Omgevingsvergunning. Aanvrager: Woonzorg Nederland Projectontwikkeling B.V De heer P. Lubbers Postbus AH Amstelveen

Transcriptie

1 Omgevingsvergunning Aanvrager: Woonzorg Nederland Projectontwikkeling B.V De heer P. Lubbers Postbus AH Amstelveen Bouwplan: Locatie: Procedure: Regulier Kenmerk: OLO: bouwen intramurale zorginstelling (Bouwen en Het maken, hebben of veranderen van een uitweg) Witte de Withlaan 1 te Bennebroek BWT-nummer: WABO Besluit: Verlenen Besluitdatum: Verzenddatum: Paraaf behandelaar besluit: Paraaf toezichthouder uitvoering: Afdeling Dienstverlening Bezoekadres: Postadres: Behandelaar: Bloemendaalseweg 158, 2051 GJ Overveen Postbus 201, 2050 AE Overveen De heer R. van Heyst Telefoon: r.vanheyst@bloemendaal.nl

2 Omgevingsvergunning 1. Aanvraag 1.1. Onderwerp Burgemeester en wethouders hebben op 27 januari 2015 van de heer P. Lubbers namens Woonzorg Nederland Projectontwikkeling B.V. gevestigd aan de Prof. E.M. Meijerslaan 3 te Amstelveen een aanvraag ontvangen om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor het bouwen van een intramurale zorginstelling aan de Witte de Withlaan 1 te Bennebroek. De volgende activiteiten zijn van toepassing bij het bouwplan: - het Bouwen van een bouwwerk (art. 2.1, eerste lid, onder a, Wabo); - het Maken, hebben of veranderen van een uitweg (art. 2.2, eerste lid, onder e, Wabo). In bijlage I zijn de bij dit besluit behorende documenten genoemd. In bijlage II zijn de op dit besluit betrekking hebbende voorschriften en bepalingen genoemd. In bijlage III zijn de op dit besluit betrekking hebbende aandachtspunten genoemd. 1.2 Bevoegd gezag Voor het bouwplan is op basis van hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) burgemeester en wethouders van Bloemendaal het bevoegd gezag om de omgevingsvergunning te verlenen. 1.3 Beslistermijn De aanvraag is ingediend op 27 februari De beslistermijn eindigt op basis van de reguliere voorbereidingsprocedure op 24 april Op 20 maart 2015 hebben wij de beslistermijn opgeschort in verband met het verzoek om aanvullende gegevens. Bij brief van 30 maart 2015 heeft de architect ons verzocht om de termijn voor het aanleveren van aanvullende gegevens met acht weken te verruimen. De termijn voor het indienen van aanvullende gegevens eindigt hierdoor op 12 juni In een van 27 mei 2015 heeft de architect ons nogmaals verzocht om uitstel van de behandeltermijn met 6 weken van de bovengenoemde aanvraag om een omgevingsvergunning. De termijn voor het indienen van aanvullende gegevens eindigt hierdoor op 24 juli De aanvullende gegevens zijn aangeleverd op 16 juli In een gesprek van 22 juli 2015 heeft de architect ons verzocht om opschorting van de behandeling van de bovengenoemde aanvraag om een omgevingsvergunning omdat blijkt dat een aanvullend bodemonderzoek noodzakelijk is. De beslistermijn eindigt hierdoor op 6 januari Beoordeling aangevraagde activiteiten Het bouwen van een bouwwerk Deze activiteit wordt op basis van artikel 2.10 van de Wabo beoordeeld aan het ter plaatse geldende bestemmingsplan Oude Kern Bennebroek, de redelijke eisen van welstand, het Bouwbesluit en de Bouwverordening. De aanvraag betreft het bouwen van twee plat gedekte bouwvolumes voor een intramurale zorginstelling ter plaatsen van de eerder gesloopte bebouwing.

