Staten publ

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Staten publ"

Transcriptie

1 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 112 ofretrvu aztaikkeic- 4u-,44, H 5 Landsverordening houdende de wijziging van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrij ding witwassen en SIX terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het nock Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en ric..ist1s.jvfn terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgeving) VAN AR AANBIEDING Mao. I De regering van Aruba biedt aan de Staten ter goedkeuring aan een Landsverordening houdende de wijziging van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgeving). Oran 'e 4 Or De minis Utiliteite ommunicatie,

2 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 2 van De minister van Justitie en Onderwijs. De minister van Algemene Zaken, De minister van Economische Zaken, Sociale Zaken en Cultuur, 7

3 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 3 van 112 % CX/u44,/-ou I,ZO Landsverordening houdende de wijziging van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgev ing) ONTWERP /WO.02. IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNEUR van Aruba, in overweging genomen hebbende: dat het in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering, wenselijk is een aantal landsverordeningen te wijzigen; Heeft, de Raad van Advies gehoord, met gemeen overleg der Staten, vastgesteld onderstaande Landsverordening: Artikel I De Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16) wordt gewijzigd als volgt: A. artikel 1 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid worden wijzigingen aangebracht: a. de omschrijving van het begrip "kredietinstelling" komt te luiden: 1

4 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 4 van 112 een onderneming of instelling die Naar bedrijf maakt van het ter beschikking verkrijgen van al dan niet op terrnijn opvorderbare gelden van het publiek en van het voor eigen rekening verrichten van kredietuitzettingen; b. na het begrip "kredietinstelling" en de daarbij behorende omschrijving worden een tweetal nieuwe begrippen met de daarbij behorende omschrijvingen ingevoegd, luidende: elektronisch geldin- : degene die, geen kredietinstelling stelling: zijnde, zijn bedrijf maakt van het ter beschikking verkrijgen van gelden in ruil waarvoor elektronisch geld wordt uitgegeven waarmee betalingen kunnen worden verricht aan anderen dan degene die het elektronisch geld uitgeeft; elektronisch geld een geldswaarde die is opgeslagen op een elektronische drager of die op afstand is opgeslagen in een centrale rekeningadministratie; c. in de omschrijving van het begrip "gekwalificeerde deelneming" wordt het cijfer "5" telkens vervangen door: 10; d. het begrip "financieren van terrorisme" en de omschrijving daarvan worden vervangen door het navolgende begrip met de bijbehorende omschrijving: terrorismefinanciering : 2. het derde lid komt to luiden: het misdrijf, bedoeld in artikel 140a van het Wetboek van Strafrecht van Aruba; 3. Deze landsverordening is met betrekking tot de uitoefening van het bedrijf van elektronisch geldinstelling niet van toepassing op elektronisch geldinstellingen die elektronisch geld uitgeven met een maximum geldswaarde van Afl. 350,- per elektronische drager, indien: 2

5 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 5 van 112 a. de gezamenlijke waarde van de financiele verplichtingen die met de uitgifte van elektronisch geld verband houden nooit hoger is dan Afl ,-; b. het elektronisch geld slechts wordt aanvaard door een ondememing die behoort tot de groep waartoe de elektronisch geldinstelling behoort; c. het elektronisch geld slechts wordt aanvaard door een beperkt aantal gemakkelijk te onderscheiden ondernemingen die hetzij hetzelfde gebouw, terrein of een andere feitelijk begrensde locatie delen, hetzij nauwe financiele of zakelijke banden hebben met de elektronisch geldinstelling; of d. andere bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, te omschrijven situaties zich voordoen. B. artikel 2 komt te luiden: Artikel 2 1. De Bank oefent toezicht uit op de in Aruba gevestigde kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen en op de bijkantoren in Aruba van kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen die buiten Aruba zijn gevestigd. 2. De Bank kan beperkingen stellen en voorschriften en voorwaarden verbinden aan de door haar in het kader van deze landsverordening afgegeven vergunningen, toestemmingen of ontheffingen, indien feiten of omstandigheden die betrekking hebben op de persoon of de instelling, op wie de vergunning, toestemming of ontheffing van toepassing zal zijn, dit met het oog op de belangen die deze landsverordening beogen te beschermen vereisen. C. in artikel 3, eerste en tweede lid, worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; D. in het opschrift van Hoofdstuk II worden na het woord "kredietinstellin- gen" toegevoegd de woorden: en elektronisch geldinstellingen; 3

6 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 6 van 112 E. in het opschrift van de eerste afdeling van Hoofdstuk II worden na het woord "kredietinstelling" toegevoegd de woorden: en elektronisch geld- instelling; F. in artikel 4 wordt na het woord "kredietinstelling" ingevoegd de woor- den: of elektronisch geldinstelling; G. artikel 5, eerste lid, onderdelen a, b en c komt te luiden: a. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid en geschiktheid kan vaststellen van de bestuurders en andere personen die het beleid van de onderneming of instelling bepalen of medebepalen; b. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid en geschiktheid kan vaststellen van de leden van de raad van commissarissen dan wel van het orgaan van de onderneming of instelling dat een aan die van raad van commissarissen gelijksoortige taak heeft; c. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid kan vaststellen van degenen die een gekwalificeerde deelneming houden in de onderneming of instelling en, indien de houder van een gekwalificeerde deelneming een rechtspersoon is, van de personen die het beleid van deze rechtspersoon bepalen of medebepalen, alsmede de omvang van de desbetreffende gekwalificeerde deelneming; H. in artikel 6 worden de navolgende wijzigingen aangebracht: 1. onderdelen b, c en d van het eerste lid komen te luiden: b. de Bank van oordeel is dat de betrouwbaarheid van een of meer personen, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdelen a en b, niet buiten twijfel staat; c. de Bank van oordeel is dat de geschiktheid van een of meer van de personen, bedoeld in artikel 5, eerste lid, 4

7 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 7 van 112 onderdelen a en b, individueel of collectief onvoldoende is in verband met de uitoefening van het bedrijf van kredietinstelling of elektronisch geldinstelling of de uitoefening van de desbetreffende functie bij de kredietinstelling of elektronisch geldinstelling; d. de Bank, onverminderd artikel 17, van oordeel is dat de betrouwbaarheid van een houder van een gekwalificeerde deelneming in de onderneming of instelling of, indien de houder van een gekwalificeerde deelneming een rechtspersoon is, van de personen die het beleid van deze rechtspersoon bepalen of medebepalen, niet buiten twijfel staat, of dat anderszins ingevolge een gekwalificeerde deelneming in de onderneming of instelling van een ongewenste beinvloeding van het beleid van de onderneming of instelling sprake is of zou kunnen zijn; 2. onderdeel f van het eerste lid komt te luiden: f. de Bank op grond van gegevens als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel d, e of f, van oordeel is dat de onderneming of instelling niet in staat zal zijn om haar voornemens ten uitvoer te leggen, dan wel om aan haar verplichtingen ingevolge deze of andere op kredietinstellingen of elektronisch geldinstellingen toepasselijke landsverordeningen te voldoen; of 3. na het tweede lid een nieuw lid toegevoegd, luidende: 3. Geen vergunning wordt verleend aan een onderneming of instelling, die niet ten genoegen van de Bank kan aantonen dat zij daadwerkelijk voornemens is in Aruba als kredietinstelling of elektronisch geldinstellingen werkzaam te gaan zijn. I. in artikel 7 wordt na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: en een elektronisch geldinstelling; J. artikel 8 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid worden na het woord "kredietinstelling" ingevoegd de woorden: en een elektronisch geldinstelling; 2. in het derde lid worden na het woord "kredietinstelling" ingevoegd de woorden: onderscheidenlijk een elektronisch geldinstelling; 5

8 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 8 van 112 K. in artikel 9 wordt na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of een elektronisch geldinstelling; L. in artikel 10 worden de navolgende wijzigingen aangebracht: 1. voor de tekst van het artikel wordt het cijfer "1" geplaatst, gevolgd door een punt, en wordt in de tekst na het woord "kredietinstelling" telkenmale ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 2. in onderdeel a worden de woorden "eerste of derde lid" vervangen door: eerste of tweede lid; 3. in onderdeel b wordt na de zinsnede "artikel 6, eerste lid, onderdeel b of c, of toegevoegd de zinsnede: artikel 9 of 4. aan het artikel wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende: 2. De Bank kan, indien zich een omstandigheid als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdeel d, voordoet, de houder van een gekwalificeerde deelneming een aanwijzing geven om ten aanzien van met name genoemde punten een door haar aan te geven gedragslijn te volgen ten einde te bereiken dat deze omstandigheid dan wel de mogelijkheid daartoe binnen een door de Bank te bepalen termijn beeindigd wordt. M. artikel 11 wordt gewijzigd als volgt: 1 0. in de tekst van het artikel wordt na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstellingen; 2. in het eerste lid worden de volgende wijzigingen aangebracht: a. in onderdeel c worden de woorden "eerste of derde lid" vervangen door: eerste of tweede lid; b. de punt aan het eind van onderdeel f wordt vervangen door een punt-komma, en aan het lid wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende: g. de kredietinstelling onderscheidenlijk de elektronisch geldinstelling de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) of een andere wettelijke regeling ter zake van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering ge- 6

9 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 9 van 112 stelde regels naar het oordeel van de Bank Met of on- voldoende naleeft. N. aan het opschrift van de tweede afdeling van Hoofdstuk II wordt na het woord "kredietinstelling" toegevoegd de woorden "en elektronisch geldin- stelling; 0. artikel 12, tweede lid, komt te luiden als volgt: 2. De richtlijnen, bedoeld in het eerste lid, worden be- kendgemaakt op een door de Bank te bepalen wijze. P. artikel 13 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid wordt na het woord "kredietinstellingen" telkens ingevoegd de woorden: en elektronisch geldinstellingen; 2. aan het derde lid, onderdeel a, wordt een ten 6 toegevoegd, luidende: 6. de operationele risico's; 3. het vierde lid komt te luiden: 4. De Bank kan een kredietinstelling geheel of gedeeltelijk ontheffing verlenen van de richtlijnen, mits de solvabiliteit van die kredietinstelling of elektronisch geldinstelling naar het oordeel van de Bank anderszins voldoende is gewaarborgd. 4. aan het artikel wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende: 5. De Bank kan, indien zij dit noodzakelijk acht met het oog op de belangen die deze landsverordening beoogt te beschermen, aan individuele kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen hogere solvabiliteitseisen stellen. Q. artikel 14 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid worden na het woord "kredietinstellingen" telkenmale ingevoegd de woorden: en elektronisch geldinstellingen; 2. in het vierde lid wordt na het woord "kredietinstelling" telkenmale ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 3. aan het artikel wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende: 5. De Bank kan, indien zij dit noodzakelijk acht met het oog op de belangen die deze landsverordening beoogt te be- 7

10 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 10 van 112 schermen, aan individuele kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen hogere liquiditeitseisen stellen. R. artikel 15 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid worden na het woord "kredietinstellingen" ingevoegd de woorden: en elektronisch geldinstellingen; 2. in het derde lid wordt na het woord "kredietinstelling" ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; S. in artikel 16, eerste lid, wordt de punt aan het eind van onderdeel g vervangen door een punt-komma, en wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende: h. een wijziging van de statuten. T. artikel 17 wordt gewijzigd als volgt: 1. in de tekst van het artikel wordt na het woord "kredietinstelling" telkenmale ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 2. in het tweede lid worden de woorden "de handeling in strijd zou zijn of zou kunnen zijn met een gezond bankbeleid" vervangen door: de betrouwbaarheid van de aanvrager of, indien de aanvrager een rechtspersoon is, van de personen die het beleid van deze rechtspersoon bepalen of medebepalen, niet buiten twijfel staat, of dat anderszins ingevolge de gekwalificeerde deelneming in de onderneming of instelling van een ongewenste beinvloeding van het beleid van de onderneming of instelling sprake is of zou kunnen zijn; U. in artikel 18, derde lid, worden de navolgende wijzigingen aangebracht: 1. in de aanhef wordt na het woord "of' ingevoegd, de woorden: geheel of gedeeltelijk; 2. de punt aan het eind van onderdeel c wordt vervangen door een punt-komma, en er wordt aan dit lid een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende: d. indien de houder van een gekwalificeerde deelneming in een kredietinstelling of elektronisch geldinstelling een aanwijzing als bedoeld in artikel 10, tweede lid, niet heeft opgevolgd. 8

11 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 11 van 112 V. artikel 19 wordt gewijzigd als volgt: 1. na het woord "kredietinstelling" wordt telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 2. het cijfer "5" wordt telkens vervangen door: 10; W. artikel I 9a wordt vervangen door twee artikelen, luidende: : Artikel 19a 1. Een kredietinstelling of een elektronisch geldinstelling voert een adequaat beleid voor een integere uitoefening van haar bedrijf, en richt haar bedrijfsvoering zodanig in dat de integere uitoefening van haar bedrijf is gewaarborgd. 2. Het beleid en de bedrijfsvoering, bedoeld in het eerste lid, zijn in ieder geval gericht op: a. het tegengaan van belangenverstrengeling; b. het tegengaan van witwassen en terrorismefinanciering; c. de naleving van de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering of een andere wettelijke regeling ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering gestelde regels; d. het tegengaan van strafbare feiten of andere wetsovertredingen door de kredietinstelling of elektronisch geldinstelling of haar werknemers, die het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kunnen schaden; e. het tegengaan van relaties met clienten of andere zakelijke relaties die het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kunnen schaden; f. het tegengaan van andere handelingen door de kredietinstelling of elektronisch geldinstelling of haar werknemers, die zodanig ingaan tegen hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, dat daardoor het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kan worden geschaad. 3. De Bank kan aan kredietinstellingen of elektronisch geldinstellingen richtlijnen geven met betrekking tot: a. de integere uitoefening van het bedrijf. 9

12 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 12 van 112 b. de wijze waarop wordt vastgesteld of de betrouwbaarheid van een persoon, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdelen a, b of c, buiten twijfel staat en of een dergelijke persoon geschikt is en welke feiten en omstandigheden daarbij in aanmerking worden genomen. 4. De richtlijnen, bedoeld in het derde lid, kunnen betrekking hebben op de uitvoering van de voorschriften in andere landsverordeningen. Zij worden slechts gegeven of gewijzigd na overleg met de daarbij betrokken representatieve organisatie. Artikel 19b Een kredietinstelling of een elektronisch geldinstelling is niet met personen of rechtspersonen verbonden in een formele of feitel ijke zeggenschapsstructuur: a. die dermate ondoorzichtig is dat deze een belemmering vormt of kan vormen voor de adequate uitoefening van toezicht op die onderneming; b. indien op die personen of rechtspersonen buitenlands recht van toepassing is, dat buitenlands recht een belemmering vormt of kan vormen voor een adequate toezichtuitoefening op de kredietinstelling of elektronisch geldinstelling. X. artikel 20 wordt gewijzigd als volgt: 10. het eerste lid komt to luiden: 1. Indien de Bank constateert dat een kredietinstelling of een elektronisch geldinstelling een richtlijn als bedoeld in de artikelen 13, 14 of 15 van deze landsverordening, een richtlijn als bedoeld in artikel 48, eerste lid, eerste volzin, van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering, dan wel de artikelen 19a en 19b van deze landsverordening niet of voldoende naleeft, of zij andere tekenen ontwaart van een ontwikkeling die naar haar oordeel de solvabiliteit, liquiditeit of integriteit van de kredietinstelling of elektronisch geldinstelling in gevaar brengt of zou kunnen brengen, brengt zij dit schriftelijk onder de aandacht van die kredietinstelling of elektronisch geldinstelling. 10

13 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 13 van in het derde en vierde lid worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 3. in het vierde lid worden de woorden "solvabiliteit of de liquiditeit" vervangen door: solvabiliteit, liquiditeit of integriteit; Y. artikel 21 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste, tweede en het vierde tot en met zesde lid worden na het woord "kredietinstelling" ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 2. in het vijfde lid worden de woorden "solvabiliteit en de liquiditeit" vervangen door: solvabiliteit, liquiditeit of integriteit; Z. artikel 22komt te luiden: 1. De Bank stelt, na overleg met de representatieve organisaties, de door een kredietinstelling en een elektronisch geldinstelling te hanteren grondslagen van de jaarrekening vast. 2. Kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen dienen jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar hun jaarrekeningen in bij de Bank. 3. De Bank kan een kredietinstelling en een elektronische geldinstelling geheel of gedeeltelijk ontheffing verlenen van de verplichting bedoeld in het tweede lid. AA. in het opschrift van Hoofdstuk III worden na het woord "kredietinstel- ling" toegevoegd de woorden: en elektronisch geldinstellingen; BB. artikel 23 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid en het tweede lid, aanhef, worden na het woord "kredietinstelling" telkenmale ingevoegd de woorden: en elektronisch geldinstelling; 2. in het tweede lid, onderdelen a tot en met c, en het derde tot en met het zesde lid worden na het woord "kredietinstelling" telkenmale ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; CC. in artikel 24, eerste, tweede en derde lid, worden na het woord "krediet- instelling" telkens ingevoegd de woorden: onderscheidenlijk elektro- nisch geldinstelling; 11

14 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 14 van 112 DD. in artikel 25, eerste, tweede en derde lid, worden na het woord "krediet- instelling" telkens ingevoegd de woorden: onderscheidenlijk elektro- nisch geldinstelling; EE. in artikel 26, eerste lid, wordt na het woord "kredietinstellingen" inge- voegd de woorden: of elektronisch geldinstellingen; FF. in artikel 27, vierde lid, vervalt de zinsnede "eerste volzin, en vierde lid" en de daaropvolgende komma; GG. artikel 28 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid worden na het woord "kredietinstellingen" ingevoegd de woorden: en elektronisch geldinstellingen; 2. in het tweede en derde lid worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: en elektronisch geldinstelling; HH. het opschrift van paragraaf 2 van Hoofdstuk VI komt te luiden: Ge- heimhouding en informatie-uitwisseling; II. de aanduiding "paragraaf 3" van Hoofdstuk VI met het bijbehorende opschrift vervalt; JJ. de artikelen 34, 34a en 35 worden vervangen door een viertal nieuwe artikelen, luidende: Artikel Het is een ieder die uit hoofde van de toepassing van deze landsverordening of van een ingevolge deze landsverordening genomen besluit enige taak vervult of heeft vervuld, verboden van gegevens of inlichtingen die ingevolge deze landsverordening zijn verstrekt of verkregen of van een buitenlandse instantie als bedoeld in artikel 34a zijn ontvangen, verder of anders gebruik te maken of daaraan verder of anders bekendheid te geven dan voor de uitvoering van zijn taak of door deze landsverordening wordt geeist. 2. In afwijking van het eerste lid, is de Bank bevoegd met gebruikmaking van gegevens of inlichtingen, verkregen bij de uitvoering van haar taak op grond van deze landsveror- 12

15 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 15 van 112 dening, mededelingen te doen, mits deze niet kunnen worden herleid tot afzonderlijke personen of instellingen. 3. Het eerste lid laat onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) als getuige in strafzaken een verklaring of te leggen omtrent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn ingevolge deze landsverordening opgedragen taak. Het laat evenzo onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba (AB 2005 no. 34) als getuige, dan wel partij in een comparitie van partijen in burgerlijke zaken een verklaring of te leggen omtrent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn in gevolge deze landsverordening opgedragen taak, zulks met dien verstande dat zodanige verplichting slechts geldt, voor zover het betreft een kredietinstelling of elektronisch geldinstelling die in staat van faillissement is verklaard of op grond van een rechterlijke uitspraak is ontbonden, en dat zij niet geldt voor gegevens of inlichtingen, die betrekking hebben op ondernemingen of instellingen, die betrokken zijn of zijn geweest bij een poging de desbetreffende kredietinstelling of elektronisch geldinstelling in staat te stellen haar bedrijf voort te zetten. Artikel 34a 1. In afwijking van artikel 34, eerste lid, is de Bank bevoegd om gegevens en of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze landsverordening opgedragen taken, uit te wisselen met aan in het buitenland van overheidswege aangewezen instanties die belast zijn met: a. het toezicht op personen en instellingen die actief zijn op de financiele markten of; b. het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving ter zake van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. 2. Van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, wordt geen gebruik gemaakt, indien: 13

16 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 16 van 112 a. het doel waarvoor de gegevens of inlichtingen zullen worden gebruikt, onvoldoende bepaald is; b. het beoogde gebruik van de gegevens of inlichtingen niet past in het kader van het toezicht op financiele markten of op die markten werkzame personen; c. verstrekking van de gegevens of inlichtingen zich niet verdraagt met de openbare orde of het recht van Aruba; d. de geheimhouding van de gegevens of inlichtingen niet voldoende is gewaarborgd; e. verstrekking van de gegevens of inlichtingen redelijkerwijs in strijd is of zou kunnen komen met de belangen die deze landsverordening beoogt te beschermen; f. onvoldoende is gewaarborgd dat de gegevens of inlichtingen niet zullen worden gebruikt voor een ander doel dan waarvoor deze worden verstrekt. 3. Voor zover de gegevens of inlichtingen, bedoeld in het eerste lid, zijn verkregen van een buitenlandse toezichthoudende instantie, verstrekt de Bank deze niet aan een andere buitenlandse toezichthoudende instantie, tenzij de instantie waarvan de gegevens of inlichtingen zijn verkregen, heeft ingestemd met de verstrekking van de gegevens of inlichtingen en in voorkomend geval heeft ingestemd met het gebruik voor een ander doel dan waarvoor de gegevens of inlichtingen zijn verstrekt. 4. Indien een buitenlandse toezichthoudende instantie aan de Bank verzoekt om gegevens of inlichtingen, die de Bank op grond van het eerste of tweede lid heeft verstrekt, te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor zij zijn verstrekt, willigt de Bank dat verzoek slechts in, indien: a. het beoogde gebruik niet in strijd is met het eerste of tweede lid; of b. de toezichthoudende instantie in kwestie op een andere wijze dan in deze landsverordening voorzien vanuit Aruba met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke procedures voor dat andere doel de beschikking over die gegevens of inlichtingen zou kunnen verkrijgen. 14

17 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 17 van 112 Artikel 34b. De Bank is bevoegd om de registers te raadplegen en alle inlichtingen te vragen van de Kamer van Koophandel en Nijverheid, de Dienst Landmeetkunde en Vastgoedregistratie, het Bureau Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister, alsmede van andere bij Iandsbesluit, houdende algemene maatregelen, aan te wijzen instanties. 2. De in het eerste lid genoemde instanties verlenen aan de Bank binnen de door haar gestelde redelijke ten-nijn kosteloos alle medewerking die op grond van het eerste lid wordt gevraagd. 3. In afwijking van artikel 34, eerste lid, is de Bank bevoegd gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze landsverordening opgedragen taken, te verstrekken aan personen en instanties die op grond van het Wetboek van Strafvordering van Aruba zijn belast met de uitoefening van strafvorderlijke bevoegdheden. Artikel 35 I. De Bank kan ten behoeve van de uitvoering van haar taak op grond van deze paragraaf van een ieder gegevens of inlichtingen vorderen, indien dat voor de vervulling van de taak van een in artikel 34a, eerste lid, bedoelde instantie nodig is. Artikel 52, derde tot en met zesde lid, is van overeenkomstige toepassing. 2. Op verzoek van een instantie als bedoeld in het eerste lid, kan de Bank gegevens en inlichtingen vragen aan of een onderzoek instellen of doen instellen bij een kredietinstelling, een elektronisch geldinstelling, een houder van een ontheffing als bedoeld in artikel 48, derde lid, een onderneming of instelling als bedoeld in artikel 26, eerste lid, dan wel bij een ieder waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat hij over gegevens of inlichtingen beschikt, die redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor de verzoekende instantie. 15

18 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 18 van Degene aan wie gegevens of inlichtingen als bedoeld in het tweede lid, zijn gevraagd, verstrekt deze binnen een door de Bank te stellen redelijke termijn. 4. Degene bij wie een onderzoek als bedoeld in het tweede lid, wordt ingesteld, verleent alle medewerking die nodig is voor een richtige uitvoering van dat onderzoek. Artikel 52, derde en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing. 5. De Bank kan toestaan dat een functionaris van een instantie als bedoeld in artikel 34a, eerste lid, deelneernt aan de uitvoering van een verzoek als bedoeld in het tweede lid. De functionaris, bedoeld in de eerste volzin, volgt de aanwijzingen op van de werknemer van de Bank die met de uitvoering van het verzoek is belast. Het gebod, bedoeld in het vierde lid, geldt eveneens jegens de in de eerste volzin bedoelde functionaris. KK. artikel 35a komt te luiden: Artikel 35a 1. Ter zake van de overtreding van de bij of krachtens de artikelen 2, tweede lid, 4, 7, 8, eerste lid, 9, 10, 11, vierde lid, 12, eerste lid, 13, eerste lid, 14, eerste lid, 15, eerste lid, 16, eerste, derde en vierde lid, 17, eerste, derde, vierde en vijfde lid, 19, 19a, 19b, 20, tweede en derde lid, onderdeel a, 21, eerste lid, 21a, 22, tweede en derde lid, 23, eerste, tweede en zesde lid, 24, eerste en tweede lid, 25, 26, eerste lid, 27, eerste lid, 30 tot en met 33, 35, derde tot en met het zesde lid, 36, 39, tweede lid, 48, eerste en derde lid, 49, eerste en derde lid, of 52, zesde lid, kan de Bank een last onder dwangsom opleggen. 2. Ter zake van de in het eerste lid bedoelde feiten kan de Bank ook een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste Afl ,- per afzonderlijke overtreding. 3. Overtredingen als bedoeld in het eerste en tweede lid, kunnen worden begaan door natuurlijke personen en rechtspersonen. Artikel 53, tweede en derde lid, van het Wet- 16

19 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 19 van 112 boek van Strafrecht van Aruba is van overeenkomstige toepassing. 4. De Bank stelt richtsnoeren vast voor de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid, en legt deze vast in een beleidsdocument. Het beleidsdocument bevat in ieder geval een beschrijving van de te volgen procedures bij de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid. Het beleidsdocument, bedoeld in de eerste volzin, wordt, evenals alle nadien daarin aan te brengen wijzigingen, vooraf bekend gemaakt op een door de Bank te bepalen wijze. 5. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden regels gesteld met betrekking tot de grondslagen voor de vaststelling van de hoogte van de last onder dwangsom en de bestuurlijke boete per overtreding. De overtredingen worden gerangschikt in categorieen naar zwaarte van de overtreding met de bijbehorende basisbedragen, minimumbedragen en maximumbedragen. 6. Verbeurde dwangsommen en bestuurlijke boeten komen toe aan de Bank. LL. na artikel 35a wordt, onder vernummering van de artikelen 35b tot en met 35g tot 35e tot en met 35j, drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende: Artikel 35b 1. Indien tijdens het plegen van een overtreding nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert het opleggen van een bestuurlijke boete aan de overtreder ter zake van eenzelfde overtreding, wordt het bedrag van de bestuurlijke boete, bedoeld in artikel 35a, tweede lid, voor elke afzonderlijke overtreding verdubbeld. 2. In afwijking van artikel 35a, tweede lid, kan de Bank de hoogte van de bestuurlijke boete vaststellen op ten hoogste twee keer het bedrag van het voordeel dat de overtreder door de overtreding heeft verkregen, indien diens voordeel groter is dan Afl ,-. 17

