding met het medium. B A Gezien vanaf de bovenzijde van de motor moet de pomp rechtsom draaien. Zie 7.1.1Indicatoren20 (B). Bij een driefasenmotor kan de draairichting worden gewijzigd door twee van de drie fasedraden te wisselen In een open of gesloten circuit met voldoende voordruk Figuur 22: Voorbeeld: Vloeistofniveau lager dan pomp ID241 ID0239 C B A 1. Verwijder de vulplug (B) uit het kopstuk. 2. Sluit de persafsluiter (A). 3. Vul het pomphuis via de vulplug maximaal met de te verpompen vloeistof. 4. Draai de vulplug (B) in het kopstuk. 5. Controleer de draairichting van de pomp. 6. Open de persafsluiter (A). Figuur 21: Voorbeeld: Pomp met open of gesloten circuit 1. Sluit de toevoerafsluiter (C) en de persafsluiter (A). 2. Open de vulplug (B). 3. Open geleidelijk de toevoerafsluiter tot de vloeistof uit de vulplug (B) vloeit. 4. Sluit de vulplug. 5. Open de toevoerafsluiter maximaal. 6. Controleer de draairichting van de pomp. 7. Open de persafsluiter (A) maximaal. ID Na een lange periode van stilstand of opslag Controleer tijdens de eerste start de mechanische afdichtingen op lekkage als gevolg van een vastzittende of uitgedroogde smeerlaag. Ga indien dit het geval is als volgt te werk: 1. Draai de as met de hand; 2. Controleer of de mechanische afdichting nog steeds lekt. Als de mechanische afdichting nog steeds lekt: 1. Demonteer de mechanische afdichting. 2. Reinig en ontvet de loopvlakken grondig. 3. Plaats de mechanische afdichting terug en probeer de pomp nogmaals te starten. Als hiermee de lekkende as nog niet is opgelost, is vervanging van de mechanische afdichting noodzakelijk. 25

26 8 Bediening 8.1 Bediening De pomp wordt extern bestuurd en vereist daarom geen begeleiding bij de bediening. 26

Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS

Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS Verticale meertrapscentrifugaalpompen Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS Inhoudsopgave 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord... 4 1.2 Pictogrammen en symbolen... 4 2 Identificatie,

Nadere informatie

Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften serie: DPV en DPLHS

Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften serie: DPV en DPLHS Verticale meertrapscentrifugaalpompen Installatie- en bedieningsvoorschriften serie: DPV en DPLHS Inhoudsopgave 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord... 4 1.2 Pictogrammen en symbolen... 4 2 Identificatie,

Nadere informatie

Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS

Verticale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS Verticale meertrapscentrifugaalpompen Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPV en DPLHS Inhoudsopgave 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord 1.2 Pictogrammen en symbolen 2 Identificatie,

Nadere informatie

Besturings-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DP-Messenger

Besturings-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DP-Messenger Besturings-units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DP-Messenger Inhoudsopgave 1: Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2: Identificatie, service en technische ondersteuning

Nadere informatie

Horizontale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPHM(C)

Horizontale meertrapscentrifugaalpompen. Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPHM(C) Horizontale meertrapscentrifugaalpompen Installatie- en bedieningsvoorschriften series: DPHM(C) Inhoudsopgave 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie,

Nadere informatie

Verticale insteekpomp. Installatie- en bedieningsvoorschriften Serie: VCI

Verticale insteekpomp. Installatie- en bedieningsvoorschriften Serie: VCI Verticale insteekpomp Installatie- en bedieningsvoorschriften Serie: VCI Inhoudsopgave 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord... 4 1.2 Pictogrammen en symbolen... 4 2 Identificatie, service en technische

Nadere informatie

Verticale meertraps centrifugaalpompen. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DPVE/DPV(S)/DPVCF/DPLHS

Verticale meertraps centrifugaalpompen. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DPVE/DPV(S)/DPVCF/DPLHS Verticale meertraps centrifugaalpompen Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DPVE/DPV(S)/DPVCF/DPLHS DPVE DPV(S) DPVCF DPLHS Inhoudsopgave 1 Inleiding van de handleiding 1.1 Voorwoord... 4 1.2 Pictogrammen

Nadere informatie

TECHNISCHE HANDLEIDING

TECHNISCHE HANDLEIDING Pagina 1 van 6 Pagina 2 van 6 INHOUDSOPGAVE 1. OMSCHRIJVING... 3 2. ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES... 3 3. TECHNISCHE GEGEVENS... 3 4. INSTALLATIE EN BEDIENING... 3 5. ONDERHOUD... 5 6. ALGEMENE VOORWAARDEN...