3 Regels bestemmingsplan De gronden waarop de twee bouwblokken zijn gepland hebben volgens het ter plaatse geldende bestemmingsplan Oude Kern Bennebroek de bestemming Maatschappelijk met de dubbelbestemming Waarde-Archeologie 4. Maatschappelijk De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn onder meer bestemd voor maatschappelijke voorzieningen en intramurale zorginstellingen en/of woonzorgcentrum. Ten aanzien van de gronden met deze bestemming geldt onder meer dat: - hoofdgebouwen uitsluitend mogen worden gebouwd binnen het bouwvlak; - de bouwhoogte ten hoogste 10 m¹ mag bedragen; - het maximum bebouwd oppervlak is 1251 m². De in het bestemmingsplan opgenomen regels en bepalingen ten aanzien van bouwgrenzen zijn, als genoemd in artikel 18, niet van toepassing voor wat betreft overschrijdingen met betrekking tot onder meer: - stoepen, stoeptreden, toegangsbruggen en funderingen; - plinten, pilasters, kozijnen, standleidingen voor hemelwater, gevelversieringen, wanden van ventilatiekanalen en schoorstenen, indien de overschrijding van de voorgevelrooilijn niet meer dan 12 cm bedraagt; - gevel- en kroonlijsten en overstekende daken en overbouwingen mits zij de voorgevelrooilijn met niet meer dan 50 cm overschrijden; - erkers, balkons, galerijen en luifels mits zij de voorgevelrooilijn met niet meer dan 1 m overschrijden; - ondergrondse funderingen en ondergrondse bouwwerken, voor zover deze de bouwgrens met niet meer dan 1 meter overschrijden; - dakopbouwen ten behoeve van noodtrappen, luchtbehandelings- en liftinstallaties. De dakopbouwen ten behoeve van noodtrappen, luchtbehandelings- en liftinstallaties mogen niet hoger zijn dan 3,50 m, gemeten vanaf bovenkant van de dakconstructie, en mogen geen grotere oppervlakte hebben dan 40% van de vloeroppervlakte van de bovenste laag van het gebouw, waarop zij worden geplaatst. De intramurale zorginstelling wordt gebouwd binnen het bouwvlak en de regels van het bestemmingsplan. Waarde-Archeologie 4. De voor Waarde-Archeologie 4 aangewezen gronden zijn primair bestemd voor behoud, versterking en bescherming van te verwachten archeologische waarden. secundair zijn deze gronden voor zover zulks op de verbeelding is aangewezen, bestemd voor de doeleinden als omschreven in het voor de betreffende bestemming geldende artikel, waarbij het in dat artikel bepaalde van toepassing is, met de daarbij behorende bouwwerken. Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen dient de aanvrager van een omgevingsvergunning, voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 250 m² en dieper dan 50 cm, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar oordeel van het bevoegd in voldoende mate zijn vastgesteld.

4 Aangezien de bestaande bebouwing met fundering kort geleden is gesloopt en de nieuwe bebouwing niet dieper zal worden gebouwd zijn er geen archeologische waarden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord. Er geen beperkingen die voortvloeien uit deze dubbelbestemming. Redelijke eisen van welstand Het bouwplan is voorgelegd aan de Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit van Bloemendaal. De Adviescommissie heeft op 10 september 2015 het advies akkoord uitgebracht. Dit advies (corsanummer ) wordt overgenomen. Bouwbesluit / Bouwverordening Het is aannemelijk dat het ingediende bouwplan voldoet aan de eisen van de Bouwverordening en het Bouwbesluit. Deze aannemelijkheid is mede gebaseerd op het advies (corsanr ) dat is uitgebracht door de Brandweer Kennemerland. Conclusie Er zijn geen weigeringsgronden voor de activiteit Bouwen. Het maken, hebben of veranderen van een uitweg. Deze activiteit wordt op basis van artikel 2.18 van de Wabo beoordeeld op de gronden die zijn aangegeven in artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening Bloemendaal. Voor het bouwplan is (intern)advies aan de verkeersdeskundige gevraagd. De aanleg van de inrit/uitweg geeft geen weigeringsgronden als genoemd in de APV onder: a. in het belang van de bruikbaarheid van de weg; b. in het belang van het veilig en doelmatig gebruik van de weg. De aanleg van de inrit/uitweg op gemeentegrond, alsmede het opheffen van niet meer gebruikte inritten, wordt uitgevoerd door de gemeente en zijn voor rekening van de vergunninghouder. Conclusie Er zijn geen weigeringsgronden voor de activiteit maken, hebben of veranderen van een uitweg. Reacties op het ontvangen bouwplan De omgevingsvergunning mag alleen en moet worden geweigerd als deze in strijd is met het bestemmingsplan, de redelijke eisen van welstand, het Bouwbesluit en de Bouwverordening. De ontvangen reacties geven geen aanleiding dat dit het geval is zodat de omgevingsvergunning verleend moet worden. Eind conclusie Gelet op het voorgaande zijn er geen weigeringsgronden en moet de omgevingsvergunning voor de activiteiten Bouwen, Het maken, hebben of veranderen van een uitweg worden verleend. De Wabo (art. 2.10) kent een dwingende toetsing: een vergunning moet worden geweigerd als een activiteit strijdig is met één of meerdere toetsingsgronden. Als dat niet het geval is moet de vergunning worden verleend.