20 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 20 van 112 Artikel 35c 1. Indien de Bank voomemens is een bestuurlijke boete op te leggen, geeft zij de betrokkene daarvan kennis onder vermelding van de gronden waarop het voornemen berust. 2. De Bank stelt de betrokkene in de gelegenheid om binnen een redelijke termijn naar keuze schriftelijk of mondeling zijn zienswijze naar voren te brengen voordat de bestuurlijke boete bij beschikking wordt opgelegd. 3. Indien de Bank, nadat de betrokkene zijn zienswijze naar voren heeft gebracht, beslist dat voor de overtreding geen bestuurlijke boete zal worden opgelegd, wordt dit schriftelijk aan de betrokkene medegedeeld Artikel 35d 1. De Bank kan op verzoek van de overtreder een last onder dwangsom opheffen, de looptijd ervan voor een bepaalde termijn opschorten of de dwangsom verminderen, ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijke onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichtingen te voldoen. 2. De Bank kan voorts op verzoek van een overtreder een last onder dwangsom opheffen, indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd. MM. in artikel 35j worden de navolgende wijzigingen aangebracht: 1. het tweede, derde en vierde lid komen te luiden als volgt: 2. Bij gebreke van betaling wordt het bedrag en de kosten, bedoeld in het eerste lid, verhoogd met de invorderingskosten, door de Bank bij dwangbevel ingevorderd. 3. De bekendmaking van het dwangbevel geschiedt door middel van betekening van een exploot als bedoeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba en levert een executoriale titel op, die met toepas- 18

21 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 21 van 112 sing van de voorschriften van dit Wetboek kan worden tenuitvoergelegd. 4. Het dwangbevel vermeldt in ieder geval: a. aan het hoofd het woord dwangbevel; b. het bedrag van de invorderbare hoofdsom, vermeerderd met de verschuldigde wettelijke rente; c. de beschikking of het wettelijk voorschrift waaruit de verschuldigde geldsom voorvloeit; d. de kosten van de aanmaning en van het dwangbevel; e. dat het op kosten van de overtreder ten uitvoer kan worden uitgebracht. 2. aan het artikel wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende: 5. Gedurende zes weken na de dag van betekening staat tegen het dwangbevel verzet open. Verzet wordt aanhangig gemaakt tegen de Bank bij het Gerecht en op de voor het indienen van vorderingen bepaalde wijze. Het verzet, mits tijdig en op de voorgeschreven wijze gedaan, schorst de tenuitvoerlegging van het dwangbevel. NN. artikel 37 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid worden na het woord "kredietinstelling" ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 2. in het tweede lid worden na het woord "kredietinstellingen" ingevoegd de woorden: en elektronisch geldinstellingen; 00. in artikel 38, eerste, tweede, derde, vijfde, zesde en achtste lid, worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; PP. in artikel 39, eerste en tweede lid, worden na het woord "kredietinstel- ling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; QQ. in artikel 40 worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; RR. in artikel 41 worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; 19

22 Staten pub] Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 22 van 112 SS. artikel 42, eerste lid, komt te luiden I. Het Gerecht kan de bewindvoerders machtigen over te gaan tot gehele of gedeeltelijk overdracht van de verbintenissen van de kredietinstelling of elektronisch geldinstelling, die zij in de uitoefening van hun bedrijf hebben aangegaan, dan wel tot gehele of gedeeltelijke liquidatie van het bedrijf van kredietinstelling of elektronisch geldinstelling. TT. in artikel 43, eerste, tweede, derde, vijfde en zesde lid, worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektro- nisch geldinstelling; UU. in artikel 44, aanhef, worden na het woord "kredietinstelling" telkens ingevoegd de woorden: of elektronisch geldinstelling; VV. artikel 48, eerste lid, komt te luiden: 1. Het is een ieder verboden bedrijfsmatig: a. al dan niet op termijn opvorderbare gelden van het publiek aan te trekken, ter beschikking te verkrijgen of ter beschikking te hebben, die hetzij in totaal, hetzij per individuele aantrekking beneden een bij regeling van de Minister te bepalen bedrag liggen, of b. kredieten of andere vormen van financiering aan het publiek te verstrekken, of ter zake van de in de onderdelen a en b bedoelde activiteiten in enigerlei vorm te bemiddelen. WW. in artikel 49, eerste lid, worden de woorden "Aan niet in het register opgenomen ondernemingen en instellingen" vervangen door: Aan niet als kredietinstelling in het register opgenomen ondernemingen en instellingen; XX. artikel 52 wordt gewijzigd als volgt: 1 Onder vernummering van het tweede tot en met het vijfde lid tot het derde tot en met het zesde lid, wordt het eerste lid vervangen door twee nieuwe leden, luidende: 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de 20

23 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 23 van 112 daartoe door de President van de Bank aangewezen personen, werkzaam bij de Bank. Van een zodanige aanwijzing wordt mededeling gedaan in de Landscourant van Aruba. 2. De krachtens het eerste lid aangewezen personen kunnen het toezicht op een risicogeorienteerde wijze uitoefenen. Zij rapporteren ter zake van de uitoefening van de bevoegdheden, genoemd in het derde lid, aan de President van de Bank of aan de door deze schriftelijk aan te wijzen leidinggevenden binnen de Bank. 2. in het derde lid, onderdeel b, worden na de woorden "daarvan afschrift te nemen of ingevoegd de woorden: of kopie te maken en; 3. in het vierde lid wordt de zinsnede "tweede lid, onderdeel c" vervangen door: derde lid, onderdeel c; 4'. in het zesde lid worden de woorden " het tweede vervangen door: het derde lid; YY. artikel 53 komt te luiden: Artikel Degene die opzettelijk in strijd handelt met de voorschrift, voorwaarde of beperking, gesteld bij of krachtens artikel 2, tweede lid, 4, 7, 8, eerste lid, 9, 10, 11, vierde lid, 12, eerste lid, 13, eerste lid, 14, eerste lid, 15, eerste lid, 16, eerste, derde en vierde lid, 17, eerste, derde, vierde en vijfde lid, 19, 19a, 19b, 20, tweede en derde lid, onderdeel a, 21, eerste lid, 21a, 22, tweede en derde lid, 23, eerste, tweede en zesde lid, 24, eerste en tweede lid, 25, 26, eerste lid, 27, eerste lid, 30 tot en met 33, 35, derde tot en met het zesde lid, 36, 39, tweede lid, 48, eerste en derde lid, 49, eerste en derde lid, of 52, zesde lid, wordt gestraft met hetzij gevangenisstraf van ten hoogste zes jaar, hetzij geldboete van ten hoogste MI ,-, hetzij met beide straffen. 2. Degene die niet opzettelijk in strijd handelt met een bij of krachtens de in het eerste lid vermeld artikel gesteld voorschrift, voorwaarde of beperking, wordt gestraft met hetzij 21

24 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 24 van 112 hechtenis van ten hoogste een jaar, hetzij geldboete van ten hoogste Afl ,-, hetzij met beide straffen. 3. De in het eerste lid bedoelde strafbare feiten zijn misdrijven; de in het tweede lid bedoelde strafbare feiten zijn overtred ingen. Artikel II De Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf (AB 2000 no. 82) wordt gewijzigd als volgt: A. artikel 1 wordt gewijzigd als volgt: 1. in de omschrijving van het begrip "gekwalificeerde deelneming" wordt het woord "vijf" telkens vervangen door: tien; 2. het begrip "financieren van terrorisme" en de daarbij bijbehorende omschrijving worden vervangen door het navolgende begrip met de bijbehorende omschrijving, luidende: terrorismefinanciering: het misdrijf, bedoeld in artikel 140a, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba; B. artikel 6, eerste lid, onderdelen a en b, komt te luiden: a. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid en geschiktheid kan vaststellen van: 1. de bestuurders en andere personen die het beleid van de aanvrager bepalen of medebepalen; 2. de leden van de raad van commissarissen dan wel van het orgaan van de aanvrager dat een aan die van raad van commissarissen gelijksoortige taak heeft; b. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid kan vaststellen van degenen die een gekwalificeerde deelneming houden in de aanvrager en, indien de houder van een gekwalificeerde deelneming een rechtspersoon is, van de personen die het beleid van deze rechtspersoon bepalen of medebepalen, alsmede de omyang van de desbetreffende gekwalificeerde deelneming; 22

25 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 25 van 112 C. artikel 7 wordt gewijzigd als volgt: I. in de aanhef worden na de woorden "een vergunning" ingevoegd de woorden: als bedoeld in artikel 5, eerste lid,; 2. de onderdelen c, d en e komen te luiden: c. de Bank van oordeel is dat de betrouwbaarheid van een of meer personen, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdeel a, niet buiten twijfel staat; d. de Bank van oordeel is dat de geschiktheid van een of meer van de personen, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdeel a, individueel of collectief onvoldoende is in verband met de uitoefening van het verzekeringsbedrijf of de uitoefening van de desbetreffende functie bij de verzekeraar; e. de Bank van oordeel is dat de betrouwbaarheid van een houder van een gekwalificeerde deelneming in de aanvrager of, indien de houder van een gekwalificeerde deelneming een rechtspersoon is, van de personen die het beleid van deze rechtspersoon bepalen of medebepalen, niet buiten twijfel staat, of dat anderszins ingevolge een gekwalificeerde deelneming in de aanvrager van een ongewenste beinvloeding van het beleid van de aanvrager sprake is of zou kunnen zijn; D. in het tweede lid van artikel 8 wordt de punt aan het eind van onderdeel d vervangen door een punt-komma, en wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende: e. de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) of een andere wettelijke regeling ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering gestelde voorschriften naar het oordeel van de Bank niet of onvoldoende naleeft. E. artikel 10, eerste lid, komt te luiden: I. De Bank kan richtlijnen geven aan verzekeraars met betrekking tot hun administratieve organisatie en interne be- 23

26 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 26 van 112 drijfsvoering, met inbegrip van de financiele administratie en in- terne controle. F. na artikel 14 worden twee nieuwe paragrafen met vijf artikelen inge- voegd, luidende: 6. Structuurtoezicht Artikel 14a I. Het is een natuurlijke persoon of rechtspersoon verboden zonder toestemming van de Bank: a. een gekwalificeerde deelneming in een verzekeraar te houden, te verwerven of te vergroten; b. enige zeggenschap, verbonden aan een gekwalificeerde deelneming in een verzekeraar, uit te oefenen. 2. De Bank verleent een gevraagde toestemming als bedoeld in het eerste lid, tenzij de Bank van oordeel is dat de betrouwbaarheid van de aanvrager of, indien de aanvrager een rechtspersoon is, van de personen die het beleid van deze rechtspersoon bepalen of medebepalen, niet buiten twijfel staat, of dat anderszins ingevolge de gekwalificeerde deelneming in de onderneming of instelling van een ongewenste beinvloeding van het beleid van de onderneming of instelling sprake is of zou kunnen zijn. 3. Indien het houden, verwerven of vergroten van een gekwalificeerde deelneming in een verzekeraar is verricht, zonder dat voor die handeling een toestemming als bedoeld in het eerste lid is verkregen of de bij de toestemming gestelde beperkingen in acht zijn genomen, maakt de in overtreding zijnde natuurlijke persoon of rechtspersoon binnen een door de Bank te bepalen termijn de verrichte handeling ongedaan, dan wel neemt zij de beperkingen alsnog in acht. Deze verplichting vervalt, indien voor de desbetreffende handeling alsnog een toestemming wordt afgegeven, dan wel de niet in acht genomen beperkingen worden ingetrokken. 4. Indien het uitoefenen van enige zeggenschap, verbonden aan een gekwalificeerde deelneming in een verzekeraar, geschiedt zonder dat voor die handeling toestemming is ver- 24

27 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 27 van 112 kregen, of de bij een verleende toestemming van de Bank gestelde beperkingen of voorwaarden niet in acht zijn genomen, is een mede door de uitgeoefende zeggenschap tot stand gekomen besluit vernietigbaar door het Gerecht op vordering van de Bank, indien het besluit, zonder dat de desbetreffende zeggenschap zou zijn uitgeoefend, anders zou hebben geluid, dan wel niet zou zijn genomen, tenzij voor het tijdstip van de uitspraak alsnog een toestemming wordt verleend, dan wel de niet in acht genomen beperkingen of voorwaarden alsnog zijn nageleefd. Het Gerecht regelt, voor zover nodig, de gevolgen van de vern ietiging. 5. Indien een natuurlijk persoon of een rechtspersoon niet alle aan een toestemming als bedoeld in het eerste lid, verbonden voorschriften of voorwaarden naleeft, kan de Bank een termijn vaststellen, waarbinnen die natuurlijke persoon of rechtspersoon de niet nagekomen voorschriften of voorwaarden alsnog dient te vervullen. Artikel 14b 1. Op een aanvraag om de verlening van een toestemming als bedoeld in artikel 14a, eerste lid, is artikel 6, eerste lid, onderdelen a, b, f, en tweede, vierde en vijfde lid, van overeenkomstige toepassing. 2. Van de verlening van een toestemming als bedoeld in artikel 14a. eerste lid, wordt mededeling gedaan in de Landscourant van Aruba, alsmede in een of meer door de Bank te bepalen nieuwsbladen, tenzij de Bank van oordeel is dat de bekendmaking daarvan zou leiden of zou kunnen leiden tot onevenredige bevoordeling of benadeling van bij de beslissing betrokkenen of derden. 3. Een toestemming als bedoeld in artikel 14a, eerste lid, kan door de Bank geheel of gedeeltelijk worden gewijzigd of ingetrokken: a. op schriftelijk verzoek van de houder; b. indien de gegevens of bescheiden, die zijn verstrekt ter verkrijging van de verklaring, zodanig onjuist of onvolledig zijn gebleken, dat op het verzoek een andere beslissing zou 25

28 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 28 van 112 zijn genomen, indien bij de beoordeling van het verzoek de juiste omstandigheden volledig bekend waren geweest; c. indien niet binnen de termijn, bedoeld in artikel 14a, vijfde lid, aan alle bij de verklaring gestelde voorschriften of voorwaarden wordt voldaan; d. indien de houder een aanwijzing als bedoeld 15b niet opvolgt. Alsdan is het tweede lid van overeenkomstige toepassing. Artikel 14c I. Een natuurlijke persoon of rechtspersoon, wiens gekwalificeerde deelneming in een verzekeraar zodanig wijzigt, dat de omvang van deze deelneming onder de 10, 20, 33 of 50 procent daalt, stelt de Bank daarvan schriftelijk in kennis. 2. Een verzekeraar stelt de Bank in de maand juli van ieder jaar schriftelijk in kennis van de identiteit van iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon, die een gekwalificeerde deelneming in die instelling houdt, voor zover die gegevens haar bekend zijn. Tevens stelt een verzekeraar, zodra dat haar bekend wordt, de Bank schriftelijk in kennis van iedere verwerving of afstoting van, dan wel mutatie in een gekwalificeerde deelneming in die instelling, waardoor de omvang van deze deelneming boven onderscheidenlijk onder de 10, 20, 33 of 50 procent stijgt, onderscheidenlijk daalt. 7. Integriteitstoezicht Artikel 14d 1. Een verzekeraar voert een adequaat beleid voor een integere uitoefening van haar bedrijf en richt haar bedrijfsvoering zodanig in, dat de integere uitoefening van haar bedrijf is gewaarborgd. 2. Het beleid en de bedrijfsvoering, bedoeld in het eerste lid, zijn in ieder geval gericht op: a. het tegengaan van belangenverstrengeling; 26

29 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 29 van 112 b. het tegengaan van witwassen van geld en terrorismefinanciering; c. de naleving van de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering en andere wettelijke regelingen ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering gestelde regels; d. het tegengaan van strafbare feiten of andere wetsovertredingen door de verzekeraar of haar werknemers, die het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kunnen schaden; e. het tegengaan van relaties met clienten of andere zakelijke relaties die het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kunnen schaden; f. het tegengaan van andere handelingen door de verzekeraar of haar werknemers, die zodanig ingaan tegen hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt dat daardoor het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kan worden geschaad. 3. De Bank kan aan verzekeraars richtlijnen geven met betrekking tot: a. de integere uitoefening van het verzekeringsbedrijf. b. de wijze waarop wordt vastgesteld of de betrouwbaarheid van een persoon, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel a, buiten twijfel staat en of deze persoon geschikt is en welke feiten en omstandigheden daarbij in aanmerking worden genomen. 4. De richtlijnen, bedoeld in het derde lid, kunnen betrekking hebben op de uitvoering van de voorsehriften in andere landsverordeningen. Zij worden slechts gegeven of gewijzigd na overleg met de daarbij betrokken representatieve organisatie. Artikel 14e 1. Een verzekeraar is niet met personen of rechtsperso- nen verbonden in een formele of feitelijke zeggenschapsstruc- tuur: 27

30 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 30 van 112 a. die in zodanige mate ondoorzichtig is dat deze een belemmering vormt of kan vormen voor het adequaat uitoefenen van toezicht op die onderneming; b. indien op die personen of rechtspersonen buitenlands recht van toepassing is en dat buitenlandse recht een belemmering vormt of kan vormen voor het adequaat uitoefenen van toezicht op die onderneming. G. in artikel 15 worden de navolgende wijzigingen aangebracht: 1. In het eerste lid wordt de zinsnede "10 tot en met 14" telkens vervangen door de zinsnede 10 tot en met 14, I4c, tweede lid, I4d en I 4e; 2. in het tweede lid, worden de woorden "onverminderd haar bevoegdheid tot intrekking ingevolge artikel 8" vervangen door: onverminderd haar bevoegdheid tot intrekking van een vergunning ingevolge artikel 8, het opleggen van een last onder dwangsom ingevolge artikel 16, eerste lid, en het opleggen van een bestuurlijke boete ingevolge artikel 16, tweede lid; H. na artikel I 5a worden een artikel 15b ingevoegd, luidende: Artikel 15b De Bank kan de houder van een gekwalificeerde deelneming in een verzekeraar ten aanzien van wie naar haar oordeel niet langer is voldaan aan de voorwaarde van artikel 7, onderdeel e, een aanwijzing geven om ten aanzien van met name genoemde punten een bepaalde gedragslijn te volgen. I. artikel 16 komt te luiden: Artikel 16 I. Ter zake van de overtreding van de bij of krachtens de artikelen 4, 5, eerste lid, 9, tweede lid, 10, I I tot en met 15b, 17, 22, eerste en derde lid, 24b, derde, vierde en vijfde lid, 25, zesde lid, en 27a, eerste lid, 27b gestelde voorschriften, kan de Bank een last onder dwangsom opleggen. 28

31 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 31 van Ter zake van de in het eerste lid bedoelde feiten kan de Bank ook een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste Afl ,- per afzonderlijke overtreding. 3. Overtredingen kunnen worden begaan door natuurlijke personen en rechtspersonen. Artikel 53, tweede en derde lid, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba is van overeenkomstige toepassing. 4. De Bank stelt richtsnoeren vast voor de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid, en legt deze vast in een beleidsdocument. Het beleidsdocument bevat in ieder geval een beschrijving van de te volgen procedures bij de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid. Het beleidsdocument, bedoeld in de eerste volzin, wordt, evenals alle nadien daarin aan te brengen wijzigingen, vooraf bekend gemaakt op een door de Bank te bepalen wijze. 5. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden regels gesteld met betrekking tot de grondslagen voor de vaststelling van de hoogte van de last onder dwangsom en de bestuurlijke boete per overtreding. De overtredingen worden gerangschikt in categorieen naar zwaarte van de overtreding met de bijbehorende basisbedragen, minimumbedragen en maximumbedragen. 6. Verbeurde dwangsommen en bestuurlijke boeten komen toe aan de Bank. J. na artikel I6 wordt, onder vernummering van de artikelen 16a tot en met 16f tot 16d tot en met 161, drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende: Artikel I 6a 1. Indien tijdens het plegen van een overtreding nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert het opleggen van een bestuurlijke boete aan de overtreder ter zake van eenzelfde overtreding, wordt het maximale bedrag van de bestuurlijke boete, vermeld in artikel 16, tweede lid, voor elke afzonderlijke overtreding verdubbe Id. 2. In afwijking van artikel 16, tweede lid, kan de Bank de hoogte van de bestuurlijke boete vaststellen op ten hoogste twee keer het bedrag van het voordeel dat de overtreder door de 29

32 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 32 van 112 overtreding heeft verkregen, indien diens voordeel groter is dan Afl ,-. Artikel I 6b I. Indien de Bank voornemens is een bestuurlijke boete op te leggen, geeft zij de betrokkene daarvan kennis onder vermelding van de gronden waarop het voornemen berust. 2. De Bank stelt de betrokkene in de gelegenheid om binnen een redelijke termijn naar keuze schriftelijk of mondeling zijn zienswijze naar voren te brengen voordat de bestuurlijke boete bij beschikking wordt opgelegd. 3. Indien de Bank, nadat de betrokkene zijn zienswijze naar voren heeft gebracht, beslist dat voor de overtreding geen bestuurlijke boete zal worden opgelegd, wordt dit schriftelijk aan de betrokkene medegedeeld Artikel 16c I. De Bank kan op verzoek van de overtreder een last onder dwangsom opheffen, de looptijd ervan voor een bepaalde termijn opschorten of de dwangsom verminderen ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijke onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichtingen te voldoen. 2. De Bank kan voorts op verzoek van een overtreder een last onder dwangsom opheffen, indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd. K. in artikel 16i worden de navolgende wijzigingen aangebracht: 10. het tweede, derde en vierde lid komen te luiden als volgt: 2. Bij gebreke van betaling wordt het bedrag en de kosten, bedoeld in het eerste lid, verhoogd met de invorderingskosten, door de Bank bij dwangbevel ingevorderd. 3. De bekendmaking van het dwangbevel geschiedt door middel van betekening van een exploot als bedoeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba en levert een executoriale titel op, die met toepassing van de voorschriften van dit Wetboek kan worden tenuitvoergelegd. 30

33 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 33 van Het dwangbevel verineldt ten minste: a. aan het hoofd het woord dwangbevel; b. het bedrag van de invorderbare hoofdsorri, vermeerderd met de verschuldigde wettelijke rente; c. de beschikking of het wettelijk voorschrift waaruit de verschuldigde geldsoin voorvloeit; d. de kosten van de aanmaning en van het dwangbevel; e. dat het op kosten van de overtreder ten uitvoer kan worden uitgebracht. 2. aan het artikel wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende: 5. Gedurende zes weken na de dag van betekening staat tegen het dwangbevel verzet open. Verzet wordt aanhangig gemaakt tegen de Bank bij het Gerecht en op de voor het indienen van vorderingen bepaalde wijze. Het verzet, mits tijdig en op de voorgeschreven wijze gedaan, schorst de tenuitvoerlegging van het dwangbevel. L. artikel 23 komt te luiden: Artikel Het is een ieder die uit hoofde van de toepassing van deze landsverordening of van een ingevolge deze landsverordening genomen besluit enige taak vervult of heeft vervuld, verboden van gegevens of inlichtingen die ingevolge deze landsverordening zijn verstrekt of verkregen of van een buitenlandse instantie als bedoeld in artikel 24, eerste lid, zijn ontvangen, verder of anders gebruik te maken of daaraan verder of anders bekendheid te geven dan voor de uitvoering van zijn taak of door deze landsverordening wordt geeist. 2. In afwijking van het eerste lid, is de Bank bevoegd met gebruikmaking van gegevens of inlichtingen, verkregen bij de uitvoering van haar taak op grond van deze landsverordening, mededelingen te doen, mits deze niet kunnen worden herleid tot afzonderlijke personen of instellingen. 3. Het eerste lid laat onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 31

34 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 34 van no. 75) als getuige in strafzaken een verklaring af te leggen orntrent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn ingevolge deze landsverordening opgedragen taak. Het laat evenzo onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba (AB 2005 no. 34) als getuige, dan wel partij in een cornparitie van partijen in burgerlijke zaken een verklaring af te leggen omtrent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn in gevolge deze landsverordening opgedragen taak, zulks met dien verstande dat zodanige verplichting slechts geldt, voor zover het betreft een verzekeraar die in staat van faillissement is verklaard of op grond van een rechterlijke uitspraak is ontbonden, en dat zij niet geldt voor gegevens of inlichtingen, die betrekking hebben op ondernemingen of instellingen, die betrokken zijn of zijn geweest bij een poging de desbetreffende verzekeraar in staat te stellen haar bedrijf voort te zetten. M. de artikelen 24 en 24a worden vervangen door vier nieuwe arti- kelen, luidende: Artikel In afwijking van artikel 23, eerste lid, is de Bank bevoegd om gegevens en of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze landsverordening opgedragen taken, uit te wisselen met aan in het buitenland van overheidswege aangewezen instanties die belast zijn met: a. het toezicht op personen en instellingen die actief zijn op de financiele markten of; b. het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving ter zake van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. 2. Van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, wordt geen gebruik gemaakt, indien: a. het doel waarvoor de gegevens of inlichtingen zullen worden gebruikt, onvoldoende bepaald is; 32

35 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 35 van 112 b. het beoogde gebruik van de gegevens of inlichtingen niet past in het kader van het toczicht op financiele markten of op die markten werkzame personen; c. verstrekking van de gegevens of inlichtingen zich niet verdraagt met de openbare orde of het recht van Aruba; d. de geheimhouding van de gegevens of inlichtingen niet voldoende is gewaarborgd; e. verstrekking van de gegevens of inlichtingen redelijkerwijs in strijd is of zou kunnen komen met de belangen die deze landsverordening beoogt te beschermen; f. onvoldoende is gewaarborgd dat de gegevens of inlichtingen niet zullen worden gebruikt voor een ander doel dan waarvoor deze worden verstrekt. 3. Voor zover de gegevens of inlichtingen, bedoeld in het eerste lid, zijn verkregen van een buitenlandse toezichthoudende instantie, verstrekt de Bank deze niet aan een andere buitenlandse toezichthoudende instantie, tenzij de instantie waarvan de gegevens of inlichtingen zijn verkregen, heeft ingestemd met de verstrekking van de gegevens of inlichtingen en in voorkomend geval heeft ingestemd met het gebruik voor een ander doel dan waarvoor de gegevens of inlichtingen zijn verstrekt. 4. Indien een buitenlandse toezichthoudende instantie aan de Bank verzoekt om gegevens of inlichtingen, die de Bank op grond van het eerste of tweede lid heeft verstrekt, te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor zij zijn verstrekt, willigt de Bank dat verzoek slechts in, indien: a. het beoogde gebruik niet in strijd is met het eerste of tweede lid; of b. de toezichthoudende instantie in kwestie op een andere wijze dan in deze landsverordening voorzien vanuit Aruba met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke procedures voor dat andere doel de beschikking over die gegevens of inlichtingen zou kunnen verkrijgen. 33

36 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 36 van 112 Artikel 24a In afwijking van artikel 23, eerste lid, is de Bank bevoegd gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze Iandsverordening opgedragen taken, te verstrekken aan personen en instanties die op grond van het Wetboek van Strafvordering van Aruba zijn belast met de uitoefening van strafvorderlijke bevoegdheden. Artikel 24b I. De Bank kan ten behoeve van de uitvoering van haar taak op grond van deze paragraaf van een ieder inlichtingen vorderen, indien dat voor de vervulling van de taak van een in artikel 24, eerste lid, bedoelde instantie nodig is. Artikel 25, derde tot en met zesde lid, is van overeenkomstige toepassing. 2. Op verzoek van een instantie als bedoeld in het eerste lid, kan de Bank gegevens en inlichtingen vragen aan of een onderzoek instellen of doen instellen bij een verzekeraar dan wel bij een ieder waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat hij over gegevens of inlichtingen beschikt, die redelijkerwijs van being kunnen zijn voor de verzoekende in stantie. 3. Degene aan wie gegevens of inlichtingen als bedoeld in het tweede lid, zijn gevraagd, verstrekt deze binnen een door de Bank te stellen redelijke termijn. 4. Degene bij wie een onderzoek als bedoeld in het tweede lid, wordt ingesteld, verleent alle medewerking die nodig is voor een richtige uitvoering van dat onderzoek. Artikel 25, derde en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing. 5. De Bank kan toestaan dat een functionaris van een instantie als bedoeld in artikel 24, eerste lid, deelneemt aan de uitvoering van een verzoek als bedoeld in het tweede lid. De functionaris, bedoeld in de eerste volzin, volgt de aanwijzingen op van de werknemer van de Bank die met de uitvoering van het verzoek is belast. Het gebod, bedoeld in het vierde 34