Nadere informatie

Meertraps centrifugaal pompen DPV

Meertraps centrifugaal pompen DPV Meertraps centrifugaal pompen DPV Technisch specificatieboek Reeksen: DPV(C/S) 2-4 - 6-1 - 15-25 - 4-6 - 85-125 5 Hz (DIN/IEC) Inhoudsopgave 1 Pomp introductie 1.1 Algemeen... 5 1.2 Typesleutel... 5 1.3

Nadere informatie

Hydro-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Eco Break-units

Hydro-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Eco Break-units Hydro-units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Eco Break-units Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 1.3 Identificatie, service en technische ondersteuning...

Nadere informatie

Brand-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: FU 1 PB Eco Line

Brand-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: FU 1 PB Eco Line Brand-units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: FU 1 PB Eco Line Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische ondersteuning

Nadere informatie

de dynamiek van water dpv verticale meertraps centrifugaal pompen

de dynamiek van water dpv verticale meertraps centrifugaal pompen de dynamiek van water dpv verticale meertraps centrifugaal pompen de kracht van innovatie De kunst van watertransport is de juiste oplossing met maximale efficiency te vinden voor iedere situatie. Onze

Nadere informatie

de dynamiek van water dpv verticale pompen Jansen Pompentechniek T: +31(0) E:

de dynamiek van water dpv verticale pompen Jansen Pompentechniek T: +31(0) E: de dynamiek van water dpv verticale pompen 2 de kracht van innovatie De kunst van watertransport is de juiste oplossing met maximale efficiency te vinden voor iedere situatie. Onze reeks verticale meertraps

Nadere informatie

INHOUD. CE Verklaring van Overeenstemming 8. 2

INHOUD. CE Verklaring van Overeenstemming 8.  2 INHOUD 1. Algemene veiligheid 3 2. Kenmerken 3 3. Beperkingen 3 4. Algemene informatie 3 5. Installatie 4 6. Werking 5 7. Elektrische specificaties 6 8. Rendement 6 9. Probleemoplossing 6 10. Onderdelenlijst

Nadere informatie

Hydro-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-units - DPVME PW

Hydro-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-units - DPVME PW Hydro-units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-units - DPVME PW Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische ondersteuning

Nadere informatie

Dompelpompen. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DVV

Dompelpompen. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DVV Dompelpompen Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DVV Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 4 1.2 Pictogrammen en symbolen... 4 2 Identificatie, service en technische ondersteuning 2.1 Het

Nadere informatie

Vuilwater-Units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Vuilwater-Unit VUN1

Vuilwater-Units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Vuilwater-Unit VUN1 Vuilwater-Units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Vuilwater-Unit VUN1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische ondersteuning

Nadere informatie

Handleiding Harmopool Whirlpool Spa Pomp : ZFPX5200 -ZFPX ZFPX5220

Handleiding Harmopool Whirlpool Spa Pomp : ZFPX5200 -ZFPX ZFPX5220 Aangeboden door: Zwembad BVBA Industrieweg 9 3190 Boortmeerbeek België www.harmopool.eu Handleiding Harmopool Whirlpool Spa Pomp : ZFPX5200 -ZFPX5210 - ZFPX5220 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Veiligheidsinstructies...

Nadere informatie

Hydro-units / Brand-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: HU1 / FU1 PS Eco Line

Hydro-units / Brand-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: HU1 / FU1 PS Eco Line Hydro-units / Brand-units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: HU1 / FU1 PS Eco Line Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische

Nadere informatie

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding Bedienings- en montagehandleiding Woord vooraf Deze handleiding geeft inzicht in de werking, de montage en het onderhoud van de door Geha bv geleverde apparaten. U dient zich tijdens plaatsing en montage

Nadere informatie

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies 1 2 Inhoud 1. Veiligheidsinstructies... 3 2. Gebruik volgens de voorschriften... 4 3. Omschrijving... 4 4. Toepassingstabel... 4 5. Montage... 4 5.1 Omschrijving van de onderdelen... 5 5.2 Meeneemring