5 3. Besluit Het afdelingshoofd van de afdeling Dienstverlening besluit namens burgemeester en wethouders, gelet op artikel 2.1. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht: - de omgevingsvergunning te verlenen voor de activiteiten Bouwen en Het maken, hebben of veranderen van een uitweg (bouwen intramurale zorginstelling) aan de Witte de Withlaan 1 te Bennebroek; - degene die een reactie op de ingekomen aanvraag hebben ingediend een afschrift van dit besluit te sturen; - aangezien de reacties n.a.v. de ingediende aanvraag geen gronden opleveren waarop de omgevingsvergunning moet worden geweigerd, deze voor kennisgeving wordt aangenomen; - dat de in bijlage I genoemde stukken deel uitmaken van dit besluit; - dat de in bijlage II en III genoemde voorschriften/bepalingen en aandachtspunten deel uitmaken van het besluit. Hoogachtend, namens burgemeester en wethouders van Bloemendaal, het hoofd van de afdeling Dienstverlening, R.J. van der Hoek

6 Bezwaarclausule Tegen dit besluit kan gedurende zes weken na de verzenddatum schriftelijk en gemotiveerd bezwaar worden gemaakt bij burgemeester en wethouders van Bloemendaal (Postbus 201, 2050 AE Overveen) of via Daarbij kan de indiener van een bezwaarschrift ook een voorlopige voorziening, zoals schorsing, vragen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland (sectie bestuur), Postbus 1621, 2003 BR Haarlem). Dit kan ook digitaal via Daarvoor is wel een elektronische handtekening nodig (DigiD). De Voorzieningenrechter kan een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed dat vereist. Inwerkingtreding besluit De hoofdregel is dat de vergunning in werking treedt op de dag na haar bekendmaking. Er is een aantal uitzonderingen op deze hoofdregel. De omgevingsvergunning voor de activiteiten: a. het uitvoeren van een werk ; b. het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- en dorpsgezicht ; c. het slopen, verstoren of wijzigen van een monument ; d. het vellen van een houtopstand ; en die tot stand is gekomen via de reguliere procedure, treedt pas in werking na afloop van de bezwarentermijn (ofwel zes weken na de bekendmaking). De omgevingsvergunning die van rechtswege is verleend, treedt pas in werking na afloop van de bezwarentermijn (ofwel zes weken na de bekendmaking) of, indien bezwaar is gemaakt, nadat op dit bezwaar is beslist. De gemeente kan overigens bepalen als onderdeel van het besluit dat de beschikking toch meteen in werking treedt. Handelen op eigen risico Het feit dat een vergunning is verleend, betekent niet automatisch dat met de werkzaamheden gestart kan worden. De ontvangen vergunning is namelijk nog niet onherroepelijk, omdat bijvoorbeeld nog bezwaar kan worden aangetekend. Zolang de vergunning niet onherroepelijk is, is uitvoering van de werkzaamheden voor eigen risico.

7 BIJLAGE I Bijbehorende documenten De volgende documenten en adviezen behoren bij de aanvraag en maken deel uit van het besluit: Huisnummering papierenformulier situatie bestaand situatie bestaand inmeting S situatie bestemmingsplan tekening situatie nieuw situatie doorsnede bestaand en nieuw plattegronden en gevels noord plattegronden en gevels zuid details kleurenschema maaiveld inrichting ventilatie type A ventilatie type B ventilatie type C brandoverslag noord brandoverslag zuid brandveiligheid blok noord brandveiligheid blok zuid ventilatie type AX ventilatie type BX ventilatie type CX bouwbesluit berekeningen EPC noord EPC zuid rapport nader bodemonderzoek rapport verkennend onderzoek asbest

8 BIJLAGE II Voorschriften en bepalingen Melden start en voltooiing uitvoering bouwplan De start en de voltooiing van het bouwplan dienen gemeld te worden aan het Bouwtoezicht. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van het bij de omgevingsvergunning gevoegde formulier. Algemeen a. Het uitzetten en het bepalen van het peil moet in overleg met Bouw- en Woningtoezicht geschieden. a. De aanlegdiepte en de uitvoering van de riolering moeten in overleg met de sectie Civiele Techniek, worden bepaald. b. Met het storten van beton mag worden begonnen nadat hiervoor toestemming is verleend door Bouw- en Woningtoezicht. Verlagen grondwater a. Voordat wordt gestart met de bouw, dient bepaald te worden of verlaging van de grondwaterstand noodzakelijk is. Indien dit het geval is dient d.m.v. bodemonderzoek te worden aangetoond, dat er bij het bemalen van de bouwput niet op zodanige wijze water aan de bodem wordt onttrokken, dat een verlaging van de grondwaterstand in de omgeving plaatsvindt, waardoor funderingen van bouwwerken schade zouden kunnen oplopen. b. Als u grondwater wilt onttrekken of water wilt infiltreren hebt u mogelijk een watervergunning nodig op grond van de Waterwet. De provincie verleent vergunningen voor de volgende grondwateronttrekkingen en infiltraties: 1. voor bodemenergiesystemen (met een pompcapaciteit van meer dan 10 m3 per uur); 2. voor industriële onttrekkingen groter dan m3 per jaar; 3. voor de openbare drinkwatervoorziening. Voor de overige onttrekkingen van grondwater of infiltraties verleent het waterschap (hoogheemraadschap) de watervergunning. Ook kan het zo zijn dat bepaalde onttrekkingen en infiltraties onder algemene regels van het waterschap vallen. In dat geval is geen watervergunning nodig en kan worden volstaan met een melding. Contactgegevens: - Provincie Noord-Holland, Postbus 3007, 2001 DA Haarlem, tel post@noord-holland.nl - Hoogheemraadschap van Rijnland, Postbus 156, 2300 AD te Leiden. Telefoon: post@rijnland.net