37 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 37 van 112 lid, geldt eveneens jegens de in de eerste volzin bedoelde functionaris. Artikel 24c 1. De Bank is bevoegd om de registers te raadplegen en alle inlichtingen te vragen van de Kamer van Koophandel en Nijverheid, de Dienst Landmeetkunde en Vastgoedregistratie, het Bureau Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister, alsmede van andere bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, aan te wijzen instanties. 2. De in het eerste lid genoemde instanties verlenen aan de Bank binnen de door haar gestelde redelijke termijn kosteloos alle medewerking die op grond van het eerste lid wordt gevraagd. N. artikel 25 wordt gewijzigd als volgt: 1. Onder vernummering van het tweede tot en met het vijfde lid tot het derde tot en met het zesde lid, wordt het eerste lid vervangen door twee nieuwe leden luidende: 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe door de President van de Bank aangewezen personen, werkzaam bij de Bank. Van een zodanige aanwijzing wordt mededeling gedaan in de Landscourant van Aruba. 2. De krachtens het eerste lid aangewezen personen kunnen het toezicht op een risicogeorienteerde wijze uitoefenen. Zij rapporteren ter zake van de uitoefening van de bevoegdheden, genoemd in het derde lid, aan de President van de Bank of aan de door deze schriftelijk aan te wijzen leidinggevenden binnen de Bank. 2. in het derde lid, onderdeel b, wordt na de woorden "daarvan afschrift te nemen" ingevoegd de woorden: of kopie te maken; 3. in het vierde lid worden de woorden "tweede lid, onderdeel c" vervangen door: derde lid, onderdeel c; 4. in het zesde lid worden de woorden "het tweede lid" vervangen door: het derde lid; 35

38 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 38 van artikel 26 wordt gewijzigd als volgt: 1. het eerste lid komt te luiden: 1. Degene die in strijd handelt met een voorschrift, voorwaarde of beperking, gesteld bij of krachtens de artikelen 4, 5, eerste lid, 9, tweede lid, 10, 11 tot en met 15b, 17, 22, eerste en derde lid, 24b, derde, vierde en vijfde lid, 25, zesde lid, en 27a, eerste lid, 27b wordt gestraft met hetzij hechtenis van ten hoogste een jaar hetzij, geldboete van ten hoogste Afl ,-, hetzij met een van deze straffen. 2. in het tweede lid worden de woorden "van ten hoogste vier jaren en geldboete van ten hoogste vijfhonderdduizend florin" vervangen door: van ten hoogste zes jaren en geldboete van ten hoogste Afl ,-; P. na artikel 27 worden twee nieuwe artikelen ingevoegd, luidende: Artikel 27a 1. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen natura -u itvaartverzekeraars, herverzekeraars en assurantiebemiddelaars volgens de in dit landsbesluit te stellen regels onder het toezicht van de Bank worden geplaatst. Daarbij kunnen een of meer artikelen van deze landsverordening van overeenkomstige toepassing worden verklaard. 2. Onder natura-uitvaartverzekeraar wordt verstaan een ieder die, geen levensverzekeraar zijnde, zijn bedrijf maakt van het sluiten van natura-uitvaartverzekeringen voor eigen rekening en het afwikkelen van die naturau itvaartverzekeringen. Onder natura-uitvaartverzekering wordt verstaan een verzekering in verband met de verzorging van de uitvaart van een natuurlijke persoon waarbij de verzekeraar zich verbindt tot het leveren van een prestatie die niet tevens inhoudt het doen van een geldelijke uitkering. 3. Onder herverzekeraar wordt verstaan een ieder die zijn bedrijf maakt van het sluiten van herverzekeringen voor eigen rekening en het afwikkelen van die herverzekeringen. Onder herverzekering wordt verstaan een verzekering waarbij risico's worden geaccepteerd die door een verzekeraar worden overgedragen. 36

39 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 39 van Onder assurantiebemiddelaar wordt verstaan een ieder die, anders dan uit hoofde van een arbeidsovereenkomst, bemiddeling verleent bij het sluiten, afkopen of uitkeren van een levensverzekeringsovereenkomst of van een schadeverzekeringsovereenkomst. Artikel 27b 1. Het is een ieder verboden bemiddeling te verlenen bij het sluiten, afkopen of uitkeren van een levensverzekeringsovereenkomst of van een schadeverzekeringsovereenkomst met een in of buiten Aruba gevestigde onderneming of instelling die niet beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 5 tot de uitoefening van het verzekeringsbedrijf. 2. Onverminderd artikel 4, tweede lid, kan de Bank op een daartoe strekkend verzoek ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in het eerste lid, indien dit naar het oordeel van de Bank niet strijdig is met de belangen die deze landsverordening beoogt te beschennen. Artikel III De Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven (AB 2003 no. 60) wordt gewijzigd als volgt: A. artikel I wordt gewijzigd als volgt: 1. na het begrip "geldtransactiebedrijf' en de bijbehorende omschrijving wordt een nieuw begrip met bijbehorende omschrijving Ingevoegd, luidende: gekwalificeerde deelneming: een rechtstreeks of middellijk belang van meer dan 10% van het geplaatste aandelenkapitaal van een geldtransactiebedrijf of het rechtstreeks of middellijk kunnen uitoefenen van meer dan 10% van 37

40 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 40 van 112 de stemrechten in een geldtransactiebedrijf of het rechtstreeks of middellijk kunnen uitoefenen van een daarmee vergelijkbare zeggenschap; 2. het begrip "financieren van terrorisme" en de bijbehorende omschrijving wordt vervangen door een nieuw begrip met bijbehorende omschrijving, luidende: terrorismefinancie-: het misdrijf, bedoeld in artikel 140a, van ring het Wetboek van Strafrecht van Aruba; B. artikel 3 wordt gewijzigd als volgt: 1. het tweede lid komt te luiden: 2. Een geldtransactiebedrijf wordt op een daartoe strekkend verzoek in het register ingeschreven, tenzij de Bank: a. van oordeel is dat door de inschrijving de integriteit van het financiele stelsel wordt aangetast, of aannemelijk is dat deze zou kunnen worden aangetast; b. van oordeel is dat de betrouwbaarheid van de personen, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdelen a, b en c, niet buiten twijfel staat; c. van oordeel is dat de geschiktheid van een of meer van de personen, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a of b, individueel of collectief, onvoldoende is in verband met de uitvoering van het geldtransactiebedrijf of de uitoefening van de desbetreffende functie bij het geldtransactiebedrijf; d. een redelijk vermoeden heeft dat het bedrijf of een persoon als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdelen a, b of c, zich schuldig maakt of schuldig zal maken aan witwassen of terrorismefinanciering; e. van oordeel is dat de administratieve organisatie of de bedrijfsvoering van het bedrijf onvoldoende is om een integere bedrijfsvoering te bevorderen en te handhaven of om aan de op het bedrijf rustende wettelijke verplichtingen te voldoen; 38

41 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 41 van in het derde lid worden de woorden "het financieren van terrorisme" telkens vervangen door het woord: terrorismefinanciering; C. artikel 4, eerste lid, komt te luiden: 1. Een verzoek om inschrijving als bedoeld in artikel 3, tweede lid, bevat de navolgende gegevens: a. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid en geschiktheid kan vaststellen van de bestuurders en andere personen die het beleid van de onderneming of instelling bepalen of medebepalen; b. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid en geschiktheid kan vaststellen van de leden van de raad van commissarissen dan wel van het orgaan van de onderneming of instelling dat een aan die van raad van commissarissen gelijksoortige taak heeft; c. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid kan vaststellen van degenen die een gekwalificeerde deelneming houden in de onderneming of instelling en, indien de houder van een gekwalificeerde deelneming een rechtspersoon is, van de personen die het dagelijks beleid van deze rechtspersoon bepalen, alsmede de omvang van de desbetreffende gekwalificeerde deelneming; d. de naam, het adres, en de vestigingsplaats en het adres en de vestigingsplaats van de bijkantoren; e. de voorziene bedrijfsvoering, waaronder begrepen de maatregelen gericht op het bevorderen en handhaven van een integere bedrijfsvoering, en de administratieve organisatie; f. het nummer van inschrijving bij de Kamer van Koophandel en Nijverheid; g. de soon geldtransacties die de onderneming uitvoert of voornemens is uit te voeren. 39

42 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 42 van 112 D. het tweede, derde en vierde lid van artikel 5 komen to luiden 2. Een geldtransactiebedrijf dat is ingeschreven in het register, benoemt geen personen in functies als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, en b, zonder voorafgaande toestemming van de Bank. 3. Een geldtransactiebedrijf dat is ingeschreven in het register, meldt iedere voorgenomen wijziging die optreedt in de gegevens, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c, voor zover deze het aantal, de identiteit van de daar genoemde personen of de omvang van de desbetreffende gekwalificeerde deelneming betreft, vooraf schriftelijk aan de Bank. Een wijziging als bedoeld in de eerste volzin, wordt niet doorgevoerd, indien de Bank het voornemen daartoe afwijst binnen dertien weken na ontvangst van de melding, bedoeld in het tweede lid, of, indien de Bank om nadere gegevens of inlichtingen heeft verzocht, binnen dertien weken na de ontvangst van die gegevens of inlichtingen. lid toegevoegd, luidende: 4. Van wijzigingen in de gegevens, bedoeld in artikel 4, eerste lid, anders dan bedoeld in het tweede en vierde lid, stelt het geldtransactiebedrijf de Bank onverwijld schriftelijk in kennis. E. artikel 6 wordt vervangen door twee nieuwe artikelen, luidende: Artikel 6 1. Een geldtransactiebedrijf voert een adequaat beleid voor een integere uitoefening van haar bedrijf, en richt haar bedrijfsvoering zodanig in dat de integere uitoefening van haar bedrijf is gewaarborgd. 2. Het beleid en de bedrijfsvoering als bedoeld in het eerste lid zijn in ieder geval gericht op: a. het tegengaan van belangenverstrengeling; b. het tegengaan van witwassen en terrorismefinanciering; c. de naleving van de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en andere wettelijke regelingen ter za- 40

43 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 43 van 112 ke van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering gestelde regels; d. het tegengaan van strafbare feiten of andere wetsovertredingen door het geldtransactiebedrijf of haar werknemers, die het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kunnen schaden; e. het tegengaan van relaties met clienten of andere zakelijke relaties die het vertrouwen in het geldtransactiebedrijf of in de financiele markten kunnen schaden; f. het tegengaan van andere handelingen door het geldtransactiebedrijf of haar werknemers, die zodanig ingaan tegen hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt dat daardoor het vertrouwen in het geldtransactiebedrijf of in de financiele markten kan worden geschaad. 3. De Bank kan aan geldtransactiebedrijven richtlijnen geven met betrekking tot de integere uitoefening van het bedrijf en de wijze waarop wordt vastgesteld of de betrouwbaarheid van een persoon, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, b en c buiten twijfel staat en of deze persoon geschikt is en welke feiten en omstandigheden daarbij in aanmerking worden genomen. 4. De Bank kan, voor zover dit noodzakelijk is voor de uitoefening van de bij deze landsverordening opgelegde taak, richtlijnen geven aan geldtransactiebedrijven die zijn ingeschreven in het register, met betrekking tot de administratieve organisatie en de bedrijfsvoering, met inbegrip van de financiele administratie en de interne controle. 5. De richtlijnen, bedoeld in het derde lid, kunnen betrekking hebben op de uitvoering van de voorschriften in andere landsverordeningen. 6. De Bank kan aan een geldtransactiebedrijf aanwijzingen geven met betrekking tot de wijze waarop aan richtlijnen als bedoeld in het derde en vierde lid, uitvoering wordt gegeven. 41

44 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 44 van 112 Artikel 6a Een geldtransactiebedrijf is niet met personen of rechtspersonen verbonden in een formele of feitelijke zeggenschapsstructuur: a. die dermate ondoorzichtig is dat deze een belemmering vormt of kan vormen voor de adequate uitoefening van toezicht op die onderneming; b. indien op die personen of rechtspersonen buitenlands recht van toepassing is en dat buitenlands recht een belemmering vormt of kan vormen voor een adequate toezichtuitoefening op het geldtransactiebedrijf. F. artikel 7 wordt gewijzigd als volgt: 1. in onderdeel e van het tweede lid wordt de punt aan slot ervan vervangen door een punt-komma, en wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende: f. indien het bedrijf de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering of in andere wettelijke regelingen ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering gestelde voorschriften naar het oordeel van de Bank niet of onvoldoende naleeft. 2. in het derde lid, onderdeel a, worden de woorden "het financieren van terrorisme" telkens vervangen door het woord: terrorismefinanciering; G. het opschrift van paragraaf 5 komt te luiden: Toezicht en gegevensver- strekking; H. de artikelen 12 en 13 komen te luiden: Artikel Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe door de President van de Bank aangewezen personen, werkzaam bij de Bank. Van een zodanig aanwijzing wordt mededeling gedaan in de Landscourant van Aruba. 42

45 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 45 van De krachtens het eerste lid aangewezen personen kunnen het toezicht op een risicogeorienteerde wijze uitoefenen. Zij rapporteren ter zake van de uitoefening van de bevoegdheden, genoemd in het derde lid, aan de President van de Bank of aan de door deze schriftelijk aan te wijzen leidinggevenden binnen de Bank. 3. De krachtens het eerste lid aangewezen personen zijn, uitsluitend voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijze noodzakelijk is, bevoegd: a. alle inlichtingen te vragen; b. inzage te vervangen van alle zakelijke boeken, bescheiden en andere informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of kopie te maken; c. alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden. 4. Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het derde lid, onderdeel c, verschaft met behulp van de sterke arm. 5. Op de wijze van taakuitoefening van de krachtens het eerste lid aangewezen personen is het Landsbesluit algemene bepalingen toezichtuitoefening (AB 1998 no. 70) of het landsbesluit dat dit vervangt, van toepassing. 6. Een ieder is verplicht aan de krachtens het eerste lid aangewezen personen alle medewerking te verlenen, die op grond van het derde lid wordt gevorderd. Artikel 13 Voor zover de inlichtingen, bedoeld in artikel 12, derde lid, onderdeel a, gegevens betreffen, die krachtens ander wettelijk voorschrift aan de Bank worden verstrekt, kan het bedrijf ten aanzien van die inlichtingen aan de in artikel 12, zesde lid, genoemde verplichting voldoen door die gegevens aan te merken als verstrekt uit hoofde van deze landsverordening. 1. in artikel 16 wordt de zinsnede "artikel 3, tweede lid, onderdeel a of b" vervangen door: artikel 3, tweede lid, onderdelen a, d of e; 43

46 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 46 van 112 J. de artikelen 17 tot en met 22 komen te luiden: Artikel 17 Een dienstverlener als bedoeld in artikel I, eerste lid, van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering, verleent geen diensten aan geldtransactiebedrijven waarop, naar hij weet of redelijkerwijs kan vermoeden, het verbod, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van toepassing is. Artikel 18 I. Het is een ieder die uit hoofde van de toepassing van deze landsverordening of van een ingevolge deze landsverordening genomen besluit enige taak vervult of heeft vervuld, verboden van gegevens of inlichtingen die ingevolge deze landsverordening zijn verstrekt of verkregen of van een buitenlandse instantie als bedoeld in artikel 19 zijn ontvangen, verder of anders gebruik te maken of daaraan verder of anders bekendheid te geven dan voor de uitvoering van zijn taak of door deze landsverordening wordt geeist. 2. In afwijking van het eerste lid, is de Bank bevoegd met gebruikmaking van gegevens of inlichtingen, verkregen bij de uitvoering van haar taak op grond van deze landsverordening, mededelingen te doen, mits deze niet kunnen worden herleid tot afzonderlijke personen of instellingen. 3. Het eerste lid laat onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) als getuige in strafzaken een verklaring of te leggen omtrent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn ingevolge deze landsverordening opgedragen taak. Het laat evenzo onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba (AB 2005 no. 34) als getuige, dan wel partij in een comparitie van partijen in burgerlijke zaken een verklaring of te leggen omtrent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn in gevolge deze landsverordening opgedragen taak, zulks met dien verstande dat zodanige verplichting slechts geldt, voor 44

47 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 47 van 112 zover het betreft een geldtransactiebedrijf dat in staat van faillissement is verklaard of op grond van een rechterlijke uitspraak is ontbonden, en dat zij niet geldt voor gegevens of inlichtingen, die betrekking hebben op ondememingen of instellingen, die betrokken zijn of zijn geweest bij een poging het desbetreffende geldtransactiebedrijf in staat te stellen zijn bedrijf voort te zetten. Artikel In afwijking van artikel 18, eerste lid, is de Bank bevoegd om gegevens en of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de Naar ingevolge deze landsverordening opgedragen taken, uit te wisselen met aan in het buitenland van overheidswege aangewezen instanties die belast zijn met: a. het toezicht op personen en instellingen die actief zijn op de financiele markten of b. het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving ter zake van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. 2. Van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, wordt geen gebruik gemaakt, indien: a. het doel waarvoor de gegevens of inlichtingen zullen worden gebruikt, onvoldoende bepaald is; b. het beoogde gebruik van de gegevens of inlichtingen niet past in het kader van het toezicht op financiele markten of op die markten werkzame personen; c. verstrekking van de gegevens of inlichtingen zich niet verdraagt met de openbare orde of het recht van Aruba; d. de geheimhouding van de gegevens of inlichtingen niet voldoende is gewaarborgd; e. verstrekking van de gegevens of inlichtingen redelijkerwijs in strijd is of zou kunnen komen met de belangen die deze landsverordening beoogt te beschermen; f. onvoldoende is gewaarborgd dat de gegevens of inlichtingen niet zullen worden gebruikt voor een ander doel dan waarvoor deze worden verstrekt. 45

48 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 48 van Voor zover de gegevens of inlichtingen, bedoeld in het eerste lid, zijn verkregen van een buitenlandse toezichthoudende instantie, verstrekt de Bank deze niet aan een andere buitenlandse toezichthoudende instantie, tenzij de instantie waarvan de gegevens of inlichtingen zijn verkregen, heeft ingestemd met de verstrekking van de gegevens of inlichtingen en in voorkomend geval heeft ingestemd met het gebruik voor een ander doel dan waarvoor de gegevens of inlichtingen zijn verstrekt. 3. Indien een buitenlandse toezichthoudende instantie aan de Bank verzoekt om gegevens of inlichtingen, die de Bank op grond van het eerste of tweede lid heeft verstrekt, te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor zij zijn verstrekt, willigt de Bank dat verzoek slechts in, indien: a. het beoogde gebruik niet in strijd is met het eerste of tweede lid; of b. de toezichthoudende instantie in kwestie op een andere wijze dan in deze landsverordening voorzien vanuit Aruba met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke procedures voor dat andere doel de beschikking over die gegevens of inlichtingen zou kunnen verkrijgen. Artikel De Bank is bevoegd om de registers te raadplegen en alle inlichtingen te vragen van de Kamer van Koophandel en Nijverheid, de Dienst Landmeetkunde en Vastgoedregistratie, het Bureau Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister, alsmede van andere bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, aan te wijzen instanties. 2. De in het eerste lid genoemde instanties verlenen aan de Bank binnen de door haar gestelde redelijke termijn kosteloos alle medewerking die op grond van het eerste lid wordt gevraagd. 3. In afwijking van artikel 18, eerste lid, is de Bank bevoegd gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze landsverordening opgedragen taken, te verstrekken aan personen en instanties die op grond van het 46

49 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 49 van 112 Wetboek van Strafvordering van Aruba zijn belast met de uit- oefening van strafvorderlijke bevoegdheden. Artikel De Bank kan ten behoeve van de uitvoering van haar taak op grond van deze paragraaf van een ieder inlichtingen vorderen, indien dat voor de vervulling van de taak van een in artikel 19, eerste lid, bedoelde instantie nodig is. Artikel 12, derde tot en met zesde lid, is van overeenkomstige toepassing. 2. Op verzoek van een instantie als bedoeld in het eerste lid, kan de Bank gegevens en inlichtingen vragen aan of een onderzoek instellen of doen instellen bij een geldtransactiebedrijf dan wel bij een ieder waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat hij over gegevens of inlichtingen beschikt, die redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor de verzoekende instantie. 3. Degene aan wie gegevens of inlichtingen als bedoeld in het tweede lid, zijn gevraagd, verstrekt deze binnen een door de Bank to stellen redelijke termijn. 4. Degene bij wie een onderzoek als bedoeld in het tweede lid, wordt ingesteld, verleent alle medewerking die nodig is voor een richtige uitvoering van dat onderzoek. Artikel 12, derde en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing. Artikel 22 De Bank kan toestaan dat een functionaris van een instantie als bedoeld in artikel 19, eerste lid, deelneemt aan de uitvoering van een verzoek als bedoeld in het tweede lid. De functionaris, bedoeld in de eerste volzin, volgt de aanwijzingen op van de werknemer van de Bank die met de uitvoering van het verzoek is belast. Het gebod, bedoeld in artikel 21, vierde lid, geldt eveneens jegens de in de eerste volzin bedoelde functionaris. 47

50 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 50 van 112 K. artikel 23 komt te luiden: Artikel Ter zake van de overtreding van de bij of krachtens de artikelen 2, eerste lid, 3, vierde lid, 5, tweede tot en met het vierde lid, 6, 6a, 7, vierde lid, 10, eerste lid, tweede volzin, 12, zesde lid, 14 tot en met 17, 21, derde en vierde lid, en 22, derde volzin, gestelde voorschriften, kan de Bank een last onder dwangsom opleggen. 2. Ter zake van de overtreding van de bij of krachtens deze landsverordening gestelde voorschriften kan de Bank ook een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste Afl , - per afzonderlijke overtreding. 3. Overtredingen als bedoeld in het eerste en tweede lid kunnen worden begaan door natuurlijke personen en rechtspersonen. Artikel 53, tweede en derde lid, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba is van overeenkomstige toepassing. 4. De Bank stelt richtsnoeren vast voor de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid, en legt deze vast in een beleidsdocument. Het beleidsdocument bevat in ieder geval een beschrijving van de te volgen procedures bij de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid. Het beleidsdocument. bedoeld in de eerste volzin, wordt, evenals alle nadien daarin aan te brengen wijzigingen, vooraf bekend gemaakt op een door de Bank te bepalen wijze. 5. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden regels gesteld met betrekking tot de grondslagen voor de vaststelling van de hoogte van de last onder dwangsom en de bestuurlijke boete per overtreding. De overtredingen worden gerangschikt in categorieen naar zwaarte van de overtreding met de bijbehorende basisbedragen, minimumbedragen en maximumbedragen. 6. Verbeurde dwangsommen en bestuurlijke boeten komen toe aan de Bank. 48

51 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 51 van 112 L. na artikel 23 wordt drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende: Artikel 23a 1. Indien tijdens het plegen van een overtreding nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert het opleggen van een bestuurlijke boete aan de overtreder ter zake van eenzelfde overtreding, luidt het maximale bedrag van de bestuurlijke boete, bedoeld in artikel 23, tweede lid, voor elke afzonderlijke overtreding Afl ,-. 2. In afwijking van artikel 23, tweede lid, kan de Bank de hoogte van de bestuurlijke boete vaststellen op ten hoogste twee keer het bedrag van het voordeel dat de overtreder door de overtreding heeft verkregen, indien diens voordeel groter is dan Afl ,-. Artikel 23b 1. Indien de Bank voornemens is een bestuurlijke boete op te leggen, geeft zij de betrokkene daarvan kennis onder vermelding van de gronden waarop het voornemen berust. 2. De Bank stelt de betrokkene in de gelegenheid om binnen een redelijke termijn naar keuze schriftelijk of mondeling zijn zienswijze naar voren te brengen voordat de bestuurlijke boete bij beschikking wordt opgelegd. 3. Indien de Bank, nadat de betrokkene zijn zienswijze naar voren heeft gebracht, beslist dat voor de overtreding geen bestuurlijke boete zal worden opgelegd, wordt dit schriftelijk aan de betrokkene medegedeeld. Artikel 23c 1. De Bank kan op verzoek van de overtreder een last onder dwangsom opheffen, de looptijd ervan voor een bepaalde termijn opschorten of de dwangsom verminderen ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijke onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichtingen te voldoen. 49

52 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 52 van De Bank kan voorts op verzoek van een overtreder een last order dwangsom opheffen, indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd. M. in artikel 27, eerste lid, worden de woorden "het financieren van ter - rorisme" vervangen door: terrorismefinanciering; N. in artikel 27a worden de navolgende wijzigingen aangebracht: 1. het tweede, derde en vierde lid komen to luiden als volgt: 2. Bij gebreke van betaling wordt het bedrag en de kosten, bedoeld in het eerste lid, verhoogd met de invorderingskosten, door de Bank bij dwangbevel ingevorderd. 3. De bekendmaking van het dwangbevel geschiedt door middel van betekening van een exploot als bedoeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba en Levert een executoriale titel op, die met toepassing van de voorschriften van dit Wetboek kan worden tenuitvoergelegd. 4. Het dwangbevel vermeldt in ieder geval: a. aan het hoofd het woord "dwangbevel"; b. het bedrag van de invorderbare hoofdsom, vermeerderd met de verschuldigde wettelijke rente; c. de beschikking of het wettelijk voorschrift waaruit de verschuldigde geldsom voortvloeit; d. de kosten van de aanmaning en van het dwangbevel; e. dat het op kosten van de overtreder ten uitvoer kan worden uitgebracht. 2. aan het artikel wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende: 5. Gedurende zes weken na de dag van betekening staat tegen het dwangbevel verzet open. Verzet wordt aanhangig gemaakt tegen de Bank bij het gerecht in eerste aanleg en op de voor het indienen van vorderingen bepaalde wijze. Het verzet, mits tijdig en op de voorgeschreven wijze gedaan, schorst de tenuitvoerlegging van het dwangbevel. 50

53 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 53 van artikel 29 komt te luiden: Artikel 29 I. Degene die opzettelijk in strijd handelt met een voorschrift, voorwaarde of beperking, gesteld bij of krachtens de artikelen 2, eerste lid, 3, vierde lid, 5, tweede tot en met het vierde lid, 6, 6a, 7, vierde lid, 10, eerste lid, tweede volzin, 12, zesde lid, 14 tot en met 17, 21, derde en vierde lid, en 22, derde volzin, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van ten hoogste Afl ,- of met beide straffen. 2. Degene die niet opzettelijk in strijd handelt met een bij of krachtens een in het eerste lid venneld artikel gestelde voorschrift voorwaarde of beperking, wordt gestraft, hetzij met hechtenis van ten hoogste een jaar, hetzij geldboete van ten hoogste Afl ,-, hetzij met beide straffen. 3. De in het eerste lid bedoelde strafbare feiten zijn misdrijven; de in het tweede lid bedoelde strafbare feiten zijn overtred ingen. Artikel IV De Landsverordening toezicht trustkantoren (AB 2009 no. 13) wordt gewijzigd als volgt: A. artikel 1 komt te luiden: Artikel I In deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: trustkantoor een onderneming of instelling die bedrijfsmatig een of meer van de navolgende activiteiten verricht: a. het optreden als oprichter, beheerder of vereffenaar van rechtspersonen of lichamen; b. het optreden als plaatselijke vertegenwoordiger, bestuurder of wet- 51

54 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 54 van 112 telijke vertegenwoordiger van rechtspersonen of lichamen; c. het beschikbaar stellen van in Aruba woonachtige natuurlijke personen of van in Aruba gevestigde rechtspersonen als plaatse- Iijke vertegenwoordiger, bestuurder of wettelijke vertegenwoordiger; d. het zijn van trustee van een trust; e. het liquideren of doen liquideren van rechtspersonen of lichamen; f. het verkopen of bemiddelen bij de groep : Iichaam : trust : uiteindelijke belang- : hebbende gekwalificeerde deel- : neming verkoop van rechtspersonen of lichamen; g. andere, bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, aan to wijzen activiteiten; een economische eenheid waarin natuurlijke personen, rechtspersonen en lichamen verbonden zijn; een juridische entiteit die geen natuurlijke persoon is; een trust in de zin van het Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts (Trb. 1985, 141); een uiteindelijke belanghebbende als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28); een rechtstreeks of middellijk belang van ten minste tien procent van het geplaatste aandelenkapitaal of een daarmee vergelijkbaar belang, of het rechtstreeks of middellijk kunnen uitoefenen van ten minste tien procent 52