Nadere informatie

Hydro units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Home-Unit Pro

Hydro units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Home-Unit Pro Hydro units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Home-Unit Pro Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische ondersteuning

Nadere informatie

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies HANDLEIDING Sesame Thermoplastic Tank Technologies INSTALLATIE- EN GEBRUIKSAANWIJZING INHOUD 1. ALGEMEEN 3 2. BELANGRIJK 3 3. INSTALLATIE EXPANSIEVAT 4 4. GEBRUIK EXPANSIEVAT 5 5. VERVANGEN LUCHTCEL 5

Nadere informatie

VLR. Toepassingen. Motor. Identificatiecodes VERTICALE MEERCELLIGE CENTRIFUGAALPOMPEN IN ROESTVRIJ STAAL AISI 316

VLR. Toepassingen. Motor. Identificatiecodes VERTICALE MEERCELLIGE CENTRIFUGAALPOMPEN IN ROESTVRIJ STAAL AISI 316 VERTICALE MEERCELLIGE CENTRIFUGAALPOMPEN IN ROESTVRIJ STAAL AISI 316 De serie VLR zijn verticale meertraps centrifugaalpompen met inline zuig en persaansluitingen met elektromotor. Geheel in RVS AISI 316

Nadere informatie

Hydro-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-unit - DW

Hydro-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-unit - DW Hydro-units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-unit - DW Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 1.3 Identificatie, service en technische ondersteuning...

Nadere informatie

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107 Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT Modelnr.: *688.107 GEBRUIKSAANWIJZING Om volledig gebruik te maken van de mogelijkheden en storingen tot het minimum te beperken raden wij u aan om de gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Festec FNS hydraulische moerensplijter

Gebruikershandleiding Festec FNS hydraulische moerensplijter 1 1.0 Ontvangstcontrole Controleer alle onderdelen op transportschade. Indien er sprake is van transportschade waarschuw dan onmiddellijk de vervoerder. Transportschade valt niet onder de garantie. De

Nadere informatie

Gebruikershandleiding.

Gebruikershandleiding. Gebruikershandleiding. Fabrikant: Gispen International BV Parallelweg west 23 Postbus 30 NL 4100 AA Culemborg Holland. Type aanduiding: IC 2007 Elektrisch Hoogteverstelbare tafel. Bouwjaar: 2007 Versie

Nadere informatie

dpvci verticale insteekpomp

dpvci verticale insteekpomp de dynamiek van water dpvci verticale insteekpomp 2 de kracht van innovatie Het efficiënt koelen, smeren en reinigen van gereedschappen en producten met het maximaal haalbare pomprendement en optimale

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding Fabrikant: Gispen Parallelweg West 23 Postbus 30 NL 4100 AA Culemborg Holland. Type aanduiding: Gispen TM elektrisch hoogte verstelbare tafel (met het bedieningspaneel in het tafelblad)

Nadere informatie

Glijringpakking dubbelwerkend, overeenkomstig DIN EN 12756

Glijringpakking dubbelwerkend, overeenkomstig DIN EN 12756 Serie SCK MONTAGE- EN GEBRUIKSAANWIJZING Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Glijringpakking dubbelwerkend, overeenkomstig DIN EN 12756 Bewaren voor toekomstig gebruik! Deze gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Vuilwater-Units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Vuilwater-Unit VUN1

Vuilwater-Units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Vuilwater-Unit VUN1 Vuilwater-Units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Vuilwater-Unit VUN1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische ondersteuning

Nadere informatie

HANDLEIDING ATEX Explosionproof

HANDLEIDING ATEX Explosionproof Nederlands Versie10/2016 Blz. 1/16 393165.00 Inhoudsopgave 1. Fabrikant 3 2. Voorwoord 3 3. Beschrijving 4 4. Certificering en Markering 4 5. Voorwaarden voor veilig gebruik 4 6. Typesleutel 5 7. Omschrijving

Nadere informatie

ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN

ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN VOOR HUISHOUDELIJK GEBRUIK VEILIGHEIDSINSTRUCTIES De fabrikant adviseert een juiste toepassing van de verlichtingsarmaturen!