9 Fundatiewerkzaamheden, ontgraven bouwput of injecteren van grond a. Er moet ten genoegen van Bouw- en Woningtoezicht worden aangetoond, dat de grond voldoende draagkrachtig is voor de gekozen funderingswijze. b. Bij de uitvoering van de eventueel noodzakelijke heiwerkzaamheden, het ontgraven van de bouwput, of het inbrengen van damwanden, mogen géén trillingen worden veroorzaakt, waardoor constructieve schade aan naastgelegen bouwwerken kan ontstaan. c. Bij de uitvoering van het eventueel noodzakelijk injecteren van de grond, mag geen constructieve schade aan naastgelegen bouwwerken worden veroorzaakt. d. Een onderzoeksrapport dient aan te tonen dat er geen constructieve schade wordt veroorzaakt. e. In dit rapport dient, naast de werkvolgorde, ook te worden aangegeven op welke wijze zal worden gecontroleerd dat er inderdaad geen schade optreedt. f. Het rapport moet uiterlijk vier weken voor aanvang van de werkzaamheden bij Bouw- en Woningtoezicht ter beoordeling worden overgelegd. Schade of ernstige hinder voor de omgeving Tijdens de uitvoering mogen géén werktuigen worden gebruikt, die schade of ernstige hinder voor de omgeving kunnen veroorzaken; zo mogen dus bij de uitvoering van de (eventueel) noodzakelijke heiwerkzaamheden géén trillingen in de verschillende grondlagen worden veroorzaakt, waardoor schade aan naastgelegen bouwwerken kunnen ontstaan. Indienen nadere gegevens a. Er moet 14 dagen voor de aanvang van de werkzaamheden ter goedkeuring van het Bouw- en Woningtoezicht een bouwveiligheidsplan worden ingediend. b. Van de bouwconstructie moeten uiterlijk drie weken vóór de aanvang van de werkzaamheden berekeningen en tekeningen ter goedkeuring worden ingediend bij Bouw- en Woningtoezicht. Tenzij anders aangegeven, worden de in te dienen gegevens, meldingen en bescheiden ingediend bij Bouw- en Woningtoezicht. De adresgegevens staan op het voorblad van deze beschikking.

10 BIJLAGE III Aandachtspunten Privaatrecht belemmeringen Als de vergunning is verleend kunnen privaatrechtelijke zaken ervoor zorgen dat u van de vergunning geen gebruik kunt maken. In het Burgerlijk Wetboek is dit geregeld. Toestemming grondeigenaar Het verlenen van de betreffende omgevingsvergunning houdt niet tegelijkertijd in dat toestemming wordt verkregen van de grondeigenaar om te bouwen. Overige vergunningen Het kan zijn dat u naast de omgevingsvergunning andere vergunningen nodig heeft voor het realiseren van uw bouwplan. U moet over alle vergunningen beschikken alvorens met de werkzaamheden kan worden gestart. Vergewist u ervan dat u in het bezit bent van alle noodzakelijke vergunningen. Werken in afwijking van de vergunning Als u gaat uitvoeren, dient u altijd conform de verkregen vergunning te werken. Wijkt u af van de goedgekeurde tekening(en), dan handelt u in strijd met wet- en regelgeving. De gemeente kan u dan via een aanschrijving dwingen uw werk alsnog aan te passen aan de vergunde situatie. Bij grote afwijkingen kunnen burgemeester en wethouders de werkzaamheden stopzetten. Het is verboden na stopzetting van de werkzaamheden door te werken. Intrekken vergunning Wanneer u geen gebruik maakt van uw vergunning is de kans aanwezig dat de gemeente deze intrekt. Met andere woorden, de vergunning is niet voor eeuwig geldig. Ontwikkelingen kunnen het noodzakelijk maken dat de gemeente de nog niet gebruikte vergunning intrekt, bijvoorbeeld omdat de vergunning niet meer aansluit bij de visie op een bepaald gebied of thema. Aan het intrekken van een vergunning is een zorgvuldige procedure gekoppeld, waarbij u in de gelegenheid wordt gesteld om aan te geven waarom er nog geen gebruik van is gemaakt en of er nog wel gebruik van gemaakt zal gaan worden.