55 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 55 van 112 van de stemrechten of een daarmee vergelijkbare zeggenschap; witwassen : een misdrijf als bedoeld in de artikelen 430b, 430c of 430d van het Wetboek van Strafrecht van Aruba (AB 1991 no. GT 50); terrorismefinanciering: het misdrijf, bedoeld in artikel 140a van het Wetboek van Strafrecht van Aruba; vergunning een vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid; Bank de Centrale Bank van Aruba; Minister : de minister, belast met financien; representatieve orga- : de representatieve organisatie, benisatie doeld in artikel 30. B. artikel 3 wordt gewijzigd als volgt: 1 de onderdelen b, c en d van het eerste lid komen te luiden: b. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid en geschiktheid kan vaststellen van de bestuurders en andere personen die het beleid van de onderneming of instelling bepalen of medebepalen; c. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid en geschiktheid kan vaststellen van de leden van de raad van commissarissen dan wel van het orgaan van de onderneming of instelling dat een aan die van raad van commissarissen gelijksoortige taak heeft; d. de identiteit, antecedenten en een verklaring van goed gedrag, alsmede andere door de Bank te bepalen gegevens op basis waarvan de Bank de betrouwbaarheid kan vaststellen van degenen die een gekwalificeerde deelneming houden in de onderneming of instelling en, indien de houder van een gekwalificeerde deelneming een rechtspersoon is, van de personen die het dagelijks beleid 53

56 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 56 van 112 van deze rechtspersoon bepalen, alsmede de omvang van de desbetreffende gekwalificeerde deelneming; 2. in het vijfde lid worden de woorden "zes weken" telkens vervangen door: dertien weken; C. artikel 4, eerste lid, komt te luiden: 1. De Bank verleent een vergunning, tenzij: a. de aanvrager naar het oordeel van de Bank niet voldoet of zal kunnen voldoen aan artikel 6, eerste lid; b. de Bank van oordeel is dat: 1. van een of meer personen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdelen b, c en d, de betrouwbaarheid niet buiten twijfel staat; 2. van een of meer personen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdelen b en c, de geschiktheid, individueel of collectief onvoldoende is in verband met de uitoefening van het bedrijf van trustkantoor of de uitoefening van de desbetreffende functie bij het trustkantoor; 3. het waarschijnlijk is dat de aanvrager in strijd met de goede zeden of de openbare orde zal handelen, dan wel de verstrekte gegevens doen vermoeden dat een vergunning voor ongeoorloofde doeleinden zal worden gebruikt; 4. de aanvrager, gelet op de gegevens, bedoeld in artikel 3, eerste tot en met het vierde lid, niet in staat zal zijn om zijn voornemens ten uitvoer te brengen, dan wel aan zijn verplichtingen ingevolge deze landsverordening, de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering of een andere wettelijke regeling ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering te voldoen; 5. de groep waartoe de aanvrager behoort een formele of feitelijke zeggenschapstructuur heeft, die in zodanige mate doorzichtig is, dat deze geen belemmering vormt 54

57 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 57 van 112 of zou kunnen vormen voor een adequaat toezicht op de aanvrager; c. de aanvrager, gelet op de gegevens, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel a, of tweede lid, voornemens is om activiteiten te verrichten, die wezenlijk verschillen van die van een trustkantoor; d. de aanvrager een bestuurder of procuratiehouder heeft die geen ingezetene is van Aruba. D. artikel 5 komt te luiden: Artikel 5 Een trustkantoor benoeint geen personen in functies als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdelen b of c, zonder voorafgaande toestemming van de Bank. De artikelen 3, eerste lid, aanhef en onderdelen b en c, en vijfde lid, en 4, tweede lid, zijn van overeenkomstige toepassing. E. na artikel 5 wordt een nieuw artikel 5a ingevoegd, luidende: Artikel 5a Geen wijziging door middel van overdracht, verwerving of anderszins van een gekwalificeerde deelneming in een trustkantoor vindt plaats zonder voorafgaande toestemming van de Bank. De artikelen 3, eerste lid, aanhef en onderdeel d, en het vijfde lid, en 4, tweede lid, zijn van overeenkomstige toepassing. F. artikel 6 komt te luiden: Artikel 6 1. Een trustkantoor voert een adequaat beleid voor een integere uitoefening van haar bedrijf, en richt haar bedrijfsvoering zodanig in dat de integere uitoefening van haar bedrijf is gewaarborgd. 2. Het beleid en de bedrijfsvoering als bedoeld in het eerste lid zijn in ieder geval gericht op: 55

58 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 58 van 112 a. het tegengaan van belangenverstrengeling; b. het tegengaan van witwassen en terrorismefinanciering; c. de naleving van de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) of andere wettelijke regelingen ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering gestelde regels; d. het tegengaan van strafbare feiten of andere wetsovertredingen door het trustkantoor of haar werknemers, die het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kunnen schaden; e. het tegengaan van relaties met clienten of andere zakelijke relaties die het vertrouwen in het trustkantoor of in de financiele markten kunnen schaden; f. het tegengaan van andere handelingen door het trustkantoor of haar werknemers, die zodanig ingaan tegen hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt dat daardoor het vertrouwen in het trustkantoor of in de financiele markten kan worden geschaad. 3. De Bank kan aan trustkantoren richtlijnen geven met betrekking tot de integere uitoefening van het bedrijf en de wijze waarop wordt vastgesteld of de betrouwbaarheid van een persoon, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, b en c buiten twijfel staat en of deze persoon geschikt is en welke feiten en omstandigheden daarbij in aanmerking worden genomen. 4. De Bank kan, voor zover dit noodzakelijk is voor de uitoefening van de haar bij deze landsverordening opgelegde taak, richtlijnen geven aan trustkantoren die zijn ingeschreven in het register, met betrekking tot de administratieve organisatie en de bedrijfsvoering, met inbegrip van de financiele administratie en de interne controle. 5. De richtlijnen, bedoeld in het derde lid, kunnen betrekking hebben op de uitvoering van de voorschriften in andere landsverorden in gen. 6. De Bank kan aan een trustkantoor aanwijzingen geven met betrekking tot de wijze waarop aan richtlijnen als bedoeld in het derde en vierde lid, uitvoering wordt gegeven. 56

59 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 59 van 112 G. artikel 7, tweede en derde lid, wordt vervangen door drie nieuwe leden, luidende: 2. De Bank kan, de representatieve organisatie gehoord, aan trustkantoren richtlijnen geven met betrekking tot de inhoud, het model en de grondslagen van de jaarrekening, bedoeld in het eerste lid 3. De jaarrekening, bedoeld in het eerste lid, gaat vergezeld van een verklaring van het trustkantoor dat onderzoek is gedaan naar de beschikbaarheid op I januari van het lopende boekjaar van de gegevens, bedoeld in artikel In de verklaring, bedoeld in het derde lid, vermeldt het trustkantoor tevens dat op basis van het onderzoek is vastgesteld dat de gegevens, bedoeld in artikel 8, met betrekking tot de rechtspersonen of lichamen ten aanzien waarvan zij haar activiteiten verricht, op 1 januari van het lopende boekjaar beschikbaar zijn. De verklaring heeft mede betrekking op de rechtspersonen of lichamen waaraan het trustkantoor beheersdiensten verleent. Indien zulks niet zonder voorbehoud kan worden verklaard, wordt dit in de verklaring nader toegelicht onder opgave van de rechtspersonen of lichamen waarop het voorbehoud betrekking heeft. H. artikel 8 wordt gewijzigd als volgt: 1. in het eerste lid worden de onderdelen a en b vervangen door drie nieuwe onderdelen luidende als volgt: a. kennis heeft van de herkomst van het vermogen dat in de rechtspersoon of het lichaam is ondergebracht; b. kennis heeft van de relevante delen van de structuur van de groep waartoe de rechtspersoon of het lichaam behoort, en van het doel waarmee de structuur is opgezet; c. in zijn hoedanigheid van trustee de identiteit kent van de insteller van een trust; 2. het tweede lid vervalt onder vernummering van het derde en het vierde lid tot het tweede en het derde lid; 3. in het derde lid vervallen de woorden "en tweede"; 4. in het vierde lid vervallen de woorden "en het tweede"; 57

60 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 60 van 112 I. de artikelen 9 en 10 komen te luiden: Artikel 9 1. Indien een trustkantoor het beheer voert over of als directeur of wettelijk vertegenwoordiger optreedt van een rechtspersoon of lichaam, waarvan de aandelen aan toonder zijn gesteld, en die aandelen niet of niet alle op het trustkantoor worden bewaard: a. heeft het trustkantoor te alien tijde kennis van de plaats waar deze aandelen worden bewaard, en legt deze kennis op een toegankelijke wijze vast; b. waarborgt het trustkantoor dat de bewaring geschiedt op grond van een schriftelijke overeenkomst tussen de bewaarder en de eigenaar of eigenaren van de aandelen, en dat het beschikt over een afschrift van die overeenkomst; c. waarborgt het trustkantoor dat zowel de bewaarder als het trustkantoor terstond schriftelijk op de hoogte worden gesteld van elke vervreemding van de aandelen onder vermelding van ten minste de naam en het adres van de verkrijger. 2. Als bewaarders van de aandelen aan toonder, bedoeld in het eerste lid, kunnen optreden: a. in Aruba: I. onder toezicht van de Bank staande financiele instellingen en binnenlandse vestigingen van het trustkantoor of aan het trustkantoor gelieerde binnenlandse vennootschappen binnen concernverband; 2. notarissen; b. buiten Aruba: 1 0. buitenlandse vestigingen van het trustkantoor of aan het trustkantoor gelieerde buitenlandse vennootschappen binnen concernverband, mits deze in het land van vestiging onderworpen zijn aan internationaal aanvaarde normen voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering en onder effectief toezicht ter zake van de naleving van die normen; 58

61 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 61 van andere trustkantoren, banken en andere financiele instellingen, mits deze in het land van vestiging onderworpen zijn aan internationaal aanvaarde normen voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering en onder effectief toezicht ter zake van de naleving van die normen; 3. notarissen of daarmee vergelijkbare beroepsbeoefenaren, mits deze in het land van vestiging onderworpen zijn aan internationaal aanvaarde normen voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering en onder effectief toezicht ter zake van de naleving van die nonnen. Artikel 10 Het is een trustkantoor verboden werkzaamheden te verrichten ten behoeve van een rechtspersoon of lichaam als bedoeld in artikel 9, eerste lid, indien niet is voldaan aan dat lid. Indien het trustkantoor reeds een zakelijke relatie heeft ten behoeve van een rechtspersoon of lichaam als bedoeld in artikel 9, eerste lid, en niet voldaan is aan dat eerste lid, beeindigt het trustkantoor die zakelijke relatie en meldt dit aan de Bank. J. artikel 11 komt te luiden: Artikel Ter zake van de overtreding van de bij of krachtens de artikelen 2, eerste lid, 4, tweede en derde lid, 5, 5a, 6, 7 tot en met 10, 17, 19, 25, derde, vierde en vijfde lid, 26 en 28, zesde lid, gestelde voorschriften, kan de Bank een last onder dwangsom opleggen. 2.Ter zake van de in het eerste lid bedoelde feiten kan de Bank ook een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste Afl ,- per afzonderlijke overtreding. 3. Overtredingen kunnen worden begaan door natuurlijke personen en rechtspersonen. Artikel 53, tweede en derde lid, 59

62 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 62 van 112 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba is van overeenkomstige toepassing. 4. De Bank stelt richtsnoeren vast voor de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid, en legt deze vast in een beleidsdocument. Het beleidsdocument bevat in ieder geval een beschrijving van de te volgen procedures bij de toepassing van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste en tweede lid. Het beleidsdocument, bedoeld in de eerste volzin, wordt, evenals alle nadien daarin aan te brengen wijzigingen, vooraf bekend gemaakt op een door de Bank te bepalen wijze. 5. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden regels gesteld met betrekking tot de grondslagen voor de vaststelling van de hoogte van de last onder dwangsom en de bestuurlijke boete per overtreding. De overtredingen worden gerangschikt in categorian naar zwaarte van de overtreding met de bijbehorende basisbedragen, minimumbedragen en maximumbedragen. 6. Verbeurde dwangsommen en bestuurlijke boeten komen toe aan de Bank. K. na artikel 11 worden drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende: Artikel lla 1. Indien tijdens het plegen van een overtreding nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert het opleggen van een bestuurlijke boete aan de overtreder ter zake van eenzelfde overtreding, luidt het maximale bedrag van de bestuurlijke boete, bedoeld in artikel 11, tweede lid, voor elke afzonderlijke overtreding Afl ,-. 2. In afwijking van artikel 11, tweede lid, kan de Bank de hoogte van de bestuurlijke boete vaststellen op ten hoogste twee keer het bedrag van het voordeel dat de overtreder door de overtreding heeft verkregen indien diens voordeel groter is dan Afl ,-. 60

63 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 63 van 112 Artikel 1 1 b 1. Indien de Bank voornemens is een bestuurlijke boete op te leggen, geeft zij de betrokkene daarvan kennis onder vermelding van de gronden waarop het voomernen berust. 2. De Bank stelt de betrokkene in de gelegenheid oat binnen een redelijke termijn naar keuze schriftelijk of mondeling zijn zienswijze naar voren te brengen voordat de bestuurlijke boete bij beschikking wordt opgelegd. 3. Indien de Bank, nadat de betrokkene zijn zienswijze naar voren heeft gebracht, beslist dat voor de overtreding geen bestuurlijke boete zal worden opgelegd, wordt dit schriftelijk aan de betrokkene medegedeeld Artikel I lc I. De Bank kan op verzoek van de overtreder een last onder dwangsom opheffen, de Iooptijd ervan voor een bepaalde termijn opschorten of de dwangsom verminderen ingeval van blijvende of tijdelijke gehele of gedeeltelijke onmogelijkheid voor de overtreder om aan zijn verplichtingen te voldoen. 2. De Bank kan voorts op verzoek van een overtreder een last onder dwangsom opheffen, indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd. L. het derde tot en met het zesde lid van artikel 13 komen te luiden: 3. Bij gebreke van betaling wordt het bedrag en de kosten, bedoeld in het eerste lid, verhoogd met de invorderingskosten, door de Bank bij dwangbevel ingevorderd. 4. De bekendmaking van het dwangbevel geschiedt door middel van betekening van een exploot als bedoeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba en levert een executoriale titel op, die met toepassing van de voorschriften van dit Wetboek kan worden tenuitvoergelegd. 5. Het dwangbevel vermeldt in ieder geval: a. aan het hoofd het woord "dwangbevel"; b. het bedrag van de invorderbare hoofdsom, vermeerderd met de verschuldigde wettelijke rente; 61

64 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 64 van 112 c. de beschikking of het wettelijk voorschrift waaruit de verschuldigde geldsom voorvloeift d. de kosten van de aanrnaning en van het dwangbevel: e. dat het op kosten van de overtreder ten uitvoer kan worden uitgebracht. 6. Gedurende zes weken na de dag van betokening staat tegen het dwangbevel verzet open. Verzet wordt aanhangig gemaakt tegen de Bank bij het gerecht in eerste aanleg en op de voor het indienen van vorderingen bepaalde wijze. Het verzet, mits tijdig en op de voorgeschreven wijze gedaan, schorst de tenuitvoerlegging van het dwangbevel. M. artikel 17 wordt gewijzigd als volgt: 1. voor de tekst van het artikel wordt het cijfer "1" geplaatst, gevolgd door een punt, en komen de onderdelen a en b van het eerste lid te luiden: a. een trustkantoor niet voldoet aan de verplichtingen, hem bij of krachtens deze landsverordening, de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering of een andere wettelijke regeling ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering opgelegd, of b. zich bij een trustkantoor een omstandigheid voordoet als bedoeld in artikel 4, eerste lid, 2. aan het artikel wordt een tweede lid toegevoegd, luidende: 2. De Bank kan aan personen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel d, op wie de omstandigheid van artikel 4, eerste lid, onderdeel b, van toepassing blijkt, een aanwijzing geven om ten aanzien van met name genoemde punten een bepaalde gedragslijn te volgen. N. artikel 18, tweede lid, wordt gewijzigd als volgt: 1. onderdeel e komt te luiden: e. een of meer bestuurders onherroepelijk zijn veroordeeld ter zake van witwassen of terrorismefinanciering, het plegen van een fiscaal delict dan wel een economisch delict waarvoor in Aruba voorlopige hechtenis is toegelaten. 62

65 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 65 van na onderdeel f worden, onder vervanging van de punt aan het eind van onderdeel f door een punt-komma, twee nieuwe onderdelen toegevoegd, luidende: g. na het tijdstip van de vergunningverlening zich bij een trustkantoor een omstandigheid als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel e, voordoet; 11. een trustkantoor de bij of krachtens de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering of een andere wettelijke regeling ter zake van de voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering gestelde regels naar het oordeel van de Bank niet of onvoldoende naleeft. 0. de artikelen 22 tot en met 25 komen te luiden: Artikel Het is een ieder die uit hoofde van de toepassing van deze landsverordening of van een ingevolge deze landsverordening genomen besluit enige taak vervult of heeft vervuld, verboden van gegevens of inlichtingen die ingevolge deze landsverordening zijn verstrekt of verkregen of van een buitenlandse instantie als bedoeld in artikel 23 zijn ontvangen, verder of anders gebruik te maken of daaraan verder of anders bekendheid te geven dan voor de uitvoering van zijn taak of door deze landsverordening wordt geeist. 2. In afwijking van het eerste lid, is de Bank bevoegd met gebruikmaking van gegevens of inlichtingen, verkregen bij de uitvoering van haar taak op grond van deze landsverordening, mededelingen te doen, mits deze niet kunnen worden herleid tot afzonderlijke personen of instellingen. 3. Het eerste lid laat onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) als getuige in strafzaken een verklaring of te leggen omtrent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn ingevolge deze landsverordening opgedragen taak. Het laat evenzo onverlet de verplichting om overeenkomstig het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba (AB 2005 no. 63

66 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 66 van ) als getuige, dan wel partij in een comparitie van partijen in burgerlijke zaken een verklaring of te leggen =trent gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van zijn in gevolge deze landsverordening opgedragen taak, zulks met dien verstande dat zodanige verplichting slechts geldt, voor zover het betreft een trustkantoor dat in staat van faillissement is verklaard of op grond van een rechterlijke uitspraak is ontbonden, en dat zij niet geldt voor gegevens of inlichtingen, die betrekking hebben op ondernemingen of instellingen, die betrokken zijn of zijn geweest bij een poging het desbetreffende trustkantoor in staat te stellen zijn bedrijf voort te zetten. Artikel 23 I. In afwijking van artikel 18, eerste lid, is de Bank bevoegd om gegevens en of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze landsverordening opgedragen taken, uit te wisselen met aan in het buitenland van overheidswege aangewezen instanties die belast zijn met: a. het toezicht op personen en instellingen die actief zijn op de financiele markten of b. het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving ter zake van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. 2. Van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, wordt geen gebruik gemaakt, indien: a. het doel waarvoor de gegevens of inlichtingen zullen worden gebruikt, onvoldoende bepaald is; b. het beoogde gebruik van de gegevens of inlichtingen niet past in het kader van het toezicht op financiele markten of op die markten werkzame personen; c. verstrekking van de gegevens of inlichtingen zich niet verdraagt met de openbare orde of het recht van Aruba; d. de geheimhouding van de gegevens of inlichtingen niet voldoende is gewaarborgd; e. verstrekking van de gegevens of inlichtingen redelijkerwijs in strijd is of zou kunnen komen met de belangen die deze landsverordening beoogt te beschermen; 64

67 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 67 van 112 f. onvoldoende is gewaarborgd dat de gegevens of inlichtingen niet zullen worden gebruikt voor een ander doel dan waarvoor deze worden verstrekt. 2. Voor zover de gegevens of inlichtingen, bedoeld in het eerste lid, zijn verkregen van een buitenlandse toezichthoudende instantie, verstrekt de Bank deze niet aan een andere buitenlandse toezichthoudende instantie, tenzij de instantie waarvan de gegevens of inlichtingen zijn verkregen, heeft ingestemd met de verstrekking van de gegevens of inlichtingen en in voorkomend geval heeft ingestemd met het gebruik voor een ander doel dan waarvoor de gegevens of inlichtingen zijn verstrekt. 3. Indien een buitenlandse toezichthoudende instantie aan de Bank verzoekt om gegevens of inlichtingen, die de Bank op grond van het eerste of tweede lid heeft verstrekt, te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor zij zijn verstrekt, willigt de Bank dat verzoek slechts in, indien: a. het beoogde gebruik niet in strijd is met het eerste of tweede lid; of b. de toezichthoudende instantie in kwestie op een andere wijze dan in deze landsverordening voorzien vanuit Aruba met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke procedures voor dat andere doel de beschikking over die gegevens of inlichtingen zou kunnen verkrijgen. Artikel De Bank is bevoegd om de registers te raadplegen en alle inlichtingen te vragen van de Kamer van Koophandel en Nijverheid, de Dienst Landmeetkunde en Vastgoedregistratie, het Bureau Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister, alsmede van andere bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, aan te wijzen instanties. 2. De in het eerste lid genoemde instanties verlenen aan de Bank binnen de door haar gestelde redelijke termijn kosteloos alle medewerking die op grond van het eerste lid wordt gevraagd. 65

68 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 68 van In afwijking van artikel 22, eerste lid, is de Bank bevoegd gegevens of inlichtingen, verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze Iandsverordening opgedragen taken, te verstrekken aan personen en instanties die op grond van het Wetboek van Strafvordering van Aruba zijn belast met de uitoefening van strafvorderlijke bevoegdheden. Artikel De Bank kan ten behoeve van de uitvoering van haar taak op grond van deze paragraaf van een ieder inlichtingen vorderen, indien dat voor de vervulling van de taak van een in artikel 23, eerste lid, bedoelde instantie nodig is. Artikel 28, derde tot en met zesde lid, is van overeenkomstige toepassing. 2. Op verzoek van een instantie als bedoeld in het eerste lid, kan de Bank gegevens en inlichtingen vragen aan of een onderzoek instellen of doen instellen bij een trustkantoor dan wel bij een ieder waarvan redelijkerwijs kan worden veanoed dat hij over gegevens of inlichtingen beschikt, die redelijkerwijs van belang kunnen zijn voor de verzoekende instantie. 3. Degene aan wie gegevens of inlichtingen als bedoeld in het tweede lid, zijn gevraagd, verstrekt deze binnen een door de Bank te stellen redelijke termijn. 4. Degene bij wie een onderzoek als bedoeld in het tweede lid, wordt ingesteld, verleent alle medewerking die nodig is voor een richtige uitvoering van dat onderzoek. Artikel 28, derde en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing. 5. De Bank kan toestaan dat een functionaris van een instantie als bedoeld in artikel 23, eerste lid, deelneemt aan de uitvoering van een verzoek als bedoeld in het tweede lid. De functionaris, bedoeld in de eerste volzin, volgt de aanwijzingen op van de werknemer van de Bank die met de uitvoering van het verzoek is belast. Het gebod, bedoeld in het vierde lid, geldt eveneens jegens de in de eerste volzin bedoelde functionaris. 66

69 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 69 van 112 P. artikel 28 wordt gewijzigd als volgt: 1. onder vernummering van het tweede tot en met het vijfde lid tot het derde tot en met het zesde lid, wordt het eerste lid vervangen door twee nieuwe leden, luidende: 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe door de President van de Bank aangewezen personen, werkzaam bij de Bank. Van een zodanig aanwijzing wordt mededeling gedaan in de Landscourant van Aruba. 2. De krachtens het eerste lid aangewezen personen kunnen het toezicht op een risicogeorienteerde wijze uitoefenen. Zij rapporteren ter zake van de uitoefening van de bevoegdheden, genoemd in het derde lid, aan de President van de Bank of aan de door deze schriftelijk aan te wijzen leidinggevenden binnen de Bank. 2. in het derde lid, onderdeel b, worden na de woorden "daarvan afschrift te nemen" ingevoegd de woorden: of kopie te maken; 3. in het vierde lid wordt de zinsnede "tweede lid, onderdeel c" vervangen door: derde lid, onderdeel c; 4. in het zesde lid worden de woorden "het tweede lid" vervangen door: het derde lid; Q. artikel 31 komt te luiden: Artikel Degene die opzettelijk in strijd handelt met of bij of krachtens de artikelen 2, eerste lid, 4, tweede en derde lid, 5, 5a, 6, 7 tot en met 10, 17, 19, 25, derde, vierde en vijfde lid, 26 en 28, zesde lid, gestelde voorschrift voorwaarde of beperking, wordt gestraft met hetzij een gevangenisstraf van ten hoogste zes jaar, hetzij met een geldboete van ten hoogste Afl ,-, hetzij met beide straffen. 2. Degene die niet opzettelijk in strijd handelt met een bij of krachtens de in het eerste lid vermeld artikel gesteld voorschrift, voorwaarde of beperking, wordt gestraft met hetzij hechtenis van ten hoogste een jaar, hetzij geldboete van ten hoogste Afl ,-, hetzij met beide straffen. 67

70 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 70 van De in het eerste lid bedoelde strafbare feiten zijn misdrij- ven; de in bet tweede lid bedoelde strafbare feiten zijn overtre- dingen. Artikel V Artikel 3 van de Landsverordening meldplicht in- en uitvoer contant geld (AB 2000 no. 27) wordt gewijzigd als volgt: A. in het eerste lid wordt de zinsnede "1Iet meldpunt, bedoeld in artikel 2 van de Landsverordening meldplicht ongebruikelijke transacties (AB 1995 no. 85)" vervangen door: Het meldpunt, bedoeld in artikel 20, eerste lid, van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28); B. het derde lid komt to luiden: 3. Het meldpunt verstrekt de gegevens, verkregen op basis van het tweede lid, niet aan derden, tenzij het gegevens betreft als bedoeld in artikel 24 van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering; in dat geval zijn de artikelen 22, tweede lid, 23 en 24 van die landsverordening van overeenkomstige toepassing. Artikel VI In de Landsverordening Volkskredietbank (AB 1993 no. GT 15) wordt na artikel 15 een nieuw artikel 16 ingevoegd, luidende: Artikel Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kan, zo nodig met afwijking van een of meer bij of krachtens deze landsverordening gestelde regels, de Bank onder het toezicht van de Centrale Bank van Aruba worden geplaatst onder overeenkomstige toepassing van de bij of krachtens de artikelen 2, 4 tot en met 6, 9 tot en met 16, 18a, 19a tot en met 23, 30 tot en met 35j, 51 en 52 van de Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16) gestelde voorschriften. 68