Nadere informatie

Adapters en verloopmoeren van metaal

Adapters en verloopmoeren van metaal Adapters en verloopmoeren van metaal Bedieningshandleiding Extra talen www.stahl-ex.com Inhoudsopgave 1 Algemene gegevens...3 1.1 Fabrikant...3 1.2 Gegevens over de bedieningshandleiding...3 1.3 Andere

Nadere informatie

INSTALLATIE- EN ONDERHOUDSINSTRUCTIES

INSTALLATIE- EN ONDERHOUDSINSTRUCTIES 01/18 INSTALLATIE- 1 EN ONDERHOUDSINSTRUCTIES VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK Om veiligheid en een lange levensduur van dit product te garanderen, zal u de bijgesloten instructies strikt in acht moeten nemen.

Nadere informatie

Brand-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: FU 1

Brand-units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: FU 1 Brand-units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: FU 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 1.3 Identificatie, service en technische ondersteuning... 3 1.4

Nadere informatie

MIDDENSPANNINGSBORD HET MODULAIR CONCEPT

MIDDENSPANNINGSBORD HET MODULAIR CONCEPT MIDDENSPANNINGSBORD HET MODULAIR CONCEPT Hijs- & transporthandleiding MEDIUM VOLTAGE SWITCHGEAR, BUILT TO LAST SGC nv - SwitchGear Company - Moorstraat 24 - B-9850 Nevele, BELGIE Tel: +32 (0)9/321.91.12

Nadere informatie

Handleiding. Bij het installeren en / of samenbouwen van de apparatuur moet voor de ingebruikname alle veiligheidscomponenten zijn aangebracht.

Handleiding. Bij het installeren en / of samenbouwen van de apparatuur moet voor de ingebruikname alle veiligheidscomponenten zijn aangebracht. Woord vooraf Handleiding Het doel van deze handleiding is de gebruiker een inzicht te geven in de werking, montage en het onderhoud van de door Geha bv geleverde apparaten. Voordat u begint met de plaatsing

Nadere informatie

Gebruiksaanwijziging. SPEED 70 AUT Bestelnr

Gebruiksaanwijziging. SPEED 70 AUT Bestelnr p r o e q u i p m e n t Gebruiksaanwijziging SPEED 70 AUT Bestelnr. 6010358 CE www.contimac.be INHOUD 1. Veiligheid 3 2. Eerste controle 3 3. Gebruiksvoorwaarden 4 4. Installatie 4 5. Elektrische verbindingen

Nadere informatie

Gebruikershandleiding.

Gebruikershandleiding. Gebruikershandleiding. Fabrikant: Gispen International BV Parallelweg west 23 Postbus 30 NL 4100 AA Culemborg Holland. Type aanduiding: IC 2007 Elektrisch Hoogteverstelbare tafel. Bouwjaar: 2013 Versie

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing BullDuster

Gebruiksaanwijzing BullDuster Gebruiksaanwijzing BullDuster 1 Inhoudsopgave Pagina Introductie / Algemeen 2 Bediening / Filters 3 Accessoires 4 Vervangtabel filters 4 Garantie 4 Probleemoplossing 4 Conformiteitsverklaring 4 Introductie

Nadere informatie

Montage handleiding Meskantafsluiters

Montage handleiding Meskantafsluiters Montage handleiding Meskantafsluiters MONTAGEKLARE ACCESSOIRES Montagekit Een groot assortiment accessoires beschikbaar in montagekit voor DN 300. Magneetklep Snelle montage van magneetklep Standmelding

Nadere informatie

Bedrijfsvoorschriften

Bedrijfsvoorschriften 1 Inhoud 2 Inleiding 2 2.1 Gebruiksdoel 2 2.2 Toepassingsgebied 2 2.3 Te ontraden gebruik 2 3 Veiligheid 2 4 Transport en opslag 2 5 Installatievoorschriften 2 5.1 Plaatsing 2 5.2 Inbouw in leidingwerk

Nadere informatie

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING SBM3 / 125.505 SBM4 / 125.510 SBM6 / 125.520 INHOUDSOPGAVE 1. DOEL en BEREIK 2. AANSPRAKELIJKHEID 3. AANWIJZINGEN 4. BASISEIGENSCHAPPEN

Nadere informatie

NL... Horizontaal tilsysteem. Vers. 3.00

NL... Horizontaal tilsysteem. Vers. 3.00 NL.... Horizontaal tilsysteem Vers. 3.00 Horizontaal tilsysteem, 350 kg Artikelnrs.: 28456 met traploos regelbare gewichtsafstelling 28466 met 10 verschillende tilposities 1.00.... Doel en gebruik....