71 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 71 van Indien de Centrale Bank van Aruba overgaat tot toepassing van artikel 11 van de Landsverordening toezicht kredietwezen jegens de Bank, legt de Bank haar activiteiten stil vanaf het tijdstip van het onherroepelijk worden van de daartoe strekkende beschikking. Artikel VII Vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van deze landsverordening: a. berust de ministeriele regeling van 30 maart 1998 ter uitvoering van artikel 48, eerste lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 24) op artikel 48, eerste lid, onderdeel a, van de Landsverordening toezicht kredietwezen; b. worden de door de Centrale Bank van Aruba krachtens de artikelen 12, eerste lid, 13, eerste lid, 14, eerste lid, en 15, eerste lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen gegeven richtlijnen zoals deze luiden voor het tijdstip van deze landsverordening, aangemerkt als richtlijnen die op grond van de artikelen 12, eerste lid, 13, eerste lid, 14, eerste lid, en 15, eerste lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen zoals deze luiden vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van deze landsverordening zijn gegeven, met dien verstande dat op elektronisch geldinstellingen slechts van toepassing zijn de richtlijnen die op grond van de artikelen 13, eerste lid, 14, eerste lid, en 15, eerste lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen gegeven zijn; c. worden de door de Centrale Bank van Aruba krachtens artikel 10 van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf gegeven richtlijnen "Directive on anti-money laundering and combating the financing of terrorism for insurance companies" en "Directive on the management and reporting of incidents" aangemerkt als richtlijnen op grond van artikel 14d, derde lid, van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf, met dien verstande dat eerstgenoemde richtlijn slechts van toepassing is op verzekeraars voor zover zij het schadeverzekeringsbedrijf uitoefenen. d. worden de door de Centrale Bank van Aruba krachtens artikel 6 van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven gegeven richtlijnen zoals deze luiden voor het tijdstip van deze landsverordening, aangemerkt als richtlijnen die op grond van de artikel 6, derde en vierde lid, van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven zoals deze luiden van- 69

72 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 72 van 112 of het tijdstip van inwerkingtreding van deze landsverordening zijn gegeven. e. worden de personen die voor dit tijdstip krachtens de artikelen 52, eerste lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen, 25, eerste lid, van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf, 13, eerste lid, van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven, 28, eerste lid, van de Landsverordening toezicht trustkantoren en 12, tweede lid, van de Invoeringsverordening Landsverordening voorkorning en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering bij landsbesluit als toezichthouders zijn aangewezen, aangemerkt als toezichthouders die als zodanig door de President van de Centrale Bank van Aruba zijn aangewezen krachtens de artikelen 52, eerste lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen, 25, eerste lid, van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf, 12, eerste lid, van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven, en 28, eerste lid, van de Landsverordening toezicht trustkantoren. Artikel VIII I. Een instelling die op het tijdstip van inwerkingtreding van deze landsverordening werkzaamheden verricht die onder de werking van respectievelijk de Landsverordening toezicht kredietwezen of de Landsverordening toezicht trustkantoren komt te vallen, kan binnen zes maanden na dit tijdstip bij de Centrale Bank van Aruba een verzoek tot afgifte van een vergunning indienen met inachtneming van de daarvoor geldende vereisten. 2. Indien de Centrale Bank van Aruba na de ontvangst van een verzoek als bedoeld in het eerste lid, de verstrekking van nadere gegevens en bescheiden noodzakelijk acht, stelt zij de aanvrager in de gelegenheid om deze gegevens en bescheiden binnen een door haar te stellen redelijke termijn te verschaffen. 3. Een instelling, bedoeld in het eerste lid, die, in overeenstemming met het eerste lid, een verzoek bij de Centrale Bank van Aruba heeft ingediend, wordt tot het moment waarop de Centrale Bank op het verzoek heeft beslist gelijkgesteld met een instelling die in het bezit is van een vergunning. 4. De Centrale Bank van Aruba deelt haar beslissing op het verzoek, bedoeld in het eerste lid, binnen zes maanden na het tijdstip, bedoeld in het eerste lid, dan wel binnen zes maanden na ontvangst van de nadere gegevens en bescheiden, bedoeld in het tweede lid, bij aangetekende brief aan de ver- 70

73 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 73 van 112 zoeker mee. Een afwijzende beslissing staat, wat Naar gevolgen betreft, gelijk met een beslissing tot intrekking van een vergunning. Artikel IX 1. Deze landsverordening treedt in werking op een bij landsbesluit te bepalen tijdstip. 2. De teksten van de Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16), de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf (AB 2000 no. 82), de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven (AB 2003 no. 60), en de Landsverordening toezicht trustkantoren (AB 2009 no. 13) wordt door de minister, belast met Justitie, in het Afkondigingsblad van Aruba geplaatst. Gegeven te Oranjestad, De minister van Financien, Communicatie, Utiliteiten en Energie, De minister van Justitie en Onderwijs, De minister van Algemene Zaken, De minister van Economische Zaken, Sociale Zaken en Cultuur, 71

74 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 74 van 112 KILL A, cc.,aa. 9..o o 13-4-Lis Landsverordening houdende de wijziging van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgeving) MEMORIE VAN TOELICHTING (144) 3 Algemene toelichting Het onderhavige ontwerp hangt nauw samen met de op I, juni 2011 in werking getreden Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no, 28; hierna LWTF te noemen), Met de LWTF zijn nieuwe regels geintroduceerd op het gebied van clientidentificatie en -verificatie door financiele instellingen en bepaalde niet-financiele beroepsbeoefenaren en instellingen, het melden van ongebruikelijke transacties door deze instellingen en beroepsbeoefenaren, en enkele daarmee samenhangende aangelegenheden. Voor een uitgebreide uitleg over de inhoud en strekking van de LWTF zij verwezen naar de bij die landsverordening horende memorie van toelichting. Zoals daarin wordt uiteengezet, is die landsverordening tot stand gekomen om de tekortkomingen in het Arubaanse systeem ter voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering te redresseren die tijdens de evaluatie in 2008/2009 door de Financial Action Task Force (hierna te noemen FATF) in het Mutual Evaluation Report (MER) zijn geconstateerd. Een adequate aanpak van de in het MER geconstateerde tekortkomingen ter waarborging van een adequaat systeem ter voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering vereist echter dat ook de zogenaamde sectorale toezichtverordeningen ingrijpend gewijzigd worden. Tot deze sectorale toezichtverordeningen kunnen thans worden gerekend de Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16; hierna LTK te noemen), de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf (AB 2000 no. 82; hierna LTV te noemen), de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven

75 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 75 van 112 (AB 2003 no. 60; hierna LTG te noemen) en de Landsverordening toezicht trustkantoren (AB 2009 no. 13; hiema LTT te noemen). Krachtens deze 1andsverordeningen val len achtereenvolgens kredietinstellingen, verzekeraars, geldtransactiebedrijven en trustkantoren onder het toezicht van de Centrale Bank van Aruba (hierna de Bank te noemen) door middel van een vergunningstelsel c.q. registratiestelsel. Vanwege hun activiteiten vervullen deze ondernemingen en instellingen - met uitzondering van schadeverzekeraars, alien tevens dienstverleners in de zin van de LWTF - een cruciale rol bij de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. Met het oog op FATF-Aanbeveling 23, die ziet op een adequate regulering en adequaat toezicht op financiele instellingen, is het noodzakelijk om het toepassingsbereik van de toezichtverordening uit te breiden. Met name is hierbij gedacht aan elektronisch geldinstellingen en trustkantoren die voor lokale clienten werkzaam zijn. Voorts wordt de Volkskredietbank van Aruba onder toezicht van de Bank geplaatst. Wisselkantoren zijn reeds op grond van de Landsverordening deviezenverkeer onderworpen aan een vergunningplicht van de Bank. De regering heeft er om die reden van afgezien om het toepassingsbereik van de sectorale toezichtverordeningen met wisselkantoren uit te breiden. Wisselkantoren vallen, evenals bijvoorbeeld assurantiebemiddelaars, overigens sinds 1 juni 2011 onder de reikwijdte van de LWTF. De regering is voornemens de effectensector op een later tijdstip via een separate landsverordening onder het toezicht van de Bank te plaatsen. Daarnaast is het wenselijk dat de voorschriften van de sectorale toezichtverordeningen betreffende de toetsing van bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers, leden van raden van commissarissen en houders van gekwalificeerde deelnemingen in de betrokken ondernemingen en instellingen worden herzien en geharmoniseerd. De integriteit van kredietinstellingen, verzekeraars, geldtransactiebedrijven en trustkantoren, en derhalve de integriteit van de Arubaanse financiele sector, berust immers voor een wezenlijk deel op de integriteit van hun bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers, de leden van raden van commissarissen en houders van gekwalificeerde deelnemingen. Overigens kunnen naar huidige opvattingen ook degenen die rechtstreeks of middellijk bevoegd zijn om de bestuurders te benoemen en te ontslaan als beleidsbepalers 2

76 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 76 van 112 worden aangemerkt. Een dergelijke werking wordt met het onderhavige ontwerp ook beoogd. De betrouwbaarheid van bovengenoemde personen dient getoetst te worden bij de indiensttreding c.q. de verwerving van dc gekwalificeerde deelneming, alsook daarna gedurende het dienstverband c.q. het bezit van de gekwalificeerde deelneming. Voor bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers en leden van raden van commissarissen geldt tevens een geschiktheidstoetsing. Een dergelijke toetsing geldt niet voor houders van een gekwalificeerde deelneming. Indien een houder van een gekwalificeerde deelneming op grond van zijn deelneming het beleid van de betrokken onderneming of instelling zou kunnen bepalen of mede bepalen dan kan de Bank uiteraard wel overgaan tot het toetsen van de geschiktheid van die houder. Geschiktheid is evenals betrouwbaarheid een doorlopende eis. De betrouwbaarheids- en geschiktheidstoetsing vindt plaats aan de hand van gegevens inzake de identiteit, antecedenten en het gedrag, alsmede aan de hand van andere door de Bank te bepalen gegevens. Onder dit laatste kunnen onder meer worden verstaan gegevens met betrekking tot feiten en omstandigheden ten aanzien van voornemens, handelingen en antecedenten van de desbetreffende persoon die van belang kunnen zijn voor de beoordeling van zijn betrouwbaarheid, alsmede gegevens betreffende zijn kennis, vaardigheden en professioneel gedrag. Onder antecedenten wordt in dit verband onder meer verstaan financidle antecedenten, toezichtantecedenten, fiscale antecedenten en strafrechtelijke antecedenten. De Bank heeft een toetsingsformulier (`Personal Questionnaire' of 'PQ') opgesteld dat door de desbetreffende persoon ingevuld moet worden en vervolgens tezamen met de noodzakelijke achterliggende documentatie, ingediend moet worden bij de Bank. In de eerste plaats betreft het dus informatie die door de desbetreffende onderneming of instelling wordt verkregen van de betrokkene en die zij aan de Bank verschaft. In de tweede plaats betreft het gegevens die afkomstig zijn van derden. Daarnaast wordt voor de Bank de bevoegdheid geintroduceerd om de registers te raadplegen en alle inlichtingen te vragen van de Kamer van Koophandel en Nijverheid, de directie Landmeetkunde en Vastgoedregistratie en het Bureau Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister alsmede van andere bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, aan te wijzen instanties. Genoemde instanties beschikken over informatie die voor de uitoefening van de 3

77 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 77 van 112 toezichtstaak van de Bank van belang kan zijn, bijvoorbeeld bij het uitvoeren van betrouwbaarheids- en geschikheidsonderzoeken. De bevoegdheid is niet onbegrensd. De Bank kan alleen van deze bevoegdheid gebruik maken voor zover dat voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs noodzakelijk is. Zo kan de President van de Bank sinds januari 2010 bij het Openbaar Ministerie gegevens en inlichtingen uit het justitieel documentatieregister opvragen. Bovendien kan de Bank gebruik maken van andere bij haar beschikbare of van derden, zoals buitenlandse toezichthouders en (voormalige) werkgevers, op te vragen informatie en kan de Bank openbare bronnen raadplegen. Zo nodig kan de Bank nadere gegevens of inlichtingen vragen aan de desbetreffende onderneming of instelling of de betrokken persoon. De Bank kan de te toetsen persoon hiertoe ook uitnodigen voor het geven van een mondelinge toelichting. Aan de hand van deze en overige gegevens kan de Bank vaststellen of de betrouwbaarheid van de desbetreffende personen buiten twijfel staat. Hierbij neemt de Bank onder meer in aanmerking het onderlinge verband tussen de aan een antecedent ten grondslag liggende gedraging of gedragingen en de overige omstandigheden van het geval, de belangen die de toezichtverordening in kwestie beoogt te beschermen en de overige belangen van de betrokken onderneming of instelling en de betrokkene. Het hierboven reeds genoemde begrip "geschiktheid" zal in de plaats treden van het thans in de sectorale toezichtverordeningen gebruikte begrip "deskundigheid". Hiermee wordt aangesloten bij de internationale ontwikkelingen alsook de Arubaanse praktijk, waarbij steeds hogere eisen worden gesteld aan de deskundigheid van beleidsbepalers en commissarissen van financiele instellingen (waaronder begrepen trustkantoren). Zoals hiervoor aangegeven, omvat reeds nu al het begrip "deskundig" niet alleen de kennis en ervaring waarover de personen in kwestie dienen te beschikken, maar heeft het ook betrekking op de vaardigheden en het professionele gedrag van die personen. Er zijn immers situaties denkbaar waarbij een persoon over een gedegen kennis beschikt maar zich niet professioneel gedraagt, bijvoorbeeld door niet te reageren op infonnatieverzoeken van de toezichthouder of door het bekleden van niet-compatibele nevenfuncties, waardoor hij niet in staat is de functie van beleidsbepaler of commissaris op een adequate wijze uit te oefenen. In dergelijke situaties is het beter te spreken van ongeschiktheid dan van 4

78 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 78 van 112 ondeskundigheid van de persoon in kwestie. De samenstelling van bet beleidsbepalende of toezichthoudende orgaan waarvan de betrokken persoon deel uitmaakt of beoogt uit te maken, is een belangrijk element dat de Bank betrekt bij de toetsing van die persoon. De individuele kennis en vaardigheden van de getoetste persoon worden dan ook bezien in samenhang met die van de andere leden van het beleidsbepalende of toezichthoudende orgaan. Door middel van het onderhavige ontwerp zal in de sectorale toezichtverordeningen expliciet tot uitdrukking worden gebracht dat zowel de individuele beleidsbepaler of commissaris als het beleidsbepalende of toezichthoudende orgaan als collectief aan de eis van geschiktheid moet voldoen. In het verlengde van het bovenstaande acht de regering het voorts wenselijk dat de ondernemingen en instellingen die onder de reikwijdte van een sectorale toezichtverordening vallen, de verplichting hebben om een adequaat beleid voor een integere bedrijfsuitoefening te voeren en om in dit kader hun bedrijfsvoering zodanig in te richten dat de integere bedrijfsuitoefening gewaarborgd is. Hiertoe behoort ook het waarborgen van de naleving van de bij of krachtens de LWTF gegeven voorschriften en van andere wettelijke voorschriften op het gebied van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering, zoals de Sanctieverordening 2006 en de op grond daarvan gegeven sanctiebesluiten (voor zover gericht op de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering). Het waarborgen van de naleving van deze voorschriften kan de Bank mitsdien tevens afdwingen met gebruikmaking van de in de sectorale toezichtverordeningen voorziene instrumenten, zoals het aanstellen van een stille curator en, in meer ernstige gevallen, het intrekken van de vergunning c.q. doorhaling van de registratie. Dit uiteraard naast de bevoegdheid die de Bank heeft om een aanwijzing te geven of een last onder dwangsom of een bestuurlijke boete op te leggen, waarin de LWTF en de sectorale toezichtwetten alle voorzien. In het onderhavige ontwerp wordt aldus voorgesteld om het bovenstaande te incorporeren in de desbetreffende onderdelen van de LTK, LTV, LTG en de LTT. Daarnaast worden nieuwe, gelijkluidende bepalingen op het gebied van uitwisseling van gegevens en inlichtingen tussen de Bank en andere toezichthouders voorgesteld voor deze landsverordeningen. Deze zijn gebaseerd deels, op de desbetreffende 5

79 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 79 van 112 bepalingen van de LWTF en deels op de huidige gegevensuitwisselingsbepalingen van de sectorale toezichtwetgeving. Zij beogen cen adequate gegevensuitwisseling tussen de Bank en andere toezichthouders te verzekeren met inachtneming van enerzijds de internationale standaarden op dit punt (zie bijvoorbeeld de Core Principles for Effective Banking Supervision van het Bazels Comite van bankentoezichthouders, de Insurance Core Principles van de International Association of Insurance Supervisors en FATF-Aanbeveling 40 inzake internationale gegevensuitwisseling) en anderzijds het legitieme belang van de betrokken onder toezicht staande ondernemingen en instellingen en derden bij de deugdelijke bescherming van hun vertrouwelijke gegevens en inlichtingen, mede met het oog op het bevorderen van vrije inforrnatieverstrekking door deze partijen aan de toezichthouder en mitsdien op effectief toezicht. Voorts wordt uit oogpunt van consistentie voorgesteld om de voorschriften van de sectorale toezichtverordeningen inzake de last onder dwangsom en de bestuurlijke boete in Iijn te brengen met die van de LWTF. Een verdere harmonisering van het handhavingsinstrumentarium bevordert een effectieve en efftciente uitoefening van het toezicht. Met betrekking tot de toezichtuitoefening wordt voorgesteld om in de sectorale toezichtverordeningen de bevoegdheid tot de aanwijzing van het toezichthoudend personeel van de Bank neer te leggen bij de President van de Bank, in plaats van bij de regering. Het Iaatste is tot nu steeds gebruikelijk geweest. Op deze wijze kan, met inachtneming van de bijzondere positie van de Bank enerzijds en haar aanzienlijk gegroeide toezichtverantwoordelijkheid anderzijds, naar het oordeel van de regering op een efficiente en tijdige wijze worden voorzien in de aanwijzing van toezichthouders voor de verschillende landsverordeningen. Een dergelijk systeem wordt overigens reeds enigc tijd in Nederland toegepast: verwezen zij naar artikel 1:72 van de Nederlandse Wet op het financieel toezicht. Overigens wordt uit oogpunt van kenbaarheid richting de onder toezicht staande sector en het publiek wel het vereiste van bekendmaking van de aanwijzing in de Landscourant van Aruba gehandhaafd. De formulering die daarbij wordt gehanteerd is zodanig dat een mededeling zowel categoraal als per individuele aanwijzing kan geschieden. 6

80 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 80 van 112 Voorts is het ter behoud van de continulteit noodzakelijk dat een aantal regelingen en besluiten, die gebaseerd zijn op bepalingen van de sectorale toezichtwetgeving en de LWTF, die als gevolg van de inwerkingtreding van het onderhavige ontwerp gewijzigd zullen worden, hun rechtskracht behouden. Wat de regelingen betreft, gaat het ten eerste om de ministerile regeling van 30 maart 1998 (AB 1998 no. 24) ter uitvoering van artikel 48, eerste lid, van de LTK. Ten tweede gaat het om de richtlijnen die de Bank krachtens de artikelen 12 tot en met 15 van de LTK heeft uitgevaardigd aan de kredietinstellingen ter zake van achtereenvolgens het monetaire beleid, de solvabiliteit, de liquiditeit en de administratieve en bestuurlijke organisatie. Bij de besluiten van individuele aard gaat het om het personeel van de Bank dat bij landsbesluit als toezichthouder in de zin van de sectorale toezichtverordeningen en de LWTF is aangewezen. Deze regelingen en besluiten zullen gebaseerd worden op de desbetreffende artikelen van de sectorale toezichtverordeningen onderscheidenlijk de LWTF zoals deze zullen luiden na de inwerkingtreding van het onderhavige ontwerp. Van de gelegenheid wordt tevens gebruik gemaakt om noodzakelijke wijzigingen van hoofdzakelijk redactionele aard in de Landsverordening meldplicht in- en uitvoer contant geld (AB 2000 no. 27) aan te brengen. Ook wordt voorzien in de mogelijkheid om de Volkskredietbank van Aruba onder het toezicht van de Bank te plaatsen. Hierop zal hieronder worden ingegaan. Aan de invoering van het onderhavige ontwerp zijn geen kosten verbonden voor het Land. Aangezien de Bank een zelfstandige instelling is met eigen rechtspersoonlijkheid en budget, behoeft in deze toelichting niet te worden ingegaan op de financiele gevolgen voor deze instelling, aangezien deze het Land niet raken. Het onderhavige ontwerp brengt een zekere stijging van administratieve lasten voor de onder toezicht gestelden met zich, in verband met de internationale normen van de FATF waaraan Aruba zich heeft gecommitteerd. De onder toezicht gestelden dienen immers te beschikken over voldoende financiele, technische en personele middelen. 7

81 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 81 van 112 Artikelsgewijze toelichting Ad artikel I Het voorgestelde artikel I brengt diverse wijzingen aan in de I,TK. Zoals hierboven reeds werd aangegeven, hangen deze samen met het herstel len van de in het MER geconstateerde tekortkomingen en meer in het bijzonder beogen zij het toezichtskader van de LTK op het gebied van integriteitsbeheersing en -bevordering te versterken. Onderdeel A introduceert ten eerste een nieuwe definitie van het begrip "kredietinstelling" in artikel I van de LTK. Het verschil met de huidige definitie is dat de woorden "niet zijnde een instelling die bij Iandsverordening in het leven is geroepen" zijn geschrapt. Hiermee wordt de mogelijkheid geopend om ook de Volkskredietbank van Aruba onder het toezicht van de Bank te plaatsen. Voor een uitgebreide toelichting zij verwezen naar de toelichting op artikel VI van het onderhavige ontwerp. Voorts is het begrip publiek aan de definitie toegevoegd. Dit betekent dat degene die uitsluitend opvorderbare gelden van anderen dan het publiek ter beschikking verkrijgt niet kwalificeert als kredietinstelling en derhalve niet vergunningplichtig is. Dit geldt ook voor de activiteiten, bedoeld in artikel 48 van de LTK. Als gelden ter beschikking worden verkregen, wordt aangenomen dat deze in de zin van de LTK van het publiek ter beschikking worden gekregen, tenzij uitsluitend wordt aangetrokken (i) van professionele marktpartijen; of (ii) binnen een besloten kring. Aangenomen wordt dat sprake is van een professionele marktpartij, indien de ter beschikking verkregen gelden, per individuele aantrekking boven het op grond van artikel 48 door de Minister bepaalde bedrag liggen (thans luidt dit bedrag Afl ,-). Geldgevers van dergelijke omvang worden geacht niet de bescherming nodig te hebben die het publiek wel nodig heeft. Een besloten kring is een kring, bestaande uit personen of vennootschappen waarvan een persoon of vennootschap opvorderbare gelden ter beschikking verkrijgt, a. die nauwkeurig is omschreven; b. waarvan de toetredingscriteria vooraf zijn bepaald, toetsbaar zijn en niet resulteren in het op eenvoudige wijze toetreden van niet tot de kring behorende personen of vennootschappen; en 8

82 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 82 van 112 c. waarbinnen degenen die er deel van uitmaken in een op het tijdstip van het verkrijgen van de opvorderbare gelden reeds bestaande rechtsbetrekking staan tot de persoon of vennootschap die de gelden ter beschikking verkrijgt, op grond waarvan zij redelijkerwijs op de hoogte kunnen zijn van diens financiele toestand. Gelet op de bijzondere relatie die partijen binnen besloten kring hebben met de geldnemer, bestaat geen aanleiding om toezicht uit te oefenen op deze geldnemer. Geldgevers binnen een besloten kring worden geacht zich voldoende adequaat op de hoogte te kunnen stellen van de financiele toestand van die geldnemer. Zij worden dan ook geacht reeds beschermd te zijn uit hoofde van hun relatie met de betreffende geldnemer. Voor de geldgevers binnen de kring hoeven geen additionele toezichtwaarborgen te gelden. Met het vereiste dat de geldgevers in een op het tijdstip van het verkrijgen van de opvorderbare gelden reeds bestaande rechtsbetrekking staan tot de geldnemer, op grond waarvan dc geldgevers redelijkerwijs op de hoogte kunnen zijn van de financiele toestand van de geldnemer wordt bedoeld dat tussen de geldnemer en de geldgevers die deel uitmaken van de kring tevoren reeds een zodanige rechtsbetrekking bestond dat die geldgevers daardoor van de financiele toestand van de geldnemer op de hoogte kunnen zijn. Achtergrond hiervan is dat de geldgever als gevolg van die specifieke rechtsbetrekking ten opzichte van anderen over additioneel inzicht kan beschikken over de financiele toestand van de geldnemer. Er moet naast de financiele relatie nog een andere relatie aanwezig moet zijn, waar een zekere beschermende werking van uit gaat. Voorbeelden hiervan zijn rechtsbetrekkingen van familierechtelijke aard (bloed- en aanverwanten van de geldnemer), van arbeidsrechtelijke aard (werknemer/werkgever relatie), van vennootschapsrechtelijke aard (maatschappijen die behoren tot het concern of de groep van de geldnemer) en van rechtspersoonlijke aard (lidmaatschap van een vereniging). Bij voornoemde rechtsbetrekkingen zal in de meeste gevallen sprake zijn van een rechtsbetrekking op grond waarvan de geldgevers op de hoogte kunnen zijn van de financiele toestand van de geldnemer. In andere gevallen zal het moeilijker zijn om aan te tonen dat de rechtsbetrekking (de niet-financiele relatie) van dien aard is dat daaruit voortvloeit dat de geldgevers redelijkerwijs op de 9

83 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 83 van 112 hoogte kunnen zijn van de financiele toestand van de geldnemer. Tenslotte zij opgemerkt dat de rechtsbetrekking al moet bestaan op het tijdstip van het verkrijgen van de opvorderbare gelden, dus voordat de financiele relatie ontstaat. Dit betekent dat geen sprake mag zijn van het construeren van een besloten kring met als doel gelden ter beschikking te verkrijgen. Op de tweede plaats wordt een tweetal nieuwe begrippen geintroduceerd in de definitiebepaling van de LTK. Deze zijn de elektronisch geldinstelling en het elektronisch geld. Zij hangen samen met de noodzaak om de aanbieders van elektronisch geld en hun werkzaamheden onder de werking van de LTK en dus onder het toezicht van de Bank te brengen. Het betreft recentelijk in Aruba geconstateerde activiteiten die duidelijke raakvlakken hebben met activiteiten die om prudentiele en integriteitsredenen al door de LTK worden bestreken. De elektronische gelden worden door de elektronisch geldinstelling onmiddellijk na ontvangst van de daar tegenoverstaande niet-elektronische gelden in elektronische vorm beschikbaar gesteld. Hiermee wordt benadrukt dat bij de uitgifte van elektronisch geld dus geen sprake is van het ter beschikking verkrijgen van opvorderbare gelden in de zin van artikel 48 van de LTK, maar van het transformeren van chartaal of giraal geld in elektronisch geld. Het betreft in elektronische vorm uitgegeven gelden ten behoeve van betalingen aan anderen dan degene die het elektronisch geld uitgeeft, al dan niet naast de mogelijkheid om betalingen te verrichten aan de uitgever van het elektronisch geld. Het elektronisch geld wordt opgeslagen op een elektronische drager of op afstand in een centrale rekeningadministratie. Op de derde plaats wordt, in lijn met de regelgeving in de andere landen van het Koninkrijk, het percentage in de definitie van het begrip "gekwalificeerde deelneming" op tien in plaats van vijf gesteld. De regering is van mening dat een voorafgaande beoordeling door de Bank van voorgenomen wijzigingen betreffende deelnemingen in kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen van 10 procent of meer volstaat om een inbreuk op de integriteit van de desbetreffende kredietinstelling of elektronisch geldinstelling of de financiele sector of een anderszins ongewenste beinvloeding van het beleid van de onderneming of instelling te voorkomen. Tot slot vervangt ten 1 van onderdeel A het begrip "financieren van terrorisme" met de bijbehorende definitie door het begrip "terrorismefinanciering" met een bijbehorende 10

84 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 84 van 112 definitie. Het is een gevolg van de recente invoering in het Wetboek van Strafrecht van Aruba (AB 1990 no. GT 50) van een artikel dat terrorismefinanciering al s een zelfstandig delict strafbaar stelt overeenkomstig de Aanbevelingen van de FATF. Overigens is deze wijziging om dezelfde reden ook terug te vinden in artikel II, onderdeel A (ten aanzien van de LTV) III, onderdeel A, ten 3 (ten aanzien van de LTG), en IV, onderdeel A (ten aanzien van de LTT), van het onderhavige ontwerp. Ten 2 van onderdeel A beperkt de toepasselijkheid van de LTK ten aanzien van elektronisch geldinstellingen indien bepaalde situaties zich voordoen. In het licht van de beperkte risico's die aan kleine en lokaal opererende elektronisch geldinstellingen zijn verbonden worden thans drie categorieen van elektronisch geldinstellingen onderscheiden waarop de LTK niet van toepassing is, te weten: (i) de gezamenlijke waarde van de financiele verplichtingen die met de uitgifte van elektronisch geld verband houden is nooit hoger dan Afl ; (ii) het elektronisch geld wordt slechts aanvaard door een onderneming die behoort tot de groep waartoe de elektronische geldinstelling behoort; en (iii) het elektronisch geld wordt slechts aanvaard door een beperkt aantal gemakkelijk te onderscheiden ondernemingen die hetzij hetzelfde gebouw, terrein of een andere feitelijk begrensde locatie delen, hetzij nauwe financiele of zakelijke banden hebben met de elektronische geldinstelling. Met betrekking tot de eerste categorie vomit de beperkte hoeveelheid uitgegeven elektronisch geld reden voor de vrijstelling. In de gevallen, bedoeld in de onderdelen a en b, gaat het om een elektronisch geldinstelling die elektronisch geld uitgeeft waarmee een beperkt aantal ondernemingen betaald kan worden. Bij de eerste variant is er sprake van een gesloten kring via juridische binding van de acceptanten van het elektronisch geld, terwij1 de tweede variant een meer feitelijke lading heeft en toeziet op de binding van de acceptanten door middel van locatie of nauwe financiele of zakelijke banden tussen de acceptanten. Voor alle drie de categorieen geldt een maximale geldswaarde van Afi. 350,- per elektronische drager. De onderdelen B tot en met F, I, J, K, L, ten 1, M, ten 1, N, P, ten 1, Q tot en met V, X tot en met GG, NN tot en met UU en WW hangen samen met de beoogde uitbreiding van het toepassingsbereik van de LTK naar elektronisch geldinstellingen. Ten aanzien van de onderdelen 11

85 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 85 van en X, die de artikelen 12 en 20 betreffende het monetaire toezicht van de Bank wijzigen, zij nog in het bijzonder opgemerkt dat elektronisch geldinstellingen niet onder monetair toezicht van de Bank zullen vallen. De richtlijnen als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de LTK zullen dan ook niet van toepassing zijn op elektronisch geldinstellingen. De reden hiervoor is dat de activiteiten van deze instellingen, in tegenstelling tot kredietinstellingen, geen geldscheppend karakter hebben. De onderdelen G en H, ten 1, bewerkstelligen de invoering van het nieuwe toetsingskader voor bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers, commissarissen en houders van gekwalificeerde deelnemingen bij kredietinstellingen. In het algemeen deel van deze memorie van toelichting is hierop reeds ingegaan. Het zij hier benadrukt dat de uitvoering van een uitgebreide betrouwbaarheids- en geschiktheidstoetsing - in intemationaal verband doorgaans aangeduid met het begrip "fit and proper testing" - een van de meest essentiele vereisten is voor het hebben van adequaat toezichtregime dat zich richt op het behoud en de bevordering van integriteit bij financiele instellingen zoals kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen. Zodoende wordt immers voorkomen dat onder meer criminelen zeggenschap verkrijgen over deze instellingen en de daarin aanwezige vermogens. Aansluitend hierop kan worden opgemerkt dat onder "andere personen die het beleid bepalen of medebepalen", afhankelijk van hun beleidsbepalende invloed, leden van het zogenaamde "senior management" zouden kunnen worden verstaan, alsook degenen die rechtstreeks of middellijk bevoegd zijn bestuurders te benoemen en te ontslaan. Ten 2 van onderdeel H biedt een betere formulering van onderdeel f van artikel 6, terwijl ten 3 de verlening van een vergunning tot uitoefening van het bedrijf van kredietinstelling aan zogenaamde "shell banks" onmogelijk maakt. Kenmerkend voor shell banks is dat "mind and management" niet aanwezig is in het land van vergunningverlening en het niet verbonden zijn aan een financiele dienstverleningsgroep die onderworpen is aan een effectieve vorm van geconsolideerd toezicht. Door het lokaal ontbreken van "mind and management" is effectief toezicht op een dergelijke instelling niet of slechts in beperkte mate mogelijk. Met dit verbod wordt uitvoering gegeven aan Aanbeveling 18 van de FATF, die de vestiging van, en mitsdien de verlening van een vergunning, aan een shell 12

86 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 86 van 112 bank niet toestaat. In verband hiermee kan ook verwezen worden naar artikel 18 van de LWTF dat het aangaan van correspondent-bankrelaties met shell banks uitdrukkelijk verbiedt. Onderdeel L, ten 4, voegt een nieuw lid toe aan artikel 10 dat aan de Bank de bevoegdheid verleent om in te grijpen, indien bij een kredietinstelling of elektronisch geldinstelling sprake is van een ongewenste beinvloeding van het beleid van de instelling dan wel van de mogelijkheid tot een dergelijke bemnvloeding als gevolg van een gekwalificeerde deelneming in die instelling. Aan de houder van een dergelijke deelneming kan een aanwijzing worden gegeven, teneinde de ongewenste beinvloeding dan wel de mogelijkheid daartoe te beeindigen. Een zodanige aanwijzing kan bijvoorbeeld de verkoop van een deel of het geheel van het belang in de kredietinstelling of elektronisch geldinstelling in kwestie inhouden. Het niet naleven van een aanwijzing zal kunnen leiden tot intrekking van de toestemming, bedoeld in artikel 16 van de LTK, tot het houden van een gekwalificeerde deelneming in een kredietinstelling. Onderdeel U, ten 3, voorziet in verband hiermee in de benodigde aanpassing van artikel 18, derde lid, van de LTK. De onderdelen M, ten 2, sub c, en W introduceren nieuwe bepalingen in de LTK die eveneens samenhangen met de hierboven aangegeven noodzaak om het integriteitskader van de LTK, in het bijzonder op het gebied van de integere bedrijfsvoering, te versterken. Onderdeel M, ten 2, sub c, bewerkstelligt dit door invoeging van een nieuwe grond voor de intrekking van de vergunning, namelijk het niet naleven van regels gesteld bij of krachtens de LWTF of een andere wettelijke regeling ter zake van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering, zoals de Sanctieverordening 2006 (AB 2007 no. 24). Hieronder vallen behalve de LWTF en de Sanctieverordening 2006 zelf dus ook de daarop gebaseerde uitvoeringsregelingen, zoals het Landsbesluit regeling geldelijke overmakingen (AB 2011 no. 30), de verschillende indicatorregelingen voor het melden van ongebruikelijke transacties, het door de Bank uitgevaardigde AML/CFT Handbook voor de onder haar toezicht gestelde instellingen en het Sanctiebesluit bestrijding terrorisme en terrorismefinanciering (AB 2010 no. 27). Aldus kan de handhaving van deze voor de integriteit van de Arubaanse financiele sector wezenlijke 13

87 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 87 van 112 wet- en regelgeving ook geschieden met gebruikinaking van de in LTK voorziene instrumenten. Onderdeel W herfonnuleert artikel 19a in dier voege, dat daarin nu een verplichting voor kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen wordt opgenomen om een adequaat beleid te voeren voor de integere uitoefening van hun bedrijf en om hun bedrijfsvoering zodanig in te richten dat de integere uitoefening van hun bedrijf gewaarborgd is. Deze verplichting wordt neergelegd in het eerste lid van het nieuwe artikel 19a, waarna de daaropvolgende leden een verdere uitwerking bieden van deze verplichting. Aldus zal het beleid van de kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen een integere bedrijfscultuur moeten waarborgen en moeten voorzien in de bewustwording, bevordering en de handhaving van integer handelen binnen alle lagen van deze instellingen. Aan de hand van een analyse van de voor haar relevante integriteitsrisico's dient een instelling het beleid op te stellen en dit beleid in de inrichting van de bedrijfsvoering, door middel van procedures en maatregelen, te verankeren. De inrichting van de bedrijfsvoering is ondersteunend aan het beleid. De procedures en maatregelen moeten worden geintegreerd in de bedrijfsprocessen en zullen op die manier bijdragen aan een integere bedrijfscultuur. Bij belangenverstrengeling kan bijvoorbeeld gedacht worden aan professionele financiele of persoonlijke belangen, waaronder nevenfuncties van bestuurders bij zakelijke relaties, het verstrekken van leningen aan bestuurders, commissarissen en aandeelhouders of prive beleggingstransacties. Belangenverstrengeling, of de schijn daarvan, kan niet alleen negatieve gevolgen hebben voor de desbetreffende onderneming of instelling of haar clienten, inaar ook het vertrouwen in de financiele markten als geheel schaden. Het is derhalve van belang dat onder toezicht staande instellingen of ondernemingen over beleid en procedures en maatregelen beschikken om belangenverstrengeling tegen te gaan. Bij het tegengaan dat de onderneming of instelling of haar werknemers strafbare feiten of andere wetsovertredingen begaat, gaat het om die gedragingen die het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kunnen schaden. Hiervan zal geen sprake zijn bij bijvoorbeeld lichte verkeersovertredingen. Het integriteitsbeleid dient voorts mede gericht te zijn op het tegengaan van beschadiging van het vertrouwen in de instelling of in de financiele markten door toedoen van 14

88 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 88 van 112 een client of andere zakelijke relatie door bijvoorbeeld fraude of andere illegale praktijken. Aandacht voor relationele integriteitsrisico's is noodzakelijk om betrokkenheid bij misstanden te voorkomen. Het verrichten van een onderzoek naar de identiteit, aard en achtergrond van een zakelijke relatie is in ieder geval van belang. De wederpartij moet voldoende bekend zijn en de integriteitsrisico's moeten (tijdig) worden onderkend. De benodigde frequentie en diepgang van de analyse hangt samen met het risicoprofiel van de wederpartij en de relatie die wordt aangegaan. De desbetreffende procedures en maatregelen kunnen nauw aansluiten bij de procedures en maatregelen waarover de onderneming of instelling op grond van artikel 46 van de LWTF moet beschikken, met dien verstande dat de normen van de LWTF, en de dienovereenkomstige procedures en maatregelen, vanzelfsprekend samenhangen met de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. De procedures en maatregelen waarover de onderneming of instelling op grond van het onderhavige artikel moet beschikken kennen deze beperking niet. Zij hebben een ruimer bereik. Ook zal aandacht moeten zijn voor het tegengaan van andere handelingen door de kredietinstel ling of elektronisch geldinstelling of haar werknemers, die zodanig ingaan tegen hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt dat daardoor het vertrouwen in de onderneming of in de financiele markten kan worden geschaad. Hierbij zij opgemerkt dat de onderneming en instelling zich ervan bewust moet zijn dat de maatschappelijke norm geen statisch gegeven is, en dus aan verandering onderhevig kan zijn. Hiervan zal de onderneming of instelling zich bij de evaluatie van haar beleid en maatregelen en procedures steeds rekenschap moeten geven. Als onderdeel van de integere bedrijfsvoering zal de onderneming of instelling in ieder geval ook moeten beschikken over procedures met betrekking tot de behandeling en vastlegging van incidenten. Met betrekking tot deze (en andere) onderdelen van de integere uitoefening van het bedrijf, kan de Bank op grond van het derde lid van artikel 19a richtlijnen geven. Deze richtlijnen kunnen ook betrekking hebben op de betrouwbaarheids- en geschiktheidstoetsing van bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers, commissarissen en houders van een gekwalificeerde deelneming. De Bank is voornemens om met uniforme richtlijnen te komen die gelden voor alle onder haar toezicht staande instellingen. 15

89 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 89 van 112 Onderdeel W introduceert voorts een nieuw artikel 19b, volgens hetwelk kredietinstellingen en elektronisch geldinstellingen niet met personen of rechtspersonen verbonden kunnen zijn in formele of feitelijke zeggenschapsstructuren, die dermate ondoorzichtig zijn dat zij een belemmering vormen of kunnen vormen voor de adequate uitoefening van toezicht op de instelling in kwestie, of, indien op die personen of rechtspersonen buitenlands recht van toepassing is, dat buitenlands recht een belemmering vonnt of kan vormen voor een adequate toezichtuitoefening op de instelling in kwestie. Onder formele zeggenschapsstructuur kan worden verstaan het geheel van wettelijke en statutaire bepalingen dat de relaties beheerst tussen de verschillende entiteiten waarmee de kredietinstelling c.q. elektronisch geldinstelling verbonden is. Het gaat hier in feite om de juridische structuur. Bij de feitelijke zeggenschapsstructuur gaat het primair om de vraag, waar feitelijk de beslissingen (kunnen) worden genomen en wie binnen de structuur de daadwerkelijke zeggenschap bezit. Dc feitelijke zeggenschap hoeft niet perse samen te vallen met de formeel-juridische zeggenschap. Indien de juridische en feitelijke zeggenschapsstructuren verschillen, kan het door de Bank uit te oefenen toezicht bemoeilijkt worden. De onderdelen X, ten 1, en Y, ten 2, breiden het toepassingsbereik van de stille curatele, zoals opgenomen in de artikelen 20 en 21 van de LTK, uit naar de naleving van de LWTF en de nieuwe integriteitsvoorschriften van de LTK. Onderdeel 0 stelt nieuwe publicatie- en inwerkingtredingsvoorschriften ten aanzien van de monetaire richtlijnen, bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de LTK. Thans bepaalt het tweede lid van dit artikel dat deze richtlijnen niet eerder van kracht worden dan op de datum van na die van hun bekendmaking in de Landscourant van Aruba. Bovendien dienen zij krachtens dezelfde bepaling door dc Bank geplaatst te worden in een of meer lokale nieuwsbladen. Bij de totstandkorning van deze bepaling in 1998 kon niet overzien worden dat het richtlijnen van dermate omvang zouden betreffen, dat hun publicatie in de Landscourant van Aruba ter fine van hun inwerkingtreding in feite ondoenlijk zou zijn. Derhalve wordt nu voorgesteld om de publicatie - en dus ook hun inwerkingtreding - op een door de Bank te bepalen wijze te laten geschieden. Daarbij zal de Bank de bestaande praktijk om publicatie van 16

90 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 90 van 112 deze richtlijnen in ieder geval op digitate wijze te verrichten, namelijk door plaatsing op haar website ( en toezending aan iedere afzonderlijke kredietinstelling en - voor zover van toepassing, ook voortaan - elektronisch geldinstelling bestendigen. Aangezien op grond van de artikelen 13, eerste lid, tweede volzin, 14, eerste lid, tweede volzin, en 15, tweede lid, tweede volzin, de richtlijnen van de Bank inzake respectievelijk de solvabiliteit, liquiditeit en de administratieve en bestuurlijke organisatie van kredietinstellingen op dezelfde wijze als de monetaire richtlijnen dienen te worden bekendgemaakt, zullen ook deze richtlijnen voortaan op een door een Bank te bepalen wijze worden bekendgemaakt. Overigens betreft het hier geen novum: in de andere sectorale toezichtverordeningen en ook in de LWTF wordt het aan de Bank overgelaten om de wijze van bekendmaking van de richtlijnen in kwestie te bepalen. Zo is het AML/CFT Handbook voor onder toezicht gestelde instellingen, dat richtlijnen als bedoeld in artikel 48, eerste lid, van de LWTF bevat, op 1 juni 2011 door de Bank bekendgemaakt via haar website en is rechtens verbindend sinds dat tijdstip voor de betrokken instellingen. De onderdelen P, Q, ten 3, en Z beogen bepaalde LTKinstrumenten te versterken met het oog op een adequate en zo nodig op maat gesneden toezichtuitoefening door de Bank. Het onderdeel JJ introduceert nieuwe artikelen in de LTK ter vervanging van de huidige artikelen 34, 34a en 35 inzake geheimhouding en de uitwisseling van gegevens en inlichtingen met buitenlandse toezichthouders. De in de onderdelen HH en II voorgestelde redactionele aanpassingen hangen overigens hiermee samen. Bij de formulering van de nieuwe artikelen 34, 34a, 34b en 35 is nadrukkelijk rekening gehouden met de relevante Aanbevelingen van de FATF-rapporten inzake de Arubaanse en de Nederlandse systemen voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering, alsook met de FATF- Aanbevelingen 29 en 40 en, zoals in de algemene toelichting reeds vermeld, de Core Principles for Effective Banking Supervision van het gezaghebbende internationale Bazels Comite van bankentoezichthouders. Verder is rekening gehouden met artikel 36 van de LWTF dat de uitwisseling van gegevens en inlichtingen tussen de Bank en buitenlandse AML/CFT-toezichthouders regelt. Enerzijds leidt dit ertoe dat de kring 17

91 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 91 van 112 van buitenlandse instanties waarmee gegevens en inlichtingen uitgewisseld kunnen worden, zo ruirn mogelijk is. Verwezen zij daartoe naar het voorgestelde artikel 34a, eerste lid, dat gebaseerd is op artikel 36 van de LWTF. Anderzijds bevatten de voorgestelde artikelen waarborgen voor een deugdelijk gebruik van de uitwisselingsbevoegdheden. Verwezen zij in bet bijzonder naar het tweede, derde en vierde lid van het voorgestelde artikel 34a. Voor de goede orde zij nog opgemerkt dat de tekst van het huidige artikel 34a geschrapt wordt aangezien desbetreffende materie bestreken wordt door artikel 32 van de LWTF. Het laatstgenoemde artikel voorziet reeds in een algemene kennisgevingsplicht van de Bank jegens het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (hierna het Meldpunt te noemen) voor de feiten die de Bank bij de uitoefening van toezicht heeft ontdekt en die van belang kunnen zijn voor de naleving van de meldingsplicht in de zin van de LWTF. Uit oogpunt van consistentie brengen de onderdelen KK, LL en MM een aantal artikelen van de LTK inzakc bestuurlijke handhaving door middel van de last onder dwangsom en bestuurlijke boete in overeenstemming met die van LWTF. Onderdeel YY bewerkstelligt overigens hetzelfde ten aanzien van de strafbaarstelling van de overtreding van de LTK zoals opgenomen in artikel 53 van de LTK. Onderdeel VV herformuleert artikel 48, eerste lid, van de LTK. Voorgesteld wordt om een ieder te verbieden om bedrijfsmatig: a. al dan niet op termijn opvorderbare gelden van het publiek aan te trekken, ter beschikking te krijgen of ter beschikking te hebben, die hetzij in totaal, hetzij per individuele aantrekking beneden een bij ministeriele regeling te bepalen bedrag liggen (thans luidt dit bedrag Afl ,-), of b. kredieten of ander vormen van financiering te verstrekken. In beide gevallen strekt het verbod zich ook uit tot de bemiddeling bij de daarbij bedoelde activiteiten. Naast een betere formulering van de betrokken activiteiten wordt in de voorgestelde tekst niet meer gesproken van "het zich tot het publiek wenden" ter zake van de bedrijfsmatige aantrekking van gelden. In de praktijk legt dit namelijk een te grote bewijslast op de Bank, waardoor niet op een effectieve wijze kan worden opgetreden tegen illegale marktpartijen. Vanuit het oogpunt van crediteuren- en consumentenbescherming, heeft de regering gemeend dat 18

92 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 92 van 112 een verruiming van de reikwijdte van het verbod wenselijk is. Onder "aantrekken" en "ter beschikking verkrijgen" wordt verstaan het verkrijgen van al dan niet op termijn opvorderbare gelden of het aangaan van de verplichting tot terugbetaling daarvan, bijvoorbeeld via uitgifte van obl igaties, sluiten van leenovereenkomsten, schuld- of contractsoverneming of equivalenten van het vorenstaande. Onder "aantrekken" wordt tevens begrepen het trachten (gelden) ter beschikking te verkrijgen, alsmede het feitelijk verkrijgen van deze gelden. Het aantrekken van gelden is echter altijd gericht op het op enigerlei wijze ter beschikking verkrijgen van (die) gelden. Het zich tot het publiek wenden gericht op het ter beschikking verkrijgen van opvorderbare gelden valt dus onverkort onder het verbod. De Bank hoeft dus niet te wachten met interveni&en totdat gelden daadwerkelijk zijn verkregen. Met het scheppen van de mogelijkheid van vroegtijdige interventie door de toezichthouder, wordt de kans op het ontstaan van gedupeerden verminderd en de bescherming van de belangen van crediteuren en consumenten verhoogd. Het ter beschikking verkrijgen van gelden heeft altijd tot gevolg dat de verkrijger, gedurende enige periode, de gelden tot zijn beschikking heeft. Niettemin is degene die gelden - verkregen in strijd met het verbod - ter beschikking heeft niet altijd degene die deze gelden ook van het publiek heeft verkregen. De mogelijkheid bestaat immers dat degene die de gelden van het publiek heeft verkregen die gelden snel daarna heeft doorgesluisd naar een andere (rechts)persoon, waardoor er bij de eerstgenoemde niets meer te halen valt. Wanneer de toezichthouder de overtreding van de verbodsbepaling ongedaan wil maken, is het uiteraard van belang dat maatregelen ook kunnen worden getroffen tegen degene die de gelden ter beschikking heeft. Het ter beschikking hebben van gelden in strijd met het verbod is een doorlopende overtreding, waar de Bank doorgaans op een effectievere wijze tegen kan optreden dan tegen het ter beschikking verkrijgen van de gelden. Dit Iaatste is immers een eenmalige overtreding. Door de voorgestelde uitbreiding van het verbod, is de Bank beter in staat de belangen van (potentieel) gedupeerde crediteuren te beschermen. De zinsnede "al dan niet op termijn opvorderbare" is toegevoegd om duidelijk te maken dat het gaat om gelden die op enig moment terugbetaald moeten worden, uit welke hoofde dan ook, en waarvan op voorhand duidelijk is welk nominaal bedrag moet worden 19

93 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 93 van 112 terugbetaald en op welke wijze de eventuele vergoeding moet worden berekend. Onder het verstrekken van kredieten als bedoeld in het onderhavige artikel wordt begrepen het verstrekken van gelden aan een ander, teneinde daardoor voor de geldgever of voor aan hem gerelateerde partijen op geld waardeerbare voordelen te verkrijgen. Gezien de achterliggende beschermingsgedachte, moet bij de uitleg van kredieten, zoals bij de uitleg van alle bestanddelen van het onderhavige artikel, worden uitgegaan van een ruime interpretatie. Het betreft in ieder geval het verstrekken van nominaal opvorderbare gelden, maar van een terugbetalingsverplichting van de zijde van de geldnemer hoeft geen sprake te zijn. Ook als de geldnemer de keuze heeft om de gelden niet terug te betalen, maar er wel die mogelijkheid is, valt het verstrekken van die gelden onder het verbod, indien op voorhand duidelijk is welk nominaal bedrag in dat geval moet worden terugbetaald en op welke wijze de eventuele vergoeding moet worden berekend. In overeenstemming met bestendig beleid van de Bank, strekt het verbod tot het bedrijfsmatig verstrekken van kredieten zich ook uit tot de activiteiten van pandhuizen. Verder wordt naast het verstrekken van kredieten ook financiering nadrukkelijk vermeld als een activiteit waarvoor het verbod geldt. Dit wordt gedaan om te verduidelijken dat bepaalde diensten binnen de reikwijdte van het verbod vallen. Te denken valt daarbij met name aan financial leasing, operational leasing en factoring met regres. Onder financial leasing wordt verstaan een leaseovereenkomst waarbij de vooren nadelen verbonden aan de eigendom van het leaseobject geheel of nagenoeg geheel gedragen worden door de lessee. Aan het einde van de leaseovereenkomst kan de juridische eigendom van het leaseobject door de lessor worden overgedragen aan de lessee. Bij operational leasing worden de risico's gedragen door de lessor en vindt aan het eind van de leaseperiode geen juridische overdracht plaats. Dit laatste is echter geen verplichting. Voor de goede orde zij hierbij opgemerkt dat consumentgerelateerde leasing of financiering niet onder de werking van artikel 48, eerste lid, valt. Onder factoring wordt in het algemeen verstaan het voorfinancieren van debiteurenvorderingen waarbij de financierende onderneming - de factor - de uitstaande schuld van een of meer debiteuren overneemt en vervolgens zelf probeert de schuld te innen. Indien deze overname voor een bepaalde periode geschiedt, waarna de schuld 20

94 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 94 van 112 terugkeert bij de oorspronkelijke crediteur, is sprake van factoring met regres, terwijl bij definitieve overdracht sprake is van factoring zonder regres. Factoring met regres wordt gezien als een vorm van financiering, aangezien de crediteur de beschikking krijgt over geld tegen tijdelijke overdracht van zijn debiteurenbestand. Het in het kader van de normale bedrijfsvoering als nevenactiviteit verstrekken van krediet of financiering aan consumenten door bijvoorbeeld (detail)handelsbedrijven of autohandelaren valt niet onder het verbod Indien het verstrekken van krediet of financiering geschiedt vanuit een separate entiteit dan is geen sprake van een nevenactiviteit. Het verstrekken van krediet of financiering is immers de hoofdactiviteiten van die entiteit. Mitsdien valt die entiteit onder de reikwijdte van het verbod. Ook vallen alle vormen van leasing gericht op de zakelijke markt onder verbod. Conform het (ongewijzigde) derde lid van artikel 48 kan van het verbod een ontheffing van de Bank worden verkregen. De Bank kan op grond van artikel 2, tweede lid, van de LTK aan een ontheffing beperkingen stellen en voorschriften en voorwaarden verbinden. Deze beperkingen, voorschriften en voorwaarden dienen te zien op de bescherming van de door de LTK in het algemeen en het onderhavige artikel in het bijzonder te beschermen belangen. Hierbij kan - voor zover relevant - in ieder geval gedacht worden aan de financiele soliditeit en integriteit. Beide zijn gericht op het behoud van het vertrouwen in de onderneming of instelling en de financiele sector, de bescherming van belangen van crediteuren en consumenten, almede het borgen van een "level playing field" Onderdeel XX betreffende de aanwijzing van toezichthouders door de President van de Bank is in de algemene toelichting reeds uitvoerig aan de orde geweest. 21

95 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 95 van 112 Ad artikel II Het onderhavige artikel brengt diverse wijzigingen aan in de LTV. Evenals bij de LTK hangen deze deels rechtstreeks samen met het herstellen van de in het MER geconstateerde tekortkomingen en de noodzakelijke versterking van het toezichtkader van de LTV op het gebied van integriteitsbeheersing en -bevordering. Wat het eerste betreft aangaande de onderdelen A, I tot en met K, en 0. In dit verband zij verwezen worden naar de toelichting op artikel I, onderdelen A, KK, LL, MM en YY. De versterking van het integriteitskader van de LTV krijgt zijn beslag door middel van de onderdelen B tot en met H en L. Evenals bij de in artikel I voorgestelde aanpassingen van de LTK, worden nieuwe vereisten gesteld ten behoeve van de betrouwbaarheids- en geschiktheidstoetsing van bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers, commissarissen en houders van gekwalificeerde deelnemingen in verzekeraars. Voorts worden de gronden voor intrekking van een vergunning (met daarin nu een expliciete verwijzing naar de LWTF en andere wettelijke regelingen ter zake van voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering) uitgebreid. Dit is uiteraard alleen relevant voor zover deze regelingen van toepassing zijn. De LWTF geldt bijvoorbeeld niet voor verzekeraars voor zover zij het schadeverzekeringsbedrijf uitoefenen. Daarnaast wordt voorgesteld om de bepalingen betreffende structuurtoezicht op verzekeraars op te nemen in de LTV. Deze zijn thans opgenomen in het Landsbesluit gekwalificeerde deelnemingen verzekeringsbedrijf, dat overigens wordt ingetrokken. Tevens worden regels voorgesteld voor de toepassing van integriteitstoezicht op verzekeraars. Hiertoe behoren voorschriften die gericht zijn op de realisering en waarborging van een integere bedrijfsvoering. Verwezen zij naar de toelichting bij artikel I, onderdelen G, H, M, ten 2, T, W. Deze voorschriften gelden voor zowel levensverzekeraars als schadeverzekeraars, met dien verstande dat het niet de bedoeling is om schadeverzekeraars via de LTV alsnog onder de reikwijdte van de LWTF en het AML/CFT Handbook te brengen. Het voorgestelde artikel 14d, tweede lid, onderdeel c, is dan ook niet van toepassing op schadeverzekeraars voor zover het de naleving van de bij of 22