Nadere informatie

Montage-, gebruikers- en onderhoudshandleiding BDA 04

Montage-, gebruikers- en onderhoudshandleiding BDA 04 Montage-, gebruikers- en onderhoudshandleiding BDA 04 Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens de beveiligde diagnosekoppeling BDA 04 te monteren en te gebruiken. Bij het niet naleven van deze handleiding

Nadere informatie

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 Uitvoering 3 Installatie 3 Vullen 5 Starten ( eerste keer) 5 Starten ( normaal gebruik) 5

Nadere informatie

Magneetklep DN15 t/m DN150

Magneetklep DN15 t/m DN150 Madas type EVP(C)/NC Magneetklep DN15 t/m DN150 Kenmerken Aansluiting schroefdraad G1/2 t/m G2 EN10226 Aansluitingen flenzen DN25 t/m DN150 PN16 ISO 7005 Maximale inlaatdruk 200 mbar optioneel 360 mbar

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding TTV4500 HP Dryfast Kreekweg 22 NL - 3133 AZ - Vlaardingen Tel: +31-(0)10-4261410 Fax: + 31-(0)104730011 Website: www.dryfast.nl E-mail: info@dryfast.nl Dryfast Klein Siberiëstraat

Nadere informatie

Glijringpakking RG-4 stationair, enkelwerkend

Glijringpakking RG-4 stationair, enkelwerkend Serie SCK MONTAGE- EN GEBRUIKSAANWIJZING Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Glijringpakking RG-4 stationair, enkelwerkend Bewaren voor toekomstig gebruik! Deze gebruiksaanwijzing voor

Nadere informatie

Montage- en gebruiksaanwijzing

Montage- en gebruiksaanwijzing Montage en gebruiksaanwijzing Cooper Safety BV Postbus 3397 4800 DJ Breda Nederland Tel. +31 (0)76 750 53 00 Fax +31 (0)76 587 14 22 www.coopersafety.nl Pagina 1 1. Algemene opmerkingen 1.1 Korte beschrijving

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK Hartelijk dank voor de aankoop van dit product van JB Systems. Lees deze gebruiksaanwijzing zeer zorgvuldig door, om volledig van alle mogelijkheden te kunnen profiteren. EIGENSCHAPPEN Gebruikersvriendelijke

Nadere informatie

Break-Units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-Units - DPV(M)E AB onderbreker

Break-Units. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-Units - DPV(M)E AB onderbreker Break-Units Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: Break-Units - DPV(M)E AB onderbreker Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Voorwoord... 3 1.2 Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische

Nadere informatie

INSTALLATIE INSTRUCTIES VOOR VLINDERKLEPPEN

INSTALLATIE INSTRUCTIES VOOR VLINDERKLEPPEN OI BV-B10/12 / 04 05 09 pag 1/7 Deze installatie instructies zijn van toepassing op vlinderkleppen van Belven NV Wafer & Lug type - met nominale diameter DN 32-DN 1200 - NPS 1 1/4 tot NPS 48 1. Veiligheid

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING. Europese Modellen HI 120 Amerikaanse Modellen HI 48. WAARSCHUWING Lees deze handleiding voordat u de machine gebruikt.

GEBRUIKSAANWIJZING. Europese Modellen HI 120 Amerikaanse Modellen HI 48. WAARSCHUWING Lees deze handleiding voordat u de machine gebruikt. GEBRUIKSAANWIJZING Europese Modellen HI 120 Amerikaanse Modellen HI 48 Lees deze handleiding voordat u de machine gebruikt. NL 9124338 / 1804 Herkomst De oorspronkelijke instructies voor deze handleiding

Nadere informatie

Documentatie. magneetventielen

Documentatie. magneetventielen magneetventielen 1. Inhoudsopgave 2. Technische specificaties 3 3. Detail tekening 4 4. Kleptypes 5 5. Functie types 5 6. Omschrijving 5 7. Waarschuwingen 6 8. Installatie 7 9. Onderhoud 7 10. Afmetingen

Nadere informatie

DRAAITAFEL DT-1000.INOX/ALU DT-1200.INOX/ALU DT-1500.INOX/ALU HANDLEIDING

DRAAITAFEL DT-1000.INOX/ALU DT-1200.INOX/ALU DT-1500.INOX/ALU HANDLEIDING DRAAITAFEL DT-1000.INOX/ALU DT-1200.INOX/ALU DT-1500.INOX/ALU HANDLEIDING NL DRAAITAFEL DT-1000 / DT-1200 / DT-1500 INOX/ALU handleiding VOORWOORD Deze gebruiksaanwijzing is opgesteld door FT Solutions

Nadere informatie

Magneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken

Magneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken Madas type EVO/NC Magneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken Aansluiting schroefdraad G3/8, G1/2 of G3/4 Maximale inlaatdruk 200 mbar Temperatuur bereik - 15 o C tot + 60 o C, energiebesparende versie -

Nadere informatie

CEEPEE 15 K / G / M. Montagevoorschrift condenswaterpomp

CEEPEE 15 K / G / M. Montagevoorschrift condenswaterpomp Montagevoorschrift condenswaterpomp CEEPEE 15 K / G / M Zelfaanzuigend tot 1,5 m Opvoerhoogte 9 m / 18 m. Universeel toepasbaar Zeer laag geluidsniveau 1 Het beoogde gebruik De condenswaterpomp is bedoeld

Nadere informatie

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1 bu USV 5/4 bu USV 6/4 bi Installatie- en gebruikershandleiding NL 3 WEG- OMSCHAKELKLEP voor warmtapwaterlading USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi A.u.b. eerst lezen Deze handleiding bevat belangrijke aanwijzingen voor het gebruik

Nadere informatie

KEYSTONE. CompoSeal-vlinderafsluiters, ringtype Handleiding voor installatie & onderhoud. www.pentair.com/valves. Lees deze instructies zorgvuldig

KEYSTONE. CompoSeal-vlinderafsluiters, ringtype Handleiding voor installatie & onderhoud. www.pentair.com/valves. Lees deze instructies zorgvuldig KEYSTONE Lees deze instructies zorgvuldig Dit symbool geeft belangrijke mededelingen en veiligheidsinstructies aan. Beoogd gebruik De afsluiter is bedoeld om uitsluitend te worden gebruikt in toepassingen

Nadere informatie

Handleiding Zelfaanzuigende e-she pomp

Handleiding Zelfaanzuigende e-she pomp 15-11-2016 Versie 2.0 Handleiding Zelfaanzuigende e-she pomp Pagina 1 van 9 blz.1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding... 3 2. Uitvoeringen... 3 3. Installatie... 3 4. Inbedrijfstelling... 5 4.1.

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Trapleuning met LED module verlichting

Gebruiksaanwijzing Trapleuning met LED module verlichting Gebruiksaanwijzing Trapleuning met LED module verlichting Proficiat met de aankoop van uw trapleuning met LED verlichting! Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door en neem de gebruiksinstructies te

Nadere informatie

Handleiding. UT 16A en UT 18A Afzuigboxen

Handleiding. UT 16A en UT 18A Afzuigboxen Handleiding UT 16A en UT 18A Afzuigboxen Inhoudsopgave Montage en ingebruikname...3 Storing en reparatie...4 Garantie...5 Conformiteitverklaring...6 Montage en ingebruikname Controleer alle onderdelen

Nadere informatie

Roll Up 28 WT. Ref A. EN Instructions NL Handleiding IT Manuale SV Bruksanvisning NO Bruksanvisning DA Brugsvejledning FI Käyttöohje

Roll Up 28 WT. Ref A. EN Instructions NL Handleiding IT Manuale SV Bruksanvisning NO Bruksanvisning DA Brugsvejledning FI Käyttöohje Roll Up 28 WT Ref. 5122340A EN Instructions NL Handleiding IT Manuale SV Bruksanvisning NO Bruksanvisning DA Brugsvejledning FI Käyttöohje Copyright 2013 Somfy SAS. All rights reserved - V1-02/2013 1 INHOUD

Nadere informatie

Dompelpompen. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DVV

Dompelpompen. Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DVV Dompelpompen Bedienings- en bedrijfsvoorschriften serie: DVV Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1: Voorwoord... 3 1.2: Pictogrammen en symbolen... 3 2 Identificatie, service en technische ondersteuning 2.1: Identificatie,

Nadere informatie

TA-COMPACT-P. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV)

TA-COMPACT-P. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV) Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV) IMI TA / Regelafsluiters / De drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter verzekert u van

Nadere informatie

INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R. tuinpompen

INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R. tuinpompen INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R tuinpompen Hartelijk dank! 2 Hartelijk dank dat u voor een EUROM TP tuinpomp gekozen hebt. U hebt daarmee een goede keus gemaakt! Wij hopen dat hij tot uw volle tevredenheid