96 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 96 van 112 krachtens de LWTF gestelde regels betreft. Opgeinerkt wordt dat de "Directive on anti-money laundering and combating the financing of terrorism for insurance companies" van de Bank van toepassing blijft op schadeverzekeraars. Verwezen zij ook naar de toelichting op artikel VII, onderdeel c. Ten aanzien van de onderdelen L en M, die de invoering bewerkstelligen van nieuwe bepalingen inzake geheimhouding en gegevensuitwisseling, kan worden verwezen naar de toelichting op onderdeel JJ van artikel I. Als bijzondere wijziging van de LTV kan worden genoemd de krachtens onderdeel P in te voegen nieuwe artikelen 27a en 27b. Artikel 27a biedt de mogelijkheid om bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, ook natura-uitvaartverzekeraars, herverzekeraars en zogenaamde assurantiebemiddelaars onder het toezicht van de Bank te brengen. Onder natura-uitvaartverzekeraar wordt verstaan een ieder die, geen levensverzekeraar zijnde, zijn bedrijf maakt van het sluiten van natura-uitvaartverzekeringen voor eigen rekening en het afwikkelen van die natura-uitvaartverzekeringen. Onder natura-uitvaartverzekering wordt verstaan een verzekering in verband met de verzorging van de uitvaart van een natuurlijke persoon waarbij de verzekeraar zich verbindt tot het leveren van een prestatie die niet tevens inhoudt het doen van een geldelijke uitkering. Onder herverzekeraar wordt verstaan een ieder die zijn bedrijf maakt van het sluiten van herverzekeringen voor eigen rekening en het afwikkelen van die herverzekeringen. Onder herverzekering wordt verstaan een verzekering waarbij risico's worden geaccepteerd die door een verzekeraar worden overgedragen. Onder assurantiebemiddelaar wordt verstaan een ieder die, anders dan uit hoofde van een arbeidsovereenkomst, bemiddeling verleent bij het sluiten, afkopen of uitkeren van een levees- of schadeverzekeringsovereenkomst in de zin van de LTV. In Aruba zijn deze ondernemingen doorgaans werkzaam onder de benaming "insurance broker". Gelet op de aard van de werkzaamheden van assurantiebemiddelaars verwacht de regering dat een dergelijke regeling vooral betrekking zal hebben op de bescherming en bevordering van de integriteit bij bestuurders, (mede)beleidsbepalers en houders van een gekwalificeerde deelneming in deze ondernemingen. In verband hiermee zij opgemerkt dat assurantiebemiddelaars ook een rol 23

97 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 97 van 112 kunnen hebben bij de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering, in het bijzonder voor wat betreft de introductie van clienten bij levensverzekeraars. Verwezen zij naar de artikelen 15 en 16 van de LWTF. Ass urantiebemiddelaars vallen - voor zover zij bemiddelen bij het sluiten, afkopen en uitkeren van levensverzekeringsovereenkomsten - reeds onder de reikwijdte van de LWTF en staan mitsdien onder AML/CFT toezicht van de Bank. Ook voor wat betreft natura- uitvaartverzekeraars en herverzekeraars wordt voorgesteld om de mogelijkheid open te laten om deze categorieen van instellingen te zijner tijd onder toezicht van de Bank te plaatsen. De regering acht dat vooralsnog niet direct noodzakelijk, maar acht het wenselijk om dit in de toekomst mogelijk te maken. Omwille van de belangen die de LTV beoogt te beschermen verbiedt artikel 27b, eerste lid, een ieder om te bemiddelen bij sluiten, afkopen of uitkeren van verzekeringsovereenkomsten met niet- vergunninghoudende marktpartijen in Aruba of elders. Op grond van het tweede lid van artikel 27b kan de Bank ontheffing verlenen van het verbod, indien dit naar het oordeel van de Bank niet strijdig is met de belangen die de LTV beoogt te beschermen. Artikel 4, tweede lid, van de LTV bevat reeds een algemene bevoegdheid voor de Bank om ontheffing te verlenen van bij of krachtens de LTV gestelde voorschriften, mits de belangen van de verzekeringsnemer, de verzekerde of andere gerechtigden op een uitkering zich naar het oordeel van de Bank daartegen niet verzetten. De Bank kan op grond van artikel 4, eerste lid, van de LTV aan een ontheffing beperkingen stellen en voorschriften en voorwaarden verbinden. Dit zou er bijvoorbeeld toe kunnen leiden dat een ontheffing wordt beperkt tot het buitenland vergunninghoudende en bemiddelen voor een met name genoemde in het onder adequaat toezicht staande verzekeraar of ter zake van risico's die hier te lande niet of nauwelijks te verzekeren zijn. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan omvangrijke brand- of beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen. Voor wat betreft onderdeel 0 zij verwezen naar de toelichting op artikel I, onderdeel YY. 24

98 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 98 van 112 Ad artikel III Het voorgestelde artikel III wijzigt de LTG. Ten 10 van onderdeel A biedt een definitie van het begrip "gekwalificeerde deelneming" ten behoeve van de toepassing van de nieuwe artikelen 4, eerste lid, en 5, vierde lid, van de LTG. Het komt overeen met die welke in andere sectorale toezichtverordeningen worden gehanteerd. De onderdelen A, ten 2, B, ten 2, en F, ten 3, ervan hangers samen met de hierboven reeds besproken nieuwe strafbaarstelling van terrorismefinanciering in het Wetboek van Strafrecht van Aruba. Verwezen zij naar artikel I, onderdeel A, ten 1. De term "middellijk belang" wordt gebruikt om toetsing mogelijk te maken bij situaties waarbij sprake is van (potentiele) zeggenschap over de onderneming door middel van tussenliggende vennootschappen. Een dergelijke toetsing voorkomt ook dat ongewenste derden feitelijk invloed kunnen uitoefenen op de onderneming door middel van bijvoorbeeld stromannen. De onderdelen B, ten 1, C, D en E introduceren nieuwe voorschriften inzake de (doorlopende) betrouwbaarheids- en geschiktheidsvereisten van bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers, commissarissen en houders van gekwalificeerde deelnemers bij geldtransactiebedrijven, en de integere bedrijfsvoering door geregistreerde geldtransactiebedrijven in de LTG. Zij zijn gelijk aan die welke voor de andere sectorale toezichtverordeningen worden voorgesteld. Verwezen zij naar de desbetreffende onderdelen van artikel I. Onderdeel F, ten 2, beoogt de naleving van voorschriften gesteld bij of krachtens de LWTF en andere wettelijke regelingen ter zake van de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering door geregistreerde geldtransactiebedrijven binnen het toezichtkader van de LTG te verzekeren. Zodoende kunnen onder meer de LWTF en het Sanctiebesluit bestrijding terrorisme en terrorismefinanciering (AB 2010 no. 27) tevens gehandhaafd worden met behulp van het in de LTG opgenomen handhavingsinstrumentarium. De overige onderdelen van het onderhavige artikel brengen de voorschriften van de LTG omtrent de toezichtsuitoefening, de gegevensuitwisseling met buitenlandse toezichthouders op financiele dienstverleners en de administratiefrechtelijke en strafrechtelijke 25

99 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 99 van 112 handhaving in lijn met die van de andere sectorale toezichtverordeningen en de LWTF. Verwezen zij naar de toelichting bij de desbetreffende onderdelen van artikel I. Ad artikel IV Het onderhavige artikel brengt enige belangrijke wijzigingen aan in de LTT. Onderdeel A stelt een nieuw artikel 1 voor met daarin nieuwe begripsoinschrijvingen. Bijzondere aandacht zij daarbij gevraagd voor de nieuwe definitie van het begrip "trustkantoor". Deze sluit ten eerste aan bij de daadwerkelijke activiteiten van trustkantoren in Aruba zoals deze sinds de invoering van de LTT in februari 2009 zijn geconstateerd. Ten tweede wordt een betere aansluiting gezocht bij de FATF-Aanbeveling 12. Tot slot wordt - in navolging van het MER - het verrichten van trustdiensten met betrekking tot vennootschappen die deel nemen aan het economisch verkeer van Aruba onder de werking van de LTT gebracht. De nieuwe definitie beperkt zich dan ook niet tot trustkantoren die in het kader van hun activiteiten uitsluitend gebruik maken van buiten de Arubaanse econoinische sfeer actieve rechtspersonen en lichamen (de zogenaamde internationale - ofwel offshore - financiele dienstverlening). Hierbij wordt mede verwezen naar de FATF-Aanbevelingen 12 en 16, waarin ten aanzien van trustkantooractiviteiten geen onderscheid wordt gemaakt tussen lokaal en buitengaats actieve rechtspersonen en lichamen. Het nieuwe artikel 1 van de LTT bevat voorts een nieuwe definitie van het belangrijke begrip "uiteindelijke belanghebbende" en beoogt harmonisering met artikel 1, eerste lid, van de LWTF. Voor een uitgebreide uitleg kan worden verwezen naar de pagina's 38 tot en met 41 van de memorie van toelichting bij de LWTF. Verder wordt in dit artikel het begrip "gekwalificeerde deelneming" geintroduceerd ten behoeve van de hieronder to bespreken andere wijzigingen van de LTT ter versterking van het integriteitskader van die Iandsverordening. Het is gebaseerd op de definitie van het begrip "gekwalificeerde deelneming" van de artikelen I van de LTK en de LTV. Verwezen zij naar artikel 1, onderdeel A, ten 1. De onderdelen B tot en met F scherpen de in de artikelen 3 tot en met 6 opgenomen vereisten aan met betrekking tot de betrouwbaarheid en 26

100 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 100 van 112 geschiktheid van bestuurders en andere (mede)beleidsbepalers, commissarissen en houders van gekwalificeerde deelnemingen in trustkantoren en de integere uitoefening van het bedrijf. Zij komen overcen met die welke elders in het onderhavige ontwerp voor de LTK, LTV en LTG worden voorgesteld. Verwezen zij naar de toelichting bij de desbetreffende onderdelen van artikel I. Onderdeel G beoogt artikel 7 in dier voege te wijzigen, dat de Bank de bevoegdheid krijgt om richtlijnen te geven met betrekking tot de inhoud en het model van de door trustkantoren in te dienen jaarrekeningen. Bovendien wordt de inhoud van de zogenaamde "compliance-verklaring", die tezamen met de jaarrekening bij de Bank moet worden ingediend, verduidelijkt. Het trustkantoor moet jaarlijks, op basis van een door haar te verrichten onderzoek, aan de Bank verklaren dat zij met betrekking tot alle vennootschappen ten behoeve waarvan zij trustdiensten verricht voldoet aan de vereisten die zijn opgenomen in artikel 8 van de LTT. Indien het trustkantoor dit niet zonder voorbehoud kan verklaren, moet zij in de verklaring tevens opnemen ten aanzien van welke vennootschappen zij niet aan deze vereisten voldoet. De onderdelen H en I leiden respectievelijk tot wijziging van artikel 8 en de invoering van nieuwe artikelen 9 en 10. Artikel 8 heeft betrekking op de kennis die trustkantoren dienen te hebben van de herkomst van het vermogen van hun cli&tten en de juridische entiteiten die bij de dienstverlening worden benut, alsmede op de gegevens die daarbij dienen te worden vastgelegd. Het voorgestelde eerste lid van artikel 8 is uitgebreider dan het huidige artikel 8, eerste lid, en sluit beter aan bij de internationale normen. Aan het huidige tweede lid van artikel 8 bestaat geen behoefte meer, aangezien het naar de inmiddels ingetrokken LID verwijst. Het voorgestelde artikel 9 bevat nieuwe, meer verfijnde regels met betrekking tot de bewaring van toonderaandelen in rechtspersonen waarvoor een trustkantoor het beheer voert of als wettelijke vertegenwoordiging optreedt. Ten opzichte van het huidige artikel 9 worden enerzijds de mogelijkheden voor een trustkantoor verruimd en wordt anderzijds de eigen verantwoordelijkheid van het trustkantoor sterker benadrukt. Deze bepaling is van essentieel belang. Met het oog op het kennen van de uiteindelijk belanghebbende is het immers essentieel dat het trustkantoor te allen tijde op de hoogte is van de houder van of 27

101 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 101 van 112 anderszins de rechthebbende is op de toonderaandelen. In verband hiermee zij overigens nog opgemerkt dat de regering voornemens is om toondcraandelen bij naamloze vennootschappen en Aruba vrijgestelde vennootschappen gefaseerd of te schaffen. Ten aanzien van de lokale vennootschappen zal artikel 9 dan ook op den duur zijn relevantie verliezen. Dit zal echter niet het geval zijn bij buitenlandse vennootschappen met toonderaandelen waarvoor een trustkantoor als beheerder of wettelijke vertegenwoordiger optreedt. Verder zij met betrekking tot het voorgestelde tweede lid van artikel 9 opgemerkt dat het deels afgeleid is van artikel 10, eerste lid, onderdeel a, van de LWTF. Dit geldt in het bijzonder voor wat betreft de begrippen "internationaal aanvaarde normen voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering" en "effectief toezicht ter zake van de naleving van die normen". De hierboven besproken wijzigingen van de artikelen 8 en 9 nopen ook tot herformulering van artikel 10, dat trustkantoren verbiedt om diensten te verlenen indien niet voldaan kan worden aan de artikelen 8 en 9. Hierin wordt eveneens voorzien door onderdeel I. De onderdelen J tot en met het N en Q beogen het sanctieinstrumentarium van de LTT zoveel mogelijk gelijk te doen zijn met die van de andere sectorale toezichtverordeningen en van de LWTF. De onderdelen 0 en P bewerkstelligen hetzelfde ten aanzien van de artikelen inzake de toezichtuitoefening en gegevensuitwisseling met buitenlandse toezichthouders op trustkantoren en financiele dienstverleners. Verwezen zij naar de toelichting bij de desbetreffende onderdelen van artikel I. Ad artikel V Het onderhavige artikel vervangt de verwijzing in artikel 3, eerste en derde lid, van de Landsverordening meldplicht in- en uitvoer contant geld (AB 2000 no. 27) naar de LMOT door een verwijzing naar de LWTF. Dit is noodzakelijk vanwege de vervanging van de LMOT met ingang van 1 juni 2011 door de LWTF. 28

102 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 102 van 112 Ad artikel VI Het onderhavige artikel biedt de mogelijkheid om de Volkskredietbank van Aruba onder het toezicht van de Bank te stellen. Deze publiekrechtelijke organisatie is ingesteld op grond van de Landsverordening Volkskredietbank (AB 1993 no. GT 15) met als doelstel ling te voorzien in rnaatschappelijk verantwoorde volkskredietbehoeften in Aruba op een uit sociaal en zakelijk oogpunt juiste wijze. Daartoe verstrekt zij onder meer kleine kredieten en hypothecaire leningen aan bepaalde personen en ondernemingen met beperkte financiele middelen. Ondanks het sociale karakter van de Volkskredietbank van Aruba wenst de regering niet langer een onderscheid te maken tussen de cornmerciele kredietinstellingen en de Volkskredietbank van Aruba. Dit is mede ingegeven door internationale inzichten dat alle kredietinstellingen aan een vergunningplicht onderhevig dienen te zijn en onder wettelijk toezicht behoren te staan, ook indien een kredietinstelling in overheidshanden is. Ook in Nederland is de mogelijkheid om ontheffing van de vergunningplicht te verlenen in de Wet op het financieel toezicht (inwerkingtreding per 1 januari 2007) niet overgenomen. Mede ter waarborging van een level playing field voor alle in Aruba gereguleerde financiele instellingen voor wat betreft de toepassing van de AML/CFT-georienteerde voorschriften, werd de Volkskredietbank van Aruba onder de reikwijdte van de LWTF gebracht en valt zij mitsdien reeds onder AML/CFT toezicht van de Bank. De ondertoezichtstelling van de Volkskredietbank van Aruba past ook in de lijn die de regering heeft ingezet met het plaatsen van het ambtenarenpensioenfonds (APFA) onder het toezicht van de Bank per 1 januari Aldus wordt een nieuw artikel 16 van de Landsverordening Volkskredietbank voorgesteld volgens hetwelk de Volkskredietbank van Aruba bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, onder het toezicht van de Bank kan worden geplaatst. Gelet op het bovenstaande zal dit toezicht overeenkomstig de bij of krachtens de LTK gestelde voorschriften geschieden. Zo nodig kan daarbij worden afgeweken van de bij of krachtens de Landsverordening Volkskredietbank gestelde regels. Deze landsverordening en het daarop gebaseerde Landsbesluit inrichting 29

103 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 103 van 112 en werkwijze Volkskredietbank (AB 1998 no. GT 16) bevatten (onder meer) voorschriften ter zake van de benoeming en de bevoegdheden van het bestuur, beheer van het vermogen en de financiele controle en verantwoording van de Volkskredietbank van Aruba, die op diverse punten afwijken van die van de LTK. In de plaats hiervan zullen de bij of krachtens de LTK gegeven voorschriften inzake het monetaire, liquiditeit-, structuur- en integriteitstoezicht, alsmede de handhaving door middel van de in de LTK voorziene instrumenten treden. Uitgangspunt daarbij is dat de Volkskredietbank ook onder het vergunningenstelsel van de LTK komt te vallen en uit dien hoofde aan de daarbij geldende voorschriften inzake de toetsing van bestuurders en de uitoefening van het bedrijf van kredietinstelling dient te voldoen. Het niet voldoen hiervan kan in het uiterste geval leiden tot intrekking van de vergunning en stopzetting van de activiteiten. Aangezien de Volkskredietbank een bij landsverordening ingestelde entiteit is, kan daarbij echter niet worden overgegaan tot haar liquidatie; zulks kan immers slechts plaatsvinden indien ook de Landsverordening Volkskredietbank wordt ingetrokken. Derhalve stelt het tweede lid van het voorgestelde artikel 16 dat bij een intrekking van de vergunning de Volkskredietbank haar activiteiten dient stop te zetten. Dit betekent niet dat de Volkskredietbank opgeheven dient te worden; het zal in een dergelijk geval aan de regering zijn om zich te beraden over het voortbestaan van de Volkskredietbank. Ad artikel VII Het onderhavige artikel regelt in onderdeel a de voortgezette werking van de in AB 1998 no. 24 opgenomen ministeriele regeling ter uitvoering van artikel 48, eerste lid, van de LTK. Deze voor de regulering van de Arubaanse financiele markt belangrijke ministeriele regeling wordt vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van het onderhavige ontwerp gebaseerd op het krachtens artikel I voorgestelde artikel 48, eerste lid, onderdeel a, van de LTK. Het daarin opgenomen grensbedrag van Afl ,- blijft daarbij ongewijzigd. Onderdeel b bepaalt dat de door de Bank krachtens de artikelen 12, eerst lid, 13, eerste lid, 14, eerste lid, en 15, eerste lid, van de LTK aan de kredietinstellingen gegeven richtlijnen van kracht blijven als richtlijnen 30

104 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 104 van 112 in de zin van de nieuwe corresponderende bepalingen van de LTK zoals voorgesteld in artikel I van het onderhavige ontwerp. Een dergelijke overgangsregeling is noodzakelijk, aangezien de laatstbedoelde bepalingen een nieuwe inwerkingtredingsprocedure voor die richtlijnen voorschrijven. Onderdeel c regelt dat bepaalde door de Bank krachtens artikel 10 van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf gegeven richtlijnen van kracht blijven als richtlijnen in de zin van de het nieuwe artikel 14d, derde lid, van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf. Opgemerkt zij dat de LWTF en het AML/CFT Handbook van de Bank slechts van toepassing zijn op levensverzekeraars en niet op schadeverzekeraars. Om die reden is de richtlijn "Directive on anti-money laundering and combating the financing of terrorism for insurance companies" met de inwerkingtreding van de LWTF en het AML/CFT Handbook door de Bank ingetrokken voor zover het verzekeraars betreft die uitsluitend het levensverzekeringsbedrijf uitoefenen. De richtlijn geldt onverkort voor verzekeraars voor zover zij het schadeverzekeringsbedrijf uitoefenen. Onderdeel d bepaalt dat de door de Centrale Bank van Aruba krachtens artikel 6 van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven gegeven richtlijnen van kracht blijven als richtlijnen gegeven krachtens het nieuwe artikel 6, derde en vierde lid, van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven. Het betreft in het bijzonder de richtlijnen "Operational and sector-specific guidelines for money transfer companies" en "Guidelines on the conduct of business by and the administrative organization of money transfer companies". Onderdeel e bewerkstelligt dat het personeel van de Bank dat op grond van de desbetreffende bepalingen van de sectorale toezichtverordeningen als toezichthouder voor de naleving van die landsverordeningen is aangewezen, die hoedanigheid behoudt onder de werking van dezelfde bepalingen zoals die na de inwerkingtreding van het onderhavige ontwerp zullen komen to luiden. 31

105 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 105 van 112 Ad artikel VIII Het voorgestelde artikel VIII biedt aan de personen en instellingen die als gevolg van de inwerkingtreding van de artikelen I tot en met IV van het onderhavige ontwerp, onder de vergunningsplicht in de zin van de LTK of de LTT komen te vallen, de mogelijkheid om binnen 6 maanden na die inwerkingtreding een verzoek bij de Bank te doen voor de afgifte van de desbetreffende vergunning. Het betreft hier in het bijzonder de elektronisch geldinstellingen en trustkantoren die trustdiensten veichten met betrekking tot vennootschappen die deel nemen aan het economisch verkeer van Aruba. De Bank zal binnen 6 maanden een beslissing nemen op een dergelijk verzoek. Indien de Bank naar aanleiding van een verzoek de verstrekking van nadere gegevens en bescheiden verzoekt, vangt deze termijn aan op het moment dat de Bank deze nadere gegevens en bescheiden heeft ontvangen. Tot het moment dat de Bank op het verzoek heeft beslist, valt de verzoeker onder het overgangsregime, Nadat een verzoek tot vergunningverlening wordt afgewezen is de verbodsbepaling van de desbetreffende sectorale toezichtverordening op de instelling van toepassing. Deze moet in dat geval haar vergunningplichtige activiteiten staken en eventueie bestaande clientrelaties beeindigen of overdragen aan een instelling die beschikt over de benodigde vergunning. De minis e va Fin en Ene g un. Utiliteiten De minister van Justitie en Onderwijs, 32

106 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 106 van 112 De minister va lgemene Zaken, De minister van Economische Zaken, Sociale Zaken en Cultuur, 33

107 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 107 van 112 1/U ARUBA RAAD VAN ADVIES ) L.G. Smith Boulevard 8, Oranjestad, Aruba Telefoon (297) Fax (297) rva setarnet.aw-welrsite: icwiotaa t1 a.o o 3 - LI5 t-sc 5"F wu2a- 2)012 i'verz. VOL tilt, 01WW if COD ,1g,ifty CANSCSCIMEMINCVA Aan Zijne Excellentie de Gouverneur van Aruba t.a.v. de Minister van Justitie en Onderwijs L.G. Smith Boulevard 76 Alhier. Uw kenmerk: LV-12/0007 Uw brief: Ons kenmerk: RvA Onderwerp: Ontwerp-landsverordening houdende de wijziging Oranjestad, 23 mei 2012 van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgeving) Naar aanleiding van bijgaande aan de Raad ter advies toegezonden ontwerplandsverordening houdende de wijziging van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgeving) moge de Raad Uwe Excellentie het volgende berichten. 1, Algemeen Het onderhavige ontwerp strekt er toe om diverse sectorale toezichtverordeningen te wijzigen. De voorgestelde wijzigingen zijn - gelet op de resultaten uit het Mutual Evaluation Report van de Financial Action Task Force (FATF) - noodzakelijk om een adequaat systeem ter voorkoming en bestrij ding van het witwassen en terrorismefinanciering te waarborgen. De Raad ziet de noodzaak van de wijzigingen - die vanuit FATF-verband bestaat - in, maar voorziet dat de wijzigingen zullen leiden tot een substantiele toename van enerzijds de toezichtlast voor de Centrale Bank van Aruba (de Bank) en anderzijds de administratieve lasten voor de onder toezicht gestelden. Gelet op deze voorziene consequenties, adviseert de Raad om in de toelichting uit te weiden over de uitvoerbaarheid van de voorgestelde extra toezichttaken van de Bank en tevens aan te geven welke (indirecte) financiele consequenties voor het land Aruba aan deze extra toezichtbelasting van de Bank verbonden zijn. Voorts adviseert de Raad in dit verband om in de toelichting in te gaan op de uitvoerbaarheid van de extra verplichtingen voor de onder toezicht gestelden.