Nadere informatie

AK 45 Gebruiksaanwijzing 810532-00

AK 45 Gebruiksaanwijzing 810532-00 AK 45 Gebruiksaanwijzing 810532-00 Opstart-aflaatklep AK 45 Doorstroomdiagram 1000 800 600 500 400 1 300 Doorstroming [kg/h] 200 100 0,1 0,2 0,3 0,4 0,5 0,6 0,8 1 2 Verschildruk [bar] 1 Maximale doorstroomhoeveelheid

Nadere informatie

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud Voor installatie moeten deze instructies volledig zijn gelezen en begrepen Inhoud 1 Optionele module 13: driedraads module.. 1 2 Installatie... 2 3 OM13-module instellen en configureren... 8 4 OM13-pakketten...

Nadere informatie

MS Semen Storage Pro

MS Semen Storage Pro MS Semen Storage Pro 150 4508425 NL MS Semenstorage PRO 150 Gebruiksaanwijzing... 3 4508425/11-01-2016/F Inhoud MS Semen Storage Pro 150... 1 Bepalingen... 3 Introductie... 4 MS Semen Storage... 5 Aanbevelingen...

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Trapleuning met LED module verlichting met ingebouwde afstandsbediening

Gebruiksaanwijzing Trapleuning met LED module verlichting met ingebouwde afstandsbediening Gebruiksaanwijzing Trapleuning met LED module verlichting met ingebouwde afstandsbediening Proficiat met de aankoop van uw trapleuning met LED verlichting en ingebouwde afstandsbediening! Lees deze gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Hogedruk-inline-pomp. Movitec. ATEX-uitvoering. Bedrijfs-/Montagevoorschrift

Hogedruk-inline-pomp. Movitec. ATEX-uitvoering. Bedrijfs-/Montagevoorschrift Hogedruk-inline-pomp Movitec ATEX-uitvoering Bedrijfs-/Montagevoorschrift Impressum Bedrijfs-/Montagevoorschrift Movitec Origineel bedrijfsvoorschrift Alle rechten voorbehouden. De inhoud mag zonder schriftelijke

Nadere informatie

TECHNISCHE HANDLEIDING

TECHNISCHE HANDLEIDING Pagina 1 van 6 Pagina 2 van 6 INHOUDSOPGAVE 1. OMSCHRIJVING... 2 2. ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES... 2 3. TECHNISCHE GEGEVENS... 3 4. INSTALLATIE EN BEDIENING... 3 5. ONDERHOUD... 5 6. ALGEMENE VOORWAARDEN...

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Hijsframe t.b.v. trapgat Versie 1, 02-2007

Gebruikershandleiding Hijsframe t.b.v. trapgat Versie 1, 02-2007 Pagina : 1 van 5 Gebruikershandleiding Hijsframe t.b.v. trapgat Versie 1, 02-2007 Smit Polyweb Boerkensleen 23 b 4705 RL Roosendaal The Netherlands T +31 (0)165-544770 F +31 (0)165-565244 Pagina : 2 van

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING. Europese Modellen MD 60/100/120 3/4/5 Amerikaanse Modellen MD 24/40/48 3/4/5

GEBRUIKSAANWIJZING. Europese Modellen MD 60/100/120 3/4/5 Amerikaanse Modellen MD 24/40/48 3/4/5 GEBRUIKSAANWIJZING Europese Modellen MD 60/100/120 3/4/5 Amerikaanse Modellen MD 24/40/48 3/4/5 Lees deze handleiding voordat u de machine gebruikt. NL 9124098 / 1707 Herkomst De oorspronkelijke instructies

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING GEBRUIKERSHANDLEIDING Warmwater circulatie-unit O DVU 3 kw 230 V INHOUDSOPGAVE Voorwoord pag. 4 Inleiding pag. 5 Technische specificaties pag. 5 Veiligheidsvoorzieningen en instructies pag. 6 Werking van

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding TTV 4500 Dryfast BV Kreekweg 22 3133AZ Vlaardingen Tel: +31-(0)10-4261410 Fax: +31- (0)104730011 www.dryfast.nl E-mail: info@dryfast.nl Inhoudsopgave 1. Algemene informatie 2. Veiligheid

Nadere informatie

MT ELEKTRONISCHE REGELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften

MT ELEKTRONISCHE REGELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften Montage & gebruiksvoorschriften Inhoudstafel VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN 3 PRODUCTBESCHRIJVING 4 ARTIKEL CODE 4 GEBRUIKSTOEPASSING 4 TECHNISCHE GEGEVENS 4 STANDAARDEN 4 OPERATIONELE DIAGRAMMEN

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Pneumatische slagmoersleutel EG2460 (1/2 ) EG2480 (3/8 )

Gebruikershandleiding Pneumatische slagmoersleutel EG2460 (1/2 ) EG2480 (3/8 ) Gebruikershandleiding Pneumatische slagmoersleutel EG2460 (1/2 ) EG2480 (3/8 ) Beste Klant, Hartelijk dank voor het vertrouwen dat u toont met de aankoop van uw nieuwe Eagle luchtgereedschap. Elk Eagle

Nadere informatie

* /1 * /1 * x40

* /1 * /1 * x40 Item: *710.020 1/1 *710.021 2/1 *710.022 60x40 1. Inhoud 1. Instructie waarschuwingen... 2 2. Waarschuwingen voor een veilig en juist gebruik... 2 3. Garantie... 2 4. Installatie... 3 4.1 Technische eigenschappen...

Nadere informatie

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11 Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT Condensaat management waarschuwingssysteem ALGEMENE WERKING 03/11 De WARNER-LT is een condensaat management waarschuwingssysteem. Condensaat management speelt

Nadere informatie

Installatie & Onderhoudsinstructies 10-2015

Installatie & Onderhoudsinstructies 10-2015 Installatie & Onderhoudsinstructies 1 10-2015 VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK Om veiligheid en een lange levensduur van dit product te garanderen, zal u de bijgesloten instructies strikt in acht moeten nemen.

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Pneumatische rechte stiftslijper EG120ST EG120K-19R

Gebruikershandleiding Pneumatische rechte stiftslijper EG120ST EG120K-19R Gebruikershandleiding Pneumatische rechte stiftslijper EG120ST EG120K-19R Beste Klant, Hartelijk dank voor het vertrouwen dat u toont met de aankoop van uw nieuwe Eagle luchtgereedschap. Elk Eagle luchtgereedschap

Nadere informatie

Montage-, gebruikers- en onderhoudshandleiding BDA 10

Montage-, gebruikers- en onderhoudshandleiding BDA 10 BDA 10 Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens de beveiligde diagnosekoppeling BDA 10 te monteren en te gebruiken. Bij het niet naleven van deze handleiding vervalt de aanspraak op garantie. 1 Introductie

Nadere informatie

Let op! Zware lading. Sta niet onder de hangende lading tijdens het transport of de montage.

Let op! Zware lading. Sta niet onder de hangende lading tijdens het transport of de montage. Instructie handleiding MINIBEL Luchtgordijnen Waarschuwingsadvies symbolen Attention, Gevaar, Waarschuwing! Gevaarlijke stroom of hoge voltages! Kans op verwondingen! Gevaar! Sta niet onder de hangende

Nadere informatie

Gegevensblad. Bladzijde: 1 / 5. ETL GG AA11D BKSBIE3 Inlinepomp. bedrijfsgegevens. Bouwwijze

Gegevensblad. Bladzijde: 1 / 5. ETL GG AA11D BKSBIE3 Inlinepomp. bedrijfsgegevens. Bouwwijze Gegevensblad Bladzijde: 1 / 5 bedrijfsgegevens aangevraagde capaciteit aangevraagde medium omgevingstemperatuur 20,0 C medium temperatuur 20,0 C Soortelijke massa medium 998 kg/m³ water Clean water Tast

Nadere informatie

BA200E Elektrisch aangedreven Multifunctionele vuilwaterpomp Max. 650 m 3 /uur, Max. 31 mwk

BA200E Elektrisch aangedreven Multifunctionele vuilwaterpomp Max. 650 m 3 /uur, Max. 31 mwk Pompspecificaties: Type... BA200E D328 Max. capaciteit... 650 m 3 /uur Max. druk... 31 mwk Aansluitdelen... Pers DN 150 (6ʺ) Aansluitdelen... Zuig DN 200 (8ʺ) Vuildoorlaat... 80 mm (3,15ʺ) Waaiertype...

Nadere informatie