108 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 108 van 112 RvA Ontwerp- landsverordening 2.1 De Raad heeft geconstateerd dat het begrip `gekwalificeerde deelneming' bij voorgesteld artikel III, onderdeel A en voorgesteld artikel IV, onderdeel A wordt geintroduceerd in respectievelijk de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven (AB 2003 no. 60) en de Landsverordening toezicht trustkantoren (AB 2009 no. 13). Dit begrip wordt gedefinieerd als een rechtstreeks of middellijk belang van meer dan tien procent van het geplaatste aandelenkapitaal van een bepaalde organisatie of het rechtstreeks of middellijk kunnen uitoefenen van meer dan tien procent van de stemrechten in een bepaalde organisatie of het rechtstreeks of middellijk kunnen uitoefenen van een daarmee vergelijkbare zeggenschap. Onduidelijk blijft echter in welke gevallen er sprake is van een zogenoemd middellijk belang van meer dan tien procent. De Raad adviseert om het begrip gekwalificeerde deelneming - en hierbij specifiek het element middellijk belang - in de toelichting te verduidelijken. 2.2 De Raad heeft geconstateerd dat de diverse sectorale toezichtverordeningen bij het onderhavige ontwerp op diverse aspecten ingrijpend worden gewijzigd. Gelet op deze ingrijpendheid en het effect hiervan voor de brede groep onder toezicht gestelden, beveelt de Raad aan om voor de overzichtelijkheid - conform Aanwijzing 120 van de Aanwijzing voor de Wetgevingstechniek - de doorlopende tekst van de gewijzigde landsverordeningen te publiceren in het Afkondigingsblad van Aruba. De Raad adviseert hierbij om aan het slot van het onderhavige ontwerp een bepaling op te nemen waarin deze voorgestelde publicatie wordt geregeld. 2.3 In voorgesteld artikel I, onderdeel Z, worden het eerste en tweede lid van artikel 22 van de Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16) vervangen door twee nieuwe leden. De voorgestelde vervangende leden spreken ten opzichte van de huidige leden van `een kredietinstelling en een elektronische geldinstelling' in plaats van `een kredietinstelling'. Het is de Raad hierbij echter opgevallen dat het derde lid van artikel 22 in het onderhavige ontwerp ten onrechte intact blijft; de term `een kredietinstelling' blijft immers gehandhaafd. De Raad adviseert om deze term in het derde lid - aansluitend op het eerste en tweede lid - te doen vervangen door `een kredietinstelling en een elektronische geldinstelling'. 2.4 Bij voorgesteld artikel III, onderdeel K, wordt artikel 23 van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven (AB 2003 no. 60) aangepast. In het desbetreffende aangepaste artikel 23 wordt bepaald dat een overtreding van hetgeen bepaald is in artikel 12, derde lid, van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven bestuurlijk gehandhaafd kan worden door de Bank. De Raad merkt echter op dat de bepaling in artikel 12, derde lid, een attributiebepaling betreft en geen specifiek voorschrift dan wel voorwaarde voor de onder toezicht gestelden. De Raad adviseert - gelet op de strekking van deze bepaling - om deze derhalve niet bestuurlijk handhaafbaar te stellen. 2.5 De Raad beveelt aan om de woorden 'het financieren van terrorisme' in artikel 27, eerste lid, van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven - conform de voorgestelde wijziging van de definitie in artikel 1 bij artikel III, onderdeel A - te wijzigen in `terrorismefinanciering'. 2

109 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 109 van 112 RvA Voorstellen voor redactionele verbeteringen Enke le voorstellen voor redactionele verbeteringen zijn in de marge van het ontwerp en de memorie van toelichting aangegeven. 4. Conclusie en eindadvies De Raad kan zich met de inhoud en de doelstelling van het onderhavige ontwerp verenigen en geeft u in overweging dit aan de Staten to bieden, nadat met het voorgaande rekening zal zijn gehouden. --- De Vo mr. dr. H.A. van der Wal mr-a..j.-wvae

110 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 110 van 112 Staten publ ARUBA SA,,Jerv, /v-aaa, OLDA-L- D,1 I y5 (1(1.cu_cLeA., VAN DE GOUVERNEUR van ARUBA 3 3 i V_ / 2440 Aan de Gouverneur van Aruba Plaza Eman 3 ALHIER DOSSIV Uw kenmerk: Onderwerp: Uw brief: One kenrnerici-ra rhivf - C2/,-0 ontwerp-landsverordening houdende de wijziging van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrij ding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgeving) Oranieslad, Ik heb de eer u hierbij, mede namens mijn ambtgenoten van Financien, Communicatie, Utiliteiten en Energie, van Algemene Zaken en van Eeonomische Zaken, Sociale Zaken en Cultuur, aan te bieden het advies van de Raad van Advies d.d. 23 mei 2012, nr , inzake de ontwerp-landsverordening houdende de wijziging van een aantal landsverordeningen in verband met de invoering van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering (AB 2011 no. 28) en ter verbetering in dit kader van het Arubaanse systeem voor de voorkoming en bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering (herziening sectorale toezichtwetgeving). De Raad kan zich verenigen met de inhoud en de doelstelling van dit ontwerp en geeft u in overweging het aan de Staten ter goedkeuring aan te bieden, nadat met zijn vragen en opmerkingen rekening zal zijn gehouden. Op deze vragen en opmerkingen zal hieronder worden ingegaan. 1. A1gemeen In het algemeen constateert de Raad dat de met het onderhavige ontwerp voorgestelde wijzigingen een substantiele toename behelzen van de toezichtlast voor de Centrale Bank van Aruba (hierna de Bank te noemen) en van de administratieve lasten voor de onder toezicht gestelden. Gelet hierop adviseert de Raad om in de memorie van toelichting in te gaan op de (financiele) consequenties van de voorgestelde wijzigingen voor Aruba, de Bank en de onder toezicht gestelden. Aan dit advies van de Raad heb ik gevolg gegeven door

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Intitulé : LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Citeertitel: Landsverordening bestuurlijke handhaving arbeidswetgeving

Nadere informatie

2014 no. 57 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2014 no. 57 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2014 no. 57 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 27 november 2014 houdende regeling van een bijzondere heffing ten behoeve van de Centrale Bank van Aruba (Landsverordening koersmargevergoeding

Nadere informatie

2013 no. 20 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 20 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 20 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving (Landsverordening bestuurlijke handhaving

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING houdende bepalingen inzake het toezicht op geldtransactiebedrijven. Citeertitel: Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven

: LANDSVERORDENING houdende bepalingen inzake het toezicht op geldtransactiebedrijven. Citeertitel: Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven Intitulé : LANDSVERORDENING houdende bepalingen inzake het toezicht op geldtransactiebedrijven Citeertitel: Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven Vindplaats : AB 2003 no. 60 Wijzigingen: AB

Nadere informatie

2013 no. 4 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 4 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 4 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA Tekst van de Landsverordening toezicht trustkantoren (AB 2009 no. 13) zoals deze luidt na de laatstelijk daarin aangebrachte wijzigingen bij de landsverordening van

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het treffen van maatregelen ter voldoening aan of uitvoering van internationale verplichtingen

: LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het treffen van maatregelen ter voldoening aan of uitvoering van internationale verplichtingen Intitulé : LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het treffen van maatregelen ter voldoening aan of uitvoering van internationale verplichtingen Citeertitel: Sanctieverordening 2006 Vindplaats

Nadere informatie

************************* AB 2007 no. 24 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 april 2014 *************************

************************* AB 2007 no. 24 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 april 2014 ************************* Intitulé : LANDSVERORDENING houdende regels met betrekking tot het treffen van maatregelen ter voldoening aan of uitvoering van internationale verplichtingen Citeertitel: Sanctieverordening 2006 Vindplaats

Nadere informatie

************************* AB 1998 no. 16 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 juni 2014 *************************

************************* AB 1998 no. 16 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 16 juni 2014 ************************* Intitulé : Landsverordening van 24 maart 1998 houdende nieuwe regels met betrekking tot toezicht op het kredietwezen Citeertitel: Landsverordening toezicht kredietwezen Vindplaats : AB 1998 no. 16 Wijzigingen:

Nadere informatie

Part V. Legislation. Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16)

Part V. Legislation. Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16) Part V Legislation Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16) Unofficial English translation of the State Ordinance on the Supervision of the Credit System PRUDENTIAL SUPERVISION MANUAL CREDIT

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 299 Wijziging van de Drank- en Horecawet in verband met de introductie van de bestuurlijke boete Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 049 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten in verband met Verordening (EU) Nr. 1024/2013 van de Raad van 15

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING houdende regels inzake het toezicht op het verzekeringsbedrijf. Citeertitel: Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf

: LANDSVERORDENING houdende regels inzake het toezicht op het verzekeringsbedrijf. Citeertitel: Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf Intitulé : LANDSVERORDENING houdende regels inzake het toezicht op het verzekeringsbedrijf Citeertitel: Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf Vindplaats : AB 2013 no. 2 Wijzigingen: Geen HOOFDSTUK

Nadere informatie

De Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen 1994 wordt als volgt gewijzigd:

De Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen 1994 wordt als volgt gewijzigd: 2 Artikel I De Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen 1994 wordt als volgt gewijzigd: A. Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd: 1. Onderdeel a komt te luiden: a. Bank: de Centrale Bank

Nadere informatie

2013 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA Tekst van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf (AB 2000 no. 82) zoals deze luidt na de laatstelijk daarin aangebrachte wijzigingen bij de landsverordening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 98 Wet van 5 maart 2007 tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de invoering van bestuursrechtelijke handhaving

Nadere informatie

Wet financiële betrekkingen met het buitenland

Wet financiële betrekkingen met het buitenland Wfbb Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaand onder: a. Ingezetenen: 1. natuurlijke personen, die hun woonplaats in Nederland hebben en in de bevolkingsregisters zijn opgenomen;

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. (Tekst geldend op: 30-11-2004) Wet van 23 december 1992, houdende bepalingen inzake het toezicht op het kredietwezen en de uitvoering van de Tweede Richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen

Nadere informatie

A 2015 N 67 PUBLICATIEBLAD

A 2015 N 67 PUBLICATIEBLAD A 2015 N 67 PUBLICATIEBLAD LANDSVERORDENING van de 23 ste november 2015 houdende wijziging tot wijziging van de Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen 1994 1, de Landsverordening Toezicht Verzekeringsbedrijf

Nadere informatie

CBA PRUDENTIAL SUPERVISION MANUAL CAPTIVE INSURANCE COMPANIES

CBA PRUDENTIAL SUPERVISION MANUAL CAPTIVE INSURANCE COMPANIES Part I Legislation Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf (AB 2000 no. 82) Unofficial English translation of the State Ordinance on the Supervision of the Insurance Business Landsbesluit bijzondere

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten op het terrein van accountantsorganisaties en het accountantsberoep (Wet aanvullende maatregelen accountantsorganisaties)

Nadere informatie

Wet van 15 februari 1980, tot het treffen van sancties tegen bepaalde staten of gebieden

Wet van 15 februari 1980, tot het treffen van sancties tegen bepaalde staten of gebieden (Tekst geldend op: 28-09-2005) Wet van 15 februari 1980, tot het treffen van sancties tegen bepaalde staten of gebieden Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten op het terrein van accountantsorganisaties en het accountantsberoep in verband met het versterken van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 9 Wet van 17 december 2003, houdende het toezicht op trustkantoren (Wet toezicht trustkantoren) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

HOOFSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1 1

HOOFSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1 1 WET van 21 juni 1968 houdende algemene regelen betreffende het Toezicht op het Bank- en Kredietwezen (G.B. 1968 no. 63), gelijk zij luidt na de daarin aangebrachte wijzigingen bij S.B. 1986 no. 82. HOOFSTUK

Nadere informatie

A 2014 N 86 PUBLICATIEBLAD

A 2014 N 86 PUBLICATIEBLAD A 2014 N 86 PUBLICATIEBLAD LANDSVERORDENING van de 25 ste september 2014 houdende regels inzake het toezicht op geldtransactiekantoren (Landsverordening toezicht geldtransactiekantoren) In overweging genomen

Nadere informatie

2011 no. 78 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2011 no. 78 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2011 no. 78 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 8 december 2011 ter uitvoering van artikel 37, vijfde lid, van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen

Nadere informatie

2013 no. 31 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 31 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 31 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 17 mei 2013 ter uitvoering van artikel 35a, vijfde lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no.

Nadere informatie

6.4 WET IDENTIFICATIE BIJ DIENSTVERLENING BES (v/h Landsverordening identificatie bij financiële dienstverlening)

6.4 WET IDENTIFICATIE BIJ DIENSTVERLENING BES (v/h Landsverordening identificatie bij financiële dienstverlening) 6.4 WET IDENTIFICATIE BIJ DIENSTVERLENING BES (v/h Landsverordening identificatie bij financiële dienstverlening) Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: a. dienstverlener:

Nadere informatie

2014 no. 51 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2014 no. 51 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2014 no. 51 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 17 oktober 2014 tot wijziging van de Landsverordening vlag, wapen en volkslied (AB 1991 no. 101) (hernieuwde vaststelling vlagkleuren; aanwijzing

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 302 28 229 Wet inzake de geldtransactiekantoren GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 9 april 2002 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

: Landsverordening ondernemingspensioenfondsen. Citeertitel: Landsverordening ondernemingspensioenfondsen

: Landsverordening ondernemingspensioenfondsen. Citeertitel: Landsverordening ondernemingspensioenfondsen Intitulé : Landsverordening ondernemingspensioenfondsen Citeertitel: Landsverordening ondernemingspensioenfondsen Vindplaats : AB 1998 no. GT 17 Wijzigingen: AB 2001 no. 91, AB 2011 no. 86; AB 2012 no.

Nadere informatie

CONCEPTWETSVOORSTEL VERSTERKING BESTRIJDING COMPUTERCRIMINALITEIT

CONCEPTWETSVOORSTEL VERSTERKING BESTRIJDING COMPUTERCRIMINALITEIT Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met ontoegankelijkmaking van gegevens op het internet, strafbaarstelling van het wederrechtelijk overnemen van gegevens

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 506 Besluit van 12 oktober 2006, houdende regels ter uitvoering van de Wet op het financieel toezicht met betrekking tot de reikwijdte en toegang

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 101 Wijziging van de Gemeentewet in verband met de invoering van een bestuurlijke boete voor overtreding van een aantal voorschriften bepaald

Nadere informatie

2019 no. 26 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2019 no. 26 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2019 no. 26 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 17 april 2019 tot wijziging van de Landsverordening regeling geldstelsel (AB 1991 no. GT 34), de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen

Nadere informatie

AB 1996 no.64 KvK 10 MEI 2011 ================================================================

AB 1996 no.64 KvK 10 MEI 2011 ================================================================ Intitulé : LANDSVERORDENING houdende nieuwe regels ter zake van de verplaatsing van de zetel van bepaalde rechtspersonen naar en vanuit Aruba Citeertitel : Landsverordening zetelverplaatsing rechtspersonen

Nadere informatie

2017 no. 38 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2017 no. 38 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2017 no. 38 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 15 juni 2017 houdende regels voor de waarborging en de bevordering van de kwaliteit in de kinderopvang (Landsverordening kinderopvang) Uitgegeven,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 990 Wijziging van de Wet gewetensbezwaren militaire dienst in verband met de Kaderwet dienstplicht Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede

Nadere informatie

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 18 juli 2013 houdende regels over de aanleg, het beheer en het onderhoud van spoorwegen en de daarbij behorende infrastructuur, alsmede over

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING van 23 december 2011 houdende de invoering van een leerplicht voor jongeren

: LANDSVERORDENING van 23 december 2011 houdende de invoering van een leerplicht voor jongeren Intitulé : LANDSVERORDENING van 23 december 2011 houdende de invoering van een leerplicht voor jongeren Citeertitel: Leerplichtverordening Vindplaats : AB 2011 no. 82 Wijzigingen: Geen Artikel 1 1. In

Nadere informatie

Landsverordening algemene verzekering bijzondere ziektekosten LANDSVERORDENING BEPERKING VESTIGING MEDISCHE BEROEPSBEOEFENAREN

Landsverordening algemene verzekering bijzondere ziektekosten LANDSVERORDENING BEPERKING VESTIGING MEDISCHE BEROEPSBEOEFENAREN Landsverordening algemene verzekering bijzondere ziektekosten LANDSVERORDENING BEPERKING VESTIGING MEDISCHE BEROEPSBEOEFENAREN 79 Volksgezondheidswetgeving Landsverordening beperking vestiging medische

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie

: Landsverordening houdende bepalingen in verband met de invoering van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf

: Landsverordening houdende bepalingen in verband met de invoering van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf Intitulé : Landsverordening houdende bepalingen in verband met de invoering van de Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf Citeertitel: Invoeringsverordening Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf

Nadere informatie

Koninkrijksdeel Curaçao. Wetstechnische informatie. Zoek regelingen op overheid.nl

Koninkrijksdeel Curaçao. Wetstechnische informatie. Zoek regelingen op overheid.nl Zoek regelingen op overheid.nl Koninkrijksdeel Curaçao Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! LANDSVERORDENING van de 27 ste juli 1998 houdende regels, ter uitvoering

Nadere informatie

AB 1990 no.gt 55 KvK 10 mei 2011 ================================================================

AB 1990 no.gt 55 KvK 10 mei 2011 ================================================================ Intitulé :LANDSBESLUIT van 19 juli 1990 no. 55, bepalende de opneming in de afzonderlijke afdeling van het Afkondigingsblad van Aruba van de geldende tekst van de Vestigingsverordening bedrijven Citeertitel

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

Citeertitel: Sanctiebesluit bestrijding terrorisme en terrorismefinanciering ====================================================================

Citeertitel: Sanctiebesluit bestrijding terrorisme en terrorismefinanciering ==================================================================== Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 23 juni 2010 ter uitvoering van artikel 2, eerste lid, van de Sanctieverordening 2006 (AB 2007 no. 24) Citeertitel: Sanctiebesluit bestrijding

Nadere informatie

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Nadere informatie

2011 no. 29 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2011 no. 29 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2011 no. 29 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 20 mei 2011 houdende het overgangsrecht in verband met de inwerkingtreding van de Landsverordening voorkoming en bestrijding witwassen en terrorismefinanciering

Nadere informatie

IN NAAM DER KONINGIN. DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen,

IN NAAM DER KONINGIN. DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen, Landsverordening van 4 december 1989 houdende regelen met betrekking tot het ter beschikking stellen van arbeidskrachten: tekst in P.B. 1989, no 73; gewijzigd bij: 1. Landsverordening van de 11de september

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 424 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende regels ter bevordering van de kwaliteit in het taxivervoer A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN

Nadere informatie

1. Algemeen. Artikel 1

1. Algemeen. Artikel 1 Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 17 mei 013 ter uitvoering van artikel 35a, vijfde lid, van de Landsverordening toezicht kredietwezen (AB 1998 no. 16), artikel 16, vijfde lid,

Nadere informatie

==================================================================== HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen. Artikel 1

==================================================================== HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen. Artikel 1 Intitulé : Landsverordening minimumlonen Citeertitel: Landsverordening minimumlonen Vindplaats : AB 1989 no. GT 26 Wijzigingen: AB 1992 no. 81; AB 1993 nos. 2, 77; AB 1994 nos. 66, 67; AB 1995 no. 84;

Nadere informatie

************************* AB 2000 no. 82 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 26 maart 2009 *************************

************************* AB 2000 no. 82 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 26 maart 2009 ************************* Intitulé : LANDSVERORDENING houdende regels inzake het toezicht op het verzekeringsbedrijf Citeertitel: Landsverordening toezicht verzekeringsbedrijf Vindplaats : AB 2000 no. 82 Wijzigingen: AB 2001 no.

Nadere informatie

2015 no. 32 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2015 no. 32 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2015 no. 32 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 16 juli 2015 tot wijziging van het Vlaggenbesluit (AB 1991 no. 118) (invoering vergunningsstelsel en nadere voorschriften

Nadere informatie

- 1 - LANDSVERORDENING TOEZICHT BANK- EN KREDIETWEZEN CURAÇAO P.B. 1994, no. 4. HOOFDSTUK I Begripsbepalingen. Artikel 1

- 1 - LANDSVERORDENING TOEZICHT BANK- EN KREDIETWEZEN CURAÇAO P.B. 1994, no. 4. HOOFDSTUK I Begripsbepalingen. Artikel 1 - 1 - LANDSVERORDENING TOEZICHT BANK- EN KREDIETWEZEN 1994 Wijzigingen P.B. 1997, no. 237 (art. C); P.B. 1999, no. 242 (art. XVI); P.B. 2001, no. 24 (p.83); P.B. 2001, no. 80 (p.15); P.B. 2004, no. 16

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 949 Voorstel van wet van de leden Van Hijum en Agnes Mulder tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enkele andere wetten met

Nadere informatie

==================================================================== 1. Algemene bepalingen. Artikel 1

==================================================================== 1. Algemene bepalingen. Artikel 1 Intitulé : LANDSVERORDENING van 18 juli 2013 houdende regels over de aanleg, het beheer en het onderhoud van spoorwegen en de daarbij behorende infrastructuur, alsmede over het vervoer met spoorvoertuigen

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : Hinderverordening Citeertitel: Hinderverordening Vindplaats : AB 1988 no. GT 27 Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34 Artikel 1 1. Het is verboden zonder vergunning van de minister van Justitie en

Nadere informatie

A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD. De Gouverneur van Curaçao, de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Land Curaçao;

A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD. De Gouverneur van Curaçao, de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Land Curaçao; A 2014 N 55 (G.T.) PUBLICATIEBLAD LANDSBESLUIT van de 3 de juni 2014, no. 14/1188, houdende vaststelling van de geconsolideerde tekst van de Sanctielandsverordening. De Gouverneur van Curaçao, Op de voordracht

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 33 949 Voorstel van wet van de leden Agnes Mulder en Nijboer tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enkele andere wetten met het

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 383 Wet van 28 augustus 2009 tot aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met doeltreffendere rechtsmiddelen tegen niet tijdig beslissen

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING van 20 mei 2011 houdende het overgangsrecht in verband met de inwerkingtreding van de Landsverordening

: LANDSVERORDENING van 20 mei 2011 houdende het overgangsrecht in verband met de inwerkingtreding van de Landsverordening Intitulé : LANDSVERORDENING van 20 mei 2011 houdende het overgangsrecht in verband met de inwerkingtreding van de Landsverordening Citeertitel: Invoeringsverordening Landsverordening voorkoming en bestrijding

Nadere informatie

1965 No.10. Landsverordening van 22 augustus 1964 houdende bepalingen met betrekking tot de arbeidsbemiddeling (Arbeidsbemiddelingsverordening).

1965 No.10. Landsverordening van 22 augustus 1964 houdende bepalingen met betrekking tot de arbeidsbemiddeling (Arbeidsbemiddelingsverordening). HOOFDSTUK IX ARBEIDSBEMIDDELINGSVERORDENING 1965 No.10 GOUVERNEMENTSBLAD van SURINAME Landsverordening van 22 augustus 1964 houdende bepalingen met betrekking tot de arbeidsbemiddeling (Arbeidsbemiddelingsverordening).

Nadere informatie

- 1 - LANDSVERORDENING HOUDENDE REGELS INZAKE HET TOEZICHT OP EFFECTENBEURZEN (LANDSVERORDENING TOEZICHT EFFECTENBEURZEN) CURAÇAO. P.B. 1998, no. 252.

- 1 - LANDSVERORDENING HOUDENDE REGELS INZAKE HET TOEZICHT OP EFFECTENBEURZEN (LANDSVERORDENING TOEZICHT EFFECTENBEURZEN) CURAÇAO. P.B. 1998, no. 252. - 1 - LANDSVERORDENING HOUDENDE REGELS INZAKE HET TOEZICHT OP EFFECTENBEURZEN (LANDSVERORDENING TOEZICHT EFFECTENBEURZEN) CURAÇAO P.B. 1998, no. 252. Wijzigingen P.B. 2001, no. 80 (p.17); P.B. 2011, no.

Nadere informatie

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder.

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder. Intitulé : Bioscoopverordening Citeertitel: Bioscoopverordening Vindplaats : AB 1990 no. GT 12 Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34 De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder Artikel 1 1. Het

Nadere informatie

--------------------------------------------- ONTWERP IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNEUR van Aruba, In overweging genomen hebbende:

--------------------------------------------- ONTWERP IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNEUR van Aruba, In overweging genomen hebbende: Dwjz11-086 --------------------------------------------- Landsverordening houdende regels inzake het ter beschikking stellen van arbeidskrachten (Landsverordening terbeschikkingstelling arbeidskrachten)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016-2017 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de afschaffing van de voorwaardelijke invrijheidstelling en aanpassing van de voorwaardelijke

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. http://wetten.overheid.nl/bwbr00069/07-06-7/0/afdrukken De wegwijzer naar informatie en diensten van alle overheden Wet toezicht financiële verslaggeving Geldend van 7-06-07 t/m heden Wet van 8 september

Nadere informatie

Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met lastenverlichting voor burgers en bedrijfsleven

Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met lastenverlichting voor burgers en bedrijfsleven 32 038 Wijziging van het urgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met lastenverlichting voor burgers en bedrijfsleven Nr. 2 VOORSTEL VN WET Wij eatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

2015 no. 61 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2015 no. 61 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2015 no. 61 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 11 december 2015 houdende regels inzake inrichtingen ten behoeve van de opvang, begeleiding, behandeling, verzorging of verpleging van verzorgingsbehoeftige

Nadere informatie

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1 DECREET van 15 september 1981, houdende vaststelling van regelen inzake het verlenen van vergunningen voor het uitoefenen van enig bedrijf of beroep (Decreet Vergunningen Bedrijven en Beroepen) (S.B. 1981

Nadere informatie

Overzicht van markttoegang regelgeving Wft BANKEN met zetel in Nederland

Overzicht van markttoegang regelgeving Wft BANKEN met zetel in Nederland Overzicht van markttoegang regelgeving BANKEN met zetel in Nederland Deel 2 Deel Markttoegang Financiële Ondernemingen Art. 1:1 definities a. een afwikkelonderneming; b. een bank; financiële onderneming

Nadere informatie

6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen

6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I. Algemene bepalingen 6.5 WET MELDING ONGEBRUIKELIJKE TRANSACTIES BES (v/h Landsverordening melding ongebruikelijke transacties) HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 16 25 872 (R1606) Herstel van gebreken en leemten in de Rijksoctrooiwet en de Rijksoctrooiwet 1995 alsmede het laten vervallen van de verplichte

Nadere informatie

WET OP DE MEDISCHE HULPMIDDELEN

WET OP DE MEDISCHE HULPMIDDELEN WET OP DE MEDISCHE HULPMIDDELEN Tekst zoals deze geldt op 22 januari 2010 WET van 15 januari 1970, houdende regelen met betrekking tot medische hulpmiddelen WIJ JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der

Nadere informatie

============================================= 1. Algemene bepalingen. Artikel 1

============================================= 1. Algemene bepalingen. Artikel 1 1. Televisieverordening Citeertitel: Televisieverordening Vindplaats : AB 1988 no. GT 68 Wijzigingen: AB 1997 no. 33, 34 ============================================= 1. Algemene bepalingen Artikel 1 Voor

Nadere informatie

L181) en van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de

L181) en van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2012-2013 33 466 Wijziging van de Wet milieubeheer en de Wet op de economische delicten in verband met de vaststelling van Verordening (EU) nr. 600/2012

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2010 GT no. 27 Landsverordening uitzonderingstoestand 1 1 Afkondiging en opheffing van een uitzonderingstoestand Artikel 1 1. Ingeval buitengewone omstandigheden

Nadere informatie

2016 no. 53 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2016 no. 53 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2016 no. 53 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 22 september 2016 houdende regels inzake het toezicht op het effectenverkeer, en tot wijziging in dit verband van de sectorale toezichtwetgeving

Nadere informatie

2016 no. 44 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2016 no. 44 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2016 no. 44 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 30 augustus 2016 houdende regels ter beperking van het gebruik, de verstrekking en de verkoop van tabaksproducten (Landsverordening beperking

Nadere informatie

Volksgezondheidswetgeving LANDSVERORDENING ORGANISATIE BLOEDVOORZIENING

Volksgezondheidswetgeving LANDSVERORDENING ORGANISATIE BLOEDVOORZIENING LANDSVERORDENING ORGANISATIE BLOEDVOORZIENING 175 Landsverordening organisatie bloedvoorziening (P.B. 2003, no. 68) Landsverordening van de 13 de mei 2003 houdende regels met betrekking tot de organisatie

Nadere informatie

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit III)

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. 32 194 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten ter verbetering van de toepassing van de maatregel ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel

Nadere informatie

2013 no. 65 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 65 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 65 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 18 september 2013 tot wijziging van de Kiesverordening (AB 1987 no. 110) (verbetering mogelijkheden uitoefening kiesrecht; technische aanpassingen)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 471 Beschikking van de Minister van Justitie van 21 september 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Wet toezicht trustwezen

Nadere informatie

2016 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2016 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2016 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 12 januari 2016 ter uitvoering van artikelen 2 en 2a van de Sanctieverordening 2006 (AB 2007 no. 24) (Sanctiebesluit

Nadere informatie

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Hieronder vindt u een overzicht van enige relevante wetsartikelen (1 januari 2019). Voor de meest actuele informatie zie https://wetten.overheid.nl/

Nadere informatie

A 2016 N 79 PUBLICATIEBLAD

A 2016 N 79 PUBLICATIEBLAD A 2016 N 79 PUBLICATIEBLAD LANDSVERORDENING van de 20 ste december 2016 houdende regels inzake het toezicht op effectenbemiddelaars en vermogensbeheerders (Landsverordening toezicht effectenbemiddelaars

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van enkele artikelen van het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) inzake de verlening van toevoegingen in strafzaken

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 455 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek

Nadere informatie

2014 no. 74 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2014 no. 74 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2014 no. 74 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 15 december 2014 houdende regels voor de waarborging en bevordering van de kwaliteit in de gezondheidszorg (Landsverordening kwaliteit in de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 489 Wet van 6 december 2017 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Wet op de economische delicten strekkende tot aanpassing van

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1999 2000 Nr. 17 26 075 Wijziging van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf en in verband daarmee

Nadere informatie

2011 no. 82 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2011 no. 82 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2011 no. 82 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 23 december 2011 houdende de invoering van een leerplicht voor jongeren (Leerplichtverordening) Uitgegeven, 28 december 2011 De minister van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 29 936 Regels inzake beëdiging, kwaliteit en integriteit van beëdigd vertalers en van gerechtstolken die werkzaam zijn binnen het domein van justitie

Nadere informatie

2017 no. 45 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2017 no. 45 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2017 no. 45 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 14 juli 2017 houdende wijziging van de Landsverordening toezicht geldtransactiebedrijven (AB 2003 no. 60), de Landsverordening voorkoming en

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2007 2008 30 661 Wijziging van de Telecommunicatiewet verband houdende met de instelling van een antenneregister, de uitbreiding van het verbod op het verzenden

Nadere informatie